N*. 12508
Zaterdag 1 December,
A0. 1900
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Derde Blad.
Feuilleton.
DE STERNTHALS.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden per 8 maanden, ••«•iiliitf 1-10.
Buiten Leiden, por lovpor en waar agenten gevestigd rt)n 1-30.
Franco per post .«ttt-it-ftt
1.65.
PRIJS DER ADVERTENTTËN:
Van 1 6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
OfÜoièele KennlageTingen
DargomeeBter on Wethouders van Leiden;
Geaien de adreesen vaa E. J. 80H.OONDERCANG,
hoodende verzook om vergunning tot bet pla t:en
en ia-wtrking-eteilen van een gasmotor Van 4 p.-k.,
ter vervangi-g van de etoomma.chine van 4 p.-k.
in zjja fabriek van verdnorzaamae leveu-middo en
aan du Heerengracht No*. 66/o7, t-n van de flrms
P. L. HUPPEBTZ A Oo„ hondende verzotb oai
vergunning tot opriohting van een sohoei. eufabriek,
gedreven door een gasmotor van 1U ik., in hot
peroeei Maredjjd No. ld, kad. bekend teotio L Noa.
476/478;
Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet;
Geven bij deze kennis aan het pnbnek, dat ge
noemde verzoeken met de bylagen op do Secrotario
deaer gemeente ter vioie gelegu zvn; alsmede, dat op
Vrijdag 14 Deo. a. b., 'e voormiódage te elf uren,
op het Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven,
om beswaren tegen die verzoeken in to brengen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Lelden, F. W^B. Burgemeester.
•0 Nov. 1800. VAN HEÏöT. Secretaris.
De Burgemeester der gemeente Leiden;
Gezien art, 2* der wet van 2 Mei Is79,8'.iat3-
blad No. 124);
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat eon
algomeene opgaaf van den inhoud der kenmsgeviugoD,
bedoeld b\j gemeld art. 26 omtrent de herzieniog
van do belastbare opbr ngat der gebouwde eigen
dommen ln de kadastrale gemeonto Leiden, onder
bijvoeging van d.n kadastr*len legger on do phins,
op de Secretarie der gemeente is nedorgelegd ter
kostelooze inzage van belanghebbenden gedurende
twiutig dagen na heden.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
80 No f. 1900, F. WA8.
Inkomstenbelasting.
Burgemeester en Wethouders ven Leiden brengen
in herinnering, dat mot 80 Nov. a. s. de v\jfao
termijn vervalt van delnkomstonbeiastlng,
dienst luOO, en dat alzoo op don ldten December
a. e. minstens vijf zesdo gedeelten van don aanelag
mooton zijn voldaan.
Zij noodigeu mitsdien belanghebbenden uit, om, ter
Voorkoming van vorvolgingekosten,- tot de betaling
van het verschuldigde ten kantore van-don Gomeoute-
Ontvanger over te gaaD.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, liurgomeeotor.
28 Nov. 1900. VAN HEY8T, öeoretans.
Leiden, 1 Deeember.
De Christeiyk-Historische Kiosvereeni-
glng „Vaderland en Oranje" heeft in haar ver
gadering besloten geen candidaat voor den
gemeenteraad aan te bevelen, doch haar leden
geheel vry te laten.
De Haagache politiebeambten-vereenigiDg
„Door Eendracht Saam Verbonden" heeft het
voorstel tot oprichting van een nieuw fonds
tot ondersteuning by ziekte en overlijden,
naast het bestaande, verworpen. Men achtte
het gewenscht het bestaande fonds te reorgani-
seeren. Op voorstel van den hoofdcommissaris
zal nu een commissie uit het korps die
reorganisatie ter hand nemen.
In de tweede helft van December zal de
verloting gehouden worden van schilderijen,
teekeningen, aquarellen, beeldhouwwerk, enz.,
door de leden van den „Haagschen Kunst
kring" bijeengebracht. Van 3 11 Dec. zullen
de te verloten prijzen in de zaal van den
Kunstkring publiek tentoongesteld zjjn.
De correspondent te Parijs van het
„Haagsche Dagblad", mr. Van Marl e, schrift:
Woensdagavond bracht ik een bezoek by
den secretaris der redactie van het dagblad
„Le Matin", om eenige nadere inlichtingen te
vragen betreffende het huldeblijk, dat door
de Fransche vrouwen aan onze Koningin zal
worden aangeboden, ter gelegenheid van Haar
huweiyk.
De heer Laurent verzocht mij, aan de lezers
van het Dagblad goed te doen uitkomen, dat
zijn blad in deze zaak geen initiatief heeft
genomen, doch uitsluitend een denkbeeld
geopperd.
„Het ligt niet op den weg van een
dagblad om een inschrijving te openen voor
een huwelijksgeschenk aan uw Koningin",
zeide my de heer Laurent, „doch wy hebben
dit denkbeeld aan de vrouwen van Fiankryk
aanbevolen, als een rechtmatige hulde aan de
vorstin, die in de gegeven omstandigheden
door haar fler woord en moedige daad een
werkelyken omkeer in de wereldgeschiedenis
heeft tot stand gebracht."
Het denkbeeld van de „Matin" heeft echter
alle kans met succes te worden bekroond.
Talryke brieven van adhaesio zyn reeds in
gekomen en niet minder talryke giften van
100 franken tot 1 frank toe.
Een comité is in wording, en dit zal zoo
veel mogeiyk alle maatschappeiyke standen
der Fransche samenleving omvatten. Zoowel
„marquises" als „dames de la halle", dames
patronessen van godsdienstige Btichtingen als
leidsters van feministische bewegingen zullen
elkaar op dit gebied ontmoeten. De beweging
zal een zuiver nationale manifestatie zyn,
waartoe iedere Fransche vrouw het hare kan
by dragen, al is het op nog zoo bescheiden
wyze.
Een inzameling voor hot nationale hulde
biyk aan H. M. de Koningin by haar huweiyk
heeft te Arnhem ruim J 3öuo opgebiacht.
Enkele commissieleden moeten nog afrekenen
men raamt de geheele ontvangst te Arnhem
op ruim 40U0.
Ook in de kleine gemeente Hei- on Boeicop
is reeds pl. m. f 30 voor het nationaal geschenk
by eenge bracht.
Als reeds zoo vele jaren ziet ook do
„Nederlandache Almanak" (H. Tjeenk Willink
en Zoon, te Haarlem) voor 1901 er smakeiyk
uit en ia de inhoud op do hoogte van den
tyd. Twee flinke portretten van Koningin
Wilhelmina en Hertog Hendrik openen de
reeks en worden gevolgd door die van onder
scheidene uitstekende mannen uit den oorlog
in Zuid-Afrika, waaraan een uitgebreid artikel
gewyd is. Daa volgt China, enz., enz.
By de firma H. J. Van de Garde &Co.,
te Zalt-Bommel, is de tweede jaargang (1901)
verschenen van den „Nederlandscne Staats
almanak voor iedereen", samengesteld door
H. Pyttersen Tz., lid van de Tweede Kamer.
De inhoud van dit nuttige boek, „een schat
kamer van wetenswaardigheden" genoemd,
heeft een belangiyke vermeerdering en her
ziening ondergaan (het getal bladzyden is
geklommen van 495 tot 633), waardoor het
aan volledigheid en nauwkeurigheid heeft
gewonnen zoo wordt in de inleiding ver
zekerd en er is geen reden om aan de juist
heid der verzekering te twyfelen. Een ver
betering, die in het oog valt, is de toevoeging
van een alphabetisch register; de overige
zullen uit het gebruik moeten blyken.
Alfon. Omtrent de in het „Hotel St.-Joris"
gehouden algemeene vergadenng van leden
van de IJsclub „de Rynstreek" valt nog het
volgende te melden:
Slechts 32 personen hadden aan de oproe
ping tot by woning gehoor gogeven.
Nadat de voorzitter, de heer P. A. Wernink,
op hartelyke wyze den aanwezigen het welkom
had toegeroepen, werd overgegaan tot behan
deling der agenda.
Uit de ingekomen stukken bleek, dat wegens
vertrek de heeren mr. J. Brum en B. Van
Wingerden hadden bedankt en een viertal
anderen, zonder opgave van redenen, hun lid
maatschap hadden opgezegd.
De rekening werd tot onderzoek in handen
gesteld van de heeren J. M. Van derSanden,
A. D. Hus8on Heenk, C. Den Hertog Jr., P.
H. Versluis en A. P. Tolk.
By monde van den heer Van der Sanden
word een gunstig rapport uitgebracht, waarna
de penningmeester onder dankbetuiging werd
gedóchargeeid.
Do ontvangsten bedroegen f 3691.23, de
uitgaven f 725.01. Het batig saldo f 2966.22.
Tot districtscommissaris is benoemd in
plaats van den heer J. Wessehng, de heer C.
FiUppo, en als commissaris de heeren A.
Edelaar, A. D. Husson Heenk en J. Van Griet
huizen, respeciieveiyk in de plaats der heeren
C. Filippo, G. Heonk en A. Kuiper.
Het ledenaantal bedroeg: Oudshoorn 64,
Aar lander veen 81, Alten 85, Koudekerk 31,
Hazerswoude 41, Woubrugge 19 en op diverse
plaatson 4, totaal 274.
Het arbeidsloon is weder op tien centen
per uur bepaald.
Uit de nu volgende discussiön bleek, dat men
van oordeel wa9, dat betere afsluiting vau de
Aarbrug by slecht ys gewenscht is, en dat
die aloluiting vanwege de politie dient te
geschieden, alsmede dat er gebrek aan eenig
materieel, speciaal schoppen, bestond.
De heer Wernink sloot hierna de vergade
ring, na nog eenige warme woorden tot de
leden te heboen gesproken, hun aandringende
allen yveng mede te werken tot biyvenden
bloei der vereemging.
Waruiond. Gisteravond hield de „War-
mondsche IJsclub" haar gewone jaariyksche
algemeene vergadering in het Café „de Stad
itume." Ia tegenstelling mot andere jaren,
warén de leden dezen keer flink opgekomen.
Na opening door den Voorzitter, werden de
notulen der laatst voorgaande vergadering
gelezen en goedgekeurd.
Verder werd rekening en verantwoording
gedaan door den penningmeester. Daaruit bleek,
dat de inkomsten over het afgeloopen jaar
waren
Contributie van de leden 133.67
Op de Rykspostspaarbank. 494.90
Aaa rente daarvan 12 53
f 641.10
Uitgaven190.12
Batig saldo f 450.98
De rekening goedgekeurd zynde, werd door
don Voorzitter aan don penningmeester dank
gebracht voor zyn gehouden beheer.
Alsnu was aan de orde de verkiezing van
vyf leden van het bestuur: Aan de beurt
van aftreding waren de heeren C. C. Nedor-
burgh, voorzitter; J. H. Kiusoraan, secretaris;
S. J. Schouten, P. S. Van Ryn en P. C. Van
der Zon, Commissarissen.
De twee eorston werden by acclamatie her
kozen, en de drie laatsten ook by stemming.
De Voorzitter wenschto den heeren geluk met
hun benoeming en 6prak don wensch uit, dat
allen, evenals vorige jaren flink mogen bedra
gen tot den bloei der „Warmondsche IJsclub."
Ingekomen was nog eon voorstel van den
heer C. M. Van Styn tot afschaffing van den
baancommissaris, als zynde bezwarend voor
de kas der IJsclub, daar deze uit die kas be
taald moot worden.
Na eenige discussiön over het voor en tegen
daarvan, werd na rondvraag besloten tot het
blyven bestaan van den baanopzichter, met
voorbehoud aan de bestuursleden om de
betrekking naar hun goedvinden te regelen.
Niets meer aan de orde zynde, werd de
vergadering door den Voorzitter gesloten.
SJit Uo „^5taatscouruiit".
Kon. besluiten. Goedgekeurd, dat J. B.
Kist, burgemeester van de gemeente Buren, is
benoemd tot secretaris dier gemeente.
Toestemming veileend aan P. J. Kluit, burge
meester der gemeento Heioenoord, om tot 10
October 1906 te Mijnsheereniand, en aan jhr. V.
H. De Villeneuve, burgemeester der gemeente
Alblas86rdam, om tot i November 1902 te Dor-
dreebt te blyven wonen.
Pensioen verleend aan: B. Rutgers,verificateur
late categorio bi) 's Rijks belastingen, 1288; J. O.
Janssen, commies-ontvangor der invoerrechten
2do catagorie, ƒ435; H. H. Belgraver, commies-
ontvanger 1ste oategorie bij 's Rijks belastingen,
f 683.
In rang en anciënniteit overgeplaatst: by het
wapen der infanterie van het leger hier te lande,
de tweede luitenant der infanterie H. J. F. Klatte,
van het leger in Nederlandach Indië, en bij het
wapen der infanterie van het leger in Nederlandsch-
Indië, de tweede luitenant E. Kepper, van het
5de regiment infanterie.
Benoemd tot reserve-tweeden luitenant bij het
wapen der cavalerie, en wel by bet 1ste regiment
huzaren, de kornet H. Hartmunn, van genoemd
korps.
Voor don tyd van vyf jaren, gedetacheerd by
het wapen der genie van het leger in Neder-
landsch-Indië, de 1ste luits. J. E. Roorda en F.
T. Jannette Walen, beidon van den staf der genie,
alsmede de 1ste luit. W. R. A. Slicher, van het
korps genietroepen en de 2de luit. H. üeetjans,
van voornoemden staf.
Aan mr. C. J. A. Bichon van Usselmonde te
Rotterdam, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend als heemraad van het waterschap van West-
lJselmonde, prov. Zuid-Holland.
Raad van State. Openbare vergadoring van
de afdoeling voor de geschillen van bestuur op
Woensdag 5 December 19Ü0, des voormiddags te
elf uren.
De minister van binnenlandsohe zaken brengt
in de „Sts.-Ct." ter kennis van belanghebbenden,
dat wet ingang van 1 Januari e. k. zal zyn te
vervullen de betrekking van scheikundig assistent
aan het Rijkslandbouwproeistaiion to Hoorn. Jaar
wedde f UlOU.
Zij, die voor deze betrekking wenschon in aan
merking te komen, gelieven zich voor 10 Deoember
e. k. aan te melden bij den directeur van voor
meld Rijkslandbouwproelstation.
Gomongd Nieuws»
Te Bleiswyk is overleden de
wed. T. Lakeman, geb. Blok, op weinige dagen
na 101 jaar oud.
Te Ry s wy k is gistermiddag de
metselaar A. v. d. P., bezig zynde aan een
niouw huis te metselen, van de stelling ge
vallen, met het gevolg, dat hy op de plaats
dood bleef. De man laat een vrouw met 5
kinderen achter.
Door den heer J. W. Stuffers, die
den löden November door do arr.-rechtbank
te Haarlem is veroordeeld tot f 30 boete,
wegens beleediging van den commissaris van
politie daar ter stede, la geen hooger beroep
tegen dat vonnis aangeteekend.
Het Openbaar Ministerie by de
Ameterdamsche rechtbank eischte tegen Yan
Raan, beschuldigd van brandstichting in het
perceel van den heer Lodder op het Damrak
te Amsterdam, een gevangenisstraf van zes
Jaren.
Gisteravond is do hofstede met
schuur en stalling van den landbouwer Yan
Wingerde te Bommel tot den grond afgebrand.
Er kon niets gered worden, behalve het vee.
Alles is verzekerd.
Te Wyk-by-Heusden heeft de jus
titie uit '8-Hertogenbosch een gerechteiyke
schouwing gehouden van het lyk V3n den
tienjarigen knaap A. T.
Na opgraving en onderzoek van het lyk
hebben deskundigen geconstateerd, dat de dood
niet het gevolg is geweest van eenige mis
handeling, waarvan een oppassend landbouwers
zoon door een paar personen eerst verscheidene'
dagen na den dood verdacht was gemaakt.
Groninger koek naar St.-Heloua.
Eenige krygsgevangenen op het eiland Sint-
Helena hebben in hun gevangenschap aan de
stad Groningen gedacht of liever aan een
product, dat haar buiten de landpalen zekere
bekendheid heeft gegeven: aan do Groninger
koek. Zy hebben, evenwol naar het schynt,
gevonden, dat de reputatie der Groninger
koek nog niet ver genoeg gaat, omlat z;, op
het eiland, waar zy vertoeven, onb&keuo la.
Zy meenen, dat daarin verandering moet
komen, en hebben, met toestemming van den
censor, den heer E. Faber, te Groningen, ge-
vraagd, tegen Kerstmis oen monster koek te
sturen. De heer Fabor heeft aan het verzoek
dadeiyk gevolg gegeven en een groote kist
met koek afgezonden. Yan één resultaat dezer
commissie kan do heer Faber, zooals de verre
klanten schrijven, zeker zyn: zy zullen er een
prettiger Kerstmis door hebben.
Onder de onderteekenaara van de briefkaart
voad de „N. Gron. Ort.", die dit meldt, één
Groningschen naam: die van N. Prak. Voorla
o. a. de namen van A. C. Maarseveen, O,
Jacobs, W. C. Yan Gheel Gildomeester.
Op verschrikkoiyke wyze is by
het station te Metz een arme vrouw om het
leven gekomen. Zy had zich laten overhalen
om, behalve allerlei andere zaken, ook een
party phosphorus naar Frankryk te smokkelen.
Toon zy in de wachtkamer van het station
zat, bemerkte zy, dat de phosphorus, dio zy
onder de kleeren had verborgen, begon te
ontbranden. Zy vluchtte de straat op om zich
van de gevaariyke stof te ontdoen, doch nauwe-
ïyks wae zy buiten, of daar sloegen de vlammen
uit. Eenige soldaten schoten toe, rukten haar
de brandende kleeren van het lyf en brachten
haar in een wagen naar het ziekenhuis, waar
zy overleed.
Te Saint-Hubert (Belgiö) zyn zes
huizen afgebrand. Dit ls in één maand tyds
de vierde brand in dezelfde straat. De justitie
heeft een onderzoek ingesteld.
In een vorig nommer is reeas
in hot kort melding gemaakt van een dyna-
mietontploffing in een steenkolenmyn onder
Aniche, in het Fransche Noorderdepartement.
De ramp had Woensdagochtend kwart over
vyven plaats. Er was een hoeveelheid van
tusschen de 160 en 200 kilogram patronen
geborgon, waarvan zekere Bertinchamps aan
de werklieden uitdeeling deed. Hoe de ont
ploffing voroorzaakt is, biykt niet, gelyk het
juiste getal dooden nog onzeker is. Men epiak
van vyftig. Zeer vele waren tot onkenbaar
heid toe verminkt, ja sommige ïyken werden
als vormlooze vleeBchklompen in zakken
opgeheschen. Verscheidene mynwerkers, die
levend boven kwamen, liepen als krankzinnig
weg en men trof hen zuigende in het veld
aan. Uit de schacht sloegen vlammen tot
boven de gebouwen uit en werden drie kilo
meter ver gezien.
Een negentienjarig jongeling, Lecu, door de
ontploffing omgeworpen, bleef den ganschen
dag beneden om de dooden die gevonden werden
af te wasschen, ten oinde de herkenning ge-
makkelyker te maken. Dat deed hy ook mot
zyn eigen oom.
29)
„Of ik trouw dien lammen ouden heer daar
in dien rolstoel. Behring heeft my sinds kort
aan hem voorgesteld; hy moet ryk zyn. Gy
lacht nog altyd? Het is bittere ernst, wat
ik zeg."
„Een verschrikkelyke keus; ik weet wer
kelijk niet, wat het ergste zou zyn. Een
portret van my van uw penl Ik word er
bang van."
„Nietwaar?"
„Helene, wat praat je weer voor onzin I"
riep de overste.
„Och, papa, mynheer von Wöllern is myn
gewoonten en handelwyze ontwend, ik moet
zyn geheugen eens wat opfrisschen. Heden
heb ik je voor een domheid bewaard, dat
heb je zeker wel begrepen," zeide Helene
later tot Wöllern.
„Hoezoo? Ik begryp niet...."
„Gelooft ge werkeiyk, een meisje als
Roberta met den stormpas te kunnen ver-
©veren? En met zulke spreek wy zen? Dan
vergist ge u. Ja, als het Annie geweest wasI"
„Maar wat ik tot juffrouw Sternthal zeide,
was de zuivere waarheid."
„Des te beter; maar ook mot de waarheid
moet men voorzichtig zyn; zy komt niet altyd
'van pas. Ik meen het goed met u, Wöllern,
en gun u een ryke vrouw. Een arme kunt gy
niet gebruiken, maar vooral voorzichtig aan."
„Ik ben u zeer dankbaar..,. Gy gelooft
dus, dat.
„Ik geloof niet; ik weet. Ik was op „Groot-
Holmsdorf." Stil, mon mag ons niethooren."
Van dezen dag af begon Wöllern voor
zichtig, maar onafgebroken aan Roberta het
hof te maken. Byna dagelyks bracht hy de
middaguren aan haar zyde door en bewees
haar al die kleine diensten, die een dame van
een welopgevoed man kan aannemen. Het
meisje was geheel onbeschroomd in dezen
omgang; Wöllern had baar vader gekend,
die meermalen vriendeiyk over hem had
gesproken I
Als Wöllern door den dienst verhinderd
werd, was hem dit niet nadeelig. Roberta zag
dan in; hoe zy hem miste, hoe onontbeerlyk
hy voor haar geworden was.
Eindeiyk kwam de dag, waarop Wöllern
geloofde, dat hy zyn wenschen en verwach
tingen wel in woorden kon brengen. Hy
werd niet afgewezen en wendde zich daarop
tot mevrouw Sternthal.
Deze was niet blind geweest voor het
voorafgaande. Zy had zich reeds tot Rommers-
dorf gowend om inlichtingen omtrent Wöllern.
Het antwoord van den overste viel bevre
digend uit. Volgens hem was Wöllern, zooals
alle jongelui tegenwoordig, een beetje licht
zinnig, maar er viel overigens niets op hem
te zeggen. Zyn geldelyke omstandigheden,
hm, welke officier heeft niet een beetje
schulden? Als zy maar eerst getrouwd zyn,
dan wordt dat wel beter.
„Zoudt gy Wöllern uw dochter durven toe
vertrouwen?"
„Daarvan zou nooit sprake kunnen zyn,
want daarvoor ontbreken my do noodige
middelen. In dit opzicht zyt gy, mevrouw,
in betere conditie dan ik."
„Het was de wil van haar vader en ook
van my, dat onze dochter by de keus van
een echtgenoot haar neiging mag volgen, als
er geen ernstige bedenkingen tegen zyn,"
zeide mevrouw Stom thai tot Wöllern, toen
hy Roberta's hand kwam vragen. „Spreekt
Roberta's hart voor u, dan zyt gy my als
zoon welkom, maar vergeet niet, dat ik dan
ook uit uw handen het levensgeluk myner
dochter eisch."
De verloving had dus plaats; mevrouw
Sternthal stelde echter de voorwaarde, dat
zy eerst na afloop van het rouwjaar zou
worden openbaar gemaakt. De toebereidselen
tot het huweiyk, dat in den herfst zou plaats
hebbon, konden daarom toch al wel begonnen
worden. Wöllern stemde gewillig toe in alle
regelingen zyner schoonmoeder. Hy verwachtte
binnenkort zyn bevordering tot eersten luite
nant en daarmede ook een spoedige over
plaatsing.
Al bleof de verloving ook nog voorloopig
geheim, zoo wisten toch alle vrienden en
bekenden het feit, alle kameraden wenschten
Wöllern geluk en velen benydden hem zyD
aardige, ryke bruid. Wöllern verzekerde altyd,
dat zyn verloofde het beminiykste, bekoor-
lykste wezen onder de zon was, en dat hy
naar haar vermogen niet had gevraagd, hoowel
het aanzieniyk was. Die vraag was ook zeker
onnoodig geweest, want mevrouw Sternthal
had hem by de verloving inlichtingen omtrent
Roberta's vermogen gegeven, die de stoutste
verwachtingen van den aanzoeker overtroffen.
„Evontueele verplichtingen, die gy hebt, ver
zoek ik u my gerust mee te deelen," had zy
er bygevoegd, „dat komt by alle jongelui
voor, en uw bruid bohoeft daar niets van te
welen."
Roberta was een lieftallige bruid. In den
glans der eerste liefde, vermengd met
maagdelyke schroomvalligheid, stond zy daar,
toen haar moeder haar hand in die van haar
beminde legde. Een nooit gekende zaligheid
vervulde het jonge hart, en daarby een warm
gevoel van dankbaarheid jegens God, Die haar
zooveel geluk had geschonken.
Mevrouw Sternthal had na Wöllerns aan
zoek dadeiyk aan haar zoon geschreven; zy
wenschte, dat hy by zulk een gewichtige
familie-gebeurtenis niet afwezig zou blyven.
Ernst antwoordde, dat hy op het oogenblik
zya zaken niet kon verlaten, dat Hülsdorf
naar Hamburg was, en dat hy na diens terug
komst naar Engeland moest reizen. Hy zou
echter by de publieke verloving zyner zuster
niet ontbreken, en zou het dan ook wel mot
zyn bezigheden kunnen schikken. Wöllern was
hem overigens persooniyk bekend, en hy
heette hem volgaarne al3 zwager welkom;
in dit opzicht was ook slechts Roberta's keus
beslissend.
Mevrouw Sternthal wenschte, dat Roberta's
vermogen in de zaak van haar broeder zou
blyven; een schikking, waarop Wöllern niets
aanmerkte.
Roberta beleefde dagen van ongestoord ge
luk. Slechts do gedachte zich van tyd tot tyd
van haar moeder te moeten scheiden, be
droefde haar, want mevrouw Sternthal had
onmiddeliyk verklaard, dat zy slechts nu en
dan do gast van haar schoonzoon zou zyn,
en nooit oen vast huisgenoot, daar zy in
Berlyn zou blyven wonen. Maar daar bleef
Theresia immors ook; haar kon Roberta de
zorg voor haar moeder gerust toevertrouwen.
Ook Theresia zelf te moeten verlaten, viel
haar hard, maar do gedachte aan haar ver
loving onderdrukte dit gevoel ten deele.
Aan Hülsdorfs herhaald aanzoek dacht
Roberta nauwelyks; zy had hem immers te
Beriyn reeds gezegd, dat hy geen bevrediging
zyner wenschen ie verwachten had. Als hy
nu vernam, dat zy de bruid van een ander
was, zou hy zich natuurlyk tevreden moeten
stellen.
lederen achtermiddag kwam Wöllern van
Mainz over, en 's morgens doorkruiste Roberta
dikwyis mot Helene de winkelgaleryen met
haar fraaie uitstallingen, om daaruit te kiezen,
wat haar voor haar toekomstig huishouden
beviel. Zeker een aangename bezigheid voor
een jonge bruid, die niet zuinig behoeft te zyn.
Op een morgen, nadat de meisjes nauwelyks
waren weggegaan, werd mevrouw Sternthal
een kaartje overhandigd met de boodschap,
dat mynheer haar voor zaken wenschte te
spreken. Op het kaartje stond: „Isidorus
Meyor, agent". Dezo naam was mevrouw
Sternthal geheel onbekend; wat kon diemaa
van haai" verlangen? En voor zaken? Behoorde
hy misschien by een meubelzaak, en had hy
van Roberta's verloving gehoord Zy verzocht
hem by haar te brengen.
„Verontschuldig my, mevrouw, als ik u
lastig val," zoo bogon de binnentredende,
onderdanig buigend, „maar mafe ik de vraag
stellen, of het waar is, dat mejuffrouw uw
dochter verloifd is met mynheor luitenant
von Wöllern?"
„Welk belang kunt gy stellen in de ver
loving myner dochter, mynheer?" vroeg me
vrouw Sternthal. „Verhuurt gy woningen of
hebt ge een meubelmagazyn?"
„Geen van beide, mevrouw; wy werken op'
ander gebied. Ziet gy, in Mainz zyn veel jonge',
officieren, deftige heeren, die weten hoe men'
leven moot. Maar hun salaris is daarvoor altyd
niet toereikend, en wy zorgen voor de tekorten.'
De heeren komen by Isidorus Meyer, schry ven
hun naam op een reepje papier en gaan
tevreden van my weg. Gy begrypt my wel/
mevrouw?" (Wordt wwtydj