N*. 12508 Zaterdag 1 December, A0. 1900 feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Derde Blad. Feuilleton. DE STERNTHALS. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Lelden per 8 maanden, ••«•iiliitf 1-10. Buiten Leiden, por lovpor en waar agenten gevestigd rt)n 1-30. Franco per post .«ttt-it-ftt 1.65. PRIJS DER ADVERTENTTËN: Van 1 6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. OfÜoièele KennlageTingen DargomeeBter on Wethouders van Leiden; Geaien de adreesen vaa E. J. 80H.OONDERCANG, hoodende verzook om vergunning tot bet pla t:en en ia-wtrking-eteilen van een gasmotor Van 4 p.-k., ter vervangi-g van de etoomma.chine van 4 p.-k. in zjja fabriek van verdnorzaamae leveu-middo en aan du Heerengracht No*. 66/o7, t-n van de flrms P. L. HUPPEBTZ A Oo„ hondende verzotb oai vergunning tot opriohting van een sohoei. eufabriek, gedreven door een gasmotor van 1U ik., in hot peroeei Maredjjd No. ld, kad. bekend teotio L Noa. 476/478; Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet; Geven bij deze kennis aan het pnbnek, dat ge noemde verzoeken met de bylagen op do Secrotario deaer gemeente ter vioie gelegu zvn; alsmede, dat op Vrijdag 14 Deo. a. b., 'e voormiódage te elf uren, op het Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven, om beswaren tegen die verzoeken in to brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Lelden, F. W^B. Burgemeester. •0 Nov. 1800. VAN HEÏöT. Secretaris. De Burgemeester der gemeente Leiden; Gezien art, 2* der wet van 2 Mei Is79,8'.iat3- blad No. 124); Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat eon algomeene opgaaf van den inhoud der kenmsgeviugoD, bedoeld b\j gemeld art. 26 omtrent de herzieniog van do belastbare opbr ngat der gebouwde eigen dommen ln de kadastrale gemeonto Leiden, onder bijvoeging van d.n kadastr*len legger on do phins, op de Secretarie der gemeente is nedorgelegd ter kostelooze inzage van belanghebbenden gedurende twiutig dagen na heden. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 80 No f. 1900, F. WA8. Inkomstenbelasting. Burgemeester en Wethouders ven Leiden brengen in herinnering, dat mot 80 Nov. a. s. de v\jfao termijn vervalt van delnkomstonbeiastlng, dienst luOO, en dat alzoo op don ldten December a. e. minstens vijf zesdo gedeelten van don aanelag mooton zijn voldaan. Zij noodigeu mitsdien belanghebbenden uit, om, ter Voorkoming van vorvolgingekosten,- tot de betaling van het verschuldigde ten kantore van-don Gomeoute- Ontvanger over te gaaD. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, liurgomeeotor. 28 Nov. 1900. VAN HEY8T, öeoretans. Leiden, 1 Deeember. De Christeiyk-Historische Kiosvereeni- glng „Vaderland en Oranje" heeft in haar ver gadering besloten geen candidaat voor den gemeenteraad aan te bevelen, doch haar leden geheel vry te laten. De Haagache politiebeambten-vereenigiDg „Door Eendracht Saam Verbonden" heeft het voorstel tot oprichting van een nieuw fonds tot ondersteuning by ziekte en overlijden, naast het bestaande, verworpen. Men achtte het gewenscht het bestaande fonds te reorgani- seeren. Op voorstel van den hoofdcommissaris zal nu een commissie uit het korps die reorganisatie ter hand nemen. In de tweede helft van December zal de verloting gehouden worden van schilderijen, teekeningen, aquarellen, beeldhouwwerk, enz., door de leden van den „Haagschen Kunst kring" bijeengebracht. Van 3 11 Dec. zullen de te verloten prijzen in de zaal van den Kunstkring publiek tentoongesteld zjjn. De correspondent te Parijs van het „Haagsche Dagblad", mr. Van Marl e, schrift: Woensdagavond bracht ik een bezoek by den secretaris der redactie van het dagblad „Le Matin", om eenige nadere inlichtingen te vragen betreffende het huldeblijk, dat door de Fransche vrouwen aan onze Koningin zal worden aangeboden, ter gelegenheid van Haar huweiyk. De heer Laurent verzocht mij, aan de lezers van het Dagblad goed te doen uitkomen, dat zijn blad in deze zaak geen initiatief heeft genomen, doch uitsluitend een denkbeeld geopperd. „Het ligt niet op den weg van een dagblad om een inschrijving te openen voor een huwelijksgeschenk aan uw Koningin", zeide my de heer Laurent, „doch wy hebben dit denkbeeld aan de vrouwen van Fiankryk aanbevolen, als een rechtmatige hulde aan de vorstin, die in de gegeven omstandigheden door haar fler woord en moedige daad een werkelyken omkeer in de wereldgeschiedenis heeft tot stand gebracht." Het denkbeeld van de „Matin" heeft echter alle kans met succes te worden bekroond. Talryke brieven van adhaesio zyn reeds in gekomen en niet minder talryke giften van 100 franken tot 1 frank toe. Een comité is in wording, en dit zal zoo veel mogeiyk alle maatschappeiyke standen der Fransche samenleving omvatten. Zoowel „marquises" als „dames de la halle", dames patronessen van godsdienstige Btichtingen als leidsters van feministische bewegingen zullen elkaar op dit gebied ontmoeten. De beweging zal een zuiver nationale manifestatie zyn, waartoe iedere Fransche vrouw het hare kan by dragen, al is het op nog zoo bescheiden wyze. Een inzameling voor hot nationale hulde biyk aan H. M. de Koningin by haar huweiyk heeft te Arnhem ruim J 3öuo opgebiacht. Enkele commissieleden moeten nog afrekenen men raamt de geheele ontvangst te Arnhem op ruim 40U0. Ook in de kleine gemeente Hei- on Boeicop is reeds pl. m. f 30 voor het nationaal geschenk by eenge bracht. Als reeds zoo vele jaren ziet ook do „Nederlandache Almanak" (H. Tjeenk Willink en Zoon, te Haarlem) voor 1901 er smakeiyk uit en ia de inhoud op do hoogte van den tyd. Twee flinke portretten van Koningin Wilhelmina en Hertog Hendrik openen de reeks en worden gevolgd door die van onder scheidene uitstekende mannen uit den oorlog in Zuid-Afrika, waaraan een uitgebreid artikel gewyd is. Daa volgt China, enz., enz. By de firma H. J. Van de Garde &Co., te Zalt-Bommel, is de tweede jaargang (1901) verschenen van den „Nederlandscne Staats almanak voor iedereen", samengesteld door H. Pyttersen Tz., lid van de Tweede Kamer. De inhoud van dit nuttige boek, „een schat kamer van wetenswaardigheden" genoemd, heeft een belangiyke vermeerdering en her ziening ondergaan (het getal bladzyden is geklommen van 495 tot 633), waardoor het aan volledigheid en nauwkeurigheid heeft gewonnen zoo wordt in de inleiding ver zekerd en er is geen reden om aan de juist heid der verzekering te twyfelen. Een ver betering, die in het oog valt, is de toevoeging van een alphabetisch register; de overige zullen uit het gebruik moeten blyken. Alfon. Omtrent de in het „Hotel St.-Joris" gehouden algemeene vergadenng van leden van de IJsclub „de Rynstreek" valt nog het volgende te melden: Slechts 32 personen hadden aan de oproe ping tot by woning gehoor gogeven. Nadat de voorzitter, de heer P. A. Wernink, op hartelyke wyze den aanwezigen het welkom had toegeroepen, werd overgegaan tot behan deling der agenda. Uit de ingekomen stukken bleek, dat wegens vertrek de heeren mr. J. Brum en B. Van Wingerden hadden bedankt en een viertal anderen, zonder opgave van redenen, hun lid maatschap hadden opgezegd. De rekening werd tot onderzoek in handen gesteld van de heeren J. M. Van derSanden, A. D. Hus8on Heenk, C. Den Hertog Jr., P. H. Versluis en A. P. Tolk. By monde van den heer Van der Sanden word een gunstig rapport uitgebracht, waarna de penningmeester onder dankbetuiging werd gedóchargeeid. Do ontvangsten bedroegen f 3691.23, de uitgaven f 725.01. Het batig saldo f 2966.22. Tot districtscommissaris is benoemd in plaats van den heer J. Wessehng, de heer C. FiUppo, en als commissaris de heeren A. Edelaar, A. D. Husson Heenk en J. Van Griet huizen, respeciieveiyk in de plaats der heeren C. Filippo, G. Heonk en A. Kuiper. Het ledenaantal bedroeg: Oudshoorn 64, Aar lander veen 81, Alten 85, Koudekerk 31, Hazerswoude 41, Woubrugge 19 en op diverse plaatson 4, totaal 274. Het arbeidsloon is weder op tien centen per uur bepaald. Uit de nu volgende discussiön bleek, dat men van oordeel wa9, dat betere afsluiting vau de Aarbrug by slecht ys gewenscht is, en dat die aloluiting vanwege de politie dient te geschieden, alsmede dat er gebrek aan eenig materieel, speciaal schoppen, bestond. De heer Wernink sloot hierna de vergade ring, na nog eenige warme woorden tot de leden te heboen gesproken, hun aandringende allen yveng mede te werken tot biyvenden bloei der vereemging. Waruiond. Gisteravond hield de „War- mondsche IJsclub" haar gewone jaariyksche algemeene vergadering in het Café „de Stad itume." Ia tegenstelling mot andere jaren, warén de leden dezen keer flink opgekomen. Na opening door den Voorzitter, werden de notulen der laatst voorgaande vergadering gelezen en goedgekeurd. Verder werd rekening en verantwoording gedaan door den penningmeester. Daaruit bleek, dat de inkomsten over het afgeloopen jaar waren Contributie van de leden 133.67 Op de Rykspostspaarbank. 494.90 Aaa rente daarvan 12 53 f 641.10 Uitgaven190.12 Batig saldo f 450.98 De rekening goedgekeurd zynde, werd door don Voorzitter aan don penningmeester dank gebracht voor zyn gehouden beheer. Alsnu was aan de orde de verkiezing van vyf leden van het bestuur: Aan de beurt van aftreding waren de heeren C. C. Nedor- burgh, voorzitter; J. H. Kiusoraan, secretaris; S. J. Schouten, P. S. Van Ryn en P. C. Van der Zon, Commissarissen. De twee eorston werden by acclamatie her kozen, en de drie laatsten ook by stemming. De Voorzitter wenschto den heeren geluk met hun benoeming en 6prak don wensch uit, dat allen, evenals vorige jaren flink mogen bedra gen tot den bloei der „Warmondsche IJsclub." Ingekomen was nog eon voorstel van den heer C. M. Van Styn tot afschaffing van den baancommissaris, als zynde bezwarend voor de kas der IJsclub, daar deze uit die kas be taald moot worden. Na eenige discussiön over het voor en tegen daarvan, werd na rondvraag besloten tot het blyven bestaan van den baanopzichter, met voorbehoud aan de bestuursleden om de betrekking naar hun goedvinden te regelen. Niets meer aan de orde zynde, werd de vergadering door den Voorzitter gesloten. SJit Uo „^5taatscouruiit". Kon. besluiten. Goedgekeurd, dat J. B. Kist, burgemeester van de gemeente Buren, is benoemd tot secretaris dier gemeente. Toestemming veileend aan P. J. Kluit, burge meester der gemeento Heioenoord, om tot 10 October 1906 te Mijnsheereniand, en aan jhr. V. H. De Villeneuve, burgemeester der gemeente Alblas86rdam, om tot i November 1902 te Dor- dreebt te blyven wonen. Pensioen verleend aan: B. Rutgers,verificateur late categorio bi) 's Rijks belastingen, 1288; J. O. Janssen, commies-ontvangor der invoerrechten 2do catagorie, ƒ435; H. H. Belgraver, commies- ontvanger 1ste oategorie bij 's Rijks belastingen, f 683. In rang en anciënniteit overgeplaatst: by het wapen der infanterie van het leger hier te lande, de tweede luitenant der infanterie H. J. F. Klatte, van het leger in Nederlandach Indië, en bij het wapen der infanterie van het leger in Nederlandsch- Indië, de tweede luitenant E. Kepper, van het 5de regiment infanterie. Benoemd tot reserve-tweeden luitenant bij het wapen der cavalerie, en wel by bet 1ste regiment huzaren, de kornet H. Hartmunn, van genoemd korps. Voor don tyd van vyf jaren, gedetacheerd by het wapen der genie van het leger in Neder- landsch-Indië, de 1ste luits. J. E. Roorda en F. T. Jannette Walen, beidon van den staf der genie, alsmede de 1ste luit. W. R. A. Slicher, van het korps genietroepen en de 2de luit. H. üeetjans, van voornoemden staf. Aan mr. C. J. A. Bichon van Usselmonde te Rotterdam, op zijn verzoek, eervol ontslag ver leend als heemraad van het waterschap van West- lJselmonde, prov. Zuid-Holland. Raad van State. Openbare vergadoring van de afdoeling voor de geschillen van bestuur op Woensdag 5 December 19Ü0, des voormiddags te elf uren. De minister van binnenlandsohe zaken brengt in de „Sts.-Ct." ter kennis van belanghebbenden, dat wet ingang van 1 Januari e. k. zal zyn te vervullen de betrekking van scheikundig assistent aan het Rijkslandbouwproeistaiion to Hoorn. Jaar wedde f UlOU. Zij, die voor deze betrekking wenschon in aan merking te komen, gelieven zich voor 10 Deoember e. k. aan te melden bij den directeur van voor meld Rijkslandbouwproelstation. Gomongd Nieuws» Te Bleiswyk is overleden de wed. T. Lakeman, geb. Blok, op weinige dagen na 101 jaar oud. Te Ry s wy k is gistermiddag de metselaar A. v. d. P., bezig zynde aan een niouw huis te metselen, van de stelling ge vallen, met het gevolg, dat hy op de plaats dood bleef. De man laat een vrouw met 5 kinderen achter. Door den heer J. W. Stuffers, die den löden November door do arr.-rechtbank te Haarlem is veroordeeld tot f 30 boete, wegens beleediging van den commissaris van politie daar ter stede, la geen hooger beroep tegen dat vonnis aangeteekend. Het Openbaar Ministerie by de Ameterdamsche rechtbank eischte tegen Yan Raan, beschuldigd van brandstichting in het perceel van den heer Lodder op het Damrak te Amsterdam, een gevangenisstraf van zes Jaren. Gisteravond is do hofstede met schuur en stalling van den landbouwer Yan Wingerde te Bommel tot den grond afgebrand. Er kon niets gered worden, behalve het vee. Alles is verzekerd. Te Wyk-by-Heusden heeft de jus titie uit '8-Hertogenbosch een gerechteiyke schouwing gehouden van het lyk V3n den tienjarigen knaap A. T. Na opgraving en onderzoek van het lyk hebben deskundigen geconstateerd, dat de dood niet het gevolg is geweest van eenige mis handeling, waarvan een oppassend landbouwers zoon door een paar personen eerst verscheidene' dagen na den dood verdacht was gemaakt. Groninger koek naar St.-Heloua. Eenige krygsgevangenen op het eiland Sint- Helena hebben in hun gevangenschap aan de stad Groningen gedacht of liever aan een product, dat haar buiten de landpalen zekere bekendheid heeft gegeven: aan do Groninger koek. Zy hebben, evenwol naar het schynt, gevonden, dat de reputatie der Groninger koek nog niet ver genoeg gaat, omlat z;, op het eiland, waar zy vertoeven, onb&keuo la. Zy meenen, dat daarin verandering moet komen, en hebben, met toestemming van den censor, den heer E. Faber, te Groningen, ge- vraagd, tegen Kerstmis oen monster koek te sturen. De heer Fabor heeft aan het verzoek dadeiyk gevolg gegeven en een groote kist met koek afgezonden. Yan één resultaat dezer commissie kan do heer Faber, zooals de verre klanten schrijven, zeker zyn: zy zullen er een prettiger Kerstmis door hebben. Onder de onderteekenaara van de briefkaart voad de „N. Gron. Ort.", die dit meldt, één Groningschen naam: die van N. Prak. Voorla o. a. de namen van A. C. Maarseveen, O, Jacobs, W. C. Yan Gheel Gildomeester. Op verschrikkoiyke wyze is by het station te Metz een arme vrouw om het leven gekomen. Zy had zich laten overhalen om, behalve allerlei andere zaken, ook een party phosphorus naar Frankryk te smokkelen. Toon zy in de wachtkamer van het station zat, bemerkte zy, dat de phosphorus, dio zy onder de kleeren had verborgen, begon te ontbranden. Zy vluchtte de straat op om zich van de gevaariyke stof te ontdoen, doch nauwe- ïyks wae zy buiten, of daar sloegen de vlammen uit. Eenige soldaten schoten toe, rukten haar de brandende kleeren van het lyf en brachten haar in een wagen naar het ziekenhuis, waar zy overleed. Te Saint-Hubert (Belgiö) zyn zes huizen afgebrand. Dit ls in één maand tyds de vierde brand in dezelfde straat. De justitie heeft een onderzoek ingesteld. In een vorig nommer is reeas in hot kort melding gemaakt van een dyna- mietontploffing in een steenkolenmyn onder Aniche, in het Fransche Noorderdepartement. De ramp had Woensdagochtend kwart over vyven plaats. Er was een hoeveelheid van tusschen de 160 en 200 kilogram patronen geborgon, waarvan zekere Bertinchamps aan de werklieden uitdeeling deed. Hoe de ont ploffing voroorzaakt is, biykt niet, gelyk het juiste getal dooden nog onzeker is. Men epiak van vyftig. Zeer vele waren tot onkenbaar heid toe verminkt, ja sommige ïyken werden als vormlooze vleeBchklompen in zakken opgeheschen. Verscheidene mynwerkers, die levend boven kwamen, liepen als krankzinnig weg en men trof hen zuigende in het veld aan. Uit de schacht sloegen vlammen tot boven de gebouwen uit en werden drie kilo meter ver gezien. Een negentienjarig jongeling, Lecu, door de ontploffing omgeworpen, bleef den ganschen dag beneden om de dooden die gevonden werden af te wasschen, ten oinde de herkenning ge- makkelyker te maken. Dat deed hy ook mot zyn eigen oom. 29) „Of ik trouw dien lammen ouden heer daar in dien rolstoel. Behring heeft my sinds kort aan hem voorgesteld; hy moet ryk zyn. Gy lacht nog altyd? Het is bittere ernst, wat ik zeg." „Een verschrikkelyke keus; ik weet wer kelijk niet, wat het ergste zou zyn. Een portret van my van uw penl Ik word er bang van." „Nietwaar?" „Helene, wat praat je weer voor onzin I" riep de overste. „Och, papa, mynheer von Wöllern is myn gewoonten en handelwyze ontwend, ik moet zyn geheugen eens wat opfrisschen. Heden heb ik je voor een domheid bewaard, dat heb je zeker wel begrepen," zeide Helene later tot Wöllern. „Hoezoo? Ik begryp niet...." „Gelooft ge werkeiyk, een meisje als Roberta met den stormpas te kunnen ver- ©veren? En met zulke spreek wy zen? Dan vergist ge u. Ja, als het Annie geweest wasI" „Maar wat ik tot juffrouw Sternthal zeide, was de zuivere waarheid." „Des te beter; maar ook mot de waarheid moet men voorzichtig zyn; zy komt niet altyd 'van pas. Ik meen het goed met u, Wöllern, en gun u een ryke vrouw. Een arme kunt gy niet gebruiken, maar vooral voorzichtig aan." „Ik ben u zeer dankbaar..,. Gy gelooft dus, dat. „Ik geloof niet; ik weet. Ik was op „Groot- Holmsdorf." Stil, mon mag ons niethooren." Van dezen dag af begon Wöllern voor zichtig, maar onafgebroken aan Roberta het hof te maken. Byna dagelyks bracht hy de middaguren aan haar zyde door en bewees haar al die kleine diensten, die een dame van een welopgevoed man kan aannemen. Het meisje was geheel onbeschroomd in dezen omgang; Wöllern had baar vader gekend, die meermalen vriendeiyk over hem had gesproken I Als Wöllern door den dienst verhinderd werd, was hem dit niet nadeelig. Roberta zag dan in; hoe zy hem miste, hoe onontbeerlyk hy voor haar geworden was. Eindeiyk kwam de dag, waarop Wöllern geloofde, dat hy zyn wenschen en verwach tingen wel in woorden kon brengen. Hy werd niet afgewezen en wendde zich daarop tot mevrouw Sternthal. Deze was niet blind geweest voor het voorafgaande. Zy had zich reeds tot Rommers- dorf gowend om inlichtingen omtrent Wöllern. Het antwoord van den overste viel bevre digend uit. Volgens hem was Wöllern, zooals alle jongelui tegenwoordig, een beetje licht zinnig, maar er viel overigens niets op hem te zeggen. Zyn geldelyke omstandigheden, hm, welke officier heeft niet een beetje schulden? Als zy maar eerst getrouwd zyn, dan wordt dat wel beter. „Zoudt gy Wöllern uw dochter durven toe vertrouwen?" „Daarvan zou nooit sprake kunnen zyn, want daarvoor ontbreken my do noodige middelen. In dit opzicht zyt gy, mevrouw, in betere conditie dan ik." „Het was de wil van haar vader en ook van my, dat onze dochter by de keus van een echtgenoot haar neiging mag volgen, als er geen ernstige bedenkingen tegen zyn," zeide mevrouw Stom thai tot Wöllern, toen hy Roberta's hand kwam vragen. „Spreekt Roberta's hart voor u, dan zyt gy my als zoon welkom, maar vergeet niet, dat ik dan ook uit uw handen het levensgeluk myner dochter eisch." De verloving had dus plaats; mevrouw Sternthal stelde echter de voorwaarde, dat zy eerst na afloop van het rouwjaar zou worden openbaar gemaakt. De toebereidselen tot het huweiyk, dat in den herfst zou plaats hebbon, konden daarom toch al wel begonnen worden. Wöllern stemde gewillig toe in alle regelingen zyner schoonmoeder. Hy verwachtte binnenkort zyn bevordering tot eersten luite nant en daarmede ook een spoedige over plaatsing. Al bleof de verloving ook nog voorloopig geheim, zoo wisten toch alle vrienden en bekenden het feit, alle kameraden wenschten Wöllern geluk en velen benydden hem zyD aardige, ryke bruid. Wöllern verzekerde altyd, dat zyn verloofde het beminiykste, bekoor- lykste wezen onder de zon was, en dat hy naar haar vermogen niet had gevraagd, hoowel het aanzieniyk was. Die vraag was ook zeker onnoodig geweest, want mevrouw Sternthal had hem by de verloving inlichtingen omtrent Roberta's vermogen gegeven, die de stoutste verwachtingen van den aanzoeker overtroffen. „Evontueele verplichtingen, die gy hebt, ver zoek ik u my gerust mee te deelen," had zy er bygevoegd, „dat komt by alle jongelui voor, en uw bruid bohoeft daar niets van te welen." Roberta was een lieftallige bruid. In den glans der eerste liefde, vermengd met maagdelyke schroomvalligheid, stond zy daar, toen haar moeder haar hand in die van haar beminde legde. Een nooit gekende zaligheid vervulde het jonge hart, en daarby een warm gevoel van dankbaarheid jegens God, Die haar zooveel geluk had geschonken. Mevrouw Sternthal had na Wöllerns aan zoek dadeiyk aan haar zoon geschreven; zy wenschte, dat hy by zulk een gewichtige familie-gebeurtenis niet afwezig zou blyven. Ernst antwoordde, dat hy op het oogenblik zya zaken niet kon verlaten, dat Hülsdorf naar Hamburg was, en dat hy na diens terug komst naar Engeland moest reizen. Hy zou echter by de publieke verloving zyner zuster niet ontbreken, en zou het dan ook wel mot zyn bezigheden kunnen schikken. Wöllern was hem overigens persooniyk bekend, en hy heette hem volgaarne al3 zwager welkom; in dit opzicht was ook slechts Roberta's keus beslissend. Mevrouw Sternthal wenschte, dat Roberta's vermogen in de zaak van haar broeder zou blyven; een schikking, waarop Wöllern niets aanmerkte. Roberta beleefde dagen van ongestoord ge luk. Slechts do gedachte zich van tyd tot tyd van haar moeder te moeten scheiden, be droefde haar, want mevrouw Sternthal had onmiddeliyk verklaard, dat zy slechts nu en dan do gast van haar schoonzoon zou zyn, en nooit oen vast huisgenoot, daar zy in Berlyn zou blyven wonen. Maar daar bleef Theresia immors ook; haar kon Roberta de zorg voor haar moeder gerust toevertrouwen. Ook Theresia zelf te moeten verlaten, viel haar hard, maar do gedachte aan haar ver loving onderdrukte dit gevoel ten deele. Aan Hülsdorfs herhaald aanzoek dacht Roberta nauwelyks; zy had hem immers te Beriyn reeds gezegd, dat hy geen bevrediging zyner wenschen ie verwachten had. Als hy nu vernam, dat zy de bruid van een ander was, zou hy zich natuurlyk tevreden moeten stellen. lederen achtermiddag kwam Wöllern van Mainz over, en 's morgens doorkruiste Roberta dikwyis mot Helene de winkelgaleryen met haar fraaie uitstallingen, om daaruit te kiezen, wat haar voor haar toekomstig huishouden beviel. Zeker een aangename bezigheid voor een jonge bruid, die niet zuinig behoeft te zyn. Op een morgen, nadat de meisjes nauwelyks waren weggegaan, werd mevrouw Sternthal een kaartje overhandigd met de boodschap, dat mynheer haar voor zaken wenschte te spreken. Op het kaartje stond: „Isidorus Meyor, agent". Dezo naam was mevrouw Sternthal geheel onbekend; wat kon diemaa van haai" verlangen? En voor zaken? Behoorde hy misschien by een meubelzaak, en had hy van Roberta's verloving gehoord Zy verzocht hem by haar te brengen. „Verontschuldig my, mevrouw, als ik u lastig val," zoo bogon de binnentredende, onderdanig buigend, „maar mafe ik de vraag stellen, of het waar is, dat mejuffrouw uw dochter verloifd is met mynheor luitenant von Wöllern?" „Welk belang kunt gy stellen in de ver loving myner dochter, mynheer?" vroeg me vrouw Sternthal. „Verhuurt gy woningen of hebt ge een meubelmagazyn?" „Geen van beide, mevrouw; wy werken op' ander gebied. Ziet gy, in Mainz zyn veel jonge', officieren, deftige heeren, die weten hoe men' leven moot. Maar hun salaris is daarvoor altyd niet toereikend, en wy zorgen voor de tekorten.' De heeren komen by Isidorus Meyer, schry ven hun naam op een reepje papier en gaan tevreden van my weg. Gy begrypt my wel/ mevrouw?" (Wordt wwtydj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 9