If. 12475 Woensdag 24 OctoUei*. A0. 1900 feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 24 October. Hagenaars over Leienaars LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT: Yoor Leiden per 8 maanden. iitii.Sii.f 1.10.' Buiten Leiden, por looper en waar agenten gevestigd rtjn 1.30. Franco per post ..steltaèttisééi l-65- PRIJS DER ADVERTENTIES Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 j. Grootore letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten do stad wordt f 0.05 berekend. Eerste Blad. De heer D. Komen alhier is heden door den gemeenteraad te Vlaardingen benoemd tot directeur der gemeentewerken aldaar. De mail van West-Indiö, aangebracht te Havre per stoomschip „Oranje-Nassau", wordt morgen alhier verwacht. Ged. Staten van Noord-Holland adviseeren om ten behoeve van de stoomtram door de 'Haarlemmermeer aan de „Ned. Electr. My" een 'renteloos voorschot te geven van f 500,000 •voor den aanleg van de volgende lijnen: een lyn Sloten HoofddorpVenneperdorpeen ly n Amsterdam Nieuwer-Amstel (Amstelveen) Uithoorn; een lyn Binnen-Amstel (Amstel veen)—Aalsmeer; een lijn Binnen-Amstel (Amstelveen) Ouderkerk en een verbindings- baan Sloten Amsterdam. De Raadsleden J. Klein, Johan Winkler, .Tjoenk Willink en J. Nieuwenhuyzen Kruse- 'man stellen den gemeenteraad van Haarlem voor, het Fransche woord „abattoir", als be naming van het op te richten gemeentelijke 'slachthuis, te doen vervangen door het Neder- landsche woord „slachthuis." De commissie, door de te Amsterdam gehouden vergadering van bannelingen enz. uit Transvaal benoemd, om met dr. Leyds te confereeren, heeft twee bijeenkomsten met den gezant te Brussel gehad. By de eerste was met den heer Leyds alleen de heer Boe- schoten togenwoordigby de tweede verscheen ook de consul-generaal Snethlage, van Amster dam, die door dr. Leyds ontboden was. Naar het „Hbl." verneemt, heeft de com missie een bemoedigend antwoord ontvangen, dat in een Vrijdag a. s. te houden vergadering- uur en plaats nader bekend te maken zal worden medegedeeld. In de zitting van den gemeenteraad van 's-Gravenhage is gisternamiddag tot opvolger van den heer Gevaers op den wethouderszetel gekozen de heer G. Do Wys (liberaal). De nieuwbenoemde wethouder werd door den burgemeester en alle Raadsleden geluk- gewenscht met zijn benoeming. Tot tijdelijk leeraar aan het gymnasium in geschiedenis en in Nederlandsche taal werd benoemd de heer J. H. Gosses, thans reeds tijdelijk als zoodanig aan die inrichting werk zaam. Gisteravond was een deel der vertrekken in het Paleis op den Dam te Amsterdam verlicht. Het gerucht wil, dat de vorstelijke verloofden ook aan de hoofdstad een bozoek zullen brengen. In verband met do werk zaamheden in het Paleis krijgt dit gerucht eenige waarschijnlijkheid. Verder meldt men aan het „Hbl." uit Apeldoorn doch het blad deelt het onder alle reserve mede dat het huwelyk in de eerste helft van Januari zal voltrokken wor den. H. M. de Koningin zou nL bepaald heb ben, dat deze plechtigheid zal geschieden op den datum, waarop het huwelijk harer Moeder werd ingezegend. En eindelijk zou het borduurwerk voor het trouwkleed weder zijn opgedragen aan mevr. Van Emstede - Winkler, leerares aan de Rijks school voor kunstnijverheid, afdeeling kunst naaldwerk, die het prachtige en kostbare borduurwerk aanbracht op het kleed, dat de Koningin droeg tijdens de inhuldiging. Aan „De Tyd" wordt uit Den Haag gemeld, dat H. M. trouwt, waar in den regel ieder jong meisje trouwt, in de stad, die haar in den Burgerlijken Stand als burgeres heeft ingeschreven, in Den Haag. Of wy, zegt de briefschrijver, er daarom veel vaD zullen zien, is een andore vraag. Het is niet onmogelijk, dat het huwelyk plaats heeft in het Paleis door den burgemeester en den hofpredikant. Vermoedelijk zal dit al heel spoedig ge beuren. Zelfs is mij verteld door iemand, die het weten kan, dat men zich op de vol trokking van het huwelyk nog in dit jaar (in December) moet voorbereid houden. Het werd mij gezegd met zoo groote stelligheid, dat ik het wel gelooven moet, al lijkt het mij erg vlug. Een bepaalde dag kan trouwens nog niet zijn aangewezen, daar vóór het huwelyk eerst nog overleg moet worden gepleegd met de Staten-Generaal. Al bestaat er nu hoegenaamd geen vrees, dat van die zyde moeiiykheden lijzen zullen, zoo bogrypt men toch, dat de Koningin den huwelyksdag niet wil bepalen vóór het overleg is afgeloopen. Uit Apeldoorn schryft men nog van gis teren H. M. de Koningin maakte als naar ge woonte weder een rit te paard met haar verloofde, den Koningsweg uitgaande, door de verschillende bosschen van het park en de omstreken, terwyi des middags te drie uur het vorsteiyk paar een wandelrit maakte, waarby de Hertog van den bok van de brik de paarden zelf mende. I-Iet Soorensche bosch, waar hertog Hendrik reeds eenige malen ter jacht is geweest, be slaat een oppervlakte van ca. 1000 hectaren. Men vindt er het Hindenboschje, de Hazen- deeling, den Dassenberg, den Konijnenberg, de ReigersLooi enz. Alle namon, die aanduiden, dat do jacht daar van oudsher haar beoefenaars vond. De Koningen Willem I en II namen deze bosschen indertyd van den Staat in huur, doch ze behooren sinds lang ten gevolge oener overeenkomst met Koning Willem IU tot het kroondomein. De Koning hield hier indertyd groote jachtfeesten. Er werden zelfs valkenjachten georganiseerd, waarby veel aanzienlyken uit Engeland en andere landen herwaarts kwamen. De laatste jaren werd alleen door de heoren van het gevolg zoo nu en dan jacht gehouden. Het jachtterrein in andere richting is echter eveneens zeer uitgestrekt. Het Wiesselsche- bosch, de Spaansche kappen, Uddel en Uddeler- meer, Garderen, Meerveld enz. zyn door het wild goed bevolkt. Het Duitsche „Milit&r Wochenblatt" meldt, dat hertog Hendrik van Mecklemburg-Schwerin, eerste-luitenant by het bataljon jagers der garde, onder bevordering tot kapitein a la suite van dit bataljon is gevoerd. H. M. Koningin Wilhelmina moet voor nemens zyn Haar aanstaanden Gemaal te benoemen tot kolonel in het Nederlandsche leger en Hem don voorrang, onmiddeliyk na Haar, ten Hove aan te bieden. Do „Reichsbote", die vooral onder Duitsche predikanten, leoraren en onafhankelyke con servatieven ten plattelande verbreid is en lang het ïyfblad van do Keizerin geweest is, schryft naar aanleiding van het aankomen van de verloving: „Zoo heeft dan de Koningin-Moeder zich weder de trouwe, zorgzame moeder betoond, die voor haar veel gezochte dochter de vrye keuze haars harten wist te behouden. De vreugdo over de op zoo edele wyze tot stand gekomen verloving is in Duitschland grootsch en algemeen. Onder de burgery van Potsdam, waar de Hertog het laatst in garnizoen lag en zeer bemind was, is die vreugde byzonder levendig. Ieder wenscht en hoopt van die verloving op ryken zegen voor het vorsteiyke paar zoowel ais voor de toekomst van beide betrokken volken. Zelden heeft een gebeurte nis van dezen aard zoo geheel zuivere en biyde deelneming zonder eenigen wanklank verwekt." Naar wy vernemen, komt de heer Ninck Blok, directeur van de H. B.-S. met3-jarigen cursus te 's-Gravenhage, ernstig in aanmer king om te worden benoemd tot directeur van do H. B.-S. met 5-jarigen cursus aldaar, wanneer het gebouw aan de Stadhouderslaan in gebruik wordt genomen. Vad Het maken van de binnenhaven en binnenvoorhaven met bybehoorende werken te Scheveningen is door de gemeente gegund aan de minste inschryvers de heeren C. De Groot en C. L. Kalis, te Sliedrecht, voor f 1,517,000. Als bewys hunner achting zullen de onder wy zeis in het arrondissement Woerden hun schoolopziener, den heer C. A. Zelvelder, benoemd tot schoolopziener in het district Heerenveen, een huldeblyk aanbieden. De luit.-koL J. J. Wierts, directeur van den hoofdcursus te Kampen, wordt medio Novem ber tot kolonel bevorderd, doch blyft in de zelfde betrekking werkzaam. Op 1 November zal te Haarlem plaats hebben de aanbesteding van de verbreeding van het Noordzeekanaal, zooals daartoe is be sloten by do wet van 1899. De raming is f 1,950,000. De 25-jarige gedenkdag der vestiging van do eerw. Brooders van den H. Joannes de Doo in Nederland zal te 's-Hertogenbosch feesteiyk herdacht worden. Ofschoon de dag valt op 28 October, hebben omstandigheden er toe geleid de feestviering te stellen op Dinsdag 30 October. De overdracht van het portret van mevr. Mann—Bouwmeester, door De Josselin de Jong geschilderd, aan do gemeente Amsterdam, zal Zaterdagnamiddag te 3 uren in den foyer van den Stadsschouwburg plaats hebben. Uit Arnhem meldt men aan de „N. R. C.": „Een der hoofden van scholen heeft het plan opgevat de ouders zyner leerlingen uit te noodigen tot een byeenkomst met hem en zyn onderwijzers, ten einde hen bekend te maken met de bepalingen der leerplichtwet, voor zooverre die voor hen van belang zyn." Het stoomschip „Sindoro", van Batavia naar Rotterdam, passeerde 23 Oct. Gibraltar de „Soerabaia" arriveerde 22 Oct. van Rot terdam te Batavia; de „Lombok", van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 23 Oct. te Mar seille; de „Maasdam", van Nieuw-York naar Rotterdam, passeerde 23 Oct. Bevezier; de „Prins Willem H," van Amsterdam naar Paramaribo, passeerde 22 Oct. St.-Michaels (Ponta Ferraria). Bodegraven* Maandagavond had het drie jarig kindje van den heer G., alhier, het ongeluk van de trap te vallen, waardoor hersenschudding ontstond by de kleine. Hoewel men aan vankei yk vreesde voor het leven van het kind, dat langen tyd bewusteloos bleef, is de toestand thans iets beter. Maandagavond was v. D., alhier, met paard en kar in Buitenkerk. Omdat hy iets op zyn kar moest laden, had hy het paard aan een boom vastgebonden. Het dier rukte zich echter los en geraakte met de kar te water. Met moeite haalde men de kar en het paard, dat by dit ongeval kreupel werd, weer op het droge. Dinsdag-middag was het heiwerk voor de nieuw te bouwen openbare school, alhier, op het slaan van één paal na afgeloopen. Dezo laatste paal werd door hot werkvolk met groen en bloemen versierd en daarna door hen met muziek voorop, uit een harmonica en een trompet bestaande, in triomf het dorp door gedragen. Het was even over vieren, de scholen waren juist uitgegaan; nauwelyks kreeg de jeugd dezen zonderlingen optocht in hot oog, of zy voegde zich by het zingende werkvolk. Zoo trok de stoet eerst naar den burgemeester, die de werklieden met een flinke fooi verraste, en daarna naar de raads leden, die hen óf op een fooi óf op wyn en sigaren onthaalden. Na afloop hiervan werd de laatste paal door de gonzende en brommende heimachine van den heer L. F. Kruyt, aan nemer van het heiwerk, onder gezang en gejuich van het werkvolk, in don grond Hozerswoude. Gisteravond vergaderde de „Vereeniging tot Werkverschaffing" in het kleine zaaltje van den kastelein C. L. Boers. Daar van de 150 leden slechts 18 tegen woordig waren, behoefde men van de groote zaal geen gebruik te maken. De vice-voor- zitter, de heer J. Gaarkeuken, betreurde in zyn openingswoord de slechte opkomst en sprak een woord van dank en lof over den afgetreden voorzitter, den heer P. Wyn, die als rustend geneesheer naar Apeldoorn ver trok. Ingekomen was een schrijven van mr. J. Bruyn, die, wegens zyn vertrek uit de gemeente, onder het aanbieden van zyn beste wenschen, voor het lidmaatschap bedankte. Op voorstel van den heer J. Dekker werd besloten, weder een party brandhout op te doen, dit door de werkeloozen, die ongeschikt zyn voor zwaarder werk, te laten klooven en zagen en daarna in 't belang der vereeniging van de hand te doen. Verschillende wateren, die uitgebaggerd dienen te worden, werden door het bestuur genoteerd en aan het comité der vereeniging werd vryheid gegeven, noodza- keiyke werkzaamheden, zonder raadpleging met het geheele bestuur, te doen verrichten. Tot voorzitter werd gekozen met byna alge meens stemmen de heer J. Gaarkeuken, terwyi de aftredende heeren L Van der Loo, als secretaris, en A. Van Geest en H. P. Straathof,1 als commissarissen, herkozen werden. By de verkiezing van een vice-voorzitter kwam het tot een herstemming tusschen de heeren K. Van den Berg en A. Fortgens, welke laatste met 13 stemmen benoemd werd. Allen namen hun benoeming of herbenoeming aan. Tot recht verstand der stemming diene nog, dat de heer J. Gaarkeuken, als gevol machtigde van „Onderling Hulpbetoon" 4 stemmen uitbrengt en zich by de verkiezing van een voorzitter geheel buiten stemming hield. Niets meer aan de orde zynde, werd de vergadering omstreeks kwart vóór negenen gesloten door den voorzitter. Een der ïyderB aan febris typhoidea, een jongeling in de volle kracht dos levens, is, na een zeer smarteiyk ziekbed, overleden. Dit sterfgeval bracht in de gemeente een diepen indruk teweeg en groot is onder de ingeze tenen de deernis met het zoo zwaar beproefde gezin, waarin de ziekte nog steeds aanhoudt. Het bestuur van den Oost- en Westgeere-1 polder zal schouw dry ven op Donderdag 1 November a. s. Leiderdorp. Ter secretarie dezer gemeente is ter inzage neergelegd een verzoek met by-1 lagen van de heeren Gebr. Boot, om ver gunning tot den bouw van een loods. Rynsburg. De plannen tot hot oprichten van een Harmonie-kapel zyn. tot dusverre uitstekend geslaagd. De jonggeborene, die haar naam ontleend heeft aan het Spinoza- huis alhier, telt reeds 39 krachten, die ver-' deeld zyn in leden (boven 18 jaar) en lid-' leerlingen (van 15 tot 18 jaar). Waarschynlyk zal het ledental nog vermeerderen, wat natuurlyk zeer gewenscht wordt. Reeds deze week beginnen de repetition onder leiding van den heer D. v. Wouw, te Noordwyk. Wy wenschen der Harmonie-kapel vSpinoza'* een lang en opgewekt leven, vertrouwende, dat zy voel zal bydragen om den leden uit spanning en onderlinge gezelligheid, den ingezetenen af en toe gepaste ontspanning te geven. Valkenburg. De collecte voor de Ver eeniging „Trouw aan Koning en Vaderland" (Metalen Kruis), gisteren in deze gemeente gehouden, heeft opgebracht de som van f 5.27. VVoubrugge. By de Dinsdag gehouden verkiezing van 3 stemgerechtigde lidmaten als gemachtigden voor het Kiescollege dor Hervormde Gemeente, zyn de aftredende heeren D. Molenaar, J. Van der Laan en L. Verdouw, als zoodanig herbenoemd. Het Bestuur van den polder „Vier Ambacht" zal onder deze gemeente, Ryn- zaterwoude, Ter-Aar en Oudshoorn, schouw DOOB OOM TOME. YVT. Het bal van Zaterdag 23 Juni 1900. Glanspunt der Lustrumfeesten is niet het minst het bal, door de Studentenverenigingen: 'Pro Patria en Sempre Crescendo gegeven. Daar komen de u p p e r t e n uit Leiden, en uit de forenzen van Leiden, zelfs enkele hooglevende Hagenaars. Er is een ver bazende toevloed van jonge meisjos uit alle oorden der Nederlandsche gouwen, en de toiletten tartten alle critiek. Het breede feest gebouw gaat op in reine ryzing der smaak vol gedecoreerde wanden. Maar de feestzaal is onzichtbaar door de tallooze feestgangers. Niet alleen treft de warreling der kostumen uit hot Beiersche tydvak door vele studenten gedragen, ook Leidsche jonge dames vertoonen zich mot liennins (suikerbrood vormige mutsen) en lange sluiers. Er heerschte eene zeer vroolyke stemming ohder allen, die aan het bal deelnamen. Aan een tafeltje van den zy wand, en gelukkig buiten den tocht, die door de deuren uit het Park naar binnen blies, zaten meneer en mevrouw Hope,* die met Mathilde, met Van den Brande en Annie te zaam waren binnengekomen. Annie vond het uitstekend gelukkig met haar Karei door do feestzaal te wandelen en te zwieren, terwyl ze de groeten en de geluk- wenschen van alle hare kennissen dames kon in ontvangst nemen. De Leidsche heeren ze kende er niet veel schenen haar vergeten te hebben, sedert zy verloofd was. Een heel jong advocaat met kort afgeknipt haar en een juridisch student van het tiende jaar stonden met groote majesteit naar het gewoel te staren. Toen Annie in haar een voudig, maar uiterst geslaagd toilet met Van don Brande hen voorbykwam, wisselden ze eenige woorden: „Wie is dat rose schepsel toch?" Annie Olmberg, een zuster van die tang, die met Paulus hoeft gebakeleid." „'n Lam volk, die Olmbergenl Galhonden met huidziekte 1 Maar die rose kan er mee doorl" „Wie zitten daar toch aan dat tafeltje vlak tegenover ons? Een heer en eene dame. Daar komt precies het sieraad onzer hoogeschool, de hooggeleerde X, naast hen zitten 1" De hier bedoelde professor is een oude kennis van ons we weten van hem dat hy er niet ropresentatief uitziet. 't Gesprek ging voort: „Die oude heer en dame dat zyn de Hopes, vroeger Leienaars, nu in Den Haag. 'n Leelijke bom duiten, lioorl En spreek me niet van dien lammen professor. Aan zyne studenten vertelt hy smoesjes, en zyne col lega's lachen hem in zyn gezicht uit." „'k Wou, dat ze my eens curator van do Leidsche universiteit maakten I" „Ik ook! Dan zou ik een uitstekende candidaat voor de eerste de beste vacature in de rechtsgeleerde faculteit zyn? En je zoudt me aan don minister voordragen natuurlyk I" Aan de tafel by mevrouw Hope zat nu de niet-representatiove professor, volledig onbewust van wat omtrent hem werd geoor deeld, en in geen enkel opzicht vermoedende, dat men hem zoo laag stelde, omdat hy er zich nooit op toegelegd had de troebele diepten van den achterklap te peilen. Meneer en mevrouw Hope waren buiten gewoon ingenomen met den loop der zaken. Hun aangenomen kind, Annie Olmberg, had nu over alle moeiiykheden gezegevierd. Den volgenden dag, des Zondagsmiddags, van twee tot vyf uren, zou er receptie zyn in hun huis, Bezuidenhout Ze verheugden er zich in, dat mevrouw Olmberg, die veel leed ondervond van hare jongste dochter, zich ten volle kon aansluiten by deze schikking. Mevrouw Hope had een uitnemend genoegen in het feit, dat Annie er zoo allerliefst uitzag in het aardig rose japonnetje, dat zy van haar had willen aanvaarden. En van eenige vergelyking met hare Mathilde kon geen sprake zyn. Deze vormde juist een contrast met Annie. Mathildo was eene allergeestigste brunette, het voor hoofd gekroond met een krans van glinste rende zwarte krulletjes en fluweelig zwarte oogen. Het mooie ovaal van haar gezichtje maakte den indruk van iets uitheemsch Mathilde had voor een jonge Poolsche gravin kunnen doorgaan. Terwyl ze nu met veel voldoening dezen staat van zaken aan den hoogleeraar uitlegde, verscheen Mathilde in een schitterende baljapon van boterbloem- kleurig satyn en een kostbaar snoer van groote parelen, aan den arm van een jong, knap heer met frissche roode wangen en zeer vermetele grysblauwe oogon. „Papa, maraal" sprak ze doodeen voudig. „Mag ik u eon onzer stadgenooten voorstellen: Dr. Julius Paulus, directeur van de groote Haagsche margarine-fabriek I" Mevrouw Hope stond even op, om de bui ging van den jongen man te beantwoorden; haar man voerde eene dergeiyke beweging uit zonder van zyn stoel op te staan. De professor wisselde een handdruk met den margarinist, en snel schoof deze stoelen aan voor Mathilde en zichzelven. Zoodra Dr. Julius Paulus bemerkt had, dat Mathilde Hope zich in het feestgebouw bevond, had hy haar aan gesproken en tot een dans uitgenoodigd. Heimeiyk had hy gehoopt, dat zy dien avond komen zou en nu had eene zoo luid jube lende vreugde zich van zyne ziel meester gemaakt, dat hy zyne verrukking wel had willen uitschreeuwen. Hy deed zyn uiterste best en slaagde ge- wooniyk vry goed om een geestig en weg- sleepend gesprek te voeren. En daar ook de professor gaarne met Dr. Paulus sprak, ging het spoedig zeer druk aan de tafeltje toe. De jonge ohemicus beweerde, dat hy het meest hield van eene meening, die het meeste kans had weersproken te worden. Daarom hield hy eenigen tijd vol, dat de Hollandsche geestdrift voor de Transvaal hem zeer kunstmatig over dreven voorkwam, omdat men zeker wist, dat de toongevende mannen in de Transvaal over de Nederlanders spraken als over „'n ver rot nasie", omdat de toezendingen van zeer groote geldsommen een pyniyken indruk maken by de wetenschap, dat het in ons vaderland doorgaans onmogeiyk blykt, een bescheiden geldsom voor een nuttig doel by een te brengen. Op den meest heuschen toon werd dit spiegelgevecht gehouden, waarby de heer Hope en Mathilde het voor de Zuid- Afrikaansche Republiek opnamen en de pro fessor eenigszins naderde tot Dr. Paulus, daarby aantoonende, dat de groote ingenomen heid voor de Boeren in den vreemde meestal met overwegingen van politiek of zelfzucht samenhangen, zooals bleek in Frankryk, waar de nationalisten onder Dóroulède, Jules, Lemaitre en Coppée, het luidst voor de Boeron schreeuwen, ten einde het ministerie Waldeck- Rousseau om hals te brengen. Een toeval deed het gesprek over dit onder werp uitsterven, daar mevrouw Hope Mathildo naar eene dame vroeg, die in een kostbaar baltoilet voorbywandelde. Die dame was eene Haagsche, Mevrouw Heshusius van den Abeele, die onder geleide van Jonkheer Gaston van Meyningen lid van Pro Patria het bal bezocht. Haar helder bruin haar was helderder en bruiner dan ooit te voren, 't geen by de fonkelende diamanten 6pelden nog duideiyker uitkwam. Een zeer lage japon van hemelsblauw satyn was geheel georneerd met echte Brusselscho kanten. Kostbaarder toilet was zeker niet te bewonderen op het bal. Mevrouw Van den Abeele hep zeer langzaam aan den arm van Gaston van Meyningen. Ze spraken uiterst voorzichtig, zoodat niemand er een woord van verstaan kon. De uitdrukking van beider gelaatstrekken was koud, officieel en liet niets vermoeden. "Wat ze spraken kan blyken uit het volgende „De zaak is zeer eenvoudig" flui sterde Gaston „de firma Heshusins van den Abeele is totaal failliet. Binnen weinige dagen wordt het kantoor gesloten en dan is het gedaan met alles 1" „Dat is laster, Gaston l Meneer Bernard, de stille vennoot van myn man, is overleden en daarom moeten de boeken onderzocht worden daar de erfgenamen van Bernard hun kapitaal opeischen." „Heel goedl Zoo is het begonnen I Maar nu kan Van den Abeele dat kapitaal niet uitkeeren. Het is niet in kas. Hy heeft heel wat uitstaande vorderingen op aanzieniyke klanten. Het wordt my groen en geel voor de oogen, als ik er aan denk. Een procureur heeft my geschreven dat ik vóór 15 Juli het bedrag van myn schuld, niet minder dan 8875 gulden,1 heb te betalen l Papa zal moeten helpen en wat papiertjes verkoopen, anders ben ik verloren!" „Maar waarom niet eerder betaald l" „Uit slordigheid! Het duurt al byna oen jaar of acht ik heb al myn wyn als student van je man genomen!" Mevrouw Van den Abeele hief het hoofd zoo fier op als ooit te voren. „Maar dan is het geld gevonden in zijne boeken hy heeft minstens een vyftig klan- ten zooals jyl" zeide ze. „Dat heeft hy ook. Maar deze heeren waren niet slordig en betaalden hunne reke ningen. Misschien heeft hy nog een vyftig- duizend gulden in zyne boeken, wat gevoegd- by de waarde van zyn huis in de Javastraat, van zyn kantoor en een grooton voorraad onverkochten wyn, hem er misschien wel door zal helpen maar veel zal er niot over- blyven!" „Myn God! Gaston! Dat ls toch niet waar?" „De onverbiddeiyke waarheid! Myn advocaat, die ik raadpleegde over myn schuld, heeft het my duideiyk aangetoond." Mevrouw Heshusius van den Abeele trok aan Gaston's arm. Ze wilde de zaal uit en kon nauwelyks spreken. Snel waren zo buiten in den tuin. Nora legde haar prachtig gekapt\ hoofd tegen de rechtermouw van Gaston. Ze scheen op het punt te bezwymen, maar de jonge Van Meyningen hield haar stevig vast,' terwyl hy zachtkens haar naam fluisterde. De eenigszins gure lucht deed haar bykomerwf „Gauw, Gaston 1 Haal myn sortie! Ik< zal aan den uitgang een rytuig bestellen, 't Is nog voor elven! Ik kan nog naar Den| Haag terug. Niemand heeft recht op myn juweelen, niyn goud, myn kostbaarheden. Ik ga alles in veiligheid brengen, voordat iemand er de hand naar uitstrekt.... gauw, Gaston T* Gaston gehoorzaamde en was door zyn eigen bankroet te veel verslagen, om aan dat' van een ander te denken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1