N°. 12452 Donderdag 37 September. A0. 1900
$528 (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
V
F Ft O GFULMMA.
ad Sx/s Cent
PRIJS DEZER COURANT:
V/Voor Lolden per 8 maanden, 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd z(jn 1.30.
1 Franco per post
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Yan 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17\. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
3 October.
In dit nummer bevindt zich hot Bewijs,
waarop voor de Abonné's op het „Leidscli
Dagblad" het programma
wordt afgegeven.
11 De afgifte begint in geen geval vroeger
'dan te zes uren.
Vty Officieel© Konnïsgeylng.
F KENNISGEVING.
V Loting voor de Militie.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Gezien het besluit van den Commissaris der
Koningin in de proviucie Zuid-Holland, dd. 18
Scptoraber 1900 (Provinciaal blad No. 70), houdende
'regeling van de loting voor do Nationale Militie;
Gelet op art. 28 dor Militiewet on op art. 20
van het Koninklijk besluit van 8 Moi 1862 (Staats
blad No. 46);
BreDgen bij deze, voor do eersto maal, tor
tenuis van belanghebbenden, dat de loting der in
dit jaar voor de lichting der militie van 1901
binnen deze gemeente ingeschrevenen zal plaats
hebben in een der vertrokken van bet Raadhuis
'alhier, op Dinsdag 9 October aanstaande,
Voor de ingeschrevenen, wier geslachtsnamen
beginnen met de letters A, 13, O, D, E, F, G, H,
11, J en K; en op Woensdag 10 October
{aanstaande, voor do ingeschrevenen, wier
geslachtsnamen beginnen met de letters L, M, N,
O, P, Q, li, S, T, U, V, W, X, Y en Z; op beide
dagon aanvangende des morgens te halftien; en
voorts, dat tot het doen opmaken van de getuig-
j achritten ter bekoming van vrijstelling wegens
broederdienst of op grond van te zijn ceuige
i wettige zoon (welke getuigschriften worden afge-
I geven op de getuigenis van twee hij den Burge-
meestor bekende en te goeder naam en faam
i staande ingezetenen, die zich ieder voor de waar-
beid van bet daarbij verklaarde, door mede ondcr-
I teekening, verantwoordelijk stollen), door of van-
wege de lotelingen bij den Burgemeester aanvraag
1 kan worden gedaan in de week van Maandag
119 November tot en met Zaterdag 21 November
a. s., van des voornSiddag3 halitien totdesnamid-
dags drie uren, ter Gomeentesecroiario (Al'd.
Militie en Schutterij, kamer No. 9) alhier,
j1 Belanghebbenden worden er aan herinnerd, dat,
{ingevolge art. 33 vau bovengenoemde wet, voor
j den ingeschrevene, die niet bjj de loting is vcr-
1 schenen, het nommer getrokken kan worden door
'feijn vader, moeder of voogd, zullende, indien ook
deze niet tegenwoordig is, alsdan het trekken
geschieden door don Burgemeester of een lid van
den Gemeenteraad.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemoester.
26 Sept. 1900. VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 27 September.
Do dank- en bedestond voor het Christelijk
Onderwijs, gisteravond in de Pioterskork alhier
gehouden, werd vrij 6oed bezocht. Do voor
ganger, ds. S. O. Los, pred. b(j de Gerof.
Gem. te Do Lier, hiold een rede naar aan
leiding van Exodus 1 vs. 12.
De collecte iu de kerk heeft opgebracht
f 75, vormende dus met de som van 091.28,
gisteren aan de woniDgen ingozamold, oen
I totaal van 766.28.
i Het vorige jaar bedroeg hot totaal der
I ',Unie"-collecte alhier 777.06.
Zooals men weet, wordt het bedrag verdeeld
onder de Leidsche Christelijke scholon.
De achtste lijst van de 22ste jaarcollecte
ivoor de Scholen met den Bijbel in „De
Standaard" vermeldt o. m.Amsterdam I
(Oud-Amsterdam), met f 1957.576Do Lier
met Burgersdijk, met 244.39s; Oudshoorn
met Ridderbuurt, met 157.725.
Door den minister van binnonlandsche
zaken is op zijn verzoek eervol ontslag ver
leend aan den heer C. E. Benjamin, als
assistent in het ziekenhuis aan de Rijks
universiteit te Leiden; en voor het tijdvak
van 1 October tot en met 31 December 1900
als zoodanig benoemd de heer J. Bruining.
Het Rijks Ethnographisch Museum alhier
heeft van den heer Frederick Starr, docent voor
Anthropologie aan de Universiteit te Chicago,
IU., ten geschenke ontvangen een hoogst
belangrijke verzameling van zestien gibsbueten
van Pueblo-Indianen, 14 mannen en 2 vrouwen,
uit Cochiti, Nieuw-MexiGo.
De vormen voor deze busten werden door
den schenker gedurende zijn reis in de ge
noemde streek op do individuen zelf genomen.
By Koninkiyk besluit van 10 September
1900 is aan den heer Frederick Starr, voor
noemd, de zilveren Museum-medaille toege
kend, bedoeld by de Koninkiyke besluiten van
24 Mei 1897 en van 22 Juni 1898, als biyk
van waardeering zyner belangstelling in
'8 Ryks Wetenschappeiyke en Kunstverzame
lingen.
De Koninginnen wordon 17 October a.3.
van hot buitenlandsch vorbiyf op Hot Loo
terugverwacht.
Onderzocht wordt in hoever het pantser
schip „Prins Hendrik dor Nederlanden" nog
geschikt is of geschikt is te maken voor de
locale verdediging van Soerabaia.
Het voornemen bestaat, tot vervanging
van het logementschip „Amstel", oon der
schoeners gereed te maken.
Op de voordracht voor ondorwyzor te
Zaandam komt voor do hoor J. Tii. Rinkema,
to Leiden.
Reeds gisteren zijn alle afdoelingen der
T woede Kamer met hoe onderzoek der Indische
begrooting gereed gekomen.
Het plan is, mocht besloten worden
Ongevallenwet en Kieswet aau de ordo te
stellen van 9 tot het laatst van October
do Kamer by eon te houden en daarna tot in
de tweede helft of derdo week van November
uiteen te gaan, om na afloop van dit rocos
don begrootingsarbeid voor Iadiö en Neder
land to beginnen.
Do Koningin en de Koningin-Moedef
zullen Zaterdag om 9 u. 30 m. por Staatsspoor
uit Den Haag naar Het Loo vertrekken.
To Het Loo zullen van dienst z(jn: jonkheor
Yan do Poll, kamerheer-ceremoniemeester van
do Koninginluitenant tor zeo 1ste kl. Zogers
Rijser, adjudant van do Koningin; en 1ste
luit. jhr. Six, ordonnans-officier van de
Koningin.
In verband met vroeger door de Tweede
Kamer aangenomen conclusion is aan den
gewezen korporaal-stoker D. Van der Brugge
on aan den gepens. werkman by 'e Rijks
werf te Hellevoetsluis A. Bakker, by nadere
overweging, een jaariyksche gratificatie toe
gekend resp. van f 200 en 50.
Morgenavond vergadert in Den Haag
wederom het personeel der Zuid-Afrikaansche
Spoorwe-gmaatschappü, ditmaal tot vaststelling
van hot roglement en behandeling van andere
onderwerpen.
Het college van Gedep. Staten van Zuid-
Holland zal ingevolge genomen besluit bestaan
uit twee afdeelingen of commission.
Do werkzaamheden dier afdeelingen zyn als
volgt:
Afdoeling Aprovinciale en plaatselyke
financiën, onderwys, landbouw, armwezen,
jacht en visschory, reclames belastingen voor
zoover do behandeling daarvan aan Gedep.
Staten is opgedragen, toepassing der wet tot
regeling van den kleinhandel in sterken drank
en tot beteugeling van openbare dronkenschap
Afdeeling B: Gemeentezaken, voor zoover
die met aan afdeeling A zyn opgedragen,
korkolyke zaken, waterstaat en wegen, water-
schaps-aangelegenheden, politie, ny verheid,
militie en schutteryen, bonevens étrand-
vonderyen.
Benoemd zyn tot lodon van Afdoeling A.:
de heeron- mr. G. J. Goekoop, mr. D. Yan
Weel en mr. A. C. Crena de Jongh; Afdeeling
B: do heoren mr. P. L. F. Blussé, mr. C. J.
E. graaf Van Bylandb en P. C. Evers.
Tot lid van de Provincialo Staten van
Noord-Brabant is zonder stomming gokozen
do heer A. G. Mastboom, burgomeester te
Oud- en Nieuw-Gastel.
Vanwege de Afdeeling Utrecht van den
„Volksbond, Voreeniging tegen Drankmis
bruik", wordt een plaatselyke beweging tor
bevordering eener doeltreffende Drankwots-
herzieniDg op touw gezet.
Het afdeelingsbestuur- hoeft voorzitters «n
secretarissen van allo Utrecht6cho vereeni-
gingon van algemeen nut, kies- on vak
verenigingen, zoowel van patroons als van
werklieden, armenzorg- en drankbestrydings-
gonootschappen, enz. uitgenoodigd tot by-
woning eener samenkomst op 1 October.
Ned.-Herv. Kerk. Drietal te Amsterdam
(29sto predikantsplaats), J. D. Idenburg, lo
Hillegersberg, C. B. Öorthuys, to Rotterdam,
on J. Schokking, te Koudum.
Prof. dr. Fiirbringer, -directeur van hot
Anatomisch Instituut to Jena - vroeger
hoogleeraar to Amsterdam zal naar do
hoogeschool to JloideJcerg gaan, als opvolger
van prof. Gegenbaur.
Het stoomschip „Ardjoeno", van Rotter
dam naar Batavia, vturok 26 Sopt. van South
ampton; do „Momnon", van Java naar Am
sterdam, passeerde 25 Sept. Gibraltar; do
„Sindoro" vertrok 26 Ssjif. van Batavia naar
Rotterdam; do „Burgemeester Don Tex", van
Amsterdam naar Batavia, arriveerde 26 Sept.
te Genua; de „Myrmidon", van Amsterdam
en Liverpool naar Java, passoerde 25 Sept.
Gibraltar; do „Solo", van Rottordam naar
Cfiioa, passeerde 25 Sept. Ouessantdo „Spaam-
dam" arriveerde 25 Sept. Tan Rotterdam te
Nieuw-York.
Abbenos (gemeonto Haarlemmermeer). Het
jaariykscho feest voor de leerlingen en naai
meisjes der Bewaarschool te Abbenes en bo-
kostigd uit een legaat aan vermelde echool,
zal Vrijdag a. s. wederom plaats vinden.
Hot aantal ingeschrevenen voor de natio
nale militie voor de lichting van 1901 bedraagt
voor Nieuw-Vennep 21, waarvan 7 vrijstelling;
alleen voor het dorp 7, waarvan 3 vrystelling.
Uudshoorn. Aan de loting voor do nationale
militie zullen 24 lotolingen uit deze gemeente
deelnemen. Het vormoedelyke getal vrystel-
lingen bedraagt 7.
De raad dezer gemeente is bijeengeroepen
togen Dinsdag 2 October a. 8., des voormiddags
to 11 uren.
Woubrugge. Heden is van de werf van
mej. de wed. Boot mot goed gevolg te wator
geloopen een yzeron klipperschip, groot
omstreeks 85 last, gebouwd voor rekening
van schipper A. C. Gelyns, van Sominelsdyk.
Daarna zyn terstond de kielen gelegd voor
eon dergelyk schip voor rekening van schipper
R. De Boor, van Rotterdam, en van twee
boeiortjalkjes, één voor rekening van K. Kleffen
en één voor rekening van J, Kloyger, beiden
van Broek-op-Langendyk.
Zoctorwoude. De Westbroek-watermolen,
in een nieuwe gedaante gestoken en goheel
gemetamorphoseerd, is weder in dienst gesteld.
Het water werd met kracht opgohaald. Heden
avond wacht den werklieden, molenmaker,
timmerman, rietdekker, enz. zeker een ge
noeglijk avondje vanwege het polderbestuur,
't Geheele werk is degeiyk en netjes uitgevoerd.
De begrooting van het 4de bat. rustende
schuttery is door Ged. Staten vastgesteld in
ontvangst en uitgaaf op f 449. Het aandeel dezer
gemeente in de kosten is bepaald op/"31.90.
Het kohier der personeele belasting No. 2
voor het dienstjaar 1900 voor doze gemeonto
bevat 13 artikelen. De hoofdsom ia 79.695,
waarvan 10 opcenten voor de gemeente be
dragen 7.965.
Het aandeel dezer gemeente in de kwade
posten dor personeele belasting dienst 1897
bodraagt 97.
Glstoren hield de Onderlinge Brandwaar-
borg-Maatschappy alhier haar algemeene vor-
gadering. 18 deelnemers waren tegenwoordig.
Nadat door don secretaris verslag was uit
gebracht over den toestand der Voreeniging
over hot afgoloopen jaar, werd rekening en
verantwoording gedaan.
Daaruit bleok, dat de ontvangsten hadden
beloopen ƒ2572.52 en de uitgaven 1298.OS5,
zoodat het batig saldo bedroeg /"1274.43s.
Aan brandschado was uitbetaald oen bedrag
van 1 25.
Daarna werd overgegaan tot de verkiezing
van 3 beoluursleden. De aftredende leden do
l.eu oii A. Westhof, P. v. d. Salm en C. Lager-
bcig Jr. werden herkozen resp. mot 16, 17
cu IS stemmen. De heer A. Wosthof, lid van
hot Dagblyksch Bestuur, wenschte voor laatst-
gonoomde betrekking mot meer in aanmerking
to komen. In zyn plaats word als lid van
het Dageiyksch Bestuur gekozen dc hoer J.
Van Leeuwen.
Do voorzitter, do lieer C. Lagerberg, sloot
daarna do vergadering ondor dankbetuiging
aan do leden voor liuu opkomst.
Gemengd Nleaws.
Had de s t r. enge, toepassing der
verordening óp lietf wieiryden te dezer stede
in de laatste dagen 's avonds reeds hier on
daar «enige rolletjes ton gevolge, gisteravond
namen die opstootjes een minder onschul
dig karakter aan.
Do persoon, dio vorige avonden reeds volks
oploopjes veroorzaakte doordat hy mot zyn fiets,
zonder licht, om den nek liep, wyl hy er,
naar hy zeide, niet mee mocht ryden noch er
naast mocht loopen, kreeg ook gisteravond
andermaal, spoedig nadat hy, van Oegstgeest
komende, het gemeentegebied van Leiden had
betreden, een groote menigto achter zich. Van
een agent van politie werd zelfs govorderd,
dat hy de fiets zou diagen, waaraan deze
niet voldeed.
Nadat de Oegetgeestenaar eindelijk aan het
politiebureel was gekomen en daar zyn naam
was opgeschreven, werd hy weder vry gelaten,
waarop het relletje opnieuw begon. Intusschen
I was de menigte belangrijk aangegroeid, welke
tevens hoe langer hoe luidruchtiger werd.
Verschillende straten der stad werden door
getrokken, zéé, dat mon telkens kwam öf
voor het commissariaat df voor de woning
van den burgemeester aan den Nieuwen Ryn,
terwyi vooral Botermarkt, Vischmarkt, Koorn-
brugsteeg, Maarsmanssteeg en Breestraat een
groote volksverzameling vertoonden, óók nadat
de bewuste fietsdrager voor de tweede maal
in het politiebureel was gebracht en daar
toen werd gehouden.
Dit laatste leidde er echter niet toe om do rust
te doen wederkeeren, want nu werden voor de
oploopen uitgedragen fietsen met lantaarn,
welke aan anderen toebehoorden, een zelfs
van een fietser, die onschuldig op de Breestraat
kwam, waar zyn rywiol hem tydeiyk afhandig
werd gemaakt om als 't waro als eon triomf
stuk in de hoogte to wordon gedragon, naar
het politiebureel, waar dan echter tydig, by
aankomst der zingende on schreeuwende
menigte, de deuren werden dicht gedaan, wat
later meermalen werd herhaald.
Als daar nameiyk eonigen tijd getierd was,
begon de optocht opnieuw, woor naar dea
burgemeesters woning, onder zingen en fluiten,
en vervolgens andermaal langs omwegen naar
het commissariaat, waar do politie ook den
toeschouwers verzocht door to loopen; maar
do betoogingen namen eindoiyk zulk oen
omvang aan, dat de poütie ton slotto hande
lend optrad on de menigte voor het bureel
met den gummi-stok uiteonjoog, waarby
menigeen goduchte klappen opliep.
Z:J, die van dat onverwacht toegepaste
middel, dat velen doed uiteenstuiven, minder
gediend waren, trokken at on tegen halftwaalf
was do rust woer zoo good als teruggekeerd,
wat niet weg'- dat do voorbijgangers,
dio, van do o. c eldhoden lioorende, nog
kwamen opdagen, bvenoens werden uitge
noodigd niot stil to blyvon staan.
Omstreeks halftwaalf werd ook de Oegst-
geesienaar weer op vryo vooten gesteld. Reeds
den vorigen avond was tegen hem proces- 1
voibaal opgemaakt wegens het veroorzaken
van volksoploopen.
Hedenmiddag was er iemand bezig
om het karretje van de firma B. aan de
Steenschuar schoon to maken. Op een oogen-
biik reed liet te wator. Na veel moeite slaagde
men er iu het karretje aan het Van-der-Werf-
park, waarheen hot getrokken was, op het
gras to krygen.
Het vervoer en de opbrengst van
den Rynland6chen Stoomtramweg was ge
durende de maand Juni 11. als volgt: aantal
reizigers 47,615 met een opbrengst van
6901.35, goederen en diversen brachten
ƒ608.09 op, totaal ƒ7009.44.
Van 1 Januari tot uit. Juni 1900 was do
opbrengst: aantal reizigers 196,267, met een
opbrengst van 26,167.36, goederen en diversen
brachten 3254.44s op, totaal 29,421.80.c
Zynde per dagkilometer ƒ18.06.
Het is do politie te Leidsche n-
dam gelukt de spoken te pakken te krygen,
dio telkens ruiten ingooiden en brandbrieven
schreven. Merkwaardig, dat een horlogemaker,1
by wien ook voortdurend een bombardement1
met steenen plaats had, daaraan nu zelf dapper
mee geholpen biykt te hebben.
Het O. M. by de rechtbank oischte
togen den ontrouwen bediende van den heer
Crone, die met 20,000 van zyn patroon een
paar dagen goede sier maakte en ongeveor
5000 verteerde met een dulcinea, 21/* jaar
gevangenisstraf. De verdediger vroeg onderzoek
naar 'a mans geestelijke vermogens.
De rechtbank te Arasterdam veroordeelde
C. Rynberg en S. M. Nicolaas, de twee vrouwen,
die zich schuldig maakten aan diefstal van
goederen uit den Franschen bazaar, leder tot
1 jaar gevangenisstraf; A. Sukel, den slagers-
knecht, dio, zich uitgevende voor een zoon
van den burgemeester van Baarn, zich schuldig
maakte aan oplichting, tot govangemsstraf
voor den tyd van twee jaar; H. C. Van der
Grijp, beklaagd van diefstal ten nadeele eener
juffrouw in de Tichelstraat, tot 1 jaar.
j Ij^e'O.iLiLLe-fcoza.o
Adellijk en burgerlijk bloed.
73)
„Stemt gU dat werkelijk toe?" vroeg do
vrijheer boos. „Daarmedo erkent gij dus, dat
gij een schandelijk spel met my gespeeld
'hebt, dat gü onder een valschen naam by
I my binnengedrongen zyt, en u hot recht
aangematigd hebt een adellyken titel to voo-
ren, die
I.' „AJS ik verzoeken mag, mynheer do baron,
dat heb ik niet gedaan," viel Hans hem in
de redo. „Ik veroorloofde my enkel om achter
myn naam, die my toch zekor wel toebe
hoort, een tweeden te voegen. Dion van
baron echter hebt gy my zelf gegovon. Ove
rigens hebt gy volkomen geiyk, als gü my
een verwijt maakt, en ik vraag duizendmaal
verschooning voor den dwazen inval, waar
door ik my een in den aanvang geweigerde
gastvryhoid verschafte. Ik roep freule Van
Eborstoin als getuige, dat het myn plan was
Vult vrye beweging naar den „Ebersburg" te
komen om u de waarheid te bekennen.
Den gast, dio des avonds kwam en den
.volgenden morgen weder vertrok, kon men
zyn jeugdigen overmoed misschien vergeven,
l maar u langer in een dwaling te laten, zou
(bedriegery geweest zyn. Dat werd mu duidelyk,
(toen ik de freule in de hoofdstad weerzag,
en ik heb ook geen oogonbhk geaarzeld haar
de waarheid te bekennen."
Eberstein zag zyn dochter verbaasd aan.
„Wat, Gerlinde, gy bobt het geweten en
bet my verzwegen? Gy hebt dezen heer,
i Hans Wehlau. toch veroorloofd in uw nabyheid
te komen en misschien zelfs zyn veront
schuldiging aangenomen voor dingen, die niot
te verontschuldigen zyn. Ik vind dat onge
hoord."
Gerlinde antwoordde niets; zy stond bleek
en sidderend by het raam en keek angstig
naar Hans.
Een heldin was het kleino Doornroosje
niet. Haar des te onverschilliger toonde zich
de jongo ridder van „Forschungstoin." Hy zag,
dat hier met onderhandelen niets te bereiken
was; er moest een storm gewaagd worden.
Daarom nam hy eon aanloop en sprong
or dapper op in.
„De froule, uw dochter, heeft zelfs nog
moer gedaan," antwoordde hy; „zy heeft op
een vraag, die ik tot haar richtte, een zeer
bevredigend antwoord gegeven. Ik bekende
haar zooeven myn innige genegenheid en
ontving haar bekentenis, dat zy ook van my
houdt. Gy veroorlooft ons daarom wel, myn
heer de baron, om uw vaderlyken zegen en
uw toestemming te verzoeken?"
De oude heer nam tegen alle verwachting
deze woorden tameiyk kalm op, omdat hy
ze eenvoudig niot begreep. Hy hield dat voor
oon nieuwe, schandelyke comedie, want dat
de zoon van den burgerlyken professor in
ernst om freule Van Eberstein's hand dingen
kon, kwam niet in zyr gedachte op.
„Mynheer, ik verbied u dergelijke onbe-
tamelijke scherts," sprak hy op hoogen toon.
„Gy schynt zelf3 niet te gevoelen, hoe be-
leedigend deze voor my is; en my dunkt,
gy hadt alle reden om tegenover my ernstig
te zyn."
Hans ging naar zyn Gerlinde en greep
haar hand.
,Dan moet ik u verzoeken, Gerlinde, zelf
te spreken, om myn woorden te bevestigen.
Zeg uw vader, dat gy my het recht gegeven
hebt, by hom om uw hand to vragen; datgy
myn vrouw wilt worden en van nlomand
anders."
De woorden klonken wel teeder, maar
Gerlinde hoorde toch de ernstige vermaniDg
daarin on voelde, dat zö nu haar vrees
achtigheid moest overwinnen, om voor haar
Hans in dapperheid niet onder te doen.
Bovendien stond hy immers naast haar, om
haar te beschermen, en daarom begon zy
moedig
„O, vader, ik heb hem zoo lief, zoo grenzen-
loos lief 1 En al is hy niet van adel en ai
heeft hy geen wapenschild, ik wil geen anderen
man dan Hans Wehlau 1"
„Myn Gerlinde 1" riep Hans uit, haar krachtig
in zyn armen sluitend. En aldus gebeurde
het ongoloofiyke, het onmogelyke.
Voor de oogon van den vryheer üdo van
Eborstoin-Ortenau omarmde de man zonder
naam en familie de laatste spruit van het
doorluchtig geslacht uit de tiende eeuw en
wol tweemaal achter olkanderl
De oude heer kon do eerste minuten geen
woord uitbrengen.
Mot strakken blik keek hy beiden aan en
toen naar de zoldering, want hy verwachtte,
dat do muren zouden instorten en den
snoodaard onder hot puin begravon. Het slot
Steinrück scheen echter van moening te zyn,
dat deze zaak oigenlyk den „Ebersburg" aan
ging, die ongetwyfeld op dit oogonbhk krakend
in puin viel, en bleef staan. De vryheer zag,
dat het wereldgericht uitbleef, en dat hy nu
de rol er van overnemen moest, en daarom
wilde hy' opspringen. Maar zelfs de jicht
scheen met deze twee een verbond gesloten
te hebben. Zy kluisterde hem zonder erbar
ming aan zyn stoel. In plaats van als eon
wrekende engel tusschen beidon te treden
en hen van elkander te scheuren, maakte
hy slechts een wankelende beweging en zonk
toen weder machteloos neer.
„Gerlinde!" riep hy met heosche stom.
„Ontaard kindl Kom hier, kom oogonblikko-
ïyk by myi"
Gerlinde deed eon zwakko poging om to
gehoorzamen; toen Hans haar ochtor vast
hield, liet z|J dat geduldig toe en herhaalde
al snikkende:
„O, vader, ik heb hom zoo liefl"
„Mynheer Hane Wehlau," Bchroeuwde
Eberstein, die nu al zyn waardigheid ver
gat, „laat myn dochter los, terstond. Ik
boveel het u! Ga oogenblikkeiyk heen!"
„Terstond, mynheer de baron," antwoorddo
Hans. „Sta my eerst too, van mijn aanstaande
afscheid te nemen."
„Ik roep om hulp! Ik roep allo bedienden.
Ik trek aan de schol!" riep de vryheor uit
en spande zich tevergeefs in, om do tafelschol
te krygen, die op eonigen afstand van hem
stond. Daar ging de deur open en Hertha,
die het roepen van den vryheer gehoord had,
kwam de kamer binnen.
„Gravin Herthal" riep Eborstein uit, die
door haar tegenwoordigheid nrsuwen moed
gekregen had. „Red myn kind, dat doordien
man daar behekst en betooverd ia, en stuur
hom uw Blot uit."
Hertha stond verstomd. Zy zag Gerlinde
In de armen van Hans Wehlau, die nog
altyd met afscheid-nemen bezig was, en
den ouden baroD, die jammerend en hulpeloos
in zyn leuningstoel zat. Dit tooneol was haar
geheel onbegrypelyk.
Hans dacht het nu eindelyk goed aan het
bevel van den vryheer gehoor te geven, maar
hy leidde Gerlinde niet naar hom toe, maar
naar do jonge gravin en sprak op smee-
konden toon:
„Ik stol myn aanstaande ondor uw be
scherming, gravin Steinrück. Mynhoor de
baron slaat voorloopig myn aanzoek nog af,
en voor het oogenblik moet ik wol zwich
ten, want ik mag myn toekomstigen schoon
vader
„Onbeschaamde!" riep Eberstein uit, dio.
nu oen hevlgen aanval van zyn jicht schoen
te krygen.
Noch mot gewold dwingen, noch zyn
beleedigendo woorden langor aanhooren," vol
tooide de jonge man kalm. „Ontferm u ovor
myn Gerlinde, ik verzoek u daar boel vrien-
doiyk om; ik kom terug, zoodra mynheer
Van Eberstein wat kahnor gewordon is."
By doze woorden drukto hy zyn Gerlinde
do hand, en na een eorbiadigon groot aan
de jonge gravin on oon hoffolyko buiging
voor den vryheor gemaakt te hobben, verliet
hy de kamer.
Professor Wehlau had intusschen zUti
ergernis bedwongen on zyn brieven doorgo-
lozon. Wat ging hem oigenlyk ook dezo oude
vryheer uit de tiende eeuw aan I
De man was niet toerekenbaar en daarom>
was Wehlau ook gonoigd don dollen streek
van zyn zoon minder streng to beoordeelen
dan hy anders gedaan zou bobben.
Die inval mot don „Forschungstoin" ver
maakte hem zelfs, maar toch besloot hij
zyn overmoedlgen 6pruit do los to lezon,
en vond ook spoedig gelegenhoid daartoiy
want juist trad Hans binnen.
IWordl vervolgd)
i