N°. 12452 Donderdag 37 September. A0. 1900 $528 (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. V F Ft O GFULMMA. ad Sx/s Cent PRIJS DEZER COURANT: V/Voor Lolden per 8 maanden, 1.10. Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd z(jn 1.30. 1 Franco per post PRIJS DER ADVERTENTIËN: Yan 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17\. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. 3 October. In dit nummer bevindt zich hot Bewijs, waarop voor de Abonné's op het „Leidscli Dagblad" het programma wordt afgegeven. 11 De afgifte begint in geen geval vroeger 'dan te zes uren. Vty Officieel© Konnïsgeylng. F KENNISGEVING. V Loting voor de Militie. Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gezien het besluit van den Commissaris der Koningin in de proviucie Zuid-Holland, dd. 18 Scptoraber 1900 (Provinciaal blad No. 70), houdende 'regeling van de loting voor do Nationale Militie; Gelet op art. 28 dor Militiewet on op art. 20 van het Koninklijk besluit van 8 Moi 1862 (Staats blad No. 46); BreDgen bij deze, voor do eersto maal, tor tenuis van belanghebbenden, dat de loting der in dit jaar voor de lichting der militie van 1901 binnen deze gemeente ingeschrevenen zal plaats hebben in een der vertrokken van bet Raadhuis 'alhier, op Dinsdag 9 October aanstaande, Voor de ingeschrevenen, wier geslachtsnamen beginnen met de letters A, 13, O, D, E, F, G, H, 11, J en K; en op Woensdag 10 October {aanstaande, voor do ingeschrevenen, wier geslachtsnamen beginnen met de letters L, M, N, O, P, Q, li, S, T, U, V, W, X, Y en Z; op beide dagon aanvangende des morgens te halftien; en voorts, dat tot het doen opmaken van de getuig- j achritten ter bekoming van vrijstelling wegens broederdienst of op grond van te zijn ceuige i wettige zoon (welke getuigschriften worden afge- I geven op de getuigenis van twee hij den Burge- meestor bekende en te goeder naam en faam i staande ingezetenen, die zich ieder voor de waar- beid van bet daarbij verklaarde, door mede ondcr- I teekening, verantwoordelijk stollen), door of van- wege de lotelingen bij den Burgemeester aanvraag 1 kan worden gedaan in de week van Maandag 119 November tot en met Zaterdag 21 November a. s., van des voornSiddag3 halitien totdesnamid- dags drie uren, ter Gomeentesecroiario (Al'd. Militie en Schutterij, kamer No. 9) alhier, j1 Belanghebbenden worden er aan herinnerd, dat, {ingevolge art. 33 vau bovengenoemde wet, voor j den ingeschrevene, die niet bjj de loting is vcr- 1 schenen, het nommer getrokken kan worden door 'feijn vader, moeder of voogd, zullende, indien ook deze niet tegenwoordig is, alsdan het trekken geschieden door don Burgemeester of een lid van den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemoester. 26 Sept. 1900. VAN HEYST, Secretaris. Leiden, 27 September. Do dank- en bedestond voor het Christelijk Onderwijs, gisteravond in de Pioterskork alhier gehouden, werd vrij 6oed bezocht. Do voor ganger, ds. S. O. Los, pred. b(j de Gerof. Gem. te Do Lier, hiold een rede naar aan leiding van Exodus 1 vs. 12. De collecte iu de kerk heeft opgebracht f 75, vormende dus met de som van 091.28, gisteren aan de woniDgen ingozamold, oen I totaal van 766.28. i Het vorige jaar bedroeg hot totaal der I ',Unie"-collecte alhier 777.06. Zooals men weet, wordt het bedrag verdeeld onder de Leidsche Christelijke scholon. De achtste lijst van de 22ste jaarcollecte ivoor de Scholen met den Bijbel in „De Standaard" vermeldt o. m.Amsterdam I (Oud-Amsterdam), met f 1957.576Do Lier met Burgersdijk, met 244.39s; Oudshoorn met Ridderbuurt, met 157.725. Door den minister van binnonlandsche zaken is op zijn verzoek eervol ontslag ver leend aan den heer C. E. Benjamin, als assistent in het ziekenhuis aan de Rijks universiteit te Leiden; en voor het tijdvak van 1 October tot en met 31 December 1900 als zoodanig benoemd de heer J. Bruining. Het Rijks Ethnographisch Museum alhier heeft van den heer Frederick Starr, docent voor Anthropologie aan de Universiteit te Chicago, IU., ten geschenke ontvangen een hoogst belangrijke verzameling van zestien gibsbueten van Pueblo-Indianen, 14 mannen en 2 vrouwen, uit Cochiti, Nieuw-MexiGo. De vormen voor deze busten werden door den schenker gedurende zijn reis in de ge noemde streek op do individuen zelf genomen. By Koninkiyk besluit van 10 September 1900 is aan den heer Frederick Starr, voor noemd, de zilveren Museum-medaille toege kend, bedoeld by de Koninkiyke besluiten van 24 Mei 1897 en van 22 Juni 1898, als biyk van waardeering zyner belangstelling in '8 Ryks Wetenschappeiyke en Kunstverzame lingen. De Koninginnen wordon 17 October a.3. van hot buitenlandsch vorbiyf op Hot Loo terugverwacht. Onderzocht wordt in hoever het pantser schip „Prins Hendrik dor Nederlanden" nog geschikt is of geschikt is te maken voor de locale verdediging van Soerabaia. Het voornemen bestaat, tot vervanging van het logementschip „Amstel", oon der schoeners gereed te maken. Op de voordracht voor ondorwyzor te Zaandam komt voor do hoor J. Tii. Rinkema, to Leiden. Reeds gisteren zijn alle afdoelingen der T woede Kamer met hoe onderzoek der Indische begrooting gereed gekomen. Het plan is, mocht besloten worden Ongevallenwet en Kieswet aau de ordo te stellen van 9 tot het laatst van October do Kamer by eon te houden en daarna tot in de tweede helft of derdo week van November uiteen te gaan, om na afloop van dit rocos don begrootingsarbeid voor Iadiö en Neder land to beginnen. Do Koningin en de Koningin-Moedef zullen Zaterdag om 9 u. 30 m. por Staatsspoor uit Den Haag naar Het Loo vertrekken. To Het Loo zullen van dienst z(jn: jonkheor Yan do Poll, kamerheer-ceremoniemeester van do Koninginluitenant tor zeo 1ste kl. Zogers Rijser, adjudant van do Koningin; en 1ste luit. jhr. Six, ordonnans-officier van de Koningin. In verband met vroeger door de Tweede Kamer aangenomen conclusion is aan den gewezen korporaal-stoker D. Van der Brugge on aan den gepens. werkman by 'e Rijks werf te Hellevoetsluis A. Bakker, by nadere overweging, een jaariyksche gratificatie toe gekend resp. van f 200 en 50. Morgenavond vergadert in Den Haag wederom het personeel der Zuid-Afrikaansche Spoorwe-gmaatschappü, ditmaal tot vaststelling van hot roglement en behandeling van andere onderwerpen. Het college van Gedep. Staten van Zuid- Holland zal ingevolge genomen besluit bestaan uit twee afdeelingen of commission. Do werkzaamheden dier afdeelingen zyn als volgt: Afdoeling Aprovinciale en plaatselyke financiën, onderwys, landbouw, armwezen, jacht en visschory, reclames belastingen voor zoover do behandeling daarvan aan Gedep. Staten is opgedragen, toepassing der wet tot regeling van den kleinhandel in sterken drank en tot beteugeling van openbare dronkenschap Afdeeling B: Gemeentezaken, voor zoover die met aan afdeeling A zyn opgedragen, korkolyke zaken, waterstaat en wegen, water- schaps-aangelegenheden, politie, ny verheid, militie en schutteryen, bonevens étrand- vonderyen. Benoemd zyn tot lodon van Afdoeling A.: de heeron- mr. G. J. Goekoop, mr. D. Yan Weel en mr. A. C. Crena de Jongh; Afdeeling B: do heoren mr. P. L. F. Blussé, mr. C. J. E. graaf Van Bylandb en P. C. Evers. Tot lid van de Provincialo Staten van Noord-Brabant is zonder stomming gokozen do heer A. G. Mastboom, burgomeester te Oud- en Nieuw-Gastel. Vanwege de Afdeeling Utrecht van den „Volksbond, Voreeniging tegen Drankmis bruik", wordt een plaatselyke beweging tor bevordering eener doeltreffende Drankwots- herzieniDg op touw gezet. Het afdeelingsbestuur- hoeft voorzitters «n secretarissen van allo Utrecht6cho vereeni- gingon van algemeen nut, kies- on vak verenigingen, zoowel van patroons als van werklieden, armenzorg- en drankbestrydings- gonootschappen, enz. uitgenoodigd tot by- woning eener samenkomst op 1 October. Ned.-Herv. Kerk. Drietal te Amsterdam (29sto predikantsplaats), J. D. Idenburg, lo Hillegersberg, C. B. Öorthuys, to Rotterdam, on J. Schokking, te Koudum. Prof. dr. Fiirbringer, -directeur van hot Anatomisch Instituut to Jena - vroeger hoogleeraar to Amsterdam zal naar do hoogeschool to JloideJcerg gaan, als opvolger van prof. Gegenbaur. Het stoomschip „Ardjoeno", van Rotter dam naar Batavia, vturok 26 Sopt. van South ampton; do „Momnon", van Java naar Am sterdam, passeerde 25 Sept. Gibraltar; do „Sindoro" vertrok 26 Ssjif. van Batavia naar Rotterdam; do „Burgemeester Don Tex", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 26 Sept. te Genua; de „Myrmidon", van Amsterdam en Liverpool naar Java, passoerde 25 Sept. Gibraltar; do „Solo", van Rottordam naar Cfiioa, passeerde 25 Sept. Ouessantdo „Spaam- dam" arriveerde 25 Sept. Tan Rotterdam te Nieuw-York. Abbenos (gemeonto Haarlemmermeer). Het jaariykscho feest voor de leerlingen en naai meisjes der Bewaarschool te Abbenes en bo- kostigd uit een legaat aan vermelde echool, zal Vrijdag a. s. wederom plaats vinden. Hot aantal ingeschrevenen voor de natio nale militie voor de lichting van 1901 bedraagt voor Nieuw-Vennep 21, waarvan 7 vrijstelling; alleen voor het dorp 7, waarvan 3 vrystelling. Uudshoorn. Aan de loting voor do nationale militie zullen 24 lotolingen uit deze gemeente deelnemen. Het vormoedelyke getal vrystel- lingen bedraagt 7. De raad dezer gemeente is bijeengeroepen togen Dinsdag 2 October a. 8., des voormiddags to 11 uren. Woubrugge. Heden is van de werf van mej. de wed. Boot mot goed gevolg te wator geloopen een yzeron klipperschip, groot omstreeks 85 last, gebouwd voor rekening van schipper A. C. Gelyns, van Sominelsdyk. Daarna zyn terstond de kielen gelegd voor eon dergelyk schip voor rekening van schipper R. De Boor, van Rotterdam, en van twee boeiortjalkjes, één voor rekening van K. Kleffen en één voor rekening van J, Kloyger, beiden van Broek-op-Langendyk. Zoctorwoude. De Westbroek-watermolen, in een nieuwe gedaante gestoken en goheel gemetamorphoseerd, is weder in dienst gesteld. Het water werd met kracht opgohaald. Heden avond wacht den werklieden, molenmaker, timmerman, rietdekker, enz. zeker een ge noeglijk avondje vanwege het polderbestuur, 't Geheele werk is degeiyk en netjes uitgevoerd. De begrooting van het 4de bat. rustende schuttery is door Ged. Staten vastgesteld in ontvangst en uitgaaf op f 449. Het aandeel dezer gemeente in de kosten is bepaald op/"31.90. Het kohier der personeele belasting No. 2 voor het dienstjaar 1900 voor doze gemeonto bevat 13 artikelen. De hoofdsom ia 79.695, waarvan 10 opcenten voor de gemeente be dragen 7.965. Het aandeel dezer gemeente in de kwade posten dor personeele belasting dienst 1897 bodraagt 97. Glstoren hield de Onderlinge Brandwaar- borg-Maatschappy alhier haar algemeene vor- gadering. 18 deelnemers waren tegenwoordig. Nadat door don secretaris verslag was uit gebracht over den toestand der Voreeniging over hot afgoloopen jaar, werd rekening en verantwoording gedaan. Daaruit bleok, dat de ontvangsten hadden beloopen ƒ2572.52 en de uitgaven 1298.OS5, zoodat het batig saldo bedroeg /"1274.43s. Aan brandschado was uitbetaald oen bedrag van 1 25. Daarna werd overgegaan tot de verkiezing van 3 beoluursleden. De aftredende leden do l.eu oii A. Westhof, P. v. d. Salm en C. Lager- bcig Jr. werden herkozen resp. mot 16, 17 cu IS stemmen. De heer A. Wosthof, lid van hot Dagblyksch Bestuur, wenschte voor laatst- gonoomde betrekking mot meer in aanmerking to komen. In zyn plaats word als lid van het Dageiyksch Bestuur gekozen dc hoer J. Van Leeuwen. Do voorzitter, do lieer C. Lagerberg, sloot daarna do vergadering ondor dankbetuiging aan do leden voor liuu opkomst. Gemengd Nleaws. Had de s t r. enge, toepassing der verordening óp lietf wieiryden te dezer stede in de laatste dagen 's avonds reeds hier on daar «enige rolletjes ton gevolge, gisteravond namen die opstootjes een minder onschul dig karakter aan. Do persoon, dio vorige avonden reeds volks oploopjes veroorzaakte doordat hy mot zyn fiets, zonder licht, om den nek liep, wyl hy er, naar hy zeide, niet mee mocht ryden noch er naast mocht loopen, kreeg ook gisteravond andermaal, spoedig nadat hy, van Oegstgeest komende, het gemeentegebied van Leiden had betreden, een groote menigto achter zich. Van een agent van politie werd zelfs govorderd, dat hy de fiets zou diagen, waaraan deze niet voldeed. Nadat de Oegetgeestenaar eindelijk aan het politiebureel was gekomen en daar zyn naam was opgeschreven, werd hy weder vry gelaten, waarop het relletje opnieuw begon. Intusschen I was de menigte belangrijk aangegroeid, welke tevens hoe langer hoe luidruchtiger werd. Verschillende straten der stad werden door getrokken, zéé, dat mon telkens kwam öf voor het commissariaat df voor de woning van den burgemeester aan den Nieuwen Ryn, terwyi vooral Botermarkt, Vischmarkt, Koorn- brugsteeg, Maarsmanssteeg en Breestraat een groote volksverzameling vertoonden, óók nadat de bewuste fietsdrager voor de tweede maal in het politiebureel was gebracht en daar toen werd gehouden. Dit laatste leidde er echter niet toe om do rust te doen wederkeeren, want nu werden voor de oploopen uitgedragen fietsen met lantaarn, welke aan anderen toebehoorden, een zelfs van een fietser, die onschuldig op de Breestraat kwam, waar zyn rywiol hem tydeiyk afhandig werd gemaakt om als 't waro als eon triomf stuk in de hoogte to wordon gedragon, naar het politiebureel, waar dan echter tydig, by aankomst der zingende on schreeuwende menigte, de deuren werden dicht gedaan, wat later meermalen werd herhaald. Als daar nameiyk eonigen tijd getierd was, begon de optocht opnieuw, woor naar dea burgemeesters woning, onder zingen en fluiten, en vervolgens andermaal langs omwegen naar het commissariaat, waar do politie ook den toeschouwers verzocht door to loopen; maar do betoogingen namen eindoiyk zulk oen omvang aan, dat de poütie ton slotto hande lend optrad on de menigte voor het bureel met den gummi-stok uiteonjoog, waarby menigeen goduchte klappen opliep. Z:J, die van dat onverwacht toegepaste middel, dat velen doed uiteenstuiven, minder gediend waren, trokken at on tegen halftwaalf was do rust woer zoo good als teruggekeerd, wat niet weg'- dat do voorbijgangers, dio, van do o. c eldhoden lioorende, nog kwamen opdagen, bvenoens werden uitge noodigd niot stil to blyvon staan. Omstreeks halftwaalf werd ook de Oegst- geesienaar weer op vryo vooten gesteld. Reeds den vorigen avond was tegen hem proces- 1 voibaal opgemaakt wegens het veroorzaken van volksoploopen. Hedenmiddag was er iemand bezig om het karretje van de firma B. aan de Steenschuar schoon to maken. Op een oogen- biik reed liet te wator. Na veel moeite slaagde men er iu het karretje aan het Van-der-Werf- park, waarheen hot getrokken was, op het gras to krygen. Het vervoer en de opbrengst van den Rynland6chen Stoomtramweg was ge durende de maand Juni 11. als volgt: aantal reizigers 47,615 met een opbrengst van 6901.35, goederen en diversen brachten ƒ608.09 op, totaal ƒ7009.44. Van 1 Januari tot uit. Juni 1900 was do opbrengst: aantal reizigers 196,267, met een opbrengst van 26,167.36, goederen en diversen brachten 3254.44s op, totaal 29,421.80.c Zynde per dagkilometer ƒ18.06. Het is do politie te Leidsche n- dam gelukt de spoken te pakken te krygen, dio telkens ruiten ingooiden en brandbrieven schreven. Merkwaardig, dat een horlogemaker,1 by wien ook voortdurend een bombardement1 met steenen plaats had, daaraan nu zelf dapper mee geholpen biykt te hebben. Het O. M. by de rechtbank oischte togen den ontrouwen bediende van den heer Crone, die met 20,000 van zyn patroon een paar dagen goede sier maakte en ongeveor 5000 verteerde met een dulcinea, 21/* jaar gevangenisstraf. De verdediger vroeg onderzoek naar 'a mans geestelijke vermogens. De rechtbank te Arasterdam veroordeelde C. Rynberg en S. M. Nicolaas, de twee vrouwen, die zich schuldig maakten aan diefstal van goederen uit den Franschen bazaar, leder tot 1 jaar gevangenisstraf; A. Sukel, den slagers- knecht, dio, zich uitgevende voor een zoon van den burgemeester van Baarn, zich schuldig maakte aan oplichting, tot govangemsstraf voor den tyd van twee jaar; H. C. Van der Grijp, beklaagd van diefstal ten nadeele eener juffrouw in de Tichelstraat, tot 1 jaar. j Ij^e'O.iLiLLe-fcoza.o Adellijk en burgerlijk bloed. 73) „Stemt gU dat werkelijk toe?" vroeg do vrijheer boos. „Daarmedo erkent gij dus, dat gij een schandelijk spel met my gespeeld 'hebt, dat gü onder een valschen naam by I my binnengedrongen zyt, en u hot recht aangematigd hebt een adellyken titel to voo- ren, die I.' „AJS ik verzoeken mag, mynheer do baron, dat heb ik niet gedaan," viel Hans hem in de redo. „Ik veroorloofde my enkel om achter myn naam, die my toch zekor wel toebe hoort, een tweeden te voegen. Dion van baron echter hebt gy my zelf gegovon. Ove rigens hebt gy volkomen geiyk, als gü my een verwijt maakt, en ik vraag duizendmaal verschooning voor den dwazen inval, waar door ik my een in den aanvang geweigerde gastvryhoid verschafte. Ik roep freule Van Eborstoin als getuige, dat het myn plan was Vult vrye beweging naar den „Ebersburg" te komen om u de waarheid te bekennen. Den gast, dio des avonds kwam en den .volgenden morgen weder vertrok, kon men zyn jeugdigen overmoed misschien vergeven, l maar u langer in een dwaling te laten, zou (bedriegery geweest zyn. Dat werd mu duidelyk, (toen ik de freule in de hoofdstad weerzag, en ik heb ook geen oogonbhk geaarzeld haar de waarheid te bekennen." Eberstein zag zyn dochter verbaasd aan. „Wat, Gerlinde, gy bobt het geweten en bet my verzwegen? Gy hebt dezen heer, i Hans Wehlau. toch veroorloofd in uw nabyheid te komen en misschien zelfs zyn veront schuldiging aangenomen voor dingen, die niot te verontschuldigen zyn. Ik vind dat onge hoord." Gerlinde antwoordde niets; zy stond bleek en sidderend by het raam en keek angstig naar Hans. Een heldin was het kleino Doornroosje niet. Haar des te onverschilliger toonde zich de jongo ridder van „Forschungstoin." Hy zag, dat hier met onderhandelen niets te bereiken was; er moest een storm gewaagd worden. Daarom nam hy eon aanloop en sprong or dapper op in. „De froule, uw dochter, heeft zelfs nog moer gedaan," antwoordde hy; „zy heeft op een vraag, die ik tot haar richtte, een zeer bevredigend antwoord gegeven. Ik bekende haar zooeven myn innige genegenheid en ontving haar bekentenis, dat zy ook van my houdt. Gy veroorlooft ons daarom wel, myn heer de baron, om uw vaderlyken zegen en uw toestemming te verzoeken?" De oude heer nam tegen alle verwachting deze woorden tameiyk kalm op, omdat hy ze eenvoudig niot begreep. Hy hield dat voor oon nieuwe, schandelyke comedie, want dat de zoon van den burgerlyken professor in ernst om freule Van Eberstein's hand dingen kon, kwam niet in zyr gedachte op. „Mynheer, ik verbied u dergelijke onbe- tamelijke scherts," sprak hy op hoogen toon. „Gy schynt zelf3 niet te gevoelen, hoe be- leedigend deze voor my is; en my dunkt, gy hadt alle reden om tegenover my ernstig te zyn." Hans ging naar zyn Gerlinde en greep haar hand. ,Dan moet ik u verzoeken, Gerlinde, zelf te spreken, om myn woorden te bevestigen. Zeg uw vader, dat gy my het recht gegeven hebt, by hom om uw hand to vragen; datgy myn vrouw wilt worden en van nlomand anders." De woorden klonken wel teeder, maar Gerlinde hoorde toch de ernstige vermaniDg daarin on voelde, dat zö nu haar vrees achtigheid moest overwinnen, om voor haar Hans in dapperheid niet onder te doen. Bovendien stond hy immers naast haar, om haar te beschermen, en daarom begon zy moedig „O, vader, ik heb hem zoo lief, zoo grenzen- loos lief 1 En al is hy niet van adel en ai heeft hy geen wapenschild, ik wil geen anderen man dan Hans Wehlau 1" „Myn Gerlinde 1" riep Hans uit, haar krachtig in zyn armen sluitend. En aldus gebeurde het ongoloofiyke, het onmogelyke. Voor de oogon van den vryheer üdo van Eborstoin-Ortenau omarmde de man zonder naam en familie de laatste spruit van het doorluchtig geslacht uit de tiende eeuw en wol tweemaal achter olkanderl De oude heer kon do eerste minuten geen woord uitbrengen. Mot strakken blik keek hy beiden aan en toen naar de zoldering, want hy verwachtte, dat do muren zouden instorten en den snoodaard onder hot puin begravon. Het slot Steinrück scheen echter van moening te zyn, dat deze zaak oigenlyk den „Ebersburg" aan ging, die ongetwyfeld op dit oogonbhk krakend in puin viel, en bleef staan. De vryheer zag, dat het wereldgericht uitbleef, en dat hy nu de rol er van overnemen moest, en daarom wilde hy' opspringen. Maar zelfs de jicht scheen met deze twee een verbond gesloten te hebben. Zy kluisterde hem zonder erbar ming aan zyn stoel. In plaats van als eon wrekende engel tusschen beidon te treden en hen van elkander te scheuren, maakte hy slechts een wankelende beweging en zonk toen weder machteloos neer. „Gerlinde!" riep hy met heosche stom. „Ontaard kindl Kom hier, kom oogonblikko- ïyk by myi" Gerlinde deed eon zwakko poging om to gehoorzamen; toen Hans haar ochtor vast hield, liet z|J dat geduldig toe en herhaalde al snikkende: „O, vader, ik heb hom zoo liefl" „Mynheer Hane Wehlau," Bchroeuwde Eberstein, die nu al zyn waardigheid ver gat, „laat myn dochter los, terstond. Ik boveel het u! Ga oogenblikkeiyk heen!" „Terstond, mynheer de baron," antwoorddo Hans. „Sta my eerst too, van mijn aanstaande afscheid te nemen." „Ik roep om hulp! Ik roep allo bedienden. Ik trek aan de schol!" riep de vryheor uit en spande zich tevergeefs in, om do tafelschol te krygen, die op eonigen afstand van hem stond. Daar ging de deur open en Hertha, die het roepen van den vryheer gehoord had, kwam de kamer binnen. „Gravin Herthal" riep Eborstein uit, die door haar tegenwoordigheid nrsuwen moed gekregen had. „Red myn kind, dat doordien man daar behekst en betooverd ia, en stuur hom uw Blot uit." Hertha stond verstomd. Zy zag Gerlinde In de armen van Hans Wehlau, die nog altyd met afscheid-nemen bezig was, en den ouden baroD, die jammerend en hulpeloos in zyn leuningstoel zat. Dit tooneol was haar geheel onbegrypelyk. Hans dacht het nu eindelyk goed aan het bevel van den vryheer gehoor te geven, maar hy leidde Gerlinde niet naar hom toe, maar naar do jonge gravin en sprak op smee- konden toon: „Ik stol myn aanstaande ondor uw be scherming, gravin Steinrück. Mynhoor de baron slaat voorloopig myn aanzoek nog af, en voor het oogenblik moet ik wol zwich ten, want ik mag myn toekomstigen schoon vader „Onbeschaamde!" riep Eberstein uit, dio. nu oen hevlgen aanval van zyn jicht schoen te krygen. Noch mot gewold dwingen, noch zyn beleedigendo woorden langor aanhooren," vol tooide de jonge man kalm. „Ontferm u ovor myn Gerlinde, ik verzoek u daar boel vrien- doiyk om; ik kom terug, zoodra mynheer Van Eberstein wat kahnor gewordon is." By doze woorden drukto hy zyn Gerlinde do hand, en na een eorbiadigon groot aan de jonge gravin on oon hoffolyko buiging voor den vryheor gemaakt te hobben, verliet hy de kamer. Professor Wehlau had intusschen zUti ergernis bedwongen on zyn brieven doorgo- lozon. Wat ging hem oigenlyk ook dezo oude vryheer uit de tiende eeuw aan I De man was niet toerekenbaar en daarom> was Wehlau ook gonoigd don dollen streek van zyn zoon minder streng to beoordeelen dan hy anders gedaan zou bobben. Die inval mot don „Forschungstoin" ver maakte hem zelfs, maar toch besloot hij zyn overmoedlgen 6pruit do los to lezon, en vond ook spoedig gelegenhoid daartoiy want juist trad Hans binnen. IWordl vervolgd) i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1