IP, 12392 Donderdag ÏO Juli. A\ 1900 feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. VERBROEDERING. DAfrBLA PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. 2 2 2 2 '2 2 1 f 1.10t' Franco per post2 - 1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTEËN: Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeron buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Officiccle Kenuisgeying# Burgemeester cn Wethouders van Leiden brengen ter algemeeno kennis, dat de lijst, bevattende de namen der inwoners, die voor het verleenen van 'inkwartiering en onderhoud van het krijgsvolk, en de transporten en leverantiön voor hot leger of de verdedigingswerken gevorderd, in aanmer king komen, is opgemaakt, op de kleine pors van het Raadhuis aangeplakt en van heden gedurende veertien dagen ter Secretarie dezer gemeente voor een ieder ter inzage is nedergelegd, wordende tevens in herinnering gebracht, dat aan de in woners vrijheid wordt verleend tot ruiling met, of uitbesteding bij do op de lijst voorkomende personen van de inkwartiering of het onderhoud, inits zij van den wensch daartoe kennis geven aan den Burgemeester, voordat de uitreiking van de biljetten aan de manschappen is geschied, bij gebreke waarvan zij verplicht zijn aan do vorde ring tot inkwartiering en onderhoud te voldoen in bun woning. Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. C. JU TA, Weth. lo.-Burgomeester. VAN HEYST, Secretaris. Leiden, 18 Juli 1900l Leidei), 19 Juli. B^j het examen der Nederlandsche Toon- kunstenaars-vereeniging is voor piano lager onderwjjs goslaagd mej. L. Van der Kloes, te Leiden, leerlinge van mej. B. Sissingh. Aan het eind-examen der huishoudschool, Laan van Meerdervoort te 's-Gravenhage, dat van 5-12 Juli afgenomen werd, namen 12 candidaten deel. Hiervan behaalden er 10 hot diploma, o. a. mej. A. A. Krol, uit Leiden. De minister van binnenlandsche zaken maakt bekend, dat het Ryks Kabinet van Prenten te Leiden v£n 1 Aug. tot 5 Sept. 1900 voor het publiek zal gesloten zyn. Gisteren herdacht de eerwaarde zuster Holiodora (in de wereld mej. Alida Geradts) I te Leiden den dag, waarop zy vóór 25 jaren |in de Congregatie dor Zusters van Liefde van ,0. L. V. Moeder van Barmhartigheid te Til- iburg is aangenomen. By koninklijk besluit is bepaald, dat, indien aan jongens van de Kweekschool voor Zeeyaart te Leiden wegens lichaamsgebreken ontslag wordt verleend, deze gebreken erkend moeten zyn by een geneeskundige verklaring, af te geven door een officier van gezondheid uit de directie der marine te Amsterdam en den officier van gezondheid aan de Kweek school gedetacheerd. In de gisteravond gehouden vergadering van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, voorgezeten door den heer P. L. C. Driessen, waren aan de orde: lo. De missives van de Kamers van Utrecht, Amsterdam en Londen, betreffende de aan de Regeering en aan de Staten-Generaal gerichte adressen, de wenschelykheid betoogende van do uitbreiding en de reorganisatie van het Nedorlandsch Consulaatwezen. De Kamer besloot do adressen te steunen ©n sympathie deswege te betuigen voor de b(j de Staten-Generaal aanhangige motie van mr. E. E. Van Raalto, ofschoon ovorigens werd erkend, dat het consulaatwezen noch voor de Leidsche industrie noch haar aan verwante belangen van overwegend belang is te achten. 2o. Circulaire van de Kamer te Utrecht betreffende hot verzoek aan den minister van financiön tot verlaging van het port voor briefkaarten in locaal verkeer. De Loidsché Kamer achtte zoodanige ver laging niet van overwegend belang voor den Leidschen handel, maar eenmaal dit onder werp aan de orde gesteld zynde, besloot men den betrokken minister opmerkzaam te maken op het algemeen gevoelen, dat billy kheidshalve in elk geval behoort te worden afgeschaft de berekening van cent voor de papierwaarde van briefkaarten en briefomslagen. 3o. Circulaire van de Kamer te Zwolle be treffende ruimere circulatie van muntbiljetten van f 10 en invoering van muntbiljetten van f 5. Besloten word te kennen te geven, dat de Kamer algemeen het eens was, dat in Leiden het te weinig in omloop zyn van muntbil jetten van f 10 zich niet deed gevoelen, maar dat de Kamer het van belang achtte te geraken tot invoering van biljetten van f 5 in klein formaat en vooral in goed, niet spoedig ver- siytbaar papier. 4o. Circulaire van den Nederlandschen Bond van Industriéelen en Handelslieden tot her ziening van art. 337 Wetb. van Strafrecht, betreffende wederrechteiyk gebruik vau fa brieksmerken, firma's, enz. Besloten het ter zake aan den minister van justitie gericht adres niet te ondersteunen, vooral niet uit het oogpunt, dat herziening de „concurrence dóloyale" zou in de hand werken. 5. Circulaire van het Twentsch Steenkolen- syndicaat betreffende don steenkolenhandel. Besloten zeer warm to steunen hot ter zake aan den minister van waterstaat, h. en n. gericht adres tot wyziging der Mynwet en krachtig er op aan te dringen by Z. Excell. tot verleening van de aangevraagde concessiön voor de verdere mynontginning in Limburg. 6o. Circulaire van don Noord-Brabantschon Christel. Boerenbond betreffende de aanhangige tariefsherziening, inzonderheid verzoekende de tot-stand-koming van wetten tegen do onrecht vaardige belemmeringen van vryen uitvoer, do knoeieryen en vervalschingen van zuivel producten en afschaffing van den accyns op het geslacht. Besloten het deswege aan de Tweede Kamer gericht adres niet te ondersteunen, op grond, dat ten aanzien van do aanhangige tariefs herziening de Leidsche Kamer van Kooph. en Fabr. bereids een zeer uitvoerig en gemotiveerd" rapport aan den minister van financiön'heeft verzonden. Voorts werd de nleuw-ontworpen kiezers lijst onderzocht en werd besloten aan B. en W8. deswege enkele kleine wyzigingen in overweging te geven. De ontwerp-begrooting voor 1901 werd met eenige afwijking in de cyfers, als in vroegere jaren vastgesteld en goedgekeurd. Ten slotte werden, op verzoek van den voor zitter, door den heer Juta eenige inlichtingen gegeven omtrent het behandelde en besprokene in de Provinciale Staten met opzicht tot den aanleg van een stoomtram in de richting Amsterdam Leiden, door de Haarlemmermeer. De werklied9n-zangvereeniging „Kunst na Arbeid" hield gisteravond in den tuin van „Zomerzorg" een gezellige byeOnkomst. De opkomst was, van beider kunne, zeer talryk, zoodat bleek, dat van de introductie een flink gebruik was gemaakt, dank zy zeer zeker ook het buitengewoon gunstige weder. Die introductie was op uitgebreider schaal dan gewoonlyk en ook was het aantal musici der dd. schuttery, die het vocale gedeelte afwisselden, grooter, waartoe mep in staat gesteld was omdat „Zomerzorg" onder het nieuwe beheer geheel kosteloos was afgestaan. Eenige van de gewone uitvoeringen bekende nommers werdén in de muziektent woer aardig gezongen en de muzieknommers kerkten mede, om de gezelligheid te verhoogen. Zelfs werden na de vaandel-promenade door den tuin de beenen al heel beweeglyk en werd er by oen polka, wals of galop om de tent, al ontbrak er een houten vlonder, op het laatst druk gedanst. Namens het „Vryzinnig Zangkoor" was in den loop van den avond door den voorzitter daarvan, der feestvierende vereeniging met een hartelijke toespraak een fraaie krans als bewys van vriendschap aangeboden, waarvoor door den president van „K. na A." niet minder harteiyk werd bedankt, waarna het huldebiyk, onder luide toejuichingen, aan de banier werd gehecht. Tevens werd er andermaal een woord gesproken ter opwekking, om als lid of dona teur toe te tredeD. Niet zonder resultaat l De minister van oorlog heeft zich met verlof naar Bad-Nauheim begeven. Ten gevolge van de benoeming van mr. H. Smeonge tot griffier by het gerechtshof te Amsterdam, ontstaat by aanneming dier benoeming een vacature in de Tweede Kamer, district Meppel. De heer Smeenge is echter herkiesbaar. Naar w(j vernemen, wordt de Schah van Perziö tegen 26 Augustus in ons land verwacht. Onze buitengewone gezant en gevolmach tigde minister by de Porte wordt eerstdaags in Den Haag met verlof verwacht. In de te Sneek gehouden gemeenteraads zitting is aan dr. J. L. Andreae, benoemd directeur der H. B.-S. te Leiden, op zyn ver zoek eervol ontslag verleend als directeur- leeraar der H. B.-S. en zulks onder dank betuiging voor de vele diensten, In den loop der jaren aan hot onderwys in die gemeente bewezen. Aangenomen is hot beroep naar de Ned.- Horv. Gemeente to Aarlanderveen door ds. M. Meerburg, te Yreeswyk; dat naar de Ned.-Herv. Gemeente te Nieuwkoop door den heer W. R. Boerendans, cand. te Utrecht Gisteren zjjn ingekomen uit St.-Peters- burg voor de geschiedkundige tentoonstelling van het Nederlandsche Zeewezen te 's-Graven- hage een portret van den admiraal Cruys, dio later in Russischen dienst overging, en twee zeer merkwaardige boeken met gekleurde tee- keningen vau schepen- omstreeks 1750 ver vaardigd door een Hollandschen teekenaar (Douwes De heer W. A. Arnold, benoemd tot consul te St.-Kitts (St.-Christopher), is iu die hoedanigheid door de Britsche regeering erkend. Zondag hoopt dr. J. A. Böhringer, predikant by do Evang.-Lutb. Gemeente te 's-Gravenhage, den dag te herdenken, waarop hy 40 jaren het predikambt zal vervuld hebben. Naar gemeld wordt, zal de exploitatie van don Haarlemschen Schouwburg, die het eigendom is van den heer "NV. Schönhuth, overgaan in handen van een consortium daar ter stede. Als directeur zal daarby optreden de heer G. J. Van Gasteren, voorzitter der letterlievende vereeniging „J. J. Cremer". Te Utrecht slaagde voor hot examen voor piano, moj. Slotemaker, oud-leerlinge van den heer Th. Enderle. Het is thans zeker, datH. M. de Koningin (by gelegenheid der vloot revue op de Zuiderzee) op 3 Aug. e. k. op 5 botters zal overgaan, omdat H. M. nader met de visschers en hun bedryf wil kennis maken. De eer van het bezoek zal te beurt vallen aan laterj te vermelden schippers, en wel op vaartuigen, die uitoefenen: de bot-visschery, de haring-visscliery', do ansjovis-visschery, de aal- en garnalen-visscliery, on de mosselen- en alikruiken-visschery. De minister van financiön maakt bekend, dat in dit jaar geen examen zal worden ge houden voor de betrekking van adspirant- landmeter by het kadaster, en dat tot het examen, hetwelk in de eerste helft van het volgende jaar zal worden gehouden, ook zullen worden toegelaten zy, die in een der jaren 1899 of 1900 don vollen ouderdom van 23 jaren bereikten. Aan het Staatsexamen tot toelating aan de universiteit namen van 16 tot 18 Juli deel 7 candidaten voor de faculteiten der god geleerdheid enz. Toegelaten is 1 candldaat, de heer A. J. Honig, en voor het diploma B is toegelaten de heer J. Edgar. Voor de faculteiten der geneeskunde, enz. werden 7 candidaten geëxamineerd. Toegelaten zyn 4 cand., de heeren C. J. De Groot, E. H. Kuinders, E. L. Elte en E. F. Hardenberg. Gedurende den loop van het examen trok zich een candidaat terug. Het examen werd voortgezet met 4 can didaten. Na voortzetting van het examen zyn van de vorige groep alsnog geslaagd de heeren M. R, Van den Berg en EL W. M. H. Keiler. Biykens by het departement van marine ontvangen bericht is het pantserdekschip „Holland", onder bevel van den kapitein ter zee S. K. Sybrandi, 17 dezer te Wusung (aan de monding der rivier van dien naam) aangekomen. By den commandant bestond het voornemen 18 dezer naar Shanghai op te stoomen. Het pantserdekschip „Noordbrabant", onder bevel van den kapitein ter zee A. W. F. C. Van Woerden, is 18 dezer to Nieuwe- diep aangekomen. By het geneeskundig onderzoek naar hun lichamelyke geschiktheid zyn van de 90 candidaten voor het adelborst-examen 21 on geschikt geoordoeld. Te Arnhem is overleden de heer G. F. Nauts, oud-kolonel by het Oost-Indische leger, ridder in de Militaire Willemsorde 3de kl. en ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw. Het stoomschip „Lawoe" vertrok 18 Juli van Batavia naar Rotterdam; do „Oon- garan", van Rotterdam naar Java, vertrok 18 Juli van Southamptonde „OraDje-Nassau", van Amsterdam naar Paramaribo, passeerde 17 Juli 0ues8ant; de „Prins Alexander", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 18 Juli Dungeness; de „Reichstag" (uitreis) passeerde 17 Juli Aden; de „Deau," (Kon. W.-I. Mail dienst) van Paramaribo naar Amsterdam, ar- 18 Juli te St.-Michaelsde „Tantalua" arri veerde 18 Juli van Java te Amsterdam. Abbenes (gemeente Haarlemmermeer). Uit goede bron vernemen wy, dat in het najaar zal worden overgegaan tot een verplaatsing .van het personeel der Leeghwater tot de Crucquius. Alsdan zal men niet tot hot verbouwen der arbeiderswoningen (Leeghwater), waarvan eerst melding werd gemaakt, overgegaan, maar ze, wanneer ze tot bewoning geheel ongeschikt biyken, eenvoudig sloopen. De rollen van hot hedendaagsche personeel der Leeghwater wor den dan eenvoudig verwisseld. In plaats van de Crucquius in nood by te staan zullen zy, indien dit vereischt wordt, do Leeghwater helpen. Aan dit plan moet nog slechts het hoofdbestuur van den Haarlemmermeerpolder zyn goedkeuring hechten. In den nacht van Maandag op Dinsdag 1.1. is by den landbouwor Jac. Casteleyn te Rypwetering een paard gestolen Men ver moedt zelfs, dat er elders nog een paard aan den eigenaar is ontvreemd, althans men meent op den weg, door de daders gevolgd, niet het spoor van óén, maar van tweepaar den te bemerken. Het ïydt geen twyfel of de wakkere politie van Alkemade, die al meermalen in dezen bewijzen van bekwaamheid gaf, zal spoedig de daders gevat en het gestolene opgespoord hebben. Hiliogom. Door Burg. en Weths. dezer gemeente is aan den bloemistknecht W. J. De G. te Leiden, vergunning verleend tot den verkoop van sterken drank in het klein in de benedenvoorkamer van het huis aan de Meerstraat No. 5 alhier. Koudekerk. Een onaangenaam interval. Een nog jeugdige fietsryder, niet spoedig ge noeg de richting van zyn rywiel wyzigende, reed hier Dinsdagavond met onvertraagde vaart in den Ryn. Met toegesnelde hulp wer den voertuig en berydor op het droge gebracht welke laatste er met den schrik en een nat pak afkwam. Noordwykcrhout, Gisteren is van den landbouwer Hoogstraten tusschen Pietgyzen- brug en Voorhout een beste koe, die tusschen de rails liep, door een goederentrein der H. IJz. Sp.-My. overreden. Was dit voor den landbouwer een ramp, voor den gelegenheids- slager W. Heemskerk alhier was het stellig een buitenkansje. Als een ongewoon schouwspel moeten we vermelden het doortrekken gistermorgen van de 5de en 6de battery van het 2de regiment veldartillerie, het Dorp hullende iï" grooto stofwolken. Een drietal trompetters blies er bywylen lustig op los en lokte 11 oen ommezien alles naar buiten, zoodat het den zonen van Mars niet aan bewondering ontbrak. Gemeenteraad van Wassenaar* Voorzitter: de Burgemeester. Afwezig de heeren O. J. Van der Oudermeulen en J.' Ruygrok. j Do notulen der vorige vergadering worden onveranderd goedgekeurd. Ingekomen zyn: lo. Eenige missives van Ged. Staten, houdende goedkeuring van raads besluiten. 2o. Een schryven van het hoogheemraad schap Rynland, dat er geen bezwaren bestaan tegen de overdracht van de Kaswatering aan den hoor Van Pallandt, 3o. Een missive van Ged. Staten, eveneens goedkeurende do overdracht onder 2 genoemd. 4o. Mededeeling van de Compagnie voor Aerogeengas, dat met 1 September de gas verlichting in gebruik kan worden genomen. De Voorzitter deelt mede, dat hy verzocht heeft aan de Holl. S;;oorwt>gmaatschappy om trein 146 of 148 le Voorschoten te laten stoppen. Hierop is geantwoord, dat op dit verzoek gelet zal worden by de eerstvolgende winterdienst-regeling. Op de voordracht voor het college van zetters worden geplaatst de heeren F. C. Do Lamaar, J. Mansvelt, W. Paddenburg en J. J. Grevers. De Voorzitter brengt nu in behandeling hot voorstel van het Dagel. Bestuur om de loods te koopen, welke oorspronkeiyk bestemd was tot remise van den stoomomnibus. De Voorz. deelt mede, dat de loods ruim 1800 gld. gekost heeft on dat do koopprys thans 750 gld. bedraagt. Hy is van oordeel, dat het bezit er van een groot gerief zal zyn 80) „Mademoiselle Margot i3 de dochter van kapitein Martens, die in gindsch boschje be graven werd, nadat de dolksteek van den sluipmoordenaar hem op het slot Marange getroffen had." Koenraad was zelf verbaasd over de uit werking, die zyn woorden op den kapitein uitoefenden. Deze tuimelde doodsbleek eenige schreden achteruit, terwyl hy naar adem snakte. „Het is niet mogelyk; het is niet waar," stamelde hy. „Het is waar, kapitein; myn oom, generaal Von Brunk, zal het u bevestigen, en die brief, dien gy in mijn kamer gevonden hebt, was niet aan my gericht, doch aan generaal Von Brunk, den vaderlyken vriend van Margarethe. Gy zult thans het gerechtvaar digde myner verbazing, mijner verontwaar diging toegeven en mejuffrouw Margarethe Marlens en my algeheele voldoening ver schaffen." Het lachen van den kapitein klonk heesck. Hy zag zyn plannen in rook opgaan, hy voelde zich overwonnen, beschaamd maar neenl nog was niet alles verloren, nog wilde hy don stryd niet opgeven! Zyn hartstochte- lyke aard flikkerde weer op. Hy wilde met éón stouten slag zyn tegenstanders verplet teren; het net, dat zyn voeten dreigde te verstikken, met geweld verscheuren. Wat deze officier hem daar zeide, was leugen, was kuipery; het was er op berekend, hem in het verderf te storten; maar dat verderf zou op het hoofd van zyn tegenparty terugvallen. Met alle geweld herstelde hy zich. „Gy vertelt my daar een zeer aardig sprookje, mynheer," zoo begon hy met een spotachtig glimlachje. „Ik had in u en made moiselle Margot zooveol phantasio niet ver wacht," Mynheer De Marange, gelooft gij me niet?" „Neen, mijnheer, ik geloof u niet. Do leugen is te klaarblykelyk dan dat ze my kan bedriegen. Ja, mynheer, ik ben de verloofde van mademoiselle Margot geweest; daarom zult ge my ook toegeven, dat ik over de omstandigheden van mademoiselle eenigszins onderricht ben. U echter, mynheer de luite nant Von Holten, raad ik aan, dit huis terstond te verlaten, als gy niet met schande wilt weggejaagd worden." „Kapitein!" „Ik heb tot dusverre toegevendheid ge bruikt; ik zie in, dat ik ongeiyk had; ik had u al dadeiyk do deur moeten wijzen.'* Koenraad beefde van toorn en opgewonden heid. Maar hy hield zich in; hy trad een schrede achteruit en antwoordde met gedwon gen kalmte: „Ik meende een officier en een edelman tegenover my te zien; thans bespeur ik, dat ik met een ellendigen schoft te doen heb." „Hal" Als het geschreeuw van een getergd roofdier kwam het over de lippen van den kapitein. Hy hief de vuist op, als om den officier in het gezicht te slaan, deelvoorden vlammenden blik van Koenraad liet hy de hand zakken en ademde diep op. Inwendig jubelde hy. Immers, hy had bereikt, wat hy wenschte 1 Een tweegevecht was thans onver- mydeiyk. Een verklaring tusschen Von Holten en den markies was daardoor voorloopig verhinderd, en hy, de beroemdste vechtersbaas by het regiment, zou er wel voor zorgen, dat de mond van don Duitscben officier voor altyd verstomde, daar hy immers als de beleedigde party de keus der wapens had. „Gy zult van my hooren, mynheer," sprak hy met dreigende stom, terwyl hy zich afwendde. „Heb zal ray verheugen, als ik heel spoedig van u hoor," was het kalme antwoord van Koonraad, die zyn geheele bedaardheid her kregen had. „Ter vergemakkelyking van onze overeenkomst veroorloof ik my, u myn kaartje to overhandigen, waarop myn woon plaats is aangegeven." Hy nam een visitekaartje uit zyn brieven- tasch en wierp het op de in zyn nabyheid staande tafel. Daarop maakte hy een vluchtige buiging en verliet de kamer on het slot. Vóór het bordes wachtte zyn rytuig. Opademend wierp hy zich in de kussens, den koetsier bevelend, zoo snel mogelyk naar Metz terug te ryden. Een gevoel van afkeer bekroop hem. Hy sloeg geen blik achter zich naar het slot en het in herfstachtige kalmte liggende park, waarin hy zyn geluk gevonden had, slechts om het voor altyd te verliezen. XVJL 'Generaal Von Brunk was zeer verbaasd, toen hy een brief van Margarethe ontving, waarin zy hem verzocht by haar te komen, daar zy hem, als haar eenigen oprechten vriend, om raad wilde vragen. Zij schreef, dat zy Ladonchamps plotseling had moeten ver laten en een onderkomen gevonden had by vrouw Joséphino Thury in „La petite Maxe," waar zy zoo lang dacht to blyven, tot zy een r^uwe betrekking gevonden had. Het was uyna avond, toen de generaal den brief ontving. Desniettemin begaf hy zich terstond op weg, om Margarethe zyn raad en hulp aau te bieden. Hy vond haar in den kring der brave familie, die, om de tafel in de woonkamer zittend, haar eenvoudig, landelyk avondmaal gebruikte. „Indien gy, mon gónóral," zei Thury mot openhartige beleefdheid, met mademoiselle Margot iets to bespreken hebt, dan trekken wy ons in do golagkamor terug." „Ik heb wel met mademoiselle to spreken, beste Thury," antwoordde de heer Von Brunk, „doch laat my u vooreerst eens bedanken, dat gy de dochter van myn vriend, die ik als myn eigen kind beschouw, zoo vriendeiyk hobt opgenomen." „Pas de quoi, mon gónóral ('t Heeft niets te beteekenen, m. g.). Ik weet, wat men aan een dame verschuldigd is, en toen myn schoonvader, de oude Francois, my verteld had, dat mademoiselle door kapitein De Marange misleid „O, baas Thury 1" „Pardon, mademoisellel Maar ik waagde het reeds u te zeggen, dat ik den kapitein beter ken dan gy. Mynheer De Marange verdient in geen enkel opzicht het vertrouwen van een braaf meisje." „Kent gy kapitein De Marange reeds lang, Thury?" vroeg de generaal. „Sedert den grooten oorlog, mon gónéraL Do kapitein was destyds een aankomend jonkman, en zyn jeugd mogo de vele dwaas heden verontschuldigen, die hy in die dagen beging l" „Gy hebt my eens gezegd, dat gy tydens den oorlog in Motz geweest zyt. Was mynheer Do Marange eveneens in de vesting?" „Slechts korten tyd, mou géoéral. ikzelf hob hem langs geheime wegen uit de vosting gebracht. Hy wilde my overhalen, met hem te vluchten, maar, mon gónóral, niet alleen myn plicht als soldaat hield my in Metz terug, doch ook de dankbaarheid jegens u." „De dankbaarheid jegens my?" „Ja, mon gónóral. Gy hadt my tyding van myn familie gegeven, gy hadt voor myn gezin gezorgd, toen wilde ik niet als halve bandiet in het verborgen tegen u of uw land- genooten vechten; als eerlyk soldaat mocht ik gerust tegen u komen te staan." „Ik begryp u niet goed, baas Thury l Gy bedoelt, dat gy mot den heer De Marange tegen de Duitschers zoudt stryden?" „'t Is twintig jaar geleden, mon gónóral; dan kan een bekentenis zeker niemand meer schadon, maar wellicht die jongedame van nut zyn, doordat het haar bewyst, hoe woinig kapi tein De Marange haar genegenheid verdient. Ja, heer generaal, mynheer De Marange boe jong by destyds nog was, wilde een schaar franctireura oprichten uit de landlieden van de Ardennen en de Vogeezen, om alleenstaande posten der Duitschers te overvallen en te vernietigen. Ik wilde aan dit roovershandwork geer. deel nemen; ik achtto zulks een eerlijk soldaat onwaardig. Men zou mij graag hebben over gehaald om mee le trekken, want ik kende' als boschwachter alle schuilhoeken en geheime paden van het gebergte. Maar, zooals gezegd, ik weigerde; ik bleef in Metz tot de overgave, dor vesting." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1