IP, 12392
Donderdag ÏO Juli.
A\ 1900
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
VERBROEDERING.
DAfrBLA
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden. 2 2 2 2 '2 2 1 f 1.10t'
Franco per post2 - 1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTEËN:
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeron buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Officiccle Kenuisgeying#
Burgemeester cn Wethouders van Leiden brengen
ter algemeeno kennis, dat de lijst, bevattende de
namen der inwoners, die voor het verleenen van
'inkwartiering en onderhoud van het krijgsvolk,
en de transporten en leverantiön voor hot leger
of de verdedigingswerken gevorderd, in aanmer
king komen, is opgemaakt, op de kleine pors van
het Raadhuis aangeplakt en van heden gedurende
veertien dagen ter Secretarie dezer gemeente
voor een ieder ter inzage is nedergelegd, wordende
tevens in herinnering gebracht, dat aan de in
woners vrijheid wordt verleend tot ruiling met,
of uitbesteding bij do op de lijst voorkomende
personen van de inkwartiering of het onderhoud,
inits zij van den wensch daartoe kennis geven
aan den Burgemeester, voordat de uitreiking van
de biljetten aan de manschappen is geschied, bij
gebreke waarvan zij verplicht zijn aan do vorde
ring tot inkwartiering en onderhoud te voldoen
in bun woning.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. C. JU TA, Weth. lo.-Burgomeester.
VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 18 Juli 1900l
Leidei), 19 Juli.
B^j het examen der Nederlandsche Toon-
kunstenaars-vereeniging is voor piano lager
onderwjjs goslaagd mej. L. Van der Kloes,
te Leiden, leerlinge van mej. B. Sissingh.
Aan het eind-examen der huishoudschool,
Laan van Meerdervoort te 's-Gravenhage, dat
van 5-12 Juli afgenomen werd, namen 12
candidaten deel. Hiervan behaalden er 10 hot
diploma, o. a. mej. A. A. Krol, uit Leiden.
De minister van binnenlandsche zaken
maakt bekend, dat het Ryks Kabinet van
Prenten te Leiden v£n 1 Aug. tot 5 Sept.
1900 voor het publiek zal gesloten zyn.
Gisteren herdacht de eerwaarde zuster
Holiodora (in de wereld mej. Alida Geradts)
I te Leiden den dag, waarop zy vóór 25 jaren
|in de Congregatie dor Zusters van Liefde van
,0. L. V. Moeder van Barmhartigheid te Til-
iburg is aangenomen.
By koninklijk besluit is bepaald, dat,
indien aan jongens van de Kweekschool voor
Zeeyaart te Leiden wegens lichaamsgebreken
ontslag wordt verleend, deze gebreken erkend
moeten zyn by een geneeskundige verklaring,
af te geven door een officier van gezondheid
uit de directie der marine te Amsterdam en
den officier van gezondheid aan de Kweek
school gedetacheerd.
In de gisteravond gehouden vergadering
van de Kamer van Koophandel en Fabrieken,
voorgezeten door den heer P. L. C. Driessen,
waren aan de orde:
lo. De missives van de Kamers van Utrecht,
Amsterdam en Londen, betreffende de aan de
Regeering en aan de Staten-Generaal gerichte
adressen, de wenschelykheid betoogende van
do uitbreiding en de reorganisatie van het
Nedorlandsch Consulaatwezen.
De Kamer besloot do adressen te steunen
©n sympathie deswege te betuigen voor de
b(j de Staten-Generaal aanhangige motie van
mr. E. E. Van Raalto, ofschoon ovorigens
werd erkend, dat het consulaatwezen noch
voor de Leidsche industrie noch haar aan
verwante belangen van overwegend belang
is te achten.
2o. Circulaire van de Kamer te Utrecht
betreffende hot verzoek aan den minister van
financiön tot verlaging van het port voor
briefkaarten in locaal verkeer.
De Loidsché Kamer achtte zoodanige ver
laging niet van overwegend belang voor den
Leidschen handel, maar eenmaal dit onder
werp aan de orde gesteld zynde, besloot men
den betrokken minister opmerkzaam te maken
op het algemeen gevoelen, dat billy kheidshalve
in elk geval behoort te worden afgeschaft de
berekening van cent voor de papierwaarde
van briefkaarten en briefomslagen.
3o. Circulaire van de Kamer te Zwolle be
treffende ruimere circulatie van muntbiljetten
van f 10 en invoering van muntbiljetten
van f 5.
Besloten word te kennen te geven, dat de
Kamer algemeen het eens was, dat in Leiden
het te weinig in omloop zyn van muntbil
jetten van f 10 zich niet deed gevoelen, maar
dat de Kamer het van belang achtte te geraken
tot invoering van biljetten van f 5 in klein
formaat en vooral in goed, niet spoedig ver-
siytbaar papier.
4o. Circulaire van den Nederlandschen Bond
van Industriéelen en Handelslieden tot her
ziening van art. 337 Wetb. van Strafrecht,
betreffende wederrechteiyk gebruik vau fa
brieksmerken, firma's, enz.
Besloten het ter zake aan den minister
van justitie gericht adres niet te ondersteunen,
vooral niet uit het oogpunt, dat herziening
de „concurrence dóloyale" zou in de hand
werken.
5. Circulaire van het Twentsch Steenkolen-
syndicaat betreffende don steenkolenhandel.
Besloten zeer warm to steunen hot ter
zake aan den minister van waterstaat, h. en
n. gericht adres tot wyziging der Mynwet
en krachtig er op aan te dringen by Z. Excell.
tot verleening van de aangevraagde concessiön
voor de verdere mynontginning in Limburg.
6o. Circulaire van don Noord-Brabantschon
Christel. Boerenbond betreffende de aanhangige
tariefsherziening, inzonderheid verzoekende de
tot-stand-koming van wetten tegen do onrecht
vaardige belemmeringen van vryen uitvoer,
do knoeieryen en vervalschingen van zuivel
producten en afschaffing van den accyns op
het geslacht.
Besloten het deswege aan de Tweede Kamer
gericht adres niet te ondersteunen, op grond,
dat ten aanzien van do aanhangige tariefs
herziening de Leidsche Kamer van Kooph. en
Fabr. bereids een zeer uitvoerig en gemotiveerd"
rapport aan den minister van financiön'heeft
verzonden.
Voorts werd de nleuw-ontworpen kiezers
lijst onderzocht en werd besloten aan B. en
W8. deswege enkele kleine wyzigingen in
overweging te geven.
De ontwerp-begrooting voor 1901 werd met
eenige afwijking in de cyfers, als in vroegere
jaren vastgesteld en goedgekeurd.
Ten slotte werden, op verzoek van den voor
zitter, door den heer Juta eenige inlichtingen
gegeven omtrent het behandelde en besprokene
in de Provinciale Staten met opzicht tot den
aanleg van een stoomtram in de richting
Amsterdam Leiden, door de Haarlemmermeer.
De werklied9n-zangvereeniging „Kunst
na Arbeid" hield gisteravond in den tuin van
„Zomerzorg" een gezellige byeOnkomst. De
opkomst was, van beider kunne, zeer talryk,
zoodat bleek, dat van de introductie een
flink gebruik was gemaakt, dank zy zeer
zeker ook het buitengewoon gunstige weder.
Die introductie was op uitgebreider schaal
dan gewoonlyk en ook was het aantal musici
der dd. schuttery, die het vocale gedeelte
afwisselden, grooter, waartoe mep in staat
gesteld was omdat „Zomerzorg" onder het
nieuwe beheer geheel kosteloos was afgestaan.
Eenige van de gewone uitvoeringen bekende
nommers werdén in de muziektent woer aardig
gezongen en de muzieknommers kerkten
mede, om de gezelligheid te verhoogen. Zelfs
werden na de vaandel-promenade door den
tuin de beenen al heel beweeglyk en werd
er by oen polka, wals of galop om de tent,
al ontbrak er een houten vlonder, op het laatst
druk gedanst.
Namens het „Vryzinnig Zangkoor" was in
den loop van den avond door den voorzitter
daarvan, der feestvierende vereeniging met een
hartelijke toespraak een fraaie krans als bewys
van vriendschap aangeboden, waarvoor door
den president van „K. na A." niet minder
harteiyk werd bedankt, waarna het huldebiyk,
onder luide toejuichingen, aan de banier werd
gehecht. Tevens werd er andermaal een woord
gesproken ter opwekking, om als lid of dona
teur toe te tredeD. Niet zonder resultaat l
De minister van oorlog heeft zich met
verlof naar Bad-Nauheim begeven.
Ten gevolge van de benoeming van mr.
H. Smeonge tot griffier by het gerechtshof
te Amsterdam, ontstaat by aanneming dier
benoeming een vacature in de Tweede Kamer,
district Meppel. De heer Smeenge is echter
herkiesbaar.
Naar w(j vernemen, wordt de Schah van
Perziö tegen 26 Augustus in ons land verwacht.
Onze buitengewone gezant en gevolmach
tigde minister by de Porte wordt eerstdaags
in Den Haag met verlof verwacht.
In de te Sneek gehouden gemeenteraads
zitting is aan dr. J. L. Andreae, benoemd
directeur der H. B.-S. te Leiden, op zyn ver
zoek eervol ontslag verleend als directeur-
leeraar der H. B.-S. en zulks onder dank
betuiging voor de vele diensten, In den loop
der jaren aan hot onderwys in die gemeente
bewezen.
Aangenomen is hot beroep naar de Ned.-
Horv. Gemeente to Aarlanderveen door ds.
M. Meerburg, te Yreeswyk; dat naar de
Ned.-Herv. Gemeente te Nieuwkoop door den
heer W. R. Boerendans, cand. te Utrecht
Gisteren zjjn ingekomen uit St.-Peters-
burg voor de geschiedkundige tentoonstelling
van het Nederlandsche Zeewezen te 's-Graven-
hage een portret van den admiraal Cruys, dio
later in Russischen dienst overging, en twee
zeer merkwaardige boeken met gekleurde tee-
keningen vau schepen- omstreeks 1750 ver
vaardigd door een Hollandschen teekenaar
(Douwes
De heer W. A. Arnold, benoemd tot
consul te St.-Kitts (St.-Christopher), is iu die
hoedanigheid door de Britsche regeering
erkend.
Zondag hoopt dr. J. A. Böhringer,
predikant by do Evang.-Lutb. Gemeente te
's-Gravenhage, den dag te herdenken, waarop
hy 40 jaren het predikambt zal vervuld hebben.
Naar gemeld wordt, zal de exploitatie
van don Haarlemschen Schouwburg, die het
eigendom is van den heer "NV. Schönhuth,
overgaan in handen van een consortium daar
ter stede. Als directeur zal daarby optreden
de heer G. J. Van Gasteren, voorzitter der
letterlievende vereeniging „J. J. Cremer".
Te Utrecht slaagde voor hot examen
voor piano, moj. Slotemaker, oud-leerlinge
van den heer Th. Enderle.
Het is thans zeker, datH. M. de Koningin
(by gelegenheid der vloot revue op de Zuiderzee)
op 3 Aug. e. k. op 5 botters zal overgaan,
omdat H. M. nader met de visschers en hun
bedryf wil kennis maken.
De eer van het bezoek zal te beurt vallen
aan laterj te vermelden schippers, en wel op
vaartuigen, die uitoefenen: de bot-visschery,
de haring-visscliery', do ansjovis-visschery, de
aal- en garnalen-visscliery, on de mosselen-
en alikruiken-visschery.
De minister van financiön maakt bekend,
dat in dit jaar geen examen zal worden ge
houden voor de betrekking van adspirant-
landmeter by het kadaster, en dat tot het
examen, hetwelk in de eerste helft van het
volgende jaar zal worden gehouden, ook zullen
worden toegelaten zy, die in een der jaren
1899 of 1900 don vollen ouderdom van 23
jaren bereikten.
Aan het Staatsexamen tot toelating aan
de universiteit namen van 16 tot 18 Juli
deel 7 candidaten voor de faculteiten der god
geleerdheid enz.
Toegelaten is 1 candldaat, de heer A. J.
Honig, en voor het diploma B is toegelaten
de heer J. Edgar.
Voor de faculteiten der geneeskunde, enz.
werden 7 candidaten geëxamineerd.
Toegelaten zyn 4 cand., de heeren C. J.
De Groot, E. H. Kuinders, E. L. Elte en E.
F. Hardenberg.
Gedurende den loop van het examen trok
zich een candidaat terug.
Het examen werd voortgezet met 4 can
didaten.
Na voortzetting van het examen zyn van
de vorige groep alsnog geslaagd de heeren
M. R, Van den Berg en EL W. M. H. Keiler.
Biykens by het departement van marine
ontvangen bericht is het pantserdekschip
„Holland", onder bevel van den kapitein ter
zee S. K. Sybrandi, 17 dezer te Wusung
(aan de monding der rivier van dien naam)
aangekomen. By den commandant bestond
het voornemen 18 dezer naar Shanghai op te
stoomen.
Het pantserdekschip „Noordbrabant",
onder bevel van den kapitein ter zee A. W.
F. C. Van Woerden, is 18 dezer to Nieuwe-
diep aangekomen.
By het geneeskundig onderzoek naar
hun lichamelyke geschiktheid zyn van de 90
candidaten voor het adelborst-examen 21 on
geschikt geoordoeld.
Te Arnhem is overleden de heer G. F.
Nauts, oud-kolonel by het Oost-Indische leger,
ridder in de Militaire Willemsorde 3de kl. en
ridder in de orde van den Nederlandschen
Leeuw.
Het stoomschip „Lawoe" vertrok 18
Juli van Batavia naar Rotterdam; do „Oon-
garan", van Rotterdam naar Java, vertrok
18 Juli van Southamptonde „OraDje-Nassau",
van Amsterdam naar Paramaribo, passeerde
17 Juli 0ues8ant; de „Prins Alexander", van
Batavia naar Amsterdam, passeerde 18 Juli
Dungeness; de „Reichstag" (uitreis) passeerde
17 Juli Aden; de „Deau," (Kon. W.-I. Mail
dienst) van Paramaribo naar Amsterdam, ar-
18 Juli te St.-Michaelsde „Tantalua" arri
veerde 18 Juli van Java te Amsterdam.
Abbenes (gemeente Haarlemmermeer). Uit
goede bron vernemen wy, dat in het najaar
zal worden overgegaan tot een verplaatsing
.van het personeel der Leeghwater tot de
Crucquius.
Alsdan zal men niet tot hot verbouwen der
arbeiderswoningen (Leeghwater), waarvan eerst
melding werd gemaakt, overgegaan, maar ze,
wanneer ze tot bewoning geheel ongeschikt
biyken, eenvoudig sloopen. De rollen van hot
hedendaagsche personeel der Leeghwater wor
den dan eenvoudig verwisseld. In plaats van
de Crucquius in nood by te staan zullen zy,
indien dit vereischt wordt, do Leeghwater
helpen. Aan dit plan moet nog slechts het
hoofdbestuur van den Haarlemmermeerpolder
zyn goedkeuring hechten.
In den nacht van Maandag op Dinsdag
1.1. is by den landbouwor Jac. Casteleyn te
Rypwetering een paard gestolen Men ver
moedt zelfs, dat er elders nog een paard aan
den eigenaar is ontvreemd, althans men
meent op den weg, door de daders gevolgd,
niet het spoor van óén, maar van tweepaar
den te bemerken.
Het ïydt geen twyfel of de wakkere politie
van Alkemade, die al meermalen in dezen
bewijzen van bekwaamheid gaf, zal spoedig
de daders gevat en het gestolene opgespoord
hebben.
Hiliogom. Door Burg. en Weths. dezer
gemeente is aan den bloemistknecht W. J.
De G. te Leiden, vergunning verleend tot den
verkoop van sterken drank in het klein in
de benedenvoorkamer van het huis aan de
Meerstraat No. 5 alhier.
Koudekerk. Een onaangenaam interval.
Een nog jeugdige fietsryder, niet spoedig ge
noeg de richting van zyn rywiel wyzigende,
reed hier Dinsdagavond met onvertraagde
vaart in den Ryn. Met toegesnelde hulp wer
den voertuig en berydor op het droge gebracht
welke laatste er met den schrik en een nat
pak afkwam.
Noordwykcrhout, Gisteren is van den
landbouwer Hoogstraten tusschen Pietgyzen-
brug en Voorhout een beste koe, die tusschen
de rails liep, door een goederentrein der
H. IJz. Sp.-My. overreden. Was dit voor den
landbouwer een ramp, voor den gelegenheids-
slager W. Heemskerk alhier was het stellig
een buitenkansje.
Als een ongewoon schouwspel moeten
we vermelden het doortrekken gistermorgen
van de 5de en 6de battery van het 2de
regiment veldartillerie, het Dorp hullende iï"
grooto stofwolken. Een drietal trompetters
blies er bywylen lustig op los en lokte 11
oen ommezien alles naar buiten, zoodat het
den zonen van Mars niet aan bewondering
ontbrak.
Gemeenteraad van Wassenaar*
Voorzitter: de Burgemeester. Afwezig de
heeren O. J. Van der Oudermeulen en J.'
Ruygrok. j
Do notulen der vorige vergadering worden
onveranderd goedgekeurd.
Ingekomen zyn: lo. Eenige missives van
Ged. Staten, houdende goedkeuring van raads
besluiten.
2o. Een schryven van het hoogheemraad
schap Rynland, dat er geen bezwaren bestaan
tegen de overdracht van de Kaswatering aan
den hoor Van Pallandt,
3o. Een missive van Ged. Staten, eveneens
goedkeurende do overdracht onder 2 genoemd.
4o. Mededeeling van de Compagnie voor
Aerogeengas, dat met 1 September de gas
verlichting in gebruik kan worden genomen.
De Voorzitter deelt mede, dat hy verzocht
heeft aan de Holl. S;;oorwt>gmaatschappy om
trein 146 of 148 le Voorschoten te laten
stoppen. Hierop is geantwoord, dat op dit
verzoek gelet zal worden by de eerstvolgende
winterdienst-regeling.
Op de voordracht voor het college van
zetters worden geplaatst de heeren F. C. Do
Lamaar, J. Mansvelt, W. Paddenburg en J.
J. Grevers.
De Voorzitter brengt nu in behandeling hot
voorstel van het Dagel. Bestuur om de loods
te koopen, welke oorspronkeiyk bestemd was
tot remise van den stoomomnibus.
De Voorz. deelt mede, dat de loods ruim
1800 gld. gekost heeft on dat do koopprys
thans 750 gld. bedraagt. Hy is van oordeel,
dat het bezit er van een groot gerief zal zyn
80)
„Mademoiselle Margot i3 de dochter van
kapitein Martens, die in gindsch boschje be
graven werd, nadat de dolksteek van den
sluipmoordenaar hem op het slot Marange
getroffen had."
Koenraad was zelf verbaasd over de uit
werking, die zyn woorden op den kapitein
uitoefenden. Deze tuimelde doodsbleek eenige
schreden achteruit, terwyl hy naar adem
snakte.
„Het is niet mogelyk; het is niet waar,"
stamelde hy.
„Het is waar, kapitein; myn oom, generaal
Von Brunk, zal het u bevestigen, en die
brief, dien gy in mijn kamer gevonden hebt,
was niet aan my gericht, doch aan generaal
Von Brunk, den vaderlyken vriend van
Margarethe. Gy zult thans het gerechtvaar
digde myner verbazing, mijner verontwaar
diging toegeven en mejuffrouw Margarethe
Marlens en my algeheele voldoening ver
schaffen."
Het lachen van den kapitein klonk heesck.
Hy zag zyn plannen in rook opgaan, hy
voelde zich overwonnen, beschaamd maar
neenl nog was niet alles verloren, nog wilde
hy don stryd niet opgeven! Zyn hartstochte-
lyke aard flikkerde weer op. Hy wilde met
éón stouten slag zyn tegenstanders verplet
teren; het net, dat zyn voeten dreigde te
verstikken, met geweld verscheuren. Wat deze
officier hem daar zeide, was leugen, was
kuipery; het was er op berekend, hem in het
verderf te storten; maar dat verderf zou op
het hoofd van zyn tegenparty terugvallen.
Met alle geweld herstelde hy zich.
„Gy vertelt my daar een zeer aardig
sprookje, mynheer," zoo begon hy met een
spotachtig glimlachje. „Ik had in u en made
moiselle Margot zooveol phantasio niet ver
wacht,"
Mynheer De Marange, gelooft gij me niet?"
„Neen, mijnheer, ik geloof u niet. Do
leugen is te klaarblykelyk dan dat ze my kan
bedriegen. Ja, mynheer, ik ben de verloofde
van mademoiselle Margot geweest; daarom
zult ge my ook toegeven, dat ik over de
omstandigheden van mademoiselle eenigszins
onderricht ben. U echter, mynheer de luite
nant Von Holten, raad ik aan, dit huis terstond
te verlaten, als gy niet met schande wilt
weggejaagd worden."
„Kapitein!"
„Ik heb tot dusverre toegevendheid ge
bruikt; ik zie in, dat ik ongeiyk had; ik had
u al dadeiyk do deur moeten wijzen.'*
Koenraad beefde van toorn en opgewonden
heid. Maar hy hield zich in; hy trad een
schrede achteruit en antwoordde met gedwon
gen kalmte: „Ik meende een officier en een
edelman tegenover my te zien; thans bespeur
ik, dat ik met een ellendigen schoft te
doen heb."
„Hal" Als het geschreeuw van een getergd
roofdier kwam het over de lippen van den
kapitein. Hy hief de vuist op, als om den
officier in het gezicht te slaan, deelvoorden
vlammenden blik van Koenraad liet hy de
hand zakken en ademde diep op. Inwendig
jubelde hy. Immers, hy had bereikt, wat hy
wenschte 1 Een tweegevecht was thans onver-
mydeiyk. Een verklaring tusschen Von Holten
en den markies was daardoor voorloopig
verhinderd, en hy, de beroemdste vechtersbaas
by het regiment, zou er wel voor zorgen,
dat de mond van don Duitscben officier voor
altyd verstomde, daar hy immers als de
beleedigde party de keus der wapens had.
„Gy zult van my hooren, mynheer," sprak
hy met dreigende stom, terwyl hy zich
afwendde.
„Heb zal ray verheugen, als ik heel spoedig
van u hoor," was het kalme antwoord van
Koonraad, die zyn geheele bedaardheid her
kregen had. „Ter vergemakkelyking van onze
overeenkomst veroorloof ik my, u myn
kaartje to overhandigen, waarop myn woon
plaats is aangegeven."
Hy nam een visitekaartje uit zyn brieven-
tasch en wierp het op de in zyn nabyheid
staande tafel. Daarop maakte hy een vluchtige
buiging en verliet de kamer on het slot. Vóór
het bordes wachtte zyn rytuig. Opademend
wierp hy zich in de kussens, den koetsier
bevelend, zoo snel mogelyk naar Metz terug
te ryden.
Een gevoel van afkeer bekroop hem. Hy
sloeg geen blik achter zich naar het slot en
het in herfstachtige kalmte liggende park,
waarin hy zyn geluk gevonden had, slechts
om het voor altyd te verliezen.
XVJL
'Generaal Von Brunk was zeer verbaasd,
toen hy een brief van Margarethe ontving,
waarin zy hem verzocht by haar te komen,
daar zy hem, als haar eenigen oprechten
vriend, om raad wilde vragen. Zij schreef, dat
zy Ladonchamps plotseling had moeten ver
laten en een onderkomen gevonden had by
vrouw Joséphino Thury in „La petite Maxe,"
waar zy zoo lang dacht to blyven, tot
zy een r^uwe betrekking gevonden had.
Het was uyna avond, toen de generaal den
brief ontving. Desniettemin begaf hy zich
terstond op weg, om Margarethe zyn raad
en hulp aau te bieden. Hy vond haar in den
kring der brave familie, die, om de tafel in
de woonkamer zittend, haar eenvoudig,
landelyk avondmaal gebruikte.
„Indien gy, mon gónóral," zei Thury mot
openhartige beleefdheid, met mademoiselle
Margot iets to bespreken hebt, dan trekken
wy ons in do golagkamor terug."
„Ik heb wel met mademoiselle to spreken,
beste Thury," antwoordde de heer Von Brunk,
„doch laat my u vooreerst eens bedanken,
dat gy de dochter van myn vriend, die ik
als myn eigen kind beschouw, zoo vriendeiyk
hobt opgenomen."
„Pas de quoi, mon gónóral ('t Heeft niets
te beteekenen, m. g.). Ik weet, wat men aan
een dame verschuldigd is, en toen myn
schoonvader, de oude Francois, my verteld
had, dat mademoiselle door kapitein De
Marange misleid
„O, baas Thury 1"
„Pardon, mademoisellel Maar ik waagde
het reeds u te zeggen, dat ik den kapitein
beter ken dan gy. Mynheer De Marange
verdient in geen enkel opzicht het vertrouwen
van een braaf meisje."
„Kent gy kapitein De Marange reeds lang,
Thury?" vroeg de generaal.
„Sedert den grooten oorlog, mon gónéraL
Do kapitein was destyds een aankomend
jonkman, en zyn jeugd mogo de vele dwaas
heden verontschuldigen, die hy in die dagen
beging l"
„Gy hebt my eens gezegd, dat gy tydens
den oorlog in Motz geweest zyt. Was mynheer
Do Marange eveneens in de vesting?"
„Slechts korten tyd, mou géoéral. ikzelf
hob hem langs geheime wegen uit de vosting
gebracht. Hy wilde my overhalen, met hem
te vluchten, maar, mon gónóral, niet alleen
myn plicht als soldaat hield my in Metz terug,
doch ook de dankbaarheid jegens u."
„De dankbaarheid jegens my?"
„Ja, mon gónóral. Gy hadt my tyding van
myn familie gegeven, gy hadt voor myn
gezin gezorgd, toen wilde ik niet als halve
bandiet in het verborgen tegen u of uw land-
genooten vechten; als eerlyk soldaat mocht ik
gerust tegen u komen te staan."
„Ik begryp u niet goed, baas Thury l Gy
bedoelt, dat gy mot den heer De Marange
tegen de Duitschers zoudt stryden?"
„'t Is twintig jaar geleden, mon gónóral;
dan kan een bekentenis zeker niemand meer
schadon, maar wellicht die jongedame van nut
zyn, doordat het haar bewyst, hoe woinig kapi
tein De Marange haar genegenheid verdient. Ja,
heer generaal, mynheer De Marange boe jong by
destyds nog was, wilde een schaar franctireura
oprichten uit de landlieden van de Ardennen
en de Vogeezen, om alleenstaande posten der
Duitschers te overvallen en te vernietigen.
Ik wilde aan dit roovershandwork geer. deel
nemen; ik achtto zulks een eerlijk soldaat
onwaardig. Men zou mij graag hebben over
gehaald om mee le trekken, want ik kende'
als boschwachter alle schuilhoeken en geheime
paden van het gebergte. Maar, zooals gezegd,
ik weigerde; ik bleef in Metz tot de overgave,
dor vesting."
(Wordt vervolgd.)