IT. f2384 Dinsdag ÏO Juli. /y«t jggg <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§on- en feestdagen, uitgegeven. ;<,.>7 'r Feuilleton. VERBROEDERING. - .2-- -.u:^sm Voor Leidon per f* Franco per post f 'Afzonderlijke Nommers peijs dezer c^pbanti, 3 maanden. J fr.'- f 1.10. •"i'i'y-1.40. mmers ii- ,T ï4 0.05. {jk.ua fTj? PRIJS DER ADVEBTENTTËN! Van 1-6 regels f 1.05.Iedere regel meer f 0.17Grootero letters naar plaatsruimlo. Voor het incasseeren huiten do stad wordt f 0.05 berekond. OClciöalo Eonnïss-OTÏngen. fergnderingTan den Gemeenteraad tab Leiden, V op Donderdag den l'2den Juli 1900, des namiddags te twea uren. TV Punten van behandeling 1°. Benoeming van drie leden van het Bestuur der Stedelijke Werkinrichting. (159) 2°. Verzoek van M. Bron, om eervol ontslag als derde ouderwijze aan de Jongensschool 2de ld. (161) 3®. Verzodfc van rnej'. G. Cramer, om eervol ont slag* als derde onderwijzeres aan de school 8de kl. No. 5. (104) 4°. Verzoek van H. M. C. Van der Harten, om terugbetaling van schoolgeld, Lager Onderwijs. (160) 5°. Verzoek van den Kerkeraad der Gereformeerde fork A, om vergunning tot den bouw van een hofje op hot terrein aan do Kalvermarkt, kadastraal hekend Sectie O Nos. 117, 1691, 1692 en 1687, gemeente Leiden. (163) 6". Voorstel tot de uitgifte van permission voor het jagen op waterwild op de Vroonwateren. (167) 7°. Voorstel tot toekenning van een porsoneele toelage aan dr. J. Van der Kolk, 2den geneesheer ▼nn het krankzinnigengesticht „Endegeest." (162) 8°. Voorstel tot toekenning van een gratificatie k&n den hoer P. Werkman, leeraar aan de Hoogere purgoiachool voor Jongens. (166) 9'J. Voorstel tot beschikbaarstelling van golden ten behoeve van een verbouwing der Hoogero ^Burgerschool voor Jongens ter vermeerdering der leerlokaleu. (168) 10°. Voorstel tot overname door de gemeonte Ëeiden van bet aandeel van Rijnland in den eigen dom, enz. der Spanjaardsbrug. (157 en 185) Leiden, 10 Jail. Do lieer P. L. 0. Driessen herdenkt op ,17 Juli a.s. den dag, waarop hy 45 jaar ge- leden voor het eerst werd benoemd tot lid tvan den gemeenteraad van Leiden en sedert Onafgebroken in dat college zitting hield. De sergeant-schrijver v. k. A. M. Louis, i gedetacheerd by de Kweekschool voor Zee- vaart, alhier, wordt den 16den Juli a. s. ge plaatst aan boord van Hr. Ms. pantserdekschip '„Gelderland", welke bodem met dien datum te Willemsoord wordt in dienst gesteld. Zyn dotachoering by genoemde Kweekschool wordt 'elsdan mot geiykon datum ingetrokken. In do Staats-courant" z(jn opgenomen do gewijzigde statuten van do voreeniging :#Musis Sacrum" te Leiden. j Uit by den voorzitter van het Hoofd- - comité van het Nod. Roodo Kruis ontvangen particulier schreven biykfc omtrent de Neder- landsche ambulances alleen, dat op 1 Juni feen deel der eerste ambulance onder leiding 'van dr. Bierens de Haan te Pretoria werkzaam zou biyvon en een ander deel naar Water- .valboven zou gaan. Do gopensionneerdo vice-admiraal W. K. ,Van Gennep, oud-commandant der Marine te Willemsoord, is te 's-Gravenhage overleden. Do orfgroothertog van Baden en gemalin worden 29 Juli en do vorstin vanSchaumburg Llppo den lsten Augustus a. a. to Scheve- Hingen verwacht. De gezantschapssecretaris by do Nod. jlegatie te Beriyn, jhr. mr. Schimmelpenninck, is met verlof in Don Haag. In een adres aan Provinciale Staten van Zuid-Holland verzoekt het bestuur der Veroenl- 'ging voor handel, nyverhoid en gemeente belangen te 's-Gravenhago bekrachtiging van ihet voorstel van Gedep. Staten, ten doel ;hebbende middelen in het leven te roepen voor een betoro doorstrooming van hot Maas- 'water door den Schioboezem naar do Noordzee 'on waardoor do toestand der Haagsche grachten jeen belaugryke verbetering zal ondergaan, een belang waarby ook do omliggende ge meenten betrokken zijn. Beroepen ls tot predikant by do Ned.- Herv. Gemeente te Stadskanaal de hoer J. H. De Roode, predikant te Rolde. Door den minister van koloniön ls do heer L. D. J. Reeser gestold ter beschikking van den Gouverneur-Generaal van Neder- landsch-Indiö, om to worden benoemd tot leeraar by het middelbaar onderwys daar tó lande. De vereeniging „De Stuers" tot het ver- etrekkon van kunstledematen was ln het afgeloopen jaar in staat veel ongelukkigen te helpen; het aantal afwyzingen wegens geld gebrek was geringer dan vroeger. In het al gemeen was de tevredenheid over de verstrek kingen groot. Versterking der Inkomsten blykt nog dringend noodig. De financieelo toestand ln de afdeeling Utrecht blyfb gunstig; in de afdeeling Friesland is zy daarentegen zorg wekkend. Gistermiddag werd mr. W. 0. A. Scholten. als lid van het Hoog Militair Gerechtshof, te Utrecht, met een korte redevoering van mr. Van Bolhuis, president van het gerechtshof, geïnstalleerd. Mr. Scholton antwoordde met een toespraak, waarin hy H. M. de Koningin en de botrokken ministers dankte voor de benooming en de voordracht. Uit Utrecht wordt gemeld: In tegen woordigheid van een klein aantal genoodlgden, waaronder geleorden uit verschillende doelen onzes lands, had gistermiddag te halftwee in hot Meteorologisch Instituut te De Bildt een indrukwekkende plechtigheid plaats, nl. de onthulling van een gedonkteekon voor wyion prof. C. H. D. Buys Ballot.. Aanwezig waren o. a. de burgemeester van Utrecht, mr. Reiger, on jhr. Blocq van Haersma do With, burgemeester van De Büdt. De voorzitter van hot comité, prof. dr. Van do Sande Bakhuyzon, to Leiden, riop don aanwezigen het welkom toe en gaf vervolgens het woord aan dr. Van der Stok, to Utrecht, leerling van wyien prof. Buys Ballot, die in een .-.schoons rede de beteekenis schetste van L-dezfr -plechtigheid, die niet is eon bewys van persoonlyko voreering, wyi Buys Ballot zolf die niet zou hebben begeerd, maar een daad van nationale fierheid ter vereeuwiging van een feit van internationale beteekenis. Do wot van Buys Ballot betreffende wind en temperatuur is de grondwet dor moderne meteorologie, en we hebben het recht trotsch te zyn op don oorsprong dezer wet, gevonden niet door een gelukkige gedachte, maar als een resultaat van tien jaren denken en voor bereiden. Na doze rede had do onthulling van het in het Park op een marmeren roodgovlekto zuil geplaatste borstbeold plaats. Het is van den beeldhouwer Pier Pander, die by de onthulling tegenwoordig was. De voorzitter van hot Comité droeg hot beeld daarna aan dr. M. Snellen ovor, die het namons do Regeering mot woorden van dank in ontvangst nam. Prof. Snellen deed nog modedeeling, dat verschillende buitenlandsche geleerden ver hinderd waren te komen, van wie o. a. prof. Neumeier uit Hamburg een telegram ge zonden had. Hot beeld staat tusschen groen tegenover den hoofdingang van het instituut. Namens het comité legden twee kinderen, dochtertjes van de heeron v. d. Stok en Kluit, een grooten lauwerkrans aan het voetstuk neder. Aan do familie van wyien Buys Ballot werd een afgietsel van hot beeld aangeboden, waar voor door een der zooris dank betuigd werd. Ook den kunstenaar Pander werd dank gezegd voor dezen arbeid, waardoor ook zijn naam by het nageslacht zal voortloven. Hier mede was de plechtighoid geëindigd. Het stoomschip „Kanzier" (thuisreis) passeerde 7 Juli Gibraltar; de „Ardjoeno" arriveerde 0 Juli van Rotterdam te Batavia; do „Sindoro", van Java naar Rotterdam, passeerde 9 Juli Ouessant; do „Anchises" (St.-M'y. „Nederland"), van Batavia naar Am sterdam, arriveerde 9 Juli te HfEvre; de „Drumelzier" (HollandAmerika-iyn), van Amsterdam naar Nowport-News, passeerde 9 Juli Dover; de „Maasdam" (Holland— Amerika-lyn), van Nieuw-York naar Rotterdam, passeerde 9 Juli Lizard. t 1: *3' Abbenes (gom. Haarlemmormeor). Mon ls alhier en in de omatreken druk aan het karwy- snyden, ja, menige hoop er van staat reeds op het land. Moest men dezen arbeid andere jaren, om liet teloor gaan van het zaad te voorkomen, 's morgens in do vroegte doen, thans, by hot regenachtige en gure weer, dat wo hebben, behoeft zulks niet te geschieden. Voor het afsterven van don stengel zou wat tneer zonneschyn niet kunnen schaden. „Haastige spoed is zelden goed", zegt het spreekwoord, hetgeen door het volgende wordt bevestigd. Terwyi de vorige week do arbeider P., to Nieuw-Vonnop, druk aan het karwy-snijdon was, trof hy zich mot een sikkel zoodanig in den pink, dat de dokter genoodzaakt was, het gekwetste deel af te zetten. Haarlemmermeer. Zaterdagavond, om streeks 8 uren, had alhier naby don IJwog een ernstig ongeval plaats. De stalknecht van Yan den Borg, te Haar lem, genaamd Cornelia Post, zou van daar nog twee wagens mot hooi geladen naar deze gemeente vervoeren. Tot den IJwog ging alles good, doch op den Kruisweg gekomen ztfnde, werd oen der paarden schichtig, waardoor"Ptfst, die op den voorsten wagen was gezeten en naar men zegt oven was ingedommeld, van zyn zitplaats werd getrokken en tusschen de paaiden kwam te vallen. De paarden sloogon op hol on Post werd ongeveer 50 metor^ meegesleept. Roods door de paarden gewond zyndo, ging hom een der wielen over hoofd en .schouder, waardoor hy byna onmiddellijk dood was. Vreesoiyk verminkt en bloedende werd hy nan don kant van don weg gelegd, en do inmiddels ontboden geneesheer, dr. Nanninga, van Hoofddorp, was weldra ter plaatse aan wezig, doch kon slechts don dood constateeren. Do ongelukkige werd voorloopig naar het barenhuis te Hoofddorp gebracht. Hy laat een weduwe mot 7 kinderen na. Koudekerk. Een zeer breede, met stukken tufsteen zwaar geladen aak lag gisteren vast en onwrikbaar in de grootste opening van do brug over den Ryn en legde het goregeld scheepvaartverkeer een minder gewenschte belemmering in den weg. Voor daarvoor ge schikte vaartuigen was do vaart door de nauwere openingen wol mogelyk, doch grootore schepen en booten moesten blyven liggen, indien ze niet, wat door enkele wenscheiyk geoordeeld werd, do terugreis wilden aan vaarden. Twee booten er vóór, één er achter en nu met vereende pogingen beproefd, do aak vooruit te brengen, tevergeefs, het stalen vaartuig, dat, met steenkolen geladen, vroeger zonder stoornis meermalen door de brug was gevaren, was nu voor de doorvaart to breed en raakte al vaster en vaster. Door stoom en kelderwi«ding werd in den middag de aak achtoruitgobracht, die nu trachten zal langs een andere route, over Heimans-Wetering, Braassemer- en Kagermeer en de Zyl, Leiden te bereikon. Wassenaar. Voor hot voorbereidend militair onderricht hebben zich slechts 13 personen aangemeld. Het is dus to verwachten, dat het dezen winter niet zal gegeven wordon. Gistermorgen werd door den schelp- Ylsscher B. V. op het strand, tusschon het Wassenaarscho Slag en Scheveningen, het lyk gevonden eener jongedame van ongeveer 20-jarigen leeftyd. Do doodo is naar het lykonhuis vervoerd. Een zilveren feest. Toen het stafmuziekkorps van het vierde regiment infdnterie hedonmorgen op „Zomer- zorg" zyn gewono repetitie zou aanvangon, werd het op aangoname wyze verrast. Gevolg gevendo aan do uitnoodiging, ln de groote zaal te komen, zag het tegenover zich do heeren II. C. Jota, wethouder, prof. mr. H. v. d. Hooven, U. W. F. v. Panhuys, praeses van het Collegium van hot Loidsch Btudonten- korps, W. Duycker, kolonel-commaudant van het 4do rog. infantorie, C. Hemmes, kapitein- adjudant on commandant van hot stafmuziok- korps, en J. Van Kaathoven, 2de luitenant on officior, belast mot het toezicht op do muziek. De hoor Juta richtte zich nu tot het staf muziekkorps en sprak ongeveer hot volgende „Toen eenlgen tyd geleden do couranten hot bericht bevatten van het 25-jarig bestaan van het stafmuziekkorps van het 4do regiment infantorie en dat dit gedurende dien tijd onafgebroken in Lsiden in garnizoen was geweest, vormden eonige buigors het denk beeld dit jubilé niet geheel onhordacht te laten voorbijgaan. Men wonschto dat korps oen biyk van waardeoring to 6chenkon voor hetgeen het hier in Leiden heeft gepresteerd. LüMnant Van Kaathoven verzekerde my, <Iatr~sra1kr <toor - 'het korps op hoogen pr\js zou wordon gesteld. Ik nam hot initiatief, om my aan het hoofd dor zaak to stellen. Ondor- zookendo of dat denkbeeld sympathie zou vinden, mocht ik al dadolyk biyken van instemming ontvangen van de heeron Alma, voorzittor van „Amicitia", thans verhinderd aanwezig to zijn, Prof. mr. Van der Hooven on den heer Van Panbuys, praeses van het Leidsch Btudontenkorps. Zij waren bereid hun steun te verloenon en wy togen gezamoniyk aan hot werk. Thans is het my aangenaam, u hier volmondig te kunnen ver klaren, dat wy van do zydo der burgory en het Studentenkorps do meest volslagen bewy- zon van instemming mochten ontvangen. Men waardeerde zóer en herdacht het velo goede, dat de concerten op „Zomerzorg" en „Amicitia", door het stafmuziekkorps ge geven, gavon te genieten, benevens de mode werking, dio het by uitvoeringen van „Sempra Crescendo" verleende en by verschillende ge legenheden, om een feestelyke stemming voor te bereiden en te onderhouden. Aangenaam was het spr. to kunnen medo- deelen, dat, ofschoon in Leiden voor velerlei doel giften gevraagd wordon, oen niet onaan- zieniyke som voor biyken van waardeering in tastbaren vorm word byoongebracht. %\j bestaan allereerst, in oen persoonlijk geschenk in geld, tot oen bedrag van f 310, on in de tweedo plaats in een cadeau van meer blyvendon aard, de portretten (levens groot o busten) van de beide vorige kapel*' meesters van het stafmuziekkorps, Grentzius en Mann. Ik hoop, zoide spr., dat deze por tretten tot sieraad van uw repetitielokaal zullen zijn en voor u en die na u' komen een blijvend aandenken aan do sympathie der Leidscho burgery jegens het stafmuziek korps van het 4de regiment infanterie. *- Ten slotte weos de heer Juta er nog op, dat de burgery allo reden heeft om dankbaar te z(jn jegens li9G korps en. sprak hy den wensch uit, dat staf en staf muziekkorps nog vele jaren op even aange-i name wy'ze als in de afgeloopen 2 jaron in1 Leiden garnizoen mogen houden. En a!s g(j, zoo eindigde spreker, na verloop van 25 jaren weer een jubilé in Leiden viert, en gj terug moogt zien op even 6choone concerten als tot nu, zullen zeker ook dan door do Leidsche' burgery biyken van sympathie worden ge schonken. Kolonel Duycker dankte de Commissie uit de burgery voor hetgeen ze deed voor de' muziek en gaf de verzekering, dat hoar blyko*" van waardeering jegens de verdiensten van het muziekkorps zeer op prys worden gosteiJ.. Hy schotste do eigenaardige bestemming van' den militair in het algemeen. Deze heelt zich' in tüd van vrede voor te bereiden en te; oefenon voor den oorlog, doch wordt ook meermalen geroepen gelyk in Leiden het geval is der politie hulp te verleenen b(j het handhaven dor orde. Dit neemt echter# niet weg, dat do troep weinig in contact komt met de burgery. Iets anders is het met muziek. Zy moet zich weliswaar oefenen, ten1 einde in don troep op marsch een aanga- namen geest-to houden, doch tracht door/ het geven van concerten ook aangenaam 'bezig to zyn voor officieren en burger^ Hy sprak don wensch uit, dat de muziekt moge voort gaar, nog vele jaren de goede* versLindhou. 1 tusschen haar on debuigery de bestendigen, e:i betuigde zyn dank voer) de geschonken. Hy hoopte, dat oen blik op; do portretten der twee vroegere kapelmeester*, steeds een spoorslag moge zyn voor do leden^, van het muziekkorps, om voort to gaan in^ do richLing, waarin zy werken, en in herinne-.' ring brengen de erkenteiykheid dor burgoryT Met oen woord van dank aan do Commissii door don heer W. Van Erp, kapelmeester^ was do plechtigheid afgeloopen. Als bijzonderheden doelen wy nog mede,j dat de heer A. J. Van Pypen, zoon van den heer Van Pypen, die ruim 25 jaar kapel-* meester was der Leidscho schutterymuzlek.'j do eenigo stafmuzikant Is, die aan heb staf-! muziekkorps van af zyn oprichting verbonden is; en dat de aangeboden portretten fraaio platinotypieén zyn in bruine phantasleiyst. De vervaardiger dier portretten ls de heer. Th. J. Bouwmeester, photograaf alhier. Roode Krul». In do „N. R. C." ia het volgende briefje van prof. J. W. R. Tilanus afgedrukt. Do heeren Rotgans c. s. hebben volkomen goiykhet regulatief voor het uitzeudon van ambulances, door my onvoorbereid voorgelezen op de vergadering van het Roodo Kruis van 8 Juni jl., was niet de geheole brief van 13 Sept., maar een gedeelte, dat Ik daarvan een half jaar geleden opgeschreven had en in portefeuille ln de vergadering had. Den brief zelf bezit ik niet meer, daar die 8 December ji met andere verloren ls gegaan. Duideiyk ls in het verslag, niet ln do ver gadering, gemeld, dat die brief nlot doelde op het later voorgekomen Russische aanbod. si» „Maar als ik u daarom verzoek, my weder ;&ls vriend en oom te beschouwen en te be- handelen, zult go mij deze bode toch zeker (niet weigeren l Maar nu, Grota, een ernstige vraag: Hadt gy werkeiyk het voornemen, in 'dit huis, in deze toch allyd ondergeschikte 1 positie te blyven, zonder op de hulp van uw oudo vrienden eon beroep te doen?" „Ja, ik had dat voornomen, tot vandaag." «Hal- pik wist niet, heer generaal, dat gy hier zoudt komen, anders had ik mevrouw Do iMarange verzocht, mot Madeleine, liet kleine, laan myn zorg toevertrouwde meisje, in rHauconcourt te mogen blyven. Nog vóór {weinige dagen zou ik een ontmoeting met u ivermeden hebben; na den avond van heden kon ik dit niet meer; ik moest u spreken, ik 'moest my aan u toevertrouwen." „Daaraan hebt ge wél gedaan. Maar wat heeft u tot dit besluit gebracht?" „Uw verhaal vau den dood myns armen x vaders." „Ik heb my dus niet misrekend. Ja, Greta, ik vertolde dat droevige voorval met opzet in uw tegenwoordigheid, om u er aan te (herinneren, dat gy met uw vaderland, met uw oude vrienden door banden van piëteit j verbonden zyt, die zich nooit laten verbreken. 'Ik heb my ln u niet bedrogen." „Ik dank u voor dit vertrouwen, heer J generaal. Uw vertelling hoeft my voorzeker den rechten weg getoond, dien ik moet inslaan. Alleen, ik weet niet, hoe ik my uit do ver wikkelingen, waarin ik door eigen schuld geraakt ben, moet losmaken, en daarom ver zoek ik om uw vaderiykeu raad." „Waarover gy ten allen tyde beschikkon kunt." „Gy kent door uw neef de ulterlyke lot gevallen van myn leven?" „Ik ken ze, maar ik weet my niet te vor klaren, waarom gy om die lotgevallen vader land en familie verloochend hobt, waarom gy elke nieuwe aanknooping van vroegere vriend schapsbanden van de hand hebt gewezen. Myn neef sprak wel ls waar een vermoeden uit; ik hoop, Greta, dat dit vermoeden onge grond is." „Welk is dat vermoeden?" „Dat gy met liefdeketenen, met de ketenen van een diepe neiging des harten aan dit huis verbonden zy.tl" Margarethe verborg haar gelaat in de handen. Een gloeiende blos overtoog haar wangen en voorhoofd. Snel ademhalend zat zy een poos zwygend neer. De generaal greep haar handen. „Is dat vermoeden gerechtvaardigd?" vroeg hy wel willend. Toon sloeg zy haar oogen wydgeopend naar hem op en antwoordde met bevende stem: „Ja, heer generaal, ze is gerechtvaardigd. Myn hart boeit my aan deze familie; een oprechte liefde verblindde my, dat ik geboorte grond, vaderland en vrienden vergat...." „M(jn kind, ga voort 1" „Gy zult alles weten l Gy vermoedt mis schien reeds, dat het Eugène De Marange is, die myn hart gewonnen heeft." „Do kapitein dus?" „Ja, oom! Maar ik mag u vry en open in do oogen zien. Ik heb misdaan, dat ik myn vaderland, m(jn familie verloochende „Maar nu begint ge te vreezen, dat ervan een liuwelyk tusschen u en den Franschen edelman nimmer iets komen kan?" „Helaas, ja, heer generaal l En dit noem ik het misdadige in myn verblinde liefde, dat ik zo niet uit m(jn hart kan rukken." „Dat gy dit inziet, boezemt my nog sterker vertrouwen in op uw oprechtheid." „Ik dank u voor dit woord, heer generaal. Maar hoor nu verder l Toen myn oom nog leefde, maakte ik reeds konnis met Eugène. Ik ging destyds door voor de erfgename van don ryken Amerikaan, aan wier voeten een Franscho graaf wol zyn hulde kon neerleggen. In die dagen, heer generaal, beminden wy elkander reeds, en Eugène was besloten, m\j tot zyn gade te maken, al moest hy ook do tegenwerking van zyn voornam-e, op haar adel zoo trotsche familie duchten. Immers, mtjn oom was niets meer dan do ryko parvenu, wiens ruwe aard weinig by de aristocratische omgeving paste, waarin Eugène De Marange leefde. Eugène had een grooten afkeer van de Pruisenhy bekende my meer dan eens, dat hy nooit een Duitsche zou trouwen, dat zyn familie nooit haar toostem- ming tot een huweiyk met een Duitsche goven zou. Ik hield dus myn afkomst voor hem verborgen, hetgeen my de3 te gemak- kol ykor viel, daar ik den naam van myn oom had aangenomen on niet meer Margarethe of Grota Martens, doch Margot Martin heette. Toen stierf myn oom, na zyn gansclio ver mogen verloren te hebben. Aan een huweiyk met Eugène De Marange, die geen eigen vermogen bezat en van zyn ouderen broeder afhankoiyk was, kon onder deze omstandig heden niet gedacht worden. Ik wilde Eugène zyn woord teruggeven, maar zyn liefde tot mij was destyds machtiger dan zijn koel overleg thans zou hy de ontheffing van een hem drukkende belofto waarschyniyk met vreugde begroeten l Destijds verzocht hy my geduldig te wachton: hij zou my trouw bljjvon, hy zou my nooit verlaten. Ik vertrouwde op zyn woord. „Na den dood van myn oom moest ik naar een my passendo betrekking uitzien. Spoedig had ik er een gevondenals gouvev- nanto by de dochter van kolonel De Marange. Ik had op een naamloozo advertentie geschro ven: hoezeer stond ik verbaasd, toon ik tot do ontdekking kwam, dat kolonel De Marange Eugène's broeder was, by wien myn verloofde oen groot geaoelto van het jaar vertoefde. Later is my gebleken, dat hy ln de gehoelo zaak do hand had gehad, om my in do nabijheid te houden l Ook bleek my, dat zyn familie niets van onzo verhouding wist, er zelfs geen vermoeden van had." „Go handcldet onvoorzichtig en voorbarig, Greta." „Dat hob ik in verloop van tyd ook ingezien, heer generaal. Ik heb bittere uren doorleefd. Maar destyds was ik door do liefde verblind; Eugène beloofde mij zyn ontslag uit den dienst te nomen, zich oen zelfstandige positie to vorwerven; ik sloeg geloof aan zyn beloften, dio liij ook zeker eerlyk meende. Sinds dion zyn jaren ver- loopon; wy zyn nog even ver van de ver vulling onzer wonsehen verwyderd als toen Margarethe vouwde de handon in den schoot, liet het hoofd zakken en staarde met groote, droovigo oogen in do vlammen van den haard. „En ligt de schuld niet aan den heer Do Marange?" vroeg de generaal, om don draad dezer bekentenissen U volgen. „Ik weet met, wat ik er van denken moet," antwoordde Greta, diep opademend. „Vaakj komt het my voor, alsof zyn liofdo voor my reeds lang uitgedoofd is; vaak klamp ik my met alle vezels myns harten aan deze liefde,' aan die éóne hoop vast, aan zyn woorden, aan zyn eeden; maar ik wenschte, dat er, een eind kwam aan dien toostand van. onzekerheid, ik zou hem myn leven willen blootleggen, ik wil hom verzoeken aan dozen ondraagiyken toestand oen eindo te maken; ik zou immers met het armoedigste loven tevreden willon zyn; ik wil werken en arbeiden, doch weg mot dit leven vol twijfel, vol leugen, vol onwaarheid en onzekerheid 1" „Arm, arm kind! En - gy bemint Eugön#' Do Marange nog altijd!" „Ja," fluisterde Margarethe, nog dieper ineenkrimpend en do hand voor de oogen' drukkend, al6of de schyn der vlammen aan den haard haar verblindde. „Wat moet ik doon?" ging zy haastig voort. „Ik vind den. moed niot voor oen openhartige bekentenis; ik vrees, hem to verliezen, on toch hob ik. or eon voorgevoel van, dat ik hom reedsj verloren hebsedert don dag, toen hy Clarissa' De Ladoncliamps als oen hoeriyk opgegroeid® jonkvrouw heeft wedergezien. Ik voel, datd® liefde voor my in zyn hart is uitgedoofd, dat hy Clarissa liefheeft, dat ik hem tot last ben;' ik ben ellondigor dan ooit; ik veracht my, en toch, ik kan niet anders dan hom be-' minnen."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 1