SL12309
Zaterdag 7 April.
A0. 1900
f 1 >10.
$eze gourant mt.it dagelijks, met aitzondeiing
zaa <Zooi en feestdagen, uitgegeven»
Derde Blad.
Feuilleton.
OM ZIJN GELD.
LEIDSCH
DA&BLAD.
PEUS DEZEB QULSiiiAT*
t*.
Voor Lelden por 8 maandon) (*>»-«
franco per post
Afacndejiyke Nomineer
ft
a
MO*
QJ)5}
PBU8 DEB A IH/KK'I'KM'I'I tóTTt
Via l-J regels 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. Örcoter*
letten naar plaatsruimte Voor het tncasscsrep bult Oh do stad
wórdt f 0.06 berekend.
ÖfHoiëeïe ÏÏennisg'eylnjjen.
Kostcloozc Inenting. y
Burgemeester eu Wethouders van Loidon brengen
b{j dezen ter algemeone kennis, dat op Dinsdag
13 Maart a. s. en tot nadere aankondiging op
eiken volgenden Dinsdag, telkens des
namiddags te 2 uren, in hot Elisabothshof aan do
Oude Vest, gelegenheid zal worden gegeven tot
koateloozo inenting van on- en minver
mogenden; wordende tevens aan belanghebbenden
herinnerd, dat zij sleohts zullen worden toegelaten
op vertoon van een bewyshnnuergeboorto inschrijving.
Burgemeester on Wethouders voornoemd,
t'; LoidoD, F. WAS, Burgemeester.
6 Maart 1900. VAN HEYST, Secretarie.
Leiden, 7 April.
Biykens een in dit nummer voorkomende
advertentie zal de Leidsche afdeeling der Yer-
eeniging voor Vrouwenkiesrecht in hetNuts-
gebouw a. s. Dinsdagavond een vergadering
houden, waarin als spreekster zal optreden
mevr. A. L. Versluys, geb. Poelman, uit
Amsterdam, en waar ook belangstellenden
vrijen toegang zullen hebben.
Bij koninklijk besluit zijn by de dd.
schutterij te Leiden benoemd de heeren: tot
lsten luitenant W. A. Leembruggen, F. C.
Zuurdeeg, M. Steffelaar en mr. H. M. A.
Coebergh, allen thans 2de luitenant; tot 2den
luitenant M. H. A. Juta, W. J. P. Suringar
en P. H. Romeyn.
H. M. do Koningin bracht gisternamiddag
omstreeks halftwee, vergezeld van Hare Groot-
meesteresse, een hofdame en jhr. Van der
Staal, oen bezoek aan het Museum van
Kunstnijverheid aan do Prinsengracht te
's-Gravenhage.
H. M. werd ontvangen door den vice-pre
sident, den heer H. W. Mesdag, de commissie
leden, de heeren Snouck Hurgronje en Scheur
leer, den directeur der Academie voor Beel
dende Kunsten, den heer Van Delden, en den
conservator van hot Museum, den heer J. H. A.
Mialaret De president, jhr. mr. Victor De
Sbuoro, jVclüJ UOUl uilgool^Ul..ij ...limaotu.
Met zeer veel belangstelling vroeg H. M.
verschillende inlichtingen, welke haar door
den heer Mialaret verstrekt werden. Hare
Majesteit vroog vooral naar het gebruik, dat
van het Museum werd gemaakt, waarop de
conservator haar inlichtte, dat het voorna
melijk de leerliugen van de Kunstny vorheids-
klasse der Academie waren, die veel nut
trokken van de instelling, welke overigens
ook bezocht werd door kunstnyveren en
beeldhouwers.
Bijzonder trokken Harer Majesteits aandacht
eenige gebeeldhouwde koorbanken, welke een
60-tal jaren geleden in de Kloosterkerkston
den en, in een rommelkamer ontdekt door
jhr. De Stuers, voor de kunst behouden ble
ven en in dat Museum waren geplaatst.
Het bezoek duurde tot ongeveer drie uren.
Op de Weesinrichting te Neerbosch is,
naar de „Nym. Cour." meldt, op bijna 64-
jarigen leeftijd overleden mevrouw Van'tLin-
denhout, geboren Sipman, de echtgenoote van
den directeur, den heer Joh. Van 't Lindenhout.
Mr. E. Van Lier, te Amsterdam, heeft
aan de Tweede Kamer een adres gericht tegen
de door de Regeering voorgestelde wijziging
der wet op het hooger onderwijs, waarbij
aan de gemeentebesturen de bevoegdheid
wordt toegekend, om het schoolgeld aan de
gymnasia te heffen naar den grondslag van
het kohier der plaatselijke directe belasting,
alsof het gold een instelling van uitsluitend
plaatselijk belang, terwijl het inderdaad zijn
rijksinstellingen, toegankelijk voor allen, die
er van gebruik wenschen te maken, al komen
de kosten ook ten laste der gemeenten. Al
schrijft het wetsontwerp voor, dat van leer
lingen uit andere gemeenten geen schoolgeld
mag geheven worden naar andere beginselen
en anderen maatstaf dan voor die uit de ge
meente zelve, waar het gymnasium aanwezig
is, kan het voorstel toch leiden tot wering
aan elders wonenden en tot nadeel van het
onderwijs. Het stelsel werkt, volgens adres
sant, in plaats van te zijn oen maatregel in
democratische richting, zooals velen wanen,
juist de stichting van standscholen in de
hand. Daarom verzoekt hy het wetsontwerp
niet aan te nemen, voor zoover daarby aan
de gemeenten de bevoegdheid wordt verleend
schoolgeld te heffen op den grondslag van
plaatseiyke belasting.
Het stoomschip „Bali," van Batavia naar
Amsterdam, vertrok 6 April van Port-Said;
de „Cluden" (Holl.-Amerika-iyn) vertrok 4
April van Newport-News naar Amsterdam;
de „Reichstag" vertrok 4 April van Mozambique
naar Zanzibar; de „Werkendam" arriveerde
6 April van Nieuw-York te Rotterdam.
Leiderdorp. De aanvrage om bouffantes en
polsmoffen voor do stryders in Zuid-Afrika
heeft ook hier weerklank gevonden. Een
kring van jongedochters kwam onderscheidene
avonden in een der lokalen van de Christe-
lyke School byeen, om genoemde kleeding-
stukken te vervaardigen. De ruime giften
er was f 102 verzameld en de toewijding
der dames hadden tot verblydend resultaat,
dat 90 paar moffen en 20 bouffantes 20 M.
breiwerk, werden vervaardigd en verzonden.
Mogen ze den moedigen stryders ten goede
komen! Een gift van f 16 kon nog worden
overgemaakt.
Lisse. De bevolking naar de onderscheidene
godsdionstige gezindten bedroeg, biykons de
uitkomsten der laatste tienjaarlyksche volks
telling:
Roomsch-Katholieken 2325, Ned.-Herv.
ülï), OUV.-iJOfOIUJ UJOÜ1ÜWI -JL/O,
meerden 221, overige Gereformeerden 129,
Doopsgezinden 10, Remonstranten 5, Waalsch
Hervormden 3, Evang.-Luthersch 1, Ned.
Israëlieten 6, geen gezindte 6, totaal 3859
zielen.
Ter gemeente-secretarie zyn verkryg-
baar blanco aanvragen ter bekoming van
akten voor do jacht en visschery en van
buitengowone machtiging tot het schieten
van schadeiyk gedierte.
Voorschoten. De vorwachting, eenige dagen
geloden door ons uitgesproken, dat de lezing
van den heer Smeenge in het Nutsdepartement
goed bezocht zou worden, is gebleken niet
ydel geweest te zyn. Een talryk publiek, voor
een groot deol uit niet-leden bestaande, vulde
de zaal van het Ambachtshuis. Mot belang
stelling werd de spreker in zyn heldere,
bevatteiyke uiteenzetting van het vraagstuk
der werklieden-pensionneering gevolgd. Hier
een overzicht te geven van zyn rede is niet
ons doel, te meer wyl deze voor een deel
haar waarde ontleende aan de gloedvolle voor
dracht van den spreker, wiens stem voor de
kleine zaal alleen nu en dan wat al te luid
klonk. Zeker zullen alle aanwezigen den indruk
hebben verkregen, zoo zy dien niet reeds
hadden, dat het vraagstuk der pensionneering
van werklieden, vooral wat de financieele
zyde der zaak betreft, hoogst moeiiyk is.
Toch is het daarom volgens spreker niet
onoplosbaar. Indien maar de overtuiging
algemeen wordt, dat ook hier zonder staats-
dwang geen goede resultaten zyn te bereiken.
Het ideaal van spreker was, dat de werkgever
en de werkman, geholpen door den staat, te
zamen de premie zouden betalen, en hy noemde
het denkbeeld der socialisten, dat alleen de
staat dit zou doen, onuitvoerbaar wegens de
enorme lasten, die daardoor op den staat
zouden worden gelegd, en meende bovendien,
dat het denkbeeld, geheel door den staat te
worden ondorhouden, voor den werkman iets
vernederends had.
Aan het einde van zyn rede werd de
spreker warm toegejuicht en door den Voor
zitter bedankt, die hoopte, dat het zaad, door
den heer Smeenge gezaaid, ryke vruchten
zou mogen dragen.
Avonden als deze hebben bewezen wel
degelyk reden van bestaan te hebben, indien
maar het onderwerp belangstelling inboezemt
aan „het algemeen". En op deze wyze sprekers
laten optreden, die aan het volk eon beter
inzicht kunnen geven in belangryke maat-
scbappelyke vraagstukken, ligt zeker op den
weg van de Maatschappy tot Nut van het
Algemeen.
Zegwaard. Blykens de uitkomsten van de
volkstelling bestaat de bevolking dezer ge*
meento uit 1553 personen, als 789 m. en
764 vr. Hiervan waren 445 m. en 465 vr.
N.-H.; 249 m. en 210 vr. R.-K.90 m. en
85 vr. Gerof.; 1 m. en 2 vr. Luth.; 1 m. en
2 vr. Oud-Roomsch; 2 m. Doopsgezind en 1 m.
als tot geen godsdienst behoorende.
Het aantal bewoners van het dorp bedroeg
721; de Hoorn 146; de Rokkeveen 93; de
Zegw.-, Bleisw.- en Geerweg 415; Molenweg
en Voorhoekje 90; Delftsche en Leidsche
Wallen 88.
Financieele Kroniek*'
De afgeloopen beurs week gaf een getrouwe kopie
der voorafgaande, waarin do Amerikaanscho Spoor
wegmark t den hoofdtoon aangaf, terwijl voor de
overige afdeelingen sleohts een beperkte belang-
cl aar aan
wat sommige Europeesche Staatsfondsen aangaat.
De Buitenlandscbo Beurzen, behalve Nieuw-York
en Londen, oefenen thans weinig invloed uit op
het koersverloop der Amsterdamsche markt. Deze
laatste is dan ook geheel in beslag genomen door
de speculatieve beweging, welke weer van het
publiek uitgaat. Het stuitertje is aan het rollen,
en men tracht nu het zoo laDg mogelijk in be
weging te houden. Tot dusverre heeft dan ook de
speculatie, die zich natuurlijk op het geliefkoosd
Amerikaan8ch Spoorwegpapier geworpen heeft,
zeker geen reden tot klagen, want slechts zelden
is er van zulk een aanhoudende rijzing in
deze fondsen gewag te maken. Een zeer belang
ryke koersverheffing behoort niet tot de zeld
zaamheden, doch wèl is opmerkelijk de hardnekkig
heid, waarmede zij aanhoudt, daar toch een rijzing
in spoorwegwaarden gewoonlijk spoedig door een
krachtige reactie al ware zij een tijdelijke
werd gevolgd. Hiervan is tot heden nagenoeg
geen sprake geweest. Wel kwam er een dag, dat
de Beurs in reactie sloot, welke al dadelijk in de
oogen van het publiek bedenkelijk word, doch deze
reactie werd onmiddellijk door een hernieuwde
krachtige verheffing gevolgd, welke het sein gaf
tot een even krachtige belangstelling. In contro-
leerende kringen schijutmen tot de gevolgtrekking
te komen, dat Nederland zich in hoogst belang
rijke bedragen van Amerikaansche speculatieve
waarden ontdoet, waarbij zich echter het ver
schijnsel voordoet, dat tegenover de betere specu
latieve soorten, welke door Nieuw-York en Londen
worden opgenomen, door Amerika veel van de
lichte spocnlatiepapiereu wordt van de hand
gedaan.
Dat Holland in groote mate tot het nemen van
winst OYorgaat, is wel te begrijpen, want hoogst
zelden heeft de Beurs in zulk een gunstige positie
verkeerd, om zich van oude, zelfs zeer oude be
zitten van onrijp papier met zulk een voortreffe
lijke gelegenheid tot het maken van grootere
winst, te ontdoen.
Nagenoeg elk Araerikaansch papier, onder de
laag geprijsde soorteD, krijgt thans zijn beurt, en
daarvan wordt begrijpelijkerwijze op grooter schaal
geprofiteerd, doch hierbij valt wel met eenige
spijt op te merken, dat betere speculatieve waar
den, waarvoor n3ar alle waarschijnlijkheid een
zeer goede toekomst is weggelegd, hoewel niet
zonder de noodige winst, worden van do hand
gedaan, om voor Amerika voor vastere belegging
te worden ondergebracht. In het algemeen wordt
wel gedacht om de aanzienlijko winst, die thans
te maken is, doch minder op de toekomst van
het fonds gelet. Zooals gewoonlijk wordt alles
over één kam geschoren.
Voor de enorme ryziDg der aandeelen Balti
more «feOhio worden thans verschillende ver
klaringen gegeven, welke alle niet even aan
nemelijk zijn. De zoor krachtige aankoopen van den
laatsten tijd moeten, volgens geruchten, in verband
worden gebracht met de oprichting eener combi
natie van enkele voorname groot-handelaren, die
zich voor hun vervoer van den invloed op dezen
Spoor zouden willen verzekeren. Daartoe zouden
zij samenwerken mot groote spoorwegspecialiteiten,
om een overwegend getal aandeelen, dus een over
wegende contröle, machtig te worden. Hierdoor zou
dan de Baltimore tegenover andere groote systemen
op meer onafhankelijken voet komen te staan. Hoe
wel het vormen eener dergelijke combinatie bij Ame
rikaanscho Spoorwegbelangon geen vreemd ver
schijnsel is, zou men evenwel eerder geneigd zijn,
aan de latere berichten méér geloof te hechten.
Deze houden in, dat do directie van den Baltimore
besloten zou hebben tot de uitgifte van nieuwe
aandeelen en deze don houders van bestaande
aandeelen aan te bieden tegen een zoodanigen
koers, dat deze in verhouding tot do oogenblikke-
Ife. jnaijcti waarde _der jian deel en, _senruim voor
zou opleveren.
Het moet gezegd, dat een dergelijke manier om
don aandeelhouders een voordeoltje toe te stoppen,
aanspraak maakt op originaliteit, doch het kan
moeilijk als een gezond beheer worden aangemerkt,
want twee kwade punten doen zich hierbij voor.
In de eerste plaats heeft de goedkoopere uitgifte
der aandeelen plaats ten nadeele der kapitaal
rekening en wordt dos het dividend langs indirecte
wijze ten koste van het kapitaal zelf uitgekeerd,
in plaats van uit behaalde winst en in de tweede
plaats moeten de aandeelhouders nu zeiven maar
zien of zy do nieuwo aandeelen tegen loonendo
koersen kannen ter markt brengen, zonder door
het aanbod een kentering in den prijs te doen
ontstaan. Indien het bericht waarheid bevat, dat
een bedrag van niet minder dan 6,400,000 doll,
nieuwe aandeelen tegen den koers van 80 pCt.
zullen worden uitgegeven, dan geeft do gcheele
voordeelige aanbieding geen aanleiding tot juichen.
Na herhaalde malen te zijn bevestigd en tegen
gesproken, heeft de Pennsylvania-Spmij. nu toch
toegegeven dat zij zich een groot belapg bij de
Norfolk Western heeft verzekerd en
hiermede in de eerste plaats heeft bedoeld, zeker
heid te verkrijgen omtrent een goede verstand
houding in de vrachttarieven voor het steenkolen-
vervoer, on dus eon gevaarlijke concurrentie te
voorkomen. Opnieuw duikt het gerucht op, dat
een samensmelting der groote Vanderbilt- en
Pennsylvania-syatemen ophanden is, waarmede het
vertrek van J. P. Morgan naar Europa in verband
zou staan.
Voor P e r u v i a n-w a a r d e n gaf Londen een
zeer willigen toon aan, in verband met de aan
houdende belangrijke verbetering der spoorweg
ontvangsten, die ook nu weer over de maand
Maart groote vermeerdering aantoonen. Brazi
lianen waren niet onbelangrijk lager ter markt,
in verband met geruchten, dat er, ten opzichte
van het syndicaat, hetwelk do nieuw nit te geven
spoorwegleening zou hebben gegarandeert, moei
lijkheden zouden zijn gerezen, waardoor het syn
dicaat vervallen zou zjjn en nieuwe onderhande
lingen zouden moeten worden gevoerd. Voor
Spanjaarden bleef op de Parijscho markt
voortdurend levendige belangstelling bestaan,
waarbij verschillende geruchten in omloop werden
gebracht. Zoo werd o. m. met kracht beweerd, dafc
een vrijwillige conversie in een 3£-pCts. aflosbare
schuld ophauden zou zijn, doch het is moeilijk
aan te nemen, dat de regeoring, alvorens met zulk
een ingrijpend voorstel aan te komen, niet eerst
de noodige bespreking met de obligatiehouders
zou hebben moeten houden.
Het koeisverloop voor Portugeezcn was in
het begin der week opmerkenswaardig, aangezien
het bekend worden van de uitspraak van het
scheidsgerecht te Bern, in zake de Delagoa-baai-
quaestie, welke uitspraak buiten allo verwachting
gunstig voor Portugal is uitgevallen, door Londen
met een daling werd begroet.
Het blijkt nu duidelijk, dat Engeland er vast
op had gerekend, dat Portugal, door hot uit
spreken eener belangrijke schadevergoeding, in
geldelijke moeilijkheden zou geraken, waardoor
het dan wel verplicht zou zijn om met Engeland
een accoord to treffen bijv. door overdracht der
Delagoa baai. Nu evenwel Portugal een som heeft
te betalen ongetwijfeld binnen het bereik der
geldmiddelen, al was het alleen door het te
gelde maken der nog aanwezige obligation van den
Portugeeschen Spoor nu is de kans, ora dit
door Engeland zoo vurig verlangd gebied in
Zuid-Afrika te verkrijgen, voorloopig geheel ver
keken en de ontstemming daarover uitte zich
door een flauwe markt voor Portugeesche waarden.
Do Engelsche teleurstelling deed zich echter niet
lang gevoelen, want de koersen konden zich
spoedig weer flink herstellen. Het schijnt nu toch
geescbo buitenlandscbe schuld te zullen Komen, op
basis eener geleidelijke verhooging van den rente
voet tot V:j der vroeger oorspronkelijk vastgestelde
schuld, binuen een tijdsverloop van 15 jaar. Voor
hot oogenblik zyn echtor deze voorwaarden nog
niet anders dan als vooiloopigo onderhandelingen
te beschouwenvoor en aleer een definitieve
overeenkomst zal zijn getroffen, zal er nog wel
eenige tijd heengaan.
De afdeeling der Europeesche Staatsfondsen had
overigens geen onbevredigend verloop; by beperkte
handel bleef de stemming eer vast, zonder tot
noemenswaardige opmerkingen aanleiding te geven.
De tabaks-aandoelen hadden ten slotte een
beslist onbehaaglijk aanzien. Niettegenstaande do
jongste veiling zeer bevredigend is afgeloopen,
luiden do berichten omtrent den 'Ö9er oogst zeker
niet gunstig, zoodat er weinig animo bestaat om
zich thans voor deze waarden to interesseoren. Do
voorgestelde reorganisatie der Ned. Assahan-
tabak-maatsch. (Herrings) is nataarlijk aan
genomen en in verband daarmede waren de prefe
rente aandeelen, die al zeer stiefmoederlijk be
handeld zijn, aangeboden.
Rijnlandsche Bank.
ZOETERWOUDE. Gob or on: Gerardu3, Z.
van C. Overdevest en C. M. Van Leeuwen.
Gerritje, D. van G. Dorrepaal en P. v. Leeuwen.
Willcmina, D. van O. v. Beveren en J. Zwaan.
Overleden: Maria Cornelia Versteegen, 10
m., D. van H. W. Versteegen en M. v. Leeuwen
19)
Van uit zyn raam kon men vry wol den
geheelon tuin en een gedeelte van de binnen
plaats overzien, welke door de twee korte
vleugels van het huis en een lage heining
van latwerk werd gevormd.
Toen John nu daarheen zag, bemerkte hy,
dat de achterdeur werd geopend en twee
xcftnnen naar buiten traden. Een van de
twee herkende John dadeiyk weer; het was
degeen, die op dien Zondag den ouden heer
had voorgesteld. De ander kon de twintig
nog niet lang gepasseerd zyn, in elk geval
was hy een zoon van „Alma Mater"; dit
bewezen het bonte lint over zyn borst en
de kleurige muts, welke zyn blond hoofd
bedekte.
Beiden zyu zeer haastig de binnenplaats
overgestoken en spreken met elkaar.
De gebaren van den oudste doen vermoeden,
dat hy den jongste van het een of ander
voornemen wil afbrengen, doch deze slaat
geen acht op zyn smeekbeden en voorstellingen
en stapt op het poortje, dat naar den tuin
leidt, toe.
John ziet dit alles zeer duidelyk met het
fclootö oogziet ook nog, dat do oudere man
als met tegenzin den ander volgt en op een
wenk van dezen, misschien ook op een woord,
dat gene hem heeft toegeroepen, plotseling
ataan biyfk, en zich biykbaar als vernietigd
aan het poortje vastklemt.
Daar gebeurt iets buitengewoons l Joha
pfêngt ém v«rrek£te voor z#n oogen.
Spoedig heeft hy den zoon van Josefa
Müller, den voormaligen tooneelspeler, gevon
den. Hoe ontzettend bleek is zyn gelaat! En
wat zien zyn donkere oogen, dat zy zoo
strak en droevig voor zich uit staren?
De kyker zoekt een ander doel. Hy vindt
dit ook spoedig. Het is de slanke, blonde
student.
Zyn jong, knap gelaat heeft eenige gelykonis
met do trekken van den bleeken man, die
tegen het tuinpoortje leunt.
Zou deze jonge man Gottfried Müller zyn?
Het is vry waarschynlyk. Wien, behalve
hem, zouden de Müllors ook over hun drempel
hebben gelaten?
De jonge man ziet er niet minder ontdaan
uit dan de ander, dien hy achter zich heeft
gelaten. Hy strykt zich telkens over de oogen
en nu rukt hy de muts van het hoofd en
laat zyn krullend haar als speeltuig aan den
wind over. Hoe aarzelend en onzeker en toch
hoe haastig is daarby zyn gang!
En hy heeft een doel. Het i6 de groep
pynboomen achter in den tuin. Nu heeft hy
die bereikt I
"Waarom staart hy zoo zeldzaam lang voor
zich uit? Wat zoeken, wat zien zyn oogen in
het rondeau, dat die groep boomen vormt?
En waarom zinkt hy nu op de knieën en
verbergt het gelaat in de handen?
Niet lang geeft de jonge man zich aan zyn
biykbaar grievend leed over. Hy is tot oen
besluit gekomen, tot een leelyk, afschuweiyk
besluit
Een schuwen blik naar het huis en de
binnenplaats werpend, waar nog steeds de
bleoke man tegen het poortje leunt, wat de
student echter niet kan zien, want tusschen
hem en den man bevindt zich menige boom
en struik, gaat bet jonge mensch op een
rozenstruik toe, die, benevens verscheidene
van zyn gelijken, geheel in stroo gepakt is.
Dit stroo is met dun touw omwonden.
Daarnaar steekt de jonge man zyn hand uit.
Wat hy daarmee wil, dat zegt de uitdrukking
van wanhoop op zyn gelaat.
Doch nauwelyks heeft zyn bevende hand
den knoop losgemaakt, of hy schynt van
gedachten veranderd.
Is het touw reeds vergaan?
Lykt hem zulk oen daad dan toch te
afschuweiyk
De student laat de handen vallen, schudt
hot hoofd en loopt den kant naar het huis op.
De advocaat John legt haastig zyn verre-
kyker neer, grypt jas en hoed en verlaat in
alleryi zyn kamertje. In groote haast stormt
hy de trap af en komt juist op de straat als
het yzeren hek van het voortuintje van de
naburige villa met veel geraas in het slot valt.
Een slanke gestalte in een luchtig huis
jasje, een roode muts op het hoofd, stormt
do straat over; John haar na.
Hy ziet in het voorby snellen een doods
bleek gelaat, dat zich achter hot yzeren hok
vertoont, dan let hy nog alleen op den jongen
man, die voor hem uit snelt in de richting
van de rivier, natuurlyk naar de rivier, die
een paar straten verder langzaam naar het
Oosten stroomt.
Tegen hoeveel menschen John aanbonst,
hy weet het niet, hy houdt alleen in het
menschengewemel, dat in de breede, drukke
straten heerscht, de roode muts in het oog.
En nu, nu heeft hy die bereikt, dicht by
de brug, op welker leuning de student juist
zyn hand legt.
Die beeft nu niet meer. Ook het mooie
gelaat van den jongen man is nu kalm, of
is het slechts door het verdriet versteend?
John voelt een steek in zyn hart, als hy in
dit gelaat, in deze doffe, treurige oogen kykt,
als hy zyn warme hand op de yskoude legt,
welke op de yzeren leuning rust.
„Gottfried Müller, zoo maakt een sterk,
braaf mensch geen einde aan zyn leven,"
zegt John zacht.
Nu komt er in de oogen van den aan
gesprokene leven; schrik en groote ver
wondering weerspiegelen daarin en zyn bleeke
wangen kleuren zich.
„Wat, wat weet gy? Wat wilt gy van
my?" stamelt Gottfried Müller met heesche
stem.
„Wat ik weet? Zoo tamelyk alles. Wat ik
wil? Dat gy naar huis zult gaan, ondanks
alles, wat daar uw afschuw verwekt; naar
huis zult gaan, opdat uw ouders niet een
prooi der wanhoop worden. Ook in zulke
tyden mag een goede zoon zyn ouders niet
verlaten."
Dat geeft John den verbluften vrager ton
antwoord, schuift zyn arm in dien van Gott
fried, en troont den armen, geheel verby sterden
jongen man, die niet den minsten tegenstand
biedt, mede.
Een kwartier later staan zy weer voor de
woning van den heer Winkelmann.
Zy behoeven niet te schellen.
De bleeke man staat nog altyd achter het
yzeren hek.
„Gode zy dank, dat gö terugkomt," zegt,
neen snikt hy.
Het volgende oogenblik hgt de jonge man
ook reeds aan zyn borst, kust hem (rtistuimlg
en stamelt:
„Vergeef my, vader, vergeef my, dat ik do
wereld heb willen verlaten."
„Gottfried 1" roept Hans Müller diep smar-
teiyk.
De jonge man knikt, dan wyst hy op John
en zegt ernstig:
„Aan dezen heer heeft u het te danken, dab
u nog een zoon heeft, dio met u dragen wil,
wat nu moet komen."
„Komen moet!" herhaalde de oudere Müller.
„Deze heer weet dus
„Niet door my, vader 1"
„En toch reeds veel," zegt John bedaard.
„Ik moet u verzoeken, mynheer Hans Müller,
my
„Gy kent my dus?" viel de man hem in
de rede. John knikt. Een sarcastisch lachje
krult zyn lippen.
„Ik hob u laatst het was op een Zondag
als ouden heer gezien," zegt hy zacht,
want er komt juist iemand langs.
Een gloeiende blos bedekt Hans Müller's
gelaat en een oogenblik slaat hy zyn oogen
neer, doch daarna kykt hy John vast aan en
zegt: „Ga mede, mynheerIk wil u er binnen
voor bedanken, dat gy Gottfried voor ons
behouden hebt, en u vertollen, hoe ik tot die
rol gekomen ben, waaruit gy my onlangs
zaagt vallen."
Hans Müller sloot daarop het hek en leidde
de advocaat in huis.
Hy toonde de kalmte van iemand, die ge
heel in zyn lot berust
Met zeer eigenaardige gevoelens en gedach
ten betrad John het huis, dat sinds wie weel
hoeveel jaren een geheim bevatte, hetwelk
zyn bewoners aüe rust, aDe geluk had ont^
nomen.
{Wordt vervolgd.}