SL12309 Zaterdag 7 April. A0. 1900 f 1 >10. $eze gourant mt.it dagelijks, met aitzondeiing zaa <Zooi en feestdagen, uitgegeven» Derde Blad. Feuilleton. OM ZIJN GELD. LEIDSCH DA&BLAD. PEUS DEZEB QULSiiiAT* t*. Voor Lelden por 8 maandon) (*>»-« franco per post Afacndejiyke Nomineer ft a MO* QJ)5} PBU8 DEB A IH/KK'I'KM'I'I tóTTt Via l-J regels 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. Örcoter* letten naar plaatsruimte Voor het tncasscsrep bult Oh do stad wórdt f 0.06 berekend. ÖfHoiëeïe ÏÏennisg'eylnjjen. Kostcloozc Inenting. y Burgemeester eu Wethouders van Loidon brengen b{j dezen ter algemeone kennis, dat op Dinsdag 13 Maart a. s. en tot nadere aankondiging op eiken volgenden Dinsdag, telkens des namiddags te 2 uren, in hot Elisabothshof aan do Oude Vest, gelegenheid zal worden gegeven tot koateloozo inenting van on- en minver mogenden; wordende tevens aan belanghebbenden herinnerd, dat zij sleohts zullen worden toegelaten op vertoon van een bewyshnnuergeboorto inschrijving. Burgemeester on Wethouders voornoemd, t'; LoidoD, F. WAS, Burgemeester. 6 Maart 1900. VAN HEYST, Secretarie. Leiden, 7 April. Biykens een in dit nummer voorkomende advertentie zal de Leidsche afdeeling der Yer- eeniging voor Vrouwenkiesrecht in hetNuts- gebouw a. s. Dinsdagavond een vergadering houden, waarin als spreekster zal optreden mevr. A. L. Versluys, geb. Poelman, uit Amsterdam, en waar ook belangstellenden vrijen toegang zullen hebben. Bij koninklijk besluit zijn by de dd. schutterij te Leiden benoemd de heeren: tot lsten luitenant W. A. Leembruggen, F. C. Zuurdeeg, M. Steffelaar en mr. H. M. A. Coebergh, allen thans 2de luitenant; tot 2den luitenant M. H. A. Juta, W. J. P. Suringar en P. H. Romeyn. H. M. do Koningin bracht gisternamiddag omstreeks halftwee, vergezeld van Hare Groot- meesteresse, een hofdame en jhr. Van der Staal, oen bezoek aan het Museum van Kunstnijverheid aan do Prinsengracht te 's-Gravenhage. H. M. werd ontvangen door den vice-pre sident, den heer H. W. Mesdag, de commissie leden, de heeren Snouck Hurgronje en Scheur leer, den directeur der Academie voor Beel dende Kunsten, den heer Van Delden, en den conservator van hot Museum, den heer J. H. A. Mialaret De president, jhr. mr. Victor De Sbuoro, jVclüJ UOUl uilgool^Ul..ij ...limaotu. Met zeer veel belangstelling vroeg H. M. verschillende inlichtingen, welke haar door den heer Mialaret verstrekt werden. Hare Majesteit vroog vooral naar het gebruik, dat van het Museum werd gemaakt, waarop de conservator haar inlichtte, dat het voorna melijk de leerliugen van de Kunstny vorheids- klasse der Academie waren, die veel nut trokken van de instelling, welke overigens ook bezocht werd door kunstnyveren en beeldhouwers. Bijzonder trokken Harer Majesteits aandacht eenige gebeeldhouwde koorbanken, welke een 60-tal jaren geleden in de Kloosterkerkston den en, in een rommelkamer ontdekt door jhr. De Stuers, voor de kunst behouden ble ven en in dat Museum waren geplaatst. Het bezoek duurde tot ongeveer drie uren. Op de Weesinrichting te Neerbosch is, naar de „Nym. Cour." meldt, op bijna 64- jarigen leeftijd overleden mevrouw Van'tLin- denhout, geboren Sipman, de echtgenoote van den directeur, den heer Joh. Van 't Lindenhout. Mr. E. Van Lier, te Amsterdam, heeft aan de Tweede Kamer een adres gericht tegen de door de Regeering voorgestelde wijziging der wet op het hooger onderwijs, waarbij aan de gemeentebesturen de bevoegdheid wordt toegekend, om het schoolgeld aan de gymnasia te heffen naar den grondslag van het kohier der plaatselijke directe belasting, alsof het gold een instelling van uitsluitend plaatselijk belang, terwijl het inderdaad zijn rijksinstellingen, toegankelijk voor allen, die er van gebruik wenschen te maken, al komen de kosten ook ten laste der gemeenten. Al schrijft het wetsontwerp voor, dat van leer lingen uit andere gemeenten geen schoolgeld mag geheven worden naar andere beginselen en anderen maatstaf dan voor die uit de ge meente zelve, waar het gymnasium aanwezig is, kan het voorstel toch leiden tot wering aan elders wonenden en tot nadeel van het onderwijs. Het stelsel werkt, volgens adres sant, in plaats van te zijn oen maatregel in democratische richting, zooals velen wanen, juist de stichting van standscholen in de hand. Daarom verzoekt hy het wetsontwerp niet aan te nemen, voor zoover daarby aan de gemeenten de bevoegdheid wordt verleend schoolgeld te heffen op den grondslag van plaatseiyke belasting. Het stoomschip „Bali," van Batavia naar Amsterdam, vertrok 6 April van Port-Said; de „Cluden" (Holl.-Amerika-iyn) vertrok 4 April van Newport-News naar Amsterdam; de „Reichstag" vertrok 4 April van Mozambique naar Zanzibar; de „Werkendam" arriveerde 6 April van Nieuw-York te Rotterdam. Leiderdorp. De aanvrage om bouffantes en polsmoffen voor do stryders in Zuid-Afrika heeft ook hier weerklank gevonden. Een kring van jongedochters kwam onderscheidene avonden in een der lokalen van de Christe- lyke School byeen, om genoemde kleeding- stukken te vervaardigen. De ruime giften er was f 102 verzameld en de toewijding der dames hadden tot verblydend resultaat, dat 90 paar moffen en 20 bouffantes 20 M. breiwerk, werden vervaardigd en verzonden. Mogen ze den moedigen stryders ten goede komen! Een gift van f 16 kon nog worden overgemaakt. Lisse. De bevolking naar de onderscheidene godsdionstige gezindten bedroeg, biykons de uitkomsten der laatste tienjaarlyksche volks telling: Roomsch-Katholieken 2325, Ned.-Herv. ülï), OUV.-iJOfOIUJ UJOÜ1ÜWI -JL/O, meerden 221, overige Gereformeerden 129, Doopsgezinden 10, Remonstranten 5, Waalsch Hervormden 3, Evang.-Luthersch 1, Ned. Israëlieten 6, geen gezindte 6, totaal 3859 zielen. Ter gemeente-secretarie zyn verkryg- baar blanco aanvragen ter bekoming van akten voor do jacht en visschery en van buitengowone machtiging tot het schieten van schadeiyk gedierte. Voorschoten. De vorwachting, eenige dagen geloden door ons uitgesproken, dat de lezing van den heer Smeenge in het Nutsdepartement goed bezocht zou worden, is gebleken niet ydel geweest te zyn. Een talryk publiek, voor een groot deol uit niet-leden bestaande, vulde de zaal van het Ambachtshuis. Mot belang stelling werd de spreker in zyn heldere, bevatteiyke uiteenzetting van het vraagstuk der werklieden-pensionneering gevolgd. Hier een overzicht te geven van zyn rede is niet ons doel, te meer wyl deze voor een deel haar waarde ontleende aan de gloedvolle voor dracht van den spreker, wiens stem voor de kleine zaal alleen nu en dan wat al te luid klonk. Zeker zullen alle aanwezigen den indruk hebben verkregen, zoo zy dien niet reeds hadden, dat het vraagstuk der pensionneering van werklieden, vooral wat de financieele zyde der zaak betreft, hoogst moeiiyk is. Toch is het daarom volgens spreker niet onoplosbaar. Indien maar de overtuiging algemeen wordt, dat ook hier zonder staats- dwang geen goede resultaten zyn te bereiken. Het ideaal van spreker was, dat de werkgever en de werkman, geholpen door den staat, te zamen de premie zouden betalen, en hy noemde het denkbeeld der socialisten, dat alleen de staat dit zou doen, onuitvoerbaar wegens de enorme lasten, die daardoor op den staat zouden worden gelegd, en meende bovendien, dat het denkbeeld, geheel door den staat te worden ondorhouden, voor den werkman iets vernederends had. Aan het einde van zyn rede werd de spreker warm toegejuicht en door den Voor zitter bedankt, die hoopte, dat het zaad, door den heer Smeenge gezaaid, ryke vruchten zou mogen dragen. Avonden als deze hebben bewezen wel degelyk reden van bestaan te hebben, indien maar het onderwerp belangstelling inboezemt aan „het algemeen". En op deze wyze sprekers laten optreden, die aan het volk eon beter inzicht kunnen geven in belangryke maat- scbappelyke vraagstukken, ligt zeker op den weg van de Maatschappy tot Nut van het Algemeen. Zegwaard. Blykens de uitkomsten van de volkstelling bestaat de bevolking dezer ge* meento uit 1553 personen, als 789 m. en 764 vr. Hiervan waren 445 m. en 465 vr. N.-H.; 249 m. en 210 vr. R.-K.90 m. en 85 vr. Gerof.; 1 m. en 2 vr. Luth.; 1 m. en 2 vr. Oud-Roomsch; 2 m. Doopsgezind en 1 m. als tot geen godsdienst behoorende. Het aantal bewoners van het dorp bedroeg 721; de Hoorn 146; de Rokkeveen 93; de Zegw.-, Bleisw.- en Geerweg 415; Molenweg en Voorhoekje 90; Delftsche en Leidsche Wallen 88. Financieele Kroniek*' De afgeloopen beurs week gaf een getrouwe kopie der voorafgaande, waarin do Amerikaanscho Spoor wegmark t den hoofdtoon aangaf, terwijl voor de overige afdeelingen sleohts een beperkte belang- cl aar aan wat sommige Europeesche Staatsfondsen aangaat. De Buitenlandscbo Beurzen, behalve Nieuw-York en Londen, oefenen thans weinig invloed uit op het koersverloop der Amsterdamsche markt. Deze laatste is dan ook geheel in beslag genomen door de speculatieve beweging, welke weer van het publiek uitgaat. Het stuitertje is aan het rollen, en men tracht nu het zoo laDg mogelijk in be weging te houden. Tot dusverre heeft dan ook de speculatie, die zich natuurlijk op het geliefkoosd Amerikaan8ch Spoorwegpapier geworpen heeft, zeker geen reden tot klagen, want slechts zelden is er van zulk een aanhoudende rijzing in deze fondsen gewag te maken. Een zeer belang ryke koersverheffing behoort niet tot de zeld zaamheden, doch wèl is opmerkelijk de hardnekkig heid, waarmede zij aanhoudt, daar toch een rijzing in spoorwegwaarden gewoonlijk spoedig door een krachtige reactie al ware zij een tijdelijke werd gevolgd. Hiervan is tot heden nagenoeg geen sprake geweest. Wel kwam er een dag, dat de Beurs in reactie sloot, welke al dadelijk in de oogen van het publiek bedenkelijk word, doch deze reactie werd onmiddellijk door een hernieuwde krachtige verheffing gevolgd, welke het sein gaf tot een even krachtige belangstelling. In contro- leerende kringen schijutmen tot de gevolgtrekking te komen, dat Nederland zich in hoogst belang rijke bedragen van Amerikaansche speculatieve waarden ontdoet, waarbij zich echter het ver schijnsel voordoet, dat tegenover de betere specu latieve soorten, welke door Nieuw-York en Londen worden opgenomen, door Amerika veel van de lichte spocnlatiepapiereu wordt van de hand gedaan. Dat Holland in groote mate tot het nemen van winst OYorgaat, is wel te begrijpen, want hoogst zelden heeft de Beurs in zulk een gunstige positie verkeerd, om zich van oude, zelfs zeer oude be zitten van onrijp papier met zulk een voortreffe lijke gelegenheid tot het maken van grootere winst, te ontdoen. Nagenoeg elk Araerikaansch papier, onder de laag geprijsde soorteD, krijgt thans zijn beurt, en daarvan wordt begrijpelijkerwijze op grooter schaal geprofiteerd, doch hierbij valt wel met eenige spijt op te merken, dat betere speculatieve waar den, waarvoor n3ar alle waarschijnlijkheid een zeer goede toekomst is weggelegd, hoewel niet zonder de noodige winst, worden van do hand gedaan, om voor Amerika voor vastere belegging te worden ondergebracht. In het algemeen wordt wel gedacht om de aanzienlijko winst, die thans te maken is, doch minder op de toekomst van het fonds gelet. Zooals gewoonlijk wordt alles over één kam geschoren. Voor de enorme ryziDg der aandeelen Balti more «feOhio worden thans verschillende ver klaringen gegeven, welke alle niet even aan nemelijk zijn. De zoor krachtige aankoopen van den laatsten tijd moeten, volgens geruchten, in verband worden gebracht met de oprichting eener combi natie van enkele voorname groot-handelaren, die zich voor hun vervoer van den invloed op dezen Spoor zouden willen verzekeren. Daartoe zouden zij samenwerken mot groote spoorwegspecialiteiten, om een overwegend getal aandeelen, dus een over wegende contröle, machtig te worden. Hierdoor zou dan de Baltimore tegenover andere groote systemen op meer onafhankelijken voet komen te staan. Hoe wel het vormen eener dergelijke combinatie bij Ame rikaanscho Spoorwegbelangon geen vreemd ver schijnsel is, zou men evenwel eerder geneigd zijn, aan de latere berichten méér geloof te hechten. Deze houden in, dat do directie van den Baltimore besloten zou hebben tot de uitgifte van nieuwe aandeelen en deze don houders van bestaande aandeelen aan te bieden tegen een zoodanigen koers, dat deze in verhouding tot do oogenblikke- Ife. jnaijcti waarde _der jian deel en, _senruim voor zou opleveren. Het moet gezegd, dat een dergelijke manier om don aandeelhouders een voordeoltje toe te stoppen, aanspraak maakt op originaliteit, doch het kan moeilijk als een gezond beheer worden aangemerkt, want twee kwade punten doen zich hierbij voor. In de eerste plaats heeft de goedkoopere uitgifte der aandeelen plaats ten nadeele der kapitaal rekening en wordt dos het dividend langs indirecte wijze ten koste van het kapitaal zelf uitgekeerd, in plaats van uit behaalde winst en in de tweede plaats moeten de aandeelhouders nu zeiven maar zien of zy do nieuwo aandeelen tegen loonendo koersen kannen ter markt brengen, zonder door het aanbod een kentering in den prijs te doen ontstaan. Indien het bericht waarheid bevat, dat een bedrag van niet minder dan 6,400,000 doll, nieuwe aandeelen tegen den koers van 80 pCt. zullen worden uitgegeven, dan geeft do gcheele voordeelige aanbieding geen aanleiding tot juichen. Na herhaalde malen te zijn bevestigd en tegen gesproken, heeft de Pennsylvania-Spmij. nu toch toegegeven dat zij zich een groot belapg bij de Norfolk Western heeft verzekerd en hiermede in de eerste plaats heeft bedoeld, zeker heid te verkrijgen omtrent een goede verstand houding in de vrachttarieven voor het steenkolen- vervoer, on dus eon gevaarlijke concurrentie te voorkomen. Opnieuw duikt het gerucht op, dat een samensmelting der groote Vanderbilt- en Pennsylvania-syatemen ophanden is, waarmede het vertrek van J. P. Morgan naar Europa in verband zou staan. Voor P e r u v i a n-w a a r d e n gaf Londen een zeer willigen toon aan, in verband met de aan houdende belangrijke verbetering der spoorweg ontvangsten, die ook nu weer over de maand Maart groote vermeerdering aantoonen. Brazi lianen waren niet onbelangrijk lager ter markt, in verband met geruchten, dat er, ten opzichte van het syndicaat, hetwelk do nieuw nit te geven spoorwegleening zou hebben gegarandeert, moei lijkheden zouden zijn gerezen, waardoor het syn dicaat vervallen zou zjjn en nieuwe onderhande lingen zouden moeten worden gevoerd. Voor Spanjaarden bleef op de Parijscho markt voortdurend levendige belangstelling bestaan, waarbij verschillende geruchten in omloop werden gebracht. Zoo werd o. m. met kracht beweerd, dafc een vrijwillige conversie in een 3£-pCts. aflosbare schuld ophauden zou zijn, doch het is moeilijk aan te nemen, dat de regeoring, alvorens met zulk een ingrijpend voorstel aan te komen, niet eerst de noodige bespreking met de obligatiehouders zou hebben moeten houden. Het koeisverloop voor Portugeezcn was in het begin der week opmerkenswaardig, aangezien het bekend worden van de uitspraak van het scheidsgerecht te Bern, in zake de Delagoa-baai- quaestie, welke uitspraak buiten allo verwachting gunstig voor Portugal is uitgevallen, door Londen met een daling werd begroet. Het blijkt nu duidelijk, dat Engeland er vast op had gerekend, dat Portugal, door hot uit spreken eener belangrijke schadevergoeding, in geldelijke moeilijkheden zou geraken, waardoor het dan wel verplicht zou zijn om met Engeland een accoord to treffen bijv. door overdracht der Delagoa baai. Nu evenwel Portugal een som heeft te betalen ongetwijfeld binnen het bereik der geldmiddelen, al was het alleen door het te gelde maken der nog aanwezige obligation van den Portugeeschen Spoor nu is de kans, ora dit door Engeland zoo vurig verlangd gebied in Zuid-Afrika te verkrijgen, voorloopig geheel ver keken en de ontstemming daarover uitte zich door een flauwe markt voor Portugeesche waarden. Do Engelsche teleurstelling deed zich echter niet lang gevoelen, want de koersen konden zich spoedig weer flink herstellen. Het schijnt nu toch geescbo buitenlandscbe schuld te zullen Komen, op basis eener geleidelijke verhooging van den rente voet tot V:j der vroeger oorspronkelijk vastgestelde schuld, binuen een tijdsverloop van 15 jaar. Voor hot oogenblik zyn echtor deze voorwaarden nog niet anders dan als vooiloopigo onderhandelingen te beschouwenvoor en aleer een definitieve overeenkomst zal zijn getroffen, zal er nog wel eenige tijd heengaan. De afdeeling der Europeesche Staatsfondsen had overigens geen onbevredigend verloop; by beperkte handel bleef de stemming eer vast, zonder tot noemenswaardige opmerkingen aanleiding te geven. De tabaks-aandoelen hadden ten slotte een beslist onbehaaglijk aanzien. Niettegenstaande do jongste veiling zeer bevredigend is afgeloopen, luiden do berichten omtrent den 'Ö9er oogst zeker niet gunstig, zoodat er weinig animo bestaat om zich thans voor deze waarden to interesseoren. Do voorgestelde reorganisatie der Ned. Assahan- tabak-maatsch. (Herrings) is nataarlijk aan genomen en in verband daarmede waren de prefe rente aandeelen, die al zeer stiefmoederlijk be handeld zijn, aangeboden. Rijnlandsche Bank. ZOETERWOUDE. Gob or on: Gerardu3, Z. van C. Overdevest en C. M. Van Leeuwen. Gerritje, D. van G. Dorrepaal en P. v. Leeuwen. Willcmina, D. van O. v. Beveren en J. Zwaan. Overleden: Maria Cornelia Versteegen, 10 m., D. van H. W. Versteegen en M. v. Leeuwen 19) Van uit zyn raam kon men vry wol den geheelon tuin en een gedeelte van de binnen plaats overzien, welke door de twee korte vleugels van het huis en een lage heining van latwerk werd gevormd. Toen John nu daarheen zag, bemerkte hy, dat de achterdeur werd geopend en twee xcftnnen naar buiten traden. Een van de twee herkende John dadeiyk weer; het was degeen, die op dien Zondag den ouden heer had voorgesteld. De ander kon de twintig nog niet lang gepasseerd zyn, in elk geval was hy een zoon van „Alma Mater"; dit bewezen het bonte lint over zyn borst en de kleurige muts, welke zyn blond hoofd bedekte. Beiden zyu zeer haastig de binnenplaats overgestoken en spreken met elkaar. De gebaren van den oudste doen vermoeden, dat hy den jongste van het een of ander voornemen wil afbrengen, doch deze slaat geen acht op zyn smeekbeden en voorstellingen en stapt op het poortje, dat naar den tuin leidt, toe. John ziet dit alles zeer duidelyk met het fclootö oogziet ook nog, dat do oudere man als met tegenzin den ander volgt en op een wenk van dezen, misschien ook op een woord, dat gene hem heeft toegeroepen, plotseling ataan biyfk, en zich biykbaar als vernietigd aan het poortje vastklemt. Daar gebeurt iets buitengewoons l Joha pfêngt ém v«rrek£te voor z#n oogen. Spoedig heeft hy den zoon van Josefa Müller, den voormaligen tooneelspeler, gevon den. Hoe ontzettend bleek is zyn gelaat! En wat zien zyn donkere oogen, dat zy zoo strak en droevig voor zich uit staren? De kyker zoekt een ander doel. Hy vindt dit ook spoedig. Het is de slanke, blonde student. Zyn jong, knap gelaat heeft eenige gelykonis met do trekken van den bleeken man, die tegen het tuinpoortje leunt. Zou deze jonge man Gottfried Müller zyn? Het is vry waarschynlyk. Wien, behalve hem, zouden de Müllors ook over hun drempel hebben gelaten? De jonge man ziet er niet minder ontdaan uit dan de ander, dien hy achter zich heeft gelaten. Hy strykt zich telkens over de oogen en nu rukt hy de muts van het hoofd en laat zyn krullend haar als speeltuig aan den wind over. Hoe aarzelend en onzeker en toch hoe haastig is daarby zyn gang! En hy heeft een doel. Het i6 de groep pynboomen achter in den tuin. Nu heeft hy die bereikt I "Waarom staart hy zoo zeldzaam lang voor zich uit? Wat zoeken, wat zien zyn oogen in het rondeau, dat die groep boomen vormt? En waarom zinkt hy nu op de knieën en verbergt het gelaat in de handen? Niet lang geeft de jonge man zich aan zyn biykbaar grievend leed over. Hy is tot oen besluit gekomen, tot een leelyk, afschuweiyk besluit Een schuwen blik naar het huis en de binnenplaats werpend, waar nog steeds de bleoke man tegen het poortje leunt, wat de student echter niet kan zien, want tusschen hem en den man bevindt zich menige boom en struik, gaat bet jonge mensch op een rozenstruik toe, die, benevens verscheidene van zyn gelijken, geheel in stroo gepakt is. Dit stroo is met dun touw omwonden. Daarnaar steekt de jonge man zyn hand uit. Wat hy daarmee wil, dat zegt de uitdrukking van wanhoop op zyn gelaat. Doch nauwelyks heeft zyn bevende hand den knoop losgemaakt, of hy schynt van gedachten veranderd. Is het touw reeds vergaan? Lykt hem zulk oen daad dan toch te afschuweiyk De student laat de handen vallen, schudt hot hoofd en loopt den kant naar het huis op. De advocaat John legt haastig zyn verre- kyker neer, grypt jas en hoed en verlaat in alleryi zyn kamertje. In groote haast stormt hy de trap af en komt juist op de straat als het yzeren hek van het voortuintje van de naburige villa met veel geraas in het slot valt. Een slanke gestalte in een luchtig huis jasje, een roode muts op het hoofd, stormt do straat over; John haar na. Hy ziet in het voorby snellen een doods bleek gelaat, dat zich achter hot yzeren hok vertoont, dan let hy nog alleen op den jongen man, die voor hem uit snelt in de richting van de rivier, natuurlyk naar de rivier, die een paar straten verder langzaam naar het Oosten stroomt. Tegen hoeveel menschen John aanbonst, hy weet het niet, hy houdt alleen in het menschengewemel, dat in de breede, drukke straten heerscht, de roode muts in het oog. En nu, nu heeft hy die bereikt, dicht by de brug, op welker leuning de student juist zyn hand legt. Die beeft nu niet meer. Ook het mooie gelaat van den jongen man is nu kalm, of is het slechts door het verdriet versteend? John voelt een steek in zyn hart, als hy in dit gelaat, in deze doffe, treurige oogen kykt, als hy zyn warme hand op de yskoude legt, welke op de yzeren leuning rust. „Gottfried Müller, zoo maakt een sterk, braaf mensch geen einde aan zyn leven," zegt John zacht. Nu komt er in de oogen van den aan gesprokene leven; schrik en groote ver wondering weerspiegelen daarin en zyn bleeke wangen kleuren zich. „Wat, wat weet gy? Wat wilt gy van my?" stamelt Gottfried Müller met heesche stem. „Wat ik weet? Zoo tamelyk alles. Wat ik wil? Dat gy naar huis zult gaan, ondanks alles, wat daar uw afschuw verwekt; naar huis zult gaan, opdat uw ouders niet een prooi der wanhoop worden. Ook in zulke tyden mag een goede zoon zyn ouders niet verlaten." Dat geeft John den verbluften vrager ton antwoord, schuift zyn arm in dien van Gott fried, en troont den armen, geheel verby sterden jongen man, die niet den minsten tegenstand biedt, mede. Een kwartier later staan zy weer voor de woning van den heer Winkelmann. Zy behoeven niet te schellen. De bleeke man staat nog altyd achter het yzeren hek. „Gode zy dank, dat gö terugkomt," zegt, neen snikt hy. Het volgende oogenblik hgt de jonge man ook reeds aan zyn borst, kust hem (rtistuimlg en stamelt: „Vergeef my, vader, vergeef my, dat ik do wereld heb willen verlaten." „Gottfried 1" roept Hans Müller diep smar- teiyk. De jonge man knikt, dan wyst hy op John en zegt ernstig: „Aan dezen heer heeft u het te danken, dab u nog een zoon heeft, dio met u dragen wil, wat nu moet komen." „Komen moet!" herhaalde de oudere Müller. „Deze heer weet dus „Niet door my, vader 1" „En toch reeds veel," zegt John bedaard. „Ik moet u verzoeken, mynheer Hans Müller, my „Gy kent my dus?" viel de man hem in de rede. John knikt. Een sarcastisch lachje krult zyn lippen. „Ik hob u laatst het was op een Zondag als ouden heer gezien," zegt hy zacht, want er komt juist iemand langs. Een gloeiende blos bedekt Hans Müller's gelaat en een oogenblik slaat hy zyn oogen neer, doch daarna kykt hy John vast aan en zegt: „Ga mede, mynheerIk wil u er binnen voor bedanken, dat gy Gottfried voor ons behouden hebt, en u vertollen, hoe ik tot die rol gekomen ben, waaruit gy my onlangs zaagt vallen." Hans Müller sloot daarop het hek en leidde de advocaat in huis. Hy toonde de kalmte van iemand, die ge heel in zyn lot berust Met zeer eigenaardige gevoelens en gedach ten betrad John het huis, dat sinds wie weel hoeveel jaren een geheim bevatte, hetwelk zyn bewoners aüe rust, aDe geluk had ont^ nomen. {Wordt vervolgd.}

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1900 | | pagina 9