PI', 1223b
Donderdag 1£> Januari.
A°. 1900
feze gourant wordt dagelijks, met aitzoadsring
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
.Burgerlijke Stand van Leiden.
Feuilleton.
Droeve dageu.
I
DSCH
PRIJS DEZER COTRAHT»
Voor Leidon par 8 maanden.
Franco per post
afzonderlyko Nommers
t 1.10.
1.10.
0.05.
PRIJS DER AiiVWK'l'HIM'l'l MKTt
VaD 1—0 regel3 f 1.05. Ieder© regel meer f 0.17£. Grooter©
lettere naar plaatsruimte Voor het incasseeren buitaD de stad
wordt f 0.06 berekend.
1 '"J
Tweede Blad.
TWEEDE KUIER.
Een wetsontwerp is ingediend tot wijziging
▼an art. 240c en art. 243 der Gemeentewet.
De wijziging van art. 240c strekt om de
woorden „naar de vertering" in het artikel
te laten vervallen. Indien toch alle gemeente
lijke directe belastingen, ook die, welke
geheven worden naar grondslagen, ontleend
aan den uiterliJken staat, als inkomsten
belastingen moeten worden beschouwd, gaat
het naar het oordeel der Regeering niet aan
in art. 240c nog te gewagen van belastingen
naar de vertering.
De redactie van art. 243 is in overeen
stemming gebracht met den werkelyken toe
stand. Er zijn toch wel plaatselijke belastingen,
waarbij niet het inkomen als zoodanig, maar
de vertering de grondslag i6, maar deze
belastingen worden toch altijd geheven naar
een zeker denkbeeldig inkomen, berekend
naar grondslagen, ontleend aan den uiterlyken
staat.
Classificatie is ook volgens het voorstel
der Regeering gooorloofd, mits de verdeeüng
der lasten daarbij slechts weinig verschilt
met die, welke bij toepassing van de gestelde
regelen zou worden verkregen.
Vergelding van tijdelijke diensten met pensioen
Dit wetsontwerp heeft ten doel om voor
ziening aan te Irengen in gebleken gebreken
der Wet van 27 Juni 1898.
In ait. 4 van vorengenoemde wet wordt
thans bepaald, dat voor de bij het in werking
treden dezer wet in dienst zijnde vaste amb
tenaren, die vroeger krachtens aanstelling
„tijdelijke diensten hebben bewezen in betrek
kingen als bedoeld in art. 9a der burgerlijke
pensioenwet, deze tijdelijke diensten bij de
regeling-van hun pensioen in aanmerking
komen, indieDdie ambtenaren zich vóór 1 Juli
1900 schriftelijk zullen hebben verbondon
tot betaling der daarvoor verschuldigde bij
drage. y
De tydel\jke diensten als ambtenaar bij de
Rijksgestichten Ommerschans en Veenhuizon
en bij Rijkswerkinrichtingen bewezon door
hen, wier tydélykè dienst als zooianig door
een vaste aanstelling is gevolgd, zullen bij de
regeling van hun p.nsioen als'diensttijd in
aanmerking komen zonder dat deswege eenige
bijdrage door hen verschuldigd is.
By 'aanneming worct de wet geacht in
werking te zijn getreden op 1 Juli 1898.
Drinkwaterleiding voor Soerabaia.
Voor den aanleg van een drinkwaterleiding
▼oor Soerabaia wordt voor 1900 een bedrag
aangevraagd van f 400,000, waarvan f 100,000
voor werkzaamheden in Indië en f 300,000
voor aanschaffing en - ui zending van uit
Europa te verkrijgen benoodigdheden.
Naturalisation.
Ter naturalisatie zijn voorgedragen M. H.
J. Chorus, grondeigenaar te Brunssum; H. L.
Hanno, koopman te Rotterdam; B. Dijckhoff,
koopman te Utrecht; J. Mohr, hoofdopzichter
der domaniale mijnen te Kerkrade; C. F. W.
Krohn, gemeeDte-veldwacbt'.r te Haarlemmer-
liede; E. H. Malseh, directeur der Nod.
cacaofabriek te Helmond; P. W. Klaps, koop
man te Yenloo; J. Pollak, off. v. gezondh der
lste kl. by het N. O.-I. leger te Leiden; C.
Spangenthal, fabrikant te Amsterdam.
KOLONIËN.
BATAVIA, 6-12 December.
Uit Laboean werd 7 Dec. aan de „J.-B."
geseind:
Mat Saleh heeft met een bende van 200
man nabjj Papar een sterke benting betrokken.
Er is een macht van 40 gewapende politie
ambtenaren afgezonden om hem te be6tryden.
Uit Buitenzorg werd op 11 Dec. gemeld:
De hedenochtend van hier vertrokken snel
trein zit naby Tjlbadak vast tuaschen twee
aardstortingen. Uit de Preanger zyn bier heden
nog geen treinen aangekomen. Alles is naar
Tjihadak gesneld om de gevangenen te be-
vryöen en de hindernis op te ruimen.
De „Locomotief" meldt, dat voor den
dienst der Staatsspoorwegen op Java in het
begin van November de eerste twee van acht
zware bergiyn locomotieven uit Holland naar
Tandjong-Priok zyn verzonden. Deze locomo
tieven zyn bestemd voor do doorgaande per
sonen treinen (sneltreinen) op het lyngedeelte
Buitenzorg Maos. Zy zyn zwaarder en sterker
dan de grootste locomotieven, die nu op Java
loopen.
Men deelt aan de „J.-B." medo, dat de
commissie van beheer der Koningin Emma-
stichting in hare vergadering van 4 December
zich heeft geconstitueerd en dat tot voor
zitter, penningmeester en secretaris zyn ver-
Lozen de heeren mr. Th. H. De Meester, J.
Reysenbach en J. A. Van Delden.
Volgens bericht van den resident van
Besoeki heeft hot op den 29sten November in
de dessa Sosmbermalang (afdeeling Besoeki)
gedurende circa een half uur gehageld, ter-
wyi door den daarmede gepaard gaanden
hevigen wind drie inlandsche woningen zyn
ingestort.
Blykens een onder dagteekening van S
December afgezondeo telegram van den resi
dent van Amtoina werden op West-Ceram
een paar personen gesneld en heerschte op
Klein-Kei spanning tusschen Mohamedanen
en Christenen. Overigens was do politieke
toestand voldoende en de gezondheidstoestand
goed.
Door den Gouverneur-Generaal van Ned.-Iudië
zijn de volgende beschikkingen genomen:
CIVIEL DEPARTEMENT. Ontslagen:
Wegens ziokte eervol uit zijn betiokking, de
2de commies bij de algemeene rekenkamor K. L.
Van Lingon.
Benoemd: Tot adspirant-houtvester bij het
boschwezen op Java en Madoera, H. Ten Oever,
gesteld ter beschikking van den Gouverneur-
Generaal van Nederlandsch-Indië, om te worden
benoemd tot technisch ambtenaar bij het bosch
wezen.
Bij den aanleg van Staatsspoorwegen.
Geplaatst: Op de lijn Kalisat-Banioewangi
de opzichter 2de kl. H. L. Leijdie Melville.
Bij het boschwezen op Java en Madoera
Benoemd: Tot leerling-opziener A. Acker-
mann, particulier, met bepaling, dat hy geplaatst
wordt in het boschdistrict Toeban.
Overgeplaatst: Van het boschdistrict
Toeban naar het boschdistrict Grobogan de op
ziener R. A. Steinfort;
van het boschdistrict Bodjonegoro naar het
boschdistrict Toeban de leerling-opziener J. G.
Schijdegger.
Belast: Met het beheer over het boschdistrict
Todanan met de dessa PadakaD (district Ngawen,
residentie Rembang) als standplaats, de benoemde
houtvester J. Cli. Schouwenburg.
Verleend: Wegens langdurigen diensteen
jaar verlof naar Europa, aan don controleur 2de
kl. bij het binned, bestuur op Java en Madoera
J. P. W. Houtman.
Bij don burg. geneesk. dienst.
Benoemd: Tot stadsvroedvrouw te Semarang
A. M. W. E. Jansz, geboren Binkhuijzen.
Bij den waterstaat en 'a lande B. O. W.
Benoemd: Tot ingenieur 3de kl. de ambtenaar
op wachtgeld M. A. Van Oort;
Ontslagen: Op verzoek eervol uit 's lands
dienst, de klerk by net'post- e'n telegraafkantoor
to Soerabaia, C. Ch. Gips,, met bepaling, dat dit
ontshg wordt geacht te zijn ingegaan op 10
December 1899;
met ingang van 6 Jan. 1909, op verzoek wegens
ziekte, eervol uit zynbetrekking, de opzichter
lste klasse bij den waterstaat en 's lands b. o. w.
G. Rapp.
Ontslagen: Op verzeek eervol uit 'slands
dienst, de verificatour 4de kl. bij de in- en uitvoer
rechten en accijnzen te Balawan (Oostkust van
Sumatra), R A. L. Robert.
DEPARTEMENT VAN OORLOG. Verleend:
Een maaud verlof wegen3 ziekte naar Salatiga,
aan den lsten luit. bij het 5de bat. F. J. Bleeker.
Ontslagen: Eervol uit 's lands dienst de
gewezen teekenaar lste kl. bij dea artillerie con
structiewinkel te Soerabaia J. J. Manz.
Overgeplaatst: Van den genie-dienst te
Semarang by dien te Baras, de lste luit. der genie
P. L. De Gaay Fortman.
Bij het wapen der geuie.
Overgeplaatst: Aan de werken te Baros
bij die te Semarang de militaue opzichter der
genie lste kl. adjudant onderoffic. J. S. G. Reynders.
Bij bet wapen der artillerie.
Bevorderd: Tot majoor, de kapitein J. G.
Van Kooten; tot kapitein, de lste luit. L. Tielenius
Kruythoff.
DEPARTEMENT VAN MARINE. Gedeta
cheerde Met ingung-van 4 Februari 1900 naar
Europa, do hoofdingenieur, eerstaanwezend jugo-
meur bij hot marine-etablissement te Soerabaja,
H. Siebers.
Bij het marine etablissement te Soerabaja:
Benoemd: Met iügang van 1 Januari 1900
lot directeur, de op \erzook eervol uit Hr. Ms.
zeedienst ontslageu kapitein ter zee bij de konink
lijke Nederlaudscbe marine, H. Veldhuyzen. thans
belast met de waarneming der eerstgenoemde be
trekking.
Ingetrokken: Met ingang van 31 December
1899, de detacheering van den luit. ter zee der
lste kl. bij de koninklijke Nederlandsohe marine
W. Houwing.
Gedetacheerd: Met ingang van 1 Jannari
1900, de luit. ter zee dor lste kl. bij de Koninklijko
Nederlandsche marine K. J. Karseboom, ten einde
de betrekking te vullen van onder-equipagemeester
bij genoemde inricbtiDg.
Opgave van passagiors van Batavia vertrokken
per stoomschip .Prinses Amalia™ naar Genua en
Amsterdam; gepensioneerde onderwijzer lste klasse
H. D. J. Rijnenboig met echtg. en 6 kinderen,
predik, der Frot. gemeente J. H. Ch.. Israël met
echtg. en 3 dochters, Stok en echt., 2deJuit. inf.
H. YV. Hcnnus en echtgv; lste luit. inf. P. F. M.
Dammers met echtg. on 2kinderen, kapt. gon. staf
Spillet en echtg., D. L. Graadt van Iloggen en
kindje, L. Broekhuizen, J. Staal, J. S. Hartog en
zoontje, G. C. De Vaynès van Brakèl Buijs, E.
Jaworski, F. Newolski, N. G. Van den Akker,
F. Lieftinck;
te Padang embarkeeren: luit. Sandberg met
echtg. en kind;
naar Padang; H. J. Meertens, C. Stolz met echtg.
en kind.
BEVALLENM. Vincourt gob. Ram D. J.
Betgen geb. Ligtvoet Z. M. W. Tuithof geb.
Uljee Z. C. M. De Roos geb. WijckhuyzeZ.
J. Kruit geb. v. d. Berg Z. M. v. d. Reyden
geb. v. Gelder Z. A. Mulder geb. Verkaden Z.
E. J. M. Aalberse geb. Schmier D. W. De Koode
geb. Staffeleu D. M Susan geb. De Vroede Z.
Smits geb. Hengstmengel L>. H. Horree geb.
Blankwaardt Z. J. Brier geb. Geeben D. A.
v. d. Staay geb. De Vogel D. A. C. v. Wouden
berg geb. Van Ovost D. M. Jansen geb. Pad
dist Z. A. M. Sabron geb. Ilissink D. L.
Fallaux geb. Prommel Z. A. E. v. d. Worm
geb. Keyzer Z. M. Peter geb. v. d. Linden Z.
M. M. A. Humme geb. Rozeboom Z. M. A.
Westerveld geb. Sloots Z. J. Korenbof geb.
Tegelaar D. C. Dirkse geb. Van Ulden Z.
E. Pbilippo geb. Dreef Z.
GEHUWD: F. H. J. Driessen w. 53 j. en A.
H. flartwijk jd. 39 j.
OVERLEDEN F. J. Blankert Z. 54 j. - C. M.
Hasselbach geb. Dekker V. 87 j. A. WJllems
geb. Meyer V. 52 j. A. J. YVeyers geb. Ziok-
veyl W. 78 j. L. Schlichter M. G5 j A. J.
Kors M. 57 j. J. Neuteboom geb. Van der Beek
V. 29 j. P. L. Rijnders Z. 71 j. A. S Q.
Zaalberg D. 69 j. H. J. G. Kroon Z. 18 j.
J. Lambenon geb. Leuering \V. 76 j. J.J. YVyling
Z. 3 m. M. De Best Z. 4 m. J. De HaaaM.
67 j. F. W. Melot Z. 69 j. E. H. Rodbard
D. 72 j. P. J. Boers Z. 50 j. H. J. Cornelissen
Z. 3 w. M. Caben M. 58 j. J. Teske Z. 43
j. E. Bekooij, geb. Bavelaar W. 79 j. J. M.
De Gunst geb v. d. Ueyden V. 74 j. A. Tegelaar
Z. 20 j. A. A. J. eldhuizen geb. Weel D.
levenl. M. Hoogkamer D. 19 j. W. J. Ouds
hoorn M. 75 j. A. M. Van der Stok geb. Steen
man V. 40 j. J. De MunDik M. 69 j. 0. M.
Oosterman geb. Van der Windt D. levenl.
BODEGRAVEN. Bevallen: J. Oosterom geb.
Rijvers D. J. Blonk geb. UogeDdooro Z. D.
Esveld geb. Van Leeuwen D. M. Griffioen geb.
Wijnstok Z. A. Van Dam geb. Verburg Z.
Gehuwd: A. Den Uijl, wodr. van M. Yloogen-
doorn, 33 j. eu J. Van Donk, 22 j. C. A. De
Klerk, jm. 27 j. en C. Bunnik, jd. 23 j. J. J.
Bardelmeyer, jm. 22 j. en A. De Bruin, jd. 25 j.
NIEUWKOOP. Bevallen: tl. Van Middelkoop
geb. Sonneberg D.
Overleden: C. vau Leeuwen, echtg van S.
Otto, 65 j. Corn. Weerdoburg, D. 2 j. F.
Brusse, echtg van G. Brons, 31 j. A. Van Dam,
wed. van C. Brusse, 63 j.
NOOR D YV IJKER HOU 1'. Geboren: Hendrika
CathnriDa, D. van N. J. Alkemade en C. Bergman.
Overleden: Th. \ran don Berg, 81 j., wednr.
van M. Van der Voort.
OUDSllOORN. Bevallen: J. J. Dillo geb.
Van YVinkel, D.
Overleden: N. M. Ketel, D. 6 m.
TER-AaR. Bevallen: S. A. Koopman geb.
Kosting, Z. M. J. Lommerse gob. Egberts, D.
ZEVENHOVExN. Overleden: P. H. J. Spren-
ger, 14 m.
Staat der bevolking van (le gemeente
Sassen luim.
Aantal inwoners op 1 Jan. 1899.
Gemengd Nieuws.
M. V. Tot.
1899 944 912 1856
Bygekomen door geboorte 3? 44 81
vestiging 94 111 205
Totaal 1075 1067 2142
Vermin, door overlyden 17 23 40
vertrek
Totaal
Eindtotaal
op 1 Januari 1900
79 91 170
96 114 210
979 953 1932
D9 papegaai der Koningin.
Ter gelegenheid van het nieuwe jaar wilde
de Koningin van België zekeren knanp, aan
wiens vader zy verplichtingen had, een papegaai
ten geschenke geven. Er werd er een ont
boden, maar men stelle zich de ontzetting
van het Hofpersoneel voor, toen het ci9r,
nauwelyks ten paleize aangekomen, luidkeels
begon te schreeuwen: „Weg met den Koning!
Weg met den kartonnen Koning l Leve de
Republiek 1"
De Koningin had den vogel nog niet gezien
of gehoord en men was op het punt hem to
doodeo, toen H. M. tusschenbeide kwam. Meu
zou beproeven het beest te bekeeren. Dit is
wondervol gelukt: het is reeds in handen
van zyn nieuwen eigenaar en houdt niet op
„Leve de Koningl" en „Leve de Koninginl"
te roepen.
By.Privas (Frankryk) zyn Zondag
avond drie mannen en een jongen met een
door twee paarden getrokken wagentjs van
een steilte gestort. De mannen bleven op do
plaats dood; de jongen had een gebroken
been. Een der omgekomenen was vader van
zeven kinderen.
Aaneenschakeling van ongeluk
ken. Hot oudste lid des Franschen Senaats,
de heer Vallon, de vader der Constitutie, ver
zocht Zondagmiddag in de bibliotheekzaal den
bode Merlier, terwyl deze met den journalst
Cblncholle stond te praten, hem zeker boek
deel aan te reiken. Het was al donker en
Merlier klom, een kaars in de hand, op een
stoel, kreeg het verlangde werk, maar ver
loor by het afstappen het evenwicht, zoodat
bode, kaars, boek en stoei over den grond
tuimelden. De ruim zeven en tachtigjarig©
Senator liet zich in een armstoel zakken en
verloor van schrik het bewustzijn. Da vlana
mende kaars dreigde het vloerkleed vuur t©
doen vatten, maar Chincholle trapte haar
uit. Op het geschreeuw van Merlier schoten
verschillende personen toe en b-urden hem
op; hy bleek den arm te hebben gebroken,
Luid gilleud werd hy, met behulp zijner
vrouw, naar bun vertrekken geleid, terwijl
twee Senatoren den heer Wallon voor het
vuur schoven en met thee en rum bijbrachten.
Thans heeft men -op het land
goed van dokter Noach te Lyon ook den voet
en den rechterarm van do in stukken ge
sneden vrouw teruggevonden. Daardoor is
dokttr Lacaisagne in staat gesteld te ver-
eonigen het lichaam van het slachtoffer, dat
blykt toe te behooren aan een vrouw vat*
middelmatige grootto, van een ouderdom van
vyftig jaren.
Maandag werd de indentiteit van het ïyk
vastgesteld. Het hoofd, neergelegd in do
Morgue, werd herkend door de dochter en den
schoonzoon van het slachtoffer; de vermoord©
vrouw bleek te zyn zekere vrouw Latlnet,
wonende 'tin de rue Duuoir te Lyoof en was
sedert een jaar verdwenen. Men vermoedt den
moordenaar op het spoor te ztyn.
Ook zijn nog overbiyfselen van een tweed©
slachtoffer gevon Jen.
i)
I.
Het was een van die wonderschoon© voor-
Jaarsdagen, zooals onze zuidelyke naburen dio
slechts kennen. De amandelboomen stonden
in vollen bloei, toederwitte en bleekroode bloe
men bedekten in menigte de dalen, een zoele,
geurige wind streek over de met ruischende
hoornen bedekte hoogten. Nieuwsgierig en
toch vreesachtig schuchter, als genoot zy een
lang ontbeerde vryheid, trad een jongedame
nog byna een kind door den stillen
slottuin. Haar gang was sierlyk en ietwat
huppelend. Da kleine voeten staken in hoog-
gehakto schoenen, ha.r kleeding was naar
verhouding kort, doch naar de toenmalige
mode buitengewoon opgevuld. Het haar was
kunstig gefriseerd en wit gepoederd, het gelaat
bloeiend frisch en van een jeugdige volheid, de
oogen waren levenslustig en schitterend. Twee
groote jachthonden liepen luid blaffend om
haar heen, waarvan de oen telkens tegen haar
opsprong.
„O, Castor," riep zy verschrikt, „wat ben
je toch wildl"
Daarby sloeg zjj lachend naar den hond en
liep, hem steeds plagende, door de buitenste
slotpoort in de richting van het dorpje
Leuronsac. Niemand scheen haar heengaan
op te merken. Immer lachend en luid spre
kend met haar honden, liep zy langs hardo
rotswegen bergopwaarts. De zon schoot haar
brandende stralen naar beneden, die haar
echter niet schenen te hinderen. De ongewone
beweging in de vrye lucht was haar zeer aan
genaam, en slechts van tyd tot tyd bleef zy
staan om adem to scheppen. Dan zag zy
tevens verbaasd en verwonderd om zich heen.
Van hier toch had men een veel ruimer
gezichtsveld dan van het slot zelf. Vry en
onbelemmerd rustte hier de blik op de schoone,
indrukwekkende bergen in het noorden en
oosten, waarvan de toppen scherp tegen den
helderen horizon afstaken.
„O, hoe schoont" sprak de jongedame tot
zichzelve.
Nu nog eenige haastige sprongen "en zy
stond boven by den ouden, vervallen toren,
waar het uitzicht volkomen vry was en door
de zich rondom bevindende olyfboomen niet
meer belemmerd werd.
Diep ademhalend bleef zy bier staan.
Nu eerst zag zy, wat zy zoo lange jaren
had moeten ontberen, toen men haar zoo
zorgvuldig behoed had, dat zy niet buiten
de slotmuren had mogen komen. Thans be
merkte zy eerst, hoe heeriyk de lente, hoe
schoon de aarde, hoe liefiyk haar geboorte
streek was. En die streek behoorde haar in
den meest volstrek ten zin des woordal Zy
was haar eigendom, althans baar erfeDis. Als
eenige dochter van den burggraaf Etienne
De Leuronsac, behoorde haar, na den dood
haars vaders, alles, wat haar omgaf.
In droomend peinzen ea genieten verzon
ken, stond burggravin Madeleioe De Leuron
sac daar langen tyd en bemerkte niet, dat
achter haar, uit den ouden, verweerden toren,
een man te voorscbyn trad, die een recht-
streek8ch afstammeling der holbewoners scheen
te zyn. Hy had trotsche, donkere gelaatstrek
ken, stoppelig haar en baard, bloote voeten
en een dierenhuid achteloos om de schouders
geworpen. Verbaasd en bewonderend aan
schouwde hy de jongedame, die hem nog
altyd niet bemerkte. Hy kon ongeveer drie
of vier en twintig zyn; zyn gelaatstrek
ken, ofschoon somber en niet byzonder ver
trouwenwekkend, waren niet bepaald leelyk.
Zyn oogen verrieden een buitengewone
dapperheid, een aan doodsverachting gren
zende vermetelheid.
„Komaan, burgeres," zei hy, na een oogen-
blik wachtetis, met scherpe, snydende stem
en op hooaendeo toon, „ziet men u eindeiyk
ook weder?"
Madeleine wendde zich, haastig uit haar
droomeryen opryzende, naar den spreker om
en werd doodsbleek. Er was dan ook nauwe
lyks grooter tegenstelling denkbaar dan deze
verwaarloosde, blykbaar in ellende levende
man, en de in weelde opgegroeide burggravin,
die slechts door een verzuim harer kamenier
aan de zorg haars vaders ontsnapt was.
„Er zyn echter verscheiden jaren voorby-
gegaan, dat ik u niet gezien heb, burgeres,"
voer de man grynzend voort, „en gy zyt in
dien tyd oen hupsch persoontje geworden.
Te drommq), de tyden moeten op het slot
toch niet zoo slecht geworden zyn als men
beweerde l"
„Wie. wie zyt gy?" stotterde Madeleine.
De man lachte. „Ha, ha! Ik wil wel ge-
Ioovod, dat gy my Diet meer kont. Men
verandert nogal in vier jaren, vooral als alles
verandert. En hoe heeft in deze vier jaar alles
een andere gedaante aangenomen! Het is een
nieuwe wereld, waarin we thans leven. Thans
kent men geen heeren meer en geen dienaren,
geen graven en boeren, geen vorsten en
knechten; thans zyn er slechts burgers en
burgeressen. „Vryheid en gelykheid," klinkt
het overal, en de burggravin De Leudonsac is
heden net zoowel een gewone burgeres als
ik, Jacque3 Beaucbêne, de vroegere geiten
hoeder van den burggraaf De Leuronsac, een
burger ben."
„Jacques Beauchêne?" antwoordde Made
leine, nog steeds bevreesd en aDgstig. „Ik
ken u niet."
„Nu, zooveel te beter zal burger Etienne
De Leuronsac my kennen, of zyn rent
meester, Maurice Grandsoif, indien deze nog
leefde. Ik draag zyn wapen op den rug. Wilt
ge de litteekens zien, burgeres, die ik van
zyn gee8ehng gehouden heb?"
Madeleine trad ontzet eenige schreden
terug, doch bleef weder staan, wyi Jacques
Beauchêne haar snel en dreigend naderde en
met geweld by de hand vasthield.
„Ontwyk my niet, burgeres; roep ook uw
honden by u, wanneer zy u lief zyn," sprak
hy dreigend. „Ik wil u niets doeD, gy behoeft
my dus niet te vreozen; maar aanhooren
zult ge my, nu het noodlot u eenmaal
in myn handen heeft gevoerd. Biyf staan,
burgeres, of
„Myn hemel, Jacques Beauchêne, wat wilt
ge van my?'' riep het jonge meisje sidderend,
terwyi het daar als een hulpelooze stond. In
haar stralende, vrooiyke oogen welden tranen
op van angst en schrik, en do man voelde, hoe
de kleine, donzige hand in de zyna beefde.
Ietwat verlegen lachende, liet hy haar los.
„Roep uw honden terug, burgeres, zij
schyneu al te levendigen trok naar myn
boenen te hebben, en laat ons dan als gelyken,
zooals tegenwoordig het gebruik is, met
elkaar onderhandelen. Verstaat g....?"
„Castor, Pollux, terug!" riep het jong©
meisje. „En nu, Jacques Beauchêne, wat hebt
ge my te zeggen?"
„Ik zal u wellicht een weinig beleedigen,
nu ge my niet meer kent; doch om uwentwil,
burgeres, heb ik myn eerste afrossiog van
mynheer Grandsoif ontvangen. Dit is nu
zeker ongeveer tien jaar geleden; gy waart
toen nauwelyks zevon of acht jaar. Dat ik
het niet vergeten heD, daarvoor zorgde Mau*
rice Grandsoif. Die man paste voor xyn ambt.
Niemand in heel Frankryk hanteerde d©
zweep zoo dapper als hy. Wat kon ik er toch
eigeniyk tegen doen, dat ik u met mön
fluitje uit het slot naar de velden lokt©, waaj^
myn geiten graasden? Kunt ge hét u nogj
herinneren, burgeres? Gy, ondankbarel Hoe^
veel houten fluitjes heb ik vrooger voor
gesneden
Wordt vervolgd.)