MENGELWERK.
Bears van Amsterdam.
mm
standers niot. Zy verwarren het vr\Je met het
noodzakelijke en stellen wisselende vormen
met blijvende beginselen op één ljjn. In dit
opzicht geeft schr. een merkwaardige parallel
tasschen Paus Leo XIII en Paus Pius IX.
„Geen katholiek zal Roomscher willen zijn
dan de Paus zelf. Ba let nu op, hoe, na
Pius IX z.g., die intransigent moest zijn en
met allerlei moeilijkheden te kampen had,
Leo XIII ie gekomen, de man des vredes.
Yoor den oppervlakkigen beoordeelaar weer
spreekt de tegenwoordige Paus zijn voor
ganger. Maar hy, wiens blik dieper speurt,
ontwaart alras, dat, moge ook het tempera
ment der beide opperpriesters verschillen,
Leo XIII in geon enkele za3k van principe
Pius IX verloochend heoft. Integendeel: de
waarheden, die Pius verdedigde, belijdt ook Leo.
Toch is er in beider optreden een groot
onderscheid waar te nemen. Ea nu vr3gen wij
zegt dit verschijnsel ons Diets? Is het den
katholieken geen vingerwijzing, hoe zy in
dezen tijd en onder de tegenwoordige omstan
digheden hebben te bandelen?.... Leo XIII
tracht de moderne Maatschappij en ook den
modernen Staat te verzoenen met de kerk.
Maar zal daarom iemand, die katholiek wil
heeteD, durven beweren, dat de regeerende
Paus minder beginselvast is dan Pius IX?
Zijn de encyclieken „Immortale Dei" en „Li-
bertas" minder katholiek, dan de „Syllabus"
en „Quanta Cura"?"
En hieraan knoopt schr. ton besluite voor
zijn party on geloofsgenooten de volgende
wenken vast:
„De katholieken moeten het moderne leven
ineeleveD, daar zjj anders gevaar loopen te
worden uitgesloten. Zij moeten den vooruit
gang niet schuwen, omdat er zijn, die van
dit woord, dat ook een foit is, misbruik heb
ben gemaakt. Zjj moeten niet stelselmatig
toornen tegen het nieuwe, als een partij, die
geen toekomst heeft.
En wat in het byzonder de katholieken van
Nederland betreft, zij hier nog eens herinnerd
aan de niet te miskennen waarheid, datcon-
possumus-politiek ten onzent den indruk maakt
van een hors d'oeuvre. En ten andere, dat
ons land een land is met gemengde bevolking,
afkeerig van uitersten, in welke richtiüg ookl"
Bij de oorlogsbegrootiDg bracht de heer
Lieftinck den toestand van onze cava
lerie ter sprake, die, naar algemeen bekend
is, allesbehalve gezond mag heeteo. De heer
Lieftinck vroeg of de Minister daar niets van
wist, of de Inspecteur van dat wapen, of de
opperofficieren er nooit van hadden gesproken,
dat verbetering dringend noodig is. Hij laakte
het, dat er opperofficieren werden gevonden,
die by dat wapen bleven dieneD, weteüde,
dat het in zoo treurigen toestand verkeert.
Die beschuldiging heeft de gepensionneerde
generaal-majonr van de cavalerie jhr. A. W.
Yan der Wyck zich aangetrokken, en in de
Nieuwe Roltcrdamsche Courant verklaart hy,
dat by, van het begin van zyn optreden als
Regimentscommandant, niet heeft opgehouden
Dp een grondige verbetering van zyn wapen
aan te dringen. Maar de inspecteur deed geen
poging om tot verbetering te komen, integen
deel ging de cavalerie aanhoudend achteruit.
Men heeft, zoo schrijft de heer Van der
Wfjck:-^.
„Men heeft nu alleen militie, die 12 maan
den bljjft, terwijl het gehalte er van hoege
naamd niets ls vtrbeterd.
Het verhoogen der aanbrengpremien is een
maatregel, die wel geld kost, maar niets uit
wint, terwijl ook in het verschiet geen ver
beteringen van ingrijpenden aard zijn aange
kondigd.
De militie zal ook in het vervolg slechts
12 maanden onder de wapenen gehouden
kunnen worden.
Vulgens mijn innige overtuiging is al het
geld, aan zulke militie besteed, weggeworpen;
zij is vclkomen onbruikbaar, kan in het minst
niet in aanmerking komea ter aanvulling der
ontbrekende vrijwilligers en zal in tijden van
gevaar wel de getalsterkte der cavalerie ver-
grooten, doch baar slagvaardigheid niet, zoodat
de moeilijke taak, die aan de cavalerie in
oorlogstijd wordt opgedragen, met zulke
troepen ten eenenmale onuitvoerbaar is, en
slechts oneer over de aanvoerders kan brengen.
Met halve maatregelen komt men er niet.
Met moet zich losmaken van den meerderen
of minderen toeloop van vrijwilligers door by
de cavalerie de militie minstens 2 a 3 jaar
onder de wapenen te kunnen houden.
Beweer niet, dut dit nimmer van de volks
vertegenwoordigers te verkrijgen zal z\jn. Ik
beken wel, dat bet moeite zal kosten, maar
als de Minister met al den gloed zijner over
tuiging klaar on duidelijk de noodzakelijkheid
er van betoogt, krijgen ook de Kamerleden
steun tegenover hun kiezers, en als men
d3n steeds maar op hetzelfde aanbeeld blyft
hameren, zal misschien een meerderheid be
grijpen, dat het toch onverantwoordelijk is, om,
zooals tot nu toe, de millioenen voor oorlog
zonder eenig nut jaar op jaar weg te werpen.
Tegelijkertijd beproeve men op ernstige
wijze den toeloop der vrijwilligers bi) de
cavalerie te vermeerderen."
De schrijver doet dan een gansche reeks
middelen ter verbetering aan de hand.
ID© tenor Ohollet.
Lodewyk XVIII zat op den vermolmden
Franschen troon. Men had hem or van over
tuigd, dat slechts de godsdienst in staat waa
aan de revolutie deo kop in te drukken en
daarom nam hij het besluit, zoowel zijn onder
danen als den hovelingen een voorbeeld van
Christelijken deemoed te geven door met
Paachen in de kerk St. Germain l'Auxerroia
opeüiyk en plechtig den dienst te gaan bij
wonen.
Het was een prachtige Aprilmorgen. Reeds
vroeg hadden de troepen met schetterende
muziek en wapperende vaandels hun kwar
tieren verlaten, om den weg van de Tuilerieên
tot de kerk af te zetten. Geheel Parijs was
op de been en de feestelijk getooide menigte
verdrong zich babbelend en jubelend in de
nauwe ruimte, die achter de soldaten voor
het volk was open gelaten.
Men was in de meest opgewekte stemming
en verbeidde met ongeduld de komst des
Koning8.
Eindelijk naderde deze onder het donderen
der kanonnen, het beieren der klokken en het
VTOoiyk gejuich der menigte, omgeven door
de leden der koninklijke hofhouding. Yoor
het portaal der kerk aaDgekomeD, steeg de
Koning, die de jicht in de beenen had, lang
zaam uit zijn koets en wilde juist de kerk
binnentreden, toen de pastoor hem aan het
hoofd zijner geestelijken te gemoet trad en
hom begroette met een redevoering, die heel
lang duurdo. Do Koning, die pijn in de voeten
kreeg, wiegelde van het eene been op het
andere, doch daar dit steeds zijn gewoonte
was, beschouwde niemand het als een teeken
van ongeduld. Reeds verscheidene malen had
h\j als om hulp zoekend om zich heen gezien,
doch tevergeefs. Eindelijk kreeg hy den hertog
van Birry In het oog en wenkte hem nader
te komen.
„Wat duurt dat verschrikkelijk lang, Berry,"
begon hy.
„Ja, Sire," fluisterde de hertog.
„Ik kan mij nauweiyks meer overeind
houden. Is er geen middel om dien stroom
van welsprekendheid te stuiten?"
„Niets gecuakkeiyker dan dat, Sire," ant
woordde B^rry op gedempten tooD, „wanneer
gy my maar do vrye hand laat."
„Yan harte gaarne, maar laat niet merkeD,
dat ik er do oorzaak van ben."
De hertog van Berry ging een paar passen
achteruit, wenkte een officier der ïyfwacht tot
zich en fluisterde hem een paar woorden in,
waarop deze zich verwyderde. De pastoor
sprak nog maar steeds door.
Opeens roffelden de trommen, donderden
de kanonnen en onder het gelui der klokken
en het gejuich der menigte stapte de Koning
den verbaasden geestelyke voorby en de kerk
binnen.
De kerk was geheel vol. Al watParysaan
ouden en nieuwen adel binnen zyn muren
bevatte, was daar byeen, om den kerkgaDg des
Koninga meer luister by te zetteD. Zoodra Zyne
Majesteit had plaats genomen, begon de dienst.
Lodewyk zat onbeweegiyk In zyn leunstoel,
aan alle kanten door kussens omgeven, om
hem de buigingen, die het rituaal voorschryft,
zoo gemakkeiyk mogeiyk te maken.
Da vlak tegenover den Koning zich bevin
dende koorbanken waren byna geheel bezet.
Juist vielen de zangers in, toen plotseling de
deur dor sakristie openging en een magere,
in koorhemd en soutane gekleede gestalte
daaruit te voorschyn kwam, om haastig op
een der opengebleven plaatsen in het koor
toe te treden.
Daar gekomen, keerde hy zich naar het
altaar en boog zyn knie, waarby een breede
sabel onder zya soutane zichtbaar werd. Wel
is waar haastte de jonge man zicb, het onder
het vreedzamo gewaad van den priester ver
borgen wapen aan de oogen der omstanders
te onttrekken, doch te laat; men had het
reeds opgemerkt.
Met een van schrik doodsbleek gelaat gaf
de hertog van Berry bevel de kerk met een
compagDie grenadiers te bezetten. De zyschepen
werden ontruimd, en daar, waar zoooven nog
het vrome gezang weerklonk, kletterden nu
geweerkolven op het marmeren plaveisel.
Verbaasd vroeg de Koning naar de oorzaak
van dat tumult.
Aarzelend fluisterde men hem toe:
„Een priester bedreigt Uwer Majesteits leven."
Inmiddels had men om den prefect van
politie gezonden. Spoedig was deze ter plaatse,
en eer nog de niets kwaads vermoedende
zanger eenig begrip had van de reden der
heerschende verwarring, werd by plotseling
door twee stevige grenadiorsknuisten beetge
pakt en naar de sakristie gesleept.
Deze waa vol soldaten, en de hevig ont
stelde jongeling werd voor eeQ heer gebracht,
die door zyn witte sjerp den rechter verried.
„Gy hebt wapens by u?"
„Neen. Ik beb slechts myn sabel 1"
„Waarom draagt gy die zoo zorgvuldig
onder uw soutane verborgen?"
„Omdat het geen gebruik is die over het
priestergewaad te dragen."
.Mgn hoer, spaar uw grappenl Bedenk, dat
uw hoofd op het spel staat 1"
„Myn hoofd?"
Beiden, zoowel de rechter als de beschul
digde, keken elkaar verbaasd aan. Eindeiyk
vervolgde de eerste:
„Uw beroep?"
.Ik ben korist by de groote opera en tevens
hoornblazer by de nationale gardebovendien
nog koorzanger in deze kerk. Ik wachtte het
etede der redevoering van den pastoor af.
Toon hy zoowat op de helft was, kregen wy
bevel een fanfare te blazen, en daar alles
gauw giDg, had ik geen tyd genoeg om
■ag te verkleeden en was lk wel gedwongen
dese soutane over myn uniform aan te trekken."
Ka deze verklaring werd het verhoor ter
atoid opgeheven.
De rechter verwyderdp zich en het volk
werd weer in de zyschepen der kerk binnen
gelaten.
Eerst na het eindigen van den dienst ver
nam de Koning de grappige aanleiding der
opschudding en nauweiyks kon hy zyn lachen
bedwingen. Toen hy de kerk uitging, viel de
rustverstoorder hem in het oog en een genadig
kDikje stelde den ongelukkige voor den uit-
gestanen angst schadeloos. Den volgenden
dag zond de Koning hem, om geheel te be
komen, tweehonderd franken.
Deze, op zicbzelve nietige oorzaak, had voor
den armen zanger, die niemand anders was
dan de later zoo beroemde tenor Chollet, de
gewichtigste gevolgen. De Koning verloor hem
niet meer uit het oog en gaf hem by iedere
gelegenheid nieuwe bewijzen van zyn wel-
willendheïc^ die hy tot het einde van Lodewyks
regeering bleef genieten.
5 Jan. 1900.
Staatsleningen.
Vor.
Koers
pCL
koera.
Loden
Ned., Cort. Nat. W. Schuld 2*
79%
80
dito Obl. dito 3
92*
dito Cort. dito8
Ooetcnr., Obl. Pap. Mei'Nov. 5
92^
81*
92*
61%
81*
dito ZDv. Jan.'JnlL 5
81^
Portugal, Obl. 1853/1384 mot
tickot t 100 .8
Rub!and, Binncol. 1894. 4
22%
91%
95 >6
22%
62*
95*
W*
62
ditolSS9bij Rothsebüd Rb.625 4
dito Hop©Co. 188990 Rb. 625 4
Spanje, Perp. Schuld Baitenl. 4
61%
Turkijo, Ge p. Coov. L 1890 .4
89X
dito Douane ObL 18365
93*
22*
24*
37*
57*
dito Gcconv. Leening Serie D
dito dito 0
Mexico, Binnenlandsch.5
Brazilië, Obl. 1889. 4
2?%
25*
83%
67*
Ind. en Fin. Ondernemingen.
Koloniale Bank Aand.
62*
84*
149*
N.-I. Handbk. Aand.
KT
Ned. Handolm. Aand.
Socr. Bank II. lea.A. OM,
Tabafcsondcrocmingen.
Amst. Deli Comp. Aand. -
679
676
Amst. Sum. Cult.-MJj.
Arendslmrg Certificaten.
128*
618
123
Dcli Batnvia-Mpjj. Aand,
326
330
80*
Besoeki Tabak Mij.
dito Cultncr-Mpij. Aand.
89*
96
Dcli-Maatschappij Aand.
419
420*
d° Langk. C.v.A- Nom.gar.kap.
Langk&t Tabak-MQ
128*
130
Mcdan Tabak-Mpij. Aand..
247
Rottcrd. Doli-Mpij. Aaud.
230*
419*
234
Sencmbah Mpp. Aandeden.
422
Scrdang Tabak-Mft. A-
314
218
Fabrieken.
Delft. Dist. Gist ca S.-Fabr. A.
dito Obligatiën
N. Venn. Glast en Kolenm. A.
K. N. Beiersch Bierbr. ObL 4
Kon. Mpg. de Scheld© Obl.
101*
Ned. Gist- Spiriltufabr. A.
dito dito Oblig.
99
Stoomb.hr. 't Hasntjo Aand.
149
Wester Suikerraffiaad. Aand.
196
195*
Z. H. Bierbr. Hjtj. Oblig. 5
102
Scheepvaart-Maatsch.
Holl- Stoomboot-Mij
132
Kon. Ned. Stb -Mpïj Aand.
161
Kod. Pakotvaait-Mpij. Aand.
166*
166*
Kon. Weat-Ind. Maild. Aand.
114*
Ned. Amer. Stoomr.-Mpg. A.
103*
mm
Ncd. Scheepvaart Mij.
Rottcrd. Lloyd Aandeden
138
187
Stootnv.-Mpij. Ncderl. Aand,
178
171*
Stoomv. Mij. „Ooirtzeo''
Stoomv. Zeeland Aand
dito dito dito pref. dito
20
Stoouir. Zooiand Oblig..
67
Petroleum.
Amst. Ram. Petr.-Mij.
60
63
60
Dordttcho Pc(r. My. Pref. A.
123*
83
122
El rasser Petrolmim-Mpij. A.
Petroleum-Mij. „Galiciö" A.
HolL Rum. Potroleuro-Mij. A.
63
Kon. Ned. Mjj. t. Ex. Petr. br. A.
276
384*
133*
„Moeara Enim" Aand.r.
180
M.t Ex. Oliebr. in Hannover, A.
60
Maatsobap „Panolan" Gert. f
280
Nodcrl. Petroleum-Mpij. A.
13
dito Rum. Petrol.'Mij. A.
40
Schibaieff PotroL-Mij.
108
108
Sumatra Palciubang i
85
85*
Mijnbouw.
Guyana Goud
246
mm
Ned.-lnd. Expl
87
80
Mijnbouw
83*
85*
Noord Celebes
99*
99*
Mijnb. Mij. „Socmalata" A.
210
220
220
Diversen.
Mpg. Krasnapolsky Aand..
dito dito Oblig. 4
Wink.-Mij- „Eigen Hulp" A.
Spoorweglecningen.
HolL IJzercn-Spw. Mg. Aand.
109
O.
ObL dito3
w*
98*
M. t. ExpL v. St. Spw. Aand.
1(L*
Italic, Z.-Ital. Spw. Obl. A-H 3
Polen. Wars.-Ween en Eb. 625. 4
169*
Rusl., Balt. Spw -AancL. 3
Fast. Spw.-Mij. Aand. 5
Weickacl Lit. Aand.. .5
■o
Wlodiltawkas Obl. Rb. 125 4
95*
Amerika, Atchison Top.O.T.A.
19
2t>
Pref. Aand. dito
68%
61*
dito Alg. Hyp. ObL 4
9.*
26*
Adjnatm. Oblig4
78
Control PaciGo Aand. .4
Denver Rio Grande 0. y. A.
17%
18%
Eno-Sp.-Mjj. Aand.
11*
11*
Cluo Erie lo Hyp. ObL
109*
Kans. City Belt-sharw
Lornsv. Naahv. Cert v. Aand.
7'*
79*
Mina. Kans. Toxaa C. y. A.
10*
10*
South. Pao. Co- gerr. A.
86*
37*
Uuion Pao. C. A.
45*
47%
Canadian PaciGo C. v. A.
92*
Premiolconlngen.
NederL, Stad Amsteru. /TOO 8
uo*
110*
Turkye, Deoiung 1870 -
29*
29*
Spanje, Madrid 1868,8 pet.
34*
34*
De Ilarz ia winterloilet.
Een stadgenoot, die een uitstapje naar
den Harz maakt, heeft eeDige indrukken
op papier gebracht. Na zyn reis daarheen en
enkele andere zaken verteld te hebben, als
mede hoe prettig het hier en daar is, vervolgt
hy aldus:
Aan alles komt een eind, dus ook aan
gezellig 8amenzyn, zoodat ik bly was toen ik
tegen één uur in myn warm bed lag. Nadat
ik den volgenden dag in Hannover myn zaken
had afgedaan, ging ik na den middag via
Braunschweig naar Hartzburg; zooals velen
welbekend, geeft het traject tusscben B. en
Vienenburg niet veel natuurschoon, doch
nauweiyks Vienenburg achter den rug, heeft
mes by heldere lucht reeds een beeriyk ge
zicht op de bergen en de bosschen. Toen ik
dan ook in Harzburg uitstapte, JBbest lk eerst
eens om my heen zien en van het heeriyk
natuurschoon genieten. De Buttenberg, waarop
men ziet als men te H. op het perron staat,
was niet te beschryven mooi, en dan de
Herzog-Wflhelmstrasse Ingaande, dat heeriyke
gezicht op den Burgberg en omgeving! Velen
van uwe lezers zullen Harzburg wel in den
zomer hebben gezien, maar laat hen toch
eens in den winter een paar weken hier
komen; Kurhaus en Actienbótel zyn natuur-
lyk gesloteD, en wil men het gewimmel van
oen badplaats zien, dan moet men niet komen,
maar wil men de natuur, het bergwinter-
landschap in al zyn pracht, kom dan in den
wintertyd als hier dikke sneeuw ligt: die
bergen en bosschen als door een grooten
suikerstrooier bestrooid, en kan men niet in
Kurhaus of Actionhótel logeereD, Herr Assche
heeft zyn Hótel Lindenhof steeds geopend
voor de vele vreemden, die hier 's winters uit
Hannover, Beriyn, Maagdenburg en andere
Duitsche steden komen.
Ik ben voor 25 jaren ongeveer een jaar
bier geweest, dus heb ik den Harz in alle
jaargetyden gezien, maar de Harz in den
winter spot met alle beschrijving. Nu weet ik
zeer goed, dat het elk niet past om, dag in,
dag uit, door de sneeuw te waden om berg-
toeren te maken, doch de ar is hier het
middel van vervoer, waardoor het beduidend
goedkooper is dan by ons; voor een mooie ar,
ruim zitplaatsen biedende voor 4 personen, moet
men bier 16 17 mark betaleD, dus f 10.
Maakt men nu zulk een reisje met 2 of 3
personen, dan kan men voor weinig geld heel-
wat genieten.
Is men eehtor een goed voetganger en wil
men voetto.ren maken met den ransel op den
rug, toeren by v. van 2, 3 of meer dagen zoo
als wy hier maken, dan geniet men natuurlyk
meer, daar men door bosschen komt, die men
per ar niet kan bereiken. In het laatste geval
moet ik iedereen aanraden twee paar goede
schoenen met dikke zolen mee te nemeD, eenige
paren kousen (waarvan één paar wollen), een
potje met zinkzalf on een doosje, waarin naal
den, draad en knoopen, daar het voorkomt,
dat men by uitglyden de pantalon of mouw
scheurt, die men dan kan herstellen. Eét by
borgtoeren geen warm eten of drink spiritua
liën dit maakt loom, doch leef alleen van
brood met een stuk worst en een slok rooden
wyn, dat men in zyn ransel medeneemt.
Komt men dan 's avonds na den dagtoer in
zya hotel, bestel dan een kuipje of emmer
met louw warm water, neem een voetbad en
na de voeten goed droog gewreven te hebben
(niet gewoon afdrogen, maar flink droog-
wryven) wryft men ze goed met zinkzalf ïd,
een paar wollen sokken en een paar pan
toffels aan en dan aan het middagmaal, dat
in dien tyd gereedgemaakt is; na den eten
een goede sigaar en eon glas bier of groc en
dan om een uur of tien naar bed. Ik verzeker
u, dat menigeen, die anders niet of moeilyk in
slaap kan komen, dan al slaapt vóór by nog
good ligt; en boe? slaapt men na zulk een
lichaamsbeweging en de longen vol met die
heeriyke berg- en boschlucht. Is men niet
geneigd groote toeren van eDkele dagen te
maken, dan kan men in den omtrek van
Harzburg, eenige dagen eiken dag een mooien
toer maken, om 's avonds weer in H. in zyn
hotel te komen; men heeft dan dit voor, dat
men dan geen ransel met bagage al is
het ook nog zoo weinig heeft te dragen.
Men begint dan met kleine toeren, als:
Burgberg, Molkenhaos, Bebrenstein, Senn-
hutte, Wolfsstein, etc. en strekt die later
als men aan het bergen stygen wat gewoon
geraakt is tot heele dagtoeren uit.
In het begin van myn brief schreef ik over
het geld verzamelen voor de Boeren; in elk
plaatsje, hoe klein ook, heeft men voor de
Boeren geld samengebracht en by elke
gelegenheid doet men dit nog. Yoor eenige
dagen kreeg ik een uitnoodiging om deel te
nemen aan een drijfjacht eu toen we aan het
Rendez-vous kwamen, deelde ons onze gast
heer mee, dat hy voor elk schot, dat door de
hoeren zou worden gemist, 5 pfenningen zou
laten betalen ten voordeelo der Boeren; by
hot einde der jacht bleek bet, dat er 12,15
mark by elkaar was, toch werden er dien dag
217 hazon geschoten. Dat de jachten hier nogal
wat opleveren biykt uit het volgende: in
Runateat werden er 104 geschoten, in Som-
merstoif 185, in Wackersleben 295, in Aus-
lsben 188 en laatst op een dryfjacht by den
heer Wrede in Orschersleben 648. Yoor ods
schynt dat ongolooflyk, doch ik zendubierby
de uitknipsels van de officiéele opgaven. De
jachttoestanden zijn hier dan ook geheel anders
dan by ons. Ten eerste staat op stroopen
een zeer zware straf en ten tweede verpacht
niet elk grondeigenaar zyn jacht, maar de
jacht van de gronden en bosschen, die tot een
gemeente behooren, wordt elke 3 of 5 jaren
publiek by inschrijving verpacht; de opbrengst
wordt uitgekeerd aan de grondeigenaren naar
gelang de grootte hunner bezittiogeo. Ook de
manier van Jagen verschilt. Tot half December
jaagt men hier voor het geweer met den
staanden hond, doch van dien tyd aan vangen
de dryfjacbten aan, het zoogenaamde „Kessel-
treiben." Dat woord doet menigeen aan
„Keteldryven" denken, doch het heeft met
„Ketels" niets te maken, ik zou het liever
„cirkeldry ven" vertalen om do volgende reden.
Op een gegeven punt verzamelen zich de
jagers, laat ik zeggen 50 schutters; daar elke
schutter een dryver by zich heeft te zamen
100 personen. Nu gaat één jager links en
één rechts, die natuurlyk het terrein nauw
keurig moeten kennen. Zyn die jagers onge
veer 100 meter weg, dan volgt rechts en links
een dryver, daarop weer rechts en links een
jager en zoo gaat het voort tot een groote
cirkel gevormd is, zoodra de twee eerste jagers
tot ongeveer 100 meter elkander zyn gena
derd wat door de bergen van uit het uit
gangspunt niet alt yd zichtbaar is dan gaat
van daar uit het sein tot begin der jacht, dat
zoo in eon oogen blik langs de schutters- en I
drijverslinia loopt, en gaat alles, den cirkel
langzaam sluitende, vooruit. Springt nu wild
op, dan schiet men zooals men het beste kan
hetzy in vf buiten den kring. Is echter do
kring zoo ver gesloten, dat de jagers onderling
op 100 passen staan met een dryver daar-
tusschen, dan wordt het „Hincein" geblazen
en al de dry vers gaan in den cirkel, het wild
er uit jagende. Nu mag men om ongelukken
te voorkomen niet anders schieten of het
haas moet den kring verlaten hebben. Laat men
nu niet denken, dat op deze wyze geen haasje
ontkomt: meer dan men zou denken komt
het voor, dat 4 of 5 hazen te geiyk binnen
schot van een jager zyn, een doublet kan
hy dan maken ja, maar de anderen ont'
snappen en zorgen dan weer voor eon
volgend geslacht, daar in elke jacht slechts
eenmaal per jaar een „Kesseltreibe" gehouden
wordt. Toen ik voor eenige dagen zulk een
jacht in Lochtum meemaakte, moest ik toch
lachen om de primitieve maar practische
manier, waarop we naar het jachtveld worden
gebracht.
Het Rendez-vou3 was aan het station hier;
daar stonden 4 sleden klaar, maar welke?
Stel u voor groote houten bakken van een
meter hoog, twee meter breed en c. 6 meter
lang, liggeDde op twee dennen palen, die bak
ken waren dik met stroo gevuld; twee jagers
zetten zicb met den rug naar de paarden ge
keerd, in het stroo met de beenen uit elkander,
in die daardoor gevormde twee scharen zetten
zich weer twee jagers en zoo voort tot de
bak vol was; over de beenen plaids en paar
dendekken en zoo ging het naar Lochtum,
dat noordelyk van Harzburg ligt, gescheiden
door den Butterberg. Van H. uit ging het Dorg
op, natuurlyk langzaam, maar toen den Butter
berg af naar Lochtum, ging het wat de paar
den maar loopen konden; ik ben niet heel
gauw bang, maar tusschenbeide dacht ik
wel eens: Kereltje, daar kunnen jo 50 jarige
knokken toch niet tegeD, als zoo'n bak want
meer is het niet omslaat. Nu trof het toe
vallig, dat ik met joDgelui en jonge hout
vesters te zamen zat, wien het nog niet snel
genoeg scheen te gaan, want hier en daar
hoorde ik de opmerking: „die Gaulen geben
ja wie Schneckenl" Eeriyk gezegd was ik bly,
dat wy op onze bestemmingsplaats waren. Ifc
had wel primitief, maar lekker warm gezeten,
niettegenstaande een koude van 12 graden
Reaumur. Of de angst voor omslaan daar ook
het zyne toe had bygedragen, durf ik niet
ontkennen.
Onze dryvers stonden reeds allen om een
groot houtvuur zich te warmen, en nauwe-
lyks uit de slede gestapt zynde kwam er een
van hen naar my toe, een oude bekende, dien
ik in de laatste jaren als dryver „op zyn
verzoek'" by my kroeg, hetgeen wel in hoofd
zaak toe te schryven was aan zyn wetenschap,'
dat ik altyd goede Hollandsche tabak en
sigaren en beste klare (Hartevelt) by my heb.
Na de eerste begroeting liot ik hem dan ook
maar dadelyk eens stoppen (toevallig? was
zyn pyp leeg) en schonk hem een Hinken borreé
voor de koude voeten in en met een: „Na Herr
HollA ider aul den Todt von den Eretenl gaf J
de brave Germaan zyn hoofd de noodigo L
helling en liet den inhoud van den beker v-alks-
kanker met een virtuositeit achter zyn vestje
vordwynen, die een Hollandsche matroos hem 1
zou benyden.
Op bet oogenblik, dat ik dit scbryf, Zater
dag 30 Dec., regent het, dat het giet, by
hevigen wind. Mogeiyk scbryf ik u later nog
eens een en ander over het winterfeest in
Andreasberg, dat 21 en 22 Januari a.s.
plaats heeft Als het echter gelukken zal, moet
het weer duchtig gaan vriezen, anders valt hot
met recht ia het water. En nu wensch ik u
en uw lezers (en lezeressen natuurlyk) een
gelukkig nieuw jaar en hoop ik, dat ik met
deze regelen by menigeen den lust zal hebbeQ
opgewekt om oena een kykje te gaau nemen ln
„den Harz in Wintertolle t".
Koord-Zoid-llollaadsclie Stoomtramweg-
Maatschappij HaarlemLeiden.
O pbrenget in
December. 1898. 1899. Yeract!L
Reizigersf €244.72 6284.28 lO.ii
Ooodeien1118.42» 1S86.05 443.61»
Diversen531.03 433.6S 36.U6
To 1352.76' 6336.31 SI! 1*1
Vorigo miMiden 103768.69» 1388U2..7' -I-ƒ3043.68
Tol. opbrenget ƒ11 711-43 fill 9 .15' ƒ3340.70'
Por dsg-kUom. 1U.58' 11.'8» .23»
UITLOTINGEN. l-pOts.-OosteDrgliBobe Loten
v 1861 a fl. 260. SerieëDtreuking van 2 Januari 1900.
Preooióntrekkiog 2 April 1900 17 68 117 14» 204
286 310 317 378 415 417 428 440 528 616 661 695
702 826 883 974 1062 1100 1168 1197 1226 1344
1350 1360 1408 1426 1466 1656 1691 1723 1781
1803 1812 1814 1827 1847 1804 189U 1946 1968
1966 2050 2064 2304 2394 2639 2066 2667 2668
2744 2753 2830 2902 2923 2937 2949 2993 303S
3190 3192 3230 3364 3632 8639 264S 8904 391.
3941.
Ooatenr. Oredietloten Y. 1868. a fl 100200
kronen, Irekklng ».n 2 Jnnn.ri 1900, betaalbi.r t
Juli 1900. Geirokken oarieëu: 178 302 320 421 1051
1066 1138 1230 1369 1720 1772 ,942 2082 2160
2245 2360 2629 2790 2931 8166 3418 3461 361»
3685 3689 3700 3109 3806 8817 3846 3917 899»
4052 4147.
Hoof iprpzen: 300,000 kronen serie 3709 n. 83,
60,000 kr. e. 1369 n. 56, 80,000 kr. e. 1138 n 78,
elk 10,00(1 kr. e. 178 b. 76. 8418 n. 66; elk 4000
kr. e. 1369 n. 6, 3998 n. 22; elk 3000 kr.B.316»
n. 29, e, 3461 n. 1. a. 3519 n. 60; elk 2000 kr. a,
1720 n. 88, e. 8418 n. 79, 3636 n. SI. Verder»
prjjaeD van 800 en 400 kr.