N°. 12225 Zondag 31 December. A0. 1899 i.i'o.- v*J gourant wordt dagelijks, met uitzondering ran (Zwi- en feestdagen, uitgegeven Derde Blad. Leiden, 30 December. Feuilleton, Een Oudejaarsavondvertelliug. 'PRIJS DEZER GQURAWTf Voor Deldan pêr 8 maanden. Franco per post Afzonderiyke Nommers I.40j 0.05> PRIJS DEB ADVEHTEHTBEWt —6 regels f 1.0B. ledore regel meet f 0.17J. Grooterq Van lettors naar plaatsruimte wordt f 0.0E berekend Voor het incasseeren binten do stad Ofticlëele Keimlggevingen# Abonnement Havengeld, Ter kennis van belanghebbenden wordt gebracht: dat van af Dinsoag 2 Januari a. s.f gedurende de geheele maand Januari, op werkdagen van 's morgens 11 tot 'a namid dags 2 uren, ten kantore van den haren- meester Aalmarkt No. 5 gelegenheid zal be staan om zich op het havengeld te abonneeren. Ter voorkoming van hoogere schatting der inhoudsgrootte of van het laadvermogen der vaartuigen, men er op bedacht de geldige meetbrieven mede te brengen. De Havenmeester, J. ROMANESKO. Leiden, December 1899. w In de Donderdag avond door de afdeellng Leiden en Omstreken van de Nederlandscho Maatschappij Tuinbouw en Plantkunde, gehouden vergadering in de receptiekamer der Stadszaal, herdacht in eenige gevoelvolle 'woorden.de vice-voorzltter, do heer F. A. Deo, het verlies, dat de afdeeling in het bijzonder en de tuinbouw in hot algemeen geleden heeft door het overlijden van den heer J. Mater, in leven lid van verdienste dezer afdeeling. Als bestuurslid in plaats van den beer J. G. Ballego, die met 31 December moet af treden en niet herkiesbaar is, werd gekozen de i eer E. Th. Witte, hortulanus, die de benoeming aannam. In deze vergadering was het geheele per soneel van den Hortus aanwezig, terwijl in hun midden op een prachtig versierden stoel de 84-jarige J. Th. Overdek had plaats ge nomen. Immers, in de algemeene vergadering, 30 September jl. te Wageningen gehouden, was besloten aan Jan Overoijk, wegen3 40 jarigen trouwen dienst aan den Hortus alhier, de zilveren eere medaille met diploma namens de Maatschappij aan te bieden en dit zou nu In deze vergadering plaats hebben. De vice-voorzitter wenschto den jubilaris met deze onderscheiding hartelijk geluk en sprak den wensch uit, dat by nog veel jaren aan den Hortus werkzaam mocht zyn, want hy was toch één van de weinigen, die wei gerden op den ouden dag rust te nemen. Hierna vroeg de beer E. Th. Witte het woord, die den ouden Jan ook harteiyk geluk- wenschte en hem tot voorbeeld stelde voor de jongeren, daar nog niemand zyn werk zal verbeteren en hy nog steeds, niettegenstaande zyn hoogen ouderdom, altyd precies op tyd "•te werk is. Dat op deze woorden, zoowel als by zyn .-.komst op de vergadering, een luid applaus opging, behoeft zeker geen vermelding. Hierna werd den jubilaris de eere-wyn aangeboden. Na afloop der vergadering werd hy per rytuig naar huis gebracht, evenals by per rytuig naar de vergadering door den meester knecht van den Hortus geleid was. Te Haarlem hield de vereeniging van R.-K. byzondere hoofdonderwyzers (hoofden van scholen) haar 58ste algemeene vergadering, die, vermoedeiyk wegens hot ongunstige weder, hoor slechts ruim veertig leden werd bygewoond. Ook de boogeerw. heeren mgr. A. J. Callier, vicaris-generaal van het bisdom en ecre-voorzitter der vereeniging, mgr. H. L. Spoorman en pastoor J. J. Thünnissen, bisschoppeiyke inspecteurs, waren aanwezig. In zyn openingswoord herdacht de voorzitter, de heer M. L. Yan Gemert, de in den afgeloopen zomer gehouden retraite, de over leden leden W. R. Yan der Yliet en C. Van den Deyl (de laatste dien eigen morgen plotseling door den dood weggenomen), beiden hoofden van scholen te Amsterdam, en de a. s. zilveren jubilós der heeren L. Lammers, Van Pynacker, en H. J. Kok, van Rotterdam. Voorts kon spr. mededeelen, dat door Z. D. H. den bisschop tot geesteiyk adviseur by de enquête over de schoolboeken, opdeR-K. scholen in gebruik, was aangewezen de zeereerw. heer G. H. H. Loots, rector der R.-K. kweekschool te Hoorn. Na eenige be sprekingen over enkele zaken van het pen sioenfonds „ProvideDtia", werden de volgende punten ter bespreking ingeloid, resp. door de heeren P. H. A. Hencriksen, van Zwaag, en H. H. C. Düncker, van Amsterdam: a. Hoe kuDnen de nadeeleD, die het klassikaal onder- wys voor sommige leerlingen na zich sleept, op afdoende wyze worden ondervangen? b. In hoeverre is het hoofd der school verantwoor- delyk voor het gecrag en het werk zyner onderwijzers? By bet laatste punt werd, in de discussie vooral, de nacruk gelegd op den eiscb, dat het hoofd der school by het benoemen der onderwyzers gekend en geraad pleegd behoort te worden. Geregelde opklimming in de salarissen der onderwyzers (by gebleken geschiktheid) geeft uitzicht op degelyk personeel. Verder in groote scholen het hoofd geen eigen klasse. Als onderwerpen van bespreking voor de volgende vergadering wedden opgegeven: a. In het belang der school is het noodzakelijk, dat er overeenstemming besta tusschen het bestuur en het hoofd der school, b. De ouders kunnen op de opvoedende kracht, welke van de katholieke school dieDt uit te gaan, een belangrijken invloed uitoefenen: zy kunnen dien versterken, maar ook verzwakken. Wat valt in het laatste geval daartegen te doen? Na een korte rondvraag zonder belangryke mededeelingen werd de vergadering omstreeks vier uren gesloten. Op ruim 90-jarigen leeftyd is te Zuid- hom (Qron.) overleden de heer C. H. Sytsraa, oud-lid der Groninger Flankeur CompagDie van 1830 en emeritus predikant van de Htrv. Gem. te Oldehove. Het Wilbelmina-Ziekenhuis te Nymegen ontving van H. M. de Koningin-Moeder een bydrage van f 200. Ook de Vereeniging tot OpleidiDg voor Am bachten en Beroepen werd gisteren verblijd met een ruime bydrage van de Bescherm vrouw, de KoDingin-Moeder. R\jnsburg. Dezer dagen verscheen „Het boek Job" c'oor W. B. Renkema, predikant by de Gereform. Gemeente te Rynsburg. Door dit werk heeft de heer R. aan de Christelijke gemeente een goefen dienst bewezen. Diep heeft de auteur de moeilijkheden en het ge wicht gevoeld, welke aan een bekaopto, doch heldere verklaring van een boek als „Joü" verbonden zyn. Ongetwyfeld is de heer R. in zyn boek van ruim 300 bladzyden op een wyze, die veel lof vercient, te gemo-.t gekomen in de lang gevoolde behoofte, cikwyls reeds uitgesproken en herhaald in de welsprekende voorrede van cr. H. Bavinck: „een veroeterde vertaling en een geregelde verklaring van de gansche H. Schrift, enz." Wy stemmen den geachten schryver ge- reedeiyk toe, dat het boek Job, zooals het ons in da bekende Statenvertaling wordt aange boden, voor de eenvoudigen en ongeletterden in menig hoofdstuk moeilijk is to verstaan. Ook deze overweging beeft de heer R. er to9 geleid zich te zetten tot e-.n taak, dia ODgetwyfeld veel waaroeering gevonden heeft en by nadere kennismaking zeker nog meer vinden zal. Een wetenschappeiyk bewerkte commentaar is „Het toek Job" niet, oit van zyn werk te% maken lag ni:t in de bedoeling van oen schryver, maar juist daardoor kan het werk in veel uitgebreider kring zyn goede diensten bewijzen; „bet bybelboek Job in zyn betes- kenis voor de Openbaring, in zyn ryken zin en 8choonen vorm opnieuw verstaanbaar te maken en zyn inhoud beter te doen genieteD," was biykbaar de wensch van den s bry?er. Aan de verklaring zelve gaat een inleiding van ongeveer 24 blz. vooraf, welke de moeite van lezing en ODderzoek ruim beloont, ook, doordat deze inleiding over het toek Job vooraf ree^s een helder licht werpt; voorrede en genoemde inlei ing worden den lezer dan ook ten zeerste aanbevolen. Wat de hoofdstukken der inleiding aangaat, verdienen in het byzonder de eerste drie hoofdstukken odzo belangstelling: j. De auteur van het boek Job, II, Zyn plaats in de H. S. en III. Zyn karakter. Door zyn geheele werk heeft de heir R. rekêDing gehouden met het beste, dat van dien aard op theologisch gebied in vroeger en later eeuw werd geschreven. Ten slotte onderschryven wy gaarne nog eeDs een verklaring uit Dr. Baviack's voorrede, dat „de arbeid van den heer R. door zyn innerlijke waarde zichzelf genoegzaam aan beveelt." Door de manlyken lidmaten der Gerefor meerde Gemeente alhier zyn herkozen als ouderling G. v. d. Eykel Az. met 99 st, de heeren L. v. Tilburg met 101 st. en J. v. Iterson met 111 st. tot diakenen. De uitslag der vrywillige openbare ver- kooping door mr. D. v. RiesseD, notaris ta Katwyk, ten huiz9 van don heer H. Coster is als volgt: perceel I open grond, woonhuis, schuren, enz. voor f 1675; perceel II, bouw- man8vrooing voor ƒ3042; perceel III, open grond, twee schureo, enz. voor f 1078. De drie perceolen wtrden gecombineerd door den heer P. Glasbergen Pz. afgemynd voor f 5897. Fina.ncicele Kroniek. De fondsonmarkt had de laatste dagen een ge heel ander aanzien dan de vorige week. De ge weldige va), welke in Amerikaansche waarden plaats vond, is voor een groot gedeelte weder hersteld, wellicht een weinig te veel, on men zal daardoor, zoodra er voor Engeland weder ongun stige berichten komen, weder een nieuwe reactie gevaar worden. Deze reactie, zoo zij komt, zal echter bepaald van Londen nit moeten gaan, want Londen beheerscht thans de positie der markt. Hoewol men meende, dat de Bank van Engeland haar disconto, thans nog 6 pCt., wel met een procent zou verhoogen, omdat ook het disconto op do open markt bijna 7 pCt. is, zoo heeft de Bank gemeend hiertos niet to moeten overgaan. Dit is met het oog op de liquidatie een gunstig feit. Men moet echter in aanmerking nemen, dat do Bank er feitelijk in geslaagd is, goud naar Londen te trekken. Vóór het jaar om is, zal dit bedrag minstens 2,500,000 pd. st. zijn en hoogst waarschijnlijk zal Wallstreet dit bedrag wel wat verhoogen. Ook Frankrijk zal, niettegenstaande de Bank van Fraukrijk haar disconto tot 4'/- pCt., een zeer zeldzame hoogte voor deze instelling, heeft verhoogd, wel wat van haar goudvoorraad afstaan. Wanneer nu de liquidatie to Berlin ook zonder paniek afloopt, is het hoogstwaarschijnlijk, dat het ergste kwaad geleden is, want wat het fondsenbezit aangaat, is er in de vorige week ontzettend veel, zoowel te Londen en Niouw-York als hier, uit zwakke handen in sterkere overgegaan. De paniek te Nieuw-Tork, wolke door de houding van Londen bij de nederlaag van generaal Buller, en door de faillissementen van eenige groote firma's in Wallstreet., werd veroorzaakt, is thans geweken, en heeft plaats gemaakt voor een zeer vaste en willige stemming. Deze stemming is alleszins ge wettigd, met hot oog op den toestand van vooruit gang, wat handel en industrie (voornamelijk do spoorwegen) betreft. Over het algemeen zijn de ontvangsten der meeste Maatschappijen steeds stijgende. De schatkist heeft oen surplus aan goud van '240 millioen dollars, zoodat de gouduitvoer geen vrees behoeft te verwekken Doch met dat al verkeert men toch in een min of meer gevaar lijken toestand, omdat men niet weten kan, welke storingen de ongelukkigo Zuid-Afrikaansche oorlog teweeg kan brengen. De vrede ligt nog ver in het verschiet. De Boeren, die tot dusver door het krijgsgeluk bevoorrecht zjjn geweest, zullen thans hun voordeelige positie niet zoo maar gaan weggooien, en als men de Engelsche bladen ge- looven mag, zal men het in Engeland nu eens recht gaan meenen. Lord Roberts en Lord Kitchener zullen thans goed gaan maken, wat de andere bevelhebbers bedorven hebben, en men zal, zij het dan ook ten koste van Natal, Ladvsmith en last not least Kimberloy, met pak en zak terugtrekken, wachten, tot alle versterkingen zijn aangekomen on dan met een geweldige overmacht trachten de Republiek te overstroomen en te verwoesten. Viode dus is nog verre te zien, doch of de voorstelling van hot nieuwe plau de campagne uit zal komen, zal nog te bezien staan. De tiju zal moeten leeren, of do verwachtingen, welke men van dezo generaals koestert, uit zullen komen. Wat onze geldmarkt betreft, de Nedeilandsche Bank handhaafde haar disconto van 6 pCt. en hoewel de positie van de markt hier bijzonder krachtig en gezond mag genoemd worden, acht men het toch niet onmoge lijk, dat, iudion gouduitvoer aan de orde mocht komen, men ook hier niet zonder moeilijkheden zal blijven. Onze Staatsfondsen verkeeren dan ook nog steed9 onder den invloed van het dure geld. Integralen daalden zelfs tot 797/e pCt., 3-pCts - cortifiicaten tot beneden 92. In O o s t e n r ij k e rs on Hongaren ging bijna niets om en wat de M e t a 11 i e k e n betreft, deze waren eerder aan geboden. Do nieuwe Bankwet in Oostonrijk- Hongarije bepaalt, dat de nominale waarde van de aandeelen der Oostenr ij k - II ongaars che Bank niet moer fl. 600, doch fl. 700 zal zijn. Do aandeelen zullen niet togen andere behoeven te worden verwisseld, ja zelfs niet behoeven te worden afgestempeld. De minister van financiën heeft namelijk verklaard, dat dit niet behoeft to geschieden en het Beursbestuur te Weenen heeft de handel in aandoelen zonder afstempeling ge oorloofd verklaard. Dit is voorwaar wol een maat regel, die alleszins Oostenrijksch is en zeer licht tot verwarring aanleiding kan geven. Portugeezen bevvegeu zich op weinig variëerende prijzen, hoewel or weder geiuchton gaan, dat mon aan het onderhandelen is over een schikking tusschen de houders der Portugeesche schuld met de regeering. Het clofl zou wezen, do tegenwoordige 1 pCt. plus de afwisselende renlo- uitkeering to vervangen door een hoogere rento, met de douane-opbrengsten als onderpand en do invoering van eeu internationaal linanciëele con trole op de uitgifte der schatkistbiljetten. Wat do J anuari-coupon der 3-pCts.-Portugeozen be treft, deze zal betaald worden met hot gewone Vi plus ƒ1.025 als extra uitkeeriDg. De overige Europeesche fondsen waren weinig variëerend oa stil. Mexicanen en Brazilianen williger, voornamelijk de funding Loan. Tabaks- en Cultuurwaarden verkeerden in veel flauwer stemming. Ook de goudmijn- aandeelen waren in reactie. Hoewol uitirek- sels uit het verhandelde op do vergaderiogen van de Maatschappij Suriname en van de Ned» Westlnd. Exploratie-Mijobouw-Mij. zijn gepubli ceerd, en beide rijke terreiuen met, naar mea zogt, aanzienlijke winst in aandeelen en geld hebben verkocht, zoo geeft nochtans geen van bolde een gedétailleerde opgave van de voorwaarden van den verkoop, of van do sommen, wolke in aandeelen of geld worden verkregen. Wel schijnt de Maat schappij Suriname van plan te zijn, een gedeelto tot uitkoering van dividend te bezigeD. Do Stoomvaart -M ij Nederland zat tot de uitgifte van de derde of laatste serie aan deelen, welke zij krachtens haar Statuten kan uitgeven, overgaan. Het bodrrjf der Maaischapprj, hetwelk den aanbouw vau nieuwe snel varende grooto mail- en vrachtbooten noodzakelijk maakt, ver heugt zich in oen zeer vcorspcedigen toe9'and. Daar echter de nieuw gebouwde en in aanbouw zijnde booton een bedrag v^n ruim 6 inillioi-n vereischen, is een versterking der kasmiddelen duidelijk noodig on raadzaam. Was de daling te Londen bij het bekend worden van de nederlaag van gooeraal Buller de aanlei- dendo oorzaak van de paniek in Nieuw-York, waar de zoo schaarsche geldmarkt niet bestand was tegen den drang tot verkoopen, en waardoor de houders van te hoog opgedreven ii dus.neele waarden den strijd moesten opgeven en lt^u.(leeren, thans, nu de markt in Wallstreet geruimd is, en de waarden van zwakke koudcr3 in de handen van sterkere zijn overgegaan, beantwoorddo Londen en Amsterdam ook weer aan de veel gunstiger koersen, welko Nieuw-York ons toestond. Deze verbetering te Nieuw-York is niet zoo wonderbaar, wanneer men in aanmerking neemt, dat er in de volgende maand aan coupons en dividenden oen kleine 200 millioen dollars beschikbaar komt. Bovendien zijn de bostuurders der schatkist en de groot-industriëelen vrij gerust over den loop, dien de zaken nemen zullen. De heer Chancy Defens noemde de laatste paniek een voorspoedigheids- paniek; trouwens, nimmer verkoerdeu handel en industrie in Amerika in zoo'n blo i nlenslait. Do Amerikaansche Sporen, welke eenige dagen geledon tegen alle koersen van de hand werden gedaan, kondon zich wedor bij procenton verbeteren. Voornamelijk was dit het geval met de Union-» shares, die verleden week tot 40'/; pCt. werden aan-» geboden en thans weder circa 6 pCt. hooger note®-, ren. Hiervoor bestaat echter oen gegronde reden. Het jaarverslag is verschenen, eu daaruit blykt, dat, wanneer men do bedrijfsresultaten der thana geconsolideerde Maatschappijen Union-Pacifio, Oregon-Shortline en Oregon-Railway-Navigation Co. bij elkander neemt, dit vcreenigd systeem in het afgeloopen jaar ruim 9,000,000 dollars boven haar vaste lasten heeft verdiend, zoodat, na be taling vau 4 pCt. op de 100 millioen dollars profo- reute aandeelen, or nog ruim 5 millioen overschiet voor de gewone aandeelen, waarvan 9G,000,000 dollars zijn uitgegeven, dus circa 51/2 pCt. Hoewol wij or niet aan gelooven, dat tot uitkeering van dividend op de gewone aandeelen zal worden over gegaan, zoo liepen er toch in Nieuw-York geruchten, dat in de volgende maand betaling van oenig divi dend te verwachten was. Het reorganisatieplan van de Kansas-City Pitts burg en Gulfspoor is operalive veiklaard. Van da totaio uitgifte van 58.010,000 dollars aan waardon der oude Maatschappij is 51,268,000 dollars voor dat plan ingeleverd. Rijnlandsche Bank. Slot) f Het meisje zag hem vrijmoedig en eerlijk aan en zei op baar beurt: „Ik wensch uveel geluk, professor 1" Er ging hem een rilling door de leden. „Voor mU is dat voorbij, al lang, lang Maar tot u moge het geluk komen met rijke gaven 1" - Hy drukte haar de hand. Zy glimlachte; het was een heel treurig glimlachje. „Het geluk is my altyd voorbygegaan!" HU liet byna verschrikt baar hand los. Maar zy stond daar zoo eerlyk on eenvoudig voor hem, men moest haar gelooven. Er kwam een warm medelyden in hem op. Waarom moest dit mooie, kloeke meisje het geluk ontberen? Schuw wierp by een blik in de eetzaal. Ook daar had nu de klok geslagen; met het glas ombooggeheven en klinkende begroette men het nieuwe jaar, de heer des buize9 hief met een Bchertsend woord de tafel op, bood zyn dame den arm en geleidde zyn gasten naar de danszaal, waar bun nieuwe feestelyke verrassingen wachtten. Hog eens keek de professor naar de eetzaal, blykbaar miste niemand hen. Hy bood de jongedame zyn arm en geleidde baar rond den denneboom naar een rustig, donker hoekje van het salon. „Zullen wy hier het nieuwe jaar beginnen?" vroeg hy ernstig. „Wy beiden passen niet in het vrooiyke gewirwar daarginds." ZwUgend knikto zy. Toen leidde by haar naar het raam, dat een ruim uitzicht bood in het winterscho park. Hst maanlicht lag bleek en koud op de besneeuwde padenaan den hemel fonkelden helder talloozo sterren. Zwygend keken zy een wyle naar buiten, in den stillen nacht. Toen zeide hy glim lachend: „Hoe dwaas zyn wy, menschen, toch, dat we een zoo booge beteekenis geven aan een onkel uurl De sterren beschry'ven morgen zoo goed al3 vandaag baar kringloop. Wat zou de naam van een jaar daaraan kunnen veranderen?" „Niets natuuriyk," antwoordde zy. „Maar het ongestilde verlangen in onze borst wil niet opgeven het geloof aan de boop. Daarom klampt het zich vast aan een schunbare grens, meenende, dat daarachter een nieuw geluk zal beginnen. Dat ia zeker een dwaasheid, maar een dwaasheid, die het leven draaglyk maakt, want wie niets meer van morgen hoopt, leeft ook vandaag niet/' Hy zag haar verrast aan. Hoe kon deze jongedame zyn eigen geheimste gedachten uit spreken? Hy had in den laatBten tyd dikwyls gedacht, dat hy ftiteiyk maar oen schynleven leidde. Zyn blik had zoo lang in het verleden ge3taard, dat hy te droef werd voor de toekomst. En dit meisje hier aan zyn zyde, van wie hy niets wist, niet eens baar naam, boe kwam het, dat zy hem zoo g03d verstond? „Waarom is u te trotaoh voor de dwaas- heid en te verstandig voor de hoop?" vroeg by verder. „Waarom gelooft u zelf niet aan het geluk?" „Ik geloof er wel aan", zelde zy met vaate stem, „ook al wil het geluk niet tot my komen." „En waarom zou het geluk niet tot u willen komen?" „Wie my liefhadden, zyn dood. Ik hen een eenzame op do wereld. Vrienden heb ik niet. En de stryd om het beataan maakt moe, en het geluk wil moedige, vrooiyke menschen." „Ook de ledigheid maakt moei" zeide de professor. „Myn verlangen naar geluk waa ingeslapen, maar nu is het plotseling wakker geworden. Wat zou u er van denken, als wij samen uittrokken om de hoop te zoeken Zy antwoordde niet dadeiyk en hy vroeg bezorgd: „U neemt my die vraag toch niet kwaiyk?" „Neen," antwoordde zy eenvoudig, „wy hebben als menscb tot menscb gesproken in een uur, waarin tyd od plaats waren vergeten. Het verlangen naar geluk leeft ia alle zieleD, en wanneer de sluier van de conventie eenmaal valt, herkennen wy het duidelyk. Het zou huichelary zyn, als ik dat verlangen ging loochenen. Maar laat ons nu tot het gezel schap terugkeeren." „Als kameraden?" vroeg hg hartelyk. Zy knikte. Hy nam haar arm en trok dien weer door den zynen. Het liefst zou hy met haar hand in hand zyn gegaan; het waa hem, alsof zy elkaar reeds lang kenden. In do balzaal danste men juist den cotillon niemand had ben gemist en zy traden opge merkt in de ry. Mot fee6telyke plechtigheid trokken de paren voorby een troon, waarop een kleine jongen, de jongste zoon des huizes, als koning zat, het jonge paar voorstellende. Aan zyn voeteD, op de treden van den troon, zat een nar met zotskap en een zweepje on een linnen zak. Wanneer een dansend paar huldigend den troon van den jODgen koning naderde, riep hy het rikante grappen toe, en al Daar het antwoord, dat hy ontving, nam by uit den zak een geschenk, dat by uitreikte met de zweepslagen der eatire. Hy speelde zyn rol, die hem klaarbiykeiyk veel genoegen gaf, uitetekend. Aan de glinsterende oogjes en de krakende etem herkende moo, niet tegenstaande de vermomming, den vriend van don buisheer, den caricatuur teekenaar. „En wat zoekt gy wol?" vroeg hy den professor. „Het geluk," antwoordde deze met nadruk. „Mgn hemel," zti de nar, „dan zyt gy met al uw wgsheid even dom als da anderen; bemerkt ge dan Diet, dat gij het aan den arm hebt? Ge hebt hoogstens nog een rooskleurig lint noodig, om het vast te binden." Met veel omhaal trok hy een lang lint uit den zak en de professor liet gewillig zyn rech terhand met de linkerhaud van het meisje samenbinden. „Is het zóó goed?" vroeg hy haar, toen z(J verder gingen. „VaBt verbonden!" antwoordde zy zacht. „En hoe heet myn kameraad, die met my zoeken wil?" Zy keek hem aan en antwoordde: „Annal", Haar donkere oogen schitterden en op haat wangen kwam een zacht blosje. „Anna, mijn geluk!" fluisterde h^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 9