N". 12161
Maandag 16 October.
A®. 1899
gousant wordt dagelijksmet uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Vierde Blad.
Leiden, 14 October.
Feuilleton.
Uit de Aostralischc goudvelden.
LEIDSCH
PUIJS DEZEB GOUEAHTi
C
Voor Lelden per S maanden.
Franco per postr
Afzonderlijke Nommers
1.10.
1.40.
0.05,
PRUS DER ADVTTR'l' V. N'l'l KW^
Van 1 —6 regels l.Oö. ledore regel meer f 0.17£. Grootero,
lettere naar plaatsruimte -» Voor het mcasseeron buiten de stad
wordt f 0.06 berekend.
Ofüolöelo Een nlsgeylngen.
KENNISGEVING.
NATIONALE MILITIE.
Oproeping tot den werkellJken dienst.
De Burgemeeeter der genronie Leiden brengt bij
dezo ter kennis van den mil.oien-verlofganger
HENDBIK STOUTEN,
loteliDg van de lichtiDg van 1895, nit de gemeente
Leiden, beboorende tot bet 2de bataljon, 4de regiment
Infant rie, dat hy, wegens oveitrediug van art. 133
dor Miliiitwet uit kracht van art. 13 7 dier wet tot
den werkelijken dionet opgeroepen, op Maandag den
23sten October aanstaande, des namiddags vóór
vier uren, in un form gokleod m voorzien van zijn
verlofpas en zakboekje, a'emede van al de doorhem
by ziji vertrek met groot verlof med< genomen voor
werpen van kleedmg en uitmeting, bij zyn corps, in
garnizoen te Leidon. tegenwoordig moet zy ten
ein-le tot den werie'ijkcn dienst over te gaan en
gtdortndo den tijd van éón maand in werkelyken
dienst t-) worden gebonden.
Den bedoelden verlofganger wordt er met nadruk
op geweztn, dat deze openbare kennisgeving reebtons
voldoende is on hem dorh&lve, bij niet opkomst
O-der de wapeneD, in verzuim stelt.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
Oo 139 9. F. WAS.
D. De Engelsche mail wordt hedenavond
alhier verwacht.
Ter vervulling der vacature van latraar
in de oude talen en in de Romeinsche anti
quiteiten aan het Stedeiyk Gymnasium te
Amsterdam, ontstaan door het overladen van
dr. W. C. N. Bollaan, worden aanbevolen: dr.
J. J. G. Yürtheim, te Leiden, en dr. J. L.
Liezenberg, leeraar aan het Gymnasium te
.Schiedam.
Te '6-Gravenhage is een dilettanten-
opera-vereeniging opgericht voor de opvoering
van Duitsche opera's. Zy staat ondtr leiding
van den heer Arnold Spoel.
In den toestand van mevrouw Beersmans
komt volgens de „N. R. C." geen ver
andering. Do geneesheer ziet geen levens
gevaar. Of de zieke echter ooit geheel her
stellen zal, is een andere vraag. Men hoopt,
dat zy binnenkort naar Brussel zal kunnen
vervoerd worden.
Te Delft is op 60 jarigen leeftyd over
leden ds. C. J. I. Engelbrecht, sinds 1869
predikant by de Geref. kerken, laatstelijk by
die te Delftshaven.
Op het viertal voor predikant by de
Ned.-Herv. Gem. te Middelburg komt voor
ds. J. Draaisma, te Steenwyk.
Onderhandelingen wordon gevoerd over
het huren door het Ryk van het uitgebreide
pand in het Westeindo te's-Gravenhage, waar
vroeger do bureelen en de drukkery van het
„H. Dagblad" gevestigd waren. Het zou dan
worden ingericht voor het personeel, belast
met de behandeling en verwerking der opgaven
van de 10-jarige algemeene volkstelling, die
in 1900 voor het eerst zal geschieden onder
toezicht van de centrale commissie voor de
statistiek.
Do Commissie voor de Galery van Por
tretten van Nederlandsche Tooneelkunstenaars
in den Stadsschouwburg te Amsterdam heeft
der gemeente aangeboden het door den h=ir
H. A. Sangster geschilderde en voor het be
oogde doel haar ter beschikking gestelde por
tret van wyien mevrouw Christine Stoetz.
Gistermorgen te ongeveer zeven uren
werd uit het St.-Andreas gesticht te Utrecht
het stoffciyk overschot van wylen professor
H. A. Van Spanje naar Ry6ent»urg over
gebracht, alwaar, nadat aldaar in de kapel
van het seminarie een plechtige uitvaart
dienst was opgedragen, de ter aarde-bestelling
plaats had.
De heer Conrad aanvaardt 4 November
e. k. een reis naar Egypte, om den stand van
de werkzaamheden aan het Suez-kanaal in
oogenschouw te nemen en bouwstoffen te
verzamelen ter voltooiing van een belangrijk
werk over dat kanaal, dat by sinds eonigen
tyd onder handen heeft.
Da volgende week vertrekt de heer Conrad
naar Parys, ter by woning van de jaarvergade
ring der commissie voor bet Suez kanaal. (D).
Op de alphabetische aanbevelingslyst voor
kantonrechter te Harderwyk zyn geplatst:
mrs. R. F. C. H. baron Bentinck van Schoon-
beeten, advocaat te Zwolle; W. M. Yan
Haaften, griffier by het kantongerecht te
Sliedrecht; J. A. G. baron De Yos van Steen
wyk, griffier by het kantongerecht te Zalt-
Bommel.
Te 's-GraveDhage is aangekomen mr.
Van Weideren baron Rengers, gezantschaps
secretaris der Nederlanden te Parys.
Het stoomschip „Iris", van Pitea naar
Amsterdam, passeerde 13 Oct. Brunsbüttel;
de „Priam", van Amsterdam en Liverpool
naar Java, passeerdo 13 Oct. Perim; de
„O.ngaran" vertrok 13 Oct. van Padang naar
Rotterdam; de „Polyphemus" arriveer jo 10
Oct. van Amsterdam en Liverpool te Batavia;
de „Spaamdam", van Rotteroam naar Nieuw-
Yorkr passeerde 13 Oct. Prawlepoint.
Bodegraven. De sociöteit „Concordia",
albier, heeft een kolfwedstryd onder do leden
gehouden, die twee avonden heeft geduurd.
Na een vinnigen 6tryd werd de eerste prys
behaald door de hoeren H. Le Coultre en
F. A. De Favauge. De tweede prys werd
gewonnen door de heeren J. A. Gbesel Grothe
en A. Okkerse Sr.
Tevens hebben de leden van de sociëteit
„Amicitia" alhier, in het hotel „Yan Haaften"
een onderlingen kolf- en biljartwedstryd ge
houden. BeiJe wedetryden waren zeer ge
animeerd. By het kolven werd de 1ste prys
behaald door den heer P. Goebel, de 2 ie prys
door den heer C. Saton en do 3de prys door
de heeren G. Van Haaften en L. G. Veldt.
By den biljartwedstryd werd de heer C. Ubert
winnaar van den eersten en de heer P. Goebel
winnaar van den tweeden prys.
Het 6cbynt, dat de Haagsche architect
Eshuys, al beeft by van onzen gemeenteraad
nul op het request gehad, om subsidie te
verkrygen voor den aanleg van nieuwe straten,
zyn bouwplannen albier nog niet geheel laat
varen. De onderhandelingen, ten minste van
den architect, met de verschillende terrein-
verkoopers zyn nog niet afgesprongen; de
-->r Eshuys heeft weder verlenging va-i tyu
gevraagd.
Donderdag 19 Oct a. s, des morgens te 10
ureD, zullen beproefd worden de brandblusch-
midJelen van de Wierlckerschans, coor de
dienstplichtigen, behoorende by spuit Y.
Hazerswoude. Uit goede bron hebben we
vernomen, dat hoogstwaarschyniyk eerstdaags
zal worden overgegaan tot het bouwen van
een Kutholieko Zusterschool, in de nabyheid
van de R.-K. kerk, gewooniyk genaamd „Het
Zwaantje".
Katwjjk. Het voorbereidend militair onder
richt zal in deze gemeente plaats hebben
iederen Dinsdag en Donderdag van 6'/2 tot
81/, uur '8 nam. en Dinsdag 17 October a. s
aanvangen.
Gistermorgen is van de hariogvisschery
teruggekeerd oe bomschuit „Marinus Bastiaan
K. W. 44", schipper J. Groen, van den reeder
L. Parlevliet, met 130 kantjes vangst en
Vcriivan 12 netten.
By de gisteren gehouden aanbesteding
voor bet nummereQ der woningen te Katwyk-
aan-Zee is h-1 laagst ingeschreven door den
heer P. Schuitemaker aldaar, aan wie de
werkzaamheden zyn opgedragen.
Leiderdorp. Naar men uit goede bron ver
neemt, zyn de eerste stappen gedaan door
den beer Tbyssen, arts albier, om ook zyn
patiënten te ooen deelen in de voordeelen
van het ondersteuningsfonds „Een goed ver
bom," dat zich ten coel stelt zbken en
herstellenaen, alsook kraamvrouwen, ver
sterkende middelen te verstrekken. Zooals
men gelezen heeft deze week, is dit een ver-
eeniging van de arbeidende klasse, die zich-
zelve zoekt te helpen door een wekelyksche
tydrage, maar ook dringend den steun' be
hoeft van welgezinden.
Lisserbroek. Voor het vogels :hieten by
P. Kaptyn waren 29 deelnemers opgekomen.
De pryzen werden als volgt behaald:
lste vogel: W. Van Dyk, van Lisse, de
romp; A. Yan der Voort, van Alkemade,
lste vleugel; J. Tromp, van Schoten, 2de
vleugel; C. Wassenaar, van Noordwyk, de
kop; J. Van der Lans, van Noordwykerhout,
de staart; L. Van der Lans, van Zoeterwoude,
de vlag.
2de vogel: J. Van der Lans, van Noord
wykerhout, de romp; L Zuiderduin, vsn
Noord wyk, lste vleugel; C. Wassenaar, idem,
2de vleugel; P. Zweerts, van Schoten, de
kop; A. Van der Geest, van Alkemade, de
staart, en J. Bakker, van Schoten, de vlag.
3de vogel: J. Bakker, van SchoteD, de
romp; P. Zweerts, van Schoten, lste vleugel;
H. Kroon, van Lisserbroek, de vlag; J. De
Brinken, van Bloemendaal, 2de vleugel; A.
Yan der Voort, van Alkemade, de staart, en
J. De Brinken, van Bloemendaal, de kop.
Onder een vroolyke stemming liep alles
in de beste orde af.
Lisse. Uitslag der loting voor dezo go-
meente: 1 J. Kops, gebr., 2 C. Elferiüg, 3
C. v. d. Zaal, 4 P. J. Van Zeist, gebr., 5 M.
v. d. Vlugt, B.-d., 6 H. J. Dubbis, 7 P. Romein,
8 C. Van Voorst, 9 H. P. J. De Meulder,
10 J. Hoogkamer, B.-d.f 11 N. Langelaan,
-J J. Di Jong, B.-d., 13 J. Tioboel, B.-d., 14
P. C. Meiman, 15 C. W. Kaak, B.-d., 16 J.
Grimbergen, 17 J. B. Maat, 18 R. C. H.
Tromp, 19 J. Faas, 20 J. Van Dyk, gebr.,
21 T. Snaar, gebr., 22 S. H. Slootoeek, 23
W. Sprengers, 24 G. W. Leembruggen, in
dienst by het reservekader, 25 J. P. v. d.
Hulst, 26 C. Faas, 27 P. De Vries, B.-d., 28
A. v. d. Vlugt, gebr., 29 B. Beroee, 30 P. J.
Van Beek.
Het vermoedelyk aantal te leveren man
schappen zal bedragen 7, waarvoor No. 24
in min .eriog komt. Er zouden dus nog zes
nommers worden opgeroepen. Worden nom
mers 1 en 4, die gebreken hebben opgegeven,
goedgekeurd, dan zou No. 8 nog vry kunnen
zyn; wordt daarentegen óón hunner öf beiden
afgekeurd, dan zoulen voor hen invallen de
nommers 8 en 9.
De uitslag der albier gehouden wieler-
wedstryden was als volgt:
Wedstryd met lange pypen: lste prys,
meerschuimen sigarenpyp, J. v. d. MeyJzn.—
2de prys, idem, S. Van Ruiten. 3de prys,
iiem, G. B'okbuis.
Wedstryd met hindernissen: lste prys,
acytehenlantaarn, L. Van der Mey. 2de
prys signaalhoorn, J. Van der Mey Gz. 3de
prys, al'-um, S Van Ruiten.
Ringsteken: lste prys, signaalhoorn, G.
Van der Zaal. 2de prys inktstel, L. Van
der Mey. 3de prys, voetpomp, G. Blokhuis.
Noordwykerhout. Een stukje dorpsgeschie
denis. Zy was etne, waarop van toepassing
is: wie zonder zond-n is, werpe den eersten
steen op haar, en h y was een kluizenaar,
doch geen arme. Hun woningen, waaraan de
tand des tyds zichtbaar heeft geknaagd, zyn
slechts gescheiJen door die van een traaf
echtpaar, dat zichzelf blykbaar de edele taak
had opgelegd, haar voor verdere duikelingen
te behoeden.
Zy was arm aan aardsche goedereD, doch
ryk aan gezonde spruiten, wier monden, nooit
vragensmoe, haar noodzaakten er op uit te
gaan. Zy was niet traag en gelukkig zyn de
harten van dorpelingen niet zoo steenachtig,
als uit het 6trenge oordeel, dat zy meestal
vellen, zou mogen worden afgeleid. Zy had
werkbuizen, „benaalde en bestopte" menigeen,
die vrouweiyke hulp r.oodighad, en hieronder
behoorde ook de kluizenaar. Des Zaterdags
avonds lag zyn scboone pluoje klaar on zelf
ging z y ze h e m brengen. Het was slechts
een paar stappeD. Hy bad dan een „bakje"
klaar en onder gezellig „gepros" scheen een
uurtje slechts een kwartiertje. Maar juist
daarin schuilde naar de rneoning van het
brave echtpaar voor do toekomstige deugd
van haar een bestendig gevaar.
Om maatregelen te kunnen nemen, dat
intyds te keeren, moest men noodzakelyk
met eigen oogen aanschouwen, wat toch de
oorziak was van dis large visite. De vrouwe
iyke helft van het brave echtpaar haalde
dus een emmer water, daar de put was
gelegen by het verlichte raam van de kluis,
en de mogelykheid bestond, dat dit haar edele
weetgierigheid bevredigde. Niet echter wordt
steeds beschikt als werd gewikt.
De kluizenair, gerucht boorende tn h6t
gevaar beseffende, trad Daar buiten, wist, niet
tegenstaande de duisternis, al spoedig de mot
de edelste bedoelingen spionneerenie vrouw te
vinden en diende haar heel prozaïsch eeo paar
flinke oorvygen toe. Het 1 waai, dat oe arme
martelares daarop maakte, is met geen pen
te beschryviD. Uit het gillen, schreeuwen,
kermen, kryschen behield bet geroep om haar
braven wederhelft den boventoon en deze liet
zich niet lang wachten.
Na zich uit loutere menschlievendhdd te
hebben gewapend met een zwaren soldeerbout,
stoof by op den kluizenaar af. De bezem
steel, waarmedo deze hem ontving, trak met
den eersten slag op de verpereoonlykte braaf
heid in tweeën en nu werd op zyn beurt de
kluizenaar met den soldeerbout zoodanig „ge-
juuna", dat hy het moest afleggen.
Er was intusschen heelwnt pu'liek ge
komen en het lawaai werd er Diet mioder
op; en ty zooveel onschuld en zooveel
braafheid kan men zich alle n veroazen over
zooveel uitdrukkingen, die van het tegendeel
getuigden: wat 'n etroomen vuil water uit
zulke scboone goten 1 D 3 politie wist ten
langen leste de kampvechters te scheidon,
maar het oorlogsvuur is nog steels smeu
lende In die buurt.
Tot de aanbesteding van het afbreken
en her* ouwen van het café „Het Zwaantje"
van mejuffrouw de wed. Brama, in bet Dorp
alhier, waren de hier gevestigde aannemers
uitgenoodigd.
Hun inscbryvingen waren als volgt: N.
C. v. d. Zalm ƒ3683, A. v. Dyk Zoon
3780, P. v. d. Bosch ƒ4595.
Aan den laagsten inschryver is het werk
gegund.
Bynsburg. Gisteren had het zoontje van
Fl. v. Duyn het ongeluk in den Vliot te
vallen. Het knaapje had weer het onveilige
terrein van een vastliggende vlet als speel
plaats gekozen. Gelukkig zag G. Do Leeuw Rz.
zyn benar-Jen toestand en wist hem spoedig
op vasteren bodem te breDgen.
Tcr-Aur. De begrooting van de inkomsten
en uitgaven dezer gemeente voor het cienst-
jaar 1900 is door den Raai vastgesteld op
een ontvangst van 9426.43 en een geiyk
bedrag in uitgaaf.
De koaten van het onderwys zyn voorga-
dragen op 2535, van het armwezen op 905
en openbare veiligheid en brandweer op 783.
De kosten v?n het huishouüeiyk bestuur
zyn geraamd op 2075.
Waddings veen. Alhier is de algemeeno
vergadering van leden en contribuanten ge
houden van het Nourrissefonds, onder voor
zitterschap van ds Van der Pot. Nadat de
secretaris een verslag had uitgebracht van
den toestand der Voreeniging, weri tot] be
stuurslid herkozen de heer H. Alblas. De
rekening over het toekjaar 1898/99 sloot met
een voorieelig saldo van 39,09s, da*r de
ontvangsten ƒ311 en de uitgaven 271.90*
bedragen. Tot leden der financiële commissie
werden opnieuw de heeren Regt en Van der
Weerd benoemd.
SM)
H« bleef eenige uren weg. Toen hy terug
kwam, was by geheel veranderd. Hy had
zich met een witte aarde bestreken, waar
door by eenigszin8 licht afgaf.
Intusschen was de maan ondergegaan. De
legervuren glommen nog. De wilden, door
bun lange tochten vermoeid, sliepen vast.
Tom had van zyn mantel van opossum-
vellen een zak gemaakt en hem met woeatyn-
zand gevuld, waarmede hy, zich gearuischloos
tusschen do mannen bewegend, de vuren
bluschte. Toen hy daarmede gereed was, begaf
hy zich naar den waterpoel, stilde eindelyk met
onbescbryflyk genot zyn hevigen dorst en
kroop er toen geheel in, zoodat alleen zyn
hoofd er nog uitstak. In zyn kroezig haar
had hy schelpen gevlochten. De witte aarde
had by met het vet van een kaDgoeroe, door
de wilden gedood, bestreken, waardoor het
water ze niet wegspoelde. Zyn wapens had
hy in de nabyheid verborgen, om niet geheel
weerloos te zyn.
Toen hy met alles gereed was, stiet hy
plotseling een afgryseiyk, lang aangehouden
gehuil uit, dat zyn uitwerking niet miste, want
alle wilden werden wakker en begaven zich
naar de bron, van waar thans jammeriyko
klaagtonen klonken. Nieuwsgierig verdrongen
zy zich om de bron, toen plotseling de witte
lichtende gestalte zich boven den rand verhief
en de armen naar hen uitstak.
Met een luiden kreet snelden zy weg.
„Bad manl Bad manl" klonk het van alle
kanton en in een oogenblik waren ze ver
dwenen. Tom vervolgde hen met een woest
gebrul, tot hy een ouden man, die niet spoedig
genoeg kon vluchten, te pakken kreeg. De
vrees snoerde den oude de keel dicht. Tom
droeg hem naar de bron terug en bond hem
daar handen en voeten vast.
„Ik ben werkeiyk degene, die zy in my
meenen te zieD," zeide hy waarschuwend, „en
ik zal met je in het water afdaleö, wanneer je
me niet eeriyk antwoord geeft op de vragen,
die ik tot je richt. Als je liegt, is je leven
er mee gemoeid. Je gaat mee naar beneden
en Dimmer kom je in het land der witte
mannen."
Deze bedreiging met het verlies van de
eeuwige zaligheid der Australische negers
verschrikte den oude nog meer dan de dood
in het water.
„Vraag my, machtige geest, vraag my,"
zeide hy tandenklapperend.
Nu begon Tom, voortdurend met holle stem
sprekend, een scherp verhoor betreffende het
verbiyf der witte mannen, die langen, langen
tyd geleden jaren waren by deze wilden
onbekend de mynen onder aan den berg
hadden bewerkt.
„Van twee hunner verbleeken de beenderen
in de zon," zeide de oude. „De derde man
ontkwam ons helaas; de paarden waren te
flink en hy was zwaar gewapend. Vyf van
ons betaalden den overval met hun leven."
Uit zyn verdere mededeelingen bleek, dat
men den eindelyk vertrekkenden goudzoekers
een hinderlaag had gelegd, waar men hen
met een sterke macht had overvallen en twee
hunner door speerworpen van het paard had
geworpen. De derde man had evenwel oen
geducht gebruik van zyn vuurwapens ge
maakt en vyf hunner in het zand doen byten.
In de daardoor ontstane verwarring had by
de beide paarden gegrepen en was weggerend.
Ook de aanvallers hadden de vlucht genomen.
„Waren de paarden beladen?" vroeg Tom.
„Zeker waren zy dat, alledrie," antwoordde
de oude. „Ieder paard droeg een grooten,
zwaren zak met gouden steenen, waarnaar
zy gezocht hadden en die zy vóór hun vertrek
hadden verdeeld."
Tom knikte voldaan.
„En zoudt ge den geredden man herken
nen?" vroeg hy verder.
„Zoolang ik leef," verzekerde do ander.
„Toon my hem. Onder honderden herken ik
hem. Hy heeft myn eenigen zoon dood
geschoten. Stel my in de gelegenheid myn mes
in zyn hart te stooten en ik volg u vrywillig
om in het water den dood te drfnkeD."
„Nou, oude sinjeur, daarover zullen we het
later wel eens hebben," lachte Tom, thans uit
zyn rol vallende. „Je moet nameiyk weteD,
dat ik volstrekt geen geest ben, maar een
gewone wilde als jy, bovendien een zwarte
spion in dienst van de politie der blanken. Wy
zullen aanstonds een lange wandeling met
elkander ondernemen, evenwel niet naar het
sombere doodenryk, maar naar het ryk der
levenden. Als je nu verder ook de waarheid
zegt, zal je geen haar gekrenkt worden
integendeel zal men je met ryke geschenken
naar je stam terugzenden. Als je het evenwel
waagt een leugen te debiteerec, dan is de
naa&tbyzynde boom je galg."
Tom ging daarop naar het water, gaf ook
zyn gevangene nog eens te drinken, nam zyn
wapens op, maakte de banden van den oude
los en gelastte hem vóór hem uit te gaan
in de richting, die hy hem aanwees. By de
eerste pogiDg tot ontvluchting beloofde hy
hem een speerworp ia don rug.
De bedrogen oude was over deze wandeling
allesbehalve best te spreken, maar begreep
zich te moeten onderwerpen en schikte zich
ten slotte er in, in het vooruitzicht van de
heerlykheden, die hem in den vorm van tabak,
enz. wachtteD, voornameiyk evenwel in de
hoop den moordenaar van zyn zoon gestraft
te zien.
Zoo begon de lange, vermoeiende wande
ling naar de eerste nederzetting. De zon deed
al spoedig by Tom haar dienst, daar zy hem
in de gelegenheid stelde de met vet vermengde
witte verf van zyn gezicht te vorwydoron.
Op het eerste politiestation dat zy na een
wandeling van vier dagen bereikten maakte
hy van zyn ervaringen rapport op en zoodra
hy een depeche aan den chef van de
politie te Melbourne had gezonden, vertrok
hy, thans weder tot Europeaan gemetamor-
pboaeerd, van geld en geleidbrieven voorzien,
met zyn gevangene eveneens naar Mel
bourne. Een gedeelte werd met een gewoon
rytuig afgelegd. Op het naaet byzynde spoor
wegstation wachtte Spriggs hem reeds vol
ongeduld.
Dat was een vrooiyk wederzien, want de
ander had ten opzichte van Norton wolnig
kunnen uitrichten en begon zich reeds ge
ducht bezorgd te maken over den afloop der
ondorneming.
Er was geen twyfel aan: Norton had zich
van het eigendom der in den stryd met de
wilden gevallon makkers meester gemaakt en
omtrent hun lot het stilzwygen bewaard.
Zoo ten minste dacht Spriggs er over.
„Dat is wel waarschynlyk," meende Tom,
„maar moeilyk te bowyzeD. Wanneer Norton
alles heet liegen, kunnen wy hom niets
maken, want het getuigonis van dozen ouden
kerel beeft voor het gerecht geen waarde."
„Je hebt geiyk," antwoordde do ander,
„maar
„Halt, een idee!" riep de ander. „We zullen
er nog by zeggen: „Je hebt je makkere zelf
vermoord." In zyn verwarring zal h\J ant
woorden: „Gedood niet." En dan voegeD wy
er onmiddeliyk by, van zyn halvo bekentenis
gebruik makend: „Maar wél beroofd."
„Tom, je bent een kerel om te omholzon,
lachte do sergeant. „Maar je moet je eerst
wit laten wasschon," voegde hy er by.
Op Spriggs' aanwyzing was Norton intug-<
schen voortdurend in het gehoim nagogaan.
Hy vermoedde niets, on om de verrassing des
te beter te doen gelukken, trad Spriggs op
zekeren dag midden in de drukte op de Bjiira