Aan den. mei ingang van 1 October 1899, met toekenning van deo titulairen rang van roferon- daris, op aijn verzoek, eervol ontslagen hoofd commies bij hot Departement van Koloniën H. G. Van den Toorn, gerekend van en met genoemde dagtcekening. toegelegd een jaarlijksch pensioen van ƒ1718 ien laste van den Staat. Op den voet van het Koninklijk besluit van 3 October 1677 No. 1, voor het tijdvak van 1 Sep tember 1899 tot en met 31 Augustus 1900, ter ondersteuniDg in hunne studiën, van Rijkswege een beurs van (ƒ800) verleend aan de studenten bij do Kijks-uuiversiteit te: a. Leiden, K. Van ilinloopen Labberton, in de faculteit der rechts geleerdheid; Z. Stokvi6, iu de faciliteit der let teren en wijsbegeerte; b. Utrecht, G. Wiegersma, in de faculteit der geneeskundo. Min. beschikkingen. Op zijn verzoek, eervol ontslag verleend aan L. De Nie, als amanu- otisis bij de botanie aan do Rjjks-umversiteit te Urou regen. Adres van Antwoord. Het gewijzigd Ontwerp Adjfcs van Antwoord der E-rste Kamer op de Troonrede luidt alJus: „Mevrouw 1 1. De E=rste Kamer der Staten Generaal verheugt zteh, dat Uwe Majesteit, vergezeld van Haar Koninklijke Moeuer, de gewone zitting van de Staten-Generaal heeft mogen openen. 2. Met ingenomenheid vernamen wjj, dat de algemeens toestand van het vaderland en zjjn oyerzeesche gewesten ruime stof geeft tot dankbaarheid; toch zijn wjj met Uwe Majesteit* van oordeel, dat er op menig ge bied behoeften bestaan, die voorziening ver- tischen. 3. De mededeelingen van Uwe Majesteit omtrent den zeer vriandschappelyken aard der betrekkingen met de buitenlandsche mogendheaen en die betreffende de Vredes conferentie, te dezer stede gehouden, trokken onze belangstellende aandacht. 4. Ons verblijdende over befgeeD wy van Uwe Majesteit mochten vernemen van den toeBtand ra Atjeb, sluiten wjj ons gaarne nan bij de warme hulce, door Uwe Majesteit gebracht aan het Nederlandsch-Indische leger, aan de vloot en haar landingsdivisie. 5. Do arbeii, die der Eerste Kamer in het nieuwe zittingjaar wacht, zal, naar ook wij vertrouwen, oncer Go is zegen dienstbaar zijn aan de belangen van het Koninkrijk". EERSTE RARER. Vergadering van heden. Het Concept-A"ree van Antwoord op de Troonrede wordt zonder discussie en zonder stumming goedgekeurd. Tot leoen van de commissie, cie met den Voorzitter het Adres aan H. M. de Koningin zullon aanbieden, worden benoemd de heeren Vening Meinesz, Van Zinnicq Bergmaan, Alcerda van Ekunstein, Schimmelpenoick van der Oye en Bahuseo. De vergadering is daarna gescheiden tot nadera byeenroeprag. TWEEDE KAR ER. Zitting van heden(Per Telegraaf.) De hotr Pijnappel bracht verslag uit omtrent de ontvangst ten Paleize van de commissie, di9 belast is geweest met H. M. de Koningin de nominatie voor het voorzitterschap aan te bieden. Ingekomen was een Kon. beslnit, houden de de benoeming van mr. J. G. GJeichman tot voorzitter dor Tweede Kamer. Nadat de waarnemende voorzitter de be noemde had gelukgewenscht, aanvaardde de beer Gleichman het voorzitterschap met een rede, waarbij hij allereerst oprechten dank voor het in hom gestelde vertrouwen uitsprak. Wijzende op de vele en gewichtige bezig heden, welke do Kamer wachten, zei spreker dat, was -het afgoloopen zittingjaar meer bijzonder gewijd aan het voorbereidend onaer- zoek van hoogst belangrijk3 wetsontwerpen, in het nu aangevangene zal over die wets ontwerpen beslist moeten worden. Vandaar, dat er veel en gestadig zal moeten gewerkt worden. Mocht ik vervolgde de beer Gleich man mtt het oog daarop een wensch uit spreken, dan zou het deze zijn, dat ce alge- meene beraadslagingen zooveef mogelijk samengedrongen worden. Waar dit door de breedvoerige schriftelijke gedachten wisseling, voor de zaak geschieden kan, zal het betrachten van cie kortheid, waarmede boncignsid samen gaat, raadzaam zijn. Na zich in de welwillend heid en steun der Kamer te hebben aanbevolen, aanvaardde spr. het vooizitterschap, onder luide toejuichingen. Het Concept Adres van Antwoord op de Troonrede, dat ter tafel gebracht werd, ging naar do afdeeliogen ter onderzoek, waarna de vergadering inmiddels geschorst werd tot hedenmiddag half vier. In de bod nmiddag gehouden zitting zijn door den Minister van Financiën de ontwerpen der algemeene begrootingswetten voot het dienstjaar 1900 ingediend. Do daarc-jj gehouacn z.g. millioenenrcde is, by vroegere jaren ver geleken, kort. Aan ue toelichting der ontwerpen gaan, als gewoonlijk, eenige mededeelingen over de laatste twee dienstjaren en over het loopende vooraf. Daaruit blijkt, dat over het dienstjaar 1897 het tekort bedroeg f 2,542,389.83s. De uitgaven waren /"138,510,778.19s. De ontvangsten f 136,968 388 36. Het tekort over 1898, dat verleden jaar geschat werd op ruim f 6,691,000, zal waar schijnlijk niet meer zyn dan f 3,580,000. Voor de verlegging van den Maasmond en voor spoorwegen bedroegen do uitgaven in 1898 ongeveer f 3,644,000. Dit dienstjaar zal dus, hoewel geen schitterende, toch betere uit komsten opleveren dan aanvankelijk werd verwacht. Iutusschen wordt opgemerkt, dat ter wille van een juiste vergelijking een belangrijke post zoowel in uitgaaf als in ontvang achter wege is gelaten, namelijk de ƒ5,300,000, die voor den spoorweg LeidenWoerden is be- Bteed en waarvoor een 47 jarige annuïteits- leeniDg is gesloten van hetzelfde bedrag. Ook bet loopende dienstjaar 1899 laat zich thans gunstiger aanzien dan ten vorigen jare. By de begrootingswetten werden uit gaven toegestaan voor een bedrag van f 151,744,634.20s, dat bij verschillende be sluiten werd verhoogd tot f 152,631,963.38s, zynde f 887,329.18 boven het oorspronkelijk toegestane bedrag. In veel sterker mate kunnen echter de middelen hooger geraamd worJen. Waarschyn- lyk zullen z(j f 4,000,000 meer bedragen dan de som van ƒ140.796,900, waarop zü ten vorigen jare zijn begroot. Dientengevolge zal vermoedelijk reeds dan, wanneer de bespa ringen zich beperken tot het geriüge beorag van 6 6 ton, voor 1899 tusschen do zooge naamde gewone uitgaven en de middelen evenwicht zjjn verkregen. Na de mededelingen betreffende de twee voorafgaande en het loopc-nde oienstjaar, geeft de minister het volgende algemeene overziet.t van de ramingen voor het dienstjaar 1900. De middelen zyn begroot als volgt; de zoogenaamd gewone op128,437,855, overige op 16,285,330. Tezamen. .ƒ144,723,185. de uitgaven op. B 151,260,244.65* Het geraamd tekort is dus. f 6,537,059.65* Onder de uitgaven zyn begrepen: voor spoorwegenƒ2,752,000. de verlegging van den Maasmond713,000. 3,465,000.— Trekt men deze posten af van het geraamd tekort, zoo blyft een som van f 3,072,059 65* over, ongeveer overeenkomende met Let cjjfer, dat gemiddeld bespaard wordt, indien ntet door belangrijke suppletoire kredieten de nit- gaven aanmerkelijk worden verhoogd. De aangevraagde sommen vergelijkende met die, welke ten vorigen jare oorspronkelijk zyn toegestaan de suppletoire kredieten das buiten rekening latende verkrygt men de volgende uitkomsten: Meer wordt aangevraagd voor; Hoofdstuk III (Buitenland sche Zaken) 6,006.00 IV (Justitie) 18,210,00 9 Y (Biunenland- sche Zaken) 9* 391,712.17 Voor de algemeene volks telling zyn ƒ210,250 aange vraagd, en voor hoogere by- dragen aan de gemeenten ten behoeve van het lager onaer- wys alsook aan de byzondere scholen f 150,000. Hoof .stuk VI (Marine) 9 48,637.92 Voor pensioenen, wachtgel den enz. was ƒ62,158 meer benoodigd. Hoofdstuk VIBIFimrneiën). 836,125,02 Voor de herziening van de belastbare opbrengst der ge bouwde eigendommen wordt 165,000, voor uitkeertngan aan de gemeenten ƒ205,000 meer aangevraagd dan ten vorigen jare. Hoofdstuk VIII (Oorlog) 654,323.84 Me:-r wordt aangevraagd voor traktementen i y de staven en voor soldyen f 216,152, voor aankoop van brood en kosten der militaire bakke ryen 602-/70,684, voorbuiten gewone uitgaven 108^15, voor de voltooiing van het vestingstelsel 232,000. Hoofdstuk EK (Waterstaat, Handel en Nyverheid) 885,784.73s. Voor den dienst der poste ryen moest 628,311 meer worden uitgetrokken. Te zamen ƒ2,340,65128. Daarentegen wordt minder aangevraagd voor: hoofdstuk II (Hooge Colle ges van Staat, enz.). 3,115.00 hoofdstuk VLL4 (Nat. Schuld) 2,754,764.68 Ten vorigen jare werden 3,075,971 aangevraagd voor aflossing van Rynspoorweg- otligatiën. Daarentegen wordt nu een som van f 223,890 vereischt voor rente en aflos sing eer geleende 5,300,000. hoofdstuk X (Koloniën). 67,161.15s Te zimen ƒ2,825,040 83* Wat de Middelen betreft, deze konden ge raamd worden op ƒ3,926,285 meer dan het vorige jaar. Voor de bedrijfsbelasting welker opbrengst in zeer sterke mate toenesmt kon meer worden uilgetrokken ƒ631,000, ▼oor den suikeraccyns ƒ1,650 000, voor de incirecte belastingen schoon de minister de successiirechten lageT raamde ƒ333,000, voor de inkomsten uit post:ryen en telegrafen 704,000, voor het aandeel van het Kyk in de opbrengst van de exploitatie der Staats spoorwegen 143,200. De raming voor het gedistilleerd moest ƒ100,000 lager worden gesteld dan ten vorigen jare, hetgeen echter ruim wordt vergoed aooroien voor de opbreDgst van den accijns op het geslacht ƒ200,000 meer en voor oie van de accynsen op wyn, bieren en azflnen ƒ90,000 meer kon worden uitgetrokken. Tot algemeene toelichting van de ingediende begrooting behoef ik zeide de minister hier weinig bfi te voegen. De vorige, evenals deze naar de gewone regels opgemaakt, sloot met etn deficit, zoodat onverwytee verster king van middelen destyds nooaig scheen. De noodzakeiykheid daartoe is later vervallen, en thans hoewel de behoeften geklommen zyn bestaat z(j evenmin. De niet onbelang rijke vermeerdering van opbrengst, die uit de herziening van het tarief van invoerrechten zal voortvloeien, kan dus nagenoeg geheel worden bestemd om de uitvoering van nieuwe wetten uit een financiëel oogpunt mogeiyk te maken. De schaduwzijde van de begrooting - niet alleen van deze, maar van alle, cie U In de laatste jaren werden aangeboden is het rangschikken van tin nitgaven voor spoor wegen en voor de verlegging van den Maas mond onjer die, voor welke geleend kan worden. Htt zou verkieselijk zyn dit te kunnen vermyden, en deze posten evenals dit jaar geschiedt met de ƒ617,000 voor de ver betering van het Noordzeekanaal, de 100,000 voor de zeehaven te Scheveningen, de ƒ865,000 voor stoomtramwegen en werken in verband met tramaanleg, de 423,900 voor uitbrei ding van het intercommunale telephoonnet, en de 851,000 voor voltooiing van het vestingstelsel te kunnen opnemen onder de gewone uitgaven. De ervaring leerde intusachen, dat in de laatste zeven jaren slechts ue kleinste helft van hetgeen aan die twee werken alsook aan de voltooiing van den Botterdamscben waterweg en die van het Merwedekanaal werd besteed 10,136,170 van de ƒ21,125,264) uit buiten gewone middelen moest gevonden worden. En deze werken ioopen binnen een betrek- kelyk kort tijdsverloop grootendeels teneinde. Ten slotte wordt herinnerd, dat, blykens 's ministers mededeeling van het vorige jaar, tot afboeking van tekorten een bedrag van ƒ16,089,215.71* beschikbaar ia. De nog openstaande tekorten waren verleden jaar 29,060,215.41. Daarbfl komt tbans het tekort voor 1897 ad f 2,542,389.83s, hetgeen ae laatstgenoemde som tot 31,602,605.24s doet aangroeien. Messchaert's a cappeila-koor. Toen nu zeven jaren geleden Dan. De Lange voor het eerst optrad met zyn beroemd gewuraen koor, toen ging erin buiten-zoowel als in binnenland één kreet van bewondering op. Toonaicbters, die men te voren, zoo men al ooit van ze gehoord had, onder de ongeniet bare antiquiteiten zou hebben gerangschikt, kwamen daar plotseling voor ons te staan in al hun grootheid alsr,scbeppers van o.ver- gelykelyk scboone messterwerken, en niet de minste onder hen was onze landgenoot J. Pzn. Swtelinck, wiens kunst -reeds met den Munsterschen vrede begraven scheen. En dan welk een uitvoering! Zoo nu en aan had men wel eens een koor van Palestrina te booren gekregen, een poging was wel eens gedaan om eens een enkel werk van een tydgenoot, een onmiddellyken voorgang-er of opvolger ten gehoore te brengen, maar de moeilijkheden, aan da uitvoering verbonden, gingen gemeoniyk de krachten der logge zangverenigingen te boven, zoodat de inernk meestal een geringe was. Dit alles is nu door De Lange's koor ééns voor altyd veranderd, en de aan volmaaktheid grenzende uitvoering van gewyde muziek uit lang vervlogen tyden trekt nu zonder uitzondering esn talryk, aan dachtig luisterend, genietend en diep bewon derend publiek. Van het oogenblik af, dat het sedert ont bonden a-cappella-koor de schoonheden eer oude kunst heeft geopenbaard, zyn de smaken verfynd; men eischt tegenwoordig bet hoogst bereiki-are. Een zeer verdienstelijk koor, het Brusselsche zang-octet, dat eenigen tyd geleden op een concert der Maatsch. v. Toonkuost optrad, zou een tiental jaren vroeger een storm van toejuichingen hebben ingeoogst: sedert De Lange's koor werd het koeltjes ont vangen. Niet alleen is het tegenwoordig moeïlyker een Nederlandsch publiek te voldoen, er is ook een nog slechts jonge, maar daarom voorwaar geen geringe reputatie tegenover het buitenland op te honden. De laatste vyf- tien jaren hebben het muzikaal reproductie- vermogen van onze natie tot een te voren onge kende hoogte opgevoerd. Naast het koor van De Lange en bet daaTop volgende vocaal- quartet van Messchaert c. s. hebben wy ons Concertgetouw-orkest en onfe Conservatorium- quartet gekr3gen, terwyi de Nederlandscbe opera slechts wacht op een beboorlyk ryks- of gemeenteiyk subsidie om ook de dramatisch- muzikale kunBt op de hoogte te brengen, waarop nu reeds de opvoeringen der Wagner- vereeniging staan. "Van dit alles heeft het buitenland met groote belangstelling kennis genomen, en de vragen, cie nu ten opzichte van Messclraert's nieuw a-cappella-koor mogen worden gesteld, zyn daarom de volgende: Is dit koor In staat don verfijnden smaak te vol oen, en z 1 het in staat zyn de beste traditiên van Nederlandschen koorzang in het buitenland te handhaven? Met deze vragen staat of valt b6t koor! Welnu, ongetwyfeld het staat! Het staat niet alleen, maar het staat nu by zfin derde uitvoering (nog slechts Hoorn, Messcbaert's geboorteplaats, en Amsterdam zyn aan de beuTt geweest) zoo vast, dat het by meerdere oefening zoo mogeiyk De Lange's koor nog zal overtreffen. Voor oen deel zfjo de krachten van het vorige en dit koor dezelfdo. De sopranen zyu allen nieuw, doch by de alten behooren de dames Bakker en Ribbe, by de tenoren de hoeren Rogmans en Philippeau en by de bassen de heereD De Nobel en Souten- dyk tot de oude garde. Zware verliezen zyu zeker geleden in de personen van movr. Nassau Noordewier-Redaingius en den heer Messchaert zelf, maar welke goede aan winsten daarentegen de dames Kappel en Tys8en-Bremerkamp en de heeren Jos. Tyssen en Zalsman zyn, daarvan kan het Leidsche publiek zelf getuigen. Trad Do Lange's koor bier indertyd op met werken uit het renaissance tyaperfc, terwyi G. P. Santé en Roeland de Lattre, meer bektnd als Palestrina en Orlando Lasso, (oeiden 1594) en Sweeliock (t 1621) als de modernen moesten dienBt ooen, Messchaert is niet verder teruggegaan dan de 16de en 17de eeuw en heeft voornamelijk zjjn werk gemaakt van 18Je-eeuwsche muziek met motetten van Brahms als toegift. In menig opzicht is dit goed gezien. Die heel oude muziek klinkt ons vreemd in de oor en; men moet een poosje gewend zyn aan 't luisteren naar werken v*n zoo ouden datum, wil men ze ten volle kuünen genieten. Is men eenmaal zoo ver, dan springen de talrijke schoonheden dnidelyk in bet oog, of liever in bet oor; dan moet men het somwylen betreuren, dat enkele hoogst oorspronkeiyke en verrassende har manieën geheel zyn verlaten geworden. Dit alles neemt echter niet weg, dat er toch ook vee 1 in de middeleeuwscbe kuntt is, dat uit den tyd mag worden genoemd. Er is nog hts onontwikkelds, om niet te zeggen onbeholpens in de bouworde dier muziek, dat op heden- daagsch standpunt niet meer kan worden genoten, dat zelfs het gehoor min of meer onaangenaam aando.t. Dcrgtlyke muziek stond nu gisteravooJ niet op het programma, maar toch zelfs t.y de eerste drie koorwerken ging een gevoel van bewondering gepaard met een gevoel yan zich oevin>en in een omgeving, waar men niet thuis hoort. Het ware genot kwam eerst bjj Lotti's „Cruoüxus", een werk, dut hier reeds me.-r gegeven is, maar wdks zeer samengestelde bouw ni.t verbinaard een grootsch geheel voort te brengen. Zoo nu en dan krygt men (ten indruk van een groot ktrkorgtl met alle registers open, maar met onvergelykelyk schooner klank dan een orgel met zjjn vox humana, vox coelestis en wat er verder voor voces zyn, teweeg kan brengen. Sweeliock en Bach, die ieder met twee werken op bet programma prykten, zullen zeker beiden met bun tweede nummers den meesten indruk hebben gemaakt, maar als een der allerschoonste werken mag wel worden genoemd het „Du Hirte Israels" van den Rus Bortoianski (1751—1825), indertyJ reeds coor Averkamp's koor in de Fitters kerk ten gehoore ge racbt en dat nu we) niet min ter dan toen de bewondering der toehoorders zal bebben gaande gemaakt. En wat er volgdej Pra-torius' vrtendelyke een voud, M. Haydn's fijne klenrsehakeering, Hiller's juichtonen en Mozart's overvloeiende melodie: het waB een aanesnschakeling van genotl De uitvoering was een schitterende, en al heb ik misschien een heel enkel-n keer eens iets bospeurd, dat naar detonatie of ongeiyk- beii zweemde, eens een enktien motilykon aanzet (het kan ook aan de muzi k liggen!) of een onauidelykheid in de uitspraak: best mogeiyk, dat ik het my maar verbeeld heb; en in ieder geval wil ik er niets van zeggen, uit vrees iets af te dingen op zulk een schoon geheel. Dat het koor, behalve een schoons voordracht, een hjne phraseering, een machtig uitdrukkingsvermogen en een z-Lzaam runen en gloedvollen klank, ook nog de noodige techniek bezit, dat toonde het in Brahm's motetten. Ze zijn heel moeilijk, heel inge wikkeld en heel diepzinnig; of ze ook mooi zyn? Ja, Wat zal ik daarvan leggen? d. G. liet fort Ciiahrol. Gelyk gemeld, heeft Jules Guérin, de anti semiet, die zich veertig dagen in zyn woning herdoopt in het fort Chabrol wist te ver dedigen tegen de autoriteiten, zich overgrge- ven op genade of ongenade. Veertig aagen lang heeft de redacteur van de „Antijuif" zich in zyn woniDg opgesloten met zyn metgez llon; alles trotseerend. Dag vaardingen worden als scheurpapier be schouwd; dreigementen van de autoriteiten in den wind geslagen. Veertig dagen lang heeft deze man het Fransche gouvernement weten te trotseeren; gespeeld mot het teven van zijn metgezellen; van uit zyn verschanste stelling verwenschingen uitgebraakt tegen over de politie, die toch werkelijk ntet voor haar genoegen daar de wacht hield; "heefth(j een troepenmacht op de been doen houden om zyn woning te bewaken; hoeft hy veel gemoederen in bewegiDg gebracht, onrust veroorzaakt, schade gedaan aan winkeliers, die in de omliggende straten hun zaken hebben, en dit alles omdat hy, beschuldigd van hoogverraad, zich niet onmiddellyk wfl ie ov-.rgeven, iets dat toch uitteraard vroeger of teter moest gebeuren. Om vyf munten voor vieren gisternacht gaf de heer G rin zich over. Hy werd in een rytuig naai co gevangenis overgebracht. Zyn vrienden, tegen wie geen bevel tot inhechtenisneming was uitgevaardigd, konden naar hun woningen vertrekken. Voordat men tot de arrestatie overging, was nog eerst in den namiddag van Dins dag een poging gewaagd om den heer Guérin over te halen zich over te leveren aan d« justitie. Om halfvyf kwam de heer Lucioa Millevoye, die een machtiging had om zich naar bet huis te begeven. Hy verbleef daar een halfuur en toen hy uit de woning kwam,' werd hem uitgeleide gedaan door den heer Guérin, die hem omhelsdo. Aan de omstanders verklaarde deze, dat hy nteta kon zeggen, maar dat b(j ver meende, dat men tot een vriendschapp-lyke oplossing zou komen. Hy begaf zich toen naar het ministerie. Ooi twintig minutea voor achten keerde by terug, vergezeld van den heer Louis Guérin en don dokter Lorenzi. Eenige oogenblikken later begaven z|j zich onder geleide van den dienstdoenden commis saris van politie PecharJ naar bet fort Cha.? brol. De chef van oienst, de heer Puibaraud, die juist arriveerde, wachtte in de straat den ■uitslag der onderhandelingen af. Overeengekomen werd toen, dat de heef Jules Guérin zich begeven zou naar hst Luxembourg, waar by zich ter beschikking zou stellen van bet Hooggerechtshof. Alleen de commissaris van poliLie zou den beer Guérin begeleiden. Maar even daarna ver- anierde do heer Guérin, die zich in tusschen in het'zwBTt gekleed had, om waardig voor hot Hof te kunnen veTsehynen, van meening, en weigerde onder geleide naar het Luxem bourg te gaan. Om over twaalven verlieten de heeren Miltevoye en PecharJ het „fort" *n verklaar den vóór bun vertrek, dat de laatste wensch van den beer Guérin onaannemelijk was. Een nieuw oponthoud dus Er werd heen en weer getelegrapheejJ en ten slotte heeft de heer Guérin toegegeven en zich zomeer condities overgegeven. Om halfdrie verscheen de kolonel der republïkeinache garde, vergezeld door twea officieren, even later gevolgd door een afdeo- ling der bereaon garde en een detachement gardes te vost. Dezen namen btelling op den hoek van de rue de Chabrol en de rus d'Hauteville. Eerst ging het gerucht, dat de „bezetting" van het fort zich had overgegeven en hedrschto er groote onzekerheid in de buurt. Om crie uren werd echter bekend gemaakt,' dat de heer Guérin weiger-JS een antwoord te geven, en dat üe heer Lópine, de pretect, maatregelen genomen had het fort stormen*< derhan l in to nemen. Een oogenblik later kwam 4e prefect van het ministerie van binn ntendscbe zaken op het terrein en een kwartier daarna roden een viertal gesloten rytuigen en <een ambulance voor, voor de eventueele gevangenen en ge wonden, Indien de 6tryd zou beginnen. E.n compagni3 eer genie, uit "Versailles, werd in ce kazerne van La nouvelle Frauco geïnterneerd. Om kwart over orieén arrive-Tdoa iie heeren 'Gochefert, de chef van den Vailig- bei Js -ienst, en zyn on ;erc:ie(, de heer JELausard,, Om kwart over vieren kwamen eenigj wagens en een stoomspuit. Men verkeerde toen nog in het onzekere van den toestand, maar maat regelen werden getroffen oai bet forc stormen- oerhanü te nemen, in ion de bezetting zich na de gewone sommatie drie rofFeJ&lagen op de trom niet overgegeven zou hebben. Tot zoover da Fransche :iad«n over de over gave. Het slot van cie lao-tst-e acte van het kluchtspel staat al in de at orgtne ilia, Maar het scherm is gevallen. Tot slot meldt men; de h-sr Guérin gaf zich over. Van den hertog van Orleans, dien het volks praatje in het fort opgeslotennjLende, isgseg spoor gezien. Guérin heelt getoond, cat zyq snoeven slechts grootspraak was. Hy is tbans in de gevangenis van het Dépot, tn zal wel spoedig naar het Luxembourgpaleis overge bracht worden. De minister president, uie er zeer tegen opzag, dat bloed verboten zou wor den, is nu van ten zw.ire ongerustheid bevryd, en Parys is verlost van bét werkelijk belache lijk en ergerlyk schouwspel, dat htt fort op leverde. Het gebouw, geheel ontruimd, is verzegeld, opdat huiszoeking zal kunnen worden gedaan. Een militaire wacht ia er nog rondom opgo-. steld, maar de 6traat is weder vry voor het openbaar verkeer, waarvan druk gebruik worat gemaakt door nieuwsgierigen, oie het fort staan' aan te gapen. De vlaggen en het uitdagend uithangbord zyn nog niet weggenomen. Volgens het „Journal" zou de commissie van instructie voornemens zyn een huiszoeking' te doen in het bureau van „La Croix" en by don hoofdredacteur van dit blad, om na te gaan in boeverre de Assomptionisten in het royalistisch komplot betrokken zyn. De heer Guérin is gistermiddag geboord door den heer Bérenger, voorzitter van do commissie van instructie van den Senaat. Een onderzoek is daarna in zijn by zyn ingesteld in bet fort Chabrol. I De heer Trarieux heeft aan den Senaat'; kennis gegeven, dat hy geen deel me nt to( mogen nemen aan de zittingen van dat college als Hooggerechtshof, wegens zyn bloedver-, wantschap met den beschuldigde Déroulède, die de zoon is van zyn vollen neef. ij Gemeenteraad van Leiden* i Vergadering van hedennamiddag te twee uren 1 Voorzitter de burgemeester, mr. F. "Was? Tegenwoordig de heeren Juta, Körevaar, Dakhuyzen, Zillesen, Drucker, Fockema' Andre®, Zaayer, Van Lidth de Jeude, Van Hamel, Pera, A. J. Van Hoeken, De Lange, Aalberse, Van Rhyn, Kroon, Kerstens, J. P. J. Driessen, Hasselbacb, De Goeje, Kaiser en P. L. C. Driessen. Afwezig met konnisgeving de heeren P. Jj.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 2