Beurs van Amsterdam.
De Fr8 jein et rorpt zyn herinneringen, die
niet heel scherp zyn, ie hulp en herhaalt een
deel van zyn rede. By erkent, dat inlichtin
gen omtrent de dekkingstroepen en geheimen
omtrent de bewapening wel van belang zyn,
en merkt op, dat by zyn rede In de Kamer
uitsprak, om de gemoederen te kalmeeren.
Labori verzoekt den president, aan Freycinot
'te willen vragen, wat zyn meoning is over de
beschuldiging- n, door zekere bladen ingebracht
tegen Scbeurer-Keataer, Trarieux en anderen.
De president weigert, zeggende, dat Labori
In het debat de hartstochten wil opwekkeo,
waarop De Freycinet uit zichzelven verklaart
dat by de hoogste achting heelt voor bet
karakter van Schcurer-KestDer.
Labori komt er tegen op, dat by de harts
tochten in het debat zou hebtcn willen op
wekken, en bedankt De Freycinet voor zyn
^oorden.
"Na zpn getuigenis gaat generaal De Frey-
cinet naast generaal Billot zitten; spreekt
eenige oogentlikken met hem en krygt daarna
verlof om voorgoed heen te gaan.
Da journalist Qallichet herhaalt een uiting
van Cor.ier, die hem zeido: „Wy hebben
Dreyfus gepakt met zyn band in den zak".
Cordier antwoordt, dat by niet ontkent,
dat by aan Dreyfus' schuld heeft geloofd. Hij
heeft zich daarover reeds verklaarJ en gezegd
waarcoor zyn meening zich gewgzigd beeft.
De schriftkundige Belbomme handhaaft de
j conclusies van zyu rapport, zeggende, dat het
borderel niet van majoor Esterhazy is en hy
slechts zal gelooven, dat het door den majoor
ie geschreven, wanneer deze het in zyn tegen
woordigheid overschryft. Getuige verklaart het
schrift van Dreyfus niet te kennen.
Demange wyst op verschillende tegenstry-
dighe-don in het vroegere rapport van Bel
bomme en zyn verklaringen van nu.
Da zitting werd om twaalf uren opgeheven.
Woensdag voortzetting te halfzeven.
- In antwoord op do pogingen, welke nog
voortdurend worden aangewend om de Duit-
scbe regeering te bewegeo, kolonel Yon
Bcbwartzkoppen zyn gereserveerde houding
te laten varen, merkt de „KöId. Zeitg." in
oen llyklaar officieus artikel op, dat, wanneer
men nagaat, welke beteekenis in Frankryk
wordt gehecht aan de verklaringen der kolonels
Fanizzarci en Schneider, men daaruit gemak-
kelyk kan afleiden, dat ook die van Yon
Schwartzkoppen niet in staat zouden zpn,
lieden te overtuigen, die niet overtuigd willen
zyn. Duitschland beeft in dit opzicht al veel
moer gedaan dan noodig was. Wanneer het
door den staatssecretaris Yon Bülow de bekende
verklaring ten gunste van Dreyfus liet afleggen,
dan was dat een regeeringsdaad, zoo gewichtig
als men zich denken kan, want als de minister
van buitenlaniscbe zaken in zooJanigen
vorm spreekt, .doet hy dat als vertegen-
woor.igcr des rpks en van den Duitschen
keizer, tn hebben zulke woorden aanspraak op
onvoorwaardelyke geloofwaardigheid. Daarby
Somt nog, dat Von Schwartzkoppen in
November 1897 op zjjn woord van eer ver
zekerd heeft, nooit middellyk of onmiddellpk
met Dreyfus in betrekking te hebben gostaan,
welko verklaring de Duitsche gezant officiéél
Iter kennis van den Franschen minister van
ibuitenland8cho zaken heelt gebracht. Wanneer
'er in Frankryk nog lieden zyn, die niettemin
'aan de juistheid van zulks verklaringen
twyfelsn, pleit dat slechts voor hun eigen
karakter. Als een particulier persoon een feit
met zyn woord van eer heeft bekrachtigd,
'is het een beleediging, nog bewyzen van hem
te verderen en niet minder is dat bet geval
reet een staat, die een plechtige verklaring
laflegt.
De „Figaro" maakt den staat vau dienst
'van kapitein Freystaetter openlaar, die ge
lezen mag worden. Daaruit blykt, dat hy o. a.
in Tonkin verscheidene heldenfeiten beeft be
dreven; éc-n er van deelt het blad in zyn
geheel mede.
Martin Freystaetter is den 3den Augustus
1857 te Feuestrange in den Elzas geboren.
Op zpn 20ste jaar nam hy dienst in het
vreemdenlegioen. Als onderofficier was by by
de troepen cie den opstand in het zuiden
van de provincie Oran onderdrukten, hp vocht
te Cuelalla, Aïn-Tazina, Djebel-Smir enz. Zpn
chefs spoorden hem aan, op de militaire
academie te Saint-Maixent te gaan, waar by
van 1 April 1882 tot 1 Maart 1883 studeerde
om toen als 2de luitenant by het 128ste
linieregiment geplaatst te worden.
Op zyn verzoek met de marino-infanterie
naar Tonking gezonden, nam hy deel aan
het gevecht by Nin-Bap, aan deD beroemden
marsch naar Lang-sen en bet ontzet van
Tuyen-Quan. Hy werd by dagorder van bet
ezpecltiecorp3 eervol vermei J.
By Tbua-Moc was men, op marsch naar
Tuyen-Quan, op een reeks van forten gestoo-
ten. De Chineezen hadden er zich geducht
versterkt. Kolonel Giovanninelli ging naar
het bataljon van majoor Matbias, wees op
bet eerste fort en zeide: „Zi.t gy dat fort?
IDaar moeten wy vannacht slapen". De
I marini'.rs rukken op, maar een bamboe palis
sade bou.t hen tegen; vlak daarachter ver
schanst, schieten do Chineezen hen neer.
Eindetyk wordt er ten bres in gemaakt,
maar op dat punt richt zich het b9vigste
vuur vau de vtrdedigera en niemand durlt
tr zich in wagen. De eoldaten aarzelen.
Langer uitstel zou echter noodlottig worden,
en een 2de luitenast van de 29ste compagnie,
Freystaetter, springt naar voren. By komt
door do bres, zpn mannen achter hem aan,
sn de Cbineesche troepen en de zwartvlaggen
worden met da bajonet van hun stekken
gejaagd. De weg naar Tuyen-Quan is vry.
Na het sluiten van den vrede werd Frey
staetter naar het opro.rige Annam gezonden,
daarna diende by nog zeven jaar in Tonkin,
waar telkens wat te vechten viel.
In 1894 keerde hy naar Frankryk terug,
en in December maakte by deel uit van den
krygsraad, dis DreyfuB veroordeelde.
Over Dahomey begaf by zich in 895 naar
Madagaskar, waar by een bataljon Hauesa's
a invoerde, en na d.n val van Tananariwo
tot olficier van het Legioen van Eer werd
bevorderd (hy was ridder sedert Juli 1885).
Hy kwam eerst in Febr. 1899 ia Frankryk
terug. In het geheel heeft hy zeven en dertig
oiperities medegemaakt en aan meer dan
honderd gevechten deelgenomen.
Aan de „Frankf. Ztg." wordt uit Benr.es
bericht, dat de verdeaigers van Dreyfus hun
taak by de pleidooien zoodanig onaerling
verdeeld hebben, dat Demange het eigenlyke
plei.ooi zal voeren en de zaak van 1894 af
zal behandelen en toelichten. Labori zal slechts
een uur spreken. Labori iyat nog zeer aan
zyn wond en heeft dlkwUls slapdooznachten.
De corresponient te Bonnes van de „N.E. C."
scbrpft:
Het heet, maar het komt my nog wat
ongelooflyk voor dat deza week nog het
getuigenverhoor zou eindigen-Zater lag reeds
het requisitoir mede als gevolg van den
wensch van Labori om tot een einde te ge
raken. Hy gevoelt zich niet al te best en
vreest anders niet tot bet uitspreken van zpn
pleidooi te kunnen komen.
De militaire gonverneur van Parys, generaal
Brugèra, beeft den chef van den geneeskun
digen militairen dienst opgedragen, Du Paty
de Clam hedenmorgen te bezoeken, om een
onderzoek in te stellen naar zyn gezoudbeila-
to-stauJ en te zien onder welke omstandig
heden hy met vrucht ondervraagd zal kunnen
worden.
Du Paty zal worden ondervraagd door kapi
tein Taveruier, in tegenwoordigheid van mr.
Demange, een der advocaten van Dreyfus.
De „Figaro" legt uit welke de rechten zyn
van kapitein Dreyfus ten opzichte van bet
verhoor, waaraan Du Paty de Clam zal worden
onderworpen.
In de eerste plaats zal Du Paty nu gehoord
worden ale getuige, gedurende de debatten,
en niet ala getuige, gedurende de instructie.
In beide gevallen is de procedure inderdaad
verschillend.
Gedurende de instructie kunnen de getuigen
worden gehoord buiten tegenwoordigheid van
den beschuldigde. De rapporteur, aio de func
tie van rechter van instructie vervult, kau
door rogatoire commissis het verhoor van een
zieke of verwyderden getuige doen plaats heb
ben, en de beschuldigde heeft niet het recht aan
dit verhoor deel te nemen.
Maar „gedurende de debatten" is het een
andere za-k.
In dat geval moet de president, na elke ge
tuige verklaring, aan den beschuldigde vragen,
of hy antwoorden wil op wat togen hem in
gebracht is.
De beschuldigde of zpn verdediger kuunen
den getuige doen ondervragen, door het orgaan
van den president, na zyn getnige-verklaring.
Wanneer nu een getuige zou worden ge
boord gedurende de debatten buiten den be
schuldigde of zyn raadsman om, zouden die
voorschriften niet opgevolgd kuunen worden
en de wet werd geschonden.
Dus moeten, volgens bet blad, kolonel Du
Paty de Clam en kapitein Dreyfus worden
geconfronteerd.
Men heeft gezien, waartoe ds confrontatie
van kapitein Freystaetter, kolonel Maurel en
generaal Mercier beeft geleid.
In goed onderrichte kringen wordt ver
zekerd, dat de opdracht om Du Paty de Clam
mondeling als getuige te booren, het gevolg
is van een wenk der regeering te Parys, na
het getuigenis van kapitein Freystaetter. Du
Paty toch is de eenige nog In leven zynde
getuige, die byzonderheden weet van het
komplot v-n 1894 tegen Dreyfue, daar hy de
scbrpver is van de toelichting op het geheim
dossier, waarin ook melding moet zyn gemaakt
van de ondergeschoven v&lsche vertaling van
Panizzarai's telegram.
Over het optreden van kapitein Freystaetter
in het Indrukwekkende tooneel Zaterdag 11.
met kolonel Maurel eu generaal Mercier zegt
de correspondent van de „Times" te Eennes
„Daar kwam dan eindelpk een der rechters
van 1894, om iedereen gevoelde dat —ons
de waarheid te zeggen over betgeen er ge
beurd was in die raadkamer, waar, vpf jaar
gelsden, Dreyfus veroordeeld werd om levend
dood te zpn. Wp zagen de lange, stevige
gestarte van een officier in de uniform der
marme-iufanterie naar het getuigenhekjs gaan
op zyn bor^t een ry van koloniale mecailles
aan geel, blauw, groen lint, de dapperheid
vertolkende van hem, cie ze dro9g en ze ge
wonnen had in moeilpk werk te velde, in
overzeescho landen: Afrika, Indo-China, Mada
gaskar. Eo:stkburig haar, een puntcaardje,
een zware, 6tyve kasvel, practtige helder
blauwe oogen, met een coordriogeDden en
vasten blik, cie karakter gaven aan het
heels gezicht
„Hp behoorde blijkbaar tot de klasse van
mannen, die, als Picquart en generaal Do ids,
doen wat zy te doen vinden, zonder er later
op te pochen. Hy kwam midden lusschen de
geniepige en lage bureau kliek van hot minis
terie vallen, alsof hetgewetenyaa Frankf pk
vleesch geworden was ODder die onbevlekte
uniform van het. groots en bewonderens
waardige leger, welks eer al te lang over
geleverd is geweest aan een bende falsarissen
en samenzweerders, Er ontstond verwarring
en ontzetting op de bsnkeo, waar zy zaten.
En toch, alleen in deze gedaante kon Nemesis
zich gehoor verschaffen.
„Reeds by zyu eerste woorden heerschte
er dood8stilte in de zaal, en de korte zin
netjes, dis de waarheid bevatten, vielen van
de lippen van dien officier als beider klinkende
munton en niets kon het meer ongedaan
maken, als een les voor alle tpden was de
misdaad van .1894 aan de kaak gesteld. Ein
delpk stond bet groots geheim daa voor ons
onthul 1.
„Ik wanhoop er aan, ds gezichten van de
toehoorders te beschryven. Dante alleen had
de ontroering van die allen kunnen weer
geven, de hulpelooss, pynlyke gelaatsuit
drukking van de rechters, nu de beteekenis
tot hen doordrong van deze bevestiging van
het feit, dat zy, tegen alle verwachting
in, nog gaarne voor onaannemelyk hadden
gehouden, en dat nu onherrospelyk vast
stond.
„Generaal Mercier is een raadsel. Hy blyft
ondoorgrondelijk, men staat versteld over zUn
zelfbeheerschlng."
De vervolging tegen de „Éclair", Ingesteld
wegens de openbaarmaking van het stuk „Ce
canaille de D." in 1896, is ingeleid met een
huiszoeking, behalve in het bureel van het
blad, ook ten huize van den directeur Sabattler
eu den scbrpver van het artikel, Montorguell.
Dat onderzoek schyut niets opgeleverd te
hebben.
De heer Lissajoux, redacteur van het „Petit
Journal", is in arrest geüomen en opgesloten
in de gevangenis ds la Santé. De heerLissa-
joux heeft aan de redactie van de Eclair"
documenten ter band gesteld, waarvan de
heer Montorgueil zich bediend heeft om het
artikel te scbryven, waarin de letter D. van
het fameuss stuk: „Ce canaille da D
door den naam Dreyfus vervangen werd.
Aan een medewerker van de „Figaro" heeft
kapitein Freystaetter verklaard, dat kolonel
Maurel, ofschoon hy ook Zaterdag nog be
weerde, dat hy aan den krygsraad van 1894
zelf maar één stuk voorgelezen had van het
geheime dossier, alle stukken luid heeft op
gelezen en hy elk stuk afzonderlyk ophelde
ring gaf. De Biukken waren in een enveloppe
geweest, die met een rood zegel met bet
randschrift „Kabinet van den minister van
oorlog" was gesloten. Ds veelgenoemde com
mentaar of opheldering tot de geheime stuk
ken was niet onderteekend, aan het hoofd
stond echter: „Kabinet van den minister."
De heer Quesnay de Beaurepaire begint na
de zitting vaa Zaterdag ongerust te worden
over den afloop van bet proces. Hü heeft «en
brief geschreven aan den heer Demange,
waarin by dezen bezweert hem te doen oproe-
p:n voor den krygsraad, hem en alle door
hem opgenoemde getuigen.
Beaurepaire prpst zyn getuigen van Pontius
tot Pilatus aan. Hy heeft zich over de afwyzlng
van zyn lyst reeds beklaagd by Waldeck-
Bousseau, en beveelt in een nieuwen brief,
dien hy aan den voorzitter Jouaust gericht
heeft, de volgende nieuwe getuigen aan: 0. en
F. zouden onder oede verklaren, dat Dreyfus
in hun woniug een kamer gebuurd heeft,
waarin hy door oen jongen man plannen en
andere belangryke stukken liet afschryvsn.
Een ander getuige is een Russisch diplomaat,
die verklaren zal, dat Dreyfus schuldig is en
aan Rusland voortreffelyke diensten heeft be
wezen. Getuige H. 1b een persoonlyk vriend
van Panizzardi. Getuige J. weet, dat Dreyfus
geheime stukken aan Rusland heeft uitgeleverd.
Toen by later ook Duitaohlaad bediende, heett
Rusland hem verraden. Een voormalig officier
zal beweren, dat by weet, dat Dreyfus aan
een Duitsch officier geheime stukken heeft uit
geleverd, enz.
Yolgen8 een Parysche corres
pondentie in „Pollliken" zou te Parys de pest
haar intrede hebben gedaan. En het schynt
niet de eerste de beste te zyn, die dit meldt;
de correspondentie is onderteekend met de
letters G. B., waaronder Georg Brandos ge-
woonlyk ia „Politiken" schryft, wanneer hy
zich nist voluit teekeut. Hy zegt:
„Wy hebben de pest te Parys. Het is on-
twyfelbaar, boswel de bladen er over zwijgen.
Er zyn 6 sterfgevallen voorgekomen in den
„Bon Marché"; men vermoeit dat de ziekte
voortgeplant is door middel van Oostersche
tapijten, maar het is waarscbynlyker dat
ze uit Portugal ia ingevoerd. De „Bou
Marché" heeft alle bladeu bier „gestopt" om
hen te doen zwygen. Alleen het vrouwenblad
„La Fronde" weigerde geli aan te nemen
en van de refactie van dat blad heb ik myn
wetenschap. Het zal nu moeten blyken of
men hier (evenals een jaar gelsden te Weenen)
er in slaagt de pest te onderdrukken."
Dit lykt inderdaad, zegt het „Hbl.", een
ernstig bericht tn Georg Brandes is geen
nieuwtjesjager. Toch mag men wel eenlg
voorbehoud makeu; het blad gelooft nog
niet zoo aanstonds dat alle Parysche bladen
(op één na) zich zouden hebben laten om-
koopen.
TbermometerstanJ: gistoravonl om 8 uren
17 C. 62.6° Fahrenheit, hedenmorgen om
8 uren 17' C. 62.6 F., 'e middags om
12 uren 20.5' C. 68.9 F., 's namiddags om
4 uren 31° ft 69.8' F, -- - ~-
80 Augustus 1899.
Vor.
Keen
koer».
heden
'X pCt Ned. Werk SdmU. J*
SOM
MX
8 pOt Oblig. dito
M
WK
e pCL Cort. dito ;i
m
4 pCt Ooetenr. Hei/Kor.
83M
83tf
e JuUTlil g1
83M
63*
2J«
23*
4 pCt Sper.JeJ j
t
6 pCt ilexie.
«64
60
6 POt dito 1896 funding Ia,
86}<
8214
Koloni&le Buk H'"^yim m 1
46J4
dito pret
8*14
HederL Hudol-MQ. op latoeutj
161M
NcderL IndiMht
82)4
81*
Doidt Petr.
116
UVA
Jrr» Petr. MQ. i i i i, i
14Z
143
KoninkL Petrol.-MjJ,
iei
161
16414
163
HederL PetroL-MjJ.
18
BoaMktn-Palembug
73
Aud. SoenuJ&U i
220
ItaL 8pwL 18B7/9
64
M*
Portugal, Bdn Baiza.
64
84
Auhifion Topoko
22)4
23JK
dito pret
68)4
65
Depot Cot. Ceatr. Paciflo 4
Denver Hio 0. T. A.
66
67*
23JÖ
28
8t-Looit fiu-Fnnt»
12J4
12
dito 8e piet «-•••.« #J
S»)4
68*
BeltafatrM t i
29)4
29*
Onlfihtret»
11
12
6pOt dito Oblig
«X
HiMoori Git. A. i f t
MM
14
Or. 8borUine
n%
77*
Union Ptdfio J
4?M
47*
4ito pret B 1 e i 4>
'8)4
Prolongatie 5 pCt
Norfolk 25mOntario 26M Southern
87M Nod.-Ind. Myubouw 90.
BUITENLAND.
Frankryk.
In Frankryk is naast het komplot te RsnneB
het komplot tegen de veiligheid van den
Staat de „topic of the day." De byeenroeplng
van den Senaat ala Hooggerechtshof wordt
zeker geacht, maar nog niet aeker Is het of
de president van de Republiek het byeen-
roepingsbeslutt zal teekeoen in den kablneU-
raad, aio Donderdag of Vrijdag a. s. te Ram-
boulllet gehouden wordt Hen denkt, dat de
regeering wel niet tot do byeeoroeping zal
overgaan, eer zy beraadilaagd heeft met dan
heer Faliières, voorzitter van den Senaat, die
op het oogenbiik niet te Parys is. Daar het
allicht nog een veertien dagen duurt, eer al
de leden van den Senaat weer binnen Parys
teruggekeerd zyu, verwacht men de byeen
roeplng niet voor de tweede helft van Sep
tember. De heer Fabre, rechter van instructie,
moet een groot aantal stukken in handen
hebben, die voldoende bewyzen, dat het kom
plot ten doel had een aaoslag tegen do
huidige staatsinstellingen In Frankryk.
Trots de tegenovergestelde verzekeringen
van andere blacen, acht do „Figaro" het nog
niet zoo vaststaande, dat het Hooggerechts
hof zal worden byeeogeroepen. De „Figaro"
acht dit bericht op zyn minst voorbarig,
omdat de aanklacht van de 12 Augustus 1L
gearresteerden nog niet definitief is vastgesteld.
Het bericht, dat do Libre Parole" en de
„Intran8lgeant" vervolgd zullen worden,
wordt thans weer tegengesproken, alleen do
„Soir", de „Patrie" en hat „Journal du People"
zullen vervolgd worden; do eerste twee wegens
haar manifest aan do „dames de la Hallo",
het laatstgenoemds blad wegens de byesn-
roeping van de anarchisten op de Place do
la Républlque.
BelglS.
De algemeens vergaderingen van het 25ete
Ned. Taal- eo Letterkundig Congres te Gent
werden 's middags geopend door den voorzitter,
baron De Uaere.
De vergadering werd Ingeleid met een woord
van prof. dr. H. Kern, uit Leiden.
Deze heogleeraar wees or op, dat na
150 jaren geleden te Frankfort werd geboren
Duitschlanda groots dichter, Goethe; waar
thans te Frankfort deze dag plechtig werd
herdacht, achtte spr. het passead, dat dit
congres zon toouen dozen gedenkdag niet
onopgemerkt te willen laten, en stelde by
daarom voor het volgend telegram te zenden
aan den burgemeester van Frankfort:
„Der 25e Congress ffir niederlandischs
Sprache, Literatur and Geschichte, heute
tagend zu Gent, eendet den BQrgern von
Frankfurt an diesem Tags, dom 150. Geburts-
tag von Frankfurt's groezen Sobn, Deutsch-
land'a grOszten Dichter, Johann Wolfgang
von Goethe seinen germanlachen Brudergruas."
Met daverende toejuichingen werd tot het
zenden van dit telegram besloten.
Alvorens vervolgens dr. A. Kluyver, van
Leiden, verslag uitbracht over het Neder-
landsch Woordenboek, bracht hy hulde aan
de nagedachtenis van prof. Cosyn, dis zooveel
zyner krachten aan hot Woordenboek wydde.
Daarna herinnerde spr. aan het werk van
De Yries, hoe het begon, hoe bet werd voort
gezet. Ds commissie heeft sinds 1888 telkens
op de Congressen verslag uitgebracht; thans
is die taak door de redactie overgenomen.
Jbr. Beelaerts van Blokland en A. C. Wart-
heim, de leden der commlseio die overleden,
zyn vervangen door dr. Leyde en mr. Yan
Tienhoven.
De regeeringen van Nederland en Belgié
geven subsidie, naar gelang de arbeid vordert;
de stad Antwerpen doet ook het hare. De vier
redacteurs kuunen dus meer doen dan vroeger,
al blyft uitbreiding van het personeel weu-
schelyk.
Met enkele woorden ten betooge van het
groots nut van het woordenboek eindigt spreker.
De hterPaul Fredericq van Gent wenschte
dank en buide gebracht te zien aan de redac-'.
tie van bet Woorden'.o k, alsook aan de twos'
„redders" van bet Woordenboek, diedeflnan-
cioele hulp sinds 1887 zochten eD von-ien, do
heeren Quack en Laurillard. Hy wekte op tot
het verle.-nen van virJeren stollelokcn steun,
allereerst door in te teekenen op bet Woorden
boek. In Eogeland waren in IS92 1500 vrywil-
lige medewerkers aan bet Woor.enboek, die
citaten leverden of dergelijkcn aroeiJ deden.
Daartoe wekt spr. ook de Nederlanders op die
er too in staat mochten zyn.
OranjoVrjistnat.
In de vergadeii g van het Hnis van Afge
vaardigden gisteren bet woord voer n le, ver
dedigde Scbreiner zyn optreden tot toelating
van den doorvoir van munitie naar een Oranje-
Yrystaat. Hy geloofde, dat de moeiiykbeueo
met Transvaal zonJer oorlog zullen worden
opgelost.
Juist bad by een telegram ootvangon van
Steyn, inhoudende, dat bet niet noodig was,
de valscbe en toosaar.igo berlcbten tegen te
eprekeo, als zou de Vrystaat de wapenen
opvatten tegen het Britscbe ryk; alleen zou
die republiek dat doen ter zelfverdediging of
tot ondersteuning van de haar ty tractaat
opgelegde verplichtingen.
Ook hy meent, dat de geschillen tusschen
Transvaal en Groot Britanniö op vreedzame
wyze kunnen worden opgelost. Mocht het
echter ten slotte tot een oorlog komen, can
sou hy voor het vervolg waken tegen den
doorvoer van wapenen.
Teicgi-uniineo,
KAAPSTAD, 29 Augustus. Het bericht, dat
een deel van bet garnizoen van Kaapstad
bevel ontving naar Mafeking te vertrekken,'
ia tot nog toe niet bevestigd.
HENNES, 80 Augustus. AII.) De zitting
van den krygsraad werd te 6.40 geopend.
By het voorbykomen van Dreylus zyu er
heel weinig menschen.
Het publiek in de zaal is zeer talryk.
Dreyfus luistert met groote aandacht naar
do verklaring van den heer Meyer, lid van
het „Institut", directeur van de „Ecole dos
Chart08", die vertelt van zyn onderzoekingen,
welke tot uitslag hadden dat het borderel van
Esterhazy is. Door middel van een vergroot-
glas stelde deze getuige vast, dat het origlucele
borderel van een zuiver loopende hand is en1
geen spoor van aarzeling vertoont. Meyer
herinnert aan zyn vroegere verklaringen over
dit onderwerp.
Holinler, leeraar aan de „Ecole des CbarteB"r
verklaart volkomen hetzelfde. By elk nieuw'
onderzoek dat by ondernam werd hy wederom
overtuigd dat het borderel vau Esterhazy is.
RENNES, 80 Augustus. (Hbl.) De heeren
Meyer, Molinier en Bery, bocgleeraren aan de
„Ecole des Cbaxtes" en leden van het „Institut
do France", leveren een lange beschouwing
over het borderel en passen wetenschappelyke
methoden toe op het onderzoek van historischs
stukken. Zy komen allen tot de slotsom, dat
het borderel het werk is van Esterhazy en
niet van Dreyfus.
Herder komt tusscbehbeide, doch alleen
om zyn nieuwo tactiek voort te zetten, die
daarin bestaat, dat hy de verdedigers van;
Dreyfus steunt, doch slechts op punten van
ondergeschikt belang en die nagenoeg onbe
twistbaar zyn. De krygsraad stelt In deze
graphologische discussie levendig belang, meer
dan hot publiek.
RENNES, 80 Augustus. Mr. Labori meent
dat Mercier tusBcben beiden kan treden om'
do woorden van Carrière aan te vullon.
Herder zegt dat hy wil bevestigen hetgeen1
Holinler gezegd heeft aangaande de verande
ringen In het schrift van Esterhazy.
Géry zegt dat het borderel niet gomaakt
is van de aangehaalde woorden; het schrift
ls van Esterhazy.
Er bestaat tusschen het schrift van Ester
hazy en Dreyfus zekere overeenkomst, hy
verklaart, dat er lntusschen een groot ver
schil bestaat van veel 1 o 11 e r a.
Labori vraagt of de schriftkundigen ver
anderingen, in het schrift van Esterhazy
aangebracht, constateerden, waarop Géry ont
kennend antwoordt en zegt dat zyno onder
zoeking slechts oppervlakkig was.
Labori vraagt of Mercier thans nog zegt
dat het schrift van Esterhazy minder op dat
van Dreyfus is gaan golyken of meer in over
eenstemming daarmede is gekomen.
Mercier zegt dat by zich geen meoning
beeft willen vormen en Irengt in herinnering
dat wat Bertillon constateerde.
Labori merkt op dat Mercier niet op ds
verklaring van Gregnier moest steunen.
De zitting wordt geschorst.
By heropening wordt gehoord Piget. Deze
zegt dat by een onderhoud met een Oorten-
rpkschen militairen attaché heeft gebak
De president herinnert hem aan do plichten
tot discretie.
De regeerings-commissaris Carrière protes
teert.
Pigot geeft nu verslag van zyn ODderhoud.
Degeeo, met wien hy eprak, verkondigde op
boogen toon de ODBCbuld van Dreyfus. (Lang
durige sensatie).
Die bultenlandache officier zei dat slechts
8 documenten In het dossier echt waren.
Hy zegt dat Esterhazy eou schurk is en
in verbinding heeft gestaan met een zekeren
agent A.
Pigot verklaart dat hy niet do stukkeu
van het petit-bleu byeenbraebt.
PARIJS, 30 Aug. Gringolle, van de „Figaro",
vooxzlet de vryepraak van Dreyfus met
4 tegen 3 stemmen,