Te Edam heeft de 7 8-jarige M. D. zich met e?n zakmes op akelige wijze van het leven beroofd. Door de politie te Barneveld zfln de daders van den aldaar gepleegJen doodslag op den boerenknecht G. Van Dronkelaar opge spoord. Drie metselaarsknechts aldaar hebben namelijk bekend hot slachtoffer de coodeiyke slagen te hebben toegebracht. De löjarige zoon van den gepen sioneerden muzikant v. D. te Tiel bleef gister avond oenskLps dool. Hij was denzelfden avona tbuis gekomen, afgekeurd voor de Nederlan ische Marine, na een maand in 't hospi aal te hebben gelegen. Hij leed aan een hartkwaal. Bij het onweder, dat gisternacht woelde, is te Oldemarkt de korenmolen van J. Wiersma bij het Mallegat getroffen. Ofschoon de brandweer spoedig aanwezig was, was er aan blusschen geen denken. Spoedig stond de geheele molen in lichterlaaie. Een gewel dige slag was het, toen de zwara as met de wieken en de molensteenen naar beneden tuimelden. Een vonkenzee steeg loodrecht naar Loven. De molen dateerde van htt jaar 1797. Zij was verzekerd voor £000. Te SttenwiJkerwold is het huis, bewoond door de wed. P. Hollander, koffiehuishoud- ster, wonende halfweg het Steenwijkerüiep, door den bliksem g troffen, met het gevolg, dat het geheele perceel tot den grond af brandde. De bewoners hadden moeite zich te reJden. Huis en in oedel waren verzekerd. Een massa hooi, dat Diet verzekerd was, als mede een varken en eenige kippen werden coor de vlammen vernietigd, zoodat genoemde weouwe toch nog groote schade lijdt. Te Betst *ijn gisteren zes woonhuizen afgebrand. Gisternacht tusschen 1 en 2 uren woedde ook t oven Zwolle een zwaar onweder, gepaard met hevige regenbuien. Aan ce Nieuwe Haren- brug werd de kop uit een toorn geslagen. In bet Groot-Weez:nland werd e.n boom verbrijzeld, terwijl in een huis in de Molen straat -een gat in het dak werd geslagen, zonder verdere ongelukken te voroorzaken. Het regende zoo hard, dat sommige 6traten eenige oogenblikken blank stonden. T« Heerlen zijn drie woonhuizen afgebrand, gelegen op het WilhtlminapLin en bewoond door Uoben, Spijkers en notaris Smeets. Door spoedige hulp kon men de aangrenzende huizen re iden. Het arcbicf van den notaris is nog bijtijds b\j den in de nabijheid wonenden ontvanger de? registratie in veiligheid gebracht. De vrouw van den sigarenmaker Stalknecht, wonende in den Adelaarshoek te Hattem, viel Dinsdagavond met de brandende petroleum lamp, waardoor een hevige brand ontstond, die door de schrikbarende droogte een grooten omvang kreeg. In één oogen lik waren, behalve dit perceel, nog orie andere, in eigendom too- behooren e en bewoond door 6 huisgezinnen, in één vuurzee h rschaptn. Geiukkig kon oor de onlang-* aangebrachte telephonische ver binding tusschen Hattem en de gasfabriek te Zwolle, de directie der wattrleiding onver- wylj worden gewaarschuwd, zoodat er spoe dig p rsoneel op de bedreig e plaats was. Den gehelen nacht was men ijverig in de weer de steeds opflikkerende vlammen te ;nd cru ruk ken. Het belendende perceel, be woond door de wed. Coster, werd voor het Tuur behoed. Bi) het omtrekken der muren lan de trandende getouwen werden de ipuitgasten W. Do Wterdt ernstig aan het hoo i en Van der Zwaan aan het been verwond, zoodat geneeskundige hulp mo?st wor en ingeroepen. Niet allen waren tegen brandschade Verzekerd, zoodat velen van haven en goed beroofd zyn. Gisternacht omstreeks 12 uren brak een zware brand uit in Smit6hoek onder Dub bel am in het pand van ae weduwe Rob- bemont, bewoond door vier huisgezinnen; sommigen uer bewoners konoen zich slechts bflna onikl ed met bun kinderen redden. Er is niets gered. De oorzaak is onbekend. Volgens eenigen brandde het huis reeds voordat het onweder losbarstte. Te Ejo Is de bliksem in den toren geslagen, zonder echter brand te veroorzaken. Te Ubach over Worms (gem. Waabach) zyn door een nog onbekende oorzaak tien huizen afg6' rand. De inboedel werd grooten- deels g red. Alles was verzekerd. Te Simpelveld is het huis van den burge- me ster, den heer Van Wersch, door brand Vernield. in Buda-Pesth werd eon uit sol- daten bestaande rooversbende gepakt, die sedert maan en uit de militaire magazijnen matrassen, dekens, enz. wegstal. Door een aangifte ontdekte men 's nachts, dat drie sol daten over een muur van een militair depot balen op straat wierpen, cie door crie andere soldaten op een transportwagen geladen wer- deD. Nu sneloe een gereed gehouden patrouille ter plaatse en nam de cievan gevangen. Op den wagon bevonden zich reeds 3000 dekens en verscheidene groote balen, die linnengoed van officieren bevatten. De geheele waarde van deze te rechter tyd geredde waren be droeg maar even 25,000 gulden. Uit een ingestold onderzoek bleek het interessante feit, dat e.-n lid der patrouille, die co dieven gevangengenomen had, by de affaire betrok ken was. Het gestolene was door den koop man H. tegen zeer lagen prijs ingekocht, d e het dan naar een in Galliciö wonenden armee- leverancier verzond, die het aan weer aan de militaire administratie terugverkocht. Ook verscheidene andere civielo personen zijn sterk gecompromitteerd. Tc Wu.dbd is zekere Heinrich Leitner coor de rechtbank veroordeeld tot twee jaren dwangarbeid, wegens diefstal en oplichting. Dertig jaar geleden was Leltner millionnair en speelde een rol in de groote wereld te Weenen. In 1873 verloor hjj door speculaties een groot deel van zijn fortuin en met het over schot speculeerde hy in land en huizen. Doch bij bleef ongelukkig en moest ten laatste trachten als makelaar in vaste goederen zijn brood te verdienen. Toan ook cit niet ging, verviel hy tot misdaad. Hfi lichtte een huiseigenaar voor 2000 gulden op en stal bfl een vriend een banknoot van 1000 gulden en werd voor den rechter gedaagd. Gelijk eiken zomer ontbreekt het ook dit jaifr niet aan ongelukken van toeris ten in de Alpen. Verleden week een heer uit Züricb, die met twee gidsen uit Zermatt is verongelukt; een Engelsche dame, die op een grasbelling uitgleed en in een afgrond stortte, en een Engelsche knaap van 16 jaren, die met twee andera Engelschen een berg tocht zonder gidsen deed en eveneens in een afgrond viel Al de hierboven genoemde per sonen zijn dood. Van de pestlijders te Oporto is er nog een gestorveD, terwijl het aantal ziekeD nog met een is vermeerderd. De Spaansche regeering heeft strenge maat regelen genomen om het over rengen dtr ziekte te voorkomen. Goederen, afkomstig uit Portugeesche havens, zullen aan een quaran taine van veertien aagen worden onder worpen. Zoolang de qaarantaine-stations nog ni-t zijn ingericht, is bet verkeer met Portugal afgelroken. Het hom plot in Frankrijk. De gevangenneming van Dëroulède en do overige deelnemers aan de samenzwering, waarvan de sporen door de regeering zijn ontdekt, beteekent voor Rennes een heilzamen voorzorgsmaatregel. Dr. Goldmann, de uit den eersten tyd van den Dreyfus strijd bekende correspondent van de „Frankf. Ztg.", die nu zijn blad vertegenwoor^i.t in den Zrtel van den krijgsraad, beschouwt dezen maatregel als het eenige mid.el om gedurende het proces de rust te verzekeren Waren Guérin en zfln bencen naar Rennts gekomen, dan hadden zy een slachting kunnen aanrichten, te meer, om at stad en land hun sympathiek gezind zfln. Ook verd>_r is de uiterste energie en waakzaamheid plicht; de laaghartige aan slag op het leven van mr. Labori bewijst welke elementen aanwezig zyn in de staa, waar het laatste bedrijf van het Dreyfus- proces wor^t afgespeeld. Maar ook in meer algemeenen zin mag wor den aang^nomeD, aat bet kabinet Waldeck- Rousseau niet enkel een coup ae théatre heeft uitgevoerd met de gevangenneming van het hoofd van den Patnotten'oond en meer dan een dozyn zijner spitsbroeders. Hetzfl ce nationalisten iets ia het schild voerden voor het geval, dat de krijgsraad Dreyfus vrij spreekt en daardoor, n^ar hun opvatting, ongehoorde schande over Frankrijk brengt, hetzij de regeering deug.eiyko bewyzen in handen heeft gekregen voor de tusschen Déroulè Je en de monarcbalen bestaande be trekkingen, die gemeenschappelijk doelen op den val van de tegenwoordige republiek, in beide gevallen bestond er grond voor haar optreden. Dëroulède heeft bij herhaling openlijk ver kondigd, dat dit laatste zijn doel is; hij wil wel is waar niet de repu hek, maar alle-n den tegenwoorJigeu vorm der repuili k ten val brengen. De parlementaire republiek mo t wor den afgeschalt en in haar plaats de pleoisti- taire republiek gesteld wcroen. Geen keiz r en geen koning als hoofd van den Staat, maar een dictator. Een poging tot uitvoering van zijn plan heeft Dëroulède reeds verricht, toen by in den avond van 23 Februari na de begrafenis van president Faure dan aan het hoofd van z\jn tro pen huiswaarts keerenden generaal Roget wilde bewegen met bem naar het Elysée te trekken. Generaal Rogtt weigerde, en toen trok Déroulè :e met de troepen naar de kazerne van Reuiily, waar hy een toespraak hield en de troepen tot oproer wilde verleiden. Hy werd gevangengenomen en strafrechtelijk ver volgd. Maar ce vervolging was een schyn- vertooniDg. Het kabinet Dupuy, dat toen aan het roer was, kon zich aie vervolging niet be sparen, maar wilde DéroulèJe en den Patriot- tenbond niet te bard aanpakken. Daarom wer den Dëroulède en zijn vriend en geestverwant Habert niet als hoogverraders gesteld voor het staatsgeroebtshof, zooals eigenlijk had moeten gebeuren, maar zjj werden wegens een pers-delict" verwezen naar het Hof van Assises, waarvan men kon verwachten, dat het hun hun zonden niet te zwaar zou toe rekenen. Bfl zijn verschijnen voor de jury, waar zijn proces 29, 30 en 31 Mei voor kwam, verklaarde Dëroulède zon Jer omwegen, dat bij doelde op den val van de teg.nwocraige republiek; hy betreurde, dat zijn onderneming mislukt was, en by verzekerde, dat h(j stellig weer zou teginneD, roodra hij daartoe gele genheid had. Het Hof van Assises heeft Dérou léde en Habert werkelijk vrijgesproken en sin 8 dien tijd reisde Dëroulède rond en hield redevoeringen over ditzelfde thema, zonder dat de regeering hem iets in den weg legde. Nu kan men vragen of het hoogverraad is, wanneer iemand den tegenwoordigen vorm dtr republiek door een anderen tracht to vervangen. De strafwet beschermt slechts de republiek, zonder te onderscheiden tusschen de verschillende vormen dor republiek. Zoo slim is Dëroulède wel, dat hy de republiek handhaven en slechts haar vorm veranderen wil. Althans dit verzekert by in het open baar. Maar het is de vraag, of met die verzekeringen ook ztyn wil en zyn handelingen overeenstemmen. In de eerste plaats staat het vast, dat het naaste doel van hetgeen hy nastreeft overeenkomt met watdemonar- chalen van alle schakeeringen najagen, de Orieanisten, Bonapartibten en Cesarianen, die door de plebiscitaire republiek mettertyd hopen te komen tot de werkelyks dictatuur, tot het koningschap of tot het keizerryk. Zy werken allen in beginsel met en voor elkaar tegen de republiek. Dat er echter tusschen Dëroulède en de overige vyanden der republiek ook oen werkeiyke afspraak, derhalve een bepaalde samenzwering, bestond om de republiek ten val te brengen, dat kon men tot dusver wel vermoeden, maar niet bewyzen. Dit vermoe en steunde bovenal hierop, dat Dëroulède de middelen voor zyn agitatie niet zelf bezit, maar ze ergens vandaan moet halen. Waar komt nu het geld van daan? De „Siècle" heeft onlangs medegedeeld, dat vóór de onderneming van Dëroulède in de kazerne van Reuiily by een goede bekende van prins Ney d'Elchingen, mej Susann9 d'Anjou in de Rue Pergolèse, by herhaling samenkomsten hebben plaats gehad, aij behal/e door den genoemden prins door graaf ü'Aulan en de meest bekende leden van den Bonap.^rtist n- club „Le petit chapeau" werden bygewoond. Den dag vóór den aanslag had dezi club over een bedrag van verscheidene tcillioenen beschikt, die uit verschillende bronnen af komstig waren; o. a. had keizerin Eugóoie de opbrengst van verscheidene halssnoeren en ringen van waarde in de kas van de club laten vloeien. De 50,000 fr, die Dëroulède op den dag der begrafenis van Félix Faure by zich dro g, waren niet afkomstig uit de kas van den Patriottenbon maar uit die van deze Bonapartisten club. Déroulè ie was in wer kelijkheid noch de agent van de Bonapartist-n, noch die van de Orieanisten, maar hy had van beide partyen aanzienlyke geldmiddelen ge kregen, waarvoor hy bad belooü wat te coen, zon er dat hy zich echter auiitlyk had uitgelaten over datgene, wat hy voornemens was te doen. Den avond vóór den aanslag had Dëroulède gegeten by graaf Fleury, den vert-genwooroiger van den hertog van Orleans. Van verschillende zyden zyn deze me e deelingen van de „Siècle" betwist, maar dit blad heeft ze uitdrukkelijk gehan haafd. Het i3 te begrypea, dat Déroulè e steecis plechtig verzekert alleen op eigen gezag en voo-: zich te hanoelen; hy meent daarme e door de mazen van de strafwet heen te kunnen glij p n. Maar wanneer bewezen werd, dat Orieanisten en Bonapartisten hem de middelen lavercon, dan zou het feitelyke verband blootgelegd, bet komplot bewezen zijn, en dan zouden geen fijae onderscheidingen tusschen parle mentaire en plebiscitaire republiek Dëroulède iets kunnen baten. Dat bowys schyiit nu wt-rkelyk verkregen te zyn, en op grond daarvan zyn de arrestatiën geschied. De gevangenneming van Déroulè le en van een aantal der leidende personen van het klaverblad: de Jeunesse royaiiste, de Patri otten-bond en de Anti-semittemond, is een zware slag voor do nationalisten, een sLg te zwaar ier, omdat hy geschie t midden in het Dreyfus-proces en daardoor ook in ander opzicht der regeering ten goede komt. Om te verboeaeD, dat men in het buiten land of In de departementen verontrust zou kunnen zyn over de gebeurtenissen te Parys, constateert de „Figaro," dat de hoofdstad volmaakt rustig en vreedzaam is, zooals altyd op mooie zomerdagen. De nationalistische pers heeft haor spraak teruggevonden en verwijt de rege<ring, een komplot to flngeeren om de vrijspraak vsn Dreyfus af te dwingen; zy veria gt, dat de Kamors onverwyld byeengeroepen zullen worden, opdat deze de regeering ten val brengen. Naar de „Matin" verzekert, is het komplot veel ernstiger op te vatten dan men meent; het optreden van de regeering is geschied juist op het kritieke oogenblik, toen het moest gebeuren. De „Rappel" insinueert, dat de gearresteerde personen slechts do tusschen- personen waren en dat de geheele samen zwering werkte voor den hertog van Orleans. Tegenover de berichten uit Parys, dat de Orieanisten er achter 6taan, wordt te Buda- Pestti geconstateerd, dat het hoofd van het huis Orleans, prins Philip, sedert 5 Augustus op het landgoed van zyn schoonvader, a.rts- hertog Jozef, te Alcsuth vertoeft. Verleden Zondag begaf de prins zich op de jacht naar Kisjrno. (U. D.) De „Matin" zegt, dat de politie degansche in cyferscbrift gevoerde briefwisseling van den hertog van Orleans met zyn getrouwen te Parys in beslag heeft genomen. Uit deze briefwisseling moet biyken, dat tusschen den vertegenwoordiger van den hertog van Orleans en zekere persoonlykbeden der nationalisti sche party sedert een jaar volkomen over eenstemming heeft geheerscht en dat de Orieanisten voor verschillende stakingen geld hebben geg.ven om ongeregeldheden te voor- schyn te roepon. In bet vorige nummer hebben wy onder de telegrammen bericht, dat de leider der anti-6. mieten Jules Guérin door zyn vrienden is overgehaald zich over te geven. De heer Guérin houdt zich echter nog stee's verschanst in de woning in de rue de Chabrol. Hy heeft geweigerd te gehoorzamen aan do autoriteit; heeft, zooals „l'Echo de Paris" zegt, „het vaandel van het opro.r ontplooid." Aanvankelyk dacht men, dat het den heer Guërin meer te doen was om een aardigheid; dat hy zich, niettegenstaande zyn krasse beweringen, by de eerste sommatie zou over geven. Het scbynt echter, dat degenen, die dit dachten, zich in hem hebben vergist, en dat het hem werkelyk ernst is. Hy doet alles om zyn „vesting" nog meer te ver sterken. Republikeinsche gardes te voet, „gar dens de la paix" en politie-agenten in burger- kleeren houden het huls letterlyk omsingeld. Dit waren voorzorgsmaatregelen, want feiteiyk was nog gesn bevel tot inhechtenisneming uitgevoerd. Dit is thans echter geschied. De heer Guérin is gesommeerd zich over te geven; tot dusver echter heeft by aan deze sommatie niet voldaan. Het was bekend, dat de sommatie zou ge schieden. Deswege groote nieuwsgierigheid. Des nachts had de omgeving van de vesting het uiteriyk van de Place de la Roquette, wanneer er een groote executie zal plaats heuben. In de stilte van den vroegen ochtend stond weerklonken doffe slagen, alsof men de verschrikkeiyke machine in elkaar ging zetten; het war.n de belegerden, dis spijkers in ce deuren sloegen om haar tegenstand to versterken. De wijnhuizen waren open ge bleven, op het dak van de vesting zag men eeu man voorzichtig heen en weer loopen: het was een schil.wacht. Het slaat vier uren. De dageraad verlicht flauw den hemel. Allengs hebben de esta- minets hun lichten gedoofd; de politie zet baar eerste posten ter afsluiting uit. Htt deel van de straat, gelegen tusschen de rue li'Hauteville en den boulevard Magenta, is spoecig ontruimd. Slechts de journalisten, die voorzien zyn van een „coupe-file", hebten vryen doorgang. In do straat wordt druk gediscussieerdieder heeft een meening, geeft raad, tncht een oplossing te vinden voor ait tragi comisch geval. Plotseling wordt het stil. De heer Hamar-i komt, voor zien van zfln driekleurige sjerp. Hy begeeft zich naar de deur, sciult eeüige malen. Een stem roept: „Wie is daar?" „Is mynheer Jules Guérin daar?" vraagt de commissaris van politie. Niemand ant woordt; doch een venster van ue eerste ver oieping wor-t geopend, t-yna vlak boven de dour; Jules Guérin verschynt, gtheel in het kastanjebruin gekleed, een grooten, gryzen, slappen hoed met breeuen rand op het hoofd. Hy uuigt uit het raam, kykt naar beneden, terwyl van de straat geroepen wordt: „Daar is fiyl Daar is hyl" „Wat verlangt u?" „Is u mynheer Jules Guérin?" „Jal" „Ik ben de commissaris van politie. Ik heb een gerechtelijk bevelschrift tegen u. Wilt gy u overgeven?" „Ik weiger," antwoordt Guërin met krach tige st m. „Ik zal u een kopie van het bevelschrift achterlaten." „Ik weiger." „Van alt oogenblik af is uw toestand z:e?_ ernstig, mynheer Guérin. Gy komt aldus in opstand tegen ue.wetten." „Ik weige-rl Ik weigd 1" antwoordt do heer Guérin. En terwyl de heer Hamard het afschrift van het bevelschrift onder de deur schuift, roept de heer Guérin nut donderende stem: „Gaat u geweld gebruiken, mynheer de commissaris, om my gevangen te nemen? Welnu, wy zullen geweld tegenover geweld plaatsen. Wy zullen vechten en goed ook. Wy zullen ait huis niet verlaten dan dood of vry. Mtt een theatrale beweging sluit by bet raam, na e rst den aanwezigen te hebben toegeroep n: „Adieu, myn heerenl" Juichkreten gaan op. „Leve Guérin! Weg met de JoJen Nationalisten en anti semieten wuiven met de hoeden; een vrouw werpt zelfs een bouquet naar bet venster. Allengs wordt het levenciger in de wyk; de eerste bladen verschyaen en worden van uit de straat naar de belegerdtn toegeworpen. Iedereen staat aan zyn venster; eo weldra is de gansche straat tezet met een drukke menigte, oie de afsluitingen heeft doorbroken; doch een paar unr lat r wor:en scherpere maatregelen genomen en verschillende straten door de „garde-municipale" te paard afgezet. Men ziet hier en daar in de rue de Chabrol groepjes agenten en journalisten, die trachten iets nieuws op te doen. Maar tocb zyn ook dezen nog niet vry in hun beweging n, wat een redacteur van de „Illustration" ondervond, die het „Grand Occident" wilde pbotographeeren en naar een politiepost werd govoerd; hy werd echter spoearg in vryhtid gesteld. De heer Guérin bevindt zich thans in opstand, en op hem zyn dus to passeiyk de hierop by artikel 304 der „Code Pénal" ge stelde straffen, zelfs de doodstraf. Op bevel van don procureur-generaal is dan ook ver boden eeDige gemeenschap met den belegerde te onderhonden; wie aan cit bevel niet ge hoorzaamt, stolt zich bloot aan het gevaar, om als medeplichtige te worden beschouwd. Ieder, die thans bet hotel in de ruo de Chabrol zon betreden, zou by het verlaten worden gearresteerd. Krachtens deze bepaling zyn drie der metgezellen van den heer Guérin, die het gebouw wilden verlaten, in hechtenis genomen. Den ganschen dag is strikt het consigne gehandhaafd, dat niemand zonder een ernstige reden de rue de Chabrol mocht passeereD. Des avonds hebben eenige vrienden van den heer Guérin andermaal getracht, dezen over te halen zich over te geven, doch hun pogingen wareo, zooals de „Figaro" meldt, opnieuw vruchteloos. Guérin antwoordt steeds kalm: „lk heb geen kwaad gedaan. Men heeft geen reien my in hechtenis te nemen. Ik zal mjj verdedigen tot den dood." Om balfnegen liet Guérin op het gebouw waarin hy zich heeft opgesloten: „Het Groot- Westen van Frankryk", zooals zy het noemen, een driekleur hjjschen, waarop de woorden: „Frankryk voor de Franschen." Om balftieo des avonds is de anti semietischf afgevaardigdo Lasies het „Grand-Occi Jent" binnengegaan, om nog een laatste poging te beproeven. Hy hoopte, dat de heer Guérin, die groote achting voor hem koestert, naar hem zou luisteren. „Er is niets met Guórin te beginnen", moet do heer Lasies hebben uitgeroepen, hy wil naar niets luisteren!" En tot den directeur der „Patrie", den heer Massard, moet Guérin gezegd hebben, dat zyn eer er mee gemoeid was, dat hy moer aan z'Jn oer hechtte dan aan zyn leven en dus zou blyvea volhouden. Ook zyn vrouw beeft geen invloed op den „beleger.e". Zy heeft hem des namiddags met haar zoon e n bezoek gebracht, doch hy heeft ni.t naar haar willen luisteren; hy heeft eenvoudig afscheid van baar genomen. „Wat zal de regeering doen? Dat is de vraag", zegt Echo de Paris, „welke gister avond door ieder gesteld werd". Dj „Figaro" geeft op deze vraag reeds een antwoordDe te nemen maatregelen zullea zich bepalen tot dieT welke den beei Guérin de keuze laten tusschen een vry willige overgave of een arrestatie buiten. De rue de Chabrol zal zelfs weer voor het v rkeer wcrJen opengesteld en de regeering z.il er noch een soldaat, noch een Lrandweerman, no-h een cgent aan wagen. De crutale grap was blijkbaar er op ge munt, een beweging onder de bevolking van Parys uit te lokkm; maar die is tot dusver achterwege gebleventot diepe teleurstelling van de ondernem-rs, beschouwden de Paiyze- naars de zaak ais niet meer dan een grap. Ofschoon men tot dusver slechts aanw; zin gen hoeft van do feiten, die de regeering tot haar beslissend optreden hebben geleid, is men er toch zeker van zoo wordt aan de „Frankf. Ztg uit Parys bericht dat er uit do na sponngen van de afspraken betreffende don mislukten aanslag in de kazerne van RouilJy voldoende stof is geput om tot het inzicht te komen, aat het babinetDupuy destyds een betreurenswaardige zwakheid en vergeet achtigheid aan den dag gelegd heeft. Dupuy heelt de samenzweerders kalm bun gang l.ten gaan en ae menigtj sLcbts zani ia de oogen gestrooid, door DéroulèJe en Habert naar het Hof van Assises te verwyzen. Bet kabinet-Wdldeck-Rousseau haalt het dostyds verzuimde met nadruk in en zal de samen zweerders zoowel voor co oude als voor de na het voorgevallene L»y ae begrafenis van Faura opgespoorje zouden trachten te tuchtigen. De aanslag op Labori. De nasporingen naar den moordenaar van mr. l abori hebcen tot dusvt-r tot geen resul taat geleid. Men heelt naar Parys geseind om eo chef van den veiligheidsdienst, den he- r Cochefert. Een corrospon jent van do „Temps" heeft con weg gevolgd, dien de moordenaar gevolgd moet heboen. Te Cesson ondervroeg hy den velé wachter. „Hadden we het maar geweten zei Je ceze hy is van. ochtend (Dinsdag) hier geweest, op het kerkhof. Vraag het maar aan den coodgraver." De doodgraver z ide den dader gezien te h9bben 's ochtends otr elf uren, slapende tegin ten muur van het kerkhof. Hy gaf volkomen het signalement van den man, die oen revolver in ce hand had. „En wist je niet, dat er een misdaad be gaan was?" „Ja zeker," zeida de dooJgraver, „de gendar men waren 's ochtends wezen waarschuwen." „En heb je niemand iets gezegd?" „Ik was het wel van plan, maar op weg naar den secretaris ontmoette ik iemand, die my zeide: Houd je mond. Zeg niets; het gaat je niet aan." „Wie was dat?" Langdurige stilte. Het was of de man iDöt- seling doof was geworden. Eindeiyk kwam er uit: „Dat zal ik nooit zeggen. Menschen, c\] my welgedaan hebben." De gemeente-secretaris kon geen nader® inlichtingen geven. Het bulletin van gistermiddag halfzes luidde, dat de toestand van Labori bevredigend is, ondanks een lichte koorts. Met behnlp v^n K-stralen heeft men geconstateerd, dat de kogel een spLr heeft doorboord en is plat geslagen op hot rechter-dwars uitste-.ksel van den vyfden of zes:en wervel. Een deel van den namiddag bracht Labori door onder de boomen op zyn terras. In de „Köln. Ztg." worct omtrent het onder zoek met de Röntgenstralen bericht, dat daarby werd vastgesteld, dat noch de beenderen, no.h de long, noch het ruggemerg aangedaan zyn. Do kogel is niet afgeplat en ligt goed. Labori is door het onderzoek wat vermoei maar overigens naar omstandigheden redelyk wel. Voor den indruk, dien de aanslag op Latori op de openbare meening van Engeland heeft verwekt, is de volgende oitiDg van de „Evening News" kenschetsend: „De misdaad is maar al te typisch voor de metbodeD, dio de vyanden van Dreyfus van den dag zyner gevangenne ming af tot het huidige oogenblik aanwendden. Mr. Labori werd in den rug geschoten en rr.en kan zeggen, dat iedere slag, dien de hoof Jp«.r- 8onen van het drama tegen Droyfus richtten*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 2