Beurs vau Amsterdam. advertenties. Droyfns ia Frankrijk. Te Rennes, waar het tot nog too *00 justig is gebleven, maar dezer dagen een ■weinig betoekenendo botsing tusschen socia- !)isten en nationalisten heeft plaats gehad, begint naar het scbflnt in zekere kringen to nemende gisting merkbaar te worden, zoo dat men zich over eventueele oploopen op straat niet zal behoeven te verwonderen. I Een toevloed van vreemdelingen begint reeds te Rennes. Dagelijks liet men zwermen Engelschen met photographed toestellen rondom de ge vangenis loeren. Een nieuwe manifestatie ter eere van mevr. Dreyfus heeft den prefect, die tegenwoordig 'was, genoopt om persoonlek tusschenbeide te komen, ten einde baar in haar rijtuig te 'helpen en het verkeer te herstellen. Over de bom Robin, waarvan bfl bet onder zoek der Kamer van Strafzaken zooveel sprake is geweest, heeft dezer dagen de oud-minister van justitie Trarieux een brief geschreven aan generaal De Galliffet, om nog nader aan te toonen, dat daaromtrent reeds oingen waren uitgebracht vóórdat er van Dreyfus in dit tpzicht sprake kon z\jn. In antwoord beeft de Minister verklaard, dat beaoeldo brief door hem den krijgsraad te Rennes wordt toege zonden. Sedert heeft de heer Trarieux den minister in een nieuwen brief nadere aanwijzingen gedaan, ttn einde by zich gemakkelijk op de 'hoogte kunne stellen van het verraai, reeds 'in 18S7 door een soldaat Thomas betredende .bedoelde bom gepleegd. In den Franschen ministerraad is het ant woord medegedeeld van president Mazoau op 'het verzoek om inlicbtingen over het interview in de „Echo de Pari3". Men zal zich herinneren, 'dat het blad van Quesnay de Beaurepaire Verleden week een artikel openbaar maakte, waarin het oordeel werd medegedeeld van don ieersten president van het Hof van Cassatie over de bevoegdheid van den krijgsraad te Rennes en 07er de aanwijzingen, die het ministerie den regeeringscommissaris gegevon had. De regeering heeft op haar verzoek om inlichtingen, van Mazeau het gebruikelijke antwoord ontvangen: het gesprek was niet 'voor openbaarmaking bestemd en de woorden van den magistraat zijn „onjuist weergegeven, ,zoodat de verklaringen een karakter verkregen bobben, dat ze niet hadden." Een tweede grappenmaker, die Quesnay ce Beaurepaire er in heeft laten loopen, heeft zich bekend gemaakt, nu de oud-magistraat zijn dossier heeft gepubliceerd. Het is de 22ste getuige, die aan Quesnay de gescbiodenïs van Dreyfus' beminde te Tours heeft vert.Id. Deze „getuige" heet George Vasseur en woont te Tours. Hij heeft met opzet het verhaal zoodanig uitgewerkt, dat de oDjuistbcid op de eerste navraag te constateeren was, om te zien boever Quesnay in zijn waanzinnigen fjver zou gaan. Zjja verhaal werd door den ontvanger zonder onderzoek aangenomen en met de noo.ige commentaren gepubliceerd. Met de andero getuigenverklaringen van Quesnay zal het wel net zoo zijn gegaaD, 0. a. deze: Toen Dreyfus op de Pyrotecbnische School to Bourges was, deed by zich door de kassierster der club sachetjea maken, bestemd om aan den bals gehangen en onder het hemd gedragen te worden. De kassierster vond dit zeer vreemd en verzocht opheldering. Dreyfus zeide, dat hij een zwakke borst had en dio stof op de huii legde voor de warmte. Maar de kassierster begreep niet waarom er dan ju st zakjes van gemaakt moesten worden. Hij verlangde immers, dat de sachets van ;boven open zouden zijn, als briefomslagen? Dreyfus antwoordde niet. Ontzettendl Het verbaal van den pikeur, door Quesnay de Beaurepaire medegedeeld, en gisteren ver meld, blijkt volgens de „Siècle" eenige waar heid te bevatten. Er is werkelijk een Fransch officier tegenwoordig geweest bij schietoefe ningen van Duitsche troepen in den omtrek van Muihuizen, zegt zij. Het was echter niet Dreyfus, maar kolonel SandhorrI Deze was tosn mojoor en heeft het geval z.lf verteld. .Het had plaats vóór de invoering der pas poorten. De heer Bertheray, de 26ste „getuige" V3n Quesnay de Beaurepaire, volgens belofte op zijn getuigenis terugkomende, zegt, dat die heer ten onrechte zeker volgens hom voor Dreyfus allerbezwarendst onderhoud toeschrijft aan don minister van koloniën Chautemps, cie toen niet een3 minister meer was. Het werd gehouden meteen secretaris des ministers, en do getaigo verklaart er niet anders in gezien te hebben dan „den aanhoudenden .kreet van onschuld eens mans, van wien men beweerde, dat hy bekend had." Ook deze jgetuige is dus door Qaeanay buiten zijn 'weten aangchaall. Lóroulède heeft voor een nationalistische 'Lijecnkomst van duizenden in de open lucht te Mende op z(jn gewonen trant over Dreyfus en tegen do parlementaire Republiek gerede voerd. Geen hul Je le schoon voor Dreyfus, zeide hij weer, geen straf te zwaar voor de ministers V2n oorlog, enz. als „de verrader" •onschulcig bleek. Maar cie onschuld moest 'dan ook bewezen worden op de afdoendsto en klaarste wfize. Of de man onwettig ver oordeeld was deed er niets toe, alleen of hy rechtvaardig was veroordeeld. Twee beschul digden waren er thans; Dreyfus en Frankrijk, .vervolgde spr.; „Alvorens Frankrijk te veroordeelen tot de straf der Joodsehe verdrukking en haar blootsvoets en den strop om den hals het fraai getuigde paard van kapitofn Dreyfus te doen volgen, bewijst ons, toont ons aan, dat hy waardig is om bet weer te bestijgen; en zoo niet, laat hij terugkeeren naar den daivel van wien bi) komt en Frankryks volk met rust laten". De geheele rede is merkwaardig, in zoo verre zfi een verklaring mag beeten, dat de nationalisten met Dreyfus' vrijspraak geen genoegen zullen nemen en hun grootmoedige beroeringen ook daarna zullen voortzetten. Daarom eischen zij, niet dat Dreyfus' schuld, maar dat zijn onschuld bewezen worde. Hadde bij zittiog in den krijgsraad te Ren nes, zeide DéroulèJe, In die militaire jury „welke haar geweten behoort te stellen boven wetsartikelen", en werd hem dan niet „met nauwkeurig, rechtstreekscb, echt bewijs aan getoond, dat Dreyfus onschuldig was", geen vrees voor oorlog, geen macht ter wereld zou hom verhinderen een veroordeelend von nis te vellen. „Dreyfua moet duizendmaal onschuldig zijn, zal de natie het recht niet hebben hem voor schuldig te houden 1" Fraaie rechtsbedeeling voorwaart Neen, zulk een eisch stelt niet iemand die recht wil, maar die een slachtoffer verlangt. Met te onderstellen dat de rechters te Rennes in zijn geest hun taak zouden kunnen opvatten, zegt de weinig Dreyfusiaanscbe „Dóoata", doet Déroulède hun een onverdiende beleediging aan. Doch de maire van Mende en anderen protesteerden en er ontstond een oploop, waarbij gendarmes en soldaten te pas kwamen. Naar aan de „Maasb." bericht wordt, was mr. Latori, de bekende advocaat van Dreyfus, dezer dagen te Rotterdam. Zondag vertoefde bij in het „Maashotel" en bad op een apparte ment toven een cafó aan de Korte Hoogstraat een onderhoud met een persoon, waarbij een tolk uit de gemeente Rotterdam zjjQ ciensten moest bewijzen. Het gesprek duur e meer dan een uur en is later hervat. Da zaal, waar do krijgsraad te Rennes zal zitting houden, voldoet naar het schijnt aan geen der eischen, cie billijkerwijze daaraan gesteld mogen worden. Volgens de beschrijving in de „Figaro", dia op „onbetwistbare ge gevens" berust, is de zoogenaamde zaal niet veel meer dan een lange gang met zes vens ters aan een der zijden en aan elk uiteinde een deur. De zoldering Is twee en een halven meter hoog. De vensters zien uit op straat, zoódat het nauwelijks mogelijk zul zyn Iets te verstaan van het behandelde. Volgens het Purijsche blad zouden zelfs de stenografen onmogelijk de debatten kunnen volgen. Ze zullen van de tien woordon er hoogstens één kunnen verstaan. Het verblijf in cie zaal zal voor allen, cie dit proces bijwonen, rechters, getuigen, advo caten, toehoorders, een kwelling zijn, een marteling gedurende 15 a 20 dagen; nog meer, het zal de clandestiene onderdrukking van de openbaarheid der behandeling zijn. Het zonderlingste is daarbij, dat men vlak by heeft de groote zaal van hot lyceum, uit muntend ingericht, hoog, raim, luchtig, met een uitmuntende acustiek. Die zaal zou binnen 24 uren voor dit proces Ingericht kunnen worden; zij staat leeg, want het is na vacantie. En wil men weten waarom deze zaal niet is genomen? Omdat de bevoegde overheid zich daartegen verzette op gronddat veel ouders daarin aanleiding zoaden vinden om hun kinderen van de 6tbool te nemen. De „Figaro" waarborgt de strikte juistheid van deze reden. De „Figaro" gaat voort met het publiceeren van het dossier van de enquête van de Ver- eenigde Kamers van het Hof van Cassatie in zake Dreyfua en bevat In haar nummer van Dinsdag de verklaringen van ger.eraal Rogefc, generaal Gonso en don rechter van instructie Bertulus. Het aantal getuigen, dat de verdediging van Dreyfus zal oproepen, wordt op 25 ge schat, waaronder in de eerste plaats kapitein Lebrun-Ren au 1, kapitein Freistatter en com mandant Hartmann. Het bljjkt werkelijk, dat het door kapitein Tavernier opgesteld rapport, rakende zijn onderzoek tegen iuit.-kolonel Du Paty de Clam, en de conclusion van kolonel Foulon, den militairen gouverneur van Parijs, generaal De BrugOre, aanleiding hebben gegeven de tegen Du Paty ingediende aanklacht van valschheid in geschrifte en het desbewust gebruik maken daarvan niet ontvankelijk te verklaren en diens onmiddellijke in-vryheid- stelling te gelasten. De desbetreffende stokken zyn nog gisteren aan den Dieowen plaatse- lijken commandant van Parijs, generaal Dal- stein, toegezonden, die daarvan weer mede- deeling heeft laten doen aan den commandant der militaire gevangenis van Chercbe Midi, kapitein Langlade, zoodat Du Paty, na een voorloopige hechtenis van juist twee maanden, 'b middags te twee uren zyn gevangenis kon verlaten. Bijna onopgemerkt wandelde bij terstond naar zyn woning, waar hy niemand ontvangen wil, vooral geen journalisten. Na werkelijk Da Paty van vervolging is ontslagen, kan men met eenigen grond de gevolgtrekking maken, dat inderdaad de chefs de ware schuldigtn zijn. Tot toelichting van de „ordonnance de noa-lieu", di« ten behoeve van Do Paty de Clam ia uitgevaardigd, doelt de „Matin" medfr dat aan Du Paty het bewijs Is gelukt, dat hij. de bekende stappen tot redding van Esterhazy slechts op bevel van zijn superieuren heeft ondernomen en uitgevoerd. In aansluiting biermede wordt aan de „Frankf. Ztg." bericht, dat men als gevolg van Du Paty's vrijlating nieuwe maatregelen van de regeering verwacht, omdat niet alleen generaal Roget en majoor Cuignet, maar ook Boisdeffre, Gonse en Mercier, die Da Paty voor het Hof van Cassatie hadden prijsgegeven, gecompromitteerd zijn. De „Figaro" deelt de brieven mede, door Dreyfus in het begin van het vorig jaar ge zonden aan de presidenten van Kamer en Senaat te Parijs en verder een paar brieven aan den toenmaligen president der Repu bliek, Fólix Faure. De brieven bevatten natuur lijk niets nieuws. Hoofdzaak er uit zyn do herhaalde betuigingen van onschulJ. De eerste brieven zulLn daarom nogal de aandacht trekken, omdat zy door btt kabinet-Méline zfin achtergehouden en nooit ce plaats van bestemming hebben bereikt. Zy bevatten vol strekt niets wat zulk een ingrijpenden maat regel eenigszins kan verontschuldigen. Na een korte uiteenzetting van zfin treurigen toe stand roept Dreyfus de hulp van het Parle ment in, om herstal van eer te verkrijgen. Dreyfus brengt in deze brieven, 2S Februari 1898 gedagteekend, in herinnering dat by meer dan crie jaren gewacht heeft, nadat by aan Du Paty, uie hem na zijn veroordeeling namens den minister kwam vragen of hy schuldig was of niet, antwoordde dat hy niet alleen onschubig was, maar verlangde, dat het volle licht ontstoken zou worden over zyn zaak. „Ik heb crie jaren lang gewacht, in den vreeselyksten toestand dien men zich cenken kan, zon er ophouden en zonder oorzaak ge straft en h.t onderzoek dat ik verlaDgde, levert maar niets op. 0 „Als er dan hoogere belangen zyn dan de myne die moesten verhinderen, die nóg ver hinderen, dat de middelen van onderzoek in het werk gesteld worden welke alleen een eind kunnen maken aan die afschuwelijke marteling van zooveel menscbeljjke wezens, die eimielyk licht, schitterend licht kunnen ontsteken over dez9 vreeseiyke en tragische zaak, dan kunnen diezelfde belangen toch niöt eischen dat een vrouw, dat kinderen, dat een onschuldige tr de slachtoffers vau worden. Anders zouden wff tot de donkerste tydvak- ken van onze geschiedenis teruggebracht wor den waarin men de waarheid verstikte en het licht doofde. „Ik het>, reods eenige maanden geleden, de aandacht v.»n de rechtvaardige regeering ge vestigd op de tragische verschrikking van dezen toestand, ik wil die nu ook onderwerpen aan het rechtvaardigheidsgevoel van de afge vaardigden, en hun recht vragen voor de mijnen, het leven voor myn kinderen, het beëindigen van cia gruwelijke marteling van zooveel menschelyke wezens". Hier volgen twee stukken, die 13 Januari 1898 door een gouverneur van Guyana werden overgezonden; lies du Saint6 Januari 1898. Mynheer de Gouverneur van Guyana. Ik veroorloof me hier'oy u een brief to3 te zenden en vraag u of het mogelyk fs dezen op myn kosten als kabeltelegram aan den president der republiek te doen toekomen. A. D r e y f u 8. lies du Salutj 6 Januari 1898. Aan don heer pr.si Jent der republiek (per telegraaf). Sedert twee maanden geen brieven van de mijnen ontvangen hebbende, verklaar ik u, krankzinnig van afmatting, nogmaals dat ik nooit ben geweest, dat ik niet ben, dat ik niet zou kunnen zyn de schol :ige. D r ey f u 8. Ten slotte geeft de „Figaro" den brief, door Dreyfus gericht aan den commandant der strafkolonie dtr „Hes du Salut", toen hy ver nam, dat hy in ketens zou worden geklonken. Deze brief werd 8 October 1896 in het maand- rapport van den gouverneur van Guyana ter kennis van de Fransche regeering gebracht. „Commandant. Ik verneem zooeven, dat ik 's nachts in de ijzers zal worden gesloten. Ik zou u zeer erkenteiyk zyn, indien u my wil-e zeggen, welk vergryp ik heb begaan. Sedert ik hier beD, meen ik, dat ik my strikt aan alle reglementen en bevelen heb gehouden; alles, wat men my heeft gezegd, heb ik stipt ten uitvoer getracht. Ik veroorloof my dus u te vragen, wat ik moet doen om een zoo verscbrikkeiyke straf te ontgaan. Hoogachtend, A. Dreyfus. „P. S. Ik leef slechts, commandant, voor myn plicht, voor myn vrouw en voor myn kinderen; als Ik sterven moet, hoe eer dan hoe beter." De „Figaro" draagt deze brieven van Dreyfus op aan hen, die nog aan de domme legende der bekentenissen mochten gelooven, en vooral aan hen, „by wie de hartstocht niet alle meoschelyk gevoel beeft uitgedoofd", en die in Btaat biyven om deze akelige en hart verscheurende zaak to beoordeelen niet alleen met hun verstand, maar ook met hun hart. KOLONIËN. BATAVIA, 28 Juni—4 Juli. De resident van Kediri deelt mede, dat door watergebrek en ziekte onder het padi- gewas in de districten Kediri, Modjoroto en Djambean 423 bouws sawah mislukt zyn. Een van den resident van Rembang ont vangen bericht meldt, dal in de afdeeling Toeban van den padi-aanplant op eawahe 4850 bouws door gebrek aan water enz. zyn mislukt c— Den 20sten Juni JL syu, volgens bericht van den resident der Preanger, ten gevolge eener aardstorting van de Paslr Tjilandak, in de afdeeling Limbaogan zeven personen bedolven geraakt, waarvan evenwel 4 onmid dellijk wer-en bevrfld, terwyi 3 hunner tot nog toe niet zyn teruggevonden, ofschoon met alle kracht aan hunne bevrydiog gearbeid is. De massa, die naar benoden Is gestort, wordt dan ook geschat op een hoeveelheid van 30 kub. Rynlandsche roeden. CIVIEL DEPARTEMENT. Verleend: Wegens langdurigen dienst, een jaar verlof naar Europa aan den commies 2de klasse bij den post- en tele graafdienst R. C. Lammerding. By de hoogere burgerschool te Soerabaia Benoemd: Tot leeraar in de wiskunde en het lijnteekenen M. F. Onnen, thans waarnemend leereer in de wis- en natgnrknndigo wetenschappen bij dezelfde inrichting. Belast: Met do waarneming der betrekking van tijdelijk leeraar in: de geschiedenis en do aardrijkskunde, inr. D. A-Giel, thans tijdelijk waar nemend leeraar in do staatswetenschappen cn ge schiedenis bij dezelfde inrichting; de moderne talen en de wiskunde, de onder wijzer 3de kl. bij het opcob. lager onderwijs voor Europeanen A. Slagman. Tijdelijk belast: Met de waarneming der betrekking van leeraar in de Eogelsche taal en letterkunde, J. W. Steens Zijnen. Bij don post- en telegraafdienst. Ingetrokken: De benoeming tot chef van het kantoor te Kotaboemi van den commies 2de klasse H. Th. Johan, te SSemaraag. Ontheven: Eervol van het beheer van het kantoor te Siboga, en overgeplaatst naar Padang, de commies 2de kl. G. C. W. F. Fikenscher. Benoemd: Tot chef van het kantoor te Siboga de commies 2de kl. H. Th. Johau, te Semarang; tot chef van het kantoor te Kotaboemi de com mies 2de kl. H.Th. VanOvervest,te Weltevreden. Overgeplaatst: Van Singaradja naar Soera baia de commies 3de kL HL Vogel; van Soerabaia naar Biogaradja de commies 3de kl. F. Kriebel. By den burgerlijken geneeskundigen dienst. Ontheven: Op verzoek, eervol van de waar neming van den civielen geneeskundigen dienst en het opzicht ovor de vaccine in de afdeeling lndraoiajoe der res. Cherihon, F. W. Wüthrichen in zijn plaats daarmede belast J. F. Tulleners. By hot Bosckwezen op Java en Madoera. Belast: Met het beheer ovor het boschdistrict Toeban, met Ngidjo, nabjj Djatirogo (residentie Rembang; als standplaats^ de benoemde houtvester F. W. bnopvangers; met het beheer over hei boschdistrict Probo- linggo-Besoeki met de afdeahngshoofd plaats Bondo- woso (residentie Be&oeki) als standplaats, de be noemde houtvester W. J. Spaan; met het beheer over het boschdistrict Blora, met de afdeehngsboofdplaats Blora (residentie RembaDg) als standplaats de benoemde houtvester H. J. Kerbert; met het beheer over het boschdistrict Randoe- blatoeDg, met de diatrictahooldplaata Kandoebla- toeug (iesidentie Rembang) als standplaats, do be noemde houtvester E. LP. Kunst. JjJurUtberich ten» Rotterdam, 1 Augustas. Op de viomarkt waron cangevoerd: 28 paarden, l veulor, ezel, 1257 magire runderen, 630 vette rundercD, 205 vttte en grwskaLverdu, 93 nnchtexa krirerea, 6 ecliapen, jammeren, \aroue, 201 biggen, 2 bokken. Men noteer Yette Baaderan late qual. 60 a 2Jo qaal. E4 a 34e qaal. 6U a cents. Balveren leti qaal. 80, 2do qualitolt 70 a 60 oente, Stieren lute qaal. 60, 2de qaal. 40. 8de qual. oenta, Ossen Iele qoal. 62, 2do qua). 56 3Ja qaal. 52 coDte. Handel traag, aanvoer redelijk. Graakalvoren f 23 a f 86, Melkkoeien 160 a ƒ223. Half koeien ƒ170 a /230. Btiercn f 170 a ƒ200, V.arzcn /70 a ƒ120. Pinken 15 a ƒ70. Paardou a Handel flauw. Boter. Aanvoer; 121/6 en 82/16 ton en 570 stukken van l/a kilo. De prijzou waren ale volgt late qual. ƒ50, 2de qual. ƒ46 en 8Jo qaal. 42. Voor stukken van Vi kila werd 65 a 70 oonis betaald. Schiedam, 1 Augustus. Noteerlng vaa de Ma e- laare. Moutwijn ƒ8.75, Jenever ƒ12.75, idom Amet. proef ƒ14.23 per Ned. vat en zondor fast, zonder de belasting. 8poolin;-conuoisBi3 per kolel ƒ0.90. Noteering van de Bearseommiseie. Moutwijn 8.60 a por lieot. ct., zonder fasten zooder bolaeting. 2 Augusta* 1899. Vor. Kocm koert. hedoi 2K pCt NeA Werk. Schril. 82K 81* 8 pCL ObJIg. dito «X 98* 8 pCt. C«t dito w* 93* 6 pCt» Owtenr. Mei/Nor. 83* Jan.'Joll 83% 83* 8 pCt. Portugal. 24% 24* 4 pCt. Spanje. i i i MX 67* 6 pCt Mexico 42 4 pCt. Bnzilió 1839 l j 62X 6 pCt dito 1898 funding L. 89K 89% 84^ Koloniale Bank Aandeden 45* dito pref. i 64* NedoiL Handol-M^. op raeorix* J50* NcdcrL Indische Handelstaak m 84 113 113 Java Petz. M$. i i'i'Si 143 KonlnkL Petrol.-MJ. i S'. 184 185 185* 136 NederL PetroL-MD* i'i j" 18* Bumttra-Palembang i 81* 81* Aand. Soemalata i »j 210 ItaL Ep-wL 1887/9 i t Portugal, Boira Baixa. 'X 65* Atchison Topoka 21% 21* dito pref. 64 64 Depot Cert. Centr. Padflo J"'» 64* 64* Denver Blo 0. v. A. 22% 22 EL-Loula Ban-Frano. l 11 11* dito 2o pref. 1? 89* BelUharesi i i 1 j 'i 27* 28 Gulfs hares. 7* 7* 6 pCt. dito Oblig co* co* Miaeouri O.V. A t is* 18 Or. Ehorlline B J 74* 74* Union Padflo J 46% a dito pref. 3 o 4 77 Prolongate 4 pCt. Portugal Dauw. Koninkl. Petrol. Mfl. 181 185. Southern 34X M(Jntouw-Mt). 90-91. Amerik. Sporen Tast. BUITENLAND. Bdgia B|J den aanvang dor Kamerzitting van giste ren deelde de minister-president Vanden- speereboom mede dat ten gevolge van de stem ming dia den vorige» dag In de kiesreebt- commlsal» beeft plaata gehad, bet ministerie aan den koning ontalag beeft g vraigd In voegde daarbU dat de Begeering t-.r Le..lin king van de Kamer sou blyven om den b& gonnen arbeid voort te zetten, wannear ten minste de Kamer niets daarop tegen hoeft. De socialist Van der Velde kwam daar tegen in verzet en stelde voor alle debatten te verdagen, daar men niet kan beraadslag.n zonder een verantwoordelijke regeering. Ten slotte vereenigde de Kamer zich met het voorstel van den heer Van der Vebeom voort te gaan met do behandeling van eenige mot name genoemde voorstellen, over welke geen discussie te wachton was De hoer De Smet de Nayer steldo voor, de bespreking over het Brusseische tramplan voort te zetten op voorwaarde dat ze niot gesloten zal worden vóór oe vorming v.in htt nieuwe ministerie. Da Kamer ging met uit voorstzl mede en hervatte de algemeens be raadslagingen over het tramplan. Do heer Do Smet de Nayer, oud-ininister- pr;sijent, is naar hot paleis des konings ontooden. Ree.R heelt eeu ondtrhouJ plaats gehad. Volgens do „Iodépondance btlgü" loopt het gerucht, dat het nieuwe Belgische ministerie als volgt zal zyn saamgesteld: Do be.r Da Bmet ae Nay-.r, minister V3n financiën; de heer De Fuvereau, minister van luitenlan ische zaken; de ho.r Liabaert, minister van tinnenlandscho zakjn en onder- wys; de heer Begerem, ininist .r van justitie; de heer Van .der Bruggen, minister Van land bouw en publieke werken; de heor Hubert, minister van spoorwegen, post cn tekgraphie; do heer Cooreman, minister van nfivorhei.; do luitenant-generaal Marchal, minister van oorlog. Volgens een ander gerucht zal do l.eer Begerem, minister van justitie, eveneens aftreden. De portefeuille van justitij zou dan komen aan den heer Neri-icx. Teïegrammon. LONDEN, 1 Augustus. Htt Lagerhuis la heden de wet op oe nieuwe militaire Werken voor de derae maal. Het Hoogerhuia nam in tweedo lezing het Niger wetsontwerp aan. CORRESPONDENTIE. J. A. S., te L.! Uw schryven pas hedenmorgen ontvangen. LEÏDEJK, 2 Augustus. Thormometerstani: gistoravon on 8 uren 19 C. 66.2° Fahrenheit, heden v.orgen om 8 uren 18.5 C 65.3 F.,'s middags om 12 uren 23.5° C. 74.3 F., 's namiddag j om 4 uren 26° C. 78.8 F. Nader vernecnea wy, dat by testamen taire beschikking door wyleu mejuffrouw Hendrika Maas, aan de Gereformeerde Kerk A, alhier, zyn vermaakt eenige huiznn aan do Kalvermarkt en 25,000, bestemtot het stichten en onderhouden van een „Jutlfouw- Maas-Hofje" daar ter plaatse. De thans in oruk verschonen gemeente- rekening over 1898 wyst aan een ontvangst van 1,159,658.79s; een uitgave van 1,170,485.01, zoodat zy sluit met een na Jeelig saldo van ƒ10,826.215. De plaatselijke directe belastlog bracht op een som van f 198,012.37 by een raming van ƒ196,200. De kapitein J. M. Obreen, commandant van de 4de compagnie, 4de bataljon 4de reg. inf., Is door den commandant der 1ste divisie infanterie bestemd om van af 5 Augustus a. s. op te treden als kapitein voor specialo diensten by het 4Je regiment infanterie. Het stoomschip „Admiral" vertrok 1 Augustus van Zanzibar naar Vlissingen en Hamburg; de „Amsterdam", van Nieuw York naar Rotterdam, passeerde 2 Augustus Prawle- point; de „Gedé", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 1 Augustus van Southamptonde „Kanzier", van Oost-Afrika naar Rotterdam en Hamburg, arriveerde 31 Juli te Napels; de „Reichstag" vertrok 1 Augustus van Zanzibar naar Mozambique. Öudshoorn. Gistermiddag liep bet achter wiel van een rytuig, waarin zich o n 4-tal personen bevon Jen. De voerman, die terstond het paard inhield, hetgeen dadelijk onbeweeg lijk bleef staan, voorkwam hierdoor een groot onheil. De gemeente-rekening over het dienst jaar 1898 ligt gedurende veortien dagen en wel tot 10 Augustus a. s. op de gemeente- ■ecretarie voor een ieder ter visie. Uie Itei. Werklar» ztfa ©pgenoraca: DATUM. DAGEN. Volw. pers. Kin der ou. Totaals 23 Jnli. Zondag 40 3 43 24 Maandag. 47 6 es 25 Dinsdag. LI 8 59 26 Woensdag. 57 8 65 27 Dondordag 63 11 G9 23 Vrijdag 60 12 72 29 Zaterdag. Cl 5 66 Den 17den Augustas a. s. hopen onze go- liefde Ouders SALOMON LAURIER EN WILHELMINA PRINS bunne Veertigjarige Echtvcrecnlglng t® berdenken. Hunne dankbare Kinderen, Behuwd- en Kleinkinderen. Leiden, 3 Augustus 1899. CJanroSBensteeg 5.) 6i&3 11

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 3