N®. 12074 A®. 1899 Voor Lei dan per 3 maande® a 4 Franco per post», 1.40. $eze gourant wordt dagelijks, met uitzondering i^rojj cZon- en feestdagen, uitgegeven. Dit iiomnicr bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. De Biograaf. DONDERDAG-AVOND Leiden, 5 Juli. Feuilleton. De lotgevallen van een uitvinder. X>on<lei*dag .Juli. DAGrBLAD. PKIJS DËZKB CQUBAMTa Afzonderlijke NommerS 0.05> 3»- r- r *--W'-»«*• -r PHUS DEB ADVEETERTEËH'l Van I —0 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.I7J. Grooter«| letters naar plaatsruimte Voor het incasseeren bulten de stad wordt f 0,06 berekend. - WU kunnen niet anders doen dan op nogmaals een voorstelling van de Biograaf uitsluitend voor onze Abonnó's aan bieden, door bet enorme succes daartoe ge noodzaakt. Wy verbeugen ons te kunnen constateeren, dat gisteravond de voorstelling uitstekend van stapel liep, terwijl door velerlei wederwaardigheden en niettegenstaande alle moeite en kosten op den eersten avond bet licht nog niet geheel was zooals bet behoorde. Thans hebben de bezoekers van de Stadszaal gezien, dat de Biograaf prachtige beelden geeft en dat het een werkeiyk genoegen is om ze te aanschouwen. Welnu, in dit blad vinden onze Abonnó's een vyfde bewijs, voor Donderdag avond, waarmede onherroepeiyk deze serie voorstel lingen wordt gesloten. Alléén maken wij onze Abonné's opmerkzaam dat, door onze bemoeiingen voor de voorstelling van hedenavondde bewijzen van toegang eerst >an af morgenochtend acht uren wor den afgegeven. Ons Bureel wordt hedenavond te halfee» gesloten. OUlciëele Kennisgevingen. De Burgemeester der gemeente Leiden; Vestigt de aandacht der ingezetenen Op den inhoud van de artikelen 57 eD 58 van do Kieswet, luidende als volgt: Artikel 57. Het hoofd of de bestuurder ^an een bedrijf of een onderneming, waarin j^anlijke personen, die den leeftijd van vijf en -twintig jaren hebben bereikt, avbeid verrichten in fabrieken en werk- Slaatsen, is verplicht te zorgen, dat ieder van ie personen, die bevoegd is tot de keuze mede te werken, gedurende ten minste twee achter eenvolgende uren, tusschen acht uren des voor- middags en vijf uren des namiddags, daartoe ge legenheid vinde. Artikel 58. Het hoofd of de bestuurder, in het voorgaand artikel bedoeld, is verplicht te zorgen, dat in zijn fabriek of werkplaats, op een plaats, waar arbeid wordt verricht, gedurende twee werkdagen vóór en op den tot stemming bepaalden tijd op een zichtbare wijze is opgehangen een door hem onderteekendo lijst, de uren, in het voorgaand artikel bedoeld, vermeldende voor elk afzonderlijk of groepsgewijze of voor allen gezamenlijk. Op ao woorden .arbeid, fabrieken en werk plaatsen" is l der Arbeidswet toepasselijk. 1 der Arbeidswet, omvattende de artt. 1 en 2, luidt als volgt: Art. 1. Onder arbeid verstaat deze wet allo werkzaamheden in of voor eenig bedrijf, behalve: 1°. werkzaamheden in of voor de bedrijven van landbouw, tuinbouw, bosohbouw, veehouderij of veenderij; 2°. werkzaamheden buiten fabrieken en werkplaatsen in of voor het bedrijf van hem, by wion degene, die ze verricht, inwooDt, voor zoover dio werkzaamheden ook buiten eenig bedrijf ia een huishouding of stalling plegen voor te Icomen. Art. 2 Onder fabrieken en werkplaatsen ver staat deze wet alle zoowel open als besloten Ruimten, waar in of voor eenig bedrijf pleegt ge werkt te worden aan het vervaardigen, veranderen, herstellen, versieren, afwerken of op andere wijze tot verkoop of gebruik geschikt maken van voor werpen of stoffen, of waar in of voor eenig bedrijf voorwerpen of stoffen een daartoe strekkende bewerking plegen te ondergaan. Keukens en soortgelijke inrichtingen, waar spijzen en dranken voor onmiddellijk verbruik bereid wor den, benevens apotheken, zijn hieronder niet be grepen. Overtreding van de artt. 57 en 58 van de Kies wet wordt gestraft met hechtenis van ten hoogsto veertien dagen of geldboete van ten hoogste f 75. (Zie de artt. 154 en 157). Leiden, De Burgemeester voornoemd, 3 Juli 1899. F. WAS. Wagens het ongunstige weder heeft de parade, welke heden door het garnizoen alhier op het Schuttersveld zou gehouden worden b|J gelegenheid van den verjaardag van prinaes Ton Wied, geboren prinses Marie der Nederlanden, niet plaats gehad. Van openbare gebouwen was da vader- landsche driekleur uitgestoken. Ook te 's-Qravenhage werd de parade wegens het ongunstige weer afgelast. Van de openbare gebouwen en van den St.-Jacobstoren wapperde daar de vlag. Op Zaterdag 15 Juli a. s. zal in „De Vink", naby Leiden, de veertiende vergadering ge houden worden van de Vereeniging van On derwijzers en Onderwjjzoressen in het arron dissement LeideD, onder presidium van den arrondisssments-schoolopziener jhr. mr. J. Beelaerts van Blokland. Ds Leidsche boeren P. Van der Hoeven, A. Horrée, O. L. Hofsteenge en J. Christiaanse zullen eenige liederen voor dragen, terwijl verder zullen gehouden wor den een voordracht door den beer D. J. Blok, oogarts, over „Schoolbygiène", en een lezing door den beer M. M. Kleerkooper, getiteld „Van Academie tot Schouwburg, Bcbets der eerste periode van het Amsterdamsch tooneel." Te Dublin is ln een plechtige zlttiug in de groots hal van Trinity-College het eere doctoraat in de letteren verleend aan dr. C. P. Tiele, hoogleeraar te Leiden. Dr. J. A. Qerth van Wyk, predikant bü de Nod.-Herv. Oom. te 's-Gravcnhago, hoopt 2 Augustus den dag te herdenken, waarop by vóór vijf en twintig jaren aldaar tot den dienst werd ingeleid, om 6 Augustus daaraan volgende zijn intrede te doen. Ingevolge uitnoodlglng der Prov. Staten hebben Ged. Staten van Zuid-Holland mede gedeeld een statistiek betreffende de Zuid- Holiandsche krankzinnigen, onder anderen in détails vermeldende het aantal patiënten van elke klasse, de gestichten, waar die worden verpleegd, en de plaatsen Waarover, betzij door de provincie zelve, hetzij door gemeente- of armbesturen sdz. in gestichten, hetzy in of buiten Zuid-Hollaud, kan worden beschikt, met splitsing ten aanzien van de patiënten der derde klasse in armlastige en niet- armlastig betalendo. Uit deze statistiek blijkt, dat van het totale getal Zuid Holiandsche krankzinnigen, in het geheel 1500 er 1348 behooren tot de 3de klasse patiënten, waarvan 1182 armlastige. Wat btt getal plaatsen betreft, waarover de provincie kan beschikken, wordt vermeld, dat dit getal bedraagt 748, nl. 372 in bet gesticht Endegeest te Oegstgeest en 371 in het St.-Joris gasthuis te Delft, (te weten 199 in het binnen- en 172 in het buitengesticht). Het bestuur van den Algemeenen Neder- iandschen Wielryders-Bond beeft een adres aan Provinciale Staten gericht, waarvan de slotsom is, dat het bestuur van den Alg. Ned. WlelrUders Bond de vergadering verzoekt, de voorgestelde bepalingen in het aanvullings- ontwerp op do wegen en voetpaden, voor zoover het de wielryders betreft, te willen aannemen; en een bepaling op te nemen, waarby de bestuurder van een ry- of voertuig en een voetganger verplicht wordt voor den wielryder voldoende ruimte te laten. Hare Majesteit de Koningin ia als be schermvrouw van het Genootschap voor Land bouw- en Kruidkunde te Utrecht opgetreden. Met de nachttoot „Prins Hencrik," der Maatschappy „Zeeland", kwam gisterochtend te Vlissingen van Londen aan Prinses Amelia van Sleeswijk-Holstein, die met den aan- sluitenden sneltrein haar reis naar Hamburg voortzette. De gedelegeerden ter Vredesconferentie, die Donderdag aan het diner ten Paleize te Amsterdam deelnemen, vertrekken met een salontrein der H.-IJ.-S.-M. van Den Haag 's middags om 5 uur 30 m. en worden 's avonds 11 uur 10 m. aldaar terugverwacht. Is „Het Vad." wèl ingelicht, dan zyn over het reeds lang in voorbereiding zynde ontwerp tot invoering van een doctoraat in oud-Nederland8ch recht, do adviezen der ver schillende senaten ingekomen, en zal dit thans weldra den Baad van State bereiken, 't Schijnt, dat het bezwaar bj) de voorbereiding vooral hierin lag, dat de noodzakelykheld was gebleken om den toegang tot de academische examens te vergemakkelyken, wilde men niet gevaar loopen, dat zy, voor wlo het doctoraat bestemd Is, er toch geen gebruik van zouden maken. Dit bezwaar zou nu ODdervangen worden door een aanvulliog van art. 85tis der wet. Beroepen U by de Nad.-Herv. Gem. te Waddingsveen ds. J. C. Klomp, teLunteren; by de Geref. Gsm. te Broek-op Langendyk de. G. Vlug, te Nykerk. Te 's-Gravenhage ii bet bericht ont vangen van het overlijden te Zeist van den directeur van bet Kabinet der Koningin jhr. mr. P. H. Gevers Deynoot. Na volbrachte studiën was de heer Gevers Deynoot onaf- gobroken by het Kabinet des Konings werk zaam ais commits, hoofdcommies en referen daris, en in 1894 volgdo by jhr. Aiewyn als directeur van Hr. Me. Kabinet op. Zyn diensten, aan bet Koninklijk Huls en den lande bewezon, werden erkend door zyn be noeming tot ridder van den Neterl. Leeuw en (laatstelyk by de inhuldigingsfeesten) tot commandeur der Orde van Oranje-Nassau. In een te Botterdam gehouden verga dering der Vereeniging van Gasfabrikantcn werd den heer A. Breunissen Troost, die 40 jaar directeur was der gasfabriek te Snoek, het etre lidmaatschap aangeboden als dank zyner groote verdiensten tegenover de Ver eeniging. Den l8ten Oct. zal hem verder een buldeblyk worden aangeboden. De Vereeniging telt 175 gewone en 64 buitengewone leden. De redacteuren van „Het Gas", de heeren C. T. Salomons en P. Bolsens, werden her benoemd. Tot voorzitter werd gekozen do heer Kra mer, te Botterdam; tot secretaris de heer Doesburgh, te Leiden, en tot bestuurslid, de heer Bles, te Middelburg. Op de 60ste algemeene vergadering der Nederlandsche Maatschappy ter bevordering van Geneeskunst, te Arnhem gehouden, werd ook het woord gevoerd door den Leidschen hoogleeraar dr. J. E. Van Iterson J.Az wiens optreden met luid gejuich werd begroet, in verband met zyn herstel uit zjjn zware ziekte. Spreker herinnert aan de groote verande ringen, in de chirurgie tot stand gebracht, speciaal wat betreft het behandelen van de wonden. Het voorrecht der eigen-aanschouwing op dit gebied is verbonden aan het senior- echap van spreker. Aan zicbzelven heeft spr. de zegeningen der moderne chirurgie ondervonden. De heelkunde geldt byna als almachtig, de meest begaafde zelfs moet in haar lofspraak te kort schieten. Homerus bezong reeds de chirurgen, by Grieken, Bomelnen en Arabieren stond de chirurgie reeds in boog aanzien. In 1733 werd er een boekje geschreven, dat de heelkunde van goddelyken oorsprong is. Wat zouden de lofredenaars van vro ger wel staan ts kyken, als zy thans onze moderne zieken huizen zagen! Toch is do volmaaktheid nimmer te bereiken, onze tyd heelt ook zyn tekort komingen, dat moeten wy ons niet ontveinzen. De 2de helft onzer eeuw hoeft de anaes- thetlsche werking van chloroform en aether gebracht, de weg is nu ontsloten tot uit breiding der operatieve heelkunde. Tusachen aetber en chloroform is de etryd om den voorrang nog niet beslist. Bteeds wint de overtuiging veld, dat èn aether èn chloroform een nadeeligen invloed uitoefenen op de organen. Dat verklaart den yver, waarmede men zoekt naar andere middelen. Er ie bier nog ruimte voor nieuw onder zoek. Aan Lister komt een standbeeld van goud toe voor zyn metbodo van wondbehandellng. Vast staat bet, dat do asepsis slechts langs den weg van antisepsis bereikbaar i9. Ds ■chaduwzyde der moderne wondbehandeliog is doze, dat onbevoegden het met hanteeren, maar daar tegenover staat, dat de chirurgie sterk vooruit is gegaan, do zekerheid onzer diagnose beeft door de autopsie zeer veel gewonnen. Alles een groote vooruitgang. Mattbysen dient met eerbied genoemd, waar het de wyzigingen van het gipsverband betreft. Spreker brengt voorts buide aan ds vrouw, die in onzo dagen zooveel bydraagt tot ver zachting van bet iyden. (Applaus). Een goedgeschoolde verbandzuster staat geiyk met den besten assistent. Dit brengt spreker tot de vraag of de vrou wen in alles geschikt zjjn met den man op medisch gebied te concurreeren. Bacteriologische en pbysi3che onderzoe kingen zyn gepaard gegaan aan de uitbreiding der chirurgie. Voor het ignorabimus is op dit gebied geen plaats. Arbeidaverdeeling is noodzakoiyk ge worden en tovcnal doelmatige opleiding. Gelukkig is de klassieke opvoeding gebleven. (Applaus). Ten slotte: Ie het onderwys zoodanig, dat aan ons vaderland een waardige plaats op wetenscbappeiyk gebied gewaarborgd l Iyft7 Helaas neen, nog eteede is er aan onze universiteiten geen gelegenheid tot het onder zoek door de Böntgenstralen, om een voorbeeld te noemen. Nog altyd speelt de zuinigheid ons leelyke parten. Ook onze examenmanio, die afmattend ia, bevordert niet het zelfstandig onderzoek. Assistenten, privaat-docenten, buitengewone hoogleeraren zyn dringend noodzakelyk. Spr. eindigt met den wtnscb, dat de feest redenaar over 50 jaar den juichtoon tot het einde toe zal mogen bewaren. (Applaus). Tot directeur van de Ned. Verzekerings- bank te Amsterdam is, naar „Do Vereekerings- bode" meldt, tenoemd jhr. C. C. Th. Six, te 's-Gravenhage. Do bekende phil.inthroop de heer P. W. Janssen, te Amsterdam, schonk een gift van 1000 gulden aan de Weesinrichting Beth-Pékt te Vianen. Te Benschop is in den ouderdom van 67 jaren overleden de heer J. A. Van Buma, burgemeester van Benschop, Polsbroek, Hoen- koop en Wllleekop, voorzitter van de Water schappen Benschop en Willeskop en oud-lid van de Provinciale Staten van Utrecht. Directeuren der Ned. My. ter bev. van Nyverbeid hebben praeadvies uitgebracht omtrent het rapport dor commissie in zake het handelsonderwijs in Nederland. Directeuren vcrklar n, dat bevordering van handelsonderwijs bier to 1 n-Jo hun volkomen wenscheiyk toescbynt en dat ook naar hun overtuiging aan de behoeften ten deze ver- moedeiyk wel niet in genoegzame mate zal te voldoen zyn, zonder het aanbrengen van minder of meer ingrijpende wijziging in enkele onzer onderwyswetten. Zy meenen echter, dat de commissie by het formuleeren harer desiderata in veel ts groote mate heeft gegeneraliseerd en ten onrechte door de wetgevende macht aan de uitvoerende wil doen verstrekken voorschriften, die een beslist imperatief karakter dragen. In het byzonder komen directouren er tegen op, dat de commissie aan alle hoogere burgerscholen een professoraal karakter wil geven. Naar men thans meldt, zal de Garden- party ln het Kon. Park van Het Loo plaats hebben op 14 Juli a. s. Het stoomschip „Bundosrath", van Oost- Afrika naar Vlissingen en Hamborg, pas seerde 3 Juli Finistère; de „Frins Willem IV", van Amsterdam naar Paramaribo, passeerde 3 Juli Ouessant; de „Prins Willem V" ver- trok 1 Juli van Nieuw-Yoik naar West India; 23) -- „Dat kan wel. Maar ala hy do man is, waarvoor hy zich uitgeeft, en z(J hem koning hebben willen maken, en by by z(jn stuk gebleven is, dan zeg ik op myn beurt: voor ;dien man neem ik myn zuidwester af. En dat hy het met de kleinen en minder gogoeden goed meent, dat hebben wy daar zooeven gehoord. Myn ouders waren in de allerslechtste tyden Iorsche pachters, toen Gladstone ons, Ieren, recht en billykheid zocht te verschaften; jen toen heb ik, toen ik niet grooter was dan zóó (hy wees met de hand) hen meermalen hooren zeggen, dat het geld de schuld was van alle ongelukkon in de wereld. Ik zou er jgrooten schik in hebben, als ik den dag beloven mocht, waarop die fijne heeren een poep moeten opeten, welke zy eigenhandig Lobben bereid, en hun handen zullen moeten gebruiken om hun brood te verdienen. Ik beloof, dat geen enkel uwer daarover zou jrouron, nietwaar?" „O neen, dat zouden wy ook niet, en wy ;hebben er niets by te verliezen. Want ik geloof niet, Peter, dat gy zooveel geld op rente zult hebben staan." „Geen rooden duit," antwoordde de aange sprokene en keerdo zyn zak om, zoodat er ■Iets dan eoa rolletje pruimtabak op den 'grond viel. „Dan geloof ik Diet, dat wij kwaad doeD, als wy onzen reoder helpen. Myn meening is, dat wy het niet tevergeefs zullen doen." „Nu, dat mankeerde er ook nog aanl" „Hy zal ons ieder honderd pond zuiver goud geveD," zeide Peter, „daar hot geld voortaan toch geen waarde meer zal hebben." „Gy zyt een schaapskop," bromde O'Kelly, „het goud zal van nu af aan niet moer waarde hebben dan een pond kiezelsteenenl" „Ala een ieder het voor zlchzelven kan maken 1" viel een ander in. „Dan houd ik toch nog vast, dat ieder honderd pond goud ontvangt," zeide do kok; „schaden kan het toch nooit iemand." „Och neen," hernam O'Kelly, „men kan nooit weten I Men kan er diamanten voor koopeD, als wy aan Kaapstad of een ander dergeiyk oord komen." „Zoo meen ik het ook," gromde BrowD, „maar wat nu verder te doen?" O'Kelly krabde zich achter de ooren. D't Is een ellendige zaak l Wat kunnen wy eigeniyk eischen? Gy, Szemski, die voortdurend daar zoo stil hebt gezeten, valt u niets in?" Er ontstond een pauze, terwyi allen diep zaten te overpeinzen. Emdeiyk richtte Szemski het hoofd op en keek sluw in do rondte. „Als by ons eens aandeel in zyn schip wilde geven?" Dit voorstel verwierf algemeenen byval. „Daar hebben we het all" riep O'Kelly vergenoegd uit» „Zeide ik het niet, dat Szemski de man was, die het by het rechte eind moest hebben? Het vaartuig zal zyn waarde toch wel behouden, en geeft de reeder er ons aan deel iD, dan kunnen wy allen met de zaak meegaan. Dus dan allen maar toestemmen?" „Hml hml" meende Pettereon, „als we er maar niet zooveel by waagden l" „Wagen, gy krabbe," riep O'Kelly, „daar is niets by te wagen. De heeren van de regeering willen iets, en de reeder wil alleen het tegen overgestelde. Daarvoor kan niemand ons iets doen. Er is niet eens sprake van een beetje zeeroovery of slavenhandel." „Maar als die kruisers ons eens inpalmen?" „Ja, maar dat doen zy niet," zeide de Italiaan Luigi; „zy kunnen toch niet met ons wedy veron in snelheid, als het er op aan komt." Petterson was nog niet overtuigd. „Wat bromt gy toch?" vroeg O'Kelly eenigs- zins ruw, „zyt gy een goede maat of niet? Wilt gy dan liever met een takel in een jol afgelaten en aan land gezet worden? Wilt gy dat? Dan moet gy het maar aanstonds zeggen, ja of neen. Wy allen zyn het eens; of zyn wy het soms niet?" „Ja," klonk het in de rondte. „Goed," zeide O'Kelly, „dan stel ik voor, dat Szemski en ik ons naar den reoder be geven en hem aan het verstand brengen, hoe wy over de zaak denken. Zegt hy ja, dan is alles in orde, en wy zyn gereed." Hy stond op en de anderen volgden zyn voorbeeld. Inmiddels waren ook de officieren van het schip in de kajuit van den kapitein byo9n- gekomen en hadden besloten, hot oordeel van de manschappen af te wachteD, daar zy zon der hen toch niets konden uitrichten. Ging de geheele bemanning van het schip er op io, dan zouden ook zy daarmede instemmen. Goed beschouwd scheen de risico hun niet noemens waard; de eigenaar van het schip moest in ieder geval de verantwoording dragen. Kort daarop ontving Erik O'Kelly en Szemski in zyn kajuit en stemde glimlachend al bun wonschen toe. „Dan kan mynheer de reeder op ons allen als op zichzelven rekenen," zeide O'Kelly, terwyi by op den grond stampte; „en als er een onder ons ie, die een spaak in de wielen wil steken, te drommel, dan zullen wy het hem spoedig afloeren." De duisternis begon te vallen. De „Chemeia" dreef langzaam in wostelyke richting af. Het was een stille, zachte avond; de golven klotsten en wiegden langs den boeg van het schip, en als men zich over de verschansing heenboog, kon men diep in het heldere, groenachtige water nederzien. Ver in het westen vlamde hot luchtruim in den donkeren, rossigen gloed der ondergaande zon; een lange streep goudgetinto wolkjes dook in het westen op, terwyi men aan den tegenover- gestelden kant van den horizon door den sluier van den avondnevel, die zich langzaam over de golven uitstrekte, onduideiyk de twee kruisers kon bespeuren, die hun lantaarns begonnen te hyschen. Erik stond met den kapitein en den eersten etuurman op do commandobrug. Z(j wiss Uen slechts weinigo woorden en op bun gelaat stond diepe ernst te leien. Eriks haüd hield krampachtig de leuning van do brug omklemd, terwyi hy naar de beide schepen staarde. Zy gleden zachtkens, evenals de „Chemeia," met langzame schroefslagen voort. „Nu is het donker genoeg," zeide Alslöv; „we zullen goed doen de lantaarns te byschen." „Ik laat alles volkomen aan u over," zeide Erik. De kapitein riep de wacht beneden iets toe en weinige minuten daarna stegen de lan taarns der „Chemeia" in top. „De „Défen8e" versnelt haar vaart," zeide hy onmiddellijk daarop. „Zy zullen ons zeker scherp in het oog willen houden." Werkeiyk, het was zoo; do Fransche stoom boot schoot pylsnel voorwaarts. Kort daarop stoomde zy de „Cberaeia" voorby op een halve mijl af8tand8, voer vooruit en vertraagde toen haar vaart. Erik's voorhoofd betrok. „Wanneer gaat de maan op?" vroeg hy. „Eerst togen den morgen," wa3 het antwoord van don kapitein; „tegen dien tyd zullen wy reeds lang uit het gezicht zyn." „Wy moeten het zy'D," herhaalde Erik kortaf. De duisternis nam meer en meer toe. Do zee werd diepblauw, groen en vervolgens zwart. Men bemerkte slechts het schuim der baren, dio i tegen het schip braken; de laatste schemering in het westen werd flauwer en flauwer en ver dween ten slotte geheel; de hemel werd donker 1 n ganscben ^'izon en tallooze sterroa ►m tintelen» [Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 1