FOULARD-ZIJDE 65 Cts. Do eerste commissie, voorgezeten door den heer Boernaerl, en hare onderafdeeling, voor gezeten door don heer Van Karnebeek, hebben zich bezig gehouden met de quaestiea der vuurwapenen en ontploffingsmiddelen zoowel bij 't leger als ter zee. De tweede commissie, voorgezeten '-'oor den beer De Martens, eD haar onderafdeeliDg, voor gezeten door den he r Asser, hebben zich bezig gehouden met de quaesties der toepas sing van de couventio van Genève op den z e-oorlog en van do herziening der Brussel- scbe Conferentie betreffende het oorlogsrecht. In de derde commissie, voorgez ten door den heer Bourgeois, is een voor-ontwerp be treffende bemiddeling en ar ritr.tge door Rus land ter tafel gebracht; voorstellen ter zake van d zelfde onderwerpen zgn door de ver tegenwoordigers van Groot-Britannië, Italië en de Vereenigdo Stat n van Amerika aan het oordeel der commissie onderworpen. Een bijzondere subcommissie is belast met het onderzoek ea de vergelijking van cie ver schillende ontwerpen. Dtze subcommissie is samc-ngtsteil uit de heeren: Asser, Descamps,Baron d'Estournelles, Holls, Lammasch, Do Martens, Odier en Zorn. De commissie, aan welke is opgedragen de ingediende en nog in te dienen voorstellen omtrent internationale arbitrage te onderzoa ken en bet ontwerp saam te stellen van een algemeen tractaat, heeft tot haar rapporteur gekozen ridder Descamps, lid van den B-lgi- ;chen Senaat. Men verneemt, dat zoowel in de voorstellen van Engeland als van Rusland opgenomen is de instelling van een permanent Hof voor arbitrage. Naar men verneemt, zal de Amerikaanscbe delegatie eerst deze week gereed komen met haar voorstel omtrent een voortdurend scheids gerecht, maar heeft zy, evenals de Italiaanscbe delegatie, wijzigingen voorgesteld op het ont werp van Rusland, dat in de derde afdeeling Vrijdag was t-r tafel gebracht. Amerika zou wenschen, dat elke geschil- roerende Staat als scheidsrechter een anderen Staat als scheidsrechter benoemde, die dan samen het geschil zouden beslissen. In bet Italiaanscbe voorstel moet vooral nacruk zjjn gelegd op behoud van het recht om zich tijdens bemiddeling te blijven voorbereiden tot den oorlog. De ar itrago commissie moet heden middag reeds eoDige artikelen van het Rus sische voorstel hebben afgehandeld. De bekende journalist William T. Stead, hoofdredacteur van de „Review of Roviews",- schrijft: „De Conferentie is de eersfcg yan een reeks parlaoiratj^yiuèSfr oer menscïiheiiTe 's-Gravenhage zal een nieuw tijdvak aan breken. "Van ons nageslacht zullen uit alle deehn der wereld bedevaartgangers opgaan naar het Huis ten Bosch als naar een reliek kas, want zij zuil :n dit paleis beschouwen als de wieg van het Bondgenootschap der Menschbeid Dit Is zelfs nog grootscher d n het ideaal omtrent de Vereenigde Staten van Europa." Zondag heeft de president dor Vredescon ferentie, baron De Staal, mevrouw Wasz- klswicz ontvangen, cie hem, mede uit naam van het hoofdcomité voor de vredesmanifestatie, een verkleinde reproductie van het adres van het Nederlandsche volk aan den Czaar aan- lood. Baron Do Staal zeide, dat de verschillende manifestaties, ook de Internationale Vrouwen- demonstratie, veel er toe hadden bijgedragen, om sommige gouvernementen minder scep tisch te stemmen. De zaak Droyfns-Picquart c. In de gewone beschouwing over de Droyfus zaak, waarvan de „Figaro" gisteren het laatste 6tuk bevatte, wordt behandeld de be kende verklaring en het over-stuur-raken van Henry in het kabinet van Bertulns, den rechter van instructie, en de houding van Bertulus en Roget vcor het Hof van Cassatie. De beschouwing eiucigt met een Ireede conclusie (tot vernietiging van het vonnis zonder verwijzing), welke beschouwing wt) echter oordeelen in belang ten achter te staan bh het uitgebreide verslag in ons Tweede Blad over de behandeling der revisie voor het Hof van Cassatie. Constatesren wij dus alleen, dat de „Figaro" als slotsom vaststelt, dat cr van alle be buljigingen tegen Dreyfua niets overblijft. In bet Tweede Blad wordt herhaaldelijk gesproken over de memorie van den heer Mornard. De „Soir" weet de conclusies mede te doelen, welke aldus luiden: I. Uit de documenten en de getuigenissen, welke voor het Hof zijn aangebracht, blijkt, dat de revisie noodzakelijk is, op grond van vier nieuwe feiten: lo. De nieuwe feiten betreffende de mede- deeling aan de recht*ra van geheime stukken en van een clandestiene akte van beschul diging, welke feiten bewijzen, dat het vonnis van 1894 alleen juridisch is in naam en ia geen geval kon worden beschouwd als heb bende eenigo autoriteit; 2o. De nieuwe feiten, betrekkiog hebbende op het borderel, zijnde het eenige stuk, waarover in de debatten van 1894 is beraad slaagd, en welke bewijzen, dat het borderel is geschreven op het papier van Esterhazy; dat het geschreven is met het schrift van Esterhazy; inlichtingen bevat, afkomstig van Esterhazy; geri ht is aan een agent, die spionnendienst (of tegen spionnendienet) onder hield met Esterbazy; dat het door Esterhazy erkend is. 3o. De nieuwe feiten, betreffende de twee voornaamste getuigen a charge, welke deze beide mannen aanwijzen als de beide voor naamste bewerkers der veroordeeling van Dreyfus, die „hun werk" verdedigen met de meest misdacige miidelen; die vervalsobin- gen maken, om te beletten, dat een nieuw vonnis, onvereenigbaar met het vonnis van 1894, zou leiden tot een noodzakelijke en onmiddellijke revisie van hun w^rk; die door dit feit alleen den veroor'e 1de in 1894 heb ben beroofd van de revisie, welke, zonder bon, in 1897 zeker zou hebben plaats gevonden; die eindelijk door bun daden niet meer konden worJen beschouwd als g<.tuigen, die de geheelo waarheid en niets dan de waarheid zeggen. 4o. De nieuwe feiten, aan het licht go- bracht coor het diplomatieke dossi r, welke bewgzen, dat Dreyfus, die veroordeeld ie wegens bet hebben van betrekkingen met de agenten, die in dienst staan van Duitsch- land of Italië, met deze agenten geen enkele directe of indirecte verbinding heeft onder houden. II. Naast deze vi r groote categorieën van groote feiten, waarvan ieder op zichzelf de revisie noodzakelijk zou maken, kan men nog plaatsen het bewijs van onschuld, voort spruitende uit de Dietigheid van de onder zoekingen, welke met zoo groote hardnekkig heid gedurende vier jaar worden vervolg1, ton einde door een nieuwe beschuldiging het uitgesproken vonDis, dat zonder eenige basis is, staande te kunnen houden. Er zijn inderdaad weinig menschen, wier leven en daden zoo goed weerstand hebben kunnen bieden aan de vele wraakzuchtige nasporingen, aan al deze lange en hartstochte lijke onderzoekingen. III. De eenige quaestie, welke zich nu op den voorgrond dringt, is deze: te weten of de revisie moet plaats hebben" met of zonder verwijzing naar een anderen krijgsraad. De exposante zou het Hof kunnen vragen om onmiddellijk een einde te maken aan een martelaarschap, hetwelk reeds te lang heeft geduurd, door het uitspreken van een vonnis zonder verwijziDg naar een nieuwen krijgsraad. De combinatie van de artikelen 445 en 360 van bet wetboek der crimineele instructie geeft haar het recht, conclusies in dien zin te nemen. Men zou inderdaad kunnen optrerkeo, dat het zenden van hef tëlderel door Ester hazy aau den agent A heden niet meer kan worden beschouwd als een misdaad of een overtreding, na de vrijspraak op 11 Januari 1898 door den eersten krijgsraad van Parijs, men zou tevens kunnen opmerken, dat door da vrijspraak van Esterhazy geen contradictoir debat meer kan plaats vinden tussch.n de verschillende partijen. Maar er z*l ni.ts worden gedaan om cas satie te verkrijgen zonder verwijzing naar een anderen krijgsraad. De exposante wil dergelijke conclusies niet nemen. De eer van Dreyfus is haar ontroofd door een dwaling van zijn wapenbroeders; aan zijn wapen broeders dus de plicht hem die eer terug te geven Yoor hen moet en wil hy ver schijnen, en de in zijn naam voor het Hoogste Gerechtshof genomen conclusies hebben dan ook alleen ten doel een uitiog van rechtvaardigheid door zijn gelijken. De exposante concludeert dus, dat het 't Hof moge behagen het vonnis van den eersten krijgsraad van Parijs te vernietigen, welk vonnis is uitgesproken tegen haar echtge noot op 22 December 1894, met alle rechts gevolgen, en to bevelen, dat Alfred Dreyfus zal worden gezonden naar een krijgsraad, die het Hof zal believen aan te wijzen. IY. Een laatste opmerking dient nog aan het Hof to worden overgelegd. Aitikel 445 Wetboek van Strafvordering zegt, dat in geval van terugzending het Hof do te stellen vragen zal bepalen. Evenwel, de quaestio van hoogverraad, die aanwezig is ia de feiten, in de akte van beschuldiging van 1894 gereleveerd, spruit klaartlykeiyk voort uit de anti juridische qu-lificatie, aan deze feiten toegekend. De geïncrimineerde handelingen stellen niet daar machinaties, bestemd om een vreemde mogendheid tot vijandelijkheden tegen Frank rijk uit te lokkeD, politieke misdaad van hoogverraad, waarin wordt voorzien in art. 76 van de C. P. Zy waren enkel en alleen tegen het misdrijf van spionnage, misdrijf van gemeen recht, waarin is voorzien en wordt gewaakt door de wet van 18 April 1886. Reeds deze verkeerde qualificatie is door zyu raadgevers aan kapitein Dreyfus kenbaar gemaakt bij gelegenheid van zijn proces in 1894; en kapitein Droyfus, die in de tegen hem op touw gezette vervolgingen slechts zag een zaak van eer, had zijn verdediger for meel verboden om de qualificatie van de feiten in discussie te brengen. Hi) had aan zjjQ advocaat Demange op gedragen den rechters aan te toonen, dat hjj, Elzasser, officier, voortgekomen uit de groote en patriottische militaire scholen, geen daad had kunnen bedrijven tegen het vader land, welke dan ook. Hjj had aan zyn advocaat opgedragen om alleen zjjn eer te verdedigen, zonder zich bezig te houden met de strafrechtelijke con sequenties, die een vod nis van schuld in het leven zou kunnen roepen. Hij meende, wat hem betrof, dat alleen dit vonnis in over weging moest worden genomen. Als voogdes van haar man en hem in deze zaak moetende verdedigen met alle wettige middelen, heeft mevrouw Dreyfus zich niet gerechtigd geacht u tdrukkeiyke conclusies te nemen in tegenspraak met door haar man uitgesproken wenscbeD, wenscben, die overi gens geheel in overeenstemming zjjn met haar eigen gevoelens. Het kan echter niet zjjn, dat de quaestie niet zou zijn gebracht onder de aandacht van het Hof. Zonder eenige conclusiën te dezen opzichte te nemen, onderwerpt requestrante zich geheel en eenvoudig aan de wijsheid van het Hof om te beslissen of zt) al dan niet de quaestie met betrekking tot do qualificatie van do feiten zelf moet aangrijpen, daarbij de vragen aangevende, die aan den krijgsraad moeten worden voorgelegd. Of kapitein Dreyfus wordt aangeklaagd van een politieke misdaad, of van een misdrijf tegen het gemsene recht, zijn gelijken zullen erkennen, dat op de verwijzing door het Hof, bjj nooit heoft gezondigd tegen de eer De „Siècle" geeft eenig licht over den zoo- genaamden brief van keizer Wilhelm, een valsch stuk, waarvan alle officiééls personen tegenwoordig het bestaan ontkennen, maar dat toch bestaan heeftmen weet, dat Pauffin de Saint-Morel er namens De Boïsdeffre Rochefort over is gaan spreken. Die brief deelt de „Siècle" stellig mede is op do volgende wijze gemaakt: Generaal De Boisdeffre was gast geweest bj} do groote Russische manoeuvres en had daar keizer Wilhelm ontmoet. Zy hadden samen gepraat over een strategische quaestio en Wilhelm had er den chef van-den generalen staf later nog een eigenhandigen brief over gezonden. Met gebruikmaking van dezen brief Is de valscho brief van keizer Wilhelm gemaakt (waarin Dreyfus met name werd genoemd). De vraag blijft, of generaal De BoisdefTre van dit schan delik bedrfif op de hoogte is geweest. Zoo ja, dan is hij een even groote schurk als Henry c. s., erger nog, daar zijn positie en zjjn verantwoordelijkheid zooveel grooter waren. Zoo neen, wat dan te denken van bet door zicht en het gezond verstand van een man, die op één na den hoogsten rang bekleedde in het Fransche leger? vraagt de „Siècle". Cornély schrift in de „Figaro": Alles zal kalm zjjn te Parjjs in de week der processen. Ongeregeld heden op straat zjjn onmogelijk geworden; de prefectuur van politie is vast besloten tot rust te dwingen. De zaakDérou- lède heeft geen belang hoegenaamd. Déroulède zal vrijgesproken worden. Cassagnac zegt in de „Autorité" van meening te zjjn, dat de logische afloop van de Dreyfus-zaak de behandeling door een nieuwen krijgsraad zal moeten zjjn. Indien Dreyfus dan opnieuw veroordeeld wordt, hoopt De Cassagnac, dat de regeering dat vonnis zal eerbiedigen, geljjk hjj het vonnis zal eer biedigen, indien Dreyfus wordt vrijgesproken. De regeering heeft het recht de revisie slechts te aanvaarden met en benevens den gebie denden plicht om de einduitspraak te doen aannemen door allen, desnoods met geweld. Zola heeft aan zjjn vrienden en aanhangers doen weten, dat hij bjj zjjn terugkeer naar Parjjs voor alle betuigingen van eer en be toogingen moet bedanken. Na het arrest in de zaak-Dreyfus zal Zola in de „Aurore" een artikel pnbliceeren, dat een pendant op zjjn beroemd „Ik beschuldig" zal wezen. Dit stuk wordt thans nog eens in zjjn ge heel door de „Aurore" afgedrukt. De zaak-Déroulède-Habert. De „Figaro", die de gewoonte schynt aan genomen te hebben, aan de lezers de stukken, die hun belang inboezemen kunnen, mede te deelen vóór zjj nog officiéél gepubliceerd zjjn, gaf in het gisteren verschenen nummer de akte van beschuldiging tegen Paul Déroulède en Marcel Habert. Na do opaommiDg van de bekende gebeur tenissen bjj de begrafenis van president Faure en de beschrijving, hoe Déroulède eerst generaal Roget en toen deze niet wilde, op de binnenplaats der kazerne het 82ste regiment bezwoer hem naar het Elyséo te volgen „om de parten on taire republiek omver te werpen en de plebiscitaire daarvoor in de plaats te stellen," wordt overwogen welke qualificatie aan deze feiten te geven is. Déroulède en Habert erkennen alles en wenschen zich beschuldigd te zien van een aanslag op of een poging daartoe, althans minstens van een komplot tegen de binnen- landscbe veiligheid van den Staat. Deze martelaarskroon zal hun evenwel ontgaan, want zy werden terecht gesteld wegens direct9 opruiing tot een aanslag om de regeering omver te werpen of te ver anderen, zonder dat deze opruiiDg gevolg heeft gehad, en wegens het aansporen van militairen om aan hun militaire plichten en gehoorzaamheid te kort te doen. Het Hof van Assises begon gisteren te balftwaalf met de behandeling der zaak- Déroulède. De zaal was eivol. Door de zaken Dreyfus en Déroulède was het ook in de nabijheid van het Paleis van Justitie buitengewoon druk. Zeer strenge maatregelen van orde waren genomen. Déroulède sprak een redevoering uit, waarin hjj de grondslagen aangaf voor een parlemen taire republiek, maar ging daarop niet in bijzonderheden door. Den president antwoordende, zeide Dérou lède, dat hjj Frankrijk wilde redden met behulp van het leger. Hjj vergeleek den minister president Dupuy met den kikvorsch uit do fabel. Hjj stemde toe, een brigade naar het Elysée te hebben willen meesleepen, ten einde de parlementaire Republiek omver te werpen, en hjj vertelde zijn relaties met Gambetta. Yervolgens sprak by over de ongeoorloofde handelingen der parlementariërs en de Joden, over de Panamazaak, de zaak Dreyfus, al den financiëelen warboel, die een reactie van het volk uitlokte; hjj crltiseerde de opdrijving der begrooting en hield een lofrede op de ont dekkingsreizigers. Hy verklaarde, dat zjjn daad rijpelijk overwogen was, gelijk hjj ook het Boulangisme in het loven riep om Frankrijk te redden. Déroulède viel heftig de diplomatie aan en begon daarna te spreken over president Loubet, hetgeen aanleiding gaf tot heftige incidenten. Déroulède zeide onder anderen, dat by Loubet van het Elysée wilde verjagen, waar by ge komen is door zjjn middelmatigheid. De advocaat-generaal kwam fcusschenbeide, waarop het publiek Déroulède toejuichte. De president dreigde de zaal te doen ontruimen, waarop do beklaagde uitriep, dat hy over niets spyt heeft, en voegde er bjj, dat hij over Loubet nog niet zooveel beleedlgends heeft gezegd als hg van hem denkt. Het incident werd gesloten verklaard nadat de advocaat van Déroulède verontschuldigingen had aan geboden. De zitting werd om twee uren gesehorst. Tgdens de schorsiog liet Quesnay de Beaure- paire oen petitie tegen de beleedigers van het leger rondgaan. Na de hervatting der zitting legde de heer Marcel Habert verklaringen af, gelijkluidend aan die van Déroulède. Ook hy viel de. parlementariërs aan, die, verbonden met dei voorstanders van Dreyfus, Loubet in het Eiysé9 brachten. Hy ontlokte evenwel het publiek minder entbnsiasme dan Déroulède. Het incident in de Rue Reuilly met generaal Roget wc-r i daarna in vragen en antwoorden nader uitoengezet. De heer Déroulède was inderdaad bewon derenswaardig en voortdurend werd by toe gejuicht. Hy merkte nog op, dat men het land zoowel naar binnen als naar buiten moet verdedigen, wanneer het bedreigd wordt. „Tk heb gemeend van een revolutionaire beweging gebruik te moeten maken om het verkeerde regerings stelsel te veranderen, daar Frankrijk het niet kan doen door hot algemeen stemrecht." De president bracht in herinnering, dat Déroulède zich toevallig en niet met opzet in tegenwoordigheid van generaal Roget be vond, waarna deze verklaarde alle punten van beschuldiging te bekennen, behalve dit, dat hy getracht zou bobben de soldaten zonder hun aanvoerders mede te sleepen. „Ik wilde een generaal aan bun hoofd, ik heb een brigade generaal gevonden, maar ik had liever een divisie-generaal gehad l" riep hy uit. Een aantal militairen en burgers hgien getuigenverklaringen af zonder eenig belang, waarop de zitting om zes ureo werd opgeheven. Om vyf uren was generaal Roget als getuige nog aan het woorJ. Zyn verhaal was ongeveer hetzelfde als dat, hetwelk vroog.r reeds door de bladen gedaan is. Hfcj verklaarde, dat de ontroering hem belette zich goad rekenschap te geven van wat er gebeurde. Dt «itting van het Hof van Gezworenen werd om zes uren opgeheven. Toen de getuigen het paleis van justitie verlieten, had er een kleine nationalistische betooging plaats. RECLAMES, a 25 Cents per regel. tot ƒ3.35 per Meter. Japansche, Cbineescho, enz., in de nieuwste D3ssins en Kleuren, zoo als zwart, wit en gekleurd. «Kensebers- Zijde" van 46 Cl», tot ƒ14.65 p. Meter glad, gestreept, gekarteld, gestippeld, Damast, enz. 240 versch. qualit. en 2000 versch. kleuren, dessins, enz.) Franco en vrij van invoerrechten iti huis. Monsters omgaand. Dubbel briefporto naar Zwitserland. 4516 13 CL HEtfWEBERG's fcfjden-Fabrieken (H. en K. Mofl.) Eêirlch. Het vergaan van de „Prins Maurits." Reuter seiüt uit Caracas van 29 Mei: „De „Prins Maurlts", van den Koninklijken West-Indischen Maildienst, is gisteren ter hoogte van Cumana vergaan. Er zgn geen menschen omgekomen." Uit informaties, door het „Hbï." by de directie te Amsterdam ingewonnen, bleek, dat bg baar een gelykluidend bericht was ingekomen over Nieuw-York. Byzondd^hoden zyn nog niet bekend. Het stoomschip „Prins Maurits", kapitein Duif, vertrok 1 Mei van Amsterdam naar Paramaribo, waar het 19 Mei arriveerde en van waar het later naar Nieuw-York vertrok. Het is eon in 1884 van yzer gebouwd stoomschip, groot 1310 ton. De bemanning bestond uit 30 man. Omtrent het ongeval was reeds Zondag avond by belanghebbenden te Amsterdam iets bekend, omtrent de geheole toedracht evenwel verkeerde men toen nog in het onzekere. Naar de „Tel." verneemt, is bet vaarwater, waar het schip is gestrand, kust van Yenezuel i, niet byzonder gevaariyk, en krygt de gezag voerder omtrent do te volgen route zeer bepa 1 :e orders, doch wordt dit aan den kapitein overgelaten. Men vermoedt, dat de stranding des nachts heeft plaats gehad en een sterke stroomiog daarvan de oorzaak is geweest. Gr e m e ra d Nieuws. Tegen zekeren Y., alhier, Is door de politie proces verbaal opgemaakt op grond van art. 247 Wetb. van Strafrecht. Gisteravond is voor de post- ritten Amsterdam - Leiden en terug de auto mobiel in dienst gekomen, voorloopig nog gevolgd door de gewone postkar. Een paar z. g. tuimelraamdieven hebben in den afgeloopen nacht te 's-Graven- hüga wederom ingebroken op den Loosduin-, schen weg, ditmaal by den spekslager Leene. Zy ontvreemdden uit een vsst, dat over een stosl hing voor het bei van de slapende echtgenooten, een zilveren horloge. Twee kinderen uit 's-Graven- zande, een van 4 en een van 3 jaren, die Zon ag-middag langs het zeestrand spelende verdwaald waren geraakt, werden Maandag* ochtend, deels onder het opgestoven zand bedolven, slapendo aan den voet der duinen naby 's Gravenbago teruggevonden. Na liefde-, rijke verpleging ten huize van den heer Treur, naby de zeesluizen, werden zy naar de ouderiyke woning teruggebracht. Do Haagsche rechtbank veroor- rieelie den jongen, cie op het Koningsplein te 's-Gravenhage een kind mishandelde, met zeer ernstige gevolgen^ tot f 15 boeta;, de beide mannen, die zich een portefeuille toe eigenden, door hen op den weg gevonden, en het zich daarin bevindende geld. deelden, resp. tot 6 maanden en 14 dagen; de twee jongemannen uit Katwyk, die zich aldaar tegen de politie verzetten, resp. tot G en 4 weken. De vervolging tegen mr. Troel stra. De rechtbank te 's-Gravenhage, recht doende op de vordering van den officier van 16 Mei, heeft, volgens de „Soc.-Dem.", tegen mr. Tioelstra rechtsingang verleend, t r zake, dat hg. „op 31 Juli 1898 te Leeuwarden in een zaal van het Café Cenral van De Jong, waarin een meeting werd gehouden, belegd door hot landelgk comité tot in-vryheid-steliing der gebroeders..., opzettelijk de eer of den goeden naam van den officier von justitie te Leeuwarden,, mr. G. J. Ph. graaf Schicnmel- penninck, heeft aangerand, door ia die open bare meating, als spreker optredende, naar aanleiding van de gepubliceerde beschikking van genoemden officier van justitie te Leeuwar den van 6 Joiü 1898genoemden ambte naar, met het kaniyk dool om daaraan rucht baarhei 1 te geven, ten laste te leggeu, dat meergenoemde ambtenaar bff het motiveeren zyner conclusie in evenbedoelde beschikking zich heeft schuldig gemaakt aan opzettslyko onwaarheid, coor feiten af omstandigheden, dia op het oordeel van heb publiek invloed zouden kunnen oefenen, opzettelijk weg te laten, te verzwygen, en door bepaalde ftitea of omstandigheden opzettelyk onjuist te ver* melden of voor te stellen, ten einde op difj wgze de publieke opinie aan de zyde vai§ hem, officier van justitie, to krygen en de beweging in de zaak Hogerhuis to doen ein digen, zulks een en ander m6t voorbeelden heeft gestaafdn subsidiair ter zake, dat hg genoemden. officier van justitie opzette» lgk hoeft beleeoigd. Maandagmorgen werd door don tuinman op de buitenplaats van den he3r Maritz van Cray-stein onder Ubbergen bij Nymegen een reebok geschoten, die daar sedert Zaterdag werd opgemerkt. Te Groningen is door het O. M. der rechtbank tegen Gerlof G., oud 22 jaar; wegens htfc in-brand-steken van vyf groote stroobergen, ter waarde van f 42,000, van de kartonfabriek fes Ulrum, overeenkomstig het advies der deskundigen, dr. E. "Wiersma en A. C. Ten Hove, militair-arts, geen gevange nisstraf gerequireerd, doch plaatsing in een krankzinnigengesticht voor den tijd van tei(. hoogste 1 jaar. Da neiging, om strafbare feiten te plegen, spruit by beklaagde voort uit een zwakzinnighei J, en de impuls tot het plegen er van wordt door drankgebruik ver sterkt. Te "Wageningen ii de werkman D. HasgsraaD by het afbreken van een muur door een neervallend stuk muur getroffen en op de plaats doodgebleven. De ongelukkige laat een huishouden met 8 kinderen onver zorgd achter. DeautomobielenwodstrgdPargs Bordeaux heeft een fnenschonleven gekost, daar de bediende van den heer Lemaitre, dia met zyn rywiel is omgevallen, aan zgn ver wondingen gestorven is. Cordang is weJerora treurig terecht ge komen In den wedstrijd Bordeaux—Pargs. Te middernacht deed hy een verschrikkely- ken val in de nabijheid van Guitres. Hy wilde ondanks zyn zware verwondingen den wedstryi nog doorzetten, doch was spoedig verplicht af te stygen en den strgd op te geven. Huret, dia eveneens gevallen was, reod' by aankomst op de baan de 333 meters in 33 sec. Vs» de 666 meters in 1 m. 9 sec. 4/s» 1000 meters in 1 m. 44s/5, de Iaatst9 333 meters in 33 sec. en de twee laatste ronden in 2 m. 18a/5 sec.; als hy eindigt, is het I uur 35 m. 47 sec. en heeft hg dus den rit volbracht in 16 uur 35 m. 47 sec. De op hem volgenden zyn: 2de Fischer in 17 u. 21 m. 26 sec., 3de Garin in 18 u. 43 m. 7 sec^ 4de Rivierre in 20 u. 24 m.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 2