ONZUIVER BLOED. Kijkjes in on oin Leiden. XXVI. Even voorbij de kerk aan den straatweg in Sassenheim ligt de pastorie der Hervormden, een oud, doch zeer geriefelijk gebouw met ruime vertrekken en Hinken tuin, waarin vruchtbaar geboomte. Hoewel in een stuk onder onze berusting sprake is, dat door H H. kerkvoogden der gemeente dit huis in den jare 1756 is aangekocht als pastorie, schijnt het nochtans vóór dien tijd reeds door heeren predikanten te zijn bewoond geworden. Een oorkonde uit 1717, meldende den ver koop van goederen door de erven van den Hoog Edelen heer Wouter Van Lanschot, in leven eerste en presideerende Raad, alsmede Meester van de rekeningen der domeinen van de H.H. Staten van Holland en West vriesland, spreekt van dit huis of een daaraan belen dende woning als van de pastorie. Doch wij gaan verder den heereweg op, slaan in het voorbijgaan een blik op het massieve en wel getimmerde huis van den dokter met z\jn fraaie spiegelramen en hooge vertrekken, op de daar tegenover liggende woning van jhr. M. Van den Brandeler, den burgemeester dezer gemeente, en het daarnevens grenzende Raadhuis, om bet gezicht te hebben op Rusthoff, het landgoed van den heer Jan Adam Charbon. Dit goed, van vader op zoon reeds meer dan een eeuw in de familie, waa oorspron kelijk niet in een en dezelfde hand, maar bestond uit onderscheidene gedeelten. De heer Jan Adam Charbon, overgrootvader van den tegenwoordigon bezitter, vo9gdo de verscbil- loDde gedeelten tot éón, waardoor een fraai geheel werd verkregen. Zijn zoon Pieter Eli as liet het goed door den bekenden tuin-architect Zocher aanleggeD, aan wien nu nog te danken is het prachtig gazon achter het huis met de trotsche beuken en linden er op en de heerlijke wandeling om de beek met het daar binnen besloten weiland. De overplaats, vroeger boerdertj, werd door den vader van den tegen woordigon bezitter van den heer Hanegraaff gekocht om het huis aan den weg des te ruimer uitzicht te geven. Bevindt zich op de plaats zelve nog veel oud bout, als linden, eiken en beuken, een zekere vermaardheid heeft „Rusthoff" by de kenDers om zjjn heesterbout bovenal, zoo mooi en zoo zeld zaam als men maar ergens zien kan. Getroost n, mfln medetocbtgenoot, de moeite om wat dieper door te dringen, laDgs teelland on door mild schaduwgevende boscbjes, tot waar go van uit het priëel een kijkje op Kage en al de plassen en dorpen en kerk torens van die lage landen hebt, maar ver geet evenmin den Menneweg over aan de andere zijde de doolpaadjes van Vogelenzang in te slaaD, alwaar gy u-zelven en die met u wil gaan, een allerprettigste verpoozing kunt bereiden. Het huis uit welks koepelkamer ge een prachtig vergezicht hebt over de Overplaats Tiaar het Station Piet Gvjzenbrug, was oor- jproDkelpk een leenen wfl een onver sterfelijk )een van de abdij van Egmond. De oude, ons overgebleven, bescheiden drukken het alzoo lit: „Een partye lands uyt ses stukken" be staande, waarop „een huys getimmert" stond. 3oe oud dit leen is, melden de brieven niet. Maar dit weten wy, dat, hoezeer het land by het huis slechts een morgen omtrent groot was, het een deftige huizing geweest is, die Cor nelia Gerritsz. Ruysch by testamentaire dis positie van 27 November 1718 aan zyn weduwe Maria, de dochter van Izaak Coopaart, vermaakte. Wy lezen in de daarover handelende nkten toch van wandeldreven, alsmede van tuinsieraden. Was by niet van dat oude Utrecbtscho geslacht, waarvan een Pieter Ruysch reeds in 1442 met een jonkvrouw MachtilJ Heerman in den echt trad? En behoorde haar familie hier niet tot den deftigen stand? Van huis uit van Den Briel afkom stig, waar reeds in 1293 een schepen voor komt met dien naam, was de familie gedeeltelijk L3ar hiar verhuisd, en met de gegoeden geparenteerd. Maria's naam, evenals die van haar neef Jacob Coopaart, ook in de belee- niDgsoorkonden vermeld, löeft by het kerk genootschap, waartoe zy behoorde, in dank bare herinneriDg voort in de ryke geschenken, door heiden aan de diaconie der Hervormde Gemeente gegeven: het present van Maria bestaande uit twee prachtige zilveren bekers, dat van Jacob uit twee zilveren schotels ten gebruike by het H. Avondmaal. Toen na den dood van Maria d9 bezittiDg komen zou op haar zuster Cecilia, droeg deze het leengoed don 2östen Mei 1740 over en wel „met helm, hand ende monde" aan Dirk Jansz. Van Wetteren. Op vorzoek van den beleende werd alsnu het huis mot de partye lants, op de caarle daarvan voortijds gemaakt getekend met YIIP' b{j akte van 13 October deszei ven jaars door deEJelMog. H.H. Staten van Holland en Westvriesland, van leen in allodiaald. w. z. vrij goedgeconverteerd. Negentien jaren later verkoopen Diiks kin deren het huis en erve aan Jeroen Waasdorp, waarop het door de handen van den heer Lovering, te Amsterdam, aan oen zekeron Jacob Van den Berg overging, die het den löden April 1791 uit de hand aan den heer Charbon verkocht. Naast do heeronhuizing, waar nu een der bo9rderyen van den huize „Rustboff" is, tegen den Menneweg aaD, stond in den jare 1658 „een bequaom welgelegen buysinge, boomgaeit, een werf ende vlasoven", vóór dien iyd toebehoord hebbende aan een Jacob Jansz. Veltbrugge, en welk pand toen ver kocht werd aan een der leden van het zoo bekende S.msenheimscbe geslacht van KJiocken- berch, met name aan Jacob, den zoon van Meeuwis, terwyi de kooper den „Mennewech", destyds ook reeds bekend, en die van den heereweg tot aan het goed van de kinderen en erven van Jan Jansz. Naerdenburch liep, met ztjn neef Arend Dirksz. Klinckenberg gemeen zou hebben. Ook dit eigendom, door den heer Ruysch reeds in 1703 aan de plaats toegevoegd, was met weilanden, die don Sassenheimschen pre dikant Comelis Petrus Leysndekker toebe hoorden, alsmede mot de boerdery, welke de familie Ruygrok van de Werve aan do Kerk- laan bezat, in bovengenoemd jaar 1791 of kort nadien in handen van den heer Charbon ge- komeD. Met eene mej. Johanna Margaretha Luzak gehuwd kan het op aandrang van deze laatste zyn geweest, dat deze Amstordamsche koopman zyn oog op deze streken vallen liet. Een lid van haar familie tocb, hot lid der Tweede Kamer, de latere minister van binnen- waarvan wy reeds de vorige week een afbeel ding gaven. Wy willen daar zeker eerst maar eens een kykje gaan nemen, de volgende maal nemen wy dan op onze wandeling de Kerk, waarvan ook nog wel het een en ander mede te deelen valt. Welke laan wilt ge? De eerste? Welnn, zy ligt het dichtst aan de hand, wordt ook meer door de bewoners van het huis zelf genomen. De aDdere, met den naam prykende, dient meer voor oprit, en by byzondere ge legenheden. Zoo hadt ge xe eens moeten zien, ja het huis en de geheele plaats verlicht by gelegenheid van het huweiyk van den be woner van West-End. De indruk, welken het geheel toen op dien Octoberavond 1898 maakte, zal niemand, die het zag, ooit uit het ge heugen gaan. Maar wy zyn by het hnis. Ziet ge wel: een van die deftige, stevige, in«eHide gebouwen, welke de laatste helft der degeiyke 17de eeuw ons naliet. Met keur van bouwkunstige versierselen Eet landgoed Rusthoffte Sassenheim. landsche zaken, de degeiyko geleerde mr. L. C. Luzac, hield omstreeks dezen tyd zyn verbiyf op het in de nabuurschap gelegen kasteel „Poelgeest", zoodat omgang tusschen de bloedverwanten mogeiyk was. Houden wy ons evenwel niet al te lang hier op, maar wandelen wy het dorp verder in. De hnizen, gy kunt het aan den nieuwen steen goed zien, zyn in dit gedeelte meest allen uit den laatsten tyd, ook dat der postoryen van den heer Van Hoekelen of do vriendelijke woning der familie Prins tegenover den Mennewog. By het verlaten van de kom valt ons oog aan onze rechterband allereerst op het fraaie nieuwgebouwde St.-Anna-gesticht van de zusters van het E. Gezelschap van J. If. J. pronkt het niet. Integendeel sober is zyn styi, de lynen zyn hoogst eenvoudig. Een vierkante woning met nevengebouwen, waarin vroeger stallen, koetshuizen en wat dies meer zy, opgesteld rondom een ruim pleiD, dat door een sterke poort en brug van den grooten opryweg toegankeiyk is. En al hebben de stallen en koetsierswoning ook moeten plaats maken voor kantoorgebouwen en bollen schuren, al is veel van het bont gevallen en de geheele overplaats gesloopt, toch kunnen wy, wat het hnis zelf en de naaste omgeving betreft, met hier wat te veranderen en daar het een en ander by te voegen of wel weg te doen, ons zeer goed de buitenplaats voor den geest roepen, gelijk zy, volgens het Het „St.-Anna geslicht" te Sassenheim. Met een ledental van 1025 nonneü, voor wie Engelen in N.-Brabant het moedergesticht Is, hebben zü zich over byna 50 verschillende plaatsen van ons land verdeeld en zich sinds eenigen tijd ook in deze gemeente gevestigd en haar scholen goopend. Ruim en zeer doel matig iogericht zpn de lokalen in dit gebouw, zondor pracht of praal, maar nochtans uit ruime beurs, terwyi het onderwijs in nuttige en fraaie handwerken er sinds begin Januari van dit jaar, naar wy hoorden, door zeer bekwame zusters aan haar gelóofsgenooten wordt gegeven. Een kapel op de eerste ver dieping, rechts van den ingang, voorziet in de geestelyke behoeften der inwonenden. Aan deze huizing grenzende, eigenlijk er éón geheel mede makende, is West-End, sinds kort be woond door een der zonen van den heer Kruyff van het „Koningshuis". West-End, palende aan het Koningshuis, maakte er vroeger deel van uit, doch behoort thans san de R.-K. gemeente. Maar wy zijn genaderd aan het eind van do kom. Zie, myn waarde medewandelaar, dit verrukkeiyke trio: links de prachtige R.-K. Kerk met woning van den pastoor, rechts die nieuwgebouwde villa en daar op den achter grond diep de laan iu het „oldc Koningshuis", „Extract uyt het Prothocol der opdragten van Sassenheymop den 22sten Januari 1677 binnen de stad Leiden in het openbaar door jhr. Johao Van Egmond van der Nieuwburg, Gecommitteerde ter vergadering van den Raad van State der vereenigde Nederlanden, als den door hot Hof aangestelden executeur over den persoon van Nicolaas Dragon, verkocht werd aan „Mevrouwen Elisabeth Maria ende Emilia Louysa, beyde geboren Princessen van Portugal", nl. een hofstede „genaamt het huys ter Nieuwburgh, met een speelhuysspeeltuynen boomgaarden, vyvers, laancingels, koetshuys, stallingbouwhuys, bargeschuur en andere getimmer lens s met eenige landerijen Vsamen groot 2S mergen 1 hond 40 roeden, staande ende gelegen in den ambagtc van Sassenheym." Het eigendom zelf is ingekromi en en, zooals straks werd gezegd, West-End er afgenomen, maar denk u de bloem vellen vóór het huis en loopende tot voorby den tol met zwaar geboomte, forsche eiken, een bosch dat door liep tot aan de overplaats van den heer CharboD, denk u het huis tegenover West-End, thans eigendom van de dames Van Dorp ingericht als oranjerie, haar tuin alsmede de plek, waar R.-K. kerk, pastorie en kerkhof verrezen *yD, beboscht, en eeDigszins kunt gy u een voor stelling vormen van het „sude Koningshuis" of anders het „huis ter Nieuwburgh" geheeten, gelijk het geweest is. Waarom hot huis die twee verschillende namen draagt en om welke reden do hedendaagsche benaming or aan is gebleveD, wy kunnen dat gemakkelijk aan geven. Wel is het niet bekend, door welken zoon uit het roemrijk geslacht van Egmond het huis gesticht of de plaats aangelegd is gewordeü, noch den tyd wanneer. Was het Jan van den Nyenburgb, die van 1480-'84 kastelein en baljuw van het slot Nyenburg by Oudorp, later burgemeester van Alkmaar was en met eene Judith Heerman van Oegst- geest gehuwd; was het Nicolaas, de bastaard, ook kastelein op Nijenborgb, insgelijks met eene van Oegstgeest in den echt verbonden, of wel was het die andere bastaard van Egmond^ heer Gerrit, geiyk de beide anderen met eene uit van Heerman's geslacht gehuwd en die door Van Goudhoeven als de stam vaders der van Egmonds van Nieuwenburg aangemerkt wordt, Wy kunnen zulks onmogeiyk zeggen. Maar in elk geval bewyst de naam der hofstede, als ook de steen, welke nog vóór korten tyd in den muur van eoa der oude gebouwen, thans gesloopt, ge vonden werd, met de kepers van Egmond in één der schilden genoeg zaam, dat het huis zyn ontstaan te danken heeft gehad of, indien zulks niet, dan toch bewoond is geweest door éón uit den huize van Egmond, welke het den naam van het oude slot by Alkmaar gegeven heeft. De vroegere naam „huis ter Nieuwburqh" moest evenwel wijken voor de heden- daagsche betiteling. Kwam nu zulks hier vandaan dat de hofstede de woning werd voor beide genoemde koninklijke Vorstinnen, of bevat het verhaal de waarheid, dat Prins Willem III, Englands Koning, hot „huis ter Nieuwburgh" zou hebben bezeten en uit verkozen als zyn jachtverbiyf en de huizing hiernaar den alouden met don nieuwen naam van „Koningshuis" zou verwisseld hebben? Dit is voorzeker waar, dat in het laatst der 17de eeuw het landgoed in het bozit was van „zyne K. Majesteyt van Groot-Brittangen daar den llden December 1.700 voor schout en schepenen van het dorp verscheen de Weied. Heer Willem van Schuilenburgh, Raad en Griffier van genoemden Vorst, om aan den heer en mr. Nicolaas Durguens over te dragen de „hofstede met tuynen, boomgaart, mante lingen, cingels ende drie stucke teellant aan den anderen, gelegen int westeynde van desem ambachte van Sassenhem t'samen groot ses mergen vijf hondt en dertich roeden." De bezitting is alzoo gereduceerd, een ge deelte verbleef aan de erven van Egmond van der Nieuwburg, aan de van Lanschot's, doch zy was toch nog groot on luisterryk genoeg om aan een heer als Schel to Willem Baron van Bronkhorst van Vliet tot woning te verstrekken. Dertig jaren ongeveer schynfc zy in diens handen te zijn gebleven, toen zy in 1751 aan ds. Jan Balthasar Bennet, predi kant dezer gemeente, kwam. Het is by die gelegenheid, dat wy 89n der voorvaderen van den tegonwoordigen bezitter, den hoer Dirk Cruijf, in een openbare betrekking zien op treden, die nl. van schependen van substituut schout, en van dien tyd dagteekent de bloei van dit geslacht, hetwelk 8inds dien een groo ten invloed in kerkelijke en maatschappelijke ambten heeft uitgeoefend. In 1767 werd de hofstede gekocht door den Weledelgestrengen Heer Bartbout Adriaan van AssendeJft, raad en regeerend schepen der stad Leiden, die haar kort daarna aan den -beer Jan Jaeobus Bosé van Amster dam verkocht. Ook zyn naam wekt by de Hervormde gemeente dankbare gevoelens op, daar by by zyn dood, die den 6den Maart 1816 plaats had, zoowel kerk als diaconie mild heeft bedacht. Nadat het door den heer Willet uit Amster dam, een bloedverwant van RusthofTs eigenaar, De villa „Casa Reals" te Sassenheim. bewoond is geweest, heeft de plaats ais een instïtaufc voor jongelieden uit den deftigen stand nog een zekere vermaardheid in den omtrok gekregen, maar leek daarop het lot van zoovele andere buiten verbiy ven te moeten doelen, toen het door de heeren Kruyff uit de handen der sloopers werd gered en bet in handen van den beer L. Kruyff een deftig boerenhuis is kunnen blijven met voldoende hout en tuin er omheen. „Casa Reals'de villa van den oudsten zoon van den heer van het Koningshuis, dicht by den heereweg aan de opryiaan gelegen, op zicbzelve een juweel van een huis en prachtig gelegen, mist vooralsnog de lichtteenpering. Tot haar volle recht kan de woning eerst dan komen, wanneer bet hout er omheen dien wasdom zal hebben verkregen, dat het dooT zyn schaduw de al te heldere tinten van bet gebouw, nu schel afstekende tegen de bonte kleuren der bloemvel den, een stemmige nuanceering verleenen zal. RECLAMES, a 25 Cents par regel. De oorzaak van vele ziekten en kwalen is de slechte, onzuivere toestand, waarin het bloed van vele personen zich bevindt. Ebt is noodig het bloed te vernieuwen en te ver sterken, maar welk geneesmiddel hiertoe te gebruiken, dat is ce vraag, en de e?n raadt dit aan en de ander dat. Mevrouw de weduwe Vriezelaar, 184 Prin sengracht, te Amsterdam, schrijft ons hier omtrent een bolangryken brief. „Sedert eenigen tyd," zoo scbryft HE'., „leed ik aan rheumatiek en myn bloed was onzuiver; zulks maakte, dat ik natuurï\jk niet altijd opgeruimd was, ik nam bet besluit een doos Pink-Pillen ta probeeren en na eenige doozen op regelmatige wyze gebruikt te hebbeD, voelde ik my genezen. In het belaDg der lijdende menschheid kunt U myn schryven bekendmaken en er mede handelen zooals U goed zult vindenJ' Dat de twyfelaars zichzelven overtuigen, is onze wensch. Prys f 1.75 de doos; f 9 per 6 doozen. Ver krijgbaar by J. H. I. Snabilié, Steiger 27, Rotterdam, eenig depothouder voor Nederland, en apotheken. Franco toezending tegen post wissel. Daar het doel dezer geneeswijze is de her nieuwing van bet bloed en de versterking der spieren, strekt hare werking zich op vele ziekten uit: bloedarmoede, rheumatiek, heup- jicht, zonuwpyn, verlamming, ruggemergs- ziekte, St.- Vitus-dans, hoofdpyn, zenuwachtig heid, klieren, enz. De PiDk-Fillen hergeven de scboone kleuren aan de bleeke gezichten, bandelen in alle gevallen van verzwakking en hebben een werkdadige handeling op alle ziekten, veroorzaakt door lichamelijke en geestelyke overspanning en door buitensporig heden. Gelijk alle goede producten worden ook de Pink Pillen reeds nagemaakt; een ieder geve dus wél achtdat er in 't Fransch op het omhulsel slaat: „Pilules Pink pour Personnes Pales du Dr. Williams", 't Omhulsel en het etiket zijn van rooskleurig papier met blauwe letters. Men hoede zich voor namaaksels, welke dikwijls gevaarlijk zijn voor de gezondheid. Wij kunnen de werkdadigheid der Pink-Pillen niet waarbor gen, indien zij niet de cchle zijn. 3073 59 Gemena;cl Nieuws. Uit de scheepsjournalen der groote mailbooton is gablekeD, dat tydens de stormen in htt eind van Januari en da eerste helft van Februari van dit jaar buiten gewoon lage barometerstanden zyn waarge nomen; op 2 Februari zelfs 716 millimeter, een ongekend lage stand. Dagen achtereen konden booten, die gemiddeld 15 xeemyien afleggen, slechts 3 mijlen ln het uur vooruit komen, soms maar 40 in de 24 nren. De „Campania" van de Cunard-iyn is trots haar 30,000 paardekracht hi één etmaal 16 mjjlen achteruitgebleven. Op veel schepen *yn zware stukken weggeslagen, o. a. oen yzeren boot voor 80 personen. Dagen lang bleven de pas sagiers opgesloten en moesten zich met koude spijzen behelpen. Zulk vreeselijk weer konden de oudste zeelieden zich niet herinneren ooit te hebben beleefd. Op den sneltreMi van Parys naar Marseille beeft een brutale diefstal plaats ge had. Al de kofftrs, valiezeD, enzdie zich in den goederenwagen bevonden, zijn gefouilleerd en wat daarin van hun gauing was, hebben dieven meegenomen. Er bevonden zich veel ryke Engelschtn in den trein, die op reis waren van Londen naar Cannes en Nizza. Zy zeggen veel bijouterieën en tyna lianen- goederen te missen. De diefstal mobt gepleegd zijn kort nadat de trein het station Lyon heeft verlaten. Men is de dieven nog niet op het spoor. Verleden jaar viel een meisje van vyftien jaar, dat in een fabriek van moutextract werkte, in een ketel met kokende vloeistof en kreeg over haar beenen tot aan haar heupen de verschrikkeiykste brand wonden. De dokter, cio haar behandelde, verklaarde ten slotte, dat, om haar Jeven te redden, een stuk huil van een ander mensch op haar diende overgeplant te worden. Haar broer, van zestien jaar, verklaarde zich bereid om zich ter wille van zijn zuster, van wie hy veel hou t, aan de operatie te onderwerpen. Hy liet zich de huid van de beenen, tot aan de knie, letterlijk afstroopen en cit stuk huid werd op do brandwonden overgebracht. Het meisje is gered. De „Stuttg rter Beobachter" verlangt voor den stillen held hy hoet Karl Frohnmüller, en woont te Feuerbach, iy Stuttgart, - een reddingsmedaille. Eenige dagen geleden heeftin een plaatsje bfi Leipzig een schooljongen van twaalf jaar zelfmoord gepleegd, omdat hy niet overgegaan was, en te Dresden heeft zich een meisje van twaalf jiar Iq een kelder op gehangen, omdat het by het kleuren met papieren schermpjes niet zooveel geld had kunnen ophalen, als het thuis moest brengen^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 10