N». 11979 Maandag 13 Maart A\ 1899 jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Derde Blad. Feuilleton. DE NEVEN. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURÜLRT: Voor Lelden per 8 maanden. 1.10, Franco per post f 1.40. Afzonderlijke Nommers 0.05. PBUa DER AnVKkTKB'l'lffWt Vao 1 6 regels f 1.06. tedere regoj meer 0.J7|. - Grooterö lettere oaar plaatsruimte - Voor het Incasseereo buiten de ataó wordt 0.05 berekend Gemeenteraad van Alkemade. Voorzitter: de beerF. H.v. Wichen,burgemeester. Tegenwoordig alle leden, met uitzondering van deo beer Nigten. Volgens dc agenda is aan de orde: 1. Ingekomen stukken en mededeelingen, waar van bet belangrijkst zijn tc acbten: Proces-verbaal van kasopneming bij den Gemeente-Ontvanger op 17 Januari 11., wanneer kas was 4627,89s en boeken en bescheiden ordo zijn bevonden; b. Verslag van de plaatselijke commissio van toezicht op het lager onderwijs in deze gemeente orer 1898, volgens hetwelk dat ondervvys reden tot tevredenheid geeft, en de commissie zich op alle scholen van do vorderingen der leerlingen overtuigd had. Het bevat voorts tal van statistische gegevens, betrekking hebbende op de 8 scholen de gemeente; Missive van Ged. Staten, aangevende over 3 de Rijkauitkeering volgens de artt. 1 en 10 der Wet van 24 Mei 1897, Staatsblad No. 156; art. 10 behelst de bijdrage van l/< in de jaar wedden van den Burgemeester-Secretaris; Missive van hetzelfde college, houdende be richt, dat hun goedkeuring niet noodig is voor een besluit tot vorleening van rente-garantie in den voorgenomen tramaanleg door deze gemeente; Missive van als voren, houdende hun be- echikking tot bet verleenen ook voor 1899 van een provinciale toelage ad ƒ150, aan den veearts W. F. Hilwig; f. Missive van als voren, met ministeridele be- ecbikking, houdende vaststelling der llijksuit- keering over 1897 aan deze gemeente in de kosten van het O. L. onderwijs (art. 45 der Wet) op f2450, weshalve noch te veel, noch te weinig is genoten, aangezien in 1897 geen wisselingen in bet onderwijzend personeel voorkwamen; g. Eene opgave van het in 1898 buiten den gewonen gratis bestolkring van uit het Rijks telegraafkantoor te Roelof-Arendsveen, bestelde aantal- telegrammen aan ingezetenen (104) waar voor 58 bodeloon is betaald geworden h. Eene door B. en Wa-niouw opgemaakte lijst dor op 1 Januari in de gemeente aanwezigo in stellingen van weldadigheid. AJle welke stukken en mededeelingen voor kennisgeving worden aangenomen. 2. Wijziging begrooting en Onvoorziene Uit gaven 1899. Worden vastgesteld besluiten tot toevoeging van 3 nieuwe artt. aan de begrooting voor 1899, ter verantwoording in ontvangst en uitgaaf van prolongatie gelden en renten (model C); tot af-en overschrijving van 476 op verschillende posten der loopende begrooting (model Bj; tot voldoening eener onvoorziene uitgaaf ad J 68 begrooting 1899 (model A). 3. Af- en overschrijving begrooting 1898, idem tot afschrijving van den post van Onvoorziene Uitgaven, tor overschrijving op onvoldoend ge bleken geraamde begrotingsartikelen van 1898. 4. Rekeningen Burgerlijke Armbesturen over 1398. Deze stukken, den afgeloopen dienst 1898 be treffende, zijn unaniem vastgesteld als volgt: a. Algemeen Burgerlijk Armbestuur van Alke- madeontvangsten ƒ25.431, uitgaven 0.52, goed plot ƒ24.911. b. Jfestuur der Gemeene Armen van Rjjpwetering ontvangsten ƒ2398.051, uitgaven j 1296.94, goed slot ^llOl.ll5, welk batig saldo naar evenredigheid van Üiet aantal bedeelden wordt uitgekeerd aan i daaronder ressorteerende R.-K. Parochiale Arm besturen van Rijpweteriug en Oud-Ade, on het Diaconie-bestuur der Herv.-Gem. van Hoogmade. I c. Algemeen Burgerlijk Armbestuur van Vrije- en Lage Boekhorst: ontvangsten 685.06s, uitgaven ƒ313.211, goed slot ƒ371.85, uit te keeren aan hot R.-K. Parochiaal Armbestuur van Oud-Ade, alles volgons getroffen regelingen. 5. Kohier Hoofdelijke Omslag voor 1899. Het door Burgemeester en Wethouders! dd. 17 Februari 1899 tot een bedrag van ƒ2607 opgemaakt kohier van den Hnofdelijkfin Omslag voor 1899 wordt na daarover gehouden beraadslagingen, conform vast gesteld, bevattende 485 aanslagen over 15 klassen van 57, afdalende tot ƒ1. 6. Kohier Hondenbelasting 1899. Het mede door Burg. en Weths. opgemaakt, thans den Raad over gelegd kohier van deze belasting wordt eenparig vastgesteld op ƒ260, bevattende do aanslagen wegens 90 honden 1ste klasse ad 2 en wegens 80 honden 2de klasse ad ƒ1. 7. Adres L.. N. Do Jong e. a. in zake politie te Oude-Wetering. De Voorzitter leest dit adres voor, waarin adressanten verzoeken meer politietoezicht op bedelaars, hondenkarren, stoombootvaart, enz. en het stationneeren van een veldwachter aldaar of het toekennen van premicn aan de veldwachters voor aanhouding van bedelaars. Het Dagelijksch Bestuur heeft in deze geen bepaald voorstel. Bij onderzoek is gebleken dat die overlast ongemoti veerd is en de ingozetenen, wat dat vreemde volkje betreft, zelf veel kunnen medewerken door desnoods hun gaven te onthouden. Alle leden zijn dan ook tevreden over den politiedienst, en niemand een voorstel doende, werd het adres eenparig voor kennisgeving aange nomen. De Voorzitter zegt, dat de noodige maatregelen getroffen zijn tot verscherpt toezicht, ondermeer op hot snelvaren der stoombooten. 8. Adres van do brugwachtersweduwe D. Van Leeuwen om pensioen. Hiervan geschiedt voorlezing. Alle leden zijn er voor, het verzoek der weduwe in te willigen. Wijlen haar man geuoot eenige jaren een gemeentelijk pensioen ad /277. B. en Ws. stellen voor toekenning van ƒ100 met iDgang van 1 April, voorts jaarlijks te regelen, wolk voorstel aller goedkeuring wegdraagt. 9. Verzoek van den wegwerker Steenvoorde om gebruik van gras langs, den weg te Oud-Ade. Dit adres ongezegeld wordt ter zijde gelegd. In zooverre werd eohter aan 's mans verzoek tp gemoet gekomen door hem tijdelijk het gebruik tóe te staan van grasgewas. Iang9 den weg van af die door hem bediend wordende brug tot ongeveer 25 meter zuidwaarts op van zijn woning. Hierop sloot do Voorzitter de vergadering na de gebruikelijke rondvraag. Gemeenteraad van Aarlanderveen. Voorzitter: de burgemeester. Afwezig: de heer J. Kop. Na oponing der vergadering en voorlezing der ingekomen stukken stelt de Voorzitter punt I van de agenda aan de orde: Aankoop grond ten behoeve van den aanleg van een algeraeene begraafplaats. De Voorzitter zegt, dat, zooals den Raad reeds in de vorige vergadering terloops was medegedeeld, de gemeenteraad ven Alfen onlangs besloot, dat van af 1 Januari 1900 geen lijken uit andere ge meenten meer op de algemeone begraafplaats aldaar mochten worden begraven, en door dit verbod de inwoners van de Lage Zijde zich zullen verplicht zien, hun lijken ter aarde te bezorgen op de algemeene begraafplaats op het dorp alhier. Dit zal voor velen een financieel bezwaar opleveren, ja, voor arme roenschen zullen dan de kosten der begrafenis door den grooten afstand van de Lage Zijde tot de begraafplaats op het dorp onover komelijk worden. De Voorzitter stelt daarom namens B. en Ws. voor, dat do Raad besluit tot het stichten van een algemeene begraafplaats aan de Lage Zijde alhier. De heer P. J. Van Niekerk, over dit voorstel hot woord vragende, meent, dat voor doze kleine gemeente twee algemeene begraafplaatsen onnoodig zijn: één is voldoende. De lasten zullen door het maken der tweede algemeene begraafplaats te veel worden verzwaard. De Voorzitter gelooft, dat de begraafplaats op het dorp indertijd gemaakt is ten behoeve van het dorp alleen en niet voor de geheele gemeente. Werden de lijken uit de geheele gemeente aldaar begraven, dan zou de begraafplaats spoedig te klein blijken. Dat de lasten der gemeente zullen stijgen, gelooft de Voorzitter niet. Het voornemen van B. en Ws. is den Raad voor te stellen de noodige gelden te vinden door verkoop inschrij vingen Grootboek der 2'/j N.W.S., waarmede wei nig renteverlies gepaard gaat, en de berekeningen van B. en Ws. zijn overigens, dat do opbrengst der begrafenisrechten de onkosten dekt. De heeren Boer on Wolmerstett betuigen hun sympathie met het. voorstel van B. en Ws. De heer Van Muiswinkel vraagt of bereids ook door B. en Ws. te Alfen pogiugen in het werk zijn gesteld tot minnelijke schikking en de Alfen- sche Raad door vergrooting der begraafplaats te Alfen het verbod opheft. De Voorzitter antwoordt, dat hij die pogingen heeft aangewend, doch vruchteloos. De heeren Van Muiswinkel on P. J. Van Niekerk dringen bij den Voorzitter aan op nadere mede deelingen omtrent de kosten van het stichten der algemeene begraafplaats, alvorens worde gestemd over de vraag ot tot bet stichten eener begraaf plaats zal worden overgegaan, ja dan neen. Do Voorzitter ziet hierin bezwaar. Hij wil eerst uitgemaakt zien het ingediende voorstel van B. en Ws., zonder meer. Gemelde sprekers zien dan een onzuivere stem ming, omdat ze dan tegen zullen stemmen. De Voorzitter zegt, dat nadere inlichtingen in een openbare vergadering moeilijk zijn te geven, doch de Raad, eerst inlichtingen wenschende, be sluit over te gaan in comité-generaal tot het ont vangen van de noodige inlichtingen. Na horopening der openbare vergadering stelt de Voorzitter aan de orde de stemming over het voorstel van B. en Ws. of tot het stichten van een algemeene begraafplaats aan de Lage Z(jde zal worden overgegaan, welk voorstel wordt aange nomen met 9 tegen 1 stem, die van den heer P. J. Van Niekerk. De Voorzitter legt nu over eenige aanbiedingen van gedeelten weiland, geschikt om aldaar een begraafplaats te stichten. De meest geschikte aan bieding achten B. en Ws. die van den heer De Jong Schouwenburg voor ƒ1 per M1. Er is plus minus 2500 M-. noodig, dus de koopprijabedraagt dan ODgeveer 2500. Het tegen dezen prijs aangeboden gedeelte wei land is het eerste perceel weiland over de Gouw- sluische brug. Eenparig besluit de Raad tot aan koop van dit gedeelte weiland. De heer P, J. Van Niekerk houdt zich buiten stemming. B. en Ws. stellen voor het daarstellen van de algemeene begraafplaats publiek aan te besteden, het maken van bestek en teekening over te laten aan B. en Ws. en dezen een blanco-krediet te verleenen, ten einde zondor nadere goedkeuring van den Raad in staat te zijn, bestek en teekening op te maken, de aanbesteding te doen houden en de gunning te doen plaats hebben. Aldus wordt besloten. De heer P. J. Van Niekerk stemde alleen tegen het voorstel. Thans stellen B. en Ws. den Raad voor om hun college te machtigen over te gaan tot den verkoop van Inschrijvingen op het Grootboek der Noderl. Werk. Sch. voor zooveel noodig blijkt om de kosten te dekken voor het stichten der algemeene begraafplaats. Aldus aangenomen. De heer P. J. Van Niekerk hield zich buiten stemming. Vastgesteld hot kohier van den Hoofdelijken Omslag tot een bedrag van ƒ5340, alsmede het kohier van do hondenbelasting dienst 1899 tot een bedrag van ƒ316. Nadat nog de heer Boer te kennen had gegeven een voorstel te zullen indienen tot wijziging van bet schoolgeld, wordt de vergadering gesloten. Gemengd Nieuws. In Den Haag is een geval van hoods-iolheid geconstateerd. Sinds jaren was d^ze ziekte daar niet waargenomen. Dezen zomer zal b y de zeebad- inrichting van de Maatschappij Z ebad Scheve- ning n een nieuwe redaingsooot in gebruik word-n genomen. Voor de rechtbank te Haarlem had zich te verantwoorden C. J. Van Leeuwen, oud 22 jaar, woDende te Aalsmeer, ter zake, dat bij aldaar een hooischelf van J. Broer met lucifers in brand bai g stoken, waardoor tevens brandgevaar was ontstaan voor in da nat yheii gelegen houten woningen en schuren. By de behan leling der zaak bleak, cat be klaagde, die ziekelijk is en weinig werkt, vijandschap tegen Broer was gaan koesteren, omdat doze hem niet langer meer wilde ver gunnen in zijn woning te komsn, waar zijn vrouw hem, Van Leeuw n, w l eens een boterham gaf, enz. en dat beklaagde nog zeer huichelachtig na den brand tegen vrouw Bro r had gezegd: „Wie had dat kunnen oenken; jelui, die nooit iemand kwaad doen", op de brandstichting doelend. Het O. M. requireerde 2 jaar gevangenisstraf wegens branastienting. terwijl mr. L. C. Kronenberg, oe toegevoegde verdediger, een onderzoek naar beklaagde's geestvermogens vroeg, daar het hem voorkwam, op grond van verklaringen van personen, oie Van Leeuwen kennen, dat deze eenigszins gekrenkt z'vjn. Do uitspraak in oeze zaak werd bepaald op over 8 aagen. Tegen P. Olie, oud 30 jaar en wonende te Aalsmeer, wiens zaak met gesloten deuren werd behandeld, werd gevangenisstraf voor den tijd van 5 jaar geëiShbt. Veroordeeld werden J. P. Oosterom, horlo gemaker, te Nieuwe-Wetering, wegens ver auistering, tot I maand gevangenisstraf. Do beruchte inbreker en geweld pleger W. A. Claris, uit Rotterdam, oie uit het krankzinnigengesticht te Medemulik out vlucht was, is te Voor- urg gearresteerd, toen hij bezig was in te breken in een villa. Hoe h(j onopgemerkt dien langen weg heeft wet n af te leggen is onbegrijpelijk, te meer, daar zijn persoonlijkheid by de Rijkspolitie baast algemeen bekend is. Als een staaltje van zijn brutaliteit deelt de ,Tel." mede, dat toen onlangs de Minister van Justitie het Ryks krankzinnigengesticht te Modemblik bezocht en Z.Ex. door den geneesheer-airecteur was rondgeleid, vermiste de laatste na het bezo k zijn sigarenkoker en werden enkele krankzinnigen ondervraagd, die verklaarden sigaren van Claris ontvangen te hebben. De sigarenkoker werd dan ook by fouilleering b(j hem bevonden. Ook enkele weken geladen trachtt; mj tc ontvluchten; hy werd toen evenwel gevonden in htt turfhok van het gesticht, waar hy den nacht afwachtte om te ontvluchten. Zooals men weet, werd Claris krankzinnig verklaard na de brandstichtiog in het Huis van Bewaring t* Rotterdam en oe muitery door hem aldaar gepleegd. Hy is thans te Meoemblik teruggebracht. Uit Amsterdam meldt men aan de fN. R. C.": Do politi9 heeft twee dagen geleden haar beleg geslagen voor het ge ouw der nieuwe sociëteit op h t Rokin, in de wan eling het Speelhuis geheeten. Eiken avon i om 8 uren wordt er een agent van politie geposteerd, en '8 morgens om 6 uren vinatm-n oen bel«_ nog voor de deur. De agent heeft g-t-n an ere op iracht dan aeze, aat hy pal voor de oeur heeft te tlyven Deze taktiek is al mo-r, n met goed gevolg, door de politie toegepast, om inri- htingen te fuuiken, waarop zy anaers weinig vat heelt. Het is der politie bekend, dat verschri iene ingtzet nen in de laatst* dagen aanzi niyke sommen in bet huis verloren hebben; en zy h eft nog andere reuen om te willen Wo-ten wie er in- en uitgaan. De Am6terdamsche rechtbank veroordeelde J. A. Kok en A. Visser wegens diefstal van gouden sieraden uit het schip „De Goeoe Verwachting", liggende aan ue Prins Heucrik-kadü al aar, respectievelijk tot 5 en 4 jaren gevangenisstraf. Jacob Aap en Piet Wc-Bselsz, uie vuor hetzelfde feit hajden terechtgestaan, werden vrygesprok-n. Door oen dame te Apeldoorn werd naar Amsterdam verzonden e<m aan g-teek'nde brief. De omslag was van 5 lakj s voorzi n, waarin de lett re A. M W. D r-rief hielo in een munt iljet van ƒ50, No 08468, ei. een bankbiljet van 40, No. 7275 Op 20 Februari 11 vervoegde zich een onbekend persoon aan het postkantoor te Amsterdam, om oen brief in ontvangst te nemen, on gaf de kennisgeving af, die by onderzoek leek val- scheiyk geön osseerd en onderteekend te zyn. De commissaris van politie inde 1ste sectie (voorm. St. Pictershal) te Amsterdam verzoekt inlichtingen en by aanbieding of ontdekkiog der biljetten onmiddellijk bericht. Te Groningen heeft de directie van den ecbouwburg en van het Concerthuis geweigerd, het urama „Hogerhuis" door het Arosterdamsche Tooneelgeidschap van een Parkschouwburg te laten opvo ren. Het Hoger huis comité zal nu trachten de „Harmonie" te krygon, doch ook hier staat zear waar- scbyniyk een weigering te wachten. In do onmiadeliyke nabyheld van Uithoorn geraakte, door het schrikken van het paard, een coupé, waarin was gozutan mr. G. J. B., notaris to Heemstede, in de zeer diepe wegsloot. Spoejig toegeschoten li.den redden den heer B. uit zijn hachelijke positie, terwijl de koetsier eveneens op het oroge werd geholpen. Door het stuksnjjden der tuigen wist men ook het paard, waarvan alleen do kop boven water was gebleven, voor verdrinking te behoeden. 22) Andermaal begon Hólèno, haar spel onder brekend: „Ben ik werkeiyk sentimenteel en droomerig? Heb ik werkeiyk niet bet geringste talent, om bet leven te nemen zooale bet is? Ie mijn temperament werkelijk zoo koud- bloedig? Het kan zijn, ik weet bet niet. Gezegd heeft het mij nog niemand vóór hij bet deed. Het is ook waar: wanneer een straal der schoonheid my treft, kan ik in vervoering geraken; wanneer ik iets goeds zie, van iets groots boor, loopen my gauw de oogenover; maar zweef ik daarom bestendig in hoogere afeten? Zeker, Dora, ja, Dora is andere.Dora hangt steeds met ai baar zinnen aan het eeuwig rollende tegenwoordige. Het uur, dat voorby is, bereidt haar geen zorg meer; bet uur, dat nog komen moet, bekommert haar niet. Wat haar door het hoofd gaat, vloeit haar terstond over de lippen. Het zyn louter nietigheden invallen, die een ieder kan hebben. Maar zy verdryven den tijd, dien menigeen zoo licht lastig wordt. Daarom gaat Dora voor vroolyk door. Geen spoortje van phlegma heeft zy zy niet. Sinds zy mevrouw Geyer heet, is zy wilder dan ooit. Als een veulen, dat men in vryheid heeft gesteld. ThanB meent zy voor elke luim gedekt te zyn. aIb zy maar bereikt, wat zy wil de rechten van anderen bestaan voor haar niet, bet geluk van anderen blaast zy lachend weg. Een hart heeft zy niet." Hélène speelde het lied van Carmen uit de opera van Bizet. ,En de heer Geyer?" vroeg mevrouw Marbach. „Geyor? Die zal nimmer zien, wat hy niet zien moet. Hy zal volharden in zyn onwankel bare bewondering voor zyn vroolyke Dora en tevreden zyn, als zy hem, na afloop van zyn kantoortyd, de verveling verdryft. En hy zal onder alle omstandigheden voortgaan zich in aangeboren eerbied te buigen voor het kapitaal, dat zy vertegenwoordigt. O, in welk een wereld leven wyi Hoe zyn my de oogen opengegaan op myn reis t Waar is myn klnderlyk geloof aan de onverbreekbaarheid van heilige banden? Waar ie de gelukkige onnoozelheid myner meisjeejaren? Alles weg. En de God, Die de wereld in wysheid en gerechtigheid regeert?" Met gebogen hoofd zat de ongelukkige vóór zich heen te staren, op de stomme toetsen, waaraan zy met al baar kunat geen lied van troost en van hoop vermocht te ontlokken. Mevrouw Marbach nam het woord. „Ge spreekt zondig, kind," zeide zy. „En ik ver beeld my ook, dat ge te zwart gezien hebt. Gy zyt jaloerach en zult je man met je ver moedens geprikkeld en daardoor oneenigbeid in uw echt gebracht hebben." „O, moeder, hoe weinig kent ge my I" riep zy uit. „Geen woord van verwyt.heeft Arthur van my gehoord. Ik ben te trotscb om bem te toonen hoezeer ik lyd." „Des te beter," meende mevrouw Marbach. „Want ten slotte blyft je toch niets anders over dan deze - voorzeker voorbygaande zwakheid van je man met gelatenheid te dragen." Geraakt spong Hélène op. „Als u geen beteren raad voor my beeft, moeder, dan bad ik beter gedaan te zwygeD, zooals ik my ook voorgenomen bad. Ik zie het alook thuis heeft men niet voor elke smart een pynatillend middel. Toen ik hier heen snelde, geloofde ik het nog. Het was een illusie uit myn kindsheid. Hu is ook die vervlogen met zooveel andero. Ik moet gaanmisschien word ik toch gemist, alhoswel nist ontbeerd." „Waar is je man?" vroeg Cato. „Hy is naar zyn bureau gegaan, nadat hy zich van bet stof der reis gereinigd had." „Sta my toe u te vergezellen 1" sprak Werner. Zy kon het hem aanzien, dat hy zyn hart weneebte uit te etorten. „Kom, laten we gaan," antwoordde zy. „Wat ben ik toch ge lukkig, dat ik nog één vriend op aarde hebt I" XVIL Het sloeg tien uren, toen zy op de straat kwamen. Do lucht was warm; toch trok Hélène haar doek dichter om de schouders. „Ik heb het bestendig koud," klaagde zy. „Ik zou wel eens voor een half uurtje in een warmen bakkersoven willen kruipen." Zwygend wandelde Gustaaf een korte poos naast baar voort. Daarna begon fay: „Ik heb veroorloof my bet uit te epreken ik heb den indruk gekregeo, alsof ge den stryd te licht hebt opgegeven. Eon dierbaar bezit ver dedigt men tot het uiterste met alle geoor loofde middelen. Hebt gU dat gedaao?" „Nood," bekende Hólèno getroffen. „Ik achtte myn rechten geschonden en trok my mokkend terug." „Gy hebt niet gedacht, dat al het veroverde behouden, in zekeren zin dagelijks opnieuw voroverd moet worden. De ring aan den vinger waarborgt geen vrede voor altyd; hy kan do ontwikkeling der twee menscben, die hy met elkander verbindt, niet tot stilstand brengen; by is nist by machte de werking van nieuwe indrukken uit te sluiten. Hy betoekent slechts de gelofte, allo krachten aan te wonden, opdat de liefde niet verdwyno. Het scbijot mU toe, dat gy deze gelofte niet zyt nagekomen." „En hy?" liet Hélène er opgewonden op volgen. „Van uw man spreek ik niet. Alleen van u. Met het recht van oude vriendschap. Met den wenscb, u een weg te bereiden uit den dool hof, waarin ge geraakt zyt.". „En die ie?" „Ik heb hem reeds aangeduid. Win terug, wat ge verloren hobtl Met de volheid der liefde. Gy kunt het." Een wyie bleef Hólène zwügen. Toen riep zy uit: „En ais ik dien weg betreed wat wenkt my dan aan bet einde? De kroon der zelfbeheersching. Is die bet leven waard?" Ernstig antwoordde Werner: „Dat is do eenige kipon, die haar drager op het hoogste punt der ïnenschheid verheft. De smart beeft baar gewy-f en tranen zyn haar tooi. Maar het hart heeft rust onder haar Hy zweeg. Zy waren in de nabyheid van Blank3 woning gekomen. „Ge hebt nog slechts weioig schreden af te leggen," sprak hy op verandordoo toon. „Excuseer my; mijn machines loopen; ik moet naar mijn werk." Vluchtig Hélènes hand drukkend, snelde hy weg. Op dit oogenbllk trad Arthur uit de doui van zyn buis. Terstond bad by zyn vrouw bespeurd, maar ook den man, die zich met raescbe schreden van haar verwyderde. By Hélèno aangekomen, zei by spottend: „Ik bad geen moeite behoeven to doen, zooale ik zie. Wie ie die hardloopande ridder, die zich daarginds aan hot genoegen onttrekt kennis met my te maken?" „Ik kom van mama, waar ik Werner aan trof. Daar by nog met zyn electriciteit te doen heeft, heeft hy me tot hiertoe vergezeld." „Dacbt ik het niet?" stoof Arthur op. „Werner I Altyd en overal WernerIk meende hem verpletterd te hebben neendaar is hy weer, gezond en wel, en stroopt onder myn wild. „Arthur I" kreet Hólèno. Maar hy liet zich niet waarschuwen; do oude haat steeg hem naar het hoofd en be roofde hem van zyn zinnon. (Wordt vervolgij

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1899 | | pagina 9