N°. 11978
Zaterdajr IX Maart.
A0. 1899
geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van gon- en geestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
DE NEVEN.
LEIDSCH
DA&BLAB.
PRIJS DEZER COUHAirr»
Voor Lelden per 8 maanden, 1.10.
Franco per post rrrrj. 1.40.
AJkonderiyKe Nommeri ?-0.05.
PBUS DER ADVERTKNTJÜN t
Van 1 6 regels t.05.
letters oaar plaatsruimte
wordt ƒ0.05 berekend
Iedere regel meer f 0.17\. - Grootera
- Voor het tncaaaeereo bulten de atad
Leiden, 10 Maart.
Voor de leden van het Nutsdepartement
^Jhier trad gisteravond prof. dr. Jan Ten Brink
h spreker op.
Bredero en Langendyk, in onzen t(]d steeds
Jaeer gekend en gewaardeerd, werden bespro
ken in hun overeenkomst en verschil. Hjj
wees op hun werken in onderscheid met die
van onzen tyd, waaraan zooveel „adtliyks" is.
Overeenkomst was er min of meer in den
tyd, waaria zy leefden, in de 17de eeuw, met
dit verschil: de een In het begin dier eeuw,
de ander aan het einde daarvan; in hun
oorspronkeiyk metier: de een schilder, maar
de ander teekenaar; In hun karakterzin voor
het komische de een geniaal, de ander meer
middelmatig; in hun liefdeservaringen: beiden
ongelukkig in de liefde, de een, Bredero,
zonder ooit zyn liefde verwezeniykt te zien,
de ander ongelukkig in zyn buwelyk.
Het waren bovenal de „Spaanscbe Braban
der" van Bredero en „Don Quichot op de
bruiloft van Kamacho", die daarna vergeleken
werden. Overeenkomst was er tusschen die
twee werken, beide niet oorspronkeiyk; maar
welk een verschil tusschen het geniale van
Bredero en bet meer gewone van Langendykl
Met tal van aanhalingen, die niet zyn weer
te geven, maar van algeheele vertrouwdheid
met beide dichters getuigden en van eon
sterke memorie biyk gaven, werd een en
ander opgehelderd.
Eindeiyk, wat een verschil in leven, de een
jong gestorven, die nog zooveel deed ver
wachten, en Langendyk betrekkelijk oud, maar
in een hofje zyn leveo eindigen J.
Langendyk heeft in het laatst van zyn leven
met zyn „Spiegbel der Vaderlandsche koop
lieden" zyn boogsten roem verworven. Hoe
waar, zooals de jeugd door hem worct voor
gesteld tegenover den ouderdom en tegen
woordig zelfs by Ibsen, de ouders allen
schurken en de zoons beelden. Ocb, dat
nieuwe!
De opgekomen leden hebben zeker met het
grootste genoegen den sprekor aangehoord,
die zich ook nu weer een meester heeft ge
toond in zyn vak.
Tot lid van Teyler's Tweede Genoot
schap te Haarlem, in de plaats van wyien
prof. dr. Robert Fruin, is benoemd dr. P. L.
Muller, te Leiden, hoogloeraar in de ge
schiedenis.
Mr. T. J. Noyon, benoemd tot advocaat-
generaal by den Hoogen Raad der Nederlan
den, is geboren in het jaar 1848. Hy promo
veerde aan de hoogeschool te Leiden den
27sten Januari 1872 en werd nog een 14den
September van hetzelfJe jaar benoemd tot
adjunct-commies by het Departement van
Justitie. Het volgend jaar ging by in de
magistratuur, door zyn benoeming by Kon.
besl. van 17 September 1875 tot snbstituut-
offleier by de rechtbank te Brielle;-van 4 Juli
1876 tot 1 Mei 1877 vervulde hy die functie
by de rechtbank te Rotterdam en werd by
Kon. besl. van 6 Dec. 1884 benoemd tot
officier van justitie by de rechtbank te Win-
'schoten en by Kon. besluit van 10 Februari
1890 by de rechtbank te Leeuwarden. Zyn
benoeming tot advocaat-generaal by bet ge
rechtshof te Leeuwarden dagteekent van 5
Januari 1896.
Mr. Noyon schreef, in vereeniging met prof.
Van Hamel, de bekende Commentaar op bet
Wetboek van Strafrecht, vervolg van dat van
mr. Van Demse. Dgbl
Aan de Tweede Kamer is, van honder
den handteekeningen voorzien, het adhaesie-
adre8 gezonoen van schippers en andere be
langhebbenden by een haven te Scheveningen,
uit de vi88chersplaatsen Kokhuizen, Edam,
Volendam, Goedereede, Stellendam, Tessel,
ürk, Huizen en Kdtwyk.
Van alleszins bevoegde zyde wordt aan
de „Tel." medegedeeld, in verband met
loopendo geruchten, dat noch door de com
missie der op te richten „Ned. Opera", noch
door wie ook van ben, die iu deze onder
neming belang stellen, onderhandeld is of
wordt met den heer Emanuel of den heer
Mengelberg. Alvorens men met eenig kun
stenaar in onderhandeling treedt, moet eerst
de eerste tón by elkaar zyn. Van het niet
ongenegen zyn van H. M de Koningin, om
de Opera te steunen, mits deze eerste f 100,000
verzameld is, weet men aosoluut niets.
De teraardebestelling van wyl n den heer
C. E. P. Pauwels, iu leven notaris te 's Gra-
veDbage, is bepaald op a. 8. Zaterdag. Te half
twaalf zal de stoet van het sterfhuis naar
het R.-K. Kerkhof vertrekken.
De directeur van het Kabinet van H M.
de Koniügin, jhr. mr. P. H. Gevers Deynoot,
gaat binnenkort, tot bersttl van gezondheid,
met verlof naar bet buitenland.
Men verzekert, aat graaf L. Starzenski,
gezantschapsraad by de Oostenryksch-Hon
gaarsche legatie aan ons Hof, in dezelfJe
hoedanigheid te St. Petersburg is benoemd.
De minister van waterstaat, handel en
nyverheid heeft bepaald, dat gedurende het
aan den inspecteur van den arueid H W. E.
Struve toegekend verlof van 1 April 1899
tot 1 Januari 1900 in de 3de arbeidsinspectie
zal bevoegd zyn de inspecteur van den arbeid
M. Raven, wien als staaaplaats wordt aan
gewezen 's-Gravenbage.
Met de nachtboot „Koningin-Regentes",
der Maatschappij „Zeeland", kwam gister
ochtend te Vlissingen van Londen aan prins
Karei van Denemarken, die met den aanslui-
tencen sneltrein zyn reis naar Kopenhagen
voortzette.
Uit Zeist meldt men aan het „N. v. d. D.",
dat de oud-minister J. D. Fransen van de
Putte, lid der Eerste Kamer, die thans in
Den Haag verblyf houdt, aangetast is door
een longontsteking. Zyn naaste familie is
daarheen vertrokken.
Zyn toestand, den hoogen leeftyd in aan
merking genomen, is niet buiten gevaar.
Blijkens het door de Maatschappy tot
Exploitatie van Staatsspoorwegen aan de
Regeering gezonden ontwerp, regelende den
treinenloop gedurende den aanstaanden zomer
dienst, zullen met ingang van 1 Mei de
treinen 81, 83, 82, 84, 1, 5, 7, 9, 2, 4, 6 en
10, welke het sneltreinverkeer tusschen
AmsterdamBelgië via Esschen en Amster
damVlissingen onderhouden, niet meer via
Utrecht, maar via Gouda—Rotterdam D. P.
Dor re:ht worden gevoerd.
Voor het verketr tusschen Amsterdam eu
Rotterdam, waarvoor ook bovenstaande treinen
kunn n oienen, werd nog in elke richting
een drietal trtinen ontworpen, terwijl voor
de sneltrtinverbinding AmsterdamDen Haag
v. in elke richting een achttal trein n
zullen kunneD worden gebezigd.
Door het Historisch Genootschap te
Utrecht is benoemd tot bonorair-lid prof. E.
Martin, te Straatsburg. Tot gewone leden
zyn nog benoemd de heeren mr C. A. H.
Barge, te Curasao; dr. A. J. Botermans, te
Zwolle; M. Ten Bouwhuys, te Utrecht; mr.
Pb. Falkenourg, te Amsterdam; G. A. J.
Franke, te Groningen; or. S. S. Hoogstra,
te Zetten; dr. M. F. v. Lennep, te Haarlem;
dr. B. Van Meer, te Utrecht; Job. De Meester,
te Rotterdam; W. Meyer, te 's Gravenhage;
dr. M. Monasch, te Amsterdam; dr. H. M.
Van Nes, te Rotterdam; R. P. J. Tctein
Noltheniu8, te Zutfen; A. Pit, te Amst rdam;
dr. L. A. Rademaker, te Nieuw Hellevoet;
J. C. Ramaer, te Rotterdam; jhr. mr. F. A.
J. F. rioder Van Rapp^rd, te Utrecht; dr. M.
S.hoengcn, te Zwoll dr. D. A. Sloos, t
Amsterdam jur. mr. H. Smissaert, te Amshr
dam; mr. R. Van Veen, te Groningen; B. P
Veltbuyzen, te Hertme on Zenutrcn; dr. W.
C. A. taron Van Vreden ;urch, te 's Grav n-
hage; prof. dr. C. E. A. Wi hmann, te Utrecht.
Ger^f Kerken. Bero pen is te Zevenhuizen,
de heer B. W. Ter Meulen, cand. to Eeide
by Zutfen.
By de gisteren in bet hoofdkiesdistri< t
Veendam gehouden candüaatstelling voor een
lid der Tweede Kamer zyn gest- lj ce het ren
mr. E. A. Smi.t (iioeraal) en J. H. A. Schaper
(80c.-dem.)
Ook de beer C. a. a. Du dolt de Wit, te
Amsterdam, is benoemd tot lid der jury voor
de internationale tuin: ouwtentoonstelling, in
Mei te St.-Petera urg te houden.
Naar wy vernemen, zal de gen.-majoor
C. P. Van Pommeren, inspecteur van het onder-
wys, weLra den uienst met pensioen ver
laten. (Tel)
In de „Han lelingen" van deAlgemeeno
SynoJe der Ned. Herv. Kerk voor 1898 komt
voor een verzoek van den heer D. J. R.
Jordens, te Zwolle, om te veni-.den, dat kerke-
lyke ge ouwen by buitenUndsche maatschap-*
pijen tegen brandschade verzekerd worden.
Naar aanleiding daarvan is coor den secre
taris der Synode in de vergadering voorgesteld,
een commissie uit haar midden te benoemen,
om aan de Synode in 1899 te rapporteeren
over de mogelijkheid, dat alle k rktlyke ge
bouwen, enz. van de Gemeenten der Ned.-
Hervormde Kerk tegen brandschade verzekerd
worden in een eigen algcmeene Assurantie-
Maatschappy, voor welke commissie zyn be
noemd 06 heer*n prof. Kruyf, ds. Van Popta
en dr. Van der Ven.
Ingevolge Koninklyk besluit van 8 dezer
wordt met 29 Maart a. s.
lo. Hr. Ms. instructieschip „Nautilus", te
Hellevoetsluis uit dienst gesteld en ce kapuuu-
luitenant ter zee A. Seret alsdan eervol
ontheven van bet over dien bodem gevoerde
bevel;
2o. Hr. Ms. instructieschepen „Pollux" en
„Castor", r 8pectieveiyk te Amsterdam en te
Hdlevoet8luis, in oienst g.-steli;
3o. het bevel over Hr. Ms. inetructieschip
„Pollux" opgedragen aan den kapitein-luitenant
ter zee P. S. R Wolterbe k;
4o. de kapitein luitenant ter zee J. F. Van
Rossum eervol ontheven van het bev-J over
Hr. Ms log-mentschip „Buffel", en dat bevel
alsdan opge rag n aan den kapitein luitenant
ter zee A. Seret.
Het stoomschip „Herzog," van Oost-
Afrika naar Rotterdam en Hamburg, arriveerde
9 Maart te Suez; oe „Soemting," v,n Rot
ter iam naar Java, vertrok 9 Maart van Mar
seille; de „SpaarnJam" v rtrok 9 Ma. rt van
Rotterdam naar Nieuw-York; oe „Berenice"
vertrok 9 Maart van Stettin naar Amsterdam
de „Burgemeester Den Tex," van Amster am
naar Batavia, verirok 10 Maart van Suez;
ce „Cyclops" vertrok 10 Maart van Amster
dam naar Liven o 1 n Batavia; de „Min- rva,"
van de Middellan sche Zee naar Amsterdam,
passeer e 9 Maart Eastbourne.
Leiderdorp. Gisteren had de72-j .ripe vrouw
van W. d. V. bet onpeh.k naty haar woning
te water te geraken. Dit ongeval werd spoe ig
emerkt door oen vleeschhouw^r v. E., wien
het moi bt g lukken haar weder op het drogo
te brengen. De toostand der vrouw is zorg
wekkend.
Door de gemeentepolitie alhier is proces
verbaal opgemaakt tegen H. S., wegens o*er-
tre ing van art. 315 van het Wetboek van
Str^fre' bt.
Hillegom. Men schrijft ons: Woensdag
avond wer f '->oor het aluier bestaande zioken-
fon s „Hulp in Nood" zyn zesde .jaariyksche
algemeene verga ering gehouien in e zaal
van het café „Flori". De vice-voorzitter, de
heer Th. J. G. Parioen, opende oe bijeen-
komat met een welkomstwoord tot de talrijke
aanwezigen en gaf daarna het woord aan
den secretaris, om verslag uit te brengen,
waaruit bleek dat het getal der leden, wel
doeners en donateurs meer en meer toenam;
de beuragen der ontvangsten en uitgaven
waren respectievelijk f 1441.22 en 1147.15,
alzoo blijft een 6aido vau f 294.07, terwyi
het batig saldo met inbegrip van de vier
vorige jaren bedraagt f 1795.60.
Met een woord van opwekking om do ver
eeniging, die in het afgeloopen jaar wederom
zooveel hulp in nood had vtrstr?kt, te steunen,
eindigde do secretaris zyn verslag, om daarna
voorlezing te doen van het nieuw gewyzigd
reglement.
Nadat do president van de commissie van
toezicht, de heer J. H. Nieöeroing, in tegen
stelling met de velo bestaande zieken en
begrafenisfondsen door het noemen van cyfers
had aangetoond, mot welke geringe uitgaven
het ziekenfonds „Hulp in Nood" werd be
heerd, daar ze gedurende hot afgeloopen jaar
niet meer hadden bedragen dan f 5.08, en
bet nut van deze vureemging ban uiteengezet,
werd ooor den secretins, den heer A. A. C.
Van Oostveen, een boeien e lezmg gehouden.
Tot onderwerp nad hy gekozen „Ryk wordeD,
door verstandige spaarzaamheid", waar by oor
verschillende, welgekozen voorbeelden werl
aangetoond w.it ooor spaarzaamheid kan
woroen verkregen.
De spaarzaamheid brengt welvaart aan,
maakt ons e*-nvou ig, tevreden, eerlyk, arbeid
zaam, matig, vriigevig en standvastig vaa
karakter; zy is een bron van menscbelyk
geluk en welvaart, zy is zelfs een deugd
en de nioe :er van veel an tere deugden, en
v. oral heden ten aage noodzakelijk, nu de
stnj j om het besta «n zoo zwaar de menschen
teistert zo j jat niet de h rsenschimmen der
sociaal- emo raten, ni t de omwentelings-
pl nnen van anarchisten den mensch heil
kunnen aanor-rgen, ra.«ar enk 1 en alleen:
Wys sparen, trouw standvastig blyven aan
God, den H r Jsr vorsten en volkeren, „die
de tydrn v ran tert, koninkryken omvtrwerpt
en anoere bev stigt." „Aan uen Heer behoort
ue aarde en wat haar vervult, de aardbol
en allen, die uaarop won n."
Over e vele byzonuere gevallen, die gele
genheid tot sparen ie en, wer en slechts
eenige trpro->(iö r gelen aange^oeri, als:
Wilt gy sp ren, ontzie uan en enoad naar
best ver o.e<i, betgo n gy oezit Betaal al
uw indoop n itrstund. Dr^ai lken cent,
▼óór ge -uen uit ge it, twoe- of driemaal om.
Han el met ovtrl.g V or minder uw oehoeft. n.
B gin zoo vroeg mog lyk te sparen, en word
lid eerier *>pa r ank
Doze hoogst oui-n e lezing werd met de
meeste aan jacht aai geh ord. Bpr ker bad de
voldoening, dat staanue de verga ering een
groot aantal leden toelraüen tot net stichten
van een vereniging, om het sparon zooveel
mog luk to bevorderen, waarna de vergadering
"wera gesloten.
Het verzo ks< brilt aan Z M. den Keizer
van Rusiand, in zak' geleid-lyk vermin ring
van krijgslasten en ter evestiging van den
vrede, ligt voor belangstellen 'en, zoowel
mannen als vrouwen, op het gemeentehuis
alhier ter t ckening.
Behalve de zeer vole gevallen van
mazelen in deze gemeonte, doen zich ook <<y
verschillende kinderen gevallen van broncbites
voor, waaraan reeds een paar kin cr u zyn
overleden en anueren in zeer bedenkelyken
toestand verkecren.
Van de 13 manschappen, begrepen ia
het aandeel van deze gemeente, in ue lichting
voor de nationale militie van het jaar 1899,
zyn er 8 ingelyfd by bet regiment grena iers
en jagers te 's Gravenhage, drie by het 4de
regiment infanterie te Haarlem, óón ta Lei Jtn
en één te Utrecht.
Oudshoorn. Aan H. De Roos, alhier, is door
het Gemeentebestuur vergunning verleend tot
het oprichten van een bakkery in het perceel
Sectie C No. 604.
Sassenlioim. Do uitslag der stierenkeuring,
gisteren te Saesenheim gehoudeo, is als volgt:
Aanvoer 43 stieren, als: 1 driejarige, 10
tweejarige en 32 éénjarige.
(20)
En dan: Arthur was een koude natuur.
Van geen enkelen kant was by te genaken.
Niets deed hem aan. Ook zelfs oen opper
vlakkig mensch, die op den stroom van den
tyd meedryft, beleeft toch nog oogenblikkeD,
dat hem het hart eena verruimd wordt. Uaar
Arthur bleef altyd dezelfde en vergat zich
{nooit. By hem bestond geen diepere belang
stelling in de vorderingen der wetenschap,
.geen begrip voor echte kunst, geen inwendige
deelneming in het let zyner medemenschen.
Een beperkte horizon by veel zelfbewustzyn
genotzucht, binnen de grenzen gehouden
door een gematigd temperament; zelfzucht,
verborgen achter aangename vormen dat
waren de voornaamste trekken van het
karakterbeeld, dat Hélèue zich langzamerhand
van haar verloofde vormde.
Nu ja: zy had hem nooit ala een god ver
keerd. Toen de liefde tot hem over baar vaardig
werd, gaf zy aan die aandrift toe. Zy beminde
hem, zooals hy was of zyn mocht, zonder te
vragen waarom. En ook thans nog, nu zy in
Arthur zooveel meuschelyks, al te menschelyk3
ontdekte, ja zooveel, dat baar schier mis-
i haagde nu nog bleef elke aandoening van
berouw over haar keuze ver van haar.
(J Toen men de uitnoodigingen voor de bruiloft,
dis mevrouw Marbach op Arthurs kostsn
aanlegde, besprak, werd er tusschen de ver
loofden voor de eerste maal weder van Werner
gewag gemaakt. Arthur vroeg: ,En hoe
moeten we het met den steenen gast aan
leggen
.Wien bedoelt ge?"
Arthur lachte. „Wien anders dan myn
afgewezen neef? Ik gaf hom den bijnaam,
dien by in de school droeg. Het standbeeld
van den commandeur moet, toen hot Don
Juan op zyn geweten werkte, zyn kaken
preciea zoo bewogen hebben als Werner by
zgn spreken pleegt te doen."
.Jongens zyn onbarmhartig onder elkander."
„Maar oprecht. Hoe gaat het Werner?"
„Hoe zou ik dat weten? Voor ons is
hy dood."
„Hy bad zich met Cato of Elise kunnen
troosten 1"
„Maar, Arthur I"
„Waarom dan niet? Wel heb ik indertyd
een oogenblik gedacht, dat hg naar de
revolver zou kunnen grypen. Ik was een
dwaaB. Menschon van zyn slag .hechten aan
bot leven, al is het nog zoo ellendig geworden."
Hélèue frouste het voorhoofd. „Wy zyn
overeengekomen, dit thema onder ons niet
aan te roeren," zoo sneed zy de lichtzinnige
uitdrukkingen van haar verloofde af,
„Zeer wel. Toch biyft de vraag nog te
beslissen, of Werner op onze bruiloft verzocht
moet worden."
„Van zoo'n vraag is heelemaal geen sprake!"
riep Hélène levendig. „Werner op onze
bruiloft 1 Niemand denkt daaraan. Een uit-
noodigiug aan bem ware wreeds spot, dien
hy niet verdiend heeft."
Daarom juist zou Arthur het gaarne gezieD
hebben. Maar hy begreep, dat hy er van
moest afzien, zyn weinigjen moed aan dien
gehaten neef te koelen.
Acht dagen vóór het buwelyk kwam Arthur
met de tyding, dat de dochter vau den consul
het had doorgedreven, reeds in het laatst van
Juli met Geyer verbonden te worden. „Dus
veertien dagen na ons," sprak hy ontstemd,
„En dan willen zy ook naar Tirol en hopen
ons daar aan te treffen. Geyer ia verrukt over
het idee, dat natuuriyk volstrekt niet het
zgne is, maar dat van Dora. Waarschynlyk
ia zy baDg, zich alleen met haar man te
vervelen, hetgeen zy ook onfeilbaar doen zal
tot aan haar einde. Nu moeten wy baar
daaruit redden. Heeft zy one eenmaal ge
snapt, en anappeu aal zy ocb dan zyn
wy haar nog niet weer kwyt..Ik ken haar.
Wat een onzinnige gedachte, een huwelijks
reis met z'n vieren te maken, evenals een
party whist I"
Ook Hélène was niet zeer gesticht ovor het
vooruitzicht zich dat gezelschap te moeten
laten welgevallen. Toch helde zy over tot de
meening, dat het plan nieta dan een voorby-
gaande gril van Dora was en niet in ernst
behoefde opgenomen te worden,
XVI.
By de inzegening van het paar in do
Mariakerk was op het orgel Guataaf Werner
aanwezig. Honderdmaal had by reods by zich-
zelven gezegd, dat het zijner onwaardig was,
als ougeuoodigde gast de zegepraal van zyn
mededinger in oogeDscbouw te nemen. En
toen de tyd daar was, ging het toch. Het
was hem, of hy zich moeBt overtuigen, dat
Hélène inderdaad onberroepeiyk voor hem ver
loren was. Want sedert zy aan zyn borst
gerust, sedert zy zyn kussen geduld had,
speelden allerlei wonderlyke droomen hem
telkens weder de mogeiykheid voor oogen,
dat zy rouwmoedig tot hem kon terugkeeren.
Toen by van zyn hooge plaats afdaalde,
nadat de plechtigheid ten einde was, en allen
de kerk verlaten hadden, wist hy eindeiyk,
dat Hélène voor hem dood was. Mevrouw
Blank was zy gewordeneen ander wezen,
onder een geeternto wandelend.
Dood voor hem. Welaan: het was althans
een zuivere rekening I Hy kon er een streep
onder zetten en ze by zyn afgedane papieren
leggen.
By een ontmoeting met mevrouw Marbacb
had hy vernomen, hoezeer Hélène door
Arthurs invloed van haar familie vervreemd
was geworden. „Ale zy eenmaal getrouwd is,
zal zy voor one verloren zgn," had mevrouw
Marbach geklaagd.
Dat alles herinnerde Gustaaf zich eenige
dagen na de huweiyksvoltrekking. De een
zame hunkerde naar gezelschap. Wel was hy,
na zgn aanstelling, hier en daar uitgenoodigd
geworden, en vriendeiyk genoeg had men den
nieuwen directeur overal ontvangen. Maar
onder al deze menschen, die niets van zyn
leed wisteD, gevoelde hy zich niet op zyn
plaats. Met smachtend verlangen herdacht hy
den kleinen kring, waar hy eens tiiuis was.
Daar, daar alleen vond hy de sympathie, die
als balsom was voor zyn hart.
Niets beletto hem thans nog, daarheen
terug te keeren. En zoo zat hy dan spoedig
weder, ovenals destyds, in den verbleekten
leuningstoel, vóór de ronde tafel. En daarop
brandde de lamp, wanneer de lange dag ver
streken was, en verlichtte door den rooden
sluier de bom zoo bekende gezichten even
als destyds. Soms was bet hem, alsof alles,
wat hy Bedert beleefd bad, Blechts een booze
droom was alsof or nooit een jongere dochter
uit Engeland was komen oversteken en den
stillen vrede verstoord had. Maar dan viel zyn
oog op de bem zoo welbekende portretten,
en al bet verdriet, dat over hem gekomen
was, stond hem weer voor den geest.
In zyn tegenwoordigheid word niet vaak
over Hélène gesproken, doch geheel verbannen
liet het onderwerp zich niet. Zoozeer ver
vreemd, als mevrouw Marbach gevreesd bad,
was zy van de haren door baar huweiyk
toch niet geworden. Zy vond ten minste een
paar malen in do week nog tyd om een brief
kaart te schryven. Veel stond er niet op:
ternauwernood iets meer dan een korte be-
echrgviDg der langzaam verloopende reis, met
een menigte namen van stedeD, dorpeD, rivie
ren, bergtoppen en logementen. Dan placht et
te volgen: „Arthur laat u groeten." En het
onderschrift luidde: „Uw gelukkige Hélène."^
iWordt vervolgd.)