N». 11953
"Vrijdag ÏO Februari.
A°. 1899
jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
De bloem vaa het woud.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURAJTT;
Voor Leiden per 8 cuaandeo. 1.10,
Franco per poet t 1.40.
Afzonderlijke Nommers 0.06.
PRIJS DER AHV KK'I'KN'I'I l-lra t
Van 1-8 regels 1.06. Iedere regel meer 0.17J. - Grooter#
letters naar plaatsruimte - Voor het tncaseeeroo balten de stad
wordt 0.05 berekend
Tweede Blad.
KOLONIËN.
BATAVIA, van 4-10 Januari.
Aangaande den moord op den heer Kremer,
iu'og' ömployetrde van de onderneming Besowo
-waarvan in ertfid een telegraphisch bericht
mekiing maakte, deelt de „Loc." nog mede,
dat hy, zooils by gewoonlijk deed, naar zijn
administrateur was gereoen, ten einde geld
te halen, om zijn werkvolk uit te betalen,
en ongeveer f 250 bij zich had.
Toen men het ïyk in de nabijheid van Paree
vond, met afgesneden hals en een wond over
het hoofd, was het geld verdwenenden ver-
slagtne was als het ware de nek doorgehakt.
Dr. C. Snouck Hurgronje Is, naar de
„J. B." meldt, van Atjeh te Batavia terug
gekeerd.
Volgens de „Java-Bode" hebben tal van
vriendtn en vereerders van wijlen den heer
'D. Groen-veld besloten, een eenvoudig monu
ment op te richten op zijn laatste rustplaats.
De „J.-B." van 10 Januari schrijft het
volgende:
In ertyd plaatsten wij in ons blad een be
richt uit Atjeh, betreffende een nachtelijke
excursi-, waarbij de marechaussees in het
duist r by ongeluk een vrouw hadden neer
geschoten, die een kind op den rug droeg.
Dit l.iatste werd door onze soldaten mede
genomen naar Segli, Marechaussina gedoopt
en verder goed verzorgd. Dit voorval heeft
eenige philanthropische Kamerleden verleid tot
een onbillyken uitval tegen het leger; by
monde van het lil Van Kol werd de minister
van koloniën daarover geïnterpelleerd. „O,
die eervolle oorlogsfeiten, waar men oorlog
voert tegen vrouwen I Zyn die eener bo-
8chaafde natie waardig?" vroeg do hoer Van
Kol. Die uitval heeft terecht ergernis gewekt
by de officieren van het Indische leger. Hoe,
vroegen dezen, zouden onze marechaussees dan
wel hebben moeten handelen? Hadden zy de
Atjth-rs alvorens te schieten in het pikdonker
EOms één voor één mot-ten betasten, om uit ta
maken wie man en wie vrouw was? Men ver-
gete niet, dat in Atjeh ook de dames gebroekt
gaan, zoodat zy zelfs over dak op eenigen af-
■tan j niet van de mannen zyn te onderscheiden.
„En zijn er byv. by het z. g. palingoproer te
Amsterdam op klaarlichten dag niet nog meer
onschul ;igen dan schuldigen neergeschoten?
Wanneer ooit te voren geruchten van noode-
looze wreedheid ter ooren van het menachlio-
vende Kamerlid waren gekomen, zou zyn rede
meer zin hebben geba^, schryft men ons,
doch nu mist zy iedere aanleiding. Het kan
den heer Van Kol bovendien bekend zyn, hoe
meermalen verlaten Atjehsche kinderen en
hulpelooze vrouwen door onze soldaten onder
dak werden gebracht, en hoe menigen keer
by vergissing gewonde Atjehers een schade
loosstolling in klinkende munt ontvingen."
Mogen onze officieren steeds het recht heb
ben en houden om zoo te spreken.
Volgens de „J.-B." zal ook een gerech-
teiyk onderzoek, behalve het administratieve,
worden ingesteld naar de onregelmatigheden,
waaraan ambtenaren verdacht worden zich te
hebben schuldig gemaakt iu het Blitarsche,
en die onlangs door de „Soerab. Crt." aan het
licht werden gebracht. Tot het houden van
dat onderzoek zal een der advocaten generaal
by het hooggerechtshof zich naar de residen
tie Kedirie begeven.
JLTJE1I.
Men seint aan de „Java-Bode" uit Oleh-leh»
dd. 5 Januari:
De moslemin zyn door het 14de bataljon
uit de kampongs Tiro in bet achterliggend
gebergte teruggedreven; een Atjeher, ge
wapend met beaumontgeweer, werd daarby
afgemaakt. De commandant van dat bataljon
(majoor Van der Wedden) is met het peleton
cavalerie te Segli terug.
Een transport van den Gle Siblah werd
op weg naar S9gli naby Ben Tjoeë beschoten
door vier Atjehers; een 'hunner, gewapend
met een beaumontgeweer, werd neergeschoten.
De Gle Siblah zal bezet blyven door een
compagnie van het 14de bataljon.
Den 6den Januari debarkeerden teTand-
jong-Priok van het stoomschip „Both" onge
veer 500 man troepen van Atjeh, waaronder
de laatste te Atjeh overgebleven compagnie
van het 9de bataljon. {J.-B.)
De regeering heeft machtiging verleend,
om, in afwachting van een ter zake nader
te treffen regeling, de functiën van comman
dant van het corps marechaussee in Groot-
Atjeh op te dragen aan den plaatselyken
commandant van Kotta Radja. {J.-B.)
Door den gouvomeur-generaal van Nederlandsch-
Indië zijn de volgende beschikkingen geDomen.
CIVIEL DEPARTEMENT. On t sla gen: Met
ingang van 2 Maart 1899, op verzoek, eervol uit
'alinnda dienst, d.e president van de Yfeea- on
Boedelkamer te Makasser W. H. Simon
Op verzoek, wegens volbrachten diensttijd, eervol
uit 's lande dienst, de klerk op het assistent-
residentie-kantoor te Soemedang (Proanger-Règent-
schappen) C. P. Watson.
Wegens ziekte, eervol uit zijn betrekking, de
contrpleur der 2de klasse bij het Binnenlandsch
Bestuur op Java en Madoeraalasuite K. Wijbrands.
Tijdelijk gesteld: Tor beschikking van
den directeur der Burgerlijke Openbare Werken,
ten einde dienst te doen éls adspirant-ingeniear
bij den Waterstaat en 's lands Burgerlijke Open
bare Werken, G. Van Beinmcl, ter beschikking
gesteld van den gouverneur-generaal, om te worden
benoemd tot adspirant-ingenieur bij den Water
staat en *8 lands Burgerlijke Openbare Werken.
Bij den burgerlijken geneeskundigen dienst.
Ter beschikking gesteld: Tijdelijk, van
den resident van Probolinggo, ter bestrijding van
de pokziekte aldaar, de dokter-dwaja bij het stads
verband te Soerabaia, Mas Koearnan.
Bij den waterstaat en 's lands B. O- W.
Benoemd: Tot opzichter 2de kl. en geplaatst
in de residentie Timor, de ambtenaar op non
activiteit V. E. Roemeis.
Overgeplaatst Van do res. Soerabaia Daar
de res. Sumatra's Oostkust de opzichter 2de kl.
W. A. B. David;
van do res. Semarang naar de ros. Soerabaia, de
arch. 2de kl. J. P. T. lihemrov;
By de exploitatie der Staatsspoorwegen op Java.
Geplaatst: Bij de Westerlijnen de opzichter-
machinist 2de kl. J. L. G. Brunet de Rocnebrune.
Gedetacheerd: Bij den aanleg der lijn
BataviaBantam, de macninist late kl. C. Duys-
hart
Benoemd: Tot onderwijzer 3de klasse J. Van
Loo, thans tijdelijk als zoodanig werkzaam.
Ontslagen: Eervol uit 'alands dienst, de
gewezen klerk bij den controleur der afdeeling
Aroe-Kei-Tinember- en Zuidwester-eilanden (Am-
boina) J. A. Pelnpessy;
op verzoek, eervol nit 's lands dienst, met
ingang van 15 Januari 1899, de kantoorchef der
2de klasse bij den post- en telegraafdienst E.
Spier;
op verzoek eervol nit 's lands dienst, de klerk
bij h et postkantoor te Batavia P. V. E. Warn ars,
met bepaling, dat dit ontalag wordt geacht te zijn
ingegaan op 28 December 1898.
Bij het binn. bestuur op Java en Madoera.
Verplaatst: Van de res. Semarang naar de
res. Preanger Regentschappen de adspirant-contro-
leur P. G. Young;
van de res. Preanger Regentschappen naar de
res. Semarang de adspirant-controleur E. A.G. J.
Van Delden.
DEPARTEMENT VAN OORLOG. Overge
plaatst bij bet garnizoen-bataljon van Sumatra's
Westkust, de lste luitenants der inf. bij het 3de
bat., geëvueueérd van Atjeh naar Batavia, P. G.
Ramaer en A. J. Enzink.
Verlengd: Met een maand het hem verleend
verlof wegens ziekte naar Soekaboemi, aan den
lsten luit. der genie te Batavia A. S. Ruzette.
Ontslagen: Met ingang respectievelijk van
2 en 3 Februari 1Ö99, op verzoek, wegens vol
brachten diensttijd, eervol en met behoud van
recht op pensioen uit IIr. Ma. militairen dienst,
de kapitein der infanterie H. A. Stein en de
kapitein der genie W. A. J. T. Zelle.
Verleend: Een tweejarig verlof naar Europa,
wegens ziekte aan den majoor der artillerie J.
A. Van Capelle;
een jaar verlof naar Europa, wegens langdurigen
dienst aan den lsten luit. der inf. O. L. Kalfsterman.
Ontslagen: Op verzoek, wegens ongeschikt
heid voor alle militaire diensten, eervol en met
behoud van recht op pensioen uit Hr. Ms. mili
tairen dienst, de lste luitenant der infanterie
H. C. D. F. A. Brouwers.
Verleend: Een maand verlof wegens ziekte
naar Lawang, aan den lsten luit. der inf. bij het
lste reserve-bataljon H. C. Stoelman.
Overgepla atst: Bij de garnizoens-compagnie
van Banka, de. lste luit. bij het subsi9tentenkader
te Seruarang, gedetacheerd bij de opleidingsbrigade
van den topographischen dienst te Banjoemas
W. A. J. Nieuwenhuizen.
DEPARTEMENT VAN MARINE. Overge
plaatst: Van de _*Bromo" op de .Atieh" op
folio van luitenant t^r zeo der 2de kl., de adel
borst der lste kl. W. "Bosch;
van de „Lombok" op de „Atjeh", de luitenant
ter zee der 2de kl. J. Arendsen de Wolff;
van de „Prins Hendrik" op de „Atjeh", de
luitenant ter z6e der 2de kl. J. J. M. Boort;
van de „Bromo" op de „Atjeh", de luitenant
tor zee der lste kl. W. J. G. Umbgrove;
van de „Atjeh" op de „Bromo", de luitenant ter
zee der lste kl. P. G. J. Graaf Van Hogendorp;
van de „Mataram" op de „Prins Hendrik", ae
luitenant ter zee der 2de kl. R. L. Dijkhuis;
van de „Nias" op de „De Ruyter", de luitenant
ter zee der 2de kl. G. L. Heeris;
van de „Do Ruyter" op de „Bali" op folio van
luitenant ter zee der 2ae klde adelborst der
lste kl. C. R. F. Tollenaar;
van da „Soembawa" op de „Lombok", de luite
nant te> zee der lste kl. E. M. J. Chevalier;
vad d«. „Bali" op de „De Ruyter", de luitenant
ter zee der 2de kl. A. W. Boeke;
van de „Godeh" op de „Banda" met intrekking
zijner overplaatsing op de „Sumatra", de officier
van administratie der 2de kl. J. M. Grullemana;
van de „Bromo" op de „Gedeh" de adjunct
administrateur E. Verliaaf.
Ingetrokken: De overplaatsing van den
officier van administratie 2de kl. G. P. Santendam
van de „Sumatra" op do „Bromo".
By de Gouvernemontemaripe.
Benoemd: Tot 3den stuurman W. M. Van
Pommoren, daartoe door het opperbestuur ter
beschikking gesteld van de Indische Regeering
en geplaatst aan boord van het stoomschip
„Pelikaan."
Overgeplaatst: Van het stoomschip „Zeeduif"
op de „Glatik" de 3do stuurman J. W. Tissot
van Patot.
Gemengd Nieuws.
De heer A. J. S.t hoofd der school
te Noordbroek, is wegens misbruik maken
van sterken drank door den gemeenteraad
ontslageD. {U. D.)
Een heer te Ginneken schoot,
terwyi hy aan het eten was, een stuk vleesch
ia de keel. Ofschoon spoedig geneeskundige
hulp werd ingeroepen en verleend, gelukte
het niet het vleeseh te verwyderen. Binnen
weinige oogenblikken was de man een ïyk.
Het bestuur van den Alg. Binnen-
schippersbond heeft van H. M. de Koningin
f 25 ontvangen voor schipper G. Van Hon-
stede, die in moeiiyke omstandigheden ver
keert wegens het verlies van zyn vaartuig.
Jacobus Ursem, bewoner van bet
perceel aan de Wildemanstraat te Alkmaar,
waarin op 29 Januari brand is ontstaan,
heeft aan den commissaris van politie bekend,
dat hy dien brand moedwillig heeft aangestoken
door een brandenden lucifer in het op den
zolder zich bevindende stroo te werpen. Hy
deed dat uit armoede en om daardoor geld
uit de brandverzekeringmaatschappy te ver
krijgen.
In de There8i a-schacht van een
in Pootech Ostrau gelegen myn bad gister
morgen een hevige ontploffing plaats, waar
door twee arbeiders gedood en vyf zwaar
gekwetst werden. De oorzaak der ontploffing
is nog onbekend.
Te Marseille heeft Maandag-
miidag een duel op pistolen plaats gehad
tusschen de heeren Quillici, lid van den
gemeenteraad, en Girard, redacteur van
„l'Antyuif de Paris."
Vier kogels zyn gewisseld zonder te hebben
getroffen.
Storm op den Oceaan. Men meldt
uit Ni uw York, dd. 6 Febr.De Cunard-
liner „Lucanla" arriveerde hedenmorgen met
nagenoeg negen dagen reis van Liverpool,
dus 23 uren langer dan de langde reis, die
7 dagen 19 uren was. Zelden, zoo ooit, was
het weer op den Atl.intischen Oceaan zoo
slecht. Dag aan dag stormen, met vliegende
buien, vergezeld van sneeuw, donder en
bliksem, hagel, mist en schrikbarende golven.
Donderdag had men een orkaan, die 17 uren
aanhield, met een wind-snelheid van 100
mijlen per uur. Het schip hield zich daarin
uitstekend en bleef ongedeerd. Gedurende vier
uren werd ruim olie gestort om de golven
te kalmeeren, doch bet effect was slechts
gering. Het schip maakte slechts 121 myien
in het etmaal, of 54 mylen minder dan ooit
te voren. Gedurendo vier dagen had men
geen waarnemingen kunnen doen en moest
op het gegist bestek worJen gevaren, met
gebruikmaking van het lood, tot Zondag-avond,
toen het Nautucket-vuurschip werd gepasseerd.
De Oostenryksche politie heeft
de hand gelegd op een diof, die een interna
tionale reputatie had door de handigheid, waar
mede hy zyn stukjes volvoerde. Zyn naam
is Matbias Engel, vroeger van beroep koop
man te Weenen, later, toen zyn zaken ver-
liepün, zeer toegejuicht als goochelaar, en nog
weer later portefeuille-dief. Want dit was een
eigenaardigheid van den heer Engel, dat by
alleen werk maakt9 van moeiiyk t ontfut
selen portefeuilles; dat was een caprice, die
hem uit zyn vroeger goochelaarsberoep waa
bygebleven, dat hy alleen moeiiyke toeren uit
voerde.
Maar by een laatste „experiment" liep hy
er in. Terwyi hy in een trein in Gruk politiek
gesprek met een medereiziger verdiept zat,
lichtte by dezen diens Lrieventasch uit den
binnenzak, doch liet haar by ongeluk vallen.
Met een beleefd lachje raapte by de porte
feuille op met een„U heeft uw portefeuille
laten vallen." De reisgenoot begreep echter
in welk gezelschap by zich bevond en aan
het eerstvolgend station verzocht hy de politie
den ex-goochelaar, wiens toer mislukt was,
in verzekerde bewaring te willen nemen.
Een ernstig spoorwegongeluk
had eergi8ternacht by den spoorwegovergang
Steinstücken, niet ver van het station Drewitz,
plaats. Daar werd een boerenwagen, waarop
zich drie personen bevonden, door een uit
Berlijn komenden trein gegrepen en geheel
vernield. Twee personen werden onmiddellijk
gedood, de derde zwaar verwond.
Het ongeluk is toe te schryven aan het
schuw worden der paarden, die de barrière
hadden doorgebroken.
Vyf werkliedon zyn zeer ernstig
gewond door bet instorten van een stelliDg
te Mechelen.
In 192 0. Reiziger, die het
Duivelseiland voorbyvaart: „Wie is de jonge
man daar op het strand?"
Scheepskapitein: „Dat is de jonge Dreyfusl
Toen zyn vader een paar jaar geleden ge
storven was, heeft men hem naar het eiland
gezonden, om de uitspraak af te wachten, die
nu in laatste instantie wordt voorbereiJ."(tT. D.)
UITLOTINGEN. 3-pOts. Turkeohe Loten van
1670 a fr. 400. Trekkiug van 1 Februari 1890.
Premiën; 1204684 fr. 300,000; 55605 fr. 25'üOO;
220341 en 841450 olk fr. 10.000; 55604 85636
197636 731496 1819363 en 1964985 c-'.i. fr. 2000;
85639 346161 553128 776676 776677 954504 1378332
1380651 1568268 1568939 18326C9 en 18S6600 elk
fr. 1250; 159661 220342 233950 291127 302667
390753 403032 531284 684785 658607 658509 830563
9545^3 963171 1049171 1100871 118G677 1364370
1370128 1380055 1383954 1436015 1693106 1739005
1770982 1889307 1869309 »n 1870728 elk fr. 1000
LICHTSTERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek.
WEEK van 26 Jan. tot en met 1 Febr.
Datum.
Har.
Aantal.
Gem. Eng.
Standk.
26
Jan.
5.15
7.—
7
16.2
27
6.15
7.15
8
16 v»)
28
6.15
7.15
7
16
29
6.15
7.-
8
15.8
30
5.15
7.15
7
16.8
31
6.15
7.15
8
16
1
Fobr.
5.15
7.16
8
16.2
Dit bateekontWanneer men 6 cubio fcet =141.%
liters per nar ran zulk gas verbrandt in een Sogg's
London-Argand-Standard burner No. 1, met 24 gaatjos,
verkrijgt men een liolit, dat in etorkte gelijk staat
met 16.2, 16 enz. Btaodaard aarsen, waarvan elke
kaars 20 grains 7.8 grammen Spermaceti per aar
verbrandt.
SO)
Hoe gaarne ook had het jonge meisje
Alban gedankt voor haar redding, ruaar ook
hiervoor had zy tyd noch gelegenheid ge
vonden. Zou hy haar niet voor verbazend
ondankbaar houden? Wanneer zou zy terug-
keeren? Daarvan had men haar niets gezegd.
„Zend my niet van u weg, mevrouw," bad
zy ouder tranen; „wat beb ik dien menschen
toch gedaan, dat zy mg zoo haten Straf my,
waDnoor ik het verdieD, maar verstoot ray niet."
De oogen van de dame werden vochtig by
het hooren van die smeokende woorden. Lief-
koozend streek zy met de band over het
blondgelokte hoofd van het meisje.
„&rm kind," zeiae zy medelydond, „wy
zenden u van ons weg, omdat wy van u
houden; het geschiedt om uwentwil. Zoodra
het weer met zekerheid kan geschieden, zien
wy u weder, en mgn liefde jegens u zal
en veranderd blyven. Laat ons het afscheid-
nemen niet zwaarder maken; vaarwel!"
Het was een groots troost voor de arme
Irmi, dat Berk haar weg zou brengen. Deze
was door graaf Alban van het geheele gevaar,
dat de reis kon opleveren, in kennis gesteld.
Gedurende de reis was Irmi zeer terneer
geslagen; zy meende, dat de gravin haar wilde
•utslaan. Om haar van dien waan te genezen,
deelde Berk haar voorzichtig mede, welk
gruweiyk lot haar had kunnen treffen, en
waarom zy uit München verwydord word.
Nu weende Irmi bitter.
„Wat heb ik toch gedaan, dat ik den haat
heb verdiend van menschen, die ik geheel
niet ken?"
„Gy hebt niets gedaan, maar door den baat
van den boef, dien gg in het boschhuis eon
kogel hebt bezorgd, loopt go gevaar maanden,
misschien jaren in den kerkor te zuchten,
totdat uw onschuld blykt. Ziedaar waarom
wy zoo spoedig in het geheim vertrokken.
Gy hebt een zeer verbitterden vyand."
„Heb ik een vyand? En wie is dat?"
„De secretaris Erbe. Ja, zie my maar niet
zoo verwonderd aan; in de stad hebben de
muren oogen en ooren, en ik weet wellicht
meer daarvan dan gy. Toen Brigitta die
jongelieden tegen hem te hulp riep, hebben
zy hem een weinig to hard aangepakt. H(j
meent, dat dit op uw bevel is geschied, en
hy haat u nu vreeselyk."
„Ontzettend! Maar toch zou ik den vuurdood
verkiezen boven de marteling, om steeds aan
Erbe8 zyde te leven."
„Gy zyt moedig, kleintje, maar ik houd
van zulk vuur niet; ik kan den rook ook niet
verdragen. Het beste ie, dat wy den heeren
geen gelegenheid geven u gevat te krygen.
Jonker Alban wilde eerst met ons ryden,
maar de graaf vond dit te opvallend. Ik heb
den jonkheer echter moeten bezweren, goed
voor uw veiligheid te waken alsof ik buiten-
dien dat Diet voor Stoffers pleegkind gedaan
badl Het zal my echter zeer verwonderen,
waDneer de jonker niet spoedig gewichtige
zakon met Schurzer te bespreken heeft."
Hy lachte zachtjes.
Irmi had veel tyd om na te denken. Het
was dus voor haar eigen veiligheid, dat men
haar uit Müuchen verwydord had! Hoe kon
zy het grafelyke paar genoeg voor zyn goed
heid en zorgen danken 1
Eo Albantorwyi ze geloofde door hem
vergeten te zyn, had hy haar zelf willen
vergezellen en was ernstig over haar bezorgd.
Als zy daaraan dacht, vergat zy den schrik
van den laatsten dag, zelfs het verschrik-
keiyke lot, dat haar door den haat van Erbe
bedreigd bad.
Zonder ongeval werd Würzburg bereikt.
Uit voorzorg had Berk het zóó iogericht, dat
het reeds avond was, eer zy de poorten binnen
kwameD, en door niemand opgemerkt, be
reikten zy het huis. Aan den huismeester
en zyn vrouw word de grootste voorzichtig
heid op bevel des graven opgedragen. Irmi
zou in geen geval hot huis mogen verlatOD,
terwyi de beide mannen in de herbergen
zouden vertoeron, om al het nieuws, dat in
omloop was, zoo sposdig mogelgk te vernemen.
Dagen verliepen. Op zekeren avond liep
Gregoor langzaam door de straten; daar doemde
een bekende gestalte op, welke voorzichtig
zich langs de huizen bewoog. In woinige
stappen had Gregoor hem ingehaaldHet
was Erbe.
„Gegroet, heer secretarie 1" riep Gregoor.
„Gy bier in Würzburg? Dat is een ver-
raesingl"
„Die is wederkeerig; sedert wanneer zyt
gy hier?" antwoordde de verraste secretaris.
„Ik ben hier op bovel van myn moester.
De gravin wenacht, dat de herstellingen in
het huis bier spoedig ten einde loopen, opdat
zy naar Würzburg komen kan."
„Zoo, de gravin wil hiorheen komen? Dan
zal zy ook wel haar vrouwen medebrengen?"
„Natuuriyk, maar wat dreef u op reis,
mynheer? Gy zeidet my voor korten tyd, dat
gy slechts ongaarne to paard stijgtt"
„Gy kunt goed onthouden, maar men
moet zich naar omstandigheden schikkeD. De
Münchensche lucht is niet goed voor myn
gezondheid. Denkoiyk zal ik hier een aan
stelling krijgen; men heeft my reeds aanbieding
gedaan. Vraag eens aan Schurzer, of ik hem
eens op mag komen zoeken; dan vind ik
u ook."
„Denk dat niet, mynheer, want myn zaken
zyn hier goëindigd, en heden reeds of morgen
keer ik terug. Hebt gy iets iu München te
bestellen
„Dank u; de groeten aan de gravin."
Gaarne had Gregoor don secretaris met
het leukste gezicht het een en ander voor
gelogen, maar dit had hem niets verder
geholpen, want Erbe betaalde hem met gelyke
munt. Berk wist wel waarom Erbe München
den rug keerde en wat hem naar Würzburg
had gevoerd. Zyn onvrijwillig bad was alom
bekend geworden en onzen beid vlei overal
hoon en spot ten deel. Zyn aanklacht tegen
Irmi was zonder gevolg gebleven, on nu bleef
hy zyu woord getrouw, en wilde hy haar
hier aanklagen. Bracht de gravin Irmi mede
naar Würzburg, dan viel zy hier In handen
van Erbe.
Nadenkend kwam Gregoor thuis. Wat hom
te doen etoDd, wist hy nog niet. Wanueer
Erbe wiet, dat Irmi in Würzburg was, dan
was de gevangenis en een eindeloos proces
haar lot. Het eenigste, wat hen reddon
kon, was onmiddeliyk af te reizen naar het
boscbhuis.
Daar werd zacht aan de deur geklopt.
Wie kon daar zoo laat zyn Berk verbleekte.
„Wie klopt daar nog zoo laat?" vroeg
Schurzer met bevende stem.
„Goed volk, Schurzer," luidde het antwoord.
„Alban Rottnach, open, spoedig."
„Zyt gy het, jonkheer I De Hemelen zenden
ui" riep Berk.
„Wat ie er dan voorgevallen? SpoedigI"
„Nog niets, maar ik wilde morgen een dor
knechten naar u met een boodschap zenden.
Erbe is in Würzburg!"
„Zoo, dan heeft mgn vader toch geiyk gehad.
Dan zal hy bier trachten te volvoeren, wat
hem in München is mislukt. Het arme kind
moet onmiddeliyk de stad verlaten. Binnen
het uur ryden wg af."
„Onmogelyk, jonker; de paarden hebben
rust Doodig. Wacht tot morgen, dan hebben
wy nog tyd om het een en ander te bespreken.'^
{Wordt vervolgd).