ATJEH.
Bi) de afdeeling onderwas spraken enkele
leden den wensch uit, dat voor jongelieden,
wier ouders op het platteland wonen, het
bezoek van de onderwys-inrichtingen in de
steden mogelijk werd gemaakt door het
verleenen van Ryksbeurzen.
Sedert jaren is door bevoegde deskundigen
aangedrongen op verbetering in de opleiding
van leeraren in de moderne talen. Aan den
eenen kant laat de opleiding der leeraren in
moderne talen veel te wenschen over. Aan
den anderen kant wordt van de leerstoelen
voor de drie moderne talen, te Groniogen
opgericht, lang niet zooveel nut getrokken
als mogelijk ware, wanneer dat hooger onder
wijs met die opleiding in een behoorlijk ver
band werd gebracht. Gaarne zouden de leden,
die bier aan het woord waren, over deze
belangrijke aangelegenheid 's Ministers oordeel
vernomen.
Door sommige leden werd aangedrongen op
verbetering van het handelsonderwijs, dat nu
veronachtzaamd wordt.
Van verschillende zjjden werd aangedrongen
op afschaffing, althans beperking, der vivi
sectie en op betere inrichting van het onder
wijs in do psychiatrie, ethnologic en Romaan-
icbe talen.
Het „N. v. d. D." ontving het volgende
telegram van haar Inöischen correspondent
Toekoe Moeda Latif, het hoofd van het
verzet in Plantens heeft zich onderworpen."
"Wij moeten, zegt het blad, gelooven aan
een seinfout, omdat de naam Plantens, als
die van een landschap in Atjeb, ons niet be
kend is.
Gemengd Nieuws.
Aanstaanden nacht, dus van
Vrijdag op Zaterdag, zal, onder leiring van
een kapitein, etn nachtelijke oefening gehounen
worden, waarbü het personeel van beide
bjtaljons 4de reg. inf., alhier, vereenigd zal
worden. De troep zal te drie uren 's nachts
de kaz rne teruggekeerd moeten zijn.
Het straatcomité, belast geweest
|iet de versiering en verlichting der Nieuwsteeg
Ifi gelegenheid der inhuldigingsfeesteD, heeft
een batig saldo op de rekening van f 3.69.
Dit saldo is afgedragen aan de vereenigiog
„Schoolkindervoeding" alhier.
De rekening en verantwoording ligt bij den
heer P. J. C. Dee, penningmeester, ter inzage
voor belanghebbenden.
Voor den Hoogen Raad werd
gisteren gepleit in zake de naamlooze vennoot
schap „Paleis voor Volksvlgt", te Amsterdam,
legen den burgemeester dier gemèento betrok
keliJk het niet-nakomen door eerstgenoemde
van de overeenkomst, volgens welke zfi een
muziek kapel moest ter beschikkiDg stellen
van de gemeente, telkens na daartoe oproeping
te hebben ontvangen, om dienst te doen by
wapenschouwingen, enz. van do dienstdoendo
schutterij.
Ttr bestrijding van het arrest van het
gerechtshof te Amsterdam, waarbij do vordering
der gemeente tot ontbinding van de overeen
komst werd toegewezen, trad voor het „Paleis
voor Volksvlijt" op mr. B. J. Polenaar, advocaat
te Amsterdam. Deze betoogde, dat het Hof
zich aan wetsschtnnis heeft schuldig gemaakt,
omdat het, de overeenkomst uitleggende als
oen, waarbij de vennootschap zich tegenover
Burgemeester en "Wethouders hoeft sterk
gemaakt, dat haar muziek kapel zou op
komen, by oproeping, om diensten te bewijzen
on muziek ti maken, in het bloote feit, dat
die muziekkapel bi) zekere gelegenheid,
ofschoon opgeroepen, niet is opgekomen, heeft
gezien hot plaats grijpen eener ontbindende
voorwaarde.
De cassatievoorzieDing werd namens den
burgemeester bestreden door mr. B. M. Vlie-
lander Hein, advocaat te 's-Gravenbage.
De conclusie van het Openb. Min. wordt
later me:egedeeld.
Ten aanzien van de vraag om-
trent de verplichting van den man tot on Jer-
houd van zyn vrouw, concludeerde het Openb.
Ministerie by den Hoogen Raad gisteren, dat
die verplichting voor den man ook dan bestaat,
wanneer 00 vrouw niet met hem samenwoont,
en zulks op grond, dat de verplichtingen tot
on orhoud en tot samenwoning twee afzon
derlijke naast elkander staande verplichtin
gen zijn.
Do man, tegen wien onlangs door
de Haagsche politie proces-verbaal was op
gemaakt op grond van artikel 440 van het
Wet eek van Strafrecht: het vervaardigen en
vorspreiden van drukwerken op stukken
metaal in een vorm, die ze op munt* of bank-
papi r of muntspeciën doet gelijken, stond
gisteren voor den kantonrechter terecht, 't Was
bat tekende levendige mannetje, dat, met
een tafeltje voor zich, waarop, op een kussen,
broches en dasspelden in den vorm van
guldens, kwartjes en dubbeltjes zijn geprikt,
langs de straten vent.
Met de welbespraaktheid, aan het type
eigen, verdedigde hij z\jn goed recht. Al jaren
en dagen ventte hij met 't artikel, in Ant
werpen, in Brussel, iu Amsterdam, in Rot
terdam, enz., enz. En nooit last gehad.
Alleen had eenmaal de justitie in Amsterdam
hem verzocht „de munt" van de achterzijde
der voorwerpen te verwjjderen. En dat had-ie
nou gedaan. En nu deed hij niets anders
dan 't vervaardigen van de beeltenis van
Hare geëerbiedigde Majesteit de Koniugin. En
als-ie d&t nou niet ruocht doen, dan wist hij
hit niet, want wie staat hooger in aanzien
dan Hare Majesteit. En op de achterzijde
stond alleen het Nederlandsche wapen. Hy
zou wel eens willen zien wie ook dédr wat
aan doen kon. Als je het portret van de
Koningin niet mocht maken, dan konden
ook de „photographisten", de schilders, de
beeldhouwers en verdere kunstenmakers hun
matten wel oprollen. Wat 'n photographist
doet op papier, dat deed h|j nou op tin. En
hij maakte toch immers geen verkeerd ge
bruik van die muntstukken, de Hemel zou
hem bewaren. Dat anderen dat deden, kon
hij toch niet helpen; dan mochten ze ook
wel verbieden revolvers te maken, omdat
andere menschen dan de fabrikanten er huns
gelijken mee doodschoten; of dynamiet,
omdat andere lui dan de vervaardigers de
menschen in de lucht lieten springen. En
waarom werden dan do „chocolade wiukeliers"
niet bekeurd, die stapeltjes riksen en guldens
van chocolade achter d'r lui ruiten hadden
liggeD, waarvan je zoudt zweren, dat ze echt
waren
De kantonrechter beduidde den man meer
malen uitdrukkelijk, dat hy niet terechtstond
verdacht van bedrog met de pseudo munt
stukken gepleegd te hebben, doch enkel omdat
de Nederlandsche wet nu eenmaal bepaalt, dat
zulke op munt gelijkende snuisterijen noch
vervaarcigd noch verspreid mogen worden.
Hij was toch wel Nederlander? vroeg hem
de kantonrechter.
„In Rotterdam geboren, asjeblieft, meneer,
nog wel in de Lange Baanstraatant
woordde hij fier.
Het Openbaar Ministerie vorderde eenvoudig
f 5 boete.
De opgeroepen getuigen werden piet gehoord.
De commissie voor de versiering
van de Daendelsstraat en aangrenzende straten
te 's-Gravenhage bericht, dat zij, na aftrek van
alle kosten, een batig saldo van f 175 heeft
overgehouden en dat bij loting is beslist, dat
gemeld bedrag zal worden aangeboden aan
bet kinderziekenhuis te 's-Gravenhage.
Gelijkelijk tusschen de diaconieën der Ned.-
Herv. en Geref. Gemeenten te Tienhoven is
verdeeld het saldo der inhuldigingsfeesten, ten
bedrage vandrie centen.
De Haarlemsche rechtbank deed
gisteren by breed gemotiveerd vonnis uitspraak
in do zaak van R. Van G.^mit den Spaarn-
dammerpolder, die beschuldigd was van poging
tot moord op zijn vader en f'.gen wien de
officier wegens pogiug tot doodslag één jaar
min cJe preventieve hechtenis had gerequireerd.
H\j werd veroordeeld tot 9 maanden gevange
nisstraf, met aftrek van de preventieve hech
tenis, en zijn dadelijke invryheiasstdling
bevolen.
Dezelfde rechtbank veroordeelde gisteren G.
Eyking, Blagersknecht te Amst rdam, tegen
wien wegens diefstal van vee uit de weide
een jaar en zes maanden was gerequireerd, tot
een jaar, en J. A. Wolper, kellner uit Amster
dam, tegen wien wegens diefstal in vereeni-
ging, van een rijwiel, 3 jaar was geèischt,
tot twee jaar gevangenisstraf, C. J. W. Van
Wijngaarden, die als zijn medeplichtige terecht
stond en tegen wien 2 jaar was geèischt,
werd vrijgesproken.
Voor de rechtbank t9 Haarlem
hield gisteren de officier van justitie zijn
requisitoir in zake den gepleegïen moord te
Hobrede door Dirk Oosthuizen aldaar
De eerste vraag, die te beantwoorden was,
oordeelde Z. E A. of beklaagde toerekenbaar
kon worden geacht?
Volgens het helder en duidelijk rapport,
uitgebracht door de deskundige krankzinnigen-
artsen Van Walsum en Van Linden van den
Heuvel, zou die vraag werkelijk ontkennend
moeten worden beantwoord, doch het wilde
den officier voorkomen, dat do gronden, in het
rapport aangevoerd, zwak zijn, en hiermede
waren het eens de inspecteurs van het ge-
neeskuncig staatstoezicht, waaraan de een
den beklaagde oordeelde te staan op de grens
tusschen krankzinnig en toerekenbaar en de
andere geen oordeel wilde uitspreken, omdat
bi) nog in twijfel was.
Waaraan schrijven de deskundigen de on
toerekenbaarheid toe? 1. Niet aan het bepaald
erf lyk, doch aan het eenigszins erfelijk belast
z(jn van beklaagde. En waarom? Omdat de
broeder van zjjn moeder aan den drank was
verslaafd en omdat zijn zuster niet goed t>y
het hoofd was. 2. Omdat beklaagde was een
chronisch alcoholist. Maar dit zijn zeker 60
pet. der personen, die voor de rechtbank komen.
3. Omdat zijn memorie niet goed zou zijn, wat
echter bij oude lieden wel meer het geval is,
vooral als z\j adn den drank zijn verslaafd, en
4. omdat hij geen motief had voor het plegen
van het misdrijf. Maar, zei de ofLcier, moord
is bfjna niet te motiveeren. Doch hier is wel
deg'.l\jk een motief te vinden en wel in de
omstandigheid, dat beklaagde den dag van de
misdaad naar Purmerend was geweest, daar
geen handel had kunnen drijven, drank had
gebruikt en een ergens op steunende antipathie
had tegen het slachtoffer.
Nu zouden de deskundigen als zy in de zaal
aanwezig waren, wel zeggen; ja, maar niet uit
ieder punt afzonderlijk leiden wij de ontoe
rekenbaarheid af, doch juist uit den samen
hang van de vier aangevoerde symptonen en
gÜ, officier, doet hetzelfde om het bewijs van
een misdrijf te construeeren, doch hierop wilde
Z. E.A. antwoorden dat zwakke aanwijzingen
voor de rechtbank niets beteebenden en even
min de vier zwakke symptonen door de des
kundigen aangevoerd, tot ontoerekenbaarheid
konden doen besluiten.
Hij was door het rapport alzoo niet over
tuigd en ook de rechtbank heeft zich daaraan
niet te houden zooals bekend was, want een
rapport werd alleen uitgobracht tot voorlich
ting van den rechter.
De officier kwam dus tot de conclusie, dat
beklaagde wel degeljjk toerekenbaar was. Hy
had de daad gepleegd na rijp overleg. Hy had
gezegd „al heb ik geen varken geslacht toch
zal ik een moord doen"; daarop is hjj gaan
eten en toen is hij naar de woning gegaan
en heeft het feit gepleegd. Het oenige licht
punt is, dat beklaagde nog nooit veroordeeld
werd.
De officier requlreerde wegens moord 12 jaar
gevangenisstraf.
De toegevoegde verdediger, mr. Moens, oor
deelde bet rapport afdoende en concludeerde
tot ontslag van rechtsvervolging, doch als de
rechtbank de toerekenbaarheid aannam, subs,
tot een lichtere straf, daar in geen geval
moord, doch hoogstens doodslag was gepleegd.
De beklaagde zelf zei„als het moet wezen
in Godsnaam, het begroot mij anders wel erg".
Volgens de „Zw. Ct." heeft naar
aanleiding van een brochure van d6. J.
Kyistra, te Rottevalle, over de ellendige toe
standen in die Friesche streek, mT. H. L.
Drucker te Leiden, lid van de Tweede Kamer,
genoemden predikant meegedeeld een VTiJ
aanzienlijk bedrag beschikbaar te stellen voor
werkverschaffing aldaar.
Door de rechtbank to Breda is
de eerste openbare zitting gehouden in zake
den op 9 Januari jl. te Leur geplet gden moord
op Adriana Smits.
Als beschuldigde wegens moord staat terecht
Govardus Fasen, oud 29 jaar, slager, wonende
te Leur. Door het O. M. zijn gedagvaard 62
gttuigen, en op verzoek van den ambtshalve
toegevoegden verdeciger mr. D. H. J. Van
Mens, de Leidsche hoogleeraar dr. Siegenbeek
van Heukelom.
Na opening der zitting verzocht de ver
dediger aan de rechtbank of de vader van
den beklaagde zicb, althans vooralsnog, uit
de gerechtszaal mocht verwijderen tot hij
werd opgeroepen. Dit werd toegestaan.
De president bepaalde, dat eerst zouden
gehoord worden de deskundigen, n.l. prof. dr.
Van Overbeek de Meijer (bleek naar Indiö te
zijn), prof. dr. Spronck, prof. dr. Wefers Bet-
tink, prof. dr. Siegenbeek van Houkelom, de
doctoren A. Butner, HohmanD en Bijnen en
8 andere getuigen, de overigen konden ver
trekken tot gisterochtend 10 uren.
Het microscopisch onderzoek van het bloed,
dat op verschillende kleedingstukken van
den beschuldigde en aan zijn mes is bevonden,
heeft plaats gehad door prof. Spronck, het
chemisch-spectroscopisch door prof. Wefers
Bettink. Door beide hoogleeraron was een rap
port van hun bevindingen opgemaakt, dat
voor een groot deel liep over do grootte van
bloedlichaampjes van menschen en varkens;
het verschil daartusscben onder verschillende
omstandigheden werd aangegeven.
Het vergelijken met varkensMoed hoeft
zijn oorsprong in de opgave van den beklaagde,
dat het blo - d, dat op zfin pantalon is bevonden,
van een geslacht varken afkomstig was. De
conclusie van deze rapporten geeft als waar
schijnlijk aan: de aanwezigheid van menscben-
bloed op bedoelde pantalon.
Prof. Siegenbeek van Heukelom zegt de
conclusie van het rapport niet te kunnen
onderschrijven; volgens hem is dit niet ge
oorloofd op de verstrekte gegevens, hem wijst
de groote boeveelheid bloed op de pantalon
er op, dat dit niet afkomstig kan wezen van
een varkeD, dat geslacht uitgevent wordt;
zijn moreele overtuiging ls, dat het menschen-
bloed is, doch hij kan dit uit de hoeveelheid
niet opmaken.
Dr. Butner, die met dr. Hohmann het lijk
heelt geschouwd en het visum repertum
hebben opgemaakt, verklaren: dat zij 8 won en
aan de voorzijdo en 4 aan do achterzijde van
het lichaam hebben bevonden, waaronder een
bijzonder groote bals wond, de halsader was
doorgesneden, de dool is een gevolg geweest
van bloedverlies en verstikking
Alsnu werden achtereenvolgens buiten
eed geboord een zuster en twee broers
van den beschuldigde, wier verklaringen
bïorop neerkomen, dat in den avond van
Zondag den 9den Januari (datum, waarop de
moord heeft plaats gehad) de beschuldigJe
met zijn familie in do huiskamer was en
daar ook had plaats genomen een meisje,
waarmede hij verkeering had gehad, die
kortelings was ver: roken, doch welke op het
punt stond weder in orde te komen. De
beklaagde heeft zich spoedig, 5 uren 's mid
dags, verwijderd, iets wat allen bevreemdde.
Later in den avond terugkeerende, is by
onmiddellijk naar bed gegaan.
Verder werd nog duidelijk, dat beklaagde
en hierop komt veel aan by het uitventen
van het vleesch nooit zyn Zondag6che pak
droeg en juist op dit pak is bloed gevonden.
Ook bleek nog, dat zijn Zondagscbe pantalon
was uitgewasschen en '6 Maandagsmorgens
(den dag na den moord) te drogen hing. Ook
het feit, dat de moeder van den beklaagde
een koeboeder, die zich bi) een ander ver
huurd had, zijn loon van f 6.50 op f 22
gebracht had om hem te behouden, kwam te
berde. Het vinden door de justitie vau een
scherp mes op een plaats in huis, waar het
anders nooit lag, kwam als bezwarende om
standigheid te voorschijn.
Telkens gevraagd of beklaagde iets te zeggen
had tegen hetgeen getuigd was, werd steeds
ontkennend geantwoord.
Getuige Joosen is de stiefvader van de
verslagenezijn stiefdochter was tevreden In
den dienst, dien zij by Fasen had, en was in
den laatsten tijd zeer opgeruimd. De ver
slagene had verklaard dat Fasen in den laatsten
tijd beter oppaste en zij wel spoedig zouden
trouwen.
Alsnu gelast do president voorlezing van
het rapport der deskundigen aangaande de
in beslag genomen sigaren en de sigaar, die
by het lyk is gevonden.
Aangaande deze sigaren dient tot goed
begrip het volgende. Beklaagde kreeg eiken
Zondag, dus ook op den bewusten, twee
sigaron; by heeft er twee gekocht by Gooszen
en twee by Hendriks, totaal zes, die twee
aaa twee van hetzelfde merk waTen. Eén
sigaar heeft hy opgerookt en aangezien er
slechts vier in zyn sigarenkoker geborgen
konden worden, bestaat er gegrond vermoeden,
dat hy er een in jas of vest heeft geborgen,
deze by het begaan van het misdryf heeft
verloren en dat deze de bebloede is, welke
bfl het lyk is gevonden. Deze sigaar is van
hetzelfde merk als die by Gooszen gekocht
zijn, welke laatste z0n inkoopen doet by den
sigarenfabrikant Vinck, te Leur.
De brigadier der marechaussee De Kok,
gestationneerd te Sprundel, beeft Dinsdag 11
Januari de Zondagsche kleeren van beklaagde
in ontvangst genomen, bekl. gaf die zelf.
Op bet overhemdje vond hy geen bloedvlek
ken, den volgenden dag op de kleeren wel.
Er zyn toen dadeiyk vier messen in beslag
genomen, later kwam nog een vyfde te voor-
scbyn. Om zyn verleden verdacht get. den
bekl. dadeiyk van de misdaad. By het nagaan
der voetsporen Hepen deze geheel in de rich-
tiDg van de plaats van den moordenaar de
woning van beklaagde.
Getuige "Witzenburg, wachtmeester der
marechaussee te Breda, heeft ook zeer nauw
keurig het voetspoor nagegaan en kwam tot
dezelfde conclusie.
Getuige Buteyn, chef-veldwachter te Etten
Leur, gaf een beschryving van de ligging
van het lyk. Hy is met den burgemeester
en nog drie personen naar het huis van Fasen
gegaan. F. staat slecht bekend en got. had
ook dadelijk vermoeden op hem. By zyn ont
moeting met dozen verbleekte bekl. opmer-
kelyk, hy vroeg om de Zondagsche kleeren
te zien en ontdekte dat de broek op de knieën
en lager vochtig was. Of er bloed aan de
kleeren, was beeft get. toen niet opgemerkt.
Op de vraag van den president waarom toen
de kleeren niet dadeiyk (Dinsdagavond half-
acht) in beslag z'yn genomen, biyft getuige
het antwoord schuldig. Om halftwaalf 's avonds
is hy met den burgemeester teruggekeerd en
is Fasen in arrest gebracht.
De veldwachter Strays heeft een bebloede
sigaar gevonden op ongeveer 3'/3 M. van het
lyk en deze aan den brigadier Van Sprundel
gegeven. Later heeft hy de wacht in het huis
van F. moeten houden om dezen te bewaken,
en vond diens houding zeer vreemd.
Get. v. Glabbeek, burgemeester van Etten-
Leur, geeft ook een beschryving van de ligging
v.in het lyk; hij gelooft, dat in oen naastoy-
zynde heg geworsteld is, hy had ook daaelyk
vermoeden op Fasen. Hy had het niet noodig
gevonden de goederen dadelyk in beslag te
nemen, en toen hy den beklaagde had toe
gevoegd: „Er bestaat verdenking tegen je",
ontroerde deze op zichtbare wyze.
De schoenen waren, naar hy bevonden had,
afgewasschen, ook de zolen daarvan, iets wat
vreemd was. Dinsdag waren die Zondagsche
schoenen nog nat.
De marechaussee Prys had een klein wondje
aan den vinger, de dokter had hem gewaar
schuwd voorzichtig daarmede te zyn by aan
raking van lyk en bloed. Hy heeft jas, broek
en vest Donderdags in handen gehad, doch
het overhemdje niet, ook later niet.
Get. Pels heeft de gipsafdrukken gemaakt
van de voetstappen die van de plaats van
het misdryf naar de woning van F. loopen
en ook van die welke door den bekl. zyn
afgedrukt in een terrein van de gevangenis.
Ds afmetingen daarvan stemmen overeen.
Get. Frenken heeft bekl. ontmoet in het
huis, waar voor de verslagene gebeden werd;
dit was twee dagen na den gepleegden moord.
Hy kende Fasen als kwaadaardig. Veertien
dagen voor den moord had hy dezen booren
zeggen: „Denk je dat als ik iemand den nek
afsnjj, ik dat dan zou zeggen?"
Met de vorige Kerstmis had hy Fasen de
verslagene met een mes zien dreigen, hierby
zeggende: „Dat is jouw God", een uitdrukking
die in deze streken veel gebezigd wordt en
een slechte voorspelling is. En toen get. de
nu verslagene daarop opmerkzaam maakte,
zeide zy: „Hy durft my toch niets te doen
hé", waarop Fasen repliceerde: „Je weet
(een vloek) niet wat ik durf."
De twee volgende getuigen verklaren, op
Zondag 9 Januari des namiddags tusschen
4 en 5 uren in het veld zijnde 4 a 5 mal8n
te hebben hooren gillen on wel uit de rich
ting waar, zooals later bleek, de moord was
gepleegd.
Getuigd Van der Graaff heeft Dinsdag 11
Januari beklaagde by het lyk gezien en dezen
hooren zeggen„Dat zyn geen menschen die
zulke dingen durven doen".
Alsnu wareu de sigaren deskundigen aan
de beurt om gehoord te worden, doch dit
werd uitgesteld tot de zitting van den vol
genden dag.
De z a a k-H oogerhuis. Het
Gerechtshof te Leeuwarden behandelde gisteren
de zaak van G. Hoitenga, D. Bakker en
B. Van der Ploeg, allen arbeiders te Beet
gumermolen, die door de rechtbank wegens
beleediging van Allard Dykstra „dat is de
inbreker van Britsum, moordenaar" werden
veroordeeld ieder tot een maand gevangenis
straf.
By het verhoor van Dykstra wenachte de
verdediger vragen te stellen omtrent doo aar*
der beleediging en de inbraak te Britsum
met het oog op de straftoemeting. Dykstra
had zelf aanleiding gegeven tot loopende
geruchteo. Het Openbaar Ministerie, by monde
van mr. Noyon, achtto dat niet noodig on
niet wettig. Het Hof ging in Raadkamer.
De voorzitter deelde daarna mede, dat het
Hof vragen met de strekking naar de inbraak
te Britsum niet zal toelaten.
De heer Troelstra zeide, dat zoodoende de
verdediging hem moeiiyk gemaakt wordt.
De president maakte bezwaren tegen enkelo
door den verdediger gestelde vragen.
De beklaagden bekennen de woorden niet
te hebben gezegd om Dykstra te beleedigen,
maar om aan de zaak ruchtbaarheid te geven.
De eisch luidt: bevestiging van het vonnis
der rechtbank.
Mr. Troolstra betreurde in een uitvoerig
pleidooi, dat het Hof de beschikking van de
rechtbank heeft overgenomen. De klacht
levert elementen voor beschuldiging van
smaad. Het algemeen belang der beleeöigiüg
is niet onderzocht. Hy eindigde met een
woord van protest, dat volledige verdediging
hem onmogelyk is gemaakt.
Op de fabriek van de firma Penn
BaudUin, te Dordrecht, was gistermiddag
zekere P. De Waal met een paar andere
sjouwerlui bezig met het la Jen van eeq
yzeren hek op een sleeperswagen, toen
men weet niet door welke oorzaak die
wagen kantelde en De Wa.il het zware hek
op het lichaam kreeg. Ernstig gewond aan
slaap en schedel werd by opgenomen. De
inmiddels gehaalde geneesheer kon slechts
den dood constateeren. (D. C.)
Onder Hatert, by Nymegen, is
een marskramer, uit Nymegen, ten gevolge
van het overmatig gebruik vau sterken drank,
plotseling dood gebleven.
Zyn weduwe, die in armoedige omstandig
heden verkeert, zal ook nog verstoken iiyven
van het geld uit een begrafenisfonds, daar hy
de polis van lidmaatschap reeds by een kroeg
houder had verpand.
De „Staatscourant" meldt het
volgende:
Uit een dezer dagen ontvangen bericht van
den gouverneur van Curasao blykt, dat de
eilanden St.-Martin, St.-Eustatius en Saba
omstreeks medio September jl. door een
orkaan zwaar geteisterd zyn.
Volgens opgave van den waarnemenden
gezaghebber van St.-Martin (N. G.) zjjn te
Philipsburg 2 huizen ingestort en verscheidene
zwaar beschadigd. In de buitendistricten
werden 98 stroohuisjes en hutjes verwoest
en 93 zwaar beschadigd. Veel kleine schepen
zyn vergaan, evenals de Rotterdamsche
brigantijn „Acadio."
Menschen zyn op St.-Martin by de ramp
niet omgekomen.
Op St.-Eustatius was de orkaan minder
hevig, doch de zee zeer onstuimig, waardoor
byna al de aanwezige, daar thuis behoorende
vaartuigjes vergaan zyn. Op het land veroor
zaakte de orkaan slechts betrekkelyk geringe
schade.
Op Saba zyn 6 bouten huisjes en 49 stroo-
hutjes geheel verwoest, waardoor 274 menscben
zonder woning zyn. Veel visschersbooten zyn
vergaan, waarby een zeeman omkwam, die
een vrouw en negen jonge kindren nalaat.
De Katholieke en Anglicaansche kerken leden
zware schade. Het ergste is echter déar, dat de
aardappelenoogst geheel is vernield. De wegen
hebben veel geleden.
De gouvernementsgebouwen werden op
St.-Martin (N. G) en Saba weinig beschadigd.
De noodzakelykste hulp werd dadelyk door
de gezaghebbers verleend.
Terstond is op Curasao een comité gevormd,
om voor de noodlyjenden de hulp der
ingezetencn In te roepen.
Ook hier te lande vormt zich zoodanig
comité, onder voorzitterschap van den oud-
minister van koloniën mr. J. H. Bergsma.
In den nacht van 6 op7Nov.
klonk niet ver van het station Houyet de
noodfluit van een locomotief, wat den stations
chef van Namen noodzaakte de lyn af te
zoeken. Men vond deze door een hoop steenen
en een met steenen beladen handkar ver
sperd. Het was hier klaarblykeiyk om een
ontsporing van den trein te doen. De daders
hadden gelukkig, om hun misdadig plan te
zekerder te doen geschieden, ook een signaal-
licht uitgebluscht. Juist daardoor werd de
machinist van een nadtrendon trein terugge
houden het station binnen te ryden, waarom
hy een noousignaal gaf en het ongeluk ver
hoed werd. Men vermoedt, dat het den misda
digers om plundering der reizigers te doen was.
Te Antwerpen heeft een vrouw
van 85 jaar, door bittere armoode gedreven,
getracht zich met de ban Jen van haar voor
schoot op te hangen. Een jong meisje sneod
haar byty ds af. Er wordt nu voor haar gezorgd.
Verdacht van den grooten brand
te Cbfiteau-Vflle-Vieille te hebben gesticht, is
zekere Laurent Meyer, 20 jaar oud, in hech
tenis genomen.
Te Neustettin ls de groote mou-
belfabriek van Wetzel geheel afgebrand.
In Bombay wordt een belangryke
vermindering van het aantal pestgevallen ge
constateerd. Er waren op 7 dezer in de stad
59 en in bet presidentschap 3700 sterfgevallen.
In Bengalore duurt de epidemie voort.
Blanken en negers. Men seint
uit Wilmington (Delaware), dd. 10 Nov.: Da
redacteur van het blad „Record", een neger,
had een artikel geschreven dat beleodlgend
werd geacht voor de blanke vrouwen, waarop
zeshonderd gewapende blanken, waaronder