Als algemeen voorzitter der Maatschappij tot Not van 't Algemeen isj opgetreden dr. J. 1 W. R. Tilanus. Ter vervanging van mr. W. Boot en mr. II. Smeenge, die op 1 Juli a. a. als hoofd bestuurders moeten aftreden, en van den heer E. J. Steghgers J.Hzn., die overleden is, zgn onderscheidenlijk opgemaakt de volgende dubbeltallen: W. Spakler en L. Serrurier, te Amsterdam; mevr. C. GoekoopDo Jong van Beek en Donk, te 's-Gravenhage, en P. M. Keller van Hoorn, te Dordrecht; jhr. mr. D. R. De Marees van Swinderen, te GroningeD, en Herman Snijders, te Middelburg. Het hoofdbestuur der Maatschappij heeft voorts bericht, dat het besluit der algemeene vergadering ju zake het woningvraagstuk moet luiden en uitgevoerd worden als volgt: „dat aan het hoofdbestuur worde opgedragen, in overleg te treden met andere vereenigingen, die belang stellen in de verbetering der volks huisvesting, ten einde met dezo in het leven to roepen een centrale commissie tot het geven van adviezen van juridiscben, econo- mischen en ook algemeen tecbniscben en financiëelen aard betreffende het woning vraagstuk." De gemeenteraad van Middelburg ver wierp gisteren het voorstel der Raadsleden Van Dunne c. s. tot verlaging van den gasprgs op 7 cents, met 9 tegen 8 stemmen. Met #9 tegen 8 stemmen besloot de Raad tot opneming van bepalingen betreffende minimum loon en maximum arbeid ia de be stekken van de gemeentewerken. Men leest in de „Standaard": Dr. Kuyper bericht ons, dat zijn voornemen, om tegen half November terug te zijn, onuitvoerbaar is ge bleken. De afstanden zijn daarvoor te groot, en do plaatsen, waar hg moet optreden,.te vde. Pella en Orange-City alleen vorderen een ge heele week. Orange City is van Nieuw-Tork driemaal zoo v.r als de afstand van Amster dam naar Berlin. Het stoomschip „Cyclops," van Amster dam naar Java, arriveerde 8 Nov. te Liver pool; de „Java," van Batavia naar Amsterdam, vertrok 9 Nov. van Havre; de „"Werkendam" uriveerde 9 Nov. van Rotterdam te Nieuw-York. Bodegraven. De heer N. Van Oosterbout, Alhier, is benoemd tot hoofd der school te Lange-Ruigeweide. llillegom. Het roodvonk ten huize van den arbeider G. Van Schie kan als geweken worden beschouwd. Noordwyk. Dinsdagavond heeft alhier het voorbereidend militair onderricht voor om streeks veertig jongelieden een aanvaog go- nomen. De oefeningen, die in een --er lokalen van de open hare school gehouden wordeD, geschieden onder leiding van een luitenant en eenige onderofficieren van het éde regiment Infanterie te Leiden. De iDgezetenen dezer gemeente, dia als vrijwilliger bi) de militie wenschen op te treden, kunnen zich hiertoe vóór of op den laatsten dezer maand ter secretarie aanmelden, terwijl het vereisebte getuigschrift (model co. 2) op Maandag 28 dezer, van 's voormidóags 10 tot 12 uren zal worden uitgereikt Warmond. Zg, die alhier als vrijwilliger bij de nationale militie wenschen op te treden, kunnen zich daarvoor ten raadhuize aanmel den op 21 Novomber a. s., des voormiddags tusschen tien en twaalf uren. Zegwaard. De melkrijder L. V., alhier, geraakte by het afrgden der brug by den landbouwer A. v. L. In de Weipoort, onder Zoeterwoudo, met een wagen, bespannen met twee paarden en gedeeltelijk beladen met melk, doordat de paarden schichtig werden, van de brug af to water. Als een wonder bleef de wagen bekneld op de brug hangeD, ter wijl de paarden daardoor met de koppen geheel onder water hingen. Dank zg de tegenwoordig heid van geest van L. V., die zich gekleed te water begaf, gelukte het hem de tuigen los te snijden en den langen boom van den wagen los te rukken, waardoor de dieren geheel vr(j geraakten en naar den wal konden zwemmen, waar zy nog bijtijds behouden op kwamoD. Uit de „Staatscourant.* Koninklijke besluiten. Benoemd tot lid van het college van regenten over de gevange nissen te Rotterdam, mr. J. H. Van Meurs, rechter in de arrondissements rechtbank aldaar. Met ingaug van 6 November 1898: de luitenant ter zee der 1ste klasse G. L. II. Luyten, op pen eioen gesteld en het bedrag van dat pensioen bepaald op 1331 'sjaars, en bevorderd tot luit. tor der 1ste klasse, do luitenant ter zee der 2de klasse S. P, Nolst Trenité. Toestemming verleend aan A. P. H. J. Verhoe ven, burgemeester van Duizel en Steensel, om tot 1 October 190.1 te Eersel, en aan J. Warmolts, ontvanger der gemeente Hoevelaken, om tot 1 October 1903 to Hilversum te blijven wonen. Pousioen verleend aan: R. Nijholt, ƒ711; C. Van Lonkhuizen, ƒ526; F. Gielen, ƒ120; P. J. Claesson, ƒ85; J. Veratelle, ƒ143; A. Fnidiger, ƒ679; J. Lak, ƒ257. Yee-inroer iu België. Omtrent den invoer van melkkoeien, her komstig van Holland, via De Clinge, en de wijzigingen in de openingsuren d.-r tolkantoren, deelt de „Moniteur beige" het volgende mede: Te rekenen met 15 November 1898 wordt ie invoer van melkkoeien, uit Holland ver- tonden, toegelaten via De Clinge, mits naleving der voorwaardon vermeld in het ministerieel besluit van 4 October 1898: A. Te lande: hulpkantoren van De Clinge (dorp), den lsten en 15aen van iedere maand, van 9 tot 11 uren; B. per spoorweg: kantoor van De Clingo (statie), op dezelfde dagen, van 11 tot 12 uren. De koeien, op het hulpkantoor van De Clinge (dorp) aangeboden, zullen onder de bewaking van den veearts van het toezicht, M. Declercq, geleid worden tot de stallen voor tuber- culinisatie, opgericht in de nabijheid van het kantoor Ü9 Clinge (statie), waar zy tien dagen in quarantaine gehouden worden en na verloop van dion tijd aan de inspuiting met tuber - culine onderworpen. Gemengd Nieuws» Het vervoer en de opbrengst van den Rgnlandschen Stoomtramweg was gedu rende de maand Aug. 11. als volgt: aantal reizigers 54,587, met een opbrengst van 8340.06, goederen eu diversen brachten 935 59 op, totaal ƒ9275.65. Van 1 Januari tot uit. Aug. 1898 was de opbrengst: aantal reizigers: 262,503 meteen opbrengst van ƒ37,307.91, goederen en diver sen brachten 4900.63 op, totaal 42,208.54. Zijnde per dagkilometer ƒ19.30. De milicien B., van de 4de comp. 5de bat. 4de reg. inf., in garnizoen te Gouda, die zich by herhaling schuldig maakte aan ernstige overtredingen tegen de krijgstucht, zonder dat vermaningen, straffen en een over plaatsing naar een ander garnizoen eenigen invloed ten goede op hem hebben kunnen uit oefenen, is onder geleide naar Vlissingen overge bracht, ten einde bjj het Algemeen Depot van Discipline aan de strengere krijgstucht te worden onderworpen. Het gerechtshof te 's -Graven- hage heeft het gebruik van de groote recht zaal voor de behandeling der zaak-Vemer door de Haagsche rechtbank kunnen toestaan voor Vrijdag 2 an Zaterdag 3 December a. s., zoodat de aanvankelijk daarvoor aangegeven dagen van 28 en 29 November tot genoemde data verschoven zijn. Door welk een kleinigheid brand kan ontstaan, bleek gïsternamiddag in de Htrechtschedwarsstraat 161, te Amsterdam, waar drie hoog de smid A. Eigenbuis woont. Eigenhuis wilde op den voorzolder een bed voor zgn zoon opmaken en hield bg dit zeer huislijke werkje zgn pgp in den mond. Niets ongewoons natuurlijk, dat een vonk uit de pgp op het bed viel. "Waarschijnlijk, dat het bed al eenigen tijd heeft gesmeuld, zonder dat Eigenhuis dit be merkte. Zeker is het, dat een oogenblik later de vlammen uit het bed hoog opsloegen en in een oogwenk baanden de vlammen zich ook. een weg naar buiten. De brandweer van de Weesperzgde was spoedig ter plaatse. De zolder is intusschen uitgebrand. De arrondissements-rechtbank te Rotterdam heeft, ter voorziening in de vacature van deurwaarder bü haar college, opgemaakt de navolgende voordracht: J. Van Noort, procureursbediende; A. J. C. HarckseD, iüem, beiden te Rotterdam, en J. Van Ipsn- burg, deurwaardersbediende te Schoonhoven. Met betrekking tot den bekenden, in 1894 in de Oranjeplautage te Delft ge- pleegden diefstal heeft het gerechtshof te 's-Gravenhage heden het vonnis van de recht bank to dier stede bevestigd voor zoover daarbg de beklaagde Maarten De Graaf is vrijgesproken, doch dat vonnis vernie tigd voor zooveel betreft de daarbg uitge sproken veroordeeling van bekl. Willem May tot 2 jaar gevangenisstraf. Het Hof was nl. van oordeel, dat de door laatstgenoemde afge legde bekentenis niet vergezeld ging van een opgave van omstandigheden, dermate nauwkeurig en bepaald en in overeenstemming met hetgeen ten processe bekend geworden is, dat z\j gezegd kan worden een volledig bewijs van schuld op te leveren en eiken twijfel daaraan uit te sluiten. Mitsdien is ook May vrijgesproken. Het Hof heeft tevens zün invrüheidstelliog bevolen, Bü de verkiezingen. Gisteren had zich voor de rechtbank te Amsterdam te verantwoorden een winkelier, J. C. S.f wegens poging tot overtreoing van art. 127 W. v. Sr. Dit artikel luidt: „Hy, die bü gelegenheid eener krachtens wettelyk voorschrift uitge schreven verkieziag eenige bedrieglijke hande ling pleegt, waardoor de stem van een kiezer van onwaarde wordt of een ander, dan de door dhn kiezer bedoelde persoon wordt aan gewezen, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden." Bekl. had op 23 Juni 1898 by de herstem ming voor do verkiezing van twee leden van de Prov. Staten in district Amsterdam VI, waarbij een keuze moest worden gedaan tusschen de heeren F. H. v. Eeghen, mr. W. baron Röell, A. P. Th Sassen en mr. W. S. J. Waterschoot van der Gracht, op zijn last biljetten doen overhandigen aan kiezers, die zich in genoemd district ter stembus begaven, op welko biljetten zü uitgenoodigd werden de heeren v. Eeghen en v. Waterschoot v. d. Gracht te kiezen. In beeld was aanschouwelijk voorgesteld voor welke namen de stipjes moesten worden zwart gemaakt, terwijl aan den raad waren toegevoegd de woorden„Wanneer gjj het anders doet is uw stem van onwaarde." Bekl. erkende de biljetten te hebben opge steld en to hebben doen drukken. De president, mr. Karseboom, wees er hem op, dat hy als lid van het bestuur van een Kiesvereeniging op zeer byzondere wüze is opgetreden, want dat hy in plaats van de kiezers voor te lichten, getracht heeft ze te foppen om een zacht woord te gebruiken. Bekl. meende, dat hij alleen had willen voor komen, dat stemmen te loor gingen door de stembiljetten foutief te behandelen. Hy wilde ook doen voorkomen, dat hy alleen de kiezers van zijn richting had bedoeld, maar hy moest erkennen, dat iedereen een dergelyke aanbe veling was aangebodeD. In de oerste plaats traden als getuigen op de personen, belast met het uitgeven der biljetten. De zaak is aangegeven door een antirevo lutionair kiezer, den heer Vogelsang, die zulk een biljet ontvangen had. Bg de lezing was hy een oogenblik in de meeniug gekomen, dat hy uit twee tweetallen moest kiezen, maar by wist zeker, dat de keuzo vrü was. Hy had echter, omdat by zelf een oogenblik in tw(jM was gebracht, het denkbeeld by zich voelen opkomen dat anderen gelieei in de war gebracht zouden kunnen worden en daarom was hy naar de verspreiders der biljetten gegaan on had hun gez-gd, dat zy niet meer die papieren mochten afgeven. Daarna had hy de zaak aangegeven. Als de biljetten door iemand onderteekend waren en er was bygevoegd, als gg niet doet zooals is aangegeven doet gg volgens „onze richting" niet goed, dan had get. er niet zooveel tegen gehad, maar deze biljetten waren ongeteekend. Het O. M., waargenomen door den subst.- officier van justitie mr. Hug npoth tot Aerct, meende dat de biljetten vielen onder het tweede gedeelte van art. 127. Een argeloos kiezer had in de meening kunnen komen, dat als hg anders stemde, zjjn stem van onwaarce werd en dus öf naar huis kunnen gaan öf op een ander stemmen danhy eigen lijk bedoeld had. Hier is alleen de poging tot overtreaiDg te constateeren, omdat de getuige Vogelsang niet zoo argeloos was en zich niet liet misleldon. Dit fs echter een omstandigheid onafhankeiyk van den wil van bekl. Spr. eischte tegen bekl. een gevangenisstraf van veertien dagen. Mr. Van den Boogaerdt, als verdediger op tredende, betoogde, dat het bestuur der kies vereeniging besloten had op eenigszins prac- tische wyze de kiezers voor te lichten, en dat aan beklaagde opgedragen was dit uit te voeren omdat hg een drukkerij heeft. Nu erkent pl. dat de redactie voorzichtiger gesteld had kunnen wordeD, maar volgens zyn overtuiging had bekl. geheel zonder verkeerde bedoeling getracht het besluit van het bestuur uit te voeren. Toen hy op het politiebureel geroepen was, en bemerkte dat tr iets niet in den haak was, had hy daüelgk met het verspreiden doen ophouden. Het boos opzet bestond by bekl. dus niet. Maar ook wees pl. er op, hoe de mannen, die de biljetten verspreidden, ook borden droegen waarop de namen der aanbevoltnen voor kwamen; dus eerst werden de candidaten die men moest kiezen geDoemd, en dan werd een biljet afgegeven om te doen zien, hoe men stemmen moest. Pl. zag er dus niets in dan hst geven van een raad, geen bedriegiyke handeling. Ook ontkende pl. dat het mogeiyk gevolg had kunnen zyn van de raadgeving, dat iemand een ander had kunnen stemmen dan hy be doelde. Uitspraak over 14 dagen. Ook te Nijmegen, waar de meeste wiDkels niet vóór tien uren 's avonds worden gesloten, tracht men het daarheen te leioen, dat de sluiting algemeen op negen uren worde bepaald. Te V e e n e n d a a 1 o n t s t o n d gister morgen te vier uren, door een onbekende oorzaak, brand by den boekhandelaar H. C. Van Zanten. Het huis brandde geheel uit. Van den inboedol kon niets gered worden. Alles was verzekerd. Een driejarig kind Tan den ar beider Limpers te Rhoden (Geld.) is in een pot met kokend water gevallen en aan de bekomen brandwonden overleden. In de zouteryen van „Do Streek" heorscht thans groote beoryvigheid. Duizenden bloemkolen worden thans aan het vat toe vertrouwd. Alleen door den heer J. Boou zyn in dit seizoen reeds een 300-tal vaten afge leverd. De pryzen zyn nu zoo hoog, dat zelfs bloem kool van 4 k 5 gulden per 100 stuks wordt ingemaakt. Iemand te B r I e 11 e vroeg onthef fing van personeele belasting voor een tuin huis te Oostvoorne, dat niet meer dan tien dagen van het belastingjaar in gebruik was geweest. De directeur der directe belastingen, enz. weigerde de ontheffing op grond, dat het be doelde perceel niet als woning kan gebruikt worden en dus de wetsbepaling, krachtens welke voor een woning, niet meer dan tien dagen bewoond, teruggaaf van belasting wordt verleend, in dezen niet van toepassing was. By Koninklyk besluit is evenwel de ge vraagd o ontheffing alsnog verleend uit over weging, dat naar een redeiyke opvatting der wet een tuinhuis hoewel niet voor nacht- verbiyf bestemd als eén tot menscheiyk verbiyf ingericht gebouw ouder het begrip „woning" is te begrypen. Te Roubaix (Fr.) kroeg de burge meester, die dronken was, in een herberg twist met den herbergier en sloeg alles kort en klein. Hy werd opgepakt en naar het politiebureel gevoerd, van waar hy later per rytuig naar zyn huis werd gebracht. De her bergier heeft natuuriyk tegen den burgervader een klacht ingediend. Tegen het echtpaar Barlsch, de ouders van het eerste slachtoffer van de pest in Weenen, is een aanklacht ingediend, omdat zy zich weerbarstig hebben getoond bg het ontsmetten en het overbrengen naar het ziekenhni8, en tegen vrouw Barisch nog afzonderiyk omdat ze valsch getuigenis heeft afgelegd toen mon haar vorhoorde over de verdachte kleereu, de kleeren van haar zoon dio zy uit Weenen naar haar woonplaats Laa aan de Thaya had meegenomen. De echte lieden zullen van het ziekenhuis, waaruit zg gezond ontslagen zyn, naar bet huis van bewaring moeten verhuizen. Naar de Belgische bladen mel den, heeft de heer Denys, leeraar aan de hoogeschool te Leuven, het serum ontdekt, dat de longtering radicaal geneest. Hg zal eerstdaags over deze ontdekking eene mededeeling doen. De zaak-Dreyfas. De „Daily Chronicle" brengt de mededeeling uit Parys, dat eenige militaire en burgerlijke antoriteiten, die bang zgn voor de uitspraak van het Hof van Cassatie, een oproer voor bereiden, dat zou uitbreken, indien Dreyfus werd vrygesproken. Men heeft plan de regee ring omver te werpen en eenige hooggeplaat ste personen (Dreyfusards natuurlgk) om het leven te brongen. De politie is met de zaak bekend. De leden van het Hof van Cassatie worden overstelpt met dreigbrieven. De ver tegenwoordiger van de „Daily Chronicle" bracht by het hooren van bovenstaand bericht een bezoek aan de heeren De Pressensó en Trarieux, oie bevestigden, dat zy door de politie gewaarschuwd waren. Clémenceau wydt in de „Aurore" weder een artikel aan het petit-bleu, en zegt daarin o. a.: „Sedert 47 dagen zit kolonel Picquart nu reeds „au secret". Sedert 47 dagen wordt de wet, die het vrye verkeer van den be schuldigde met zgn advocaat waarborgt, in zaken van de burgerlijke justitie, vrgwillig door kapitein Tavernier geschonden. Aan htt hoofd van een compagnie mag die kapitein een goed figuur maken, doch als rechter is hy bedroevend om te zien. Hg zal toch niemand willen wys maken, dat hij 47 dagen noodig heeft gehad om te ontdekken, van wiens hand het petit-bleu was. Iedereen wist, waaraan men zich in dat opzicht had te houden, toen hy zgn „instructie" opende. En als hg nog eenigen twgfel had, kon hy zich in 47 minuten overtuigen, evenals ieder mensch van een gewone ontwikkeling, dat Picquart de waarheid sprak. Maar zelfs, onder stellende, dat kapitein Tavernier iemand was van een heel geringe ontwikkeling hetgeen, naar men my verzekert, niet het geval is niemand, die gezond verstand heeft, zal toch durven beweren, dat de plaatsing „au secret" noodig was tyders een schrift-onderzoek. En toch is het voornaamste werk van kapitein Tavernier geweest, het gelasten van etn onderzoek door schriftkundigen. Die experts z(jn sedert 1894 de scheids rechters geweest, die over het lot van Frankryk beslist hebben. De schriftkundigen hebben verklaard, dat het borderel, dat niet door Dreyfus geschreven was, door Dreyfus ge schreven was. Ze hebben verklaard, dat het borderel, dat door Esterhazy was geschreven, niet door dezen was geschreven. Bertillon verkoopt onzin voor den krygsraad, wiens leden hem met open mond aanhooren. Teys- aonnières doet zgn expertise op stukken, die de rechters niet eeDs onder de oogen gehad hebben. Charav&y, de verstandigste van allen, zegt, dat men nooit iemand moet veroor- deelen alleen op het rapport van schriftkun digen, al luidt dit ook eenstemmig. Dit alles wetende, haastte kapitein Tavernier zich toch, ook nu weer schriftkundigen te roepen, die zich dikwyis vergisseD, maar het soms by toeval, bg het rechte eind hebben. Groot moet de verbazing geweest zgn van kapitein Tavernier, toen de schriftkundigen verklaarden, dat het petit-bleu eenvoudig een „petit-bleu" was, zonder meer, en dat de zoo genaamde „vervalsching" op het adres, waarop Tavernier zyn hoop had gevestigd, toch niet tegen Picquart kon pleiten, omdat op het uitgekrabde geJeelte, waarover de woorden: „Monsieur le commandant Esterhazy" zyn geschreven, dezelfde woorden moeten gestaan hebben, wat blykt uit de rest van het adres, die onveranderd is gelaten: nl. 27, Rue de la Bienfaisance." Het Hof van Cassatie beeft nog maar alleen de generaals Mercier en Billot, benevens den heer Cavaignac, geboord. Generaal Zurlinden, die tegen gisteren gedagvaard was, kon on- verrichterzako terugkeeren, aangezien bet verhoor van den heer Cavaignac nog Diet ten einde was. Over deze verbooren is niets tot de buitenwereld doorgedrongen. Alleen vertelt d9 „Gaulois" op gezag van generaal Metier, dat deze heer beleefd door president Loew is ondervraagd en met aandacht door de loden werd aangehoord, twee feiten, welke dit blad een byzondere vermelding waard schynt te achten. Het Hof schynt wel voornemens te zyn het onderzoek zooveel mogelyk te bespoedigen. Het is gisteren reeds om negen uren byeen- gekomen en om twaalf uren slechts een half uur uiteengegaan om te déjeuneeren. De heer Cavaignac is gehoord van negen uren tot den tyd van het dejeuner, en daarna tot halfzes. Zyn ondervraging was nog niet afgeloopen. De „Figaro" vertelt, dat op bevel van het Hof een huiszoeking is gedaan by een per soon, die met Esterhazy in betrekking stond. Er is een omvangrijke briefwisseling in beslag genomen. Volgens de „Droits de l'Homme" is deze huiszoeking geschied door den rechter van instructie Schlnmberg op bevel van den raadsheer Attballn. Daarby zou een brief van Esferhazy in boslag zyn genomen, geschreven voor het borderel en op volkomen geiyk pap; als dit stuk. De heer Atthalin zou in persoo by een Paryschen juwelier brieven van Estej hazy in beslag hebben genomen, op datzelR papier geschreven. Luidecs andere berichten heeft de bui* zoeking zich bepaald tot de inbeslagneming van een brief van Esterhazy t»y den deur waarder, door hem belast met het innen v. eenige vorderingen. Do beteekenis van da* stuk zou niet in den inhoud gelegen zjjn maar in het mailpapier waarop het gescbr* ven is, en dat volkomen geiyk zou zyn aan dat van het borderel. Dit moet zulk byzoadtr papier zgn, dat Cochefert en Bertillon er zich in 1894 geen tweede staal van hebben kunnen verschaffen. De inbeslagnomingisge- schie J op een vordering van mr. Mornbarj advocaat van mevr. Dreyfus. Volgens den Pargschen correspondent van de „Times" zal het Hof van Cassatie aan de regeeringen van Duitschland en Italië mach- tiging vragen om kolonel Von Schwartzkoppen en majoor Panizzardi, beiden voormalige milj. taire attachés, die in de zaak zyn betrokken, te ondervragen. De „Matin" geeft nu weder een uitlating van den oud-minister Constans, die in de wandelgangen der Kamer zou hebben ver- klaard, dat hy zgn voorstel, om de wet op dq crimineels instructie ook van toepassing tq verklaren op de militaire rechtspraak, een paar dagen zal uitstellen, omdat by van een hooggeplaatst persoon heeft vernomen, dat de instructie tegen kolonel Picquart welhaas( gesloten zal worden. Do „Auroro" meldt, dal de kolonel Donderdag in vrgheid zal worden gesteld. Hoezeer de anti-Dreyfusards het onderzoek der zaak-Dreyfus in het openbaar vreezeD, blgkt alweder uit een voorstel van den afgevaardigde Massabuau, die niet alleen de herzieningsprocessen wil onttrekken aan de Kamer van Strafzaken en toewijzen aan de Vereenigde Kamers van het Hof van Cassatie, maar bovendien voorstelt te bepalen, dat het Hof de huis dos moet uitspreken, wanneer de minister van oorlog zulks verlangt voor de lezing van sommige stukken of ht t hooren van sommige getuigen. Dezo wgziging zou onmiddellgk in werking treden en naar luid van een in het voorstel opgenomen zinsnede „in bet byzonder van toepassing zyn op de zaak-Dreyfus." De onthullingen van XXX in de „Gaulois" wordon nu g' preciseerd ten opzichte van Picquarts handelingen in het begin van 1896. De scbrgver stelt het nu aldus voor: In Januari 1896 begon Picquart met eon onderzoek, Esterhazy betreffende, die tot dusver door niets verdacht kon zgn. In Mei 1896 is het petit- bleu op het ministerie van oorlog ontvangen, maar Picquart geeft op Januari, ten einde zgn eerste onderzoek over Esterhazy te recht vaardigen. Aan het ministerie van oorlog verklaart men, dat de heer De Freycinet, minister van oorlog is opgeroepen om verklaringen af te leggen. Het bericht, dat generaal Zurlinden des- tyds, toen het besluit om Du Paty de Clam op non activiteit te stellen genomen werd in den ministerraad daarvoor de redenon had uiteengezet eenige byzonderheden had mede gedeeld, wordt tegengesproken. De raad van de orde van aivocaten te Parys is Dinsdag byeengekomen om zich bezig te houden met de klacht van mr. Tózenas tegen mr. Mornhard, dat deze voor het Hof van Cassatie een telegram van Esterhazy aan Tézenas had voorgelezen. By den raad der orde is teven een klacht ingediend door Judet tegen mr. Labori. Hierachter vermelden wy nog oen heden ontvangen telegram van do „Figaro": Dt wyze waarop dat bericht is gesteld toont aan, dat men hier niet te doen heeft met een stellige mededeeling. Onwaarschyniyk klinkt het bericht echter niet; integendeel, het komt geheel overeen mtt al wat vro ger reeds gebleken is omtrent de waarde van die zoogenaamde bekentenissen. BUITENLAND. Frankrijk. De tegenspraak van berichten over de be weging van het Fransche Middellanüsche-Zee- eakader in een vorenstaand telegram, doelt op mededeelingen, dat bot eskader voor Toulon onder stoom zou liggen en vice-arimiraal Fournier, de bevelhebber over het eskacer, naar Pargs zou zyn ontboden. Naar uit Romo aan de „Times" wordt geseind, heeft Frankryk aan Italië de stellige verzekering gegeven, dat aan de grens van Tunis en Tripolis goen buitengewone troepen beweging heeft plaats gebaJ of z«.l plaat9 hebben. Enkele grensposten zgn versterkt, een gewone voorzorgsmaatregel in den oogsttyd tegen strooptochten der Bedouienen. Duitschland. De Oostenrijkers van Slavische afkomst, die te Breslau wonen, hebben van de politie bevel gekregen Pruisen binnen veertien dagen te verlaten. Da redenen van dit besluit zijn, in de kennisgeving niet vermeld. Groot-Britannië. Aan het feestmaal in Guildhall te Londen (ter gelegenheid van den Lord-Mayors-Dag^ beantwoordde de Nederlandsche gezant, baroni Van Goltstein, gisteren den tooat op het corps diplomatique.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 2