IN». 11871 Zaterdag 5 November. A0. 1898 feze §ourant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 4 November. Feuilleton. Arm en rijk verbonden. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COüttANTj Voor Leiden por 8 maanden. 0 f 1.10. anco per post1.40. 'zonderlyke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootera letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. Ofïiciëolo Kennlsgeylngen. KENNISGEVING. Bi;WIt,li<3eks voort de nationale militie. I BargemeeBter en Wethouders van Leiden, Gezien *rt. 9 tan hot Koninklijk bealuit van 17 December 1861 (Btaatsblad No. 127), zooals dat ednit laatstelijk bij Koninklyk bealuit van 26 Bep- tniber 1898 (Staatablad No. 214) gewijzigd ie; Brongeu by deze ter algemeene kennis, dat de UgetC'.eneB, die verlangen mochten ale r jj w i 1- t|igerö bij do Nationale Militie op te treden, zioh Wjarioo vóór den leton December aauataando ter Ifloiüeeote-Btcrotarie benooren aan te geven. I De bepalingen der wet van 19 Anguelns 1861 [filaaiBblad No. 72), betrekkelijk do Nationale Militie, jijilulijk gonijoigd bij de wet van 4 April 1892 WiBBtablad No. 66), zijn ten aanzien van do vrij willigers do volgende: .Art. 11 Om vrijwilliger bij de militie to zijn, Lo«i men ongehuwd of kinderloos weduwnaar on gijgezeten wezen, voorts lichamelijk voor don diODflt JgMchikt, ten minste 1.56 meter lang, op den leton IjiDoari van hot jaar der toelatiüg als vrijwilliger bet 19de jaar ingetreden zijn en bet 35ato jaar niet ro'.braebt hebbeD, tot op het tijdstip der toelating is zijne vorplichtingon ten aanzien van de militie, jover die te vervuLen waren, voldaan en een gced ïdelijk gedrag bobben geleid. f Het bezit van die voreischten, met uitzondering [wn do lichamelijke geecbiktheid en van de gevorderdo lengte, wordt bewezen door een getnigechrift vau geu burgemoeetor der woonplaats. Art. 12. Hij, die voor de militie is ingeecbreven, (wordt elechta als vrijwilliger toegelaten voor de gemeente, in welke bij ingeschrefen is, tenzij hij J30D6 verplichtingen ten aanzien van de militie meer o vervullen hebbe. Art. 13. Hy, die by de zeemacht, by bet leger febier to lande, of by bet krijgsvolk in 'sRyke ovor- Met«cho bezittingen heeft gediend, wordt Diet als jüijwilliger by de militio toegelaten, tenzij hij bij pot verlaten van den dienst, behalve eou bewijs ontslag, van don bevelhebber, onder wien bij Siatstelijk heeft gediend, ecu getuigschrift hebbe [■ontvangen, inhoudende, dat bij zich gedurende zijQ lieoettyd goed heeft gedragen. Hij kaD, heeft hij dit ontvangen, totdat zijn veer- fegstb Jaar volbracht is, als vrijwilliger bij de militie porden toegelaten.*' Wijders wórdt ter kennia van belanghebbenden [gebracht, dat tot hot opmaken van het getuigschrift, Jbc-doeld bij bovengenoemd ait. 11 der Wet, d gelyks, uitgezonderd de Zondag, van des voormiddags tien tót des namiddigs drie nreD, ter Secretarie dezer ftmeonte (Afd. Nationale Militie en Schutterij, kamer No. 9) de gelegenheid bestaat. Burgomeester on Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. T Nov. 1898. VAN 13EYST, Secretaris. j Do beer H. C. Briüt, theol. candidaat alhier, ia door het Provinciaal Kerkbestuur van iuid-Holland toegelaten tot de Evangelie- lediening in de Ned.-Herv. Kerk. - Morgenmiddag te twee uren zal de foéeaigiog plaats hebbon van den nieuw be- oemden reserve tweede-luitenant J. W. Van Ier Valk, voorheen vaandrig by de 2de com- iagoie 2de bataljon 4de regt. infanterie. Deze plechtigheid heeft plaats op de tinnen- plaats der Morschpoort kazerne. Genoemde reserve-tweede-luitenant wordt ingedeeld bij de 4de compagnie van gemeld onderdeel. Gelijk gemeld, heeft gisternamiddag op plechtige wijze de opening plaats gehad van het Pharmaceutisch Laboratorium alhier, waarbij prof. or. P. H. Wijsman een rede hield. Aan het slot daarvan bracht de spreker zya dank aan den beer Van Lokhorst, den ryksbouw- kundige voor de gebouwen van onderwijs, en aan de heeren P. M. J. Van Ooerle en Kraan, de opzichters, met de uitvoering van den bouw belast, voor de uitnemende wijze, waarop zy zich van hun taak hebben ge kweten. De by de Kweekschool voor Zeevaart alhier gedetacheerde matroos der 1ste klasse L. De Jong wordt den 5den November over geplaatst op Hr. Ms. pmtserschip „Piet Hein" te Willemsoord; dientengevolge worot zyn detacheering by genoemde Kweekschool met genoemden datum ingetrokken. Ds. L. Ten Bosch, vroeger Ned.-Herv. predikant te Oegstgeest, thans te Gouda, herdacht zyn 25-jarige ambtsbediening. De jubilaris ontving tal van blyken van belang stelling, zoowel van zyn ambtsbroeders als van gemeentenaren. Namens leden zijner Gemeente werd hem een fraai bureau-ministre met daarbij passenden stoel, styl „Louis XV", benevens een menigte bloemen, ten geschenke aangoboden. By koninkiyk besluit is benoemd tot notaris te Bodegraven de heer W. A. De Favauge, candidaat-notaris te Harmeien. Nod.-Herv. Kerk. Bedankt is voor het beroep naar Valkenburg, by Leiden, door ds. P. C. Van Oosterzee, te Gent. Ds. H. Buurman, Gereformeerd predi kant te Mbliskerke, vroeger woonachtig te Leiden, heeft het beroep naar de Gerefor meerde Kerk te Amstelveen aangenomen. De ministers van binnenlandsche zaken en van waterstaat, handel en nijverheid be gaven zich heden naar Het Loo. Voor den Hoogen Raad werden heden boëedigd als advocaat mr. A. F. M. Steen- berghe, te Voorburg; en als advocaat en procureur mr. J. Jorlssen, te Leiden. Aan het „Vad." wordt medegedeeld, dat het Gemeente-Museum te 's Gravenhage, waar schijnlijk den terugslag ondervindend van de Rembrandt tentoonstelliog, nooit zooveel bui toni andsche, vooral Franscho, bezoekers ge had heeft als in den laatsten tyd. Meer.ndecls zUn het kenners of althans wèlingeliohten, want telkens wordt het eerst gevraagd naar het viertal Ravestyns, die meesterlyke schutters- en magistraatsstukken, die do kern van het Gemeente-Museum uit maken. Hoewel niet het beste der vier, trekt toch het meeste, om zyn frischheid, de aandacht het 8cbildery van 1616, waarop ook onder de afgebeelde personen het portret van den schilder voorkomt, en dat ten vorigen jare door bekwame handen werd gerestaureerd. De minister van oorlog, gezien het Kon. besluit, houdende benoeming, voor do lichting van 1899, van militaire leden van de militie raden in de onderscheidene provinciën, en van hun plaatsvervangers, brengt ter algemeene kennis, dat tot vermelde functiön zyn be noemd de hoofd- en verdere officierenin Zuid Holland: lste militiedistrict 's-Graven- hage, tot lid majoor Framke, prov. adj. in Zuid-Holland, te 's-Gravenbage; tot plaatsv. luit.-kol. Van de Wall, van hot reg. gren. en jagers, te 's-Gravenhage; 2de militiedistrict Rotterdam, tot lid. luit.-kol. Buys, van het reg. gren. en jagers, te 's-Gravenhage; tot plaatsv. luit.-kol. jhr. Bloys van Treslong, van het reg. gren. en jagers, te 's-Gravenhage; 3de militiedistrict Leiden, tot lid majoor Koole mans Beynen, van het 4de reg. inf., te Leiden; tot plaatsv. majoor Vaillant, van het 4de reg. inf., te Leiden; 4de militiedistrict Dordrecht, tot lid majoor Engelbard, van het corps pon tonniers, te Dordrecht; tot plaatsv. kapitein baron Van Wassenaer van St.-Pancras, van het corps pontonniers, te Dordrecht. Het „Haagscho Dagblad" schryft: In wélingelichte kringen wordt verzekerd, en het doet ons leel aan de juistheid niet te kunnen twyfelen, dat de Commissie van Onderzoek uit de Provinciale Staten over het voorstel van Gedeputeerde Staten van dit gewest omtrent toekenning van een subsidie van driehonderd duizend gulden voor een visschers- haven te Scheveningen een ongunstig advies, althans wat haar meerderheid betreft, zal uitbrengen. Het rapport is wel is waar, zoo werd ons verzokerd, nog Diet vastgesteld, maar ondanks de warme verdediging in den boezem der Commissie van het voorstel door de heeren Evers en De Mos, is het helaas te voorzien, dat de meerderheid, gesterkt vooral door de critiek over de technische zyde van 't haven- ontwerp, een ongunstig oordeel over de doel treffendheid van een haven op zulk een kleine schaal zal uitspreken. Voor bet oogenblik zouden van de negen leden der Commissie vyf tegen en vier voor do goedkeuring van het subsi die-voorstel zijn. Er zitten ook Ylaardingers in do Commissie. Van een andere zyde verzekert men ons, dat het technisch lid der Commissie, de heer Conrad, een amendement zal voorstellen, dat den havendiepgang van het eventueel door de Staten toe te kennen subsidie losmaakt. Verscheidenen der onlangs bevorderde opper-, hoofd- en andere officieren by het wapen der artillerie warcn gisteren op audiëntie by den minister van Oorlog. Op Maandag 28 Novemberzal in hetgebouw „Irene", te Utrecht, de jaarlyksche algemeene vergadering worden gehouden van den Christ.- Historischen Kiezersbond. De heer H. F. Johnston, ingevolge Koninkiyke machtiging benoemd tot vice-con sul te Wellington (Nleuw-Zeeland), Is in die hoedanigheid door het Gouvernement dier ko lonie erkend. Men meldt uit Amsterdam aan de „N. R. C.": Ter repetitie Woensdag in het Concertgebouw, moet Hans Richter hebben gevraagd: waarom men hem eigeniyk naar Amsterdam geroepen heeft, vóór een orkest, dat in zyn samen stelling en kunstpraestatie, een zóó over tuigend bewys gaf van de booge muzikale eischen, die het publiek hier in gewone om standigheden bevredigd zietl Het antwoord is, dat wy het een eer achten, den man in ons midden te zien, aan wien wy het, naast Richard Wagner, voornamelijk hebben te danken, d£t wy zulk een voortreffeiyk orkest, onder een zóó voortreffelijke leiding bezitten l Hot is Wagner geweest, die de kunst van dirigeeren de verjongingskuur beeft doen ondergaan, waarvan wy, nu reeds zoovele jaren, eerst onder Kes, thans onder Mengel berg, de vruchten plukken. Welken indruk zyn optreden gisteravond heeft gemaakt? Het kenschetste in alles den grooten, eenvoudigen kunstenaar. Fyngevoeld was de hulde, die by bracht aan het orkest: by het allegro der Sympbonie Pathétique legde hy den dirigeerstok op den lessenaar en liet het orkest van de eerste tot de laatste noot aan zijn lot over. Kalm stond Richter, zonder een handbeweging, slechts nu en dan de oogen richtende naar deze of gene groep, de uit voering aan te hoor en. Het was eenbljk van vertrouwen in de rbythmische vastheid, in de tot natuur geworden muzikale voordracht van ons keurcorps, geiyk wel stellig nooit nog een dirigent aan een hem zoo goed als volkomen vreemd orkest heeft durven geven. De indruk, dien deze hulde op het publiek maakte, uitte zich aan het einde in een lang aanhoudend handgeklap, waaraan Richter, naar h6t orkest gekeerd, dapper meedeed. Ten leste moest hy zich wel naar het publiek wenden, ma:<r hy bracht toen met een gebaar de hulde over op het orkest en op Mengel berg, die onder het publiek gezeten was. Door de arrondissementsrechtbank te Rotterdam is, ter vervulling van een vacature van rechter in dat collego, opgemaakt do navolgende alpkabetische lyst van aanbeveling: mr J. H. Van Bel, kantonrechter te Ridder kerk; mr. G. T. J. De Jongb, substituut- griffier by de arrondissementsrechtbank te Winschoten, en mr. C. Van der Zwo?p, rechter in de arrondissementsrechtbank te Alkmaar. De rector-magnificus der universiteit te Amsterdam heeft tot dusver voor de eerste maal ingeschreven 182 studenten, t. w. by de faculteit der godgeleerdheid 31, rechtsgeleerd heid 25, geneeskunde 73, wis-en natuurkunde 38, letteren en wysoegeerte 15. De heer H. A. Jonkman, rustend pred. b|j de Cbr. Ger. Kerk, is te Oud-Beierland overleden. De heer Jonkman was in 1850 candilaat geworden en werd in datzelfde jaar te Wes- terbork (Drente) als predikant beroepen. Daarna was hy werkzaam in de gemeenten Woubrugge, Herwynen, Giesendam, Zieriksee, KruiningeD, Oud-Beierlend, Hellevoetsluis en Noordeloos. Sedert 1896 was hy rustend predikant. Hy was een der weinige predikanten, die in 1892 niet medegingen in de combinatie der Ned. Geref. Kerken (Doleerende) met de Cbr. Geref. Gemeenten. Naar wy vernemen, is in de meeste provinciale kerkbesturen de meerderheid tegen de invoering van het Synodaal reglement op het beheer. (N. R. C.) Te Eindhoven zyn voor de verkiezing van een lid der Tweede Kamer candidaat gesteld de heeren mr. D. H. Van den Acker en V. Van den Heuvel. Het stoomschip „Raiser," van Hamburg en Amsterdam naar Oost-Afrika, arriveerde 2 Nov. te Oporto; de „Spaarndam" arriveerde 3 Nov. van Nieuw-York te Rotterdam; de „Bromo," van Rotterdam naar Batavia, vertrok 3 Nov. van Marseille; de „Laertes" arriveerde 2 Nov. van Amsterdam en Liverpool te Singa pore en vertrok 3 Nov. van daarnaar Batavia; de .Statendam" vertrok 3 Nov. van Rotterdam naar Nieuw-York. Leiderdorp. Door den Commissaris der Koningin is de benoeming van een tweeden veldwachter in deze gemeente, op een salaris van f 350, benevens f 50 kleedinggeld, goed gekeurd. Deze veldwachter is tevens met den nachtdienst belast. De verwondingen van het 6-jarig meisje, dochtertje van G. L., alhier, dat Maandag onder een met grind beladen wagen heeft gelegen, laten zich ernstiger aanzien dan in den aanvang werd vermoed. Men vreest zelfs voor een kneuzing van den arm. Voorts zy nog gemeld, dat het meisje niet gevallen, maar door een balddadigen jongen er onder geduwd i3. De bestuurder van den wagen, K. M., deed nog alle moeite uit te wyken, wat echter slechts ten deele gelukte; anders ware het ongeluk veel grooter geweest. Nieuwvcen. Tegen het vallen van den avond liepen twee kinderen van den arbeider V. naby een paar hooischelften. Dj oudste, een 6 jarig knaapje, gaf een staaltje van zyn vlugheid in het brandstichten met lucifers te zien. Voordat men het zag, had de kleine een der bedo.lde hooischelften van G. Hege man in brand gestoken. Gelukkig werd de vlam bytyds door den broodbakker B., van Ter-Aar, opgemerkt en kon men het vuur nog met eenige emmers water doen blusscben. De jeugdige booswicht had het intusschen met zyn broertje op een loopen gezet, doch werd achtervolgd en van zyn gevaarlyk speelgoed ontdaan. Onder bard gescbrri heeft de kleine beloofd bet nooit weer te zullen doen. Roelof-Arondsveen. Door bet Rijkstéle- graafk^ntoor alhier werden gedurende de maand October behandeld 444 telegrammen, bieronder begrepen 249 (sic), afkomstig van of bestemd voor Oude-Wetering, een cijfer, dat voor dit plaatsje van ongeveer 800 zielen zeer beduidend moet heeten. By eene op 2 November jl gehouden openbare verkuoping werd voor een akker, ter grootte van nagenoeg 62 aren (droog land), betaald de som van byna f 4350, dat is tegen ruim f 10 de Rynl. roede. Vit de „StuatscourauL* Koninkl. besluiten. Benoemd: Tot burge meester van Koog-aan-de-Saan O. E. Cleveringa, secretaris dier gemeente; voor het tijdvak van 16 November 1893 tot en mot 15 November 1899, benoemd tot bookhoudster aan bet Kijkskiank- zinnigengesticht te Grave, mejuffrouw A. C. Van de Pol, te Schoorl. Eervol ontslag verleendUit 's Rijks dienst met ingang van 1 Januari 1899, aan deu commies der telographie van de lste klasse J. Mars, op zijn verzoek. Mr. E. H. J. M. Van Zinnicq Bergmann op ver zoek eervol ontslagen als rechter-plaatsvervanger in de rechtbank ie 's-Hertogenbosch, onder dank betuiging voor bewezen diensten. Benoemd tot notaris te Alkmaar, P. J. C. Van Toomenburgh, cand.-not te Haarlem, en C. G. Steen, cand.-not te Wijk-by-Buuratedo. Benoemd tot rechter in de rechtbank te Breda mr. R. P. Cleveringa Az., rechter te Almeloo; to Amsterdam, mr. S. Sleeswijk, griffier der recht bank te Arnhem. 10) Nauwelijks was dan ook do deur achter haar grootvader en den geneesheer gesloten, of zij eprong van bet bed en ijlde op het balkon io do vrije lucht. Van hier uit leidde eeu trap naar den tuin. Een enkel oogen blik stond zij naar adem hijgend stil, snolde daarna de trappen at en verder de poort uit, die naar buiten voerde. Weer stond zy een «ogenblik angstig luisterend stil. Nec-n, nie mand had haar gezien; er kwam niemand om haar terug te halen. Haastig zette zij haar wandeling voort, eerst tusscheo de hooge muren der oranjetuinen en dan verder het eteile pad op, dat naar de rots van Tiberius leidde. Waarom ging z(j juist dien kant uit? Waarschijnlijk deed zij het zonder zich daar van rekenschap te gevenof zweefde haar de akelige sago voor den geest, dat de wreede keizer van die hoogte de slachtoffers van z(jn (iaat in de zee stortte? Zy was immers ook een slachtoffer, een arm, onschuldig slacht offer? Waardoor? Van wien? Ja, kon zy denken, als er in haar hersenen zoo gehamerd werdi Het scheen Cordelia voortdurend toe, dat ZU iemand duidelyk en zeer beslist hoorde zeggen: „Nu is er geen twijfel en geen uitweg meer; het kind, dat door Karin Tehi verge- ton en aan de golven overgelaten werd, dit kind leeft evengoed als het kind, dat Karin Tehi redde. Er is een Cordelia Van Eeken, een klein dochter van den echten ouden stam, en gy zyt het niet, gy niet!" En deze stem joeg haar steeds voort en toen zy uitgeput stilhield, verrees Graaf Dun's gestalte voor haar geest. Maar niet met liefde en bewondering zag hy haar aanintegendeel, vol vrees en verachting. O, had de bedrieg ster hem niet byna er toe gebracht, haar de trotsche, edele gravenkroon op het hoofd te zetten? Maar neen, neen, dat kon hy niet zeggen. Zy zou haar lieven ouden grootvader, Baron Van Eeken, misschien altyd misleid, zy zou Hendrik Van Eeken misschien nooit de waar heid bekeud hebben, maar Graaf Emmanuel's liefde zou 2y altyd afgewezen hebben. Zy bad immers altyd daartegen gestreden, tot zelfs in dit uur! Eindelyk had zy do rots van Tiberius be reikt. Een val van bier Id de diepte moest vreoseiyk zyn, maar was haar val niet veel vreeselyker, een val van de ryke, lachende hoogte der weelde in de diepte der armoede en geringheid? Cordelia huiverde. Haar blik waB als die van een waanzinnige, die onbestemd in de verte ronddwaalt. Hoe schoon was alles in de verteDe zee lag daar in al haar heeriyk- heid; prachtig schitterden de zonnestralen op de golven, en als zwanen gleden de schepen met de witte zeilen er over heen, terwyl men aan den horizon Napels en den Vesuvius zag en daarnaast het lachende Sorrente. Eindelyk boeide deze wonderbare schoonheid Cordelia's oog en hart. Een rilling voer haar door de leden en groote tranen ontstroomden aan haar oogen. Zy lag op do knieoo en strekte de armen uit; een smartelyk gekerm kwam over haar lippen. Arm kind, zal God u geen ongel van troost zenden? Is Hy niet de trouwe herder, Die het ver doolde schaap wil terugbrengen? Zie! daar is reeds Zyn bode, bereid om te troosten en te genezen. Het is eea zoon van den serafijnschen Hei lige, een arme Franciscaan, oud geworden in den dienst van God, arm, nederig en oot moedig, niet omdat God hem in armoede en geringheid liet geboren worden, maar omdat hy ter liefde van zyn Heiland de armoede tot zyn bruid had verkozen. Hy neigde zich liefderyk tot het arme, wanhopige menschen- kind. „Wees getroost, myn dochter, God zal u helpen 1" sprak hy. Dit eenvoudige woord moest Cordelia hooren en zy moest hot gelooven. Een zucht van verlichting slaakte zy en smeekond hingen haar blikken aan het eerbiedwaardige gelaat van den grusaard. Zy kende don pater; het was dezelfde, by wien Graziella onlangs go- biecht had en tot wien zy reeds gegaan wara om haar hart uit te storten, als de hoogmoed haar niet teruggehouden had. Nu was die hoogmoed gebroken; zy gevoelde Diets anders aan ellende. Zy greep het gewaad van den pater, drukte er oen kus op en zeide oot moedig „Mpn vader, hoor my aan!" Wie ooit op de rots van Tiberius is geweest, kent ook de kleine kapel en kluis op het schoonste punt. Pater Gerhard kwam om den ouden kluizenaar te bezoeken, die sedert eenige dagen ziek was, en zeker had Gods engel hem op dit uur hierheen geleid om een arm, verdwaald schaapje te vinden. Cor delia stortte haar droevig hart geheol uit voor den vromen priester. O, wolk oen troost en welk een kracht lag er in de woorden des priesters! Cordelia zat nu op de rots dicht by het kapelletje; zy zat daar ais een zieke, die men voor de eerste maal weer in den zonne schijn bracht, opdat zg door de frissche lucht verkwikt zou worden. Zy was nog afgemat, maar gevoelde, dat zy uit den dood tot het leven gekomen was, want zy bad haar wil in de hand des Allerhoogaten gelogd en was tot elk offer bereid. En vreemd, daardoor was reeds het bitterste uit haar kelk weg genomen. Ja, hot was haast met een gevoel van kal- men vrede, waarmode Cordelia zoowel aan het verledens als aan de toekomst dacht. Zy kon zich het geluk van Hendrik Van Eeken en Graziella vooratellen zonder jaloerscbo gedachten; zy bewonderde zelfs de wonder bare beschikking dor Voorzienigheid, Die alle hlndLrps! v ifj'i's grlrkh°dnitden wog geruimd, zonder dat het jonge meisje haar eed ontrouw behoefde te worden. Zy kon zich voorstelleD, dat haar grootvader zy had ook nu nog geen anderen naam voor hem zich langzamerhand tot bet nieuwe leven zou voelen aangetrokken, dat den ouden stam opnieuw zou doen bloeien zy kon ook gelooven, dat hy, ondanks zyn hoogmoed, diegene in haar geringheid zou blyven lief hebben, die zoo lang zyn trots en zyn vreugd' geweest was. Hu had immers, ofschoon grooten- deols onbewust, in z0n gewaande kleindochter de Graziella zyner eerste liefde, het visschers- meisje van Caprl, bemind. Maar éón ding kon zy zich niet vooretellen zonder hevige, sner pende smart, en dat was, dat Graaf Duri" liefde zich van haar zou af keereD, dat zy van hom gescheiden zou zyn. Wèl begreep zy nu; dat hy haar met trotsche voraebting zou aanzieD, - zooais zy in haar vertwyfoliog gemeend had maar in plaats daarvan mot smartelyk medeiyden op zyn edel gelaat. Maar juist dit medeiyden hinderde haar Doch pater Gerhard had geiyk: zy moest ook deze gevoelens overwinnen door haar ootmoedig verlangen om in alles Gods wil te volbrengen. En evenzeer was het waar, dat hierin de ware vrede lag. Immers, een gedeelte van dien vrede waa reeds in haar arm, gepynigd hart neergedaald. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 1