MENGELWERK.
Burgerlijke Stand. i
9
Inzenders van Advertentiën
Gemeenteraad vaa Bodegraven.
Vergadering van Vrijdag.
Voorzitter de Burgemeester. Afwezig met
<ienni8geving de heeren Okkerse en Van der
Gieson.
Opening der vergadering. Lezing en goed
keuring der notulen van de vorige ver
gadering.
De Voorzitter deelt mede dat op 6 Sept. jl.
namens den Raad aan H. M. de Koningin
eon telegrapbiscbe gelukwensch is gezonden,
waarop ten antwoord was ontvangen:
Burgemeester. Bodegraven. Hare Majesteit
draagt my op U Hoogstderzelver dank over
te brengen. Adjudant van dienst
Van den Bosch.
Ingekomen stukken
lo. Proces-verbaal van opneming dor boeken
On kas van den ontvanger, gehouden 23 Sept.
jl., waaruit blijkt dat da ontvangsten tot nu
bedragen 14,197.64 en de uitg. f 12,573 06,
zoodat in kas biyft f 1624.58.
2o. Missive van Gedep. Staten dezer pro
vincie, begeleidende het besluit tot vaststelling
van de gemeenterekening over 1897, zonder
oenige aanmerking op het bedrag zooala dat
door dor. Raad voorloopig is vastgesteld.
3o. Missive van Gedep. Staten, houdende
terugzonding van het goedgekeurde Raads
besluit model Q, tot verhooging van do be
grooting dienst 1898.
4o. Missive van den Heer Commissaris der
Koningin, houdende kennisgeving van de
borbenooming tot lid van het College van
Zettors van de heeren D. Turkenburg en
P. Boer.
Deze stukken worden voor kennisgeving
aangenomen.
5o. Adro3 van hst bestuur van de afd.
Alfon aan den Rijn van het Nederlandsch
Onderwijzersgenootschap, verzoekende regeling
van de j .arwedden der onderwijzers, zoodanig,
dat een vast minioium-salaris benevens een
zeker aastal veihoogingen na een zéker aantal
dienstjaren worde bepaald. Uit de memorie
van toelichting, welke wordt voorgelezen, even
als de adhaesie-betuiging van de afd. Alfon
en Omstreken van den Bond van Nederland-
sche On>lorwijzers, blijkt o. a., dat adressanten
een minimum jaarwedde van f 550 zouden
wenschen met zoodanige verhoogingen, dat na
bijv. 12 jaron een maximum van 1100 be
reikt worde (of dit maximum slaat op onder
wijzers met dan wel zonder hoofdakte, blijkt
niot). De Voorzitter deelt mode, dat de jaar
wedden thans aldus zijn geregeld: een hoofd
ƒ1400 plus f 150 vergoeding huishuur, een
hoofd ƒ1100 en vrije woning, een hoofd ƒ950
en vrije woning, twee onderwijzers met hoofd
akte 700, 2 onderwijzers en 1 onderwijzeres
f 600 en een onderwijzeres 575, verhooging
van jaarwedde komt hier wsl voor als 't billijk
blijkt te zijn ook is wol eens verhooging
geweigerd; tot eeno verhooging tot ƒ1100
zooals adressanten bedoelen, zal de Raad wel
nooit kunnen overgaan, daar dit de draag
kracht van do gemeente te boven zoude gaan
trouwens, te Oudshoorn, waar dan een door
adressanten gewonschte regeling bestaat, is
het maximum mot hoofdakte op slechts 750
bepaald.
Nadat de heer Rollman betoogd heeft, dat,
wil men de salarissen verhoogeD, eerst de
schoolgelden verhoogd moeten worden, daar
de tegenwoordige regeling onbillijk i3 voor
hen, die hunne kinderen op do bijzondere school
laten gaan, besluit de Raad aan adressanten
te kennen te geven, dat de Raad vooralsnog
niot genegon is om zich tot oen vaste rogeling
to verbir.deD, doch dat, wanneer zich omstan
digheden voordoeD, die tusschentijdsche ver
hooging van salaris gewenscht of noodzakelijk
maken, de Raad geen bezwaar zal maken tot
verhooging over te gaan.
Aan de orde is do behandeling van do be
grooting van het 5de bataljon rustende schut
terij voor 1899. Deze luidt in ontvangst en
uitgaaf op 273.50. Aan don hoer Brunt, die
vraagt t'ot welk bedrag deze gemeonte hierin
moét bijdragen, antwoordt de Voorzitter, dat
dit 23 bedraagt. Zonder discussie wordt
de begrooting voorloopig vastgesteld.
Wordt vastgesteld oen besluit model C. tot
toevoeging aan de begrooting in ontvangst
on uitgaaf van een bedrag ad 2500, in ver-
baad mot de aflossing van de leening van den
heer De Liefde.
Wordt overgegaan tot vaststelling van
het suppletoir kohier van den hoofdelijken
omslag met een bedrag van ƒ29.16, verdeeld
over 8 contribuabelen. Eveneens wordt vast
gesteld het suppletoir kohier van de honden
belasting met 3.50.
Alsnu komt aan de orde de gemeentebe-
grooting dienst 1899. De commissie tot nazien,
bestaande uit de boeren Van Dam, Okkerse
en Turkenburg, brengt rapport uit en ver
klaart geen bedenkingen tegen de begrooting
te hebben. Echter vraagt z(j: lo. Is het niet
mogelijk de prijzen der geneesmiddelen aan
de armen der gemeente volgens een ander
tarief te berekenen? 2o. Is de subsidie ad
f 100, uitgetrokken voor de afdeeling der
Holl. My. van Landbouw, thans nog wel
noodig? 3o. Is de toelage ad 100 aan den
alhier gevestigden veearts blijvend? Deze
vragen worden nader toegelicht door den
heer Turkenburg.
Nadat het blijkt, dat men geen algemeone
beschouwingen wenscht te houden, worden
de verschillende posten van uitgaaf en ontvang
voorgelezen. Bg de bovengenoemde vragen
stilstaande gaat de Voorzitter na hoe de rege
ling van de leverantie der geneesmiddelen
vroeger was en nu is, deelt mede dat het
aantal recepten van 1 Januari tot 26 October
225 minder bedraagt dan in 1897 over het
zelfde tijdvak, zegt dat het zoogenaamde armen-
tarief van v. Ledden Hulsebos het goedkoopste
is voor zoover hem bekend, doch verklaart
zich bereid deze zaak wederom bij B. en Ws.
ter tafel te brengen. Wat betreft de subsidie
aan de landbouwafdeeling, deze is op 't oogen-
blik niet beslist noodig, maar zeer gewenscht
mot het oog op latere groote uitgaven; ook
gaat de meening als zoude de afdeeling, nu de
stierenkeuring vs overgegaan op de provincie,
minder uitgaven hebben, niet geheel op, daar
juist deze keuring meer uitgaven van anderen
aard dan vroeger aan de afdeeling oplegt. Naar
aanleiding van do 3de vraag zegt de Voorzitter,
dat de veearts bij zyn vestiging in 1890 een
toelage van 300 heeft gevraagd, doch dat
100 per jaar was toegestaan tot wederop
zegging toe; dat het nu eonigszins stuitend
zoude z\jn om plotseling deze toelage op te
heffen, doch dat B. en Ws. bij een volgende
begrooting kunnen letton op hetgeen nu be
sproken is.
Nadat alle punten zijn behandeld en goed
gekeurd, verklaart de heer Rollmann iet voor
de begrooting te kunnen stemmen, daar veel
te weinig schoolgeld op de openbare lagere
scholen geheven wordt en do uitgaven voor
het onderwijs veel te hoog zijn naar verhou
ding. Da Voorzittar doet den heer Rollman
opmerken, dat de post schoolgelden geraamd
is naar aanleiding van de bestaande verorde
ning op hot heffen van schoolgeld; dat al
hadden B. en Ws. dezen post hooger ge
raamd, er toch niet meer ontvangen zoude
worden; dat, wil de heer Rollman wijziging,
hij deze dan moet vinden in de verordening,
doch dat ten dezen nog onlangs gebleken was,
dat de Raad niet genegen was tot verhooging
van schoolgelddat ten slotte do heer Rollman
zeer goed vóór de begrooting kon stemmen.
Ds heer Rollman blijft echter bij zijn gevoelen
van niet voor deze begrooting te kunnen stem
men. Aldus wordt de begrooting aangenomen
met 1 stem tegen.
Door den Voorzitter wordt een krediet aan
gevraagd, om daaruit te kunnen voldoen de
ko3ten van omlijsting der door do Regeering
geschonken portretten van H. M. de Koningin,
hetwelk wordt toegestaan.
Op een vraag van den heer Rollman, dat
als punt van behandeling in de vorige ver
gadering met op het convocatiebiljet zoude
hebben gestaan de aanwijzing van de plaats,
waar het hek en de kroningsboom zouden
komen, zegt de Voorzitter, dat dit voorstel
waarschijnlijk onder de ingekomen stukken
thuis behoorde, en vindt hierin aanleiding om
de Raadsleden aan te sporen veolvuldiger inzage
te komen nemen van ingekomen stukken dan
tot nu toe het geval is.
Ten slotte vraagt do heer Van Dam op
welken termijn de oplevering van do straat
dp 't land van Costerus moet plaats hebben,
waarop de Voorzitter antwoordt, dat deze ter-
mijQ op 1 November bepaald is en dat de
straat geheel gereed, doch nog niet voor over
name vatbaar is, daar de richting vóór de
stoep van het nieuwgebouwde huis van v. d.
Breggen niet voldoet aan de gestelds eischen.
Niemand moer het woord wenschendo, wordt
de vergadoring gesloten.
Yijf en twintig jaar getrouwd.
Hst onaanzienlijke huisje in do voorstad
was verwisseld tegen een prachtige woning
aan de breede, vroolijko Esplanade. De be
scheiden meubeltjes waren in de nieuwe
woning, met haar mooie spiegelruiten, ook
nog wel te vinden, maar ze stonden boven,
op de kamer van ds jongens of op do logeer
kamer. Beneden in het salon was alles nieu-
werwetsch en élégant, blinkend noten- en
donker eikenhout, en een mollig tapijt op den
vloer en groote spiegels aan do wanden. Het
zag er alles recht keurig en gezellig uit.
En dit was in een kwart-eeuw gebeurd. En
nu was het zilveren bruiloft.
Do knappe kassier, die zoo onberispelijk de
dwarsfluit blies, was directeur geworden, dik
en vet, en zeer beslist minder knap. Ook
blies by nooit meer do dwarsfluit. En het
kleino modistetje, dartel en slank als een
sylphide, mot haar blauwe, droomerige oogen,
haar lieve rozen op fluweelen wangen en haar
goudblonde lokjes over een lelieblank voor
hoofd het kleino modistetje was directeurs-
vrouw geworden en had thans een onderkin.
En haar wangen waren niet meer zoo fluwee-
lig en misschien wel wat al te rooden haar
voorhoofd was Diet meer zoo lelieblank; en
in de gouden lokken had zich een weinig
zilver gemengd; en wie thans ia dit huis
nog een sylphide wilde zieD, die moest de
trap op sluipen naar de kamer van de meisjes
en dan door een kiertje van de deur een blik
werpen op Ida, JenDy en Catharina. Dan had
by drie sylphiden voor éénel
En dit alles was in vyf en twintig jaar
gebeurd. En heden was het zilveren bruiloft.
Niet altoos was het zonneschyn en heldere
hemel geweest. Het salaris van den kassier
was klein, en Ida en Jenny en Catharina
waren verbazend snel na elkaar komen opda-
geD, slechts afgewisseld door het verscbynen
van Carl, Adolf en Franz. Er waren wel dagen
geweest, dat Schraalhans voor keukenmeester
speelde in 's kassiers woning en dat een lelie
blank voorhoofd in zorglijke rimpels getrokken
werd, terwyi een poezele hand een optelsom
uitwerkte op een bladzyde van het huishoud
boek. En hoezeer men elkander ook liefhad,
toch was het vrouwtje niet zoo geheel en al de
engel, voor wie men baar zou hebben willen
verslyten; en evenmin was de kassier zoo
geheel en al de philosoof, voor wien men
hem raoost aanzieD, wanneer hy daar zoo
ernstig en hoog verheven op zyn kantoorkruk
zat. Bijgevolg kwam het ook wel eens tot
een onweersbuitje, zoolang de gemoederen nog
niet den tyd hadden gehad om zich geheel
met elkander te versmelten; en het moeteen
feit zUd, dat de kassier zyn overjas zóó driftig
van den kapstok rukte, dat het lusje er van
scheurde en dat zyn vrouwtje met zilte tranen
zekere kleine kleedingstukken besproeide,
die zy zat te naaien.
Maar hy was een flinke vent, die kassier,
een knappe man van zaken.
Elk nieuw stemmetje in de kinderkamer,
elk nieuw rozenmondje, dat papa toelachte,
scheen hem nieuwe voortreffeiyke denkbeelden
en invallen toe te fluisteren, en zoo kwamen
allengskens de goede dagen. En in dozelfde
mate, waarin mamaatjes schoon aftakelde,
groeiden aan haar schouders die onzichtbare
vleugelen, waarmede zy vrede en vreugde in
het huis deed nederdalen, en zy werd innorlyk
al meer en meer de engel, die zy in haar
jeugd uiteriyk had geschenen. En hoe barscher
en strenger papa werd op zyn kantoor, des
te zachter en goediger werd hy thuis onder
de hartenmassage van kleine, zoete handjes.
En toen, nadat men een geheele maand te
zamen gebeefd had voor kleine Jenny's leven
en te zamen geweend had over kleinen Adolfs
wit doodkistje, toen eerst werd men in werke
lijkheid datgene, wat het huweiyksformulier
ietwat voorbarig op den trouwdag reeds be
weerd had, namelijk één hart en ééne ziel,
een snarenspel, welks tonen steeds samen-
stemden in reine harmonie.
En dit alles by elkaar was in vyf en twintig
jaar gebeurd. Eq heden, op dezen blyden,
mooien, zonDigen dag, heden was het zilveren
bruiloft.
Catharina werd het eerst wakker. Met een
snelle handbeweging schoof zy een golf van
bruin, glinsterend haar zich van het voor
hoofd, sprong op, monsterde do manden met
bloemen, die het meisje heel vroeg in den
morgen had binnengebracht, glimlachte en
riep: „Jenny!"
En toen ging het er op los. De prachtigste
ruikers en guirlandes werden daar boven in
de meiejeskamer gevlochten en gebonden. En
daarby werd in vrooiyke opgewondenheid
heel wat afgebabbeld en over en weer gevraagd
Wat vader er wel van zou zeggen; of moeder
een en ander goed gekozen zou vindenof
papa vandaag ook wat vriendelykor zou zyn
tegen den ingenieur, en of Ida al vroeg met
de kinderen zou komeD.
Want, om een zilveren bruid met eere te
zyn, is het bepaald noodig ook grootmoeder
te wezen. Do jonge, warme, levenslustige lente
moet met de herfstbloemen spelen op de
wangen der zilveren bruid.
Mamaatje was anders altoos het eerst in
de ontbytkamer, maar heden bad zy goed
gevonden zich maar eens te verslapen. Do
meisjes zouden immers by hetgeen zy nog te
doen hadden niet gaarne gestoord worden.
Papa had lang wakker gelegeD, maar natuur-
ïyk wilde ook hy niet in den weg loopen.
Eindeiyk verrezen dan toch de twee witte,
ronde gestalten opeens allebei te geltfk daar
in de breede alkoof.
„Linal" riep de eene.
„Andries!" antwoordde de andere.
„Vandaag is het, Linal"
„Ja, ja, vandaag is hot, Andries 1"
En nu boog zich de eene welgevulde ge
stalte over den rand van het bed heen tot do
andore, en sprak: „Dank, Lina, dank voor
alles!"
En de andere kleine witte gestalte ant
woordde: „God zegene je, Andries!"
Middelerwijl begon het er beneden in het
salon en in do huiskamer al prachtig uit te
zien. Bloemen en groen, waarheen men ook
keek, tot zelfs aan vaders en mo3ders koffie
koppon. En de geschenken! Een meerschuimen
pyp voor papa van den candidaat Franz; na-
tuurlyk voor een dag als deze met zilveren
beslag. E9n vruchtenmandje van Jenny en
Catharina voor mama; natuurlyk ook van
zilver, maar ongelukkig slechts van nieuw-
zilver, want méér had het speldengeld niet
vermocht. Eq toen kwam Ida met man en
kinderen en een groote doos, welke terstond
geopend en welker inhoud met een algemeen
„O, hoe prachtig 1" begroet werd. Het was
een haargarnituur van zilveren korenaren voor
mama. Het liet zich wel is waar niet loochenen,
dat de kleur van rype korenaren eigenlyk meer
met goud overeenkwam, maar aan den anderen
kant harmoDiéerde zoowel de feestelykheid
van dezen dag, alsook de kas van mynheer
den schoonzoon, zeer beslist beter met de
kleur van zilver.
De klok slaat tien. Met een plechtigheid,
als ware zy al haar leven opper-ceremonie-
meester geweest, opent de oude Johanna de
beide vleugels van de deuren naar binnen
rollen, door ontroering min of meer onvast
op de voeteD, twee ronde, welgedane gestal
ten nu niet in het wit, maar in het zwart
rechtstreeks in de armen van kinderen en
kleinkinderen. De vrouweiyke leden der familie
wisselen met elkaar ontelbare kussen en storten
tranen; de mannelyke drukken elkander met
stille bartoiykheid de hand; en te midden van
al deze drukte gaat Ida's kleine jongen op zyn
teenen staan en kraait zoo luid als hy maar
kan on dat wil nogal iets zeggen zyn
bebooriyk van buiten geleerd: „God zegene
Opa en Omal"
De beide menschen stralen van vreugde.
Hoeveel gelukkiger zyn zy heden dan vóór
vyf en twintig jaren I Welk een onuitspreke-
ïyko dankbaarheid moet hun harten vervullen
by den aanblik van die zoo welbezette tafelt
En toch spreidt er zich eensklaps een
schaduw over hun biyde gezichten en om hun
lippen speelt een trekje van zorg. Wat missen
zy? Wat ontbreekt hun nog?Daar sluipt
Catharina achter de stoelen der ouders, slaat
hun de armen om den bals, houdt hun een
brief met een Braziliaanschon postzegel voor
en fluistert„Carls bruiloftsgeschenk aan papa
en mama." En de schaduw verdwynt, de oogen
stralen opnieuw van blyde verrassing. Met
trillende 8tem leest papa den brief hardop
voor: woorden van liefde en berouw, yan,
hoop en deelneming, van beterschap en dank
baarheid.
Carl, moet men weten, was het verloren
zoontje van den huize geweest. Alle liefde
en zorg geleken aan hem verspild, en ten
slotte moest hy weg, ver weg, om een nieuw
leven te gaan beginnen. En het was zyn ledige
plaats geweest in den kring der geliefden,
die wolken over de zilveren bruiloftsvreugde
had gejaagd.
Doch nu had by ook zyn groet gezondeD,
om, ver van over de wereldzee, den ouder
harten toe te roepeD, dat hun groote en trouwe
liefde toch ook aan hem niet zonder zegen
gebleven was,
Tegen den middag komen er gasten, zwart
gerokt, met sterren, sleepen en juweelen.
Tegen den middag komt de ingenieur en men
zou dien jongen man haast voor een toovenaar
kunnen verslyten, want hy plant by afwisse
ling leliéri en rozen op Catharina's fluweel
zachte wangen. Tegen den middag komt ook
de geestelijke, die een redevoering houdt in
preekstyl over zilver op de schedels en zilver
in de zilverkast, over des levens herfst en de
fri8eche bloemenkransen, die hem geurig tooien
voor het lieve zilveren bruiloftspaar. En tegen
den middag moot ook de candidaat Franz een
toespraak afsteken in hoog-poötischen feest-
styl en er valt niet aan te twyfelen of hem
dit wel goed zal afgaaD, want te Upsala ge
lukte het hem steeds voortreffelyk. Maar hier
nu in deze gezellige oude eetkamer, met
die twee dierbare gezichten tegenover hom,
met al die warme herinneringen uit zyn vroege
jeugd, die hem het gemoed zoo wonderlijk
beroereD, hier vliegeD de mooie, ingestudeerde
phrasen naar de maan het schemert hem
voor de oogen de candidaat Franz houdt
een slechte, een rechtaf slechte toespraak.
Maar moeder schreit en vader is diep ge
roerd.
De gasten vertrekken, de kinderen zeggen
goeden nacht. Kleine Andries heeft met zyn
moeder het avondgebed gestameld en sluimert
zacht op de oude sofa in de kamer der tantes.
Papa en mama zitten nog, een kléin weinigje
vermoeid, in het salon.
Daar wellen de lieve herinneringen opeens
met nieuwe kracht weder naar boven en de
beide gelukkigen voelen een zoo warme, een zoo
innige behoefte om met elkander nog eens recht
harteiyk, recht vortrouwelyk en verstandig te
praten
Hy, de zilveren bruidegom, hoe gaarne zou
by er eens over uitgeweid hebben, dat zy
beiden nu metterhaast geheel alleen zouden
staan, als twee ontbladerde oude hoornen. De
meisjes immers zouden zy wel niet lang meer
by zich houdeD. Wat had die ingenieur van
daag aan Catharina het bof gemaakt! Net
precies als voor vyf en twintig jaren een
zekere kassier aan een kleine modiste! Ja,
dan zouden zy weer alleen zyn, zooals heel
in het begin. Maar toch, oneindig ryk en
gelukkig zou hy zich niettemin gevoelen, zoo
lang hy zyn trouwe Lina nog maar behouden
mocht.
Iets van dien aard wilde hy zoggen; dat
voelde hy heel levendig, maar het was al
zoo lang geleden sedert hy do laatste maal
in dien trant gesproken had. Hyzelf wist niet
hoe het kwam, maar hy kon do rechto woor
den zoo niet vindeD, en in plaats van dat
alles zeide hy slechts, zoo zacht als hem
mogelijk was: „Je hebt toch het licht in do
achterkamer wel uitgedraaid, Lina?"
En haar, de zilveren bruid, hoe ziedde en
kookte het in haar boist, onder haar staatsie
kleed van zwart satynl Zoo gaarne had zy
iets willen zeggen over allerlei uit hot ver-
ledeD, dat haar zoo klaar en zoo lieflyk voor
den geest zweefde, uit lang, lang vervlogen
tyden. Iets over die beeriyke roeitochtjes in
den maneschyn, met den kassier en zyn fluit,
en heel den tooverglans van jonge liefde aan
boord. Iets over die kleine, povere wooing,
mot de stroomat in de slaapkamer en de
goedkoope Weener stoelen in het slaapvertrek.
Zy had hem ook zoo gaarne willen zeggen,
dat zy oneindig meer, oneindig dieper haar
ouden, dikken grootpapa liefhad, dan dien
jongen, knappen, slanken kassier. Doch zy
was wat moede, de ziel, en zy sprak slechts
„Andries, beste, je hebt toch de Chartreuse
wel weggeborgen?"
Doch toen de beide ronde gestalten in één
adem de lamp hadden uitgeblazen en ver
volgens naar de slaapkamer waren gegaan,
toeD de deur zich achter ben gesloten had en
de zware portières waren dichtgevallen; toen,
kortom, de zilveren bruiloftsdag zyn einde
had bereikt en alles stil was geworden, heel
stil, net als voor vyf en twintig jareD, toen
werd het den zilveren bruidegom toch opeens
te benauwd om zyn goede hart. Onstuimig,
innig sloot hy zyn Lina in zyn trouwe armeD,
en de man snikte, weder jong geworden door
der liefde eouwigo toovermacht:
„God zegene je, moedortje 1 God zegene je,
lieve, beBte vrouw l"
LEIDERDORP. Bevallen: G. De Jong, »(i|
Ouwerkerk, D. E. Van der Meer, gob. Rutten Jj
Ondertrouwd: A. G. Wasaenburg en'g'B
Heemskerk. A. Oostorom en J. De Haas. 'P
Overleden: D. J. Kcijsor, 3 mnd.
OEGSTGEEST. Getrouwd: L. P. Van de,
«ft en L. A. Vcrstego.
o boron: Arendje, D. van II. Van der Mei]
cm A. Van der Meij. Elfriede Sofio, D. vnu Kj
Scbrciber en C. S. Fontaine.
Overleden: J. J. M. Le Brun 4 mndt9L
'8-Gravenbage. Levenl. aangegeven kind A. p
De Rooij en A. Van Schie. J. Overheul 78
to Dordrecht.
SASSENUEIM. Geboren: Johanna, D. vanl
A. v. Egmond (Amsterdam) en A. Bezuijen. f
Ondertrouwd: E. T. Witte, jm. 33 j enl
A. E. Kruyff, jd. 24 j.
KATWIJK. Ondertrouwd: P. J. VanRhijnj
jm. en A. A. Aanbave id.
Gehuwd: C. v. d. %>on jm. en J. Do Best jd.l
Ge hor en: Loendort, Z. v. G. Haasnoot cal
R. Van der Luyt. Jacob, Z. v. C. De Vrougd I
èn K. Ouwehand. Jan, Z. v. C. Beelen eal
K Kuyt. Johanna, Z. v. H. Haasnoot en A. I
L. v. d. Marei. Willemijntje Aaltje, D. v. H*|
Van Tongeren en E. Bloot. Cornelia, Z. v. j'l
Geyteman en A. v. d. Plas. Hubrecht, Z. ,'1
Chr. v. d. Bijl en C. Houwer. Gijsbert, Z. y.l
J. Van Duyn en J. C. v. d. Marei. Willem,I
Z. v. C. v. Beelen en N. Zwaan jPieter, Z. yl
G. v. d. Oever en G. Jonker. Helena LydisJ
D. v. P. v. d. Bent en M. Hazenoot. Huig, z'l
v. H. v. d. Mey on W. v. d. Plas.
Overleden: J. Mey vogel 5 mnd. Leveol.l
geb. zoon van A. Van Duyvenbode en J. Jonker.l
LISSE. Gehuwd: D. Klinkenborg en J. Weverij
Geboren: Adriana, D. van J. Kruit en H.I
Baartse. Pietor Johannes, Z. van G. Segers e<J
J. Mijnders.
NOORD WIJKERHOUT. Geboren: Johanncl
Petrus, Z. van H. Van Schie en A. C. Zandvliet,!
Overleden: C. Hoogeveen 1 mnd. M. J.l
Van Eeden, echtg. C. Heemskerk, 39 j.
RIJNSBURG. Geboren: Cornelia, Z. van C.l
Hogewoning on G. Pauw.
Overleden: Hermina Oudshoorn, 7 j.f D. vaal
W. Oudshoorn en A. Boekeo.
STOMP WIJK. Bevallen: A. Riem geb Zon
neveld Z. M. A. Oosterlaan geb. Janssen D. I
Overleden: S. Groon M. 74 j., echtg. van W.
Van Santen.
VEIJR. Bevallen: P. De Wilde geb. Van der
Meer Z.
Overleden: M. Goeman 85 j., wed. P. v. d.
Togt. J. P. v. d. Drift. Z. 21 mnd.
Marktberiohten.
Naarmate de aanvoeren afoemeo, wordt de baodel I
in kaaa williger; ook in do vorige week gingen dal
meeste aoorten met vlaggen baLdol; enkele, metl
rami Goudecbo en Edammer, g Dg on tegen nog alt jjl I
stijgende prijzen van do hand. Do marktnoteeringea
van Goui'.Bcbo liepen 0.50 hoogerEdammtr aa.kt>
een llinken sprong: Hoorn noteerde voor kleino 3ü,
Alkmaar voor commiaaio 27.50, voor middelbare»
ƒ28.50, dat vraa ƒ2.60, ƒ1.50 6n 1 meer dan oea
week te voren. In de overige kaatsoorton bleef bet
vrijwel bij het oude; Derby, Delfieche en Frietcbe
blovon utaan op de laatste note.ringen. De aan
voeren zijn (le laatste veertien dagen a ork ver
minderd; blijft het buiige, regenachtige weder aan
houden, dan etaat in de l&go atroken de ataltyl voor
de dear, 't I» daarom te verwachten, dat in den
eersten t\jd, zoolang nl. nog fijne soorten te be
komen zijn, de tegenwoordige noteenngon wel zullen
blijven gehandhaafd.
In de Alblaeaerwaard werd do vorige week van
ƒ18 ƒ23 besteed; in de Lopiker- en Krimpener-
waard liepen de pryzen van lete soort Goude:be
van 21ƒ20, zwaro 27, vdo ooori ƒ18-ƒ23;
Derby let© eoort ƒ21-ƒ24, 2do soort 18-/*;
Edammer late soort ƒ26 en ƒ27.2de eoort
ƒ21— ƒ24. UD.)
Leeuwurdcn, 23 Oct. Boter. Aangevoerd 136/4»
4->/8 en 23/16 v. Eerst* aoort 44.—. Kaa Aange
voerd 25,123 E.G., Nigel - a
Voe. De aanvoer beotond mt 3702 Kandoren,
1565 Schapen, 763 VarkeDS, Paarden, waarvan
do noteering is als volgt: Stieren, enter ƒ120 toil
Twenter- ƒ125 tot ƒ150, Osson^éQ tot 175,
volta Koeien ƒ130 tot ƒ215 mol e Koeien J 135 tot
J53. Pinken 45 rot ƒ75, veita Kalveren 14 toll
ƒ35, üraekalveren 35 tot 55, nuchtere dito 6 toil
ƒ9, vette Sobapen ƒ18 tot 22 melke id. 14 tot'
16, Lammeren ƒ11 tot 13 vetta Varkens 50 toi
75, magtra dito ƒ30 tot ƒ45, vetto Biggen ƒ201
tot ƒ40, mager j dito ƒ7 tot ƒ9, Paarden toll
f Vette Koa en late qua], 23 tot 23 c., 2 Jo qual.8
21 tot 23 c., 3 lo qa&l. 15 tot 20 c., stieren 18 totj
22 c., vette Kalveren 28 tot 32 c., vetto Schapen 231
tot 25 c., vette Varkena 17 tot 19 c., Varkeml
Londenetbe markt 16 tot 17'/a c* al;ca por Vj kilo.
In Rundvee waa de handel, in vergclgkiDg me!
den groo'.en aanvoer, Btadig, doch de Belgiache vee
handelaars kochten behoorlijk veel m Graskalvoren
mede stadig, alleen in Varkona willig.
Dcvcutcr, Oct. Boter. Ptr '/a vat 25.— a
ƒ26.— afw. 22.— a 21.—, per '/I6 vat ƒ11.—
a ƒ12.5 per K.G. ƒ1.a 1.10. Kipeierou ƒ6.50 a
Eendeieren a f - per 100 s uke.
Woerden, 23 October. Op do kaasmarkt waren
heden 150 p&rtjjcn aangevoerd. Mon besteeddo voor
üoudachu kaaa lste eoort ƒ22.— a f25.50, 2de
eoort ƒ17.— a ƒ21.—, zwaardere a per
50 KG. Hajdei >rü vlug.
UITLOTINGEN. WorddtentoonetolliDg te Parija
in 1900. Premieloten 1896. Trekking op 26 Oot. 1898.
Prc-m.ën: Serie 14 nr. 2 25 fr. 100,000, etne 17'
nr. t33 f. 10,000, aer. 41 nr. 8568 en s r. 286 nr.
4467 fr. 5000, aor. 51 nr. 2633, eer. 80 er. 3032,
aer. 90 nr. 2976,. aer. 269 nr. 2719 en aer. 810 nr.
8510 ieder fr. 1000.
Betaalbaar 25 Januari 1899.
UCHT8TERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek,
WEEK van 13 tot en mot 19 Oct.
Datum.
Uur.
A au tal.
Gem. Eng.
Staudk.
13
Oct.
6.45
8.30
7
15.6
14
6.45
8.45
8
lf.6 i*>
15
6.45
8.45
7
16.2
16
6.45
8.30
8
15.4
17
0.45
8.45
7
15.2
18
6.45
8.45
8
15.2
19
-
G.4Ö
8.45
8
15.4
Dit boteekent WanneeTmen 5 cubic fcfct =141.6
litera per uur van zulk gaa verbrandt in een Sngg'»
London-Argand-Standard burner No. 1, met 24 gaatjes,
wordt een licht vsrkrrgen, dat in aterkto geljjk staat
met 15.6, 15.6 enz. Standaard! aaraoD, waarvan elka
kaara 20 grains 7.8 grammen Spermaceti per nor
verbrandt.
en van andere voor het Leidsch Dagblad be
stemde stukken wordt beleefd verzocht de
kopie daarvan slechts op ééne zydo van het
papier te schryven, en niet ter weerszyden,
niet tegen elkaar.
Ook is het wenschelyk dat vooral de namen
zeer duidelijk worden geschreven.
Beide maatregelen zyn in het belang YtfV
spoed ea juistheid.