N®. 11842
Maandag; 3 October.
A°. 1898
§eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
ATJEH.
Feuilleton.
MOOIE NAM.
LEIDSCH
BAfrBLAD.
P~rt.tr DEZEB COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden. 1
Franco per po6t *-*•
Aizonderlyke Nommers
t i.io.
1.40.
0.05.
PRUS DER AD V KRTÜN TIÜN
Van i 6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0 17J, - Gxoctere
letters naar plaatsruimte. Voor bet incasseereo buiten de stad
wordt f 0.05 berekend
Derde Blad.
Financiüele Kroniek.
Ia tegenstelling met aüdere en voornamelijk
met Nieaw-York, is onze geldmarkt ruim voor
zien en dientengevolge do geldkoers buitengewoon
laag. De Nederlandsclie Bank heelt ook
de rente van beleening en voorschot in rekening-
courant verlaagd, terwijl daarentegen de Bank
van Engeland het disconto heeft verhoogd, niet
zoozeer, omdat vlottend kapitaal niet ruimschoots
voorhanden was, maar in anticipatie van goud
onttrekking voor Amerikaansche rekening, welke
binnen korton of langen tijd toch onvermijdelijk
komen moet. In de Unie toch is geld sterk ge
zocht en hoewel de bankreserves zeer bevredigend
ziju, en men dus niet bevreesd behoeft te zijn
voor een geldcrisis, is daar toch het vlottend
materieel niet toereikend, om aan de aanvraag te
voldoen; vandaar het duurdere geld. Nu is het
zeer wel mogelijk, dat duur gèld vooreerst den
boventoon zal voeren te Nieuw-York, doch bij de
huidige voordeelige handelsbalans der Vereenigdo
Staten (Amerika heeft ongeveer 352 millioen
dollars in goud te goed over do 8 maanden, eindi
gend 31 Augustus, voorwaar geen kleinigheid)
kan dit, ook al zou de vraag naar geld door nog
grootere uitbreiding van industrie zelfs verdubbeld
worden, geen ongerustheid baren. Doch om aan
die behoeften naar kapitaal tc kunnen voldoen,
zal Amerika grooto gedeelten van zijn tegoed
moeten opvragen en dan zullen de gouduitvoeren
naar Nieuw-York hun invloed op onze geldmarkt
ontegenzeggelijk laten voelen en kan men zich
•p duurder geld eenigermate voorbereiden.
Of nu echter de minder prettige stemming op
do Londensche en Parijsche Beurs haar oorsprong
vond in do vrees voor eventueele goudverscheping,
valt wel een beetje te betwijfelen. Op zijn ininst
genomen zullen de groote hausseverbintenissen
in Spaanscho en Italiaansche fondsen benevens
dreigende verwikkelingen iu Egypte en in China
haar contingent geleverd hebben. Met belangstel
ling toch moet men do oogen weder naar het
Oosten wenden. De Keizerin-Moeder is-weder a«n
hot bewind en Ii-Hung-Tschacg weder in zyn
rang hersteld.
Dit laatsto vooral is den Engelschen een bittere
pil, daar Li-Hung-Tscbang zijn voorliefde voor
Russische invloeden niet onder stoelen of banken
heeft gestoken.
Wat onze staatsfondsen betreft, zij waren vast
cn prijshoudond, hoewel zij met de meeste Euro-
peesche fondsen gemeen hadden, dat do handel
er in traag was.
Spanjaarden waren aanvankelijk gevraagd
en hooger op de geruchten, dat er eindelijk van
de reeds zoo dikwijls besproken leening, met do
Almaden kwikzilvermijnen als onderpand, iets zou
komen. Het huis Rothschild zou na het teekenen
van het vredecontract hebben aangeboden, op dezo
mijnen 4 of 5 pond sterling te leenen. Ook heeft
de Spaanscho regeoring bekendgemaakt, dat zij
de October-coupon der Cubaansche leening nog
zal betalen, omdat alsnog de inkomende rechten
op Cuba door Spanje worden geïnd. In de laatste
■dagen fluctueerde echter do koers der Spaanscho
schuld nogal. Zij sloten gisteren 407e pCt.
Hoewel in Italianen niet veel omgaat, ver
heugen zg zich toch in een vasten prijs, welke
'echter geenszins gewettigd kan genoemd worden.
Het goudagio is reeds tot 8 procent gestegen en
hoowel dit gering is te noemen in vergelijking
teet Lissabon en Madrid, waar dit resp. 5414 en
56J4 is zoo zou het toch niet te verwonderen
zijn, indien het de aankondiging is van verder
voortschrijden op den gevaarlijken weg.
Oosten r ij kers waren eenigszins in reactie,
wat wel hoofdzakelijk zijn oorzaak vindt in de
ongerustheid vnu het publiek over do veimoede-
lijke toekomst van de Oostenrijk-Hongaarsche
monarchie bij eon oventueol overlijden van den
keizer. Portugeezen kondon weder op koors-
verbetoring bogen, die haar grond vindt in de ge
ruchten, dat de verpachting van Mozambique en
Lorenzo Marquoz toch tot stand zou komen en
men hot voorbeeld van Brazilië zou volgen door
het uitgeven van een fundung-law tot regeling
van den dienst der schuld. Op de October-
coupon der 4)4 -pCt. buitenlandsche schuld zal 181
reis 29 ets. Ned. crt.) additioneele rente wor
den uitgekeerd en op de Januari-coupoD der 3-pCts-
sc-huld 600 reis gelijkstaande met 96 ets. Holl. geld.
Brazilianen konden zich nog niet veel verbete
ren, hetgeen trouwens to verklaren is, daar uit
de openbaarmaking van de belastingontvangsten
over het eersto halfjaar van 1898 blijkt, dat de
inkomsten niet slechts niet vooruitgaan, doch dat
de ramingen der ontvangsten te hoog genomen
zijn. Ook schijnt het, dat te vreezen is, dat Brazilë
nog niet geleerd heeft de noodige zuinigheid te
betrachten, daar op bet budget voor het volgend
jaar nieuwo engagementen tot een bedrag van
26,533 contos (waaronder 23,512 voor financiën) in
het vooruitzicht gesteld worden, en d a t, teTwijl
door het funding-plan slechts 27,576 contos be
spaard worden. Do Braziliaansche senator Oïticica,
die het budget critiseert, komt tot het besluit,
dat, hoewel de minister van financiën de staats
huishouding, op papier althans, in evenwicht toont,
men vrijwel op een tekort van 53,9^7 contos zal
kunnen rekenen. In 6-pcts. Goudobligatiën
Mexico was een vrij levendige handel tot
hoogere koersen. Deze verbetering kwam voor
namelijk daaruit voort, dat groote po9ten van dit
fonds voor Duitsche rekening werden gekocht,
waar men, naar het schijnt, er vast op rokende,
dat de Mexicaansche regeering met een conversie-
plan voor don dag zou komen. Ookde5-pcts.bin-
nenlandscho Mexicanen konden zich, niettegen
staande de aanstaandon vervaldag der coupon, flink
verbeteren, eveneens met vraag voor Duitsche
rekening. Doch ook de eenigszins betere zilverprijs
heeft op dezen koers zijn invloed uitgeoefend.
De Amerikaansche Spoorwegmarkt was natuur
lijkerwijze geheel onder den invloed van de geld
markt, doch ook andere gegevens brachten er het
hunne toe bij de markt te ontstemmen cn de
levendige belangstelling, die er heerschte, in een
meer doffere te veranderen. In de eerste plaats is
het tegengevallen, dat er iu het geheel geen
dividend op de pieferente shares der Atchison-
Topeka zal worden uitgekeerd, doch nog meer
viel het tegen, dat de netto-ontvangsten over de
maand Augustus ongeveer 43,7000 dollars miDder
hebben bedragen dan in het voorgaande jaar. Ook
de St.-Louis San-Francisco toont over de maand
Augustus oen vermindering in notto's van 59,400
dollars. Deze achteruitgang van de netto's dezer
laatste maatschappij kan echter, zou men zeggen,
niet de eenige reden van den teruggang der 2de
preferente aandeelen zijn, want de netto's over
Augustus bedroegen 222,000 dollars, een cijfer, dat,
in vergelijking met de meeste vorige maanden,
toch geen slecht figuur maakt.Centralshareskouden
op vasten prijs bogen. De Floridas waren daaren
tegen eenigszins in reactie, daar ook hier ver
mindering van ontvangsten werden bekendge
maakt. Veel vraag bestond tegen opgaande prijzen
voor Oregon Shorts B-Bonds, welke nog steeds,
zoowel voor kinnen- als voor buitenlandscbo reke
ning worden gekocht. De goede ontvangsten van
do Shortline zelf en van de Oregon Railway en
Navigation Co. wettigen deze belangstelling, terwijl
men ook nog rekening heeft te houden, dat, hetzij
binnen korteron of langeren tijd de Union Pacific
deze maatschappij wel zal pachten en de 4 pCts.
rente op de B-Bond9 garandeeren. Omtrent de
reorganisatieplannen van de Central Pacific is
nog niets naders bekend. Men zal het rapport der
Staatscommissie eerst moeten afwachten.
Sommigen denken, dat de aandeelen hun hoog-
sten koers nog niet bereikt hebben, anderen denken,
dat zij een bij9torting niet zullen ontloopen. De
petroleum markt was voortdurend ongestadig
en afwisselend. De koninklyke is nu ongeveer
gelijk geworden aan iedere andere Exploitatie-
Maatschappij; alles hangt af van de toekomstige
vondsten.
Do Tabaksafdeeling was willig.
Rijnlandsche Bank.
HET PLAN-C00LEN.
Deze week is te Tilburg een begin gemaakt
met de toepassing van bet bekende plan van
den Helvoortschen notaris Öen heer Cool^n.
In het verslag van deraadsziUiDg, voorkomende
in de „Nieuwe Tiib. Courant,kan men lezen
op welke wijze het denkbeeld door den Gemeen
teraad aldaar is behandeld:
Adres van 21 vaders, moedsrs en voogden
van jongelingen, die dit jaar moeten deelne
men aan de loting der nationale militie voor
deze gemeente, verzoekende, dat aan ie:er
jongeling, die zich dit jaar als vrijwilliger ty
de militie aanmeldt en daarbij wordt toege
laten en ingelijfd, een toelage uit de gemeen
tekas worde verstrekt van honderd gulden.
B. en W8. achten het, na deze zaak rijpelijk
overwogen to hebben, in het belang dtr inge
zetenen van de gemeente, aan dit adres den
noodigen steun te verstrekken. Zij gaan uit
van het denkbeeld, dat een aantal jonge man
non gaarne soldaat willen worden, datandtren
daarentegen er een afschrik van gevoelen.
Zij stellen nu eveneens voor> door geldelijke
bijdragen het aantal vrijwilligers zooveel
mogelijk te vermeerderen, echter niet met
een toelage van f 100, doch'slechts van ƒ80
per persoon.
De berekening wordt als volgt gemaakt:
Het getal Ingeschrevenen Van Tilburg c. a.
becraagt 330, en het te leveren contingent voor
1898 77 personen. Rekent men drie personen
voor reserve, dan heeft men dus een getal
van 80 personen, die als vrijwilliger moeten
worden verkregen.
Als men stelt, dat er 25 daarvan zijn, die
tot den gegoeden stand behooren en dus vooraf
100 gulden ieder zouden kunnen storten, heeft
men 25 x f 100 —f 2500. Van die 25 lotelingen
stelt men, dat er 13 Inloten: dezen betalen
ieder 400 gulden, dus heeft men 400 x 13
5200 guldon. Voor de onvermogende dienst
plichtigen stort de gemeente in het fonds 80
gulden per persoon, wat dus maakt 77 X 80
6160 gulden. Rekent men daar extra bij 140
gulden, dan beeft men een totale som van
2600 -+- 5200 6160 4-140 f 14,000.
Deze 14,000 gulden woraen als volgt be
steed:
Men stelt, dat er van de 80, 40 personen
gaarne dienen: dezen krijgen een toelage van
150 gulden, dus 40 X 150 6000 gulden.
Dan moet men zich nog aanschaffen 40 vrij
willigers, om bet getal 80 te completeeren,
welke 40 ieder 200 gulden, dus 40 X 200
8000 gulden krijgen, zoodat men heeft 6000 -f-
8000eveneens 14,000 gulden.
De heer Blomjous noemt het een schoone
zaak en vindt, dat de gemeente wel degelijk
eenigszins verplicht is hiervoor een borage
toe te kennen.
De heer Pollet vindt ook goed, dat de ge
meente hieraan medewerkt, w\jl het door haar
gestorte geld terechtkomt aan den minderen
man, en nit-t aan hen, die het goed kunnen
betalen.
Ook de heer Van Waesbergbe acht het
voor de gemeente van groot belang, maar
raadt aan, de voorzichtigheid er bU in acht
te nemen, zoodat de gemeente niet do dupe
van de geschiedenis wordt.
De voorzitter verklaart er zich erg voor
en meent, dat het tevens handelen is in den
geest der w-t, die zegt, dat het leger bestaat
uit vrijwilligers, en dezen worden aangevuld
door de lotelingen.
De heer Fr. Van Dooren is van oordeel,
dat dit nogal een diepgaande quaestie is;
een volgend jaar is het getal lotelingen
mogelijk minder dan nu, zoodat de gemeente
in dat geval nog meer zou moeten bijdragen.
Hij vraagt zich af wat de gemeente voor die
uitgave van ongeveer zes en een half cuizend
gulic-n krijgt. Z. i. wordt er de weg mede
afgesneden voor het particulier initiatief. La vt
de ouders der lotelingen, die er belang by
hebben, zeiven het geld bijeenbrengen, en dan
kan de gemeente er later nog altijd een
kleine subsidie aan toevoegen, ingeval er
een tekort blijkt te zijn.
De voorzitter noemt het wel degelijk oen
particuliere onderneming, een vrijwilligers-
fonds, dat door de belanghebbenden, de ouders
der lotelingen, wordt in het leven geroepen,
waaraan slechts door de gemeente een sub
sidie worct verleend. Komt de onderneming
niet tot stand, dan behoudt de gemeente
natuurlijk ook het geld.
De heer Jacq. Van Roessel vraagt, aan
wie de beslissing overgelaton wordt, wie tot
de vermogenden en wie tot de onvermogenden
behoort.
De voorzitter antwoordt, dat de gemeente
daar niets mee te maken heeft.
Heeft de heer Van Waesberghe de zaak
goed begrepen, dan komt het op slot van
rekening hierop neer, dat de gemeente slechts
een tegemoetkoming verleent aan een parti
culiere onderneming.
Op voorstel des voorzitters worct aan B.
en V8. het gevraagde kreaiet verleend, in
afwachting, dat de onderneming door de
belanghebbenden wordt tot stand gebracht.
De correspondent te Batavia van de „N. R.
Ct." seint onder dagteekening van 30 Sept.:
Officiéél. Teungkoe Tapa richtte bentengs
op te Minarang aan de Simpang Kanan rivier.
Luitenant-kolonel Riesz is er met honderd
bajonetten hoen gegaan en heeft de bentengs
vernield. Tapa vluchtte in de wildernis. Riesz
vervolgt hem."
Het blad toekent hierbij aan
Teungkoe Tapa is de bekende geestdrijver,
die door kolonel Van Heutsz in Eii verslagen
en van de Oostkust van Atjeh verdreven werd.
Hy week uit naar het Zuiden naar het gouver
nement van Sumatra's oostkust, waar bi) in
het binnenland pesitie nam aan de linker-
zyrivier van de rivier van Tamiang, oneeveer
een twintig kilometer ten westen van Sero-->way.
Gremengd Nieuws.
Thans weer wordt ineeninge
zonden 6tuk in het „Vadtrland" medegeieeld
dat bij een onderzoek van het geschil tusscheo
do Javanen van de kampong op de tentoon
stelling van vrouwenarbeid en bun impresari'
niet duidelijk was uit te maken, w. lke p.^rty
gelijk had; omdat van weerskanten geer.
afdoend rechtsgeldig contract kon vertoond
worden. Eindelijk, één dag voor de sluiting
van de tentoonstelling, gelukte het, met ni tig
verklaring van alle voorgaande contracten,
oen nieuwe overeenkomst te maken, volgen*
welke de Javanen niet langer vertondin
zouden zijn dan tot 2 December; tot dien
datum had men zich met Dortmun i en Mun-
cben te verbinden; daarna zouden de Javanen
naar Genua gebracht worden, van waar zij
zich naar Java konden inschepen. Op het
laatste oogenblik zou echter dit contract
schipbreuk geleden hebben op nieuwe eischen
der Javanen, die de impresario niet kon of
mocht aannemen.
Te Rotterdam trad Dinsdagavond
laat een jong persoon een proeflokaal op den
Goad8chen Rijweg tinnen. Na iets gebruikt
te hebben kreeg hij het plotseling hevig op
de zenuwen en werd zoo woest, dat ieder
bang voor hem was en de politie gewaarschuwd
werd. Zes agenten konden hem nauwelijks
overmeesteren en moesten denman aan handen
en voeten binden. Dr. Hemmes, wiens bulp
ingeroepen was, gaf last hem een dwangbuis
aan te doen en zoo werd de ongelukkige, cie
in dien toestand geraakt was doordat l>ij een
brief van zijn beminde gekregen had, waarin
zU hem congé gaf, per brancard onder politie-
geleide naar de woning zijns vaders gebracht.
Gistermorgen omstreeks vier
uren liepen er in de Hoven te Zutfen een
zevental koeien op de spoorlijD, richting Voorst;
e^n van hen werd door de machine gegrepen
en geheel verpletterd.
Gisterochtend is in de Jonker-
Frans-straat te Rotterdam door etn melkwagen
overreden de 8jarige W. A., wonende in de
Isaac-Hubert-straat. Htt meisje kret g een wiel
van den wagen over beide beenen en werd
vrij zwaar vtrwond.
Heden (1 October) treedt te Haar
lemmermeer een bijzondere politie verordening
in werking, waarin wor:t bepaald, dat uoor
6toombootGn, varende in den polier of in de
Ringvaart, niet van de stoomfluit gebruik ge
maakt mag worden, maar alleen van een
luidklinkende bel of schel.
Voorts moeten de bestuurders van zeilvaar-
tuigen in den polder, tij het ontmoeten van
paard of paarden, wanneer de voerman zulks
verlangt en kenbaar maakt, de zeilen strijken.
Het ameublement, op de Tentoon
stelling van Vrouwenarbeid ingezonden door
het Eaarlemsche comité, met bestemming om
5)
„Roep m\j dan stellig over een paar uur.
Ik slaap zóó vast, dat ik nooit wakker word,
als men my Diet roept."
„O, ik zal u wakker maken, maar ga nul"
zeide Nan ongeduldig, en met een beleefd
«goeden nacht" verliet Alan de kamer.
Een langen tijd bewoog Nan zich niet. Zij
stond by de tafel en staarde als wezenloos
▼oor zich uit. Na een poosje keerde z\j zich
om, en, 2iende, dat haar patiënt nog sliep,
■ging zij naar het kleine venster en drukte
haar brandend voorhoofd tegen het glas. De
nacht was prachtig en stil. De maan scheen
helder op de toppen der heuvels, maar nu
merkte Nan de schoonheid van het geliefde
natuurtafereel niet op.
„O, vader, vader, zou u het waarlijk geweest
'zijn?" mompelde zy zacht.
„O, het kan niet zijnl Hij moet zich vergist
hebben. En toch, het litteeken en de vor-
'iminkto hand. O, ik kan het niet geloovenl
Slecht als hy is, is hy toch zóó laag niet
gevallen! En die arme jongen 1"
Een plotselinge beweging, een geritsel der
lakens en een flauwe stem, die zacht fluiste
rend sprak, schrikten Nan eindelijk uit haar
joverpeinzingen op. Zy naderde het bed. Mal
colm was wakker geworden, de slaap had
zgrkwikt, zijn oogen keken helderder,
zijn gelaat was minder lijkkleurig en hy trachtte
tevergeefs zyn hoofd van het kussen op to
heffen, terwyl hy verbaasd om zich heen zag.
„Waar ben ik? Wat is er met my gebeurd?"
vroeg by met zwakke stem.
„U hebt een ongeluk gekregen; maar u
zyt by goede vrienden, dat moet u voor het
oogenblik genoeg zyn, en nu moogt u niets
meer vragen", antwoordde Nan beslist.
Zy knielde naast hem. Het maanlicht scheen
op haar gelaat en gaf er zulk een boven-
aard8che schoonheid aan, dat Malcolm, ziek
ais by was, het opmerkt.
„Wat zyt gy mooi?" zeide hy op slaperigen
toon. „Wie zyt gy?"
„Ik ben uw verpleegster. Uw lippen zyn
droog; hebt ge dorst, my'n arme jongen?"
vroeg Nan vriendeiyk.
„O ja, vreeseiyk."
„Drink dit dan." En Nan hield een ver-
fri8schenden drank voor zyn lippen.
„Wacht een oogenblik." Zy bracht haar
arm onder zyn hoofd en hief hem op. „Nu
kunt ge gemakkeiyker slikken. En dan moet
ge weer gaan slapen."
„Laat my óón vraag doen, myn vrlendeiyke
verpleegster. Hoe is uw naam?"
„Nan Nan Lester."
„Nan een goede, korte naam. Ik hield
altyd veel van korte namen," ging Malcolm
op droomerigen toon voort. „Ik heb een hekel
aan mooie namen."
Nan lachte.
„De myne is lang genoeg en mooi genoeg
ook," zeide zy. „Hij is eigeniyk Antoinette,
maar dat is veel te mooi voor dagelyksch
gebruik, en byna iedereen noemt my Nan."
„En mag ik dat ook doen?"
„Ge moogt me noemen zooals ge wilt, als
ge uw mond slechts wilt houden en gaan
slapen", antwoordde Nan bevelend.
„Nog één vraag, Nan, on ik zal zwygen.
Waar ia myn vriend, Alan Courtenay?"
„O, hy is gezond en wèl. Hy slaapt in de
kamer hiernaast. Maar nu antwoord ik op
geen enkele vraag meer", zeide Nan beslist,
„en als u toch nog biyft praten, verlaat ik
de kamer."
Malcolm glimlachte en zweeg. Hy lag Nan
echter aan te staren en scheen den slaap niet
te| kunnen vatten. Toen begon Nan met zachte,
eentonige stem te zingen, en had weldra de
voldoening te zien, dat zyn oogen zich sloten,
en aan zyn regelmatige ademhaling te hooren,
dat hy in slaap was gevallen. Haar arm, die
nog steeds onder zyn hoofd lag, durfdo zy
niet wegtrekken, uit vrees hem te zullen
wekken, hoewel hy haar vreeseiyk pyn deed.
Gedurende den ganschen langen nacht zat zy
geduldig by zyn bed, haar hoofd vervuld van
allerlei droevigo gedachten.
„Ik ben ten minste biy, dat zy hem hier
brachteD, heel biy. Ik kan nooit genoeg voor
hem doen, om dit goed te maken", dacht zy
treurig.
„Hy zou bang voor my zyn, als hy alles
wist, do arme joDgenhy zou zyn hoofd niet
zoo gerust op myn arm laten rusten 1 En toch
verdenk ik vader misschien ten onrechte. Hy
is het misschien niet eens. Hy zegt altyd,
dat ik onvriendeiyk tegen hem ben en altyd
gereed het slechtste te geloovennu, misschien
is dat wel zoo. In ieder geval wil ik dit niet
gelooven eer ik eon vast bewys heb. Er
kunnen nog anderen zyn, behalve hy, die een
litteeken op hun voorhoofd hebben en een
pink missen."
De maan ging onder terwyl zy waakte,
oen paar uren van duisternis volgden, toen
kwamen de welkome dageraad en de zoDsop-
gang en de Gouden Vallei ontwaakt tot haar
dagelyksch werk.
De zon, die door de vensters naar binnen
stroomde, viel op Alans gelaat en wekte hem
uit den diepen slaap van uitputting en ver
moeienis, waarin hy gevallen was. Een oogen
blik zag hy de onbekende kamer rond, hy
kon zich niet herinneren, waar hy was, of
hoe by daar kwam, maar weldra kwam de
herinnering aan de gebeurtenis van den vorigen
dag weder boven. Hy sprong op met een
uitroep van zelfverwyt, dat hy zich verslapen
had, en begaf zich haastig naar de kamer,
waar de geduldige Nan nog zat met Malcolms
hoofd op haar arm. Zy zag er bleek en ver
moeid uit, vond hy, hoewol zy hem met een
-opgewekten glimlach begroette.
„Ik kan u niet zeggen hoe ik my over
myzelf schaam," zeide by berouwvol. „Wat
ziet u er vermoeid uit 1 Waarom hebt u my
niet geroepen?"
„Ik ben niet vermoeid, myn arm doet een
beetje pyD, maar ik durfde hem niet weg
trekken," zeide Nau bedaard. „Kyk, als u uw
hand onder zyn hoofd wilt leggen en het
opbeuren ja, zoo ie het goodl - ik kan
myn arm wegtrekken. Au!"
Zy kon een uitroep van pyn niet weer
houden, want haar arm was zóó sty f, dat zy
hem byna niet bewegen kon zonder dat het
oen ware marteling was.
„Hy doet wat pyn o, het is niets,
alleen wat styfl" voegde zy er haastig bij,
daar Alan een uitroep vau verbazing en
medeiyden deed hooren„Nu, leg zyn
hoofd nu zacht op het kussen. Ik zal het
opschudden.
„Heeft hy veel geslapon?" vroeg Alan,
terwyl hy, eenigszins onhandig, haar aan-
wyzingon opvolgde.
„Ja, dat schikt wel, hy was af en toe wat
onrustig, maar dat kunnen wy niet anders
verwachten."
„Wat zyt u vriendeiyk." Alan stak haar
zyn haud toe. „Hoe kunnen we u ooit dank
baar genoeg zynl Maar ik moest u niet toe
staan het werk eener dienstbode voor oqs te
doen," zeide hy.
Nan kleurde en glimlachte verlegen.
„Ik ben geen deftige dame, mynheer Cour
tenay. Ik ben er nu aan gewend hard tc
werken, en geef er niets om."
Zy legde eenigen nadruk op dat „nu," zoodat
Courtenay het opmerkte.
Hy zag haar aaD.
„Dus is het niet altyd zoo geweest?" vroeg
hy belangstellend.
[Wordt vervolgd).