N®. 11842 Maandag; 3 October. A°. 1898 §eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. ATJEH. Feuilleton. MOOIE NAM. LEIDSCH BAfrBLAD. P~rt.tr DEZEB COURANT: Voor Leiden per 8 maanden. 1 Franco per po6t *-*• Aizonderlyke Nommers t i.io. 1.40. 0.05. PRUS DER AD V KRTÜN TIÜN Van i 6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0 17J, - Gxoctere letters naar plaatsruimte. Voor bet incasseereo buiten de stad wordt f 0.05 berekend Derde Blad. Financiüele Kroniek. Ia tegenstelling met aüdere en voornamelijk met Nieaw-York, is onze geldmarkt ruim voor zien en dientengevolge do geldkoers buitengewoon laag. De Nederlandsclie Bank heelt ook de rente van beleening en voorschot in rekening- courant verlaagd, terwijl daarentegen de Bank van Engeland het disconto heeft verhoogd, niet zoozeer, omdat vlottend kapitaal niet ruimschoots voorhanden was, maar in anticipatie van goud onttrekking voor Amerikaansche rekening, welke binnen korton of langen tijd toch onvermijdelijk komen moet. In de Unie toch is geld sterk ge zocht en hoewel de bankreserves zeer bevredigend ziju, en men dus niet bevreesd behoeft te zijn voor een geldcrisis, is daar toch het vlottend materieel niet toereikend, om aan de aanvraag te voldoen; vandaar het duurdere geld. Nu is het zeer wel mogelijk, dat duur gèld vooreerst den boventoon zal voeren te Nieuw-York, doch bij de huidige voordeelige handelsbalans der Vereenigdo Staten (Amerika heeft ongeveer 352 millioen dollars in goud te goed over do 8 maanden, eindi gend 31 Augustus, voorwaar geen kleinigheid) kan dit, ook al zou de vraag naar geld door nog grootere uitbreiding van industrie zelfs verdubbeld worden, geen ongerustheid baren. Doch om aan die behoeften naar kapitaal tc kunnen voldoen, zal Amerika grooto gedeelten van zijn tegoed moeten opvragen en dan zullen de gouduitvoeren naar Nieuw-York hun invloed op onze geldmarkt ontegenzeggelijk laten voelen en kan men zich •p duurder geld eenigermate voorbereiden. Of nu echter de minder prettige stemming op do Londensche en Parijsche Beurs haar oorsprong vond in do vrees voor eventueele goudverscheping, valt wel een beetje te betwijfelen. Op zijn ininst genomen zullen de groote hausseverbintenissen in Spaanscho en Italiaansche fondsen benevens dreigende verwikkelingen iu Egypte en in China haar contingent geleverd hebben. Met belangstel ling toch moet men do oogen weder naar het Oosten wenden. De Keizerin-Moeder is-weder a«n hot bewind en Ii-Hung-Tschacg weder in zyn rang hersteld. Dit laatsto vooral is den Engelschen een bittere pil, daar Li-Hung-Tscbang zijn voorliefde voor Russische invloeden niet onder stoelen of banken heeft gestoken. Wat onze staatsfondsen betreft, zij waren vast cn prijshoudond, hoewel zij met de meeste Euro- peesche fondsen gemeen hadden, dat do handel er in traag was. Spanjaarden waren aanvankelijk gevraagd en hooger op de geruchten, dat er eindelijk van de reeds zoo dikwijls besproken leening, met do Almaden kwikzilvermijnen als onderpand, iets zou komen. Het huis Rothschild zou na het teekenen van het vredecontract hebben aangeboden, op dezo mijnen 4 of 5 pond sterling te leenen. Ook heeft de Spaanscho regeoring bekendgemaakt, dat zij de October-coupon der Cubaansche leening nog zal betalen, omdat alsnog de inkomende rechten op Cuba door Spanje worden geïnd. In de laatste ■dagen fluctueerde echter do koers der Spaanscho schuld nogal. Zij sloten gisteren 407e pCt. Hoewel in Italianen niet veel omgaat, ver heugen zg zich toch in een vasten prijs, welke 'echter geenszins gewettigd kan genoemd worden. Het goudagio is reeds tot 8 procent gestegen en hoowel dit gering is te noemen in vergelijking teet Lissabon en Madrid, waar dit resp. 5414 en 56J4 is zoo zou het toch niet te verwonderen zijn, indien het de aankondiging is van verder voortschrijden op den gevaarlijken weg. Oosten r ij kers waren eenigszins in reactie, wat wel hoofdzakelijk zijn oorzaak vindt in de ongerustheid vnu het publiek over do veimoede- lijke toekomst van de Oostenrijk-Hongaarsche monarchie bij eon oventueol overlijden van den keizer. Portugeezen kondon weder op koors- verbetoring bogen, die haar grond vindt in de ge ruchten, dat de verpachting van Mozambique en Lorenzo Marquoz toch tot stand zou komen en men hot voorbeeld van Brazilië zou volgen door het uitgeven van een fundung-law tot regeling van den dienst der schuld. Op de October- coupon der 4)4 -pCt. buitenlandsche schuld zal 181 reis 29 ets. Ned. crt.) additioneele rente wor den uitgekeerd en op de Januari-coupoD der 3-pCts- sc-huld 600 reis gelijkstaande met 96 ets. Holl. geld. Brazilianen konden zich nog niet veel verbete ren, hetgeen trouwens to verklaren is, daar uit de openbaarmaking van de belastingontvangsten over het eersto halfjaar van 1898 blijkt, dat de inkomsten niet slechts niet vooruitgaan, doch dat de ramingen der ontvangsten te hoog genomen zijn. Ook schijnt het, dat te vreezen is, dat Brazilë nog niet geleerd heeft de noodige zuinigheid te betrachten, daar op bet budget voor het volgend jaar nieuwo engagementen tot een bedrag van 26,533 contos (waaronder 23,512 voor financiën) in het vooruitzicht gesteld worden, en d a t, teTwijl door het funding-plan slechts 27,576 contos be spaard worden. Do Braziliaansche senator Oïticica, die het budget critiseert, komt tot het besluit, dat, hoewel de minister van financiën de staats huishouding, op papier althans, in evenwicht toont, men vrijwel op een tekort van 53,9^7 contos zal kunnen rekenen. In 6-pcts. Goudobligatiën Mexico was een vrij levendige handel tot hoogere koersen. Deze verbetering kwam voor namelijk daaruit voort, dat groote po9ten van dit fonds voor Duitsche rekening werden gekocht, waar men, naar het schijnt, er vast op rokende, dat de Mexicaansche regeering met een conversie- plan voor don dag zou komen. Ookde5-pcts.bin- nenlandscho Mexicanen konden zich, niettegen staande de aanstaandon vervaldag der coupon, flink verbeteren, eveneens met vraag voor Duitsche rekening. Doch ook de eenigszins betere zilverprijs heeft op dezen koers zijn invloed uitgeoefend. De Amerikaansche Spoorwegmarkt was natuur lijkerwijze geheel onder den invloed van de geld markt, doch ook andere gegevens brachten er het hunne toe bij de markt te ontstemmen cn de levendige belangstelling, die er heerschte, in een meer doffere te veranderen. In de eerste plaats is het tegengevallen, dat er iu het geheel geen dividend op de pieferente shares der Atchison- Topeka zal worden uitgekeerd, doch nog meer viel het tegen, dat de netto-ontvangsten over de maand Augustus ongeveer 43,7000 dollars miDder hebben bedragen dan in het voorgaande jaar. Ook de St.-Louis San-Francisco toont over de maand Augustus oen vermindering in notto's van 59,400 dollars. Deze achteruitgang van de netto's dezer laatste maatschappij kan echter, zou men zeggen, niet de eenige reden van den teruggang der 2de preferente aandeelen zijn, want de netto's over Augustus bedroegen 222,000 dollars, een cijfer, dat, in vergelijking met de meeste vorige maanden, toch geen slecht figuur maakt.Centralshareskouden op vasten prijs bogen. De Floridas waren daaren tegen eenigszins in reactie, daar ook hier ver mindering van ontvangsten werden bekendge maakt. Veel vraag bestond tegen opgaande prijzen voor Oregon Shorts B-Bonds, welke nog steeds, zoowel voor kinnen- als voor buitenlandscbo reke ning worden gekocht. De goede ontvangsten van do Shortline zelf en van de Oregon Railway en Navigation Co. wettigen deze belangstelling, terwijl men ook nog rekening heeft te houden, dat, hetzij binnen korteron of langeren tijd de Union Pacific deze maatschappij wel zal pachten en de 4 pCts. rente op de B-Bond9 garandeeren. Omtrent de reorganisatieplannen van de Central Pacific is nog niets naders bekend. Men zal het rapport der Staatscommissie eerst moeten afwachten. Sommigen denken, dat de aandeelen hun hoog- sten koers nog niet bereikt hebben, anderen denken, dat zij een bij9torting niet zullen ontloopen. De petroleum markt was voortdurend ongestadig en afwisselend. De koninklyke is nu ongeveer gelijk geworden aan iedere andere Exploitatie- Maatschappij; alles hangt af van de toekomstige vondsten. Do Tabaksafdeeling was willig. Rijnlandsche Bank. HET PLAN-C00LEN. Deze week is te Tilburg een begin gemaakt met de toepassing van bet bekende plan van den Helvoortschen notaris Öen heer Cool^n. In het verslag van deraadsziUiDg, voorkomende in de „Nieuwe Tiib. Courant,kan men lezen op welke wijze het denkbeeld door den Gemeen teraad aldaar is behandeld: Adres van 21 vaders, moedsrs en voogden van jongelingen, die dit jaar moeten deelne men aan de loting der nationale militie voor deze gemeente, verzoekende, dat aan ie:er jongeling, die zich dit jaar als vrijwilliger ty de militie aanmeldt en daarbij wordt toege laten en ingelijfd, een toelage uit de gemeen tekas worde verstrekt van honderd gulden. B. en W8. achten het, na deze zaak rijpelijk overwogen to hebben, in het belang dtr inge zetenen van de gemeente, aan dit adres den noodigen steun te verstrekken. Zij gaan uit van het denkbeeld, dat een aantal jonge man non gaarne soldaat willen worden, datandtren daarentegen er een afschrik van gevoelen. Zij stellen nu eveneens voor> door geldelijke bijdragen het aantal vrijwilligers zooveel mogelijk te vermeerderen, echter niet met een toelage van f 100, doch'slechts van ƒ80 per persoon. De berekening wordt als volgt gemaakt: Het getal Ingeschrevenen Van Tilburg c. a. becraagt 330, en het te leveren contingent voor 1898 77 personen. Rekent men drie personen voor reserve, dan heeft men dus een getal van 80 personen, die als vrijwilliger moeten worden verkregen. Als men stelt, dat er 25 daarvan zijn, die tot den gegoeden stand behooren en dus vooraf 100 gulden ieder zouden kunnen storten, heeft men 25 x f 100 —f 2500. Van die 25 lotelingen stelt men, dat er 13 Inloten: dezen betalen ieder 400 gulden, dus heeft men 400 x 13 5200 guldon. Voor de onvermogende dienst plichtigen stort de gemeente in het fonds 80 gulden per persoon, wat dus maakt 77 X 80 6160 gulden. Rekent men daar extra bij 140 gulden, dan beeft men een totale som van 2600 -+- 5200 6160 4-140 f 14,000. Deze 14,000 gulden woraen als volgt be steed: Men stelt, dat er van de 80, 40 personen gaarne dienen: dezen krijgen een toelage van 150 gulden, dus 40 X 150 6000 gulden. Dan moet men zich nog aanschaffen 40 vrij willigers, om bet getal 80 te completeeren, welke 40 ieder 200 gulden, dus 40 X 200 8000 gulden krijgen, zoodat men heeft 6000 -f- 8000eveneens 14,000 gulden. De heer Blomjous noemt het een schoone zaak en vindt, dat de gemeente wel degelijk eenigszins verplicht is hiervoor een borage toe te kennen. De heer Pollet vindt ook goed, dat de ge meente hieraan medewerkt, w\jl het door haar gestorte geld terechtkomt aan den minderen man, en nit-t aan hen, die het goed kunnen betalen. Ook de heer Van Waesbergbe acht het voor de gemeente van groot belang, maar raadt aan, de voorzichtigheid er bU in acht te nemen, zoodat de gemeente niet do dupe van de geschiedenis wordt. De voorzitter verklaart er zich erg voor en meent, dat het tevens handelen is in den geest der w-t, die zegt, dat het leger bestaat uit vrijwilligers, en dezen worden aangevuld door de lotelingen. De heer Fr. Van Dooren is van oordeel, dat dit nogal een diepgaande quaestie is; een volgend jaar is het getal lotelingen mogelijk minder dan nu, zoodat de gemeente in dat geval nog meer zou moeten bijdragen. Hij vraagt zich af wat de gemeente voor die uitgave van ongeveer zes en een half cuizend gulic-n krijgt. Z. i. wordt er de weg mede afgesneden voor het particulier initiatief. La vt de ouders der lotelingen, die er belang by hebben, zeiven het geld bijeenbrengen, en dan kan de gemeente er later nog altijd een kleine subsidie aan toevoegen, ingeval er een tekort blijkt te zijn. De voorzitter noemt het wel degelijk oen particuliere onderneming, een vrijwilligers- fonds, dat door de belanghebbenden, de ouders der lotelingen, wordt in het leven geroepen, waaraan slechts door de gemeente een sub sidie worct verleend. Komt de onderneming niet tot stand, dan behoudt de gemeente natuurlijk ook het geld. De heer Jacq. Van Roessel vraagt, aan wie de beslissing overgelaton wordt, wie tot de vermogenden en wie tot de onvermogenden behoort. De voorzitter antwoordt, dat de gemeente daar niets mee te maken heeft. Heeft de heer Van Waesberghe de zaak goed begrepen, dan komt het op slot van rekening hierop neer, dat de gemeente slechts een tegemoetkoming verleent aan een parti culiere onderneming. Op voorstel des voorzitters worct aan B. en V8. het gevraagde kreaiet verleend, in afwachting, dat de onderneming door de belanghebbenden wordt tot stand gebracht. De correspondent te Batavia van de „N. R. Ct." seint onder dagteekening van 30 Sept.: Officiéél. Teungkoe Tapa richtte bentengs op te Minarang aan de Simpang Kanan rivier. Luitenant-kolonel Riesz is er met honderd bajonetten hoen gegaan en heeft de bentengs vernield. Tapa vluchtte in de wildernis. Riesz vervolgt hem." Het blad toekent hierbij aan Teungkoe Tapa is de bekende geestdrijver, die door kolonel Van Heutsz in Eii verslagen en van de Oostkust van Atjeh verdreven werd. Hy week uit naar het Zuiden naar het gouver nement van Sumatra's oostkust, waar bi) in het binnenland pesitie nam aan de linker- zyrivier van de rivier van Tamiang, oneeveer een twintig kilometer ten westen van Sero-->way. Gremengd Nieuws. Thans weer wordt ineeninge zonden 6tuk in het „Vadtrland" medegeieeld dat bij een onderzoek van het geschil tusscheo do Javanen van de kampong op de tentoon stelling van vrouwenarbeid en bun impresari' niet duidelijk was uit te maken, w. lke p.^rty gelijk had; omdat van weerskanten geer. afdoend rechtsgeldig contract kon vertoond worden. Eindelijk, één dag voor de sluiting van de tentoonstelling, gelukte het, met ni tig verklaring van alle voorgaande contracten, oen nieuwe overeenkomst te maken, volgen* welke de Javanen niet langer vertondin zouden zijn dan tot 2 December; tot dien datum had men zich met Dortmun i en Mun- cben te verbinden; daarna zouden de Javanen naar Genua gebracht worden, van waar zij zich naar Java konden inschepen. Op het laatste oogenblik zou echter dit contract schipbreuk geleden hebben op nieuwe eischen der Javanen, die de impresario niet kon of mocht aannemen. Te Rotterdam trad Dinsdagavond laat een jong persoon een proeflokaal op den Goad8chen Rijweg tinnen. Na iets gebruikt te hebben kreeg hij het plotseling hevig op de zenuwen en werd zoo woest, dat ieder bang voor hem was en de politie gewaarschuwd werd. Zes agenten konden hem nauwelijks overmeesteren en moesten denman aan handen en voeten binden. Dr. Hemmes, wiens bulp ingeroepen was, gaf last hem een dwangbuis aan te doen en zoo werd de ongelukkige, cie in dien toestand geraakt was doordat l>ij een brief van zijn beminde gekregen had, waarin zU hem congé gaf, per brancard onder politie- geleide naar de woning zijns vaders gebracht. Gistermorgen omstreeks vier uren liepen er in de Hoven te Zutfen een zevental koeien op de spoorlijD, richting Voorst; e^n van hen werd door de machine gegrepen en geheel verpletterd. Gisterochtend is in de Jonker- Frans-straat te Rotterdam door etn melkwagen overreden de 8jarige W. A., wonende in de Isaac-Hubert-straat. Htt meisje kret g een wiel van den wagen over beide beenen en werd vrij zwaar vtrwond. Heden (1 October) treedt te Haar lemmermeer een bijzondere politie verordening in werking, waarin wor:t bepaald, dat uoor 6toombootGn, varende in den polier of in de Ringvaart, niet van de stoomfluit gebruik ge maakt mag worden, maar alleen van een luidklinkende bel of schel. Voorts moeten de bestuurders van zeilvaar- tuigen in den polder, tij het ontmoeten van paard of paarden, wanneer de voerman zulks verlangt en kenbaar maakt, de zeilen strijken. Het ameublement, op de Tentoon stelling van Vrouwenarbeid ingezonden door het Eaarlemsche comité, met bestemming om 5) „Roep m\j dan stellig over een paar uur. Ik slaap zóó vast, dat ik nooit wakker word, als men my Diet roept." „O, ik zal u wakker maken, maar ga nul" zeide Nan ongeduldig, en met een beleefd «goeden nacht" verliet Alan de kamer. Een langen tijd bewoog Nan zich niet. Zij stond by de tafel en staarde als wezenloos ▼oor zich uit. Na een poosje keerde z\j zich om, en, 2iende, dat haar patiënt nog sliep, ■ging zij naar het kleine venster en drukte haar brandend voorhoofd tegen het glas. De nacht was prachtig en stil. De maan scheen helder op de toppen der heuvels, maar nu merkte Nan de schoonheid van het geliefde natuurtafereel niet op. „O, vader, vader, zou u het waarlijk geweest 'zijn?" mompelde zy zacht. „O, het kan niet zijnl Hij moet zich vergist hebben. En toch, het litteeken en de vor- 'iminkto hand. O, ik kan het niet geloovenl Slecht als hy is, is hy toch zóó laag niet gevallen! En die arme jongen 1" Een plotselinge beweging, een geritsel der lakens en een flauwe stem, die zacht fluiste rend sprak, schrikten Nan eindelijk uit haar joverpeinzingen op. Zy naderde het bed. Mal colm was wakker geworden, de slaap had zgrkwikt, zijn oogen keken helderder, zijn gelaat was minder lijkkleurig en hy trachtte tevergeefs zyn hoofd van het kussen op to heffen, terwyl hy verbaasd om zich heen zag. „Waar ben ik? Wat is er met my gebeurd?" vroeg by met zwakke stem. „U hebt een ongeluk gekregen; maar u zyt by goede vrienden, dat moet u voor het oogenblik genoeg zyn, en nu moogt u niets meer vragen", antwoordde Nan beslist. Zy knielde naast hem. Het maanlicht scheen op haar gelaat en gaf er zulk een boven- aard8che schoonheid aan, dat Malcolm, ziek ais by was, het opmerkt. „Wat zyt gy mooi?" zeide hy op slaperigen toon. „Wie zyt gy?" „Ik ben uw verpleegster. Uw lippen zyn droog; hebt ge dorst, my'n arme jongen?" vroeg Nan vriendeiyk. „O ja, vreeseiyk." „Drink dit dan." En Nan hield een ver- fri8schenden drank voor zyn lippen. „Wacht een oogenblik." Zy bracht haar arm onder zyn hoofd en hief hem op. „Nu kunt ge gemakkeiyker slikken. En dan moet ge weer gaan slapen." „Laat my óón vraag doen, myn vrlendeiyke verpleegster. Hoe is uw naam?" „Nan Nan Lester." „Nan een goede, korte naam. Ik hield altyd veel van korte namen," ging Malcolm op droomerigen toon voort. „Ik heb een hekel aan mooie namen." Nan lachte. „De myne is lang genoeg en mooi genoeg ook," zeide zy. „Hij is eigeniyk Antoinette, maar dat is veel te mooi voor dagelyksch gebruik, en byna iedereen noemt my Nan." „En mag ik dat ook doen?" „Ge moogt me noemen zooals ge wilt, als ge uw mond slechts wilt houden en gaan slapen", antwoordde Nan bevelend. „Nog één vraag, Nan, on ik zal zwygen. Waar ia myn vriend, Alan Courtenay?" „O, hy is gezond en wèl. Hy slaapt in de kamer hiernaast. Maar nu antwoord ik op geen enkele vraag meer", zeide Nan beslist, „en als u toch nog biyft praten, verlaat ik de kamer." Malcolm glimlachte en zweeg. Hy lag Nan echter aan te staren en scheen den slaap niet te| kunnen vatten. Toen begon Nan met zachte, eentonige stem te zingen, en had weldra de voldoening te zien, dat zyn oogen zich sloten, en aan zyn regelmatige ademhaling te hooren, dat hy in slaap was gevallen. Haar arm, die nog steeds onder zyn hoofd lag, durfdo zy niet wegtrekken, uit vrees hem te zullen wekken, hoewel hy haar vreeseiyk pyn deed. Gedurende den ganschen langen nacht zat zy geduldig by zyn bed, haar hoofd vervuld van allerlei droevigo gedachten. „Ik ben ten minste biy, dat zy hem hier brachteD, heel biy. Ik kan nooit genoeg voor hem doen, om dit goed te maken", dacht zy treurig. „Hy zou bang voor my zyn, als hy alles wist, do arme joDgenhy zou zyn hoofd niet zoo gerust op myn arm laten rusten 1 En toch verdenk ik vader misschien ten onrechte. Hy is het misschien niet eens. Hy zegt altyd, dat ik onvriendeiyk tegen hem ben en altyd gereed het slechtste te geloovennu, misschien is dat wel zoo. In ieder geval wil ik dit niet gelooven eer ik eon vast bewys heb. Er kunnen nog anderen zyn, behalve hy, die een litteeken op hun voorhoofd hebben en een pink missen." De maan ging onder terwyl zy waakte, oen paar uren van duisternis volgden, toen kwamen de welkome dageraad en de zoDsop- gang en de Gouden Vallei ontwaakt tot haar dagelyksch werk. De zon, die door de vensters naar binnen stroomde, viel op Alans gelaat en wekte hem uit den diepen slaap van uitputting en ver moeienis, waarin hy gevallen was. Een oogen blik zag hy de onbekende kamer rond, hy kon zich niet herinneren, waar hy was, of hoe by daar kwam, maar weldra kwam de herinnering aan de gebeurtenis van den vorigen dag weder boven. Hy sprong op met een uitroep van zelfverwyt, dat hy zich verslapen had, en begaf zich haastig naar de kamer, waar de geduldige Nan nog zat met Malcolms hoofd op haar arm. Zy zag er bleek en ver moeid uit, vond hy, hoewol zy hem met een -opgewekten glimlach begroette. „Ik kan u niet zeggen hoe ik my over myzelf schaam," zeide by berouwvol. „Wat ziet u er vermoeid uit 1 Waarom hebt u my niet geroepen?" „Ik ben niet vermoeid, myn arm doet een beetje pyD, maar ik durfde hem niet weg trekken," zeide Nau bedaard. „Kyk, als u uw hand onder zyn hoofd wilt leggen en het opbeuren ja, zoo ie het goodl - ik kan myn arm wegtrekken. Au!" Zy kon een uitroep van pyn niet weer houden, want haar arm was zóó sty f, dat zy hem byna niet bewegen kon zonder dat het oen ware marteling was. „Hy doet wat pyn o, het is niets, alleen wat styfl" voegde zy er haastig bij, daar Alan een uitroep vau verbazing en medeiyden deed hooren„Nu, leg zyn hoofd nu zacht op het kussen. Ik zal het opschudden. „Heeft hy veel geslapon?" vroeg Alan, terwyl hy, eenigszins onhandig, haar aan- wyzingon opvolgde. „Ja, dat schikt wel, hy was af en toe wat onrustig, maar dat kunnen wy niet anders verwachten." „Wat zyt u vriendeiyk." Alan stak haar zyn haud toe. „Hoe kunnen we u ooit dank baar genoeg zynl Maar ik moest u niet toe staan het werk eener dienstbode voor oqs te doen," zeide hy. Nan kleurde en glimlachte verlegen. „Ik ben geen deftige dame, mynheer Cour tenay. Ik ben er nu aan gewend hard tc werken, en geef er niets om." Zy legde eenigen nadruk op dat „nu," zoodat Courtenay het opmerkte. Hy zag haar aaD. „Dus is het niet altyd zoo geweest?" vroeg hy belangstellend. [Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 9