Bismarcks dood. De lijkrede, die de predikant Westphal tö den kerkeiyken doodendienst in Friedricbs- rub op vorst Bismarck hield, luidde als volgt: „Treurende liefde staat by de kist en klaagt over bet verscheiden van een dierbaren doode. Van verre en van naby zyn met bloedende harten de leden van een onder smarten ge bukte familie op deze plaats te zamen ge komen, om afscheid te nemen van bun be mind hoofd. Ook onze keizer is met zyo booge gemalin van verre hierheen gereisd, om den trouwen dit naar van den grooten, in God rustenden keizer nog eenmaal liefde, dank en vereering te betuigen. En pit alle wereldstreken rich ten zich de gedachten van vele duizenden Duitscbers naar deze stille plaats, ontroerd door het bericht: „Vorst Bismarck is gestor ven." Vol deemoed staan wy hier stil voor den onnaspeurlyken wil Gods, Wiens wegen niet onze wegen, Wiens gedachten niet onze gedachten zyn. Wanneer een zoo wonderbaar gezegend leven als dat van den ontslapene wordt af gesloten, wanneer een, door de hand des Aller- hoogsten verheven, in 't graf moet zinken, wanneer banden verbroken wordeD, die het hart onverbreekbaar zich wenscht, dan onder vinden wy, wat geschreven staat„God, de Heer, do Almachtige, spreekt en de harten openen zich om Zyn woorden op to nomen en to vernemen wat God, door den mond Zyner dienares, da Christelijke Kerk, spreekt." Wat heeft de Kerk te zeggen, waar onze geest vol droefenis in een ondoorgrondelijk duister blikt? Wat heeft ze aan te bieden, waar niemand kan teruggeven, wat een onveranderlijke beschikking ontnomen heeft? Zy, de Kerk, werpt een helieren lichtschijn op het sterf lijke, dat verdwijnt terwijl zij het verklaart in het licht der onsterflijkheid. Zij zendt een troostvol licht in den nacht van den rouw, terwijl zij 't door tranen verduisttrde oog der wereld de hoop toont. Niet gij alleen hebt verloren. Wy allen, het geheele Duitsche volk met onzen verheven Vorst aan de spits heeft hem verloren en treurt bij zi)n sarkophaag. En toch, ondanks de smart der schei :ing, moeten wy aan de lykkist van den 83 jarige, na het afsluiten van zulk oen leven als de ontslapene geleid heeft, niet dankbaar zijn, dat Gods goedheid hem tot hier heeft ge bracht en alles in zijn leven zoo wonderlijk heeft beschikt? Zijn leven is, naar het woord van den psalmist, niet alleen hoog gestegen, maar ook kostelijk geweest, want het is vol moeite en arbeids geweest. Zyn levensloop heeft blijkbaar onder de wonderbare hiding Gods gestaan, zoodat men, met 't oog hierop, wat Gol door hem heeft gedaan, zou mogen «eggtn: „Des Heeren raad is wonderbaar en heerlijk is Zijn wil," Niet alleen buiten in het strijdperk van het wereldleven heeft h\j gezegevierd en lauweren geoogst als geen tweede, maar ook, na allo zegepralen van zijn zoo verantwoor delijk ambt, aan de zijde van zijn beminde ©cbtgenooto, heeft hy in den nauwen familie kring altijd het ware geluk en den waren vrede gevonden! En nadat God zijn werken en daden in dienst van het vaderland wonder baar had gezegend, werd hem een vriendelijke levensavond in zyn geliefd „Friedrich8Tuh" bereid. Een levensavond, wel onder den invloed van het verlies zijner trouwe levensgezellin, maar verheerlijkt door het kostelijke familie leven om zich heen, zalig gemaakt door de liefde van degenen, die hem gebleven waren, gelukkig gemaakt door de eerbewijzen, die hem zyn Keizerlijke Heer bereidde, verhoogd en verheven door de huldigingen van allen, die hem den tol der dankbaarheid brachten. En toen zijn oude kwaal met steeds heviger smarten hem weer bezocht en het te vreezen was, dat z[jn levensavond hem een zwaren doodsstrijd zou brengen, kwam een zachte en kalme dood als verlosser, en zonder langen als hij thuis kwam. En ik drukte er sterk op hoe eenzaam en verlaten het arme meisje zich moest gevoelen en dat het niets dan een staaltje van zijn plicht was om dadelijk naar haar toe te gaandat zij nu wellicht in de meening verkeerde, dat hij gestorven was of dat hy haar vergeten had, en dat zij, nu zij niets van hem hoorde, zeker diep bedroefd zou zijn. Dit laatste deed de deur toe on zonder heel veel woorden meer vuil te maken, pakten wij ons boeltje bijeen en gingen met onzen goud klomp naar Bendigo, en kregen er van de Bank veel meer duizenden ponden voor dan ik op het oogenblik wil vertellen. Toen brachten wij den laatsten avond met elkaar door iedereen in het hotel werd getrakteerd op champagne en allerlei fijne dranken en vóór wij naar bed gingen ver telde ik aan Dick, dat ik maar liever daar zou blijvoo, omdat er bloed aan mfin handen kleefde. Dit veranderde echter Dicks houding ten mijnon opzichte niet; zyn lippen waren wit, toen wy elkaar den volgenden dag aan het spoorwegstation den laatsten handdruk gaven. Ik moest heel wat pijpjes rooken, toen ik weer in onzo tent terug was, vóór ik weer fliuk at. Ik loidde verder een rustig leventje, slenterde door de bergen en was nieuwsgierig hoe lang het nog wel zou duren voordat ik dood zou gaan. Ea altyd maar trachtte ik te vergeten, dat ik een mensch gedood had. Het geld, dat Dick my gedwongen had aan te nemon, was voldoende geweest voor honderd menschen, die net zoo sober leefden als ik; ik begroef dus het geld, dat ik niet dadelijk doodsstrijd is hy naar een betere weretd overgegaan, gestorven in zyn bemind Saksen woud, ingesluimerd te midden van zyn ge- heelen, om hem heen verzamelden familie kring. Daarvoor danken wy den Heer en zeggen na zulk een leven: „Hy heeft alles wèlgemaakt." „Een vrome, Christelijke zin heeft hem van zyn jeugd tot aan zyn levensavond gekenmerkt." Zelf heeft hy, met htt oog op het Christeiyk geloof in de Drie Eenigheid de leus gekozen: „In trinitate robur." In bet geloof aan zyn Heer en zyn Heiland Jezus Christus is by verscheiden en rust in Gol Htt vroom geloof, dat hy eens uit het godvruchtige vaderlijke huis heeft meege nomen, het bewustzyn van de afhankelyk- heid van God, dat een Schleiermacher hem heeft ingeprent, heeft hem, naar zyn eigen getuigenis, in de zware uren van zyn leven staande gehouden, heeft hem den zwaren last van zyn verantwoordeiykheid helpen dragen, en aan dezen grond zyn ook de deug den ontsproten, die bem niet alleen bewon derenswaardig, maar ook beminnenswaardig maken. Was het niet zyn godsvrucht, Jcie hem vreezeloos maakte tegenover menschrn? Was het [niet zyn geloof aan den eenigen wil Gods, die vast staat, welke hem sterk maakte en onbuigbaar in dat, wat hy eens als recht en goed had erkend? Was het niet zyn vertrouwen in God, dat hom dien bewon- doren8waardigen moed van de waarheid ver leende? Was het niet de diepte van zyn religieus bewustzyn, waaruit by hem die deemo.'d ontstond, die hem vriandelyk en biygeestig maakte, ook op zyn hooge plaats Zyn innige vroomheid, zyn persooniyk Christendom, dat niemand by hem zal ont kennen, die hein van naby leerde kennen, al scheen het ook niet naar buiten zoo, maakten, dat hy niet alleen een groote geest, maar ook een groot karakter geweest is. Ea wanneer nog, voor weinige maanden, do ontslapene by een godsdienstig feest in dit huis by de aanneming van zyn klein zonen het woord van Johannes den Dooper aanhaalde: „Hy moet wassen, ik moet minder worden" en onder den indruk dezer woorden het heilige sacramc-nt genoot en dit woord voor een deel zoo spoedig in smartvolle ver vulling overging, moeten wy dan niet de overtuiging krygen, dat ook voor bet anöore doei waar geworden is, dat Christus in hem leef Je, dat in de stilte der coodsvermoedens het als een zachte zucht door zyn ziel is gegaan Als ik eenmaal zal verscheiden, Scheidt dan Gy niet Heer van my, Als 'k het doodsuur moet verbeiden, O, verschyn dan aan myn zy. Als der uren alleraangste Voor my zal gekomen zyn, Eed my dan uit alle angsten, Uwe Hulp doodt alle pyn. Verlost van alle aardsche ïyden, is de ont slapene haar gevolgd, om wie hy zoo getreurd heert, en is aan hen voorgegaan, die hem nu betreuren. Niet om een eeuwige scheiding en een onherstelbaar verbos bebten wy te klagen, sedert e:n Heiland ook voor hem het woord gesproken heeft: „Ik ga heen om u plaats te bereiden." Treuren wy dan niet om den ontslapene. Hy i3 in het leven als in den dood; hy heeft gezegevierd, wy stryden nog; hy heelt het doel bereikt, wy streven er nog naar; hy heeft den weg afgelegd, hy heeft een schoonen stryd gehad. En al heeft by ook nu alle aardsche kronen afgelegd, een schoone kroon wacht hem daarboven, de kroon der Gerechtigheid, welke liem de Heer, de recht vaardige Rechter, op dien dag geven zal. Zoo trek dan, gy Godbegenadigde en zeer beminde man, daarheen, waar uw Heiland u geroepen heeft, in de zalige gewesten, waar leed noch stryd noch nyd u zullen deien. Uw trouw en uw liefde blyven iQ den geest van hen, aan u door den band der liefde noodig had, en sprak geen enkel levend wezen, behalve wanneer ik in de magazynen mond kost ging halen. Ik was heelomaal aan dat eenzame leven gewend en kon ook al weer slapen zonder te droomen, toen op zekeren dag een man op myn tent kwam aanryden en tegen my riep: „Jim Morris, zoo heet jy immers? Ja? Dan is hier een brief voor j8. Neem hem gauw aan, want ik ben erg laat. Prettige Kerstmis, hoorl" Het was eerste Kerstdag en ik wist het niet. D9 man galoppeerde weer weg ;hy had den brief in myn handen achtergelaten. Er zaten Engelsche postzegels op. Ik opende hem in het helle zonlicht en la& „Myn baste, oude Jim! Hedenmorgen ben ik met "Winnifred getrouwd. Eindelyk zyn wy alleen; voordat wy echter naar bed gaan, schryven we nog even aan jou. Nu weten wy, wie gy zyt; van dien goudklomp en van dat andore. En wy bidden God, dat Hy u overal moge beschermen. Wy zullen nimmer den held vergeteD, die daar eenzaam zal sterven by dat kleine riviertje aan het andere einde der wereld. God zogene U! Richard Gjibnville." Daaronder stond met een dameshand: „Hier op dit papier geef ik u een kus op het voorhoofd." Er was Diemand anders in de buurt, en dus ging ik naar den Chinees en drukte hem zwygend de hand. toegewyd, die niet eindigt tot ook hun God den zegen geeft door onzen Heer Jezus Christus! Amen!" Gedurende den plechtigen dienst werden in alle omliggende kerken de klokken geluid. De rede van da. Westphal roerde alle aan wezigen diep. De keizer, die rechtop voor de baar had gestaan, drukte by het verlaten der kamer den predikant de hand. Op de hem eigen vriendelyko wyzo zeide hy„Wat doet het my leed, dominee, dat het een zoo diep treurige gelegenheil is, waarby wy elkander voor het eerst ontmoeten." By den plechtigen iykdien6t in de Kaiser- Wilhelm-Gedachtoisskirch9 te Berlijn golfden vol en zwaar de tonbn van de prachtige klokken der kerk over de stad. De fraaie kerk, in haar Romaansche vormen van wonderbare reinheid, was met een schit terende en eerbiedige menigte gevuld, terwyi de zon, die in Beriyn dagen lang omsluierd was geweest, voor het eerst weder haar licht door de heeriyko gekleurde vensters goot. Achter het altaar, op den achtergrond, waren enkele pslmen opgesteld, niet vele, zoodat door het doorzichtige woud hunner wuivende kro nen de wydingsvolle pracht der kerk niet werd gestoord. Op het altaar zelf stonden twee arrangementen van witte bloemen. To tien uren precies werd van de richting van den Zoölogiscben Garten paardengetrappel vernomen, en te midden van een eskadron der prachtige garaekurassieren, blonde reuzen met hemelsblauwe opslagen aan den witten rok, blinken! kuras en met gouden adelaar bekroonden metalen helm, wier wit-en zwarte lansvaantjes wapperen in don wind, kwamen uit Potsdam over het station Charlotten^urg de keizer en de keizerin in een a la Daumont gereden vierspannig rytuig voor het boofd- portaal der kerk. De keizer, in groote generaals uniform van het eerste garderegiment te voet met de ket'.n van den Zwarten Adelaar, schreed langs het front der tegenover het portaal opgestelde eere-compagnie van bet tweede garde regiment te voet, met de muziek en het bataljonsvaandel, en onder het luiden der klokken en het rui- schen der orgeltonen, die als een zee van geluid stortten uit het open portaal, begaven de majesteiten, door een grooten stoet van ceremoniemeesters, kamerheeren en pages voorafgegaan en gevolgd, zich de kerk binnen. De majesteiten namen voor het altaar plaats, terwyl het orgel de aangrypende tonen van Beethoven's treurmarsch „Op den dood eens helden" uitvoerde, waarna het koor der koninklyko opera met een koorgezang de plechtigheid opende. Daarna las generaal super intendent Faber gedeelten uit do Heilige Schrift; verschillende gezangen Tan htt koor en de gemeente volg den; en sprak generaal super intendent Faber in den vorm van een gebed ongeveer het volgende: „Heere God, Eeuwige en Almachtige Vader, voor Uw aangezicht treedt een volkinTouwo om den man, door wien het tot volk is ge worden. Duitscbland weent om zyn grooten zoon. De oude groote kanselier is heengegaan tot zyn ouden grooten Keizer. God zal een volk Ditt verlaten, dat Hy zoo grooto mannen waar dig heeft gekeurd. Wy danken U, o God, dat Gy ons dezen man hebt g9geven met zyn reusachtige natuurkracht, zyn yzeren wil, zyn diepe wysheid, zyn baanbrekende ge dachten. Hy heeft den Koning het koste- ïykste gegeven, wat een onderdaan geven kan waarachtigheid en trouw tot in den dood; de Koning heeft hem het hoogste gegeven, wat een vorst te geven heeftonbepaald ver trouwen. Alles wat het hart van patriotten hooger kloppen doet, knoopt zich vast aan den naam Bismarck, een voorbeeld van Duit sche kracht en trouw. Moge hot God dan verder behagen, den Keizer ook in den ver volge wyze en trouwe raadgevers te schenken, die Hem krachtig helpen tot handhaving des vredes en tot bevordering des welzyns van Pruisen en van het Ryk. En ook dit is in den geest des overlodenen, dat wy, o Vader des Lichts, U heien opnieuw belovon, dat wy U willen vreezen, opdat wy, zondaars, niets in de wereld zullen behoeven te vreezen. Met God voor Keizer en Ryk, dat zal ons woord blyven. Uw woord zal ons schild en zinne zyn. Jezus Christus, gisteren en beden en in eeuwigheid dezelfde, Hy zal ook onze hope zyn, ia leven en in sterven. Amen". Nadat de gemeente daarop het koraal had gezongen: „Wenn ich einmal soli scheideD," sprak de geestelyke den zegen uit. De tonen van orgel en koorgezang ruischten nog eenmaal door de vrome pracht der rondge- welven. Voorafgegaan en gevolgd als by hun plech tige intrede, verlieten de keizor en de keizerin statig de kerk. 1 Buiten gekomen liet fia^rop de keizer de eere. compagnie voorby marcheeren en bleef zich daarop nog geruimen tyd onderhouden met den Rykskanselier, de aanwezige miBisters, graaf Waldersoe en andere heeren. Programma vau Muziekuitvoeringen. MUSIS SACRUM. ZoDdfcg 7 Aug.. to h*lf«cht, door het Slafmoziekcorpe ran het 4de reg. iof. Directeur: do hoer W. Vau Erp. Eerste afdeeling: No. 1. Das Schwerï Oesterroich's, Wagner; 2. Jubel- ouverture, Bach; 8. „Angelus", No. 3 de la suite d'Orcbestre, „Scones Pittoretques", Jtaaaenet; 4. Fautaiaio de l'Opérs „Donna Juanita", v. Buppé. Tweede afdeeling: No. 5. Ouverture „Nachklaoge von Oseian", Gade; 6. aAbondlied, arr. Vink, 8chumann; b. „Tffinerva", Polka pour comet, Vink; 7. „La Vague", Vatoe, Mótra; 8. Fantaisie de l'Opéra ,L' Africa ine", Meyerbeer. No3. 1 en 6. Eerste uitvoering. Park-Concert. Dinsdag 9 Augustuste halfacht. No. 1. Hnldigioge-marechGeyp. 2. Ouvorluro „Fidelio"Beethoven. 8. „Pomone", Wal# Waldteofol. 4. Potpourri uit „Gasparoue" Millöcker. 6. Balletmuziek nit de Open „Lo Prophete"S. Meyerbeer. 6. Potpourri uit de Revue „Lui lekkerland" Geyp, 7. „Uebor Stock und Stein", Galop, Fauat. Aangekomen badgasten te Katwijk a/Z. Hotel „Du Rhin"Herr und Frau H. Lich- tenbahn. Frau Hansen Lichtenbahn, Bazel. Mister Robert D. Ganley, Boston.Mevr. W. A. Kirbergen en gezin, Amsterdam. Frilulein. W. Begenian, Cleve. Fraulein H. Hoetto, Mej. G. Molenaer, Mej. A. C. Pits, Utrecht. Miss Pa- tersoD, Scotland. Mr. H. W. Fangman, Dor- dreoht. Mevr. Wed. Dycknteester en gezin, Dordrecht. De heer en mevr. L. Verbeek van der Sande met gezin, Utrecht. Groot Badhotel: H. Schouwenburg en A. Hemmingson, Overschie. Friiulera E. Strompel, Berlin. C. H. Wbilworth, Birmingham. Villa Kruyt: Mevr. BardotVisser en gezin, Doeiinchem. Hotel restaurant: StationskoffiehuigDe heer J. A. C. Scbenck, de heer J. C. R. Scliouck, 's-Gravenbage. Herr Ernst Rolfs, Cöln. Frau Luijken, Wiesbaden. B 45: Mevr. Wolfstellen met 2 kinderen, Rot terdam. B 1 7 4Mevr. M. Mak en familie, Dordrecht. B 20 5 do heer L. De Geer, Utrecht. C41: de heor J. H. Westorman en familie, Haarlem. C 126: de heer D. L. Büder, Rotterdam. De heer M. Barendiecht, Amsterdam. Villa Zeerust: Mevr Simon Thomas en gozin, Rotterdam. W ij k D 3 8: do heer B. J. Blommers en familie, Soheveoingen. W ij k D 155- Mevr. P. F De la Roi, Zutfen. Hotel DeRoskam, Katwijk a d RijnMiss M. G. Pearson, Boston. Miss E. W. Pearson. Wijk I No. 19. Miss Hilda Cory Wright, London. Gemeenteraad wan Bodegraven. Voorzitter: de Burgemeester. Afwezig ni#i scbriftelijko kennisgeving do heer W. Van der Giesen. Opening der vergadering. LeziDg en vast- stelling der notulon van do vorigo vorgadering Ingekomen stukken: lo. jiroces-verbaal van on. neming der kas van den gemeonte-orttvar.ger; 2o missives van Gedop. Staten, daarbij geleidende goedgekeurde Raadsbesluiten tot af- en overschrij. ving dienst 1897; 3d. missive van het bestuur der bad- en zweminrichting, alhier, madodeelcnde dat een subsidie over 1897 niet noodig wordt ge acht, terwijl tevens dank wordt betuigd voor de bereidwilligheid van don Raad om subsidie |0 verleenen. Dezo stukken worden voor kennisgeving aan. genomen. Modedeeling wordt gedaan van den uitslag der tiendverpachting, waaruit blijkt, dat dit jaar i, verpacht 1 U.A., 75 A., 50 C.A. haver, en 8 H.A., *24- A. aardappelen voor een bedrag van f 15.*0. De Raad besluit tot approbatie van deze ver pachting. Behandeld wordt een reclame van J. Voordon» 'tegen zijn aanslag in den hoofdeiyken omslag, B. en Ws. adviseeren tot afwijzende beschikking, De Raad vereenrgt zich algemeen met dit gevoelen, Door B. en Ws. wordt overgelegd de gemeente, rekening dienst 1897, sluitende in ontvangst op f 29564.34'' en in uitgaaf op f 28657.73, aldus met een batig saldo ad /906.61s. Tot leden van do commissie tot nazien dezer rekening worden benoemd de heeren Okkereo Turkenburg en Van Dam. Ter tafel komt een adres vau de feestcommissie albior en een van do feestcommissie te Nieuwer, brug, beide verzoekende om subsidie voor do a.s. feestviering. Na oonigc discussie, waaruit blijkt, dat do heer VanJDam minder on de heer Okkcraa meer wil geven dan do gevraagde som van f500, wordt mot 9 tegen 1 stem (de heer Van Dam) besloten /'500 te .geven aan de feestcommissie op het dorp en f50 aan dio te Nieuwerbrug. Bij de rondvraag bespreekt de heer Van Daai de quaestie op hut fort de Wierickerschans, waar van hij met genoegen vernomen heeft, dat het schieten niet zat doorgaan. Spreker zoude wen- scli.en, dat de Regeerjug in 't vervolg geen .patronen meer iu het fort-oplegde. Do Voorzitter zegt dezr zaak bij B. en Ws. ter sprake te zullen brengen Na medcdeeling, dat hot uurwerk in don toren is aangekomen en vermoedelijk op het einde dei volgeude week in gebruik zal gesteld worden sluit do Voorzitter de vergadering. SCHAAKRUBRIEK. Maandag 8 Augustus 1898. Redactie: L.S.-V. „Morphy". Adres: W. C. Van der Heulen, Breestraat 151, Leiden, Schaaknieuws. Het verloop en de uitslag van den jubileum- wed8tryd van den Nederlandschen Schaakbond zullen iederen belanghebbenden lezer wel reeds bekend zyn, wy zullen die hier dus achter wege laten. Aangename dagen hebben wy in Den Haag gesleten, geen dag of er kwamen oude ken nissen kyken, en or werdon nieuwe gemaakt. Wie kent een tweedon nationalen bond, waar van de leden elkaar allen zoo persooniyk kennen? De stemming in den bond is uit stekend, er zyn geen fracties, geen partyen, kortom alles is aanwezig om zoo'n wedstryd- week aangenaam te maken. "Iemand, die Vrydag-avond de zaal ware binnengetreden, zou vreemd hebben opgezien. Toen waren de heeren schakers lustig en vierden feest, hun president presideert ook den officieuzen Schaakbond I Toen was de band waarmede kunst bindt, in volle sterkte merkbaar. Onzen dank aan dr. A. Van Rbyn. Van de partyen valt te melden, dat er in de hoofdklasse veel mooie zyn en dat het plan bestaat alle hoofdklasse-partyen in een boekje uit te geven, als op genoeg aftrek gerekend kan worden. Maar wie twyfelt daar aan. De L9idsclie schakers alleen zouden de uitgave goedmaken. Uitgeven dus! De partyen der lste klasse zyn, al zyn ze sterk, toch niet mooi, de schoone combinatie's, die de hoofdklasse-partyen kenmerken, ont breken hier gowoonlyk. Van de 2de klasse is de heer Leussen ongetwyfeld de sterkste. Had hy dit jaar roeds lste klasse moeten spelen, thans is de verwachting uitgesproken dat de hoofdklasse hem in '99 in haar midden zal zien. Da beer Leussen beschikt over een geheugen als Van Lennep; een juister naam als „de wandelende Bilguer" is voor hem bezwaarlyk te vinden. E9n ean8geziene party vergeet hy niet. Dit, gepaard aan combinatiegave, doet van den heer L. veel verwachten. Vele anderen zyn waard hier genoomd te wordeD, maar dit is slechts een rubriek. "Ween en. Da einduitslag van den ge houden Stichkampf tusschen do beide groote meesters dr. Tarrasch en Pillsbury ia als volgt le party gewon, door dr. Tarrasch in 45 2 2e B Pillsbury 21 3 a vb dr- Tarrasch 46 4e werd remise. Dr. Tarrasch won dus met 2>$ winstpunt den iBten prys. Keulen. Voor hot to houden tornooi te Keulen hebben zich de volgenda meesters opgegeven: 1. Ad. Albin, 2. J. Berger, 3. A. Burn. 4. Caro, 5. R. Gharousek, 6. W. Cobiï, 2, A. Fnts, 8. H. v. Gottschall, 9. A.-'Hein- richsen, 10. D. Janowaki, 11. J. v. Popiel, 12. F. Schallopp, 13. E. Schiffers, 14 C, Schlechtor, 15. J.. W, Showaiter, 16. Wilk Stoivitz, en 17. M. J. ïschigorin. Voor het Haupttuinler, groep A., hebber zich 18 spelers opgegeven, en voor groep B eveneens 18 spelers, waaronder de bekend* Amsterdammer D. Bleykmans. In het Nebenturnier spelen 0. a. mede da heeren J. F. S. Esser, van Leiden, en i Bleykmans, van Arasterdam. Van de 3 partyen van het mec-stertornooi waarvan ons de afloop bekend is, bohaaldg Charousek S'/s, Steinitz 2, Tscbigorin 2, Schiffers 0, Janowski 3, Albin Showalter 1, Schlechter ll/v Burn 21/,, Schallopp. Von Popiel 1, prof. Berger dr. Voa Gottschall 1, Heinrichsen l'/„ Cohn 21/, en Fritz 1 winstpunten. Caro is in deze op^ gave niet genoemd en schynt zich terugge trokken te hebben. lsto cn 2de prijs Haupttnrnier Berlijn 13D7. D. Bleykmans is met 3 winstpunten ra de Siegergruppe van bet Hauptturnier gekomen, Esser met 4 van de 5 in die Tan het Neben turnier (dat sterker is dan onze lste klasse). In groep A spelen"Weiss (Weenen), Röbling (Kassei), Bleykmans (Amsterdam), dr. Gebbardt (Koburg), prof. dr. dichter (Siegen), Wagene (Dusseldorf); groep B: Eismger (Keulen), Laub- mann Esser (Leiden), dr. K&hne (Halle a. S), Hoffman (Beriyn), Wiemers (Bremen). Siegergruppe: Gebhardt, Weiss, Wagener, Eisinger, Kahno. Esser. Hier volge een party van het turnier. Schaakpartij No. 75. Gespeeld 1 Augustus 1898 te Keulen. Fransche Partij. Esser (Leidoo). 1, Hoffmann (Berlijn). Wit. Zwart. el 1 efi Pf3 2 d 5 e 5 S c 5 L b 5 4- 4 Pc6 Lc 6 4: 5 bc6 0-0 6 "Wit heeft de opening vreemd behandeld, zwart heeft nu positievoordeel door 't krachtige pionnencentrnm, en de aanvalskansen op den witten dame-vleugel. Po 5 is zwak. 6 F e 7 d 8 7 P g 6 C 3 8 D b 6 Pb d 2 9 a 6 c4 D b 3 Tel Dc2 b 3 Lb2 d 4 Tad 1 P d 4 P 4f3 D o 4 Lel ba4 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 f21 22 L a 6 D c 7 Tb 8 L e 7 0-0 T b 7 T f b 8 c d 4 C5 d 4 Ta7I a 4 Andera wordt toch de b-pion onhoudbaar. 22 Dc2 a 3 P e4 F B g 5 T d 3 23 24 25 26 27 Tb4 L b 7 T b a 4 T 4 a 6 Dc6 "Wit meent met P f 3 to kunnen terugnemen. 27 Lg5: 28 29 30 31 Lg5: T a 3 Ddl Dc2 De 3 D d 3 Dc3 33 34 Ta 3: Ta3: T c 3 d 3 T c 4 T d 4 T g 4 Wu de dame-vleugel ont volkt ia, ia zwart ook te; aanval op den koningavleoge'. bereid. Dd3? 35 Df3: D d 8 36 P f 8 Kil 37 L a 6 4 Geeft op. Zwart heeft etork geapeo'I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 10