Bismarcks dood.
De lijkrede, die de predikant Westphal
tö den kerkeiyken doodendienst in Friedricbs-
rub op vorst Bismarck hield, luidde als volgt:
„Treurende liefde staat by de kist en klaagt
over bet verscheiden van een dierbaren doode.
Van verre en van naby zyn met bloedende
harten de leden van een onder smarten ge
bukte familie op deze plaats te zamen ge
komen, om afscheid te nemen van bun be
mind hoofd.
Ook onze keizer is met zyo booge gemalin
van verre hierheen gereisd, om den trouwen
dit naar van den grooten, in God rustenden
keizer nog eenmaal liefde, dank en vereering
te betuigen. En pit alle wereldstreken rich
ten zich de gedachten van vele duizenden
Duitscbers naar deze stille plaats, ontroerd
door het bericht: „Vorst Bismarck is gestor
ven." Vol deemoed staan wy hier stil voor
den onnaspeurlyken wil Gods, Wiens wegen
niet onze wegen, Wiens gedachten niet onze
gedachten zyn.
Wanneer een zoo wonderbaar gezegend
leven als dat van den ontslapene wordt af
gesloten, wanneer een, door de hand des Aller-
hoogsten verheven, in 't graf moet zinken,
wanneer banden verbroken wordeD, die het
hart onverbreekbaar zich wenscht, dan onder
vinden wy, wat geschreven staat„God, de
Heer, do Almachtige, spreekt en de harten
openen zich om Zyn woorden op to nomen
en to vernemen wat God, door den mond Zyner
dienares, da Christelijke Kerk, spreekt." Wat
heeft de Kerk te zeggen, waar onze geest
vol droefenis in een ondoorgrondelijk duister
blikt?
Wat heeft ze aan te bieden, waar niemand
kan teruggeven, wat een onveranderlijke
beschikking ontnomen heeft? Zy, de Kerk,
werpt een helieren lichtschijn op het sterf
lijke, dat verdwijnt terwijl zij het verklaart
in het licht der onsterflijkheid. Zij zendt een
troostvol licht in den nacht van den rouw,
terwijl zij 't door tranen verduisttrde oog der
wereld de hoop toont.
Niet gij alleen hebt verloren. Wy allen,
het geheele Duitsche volk met onzen verheven
Vorst aan de spits heeft hem verloren en
treurt bij zi)n sarkophaag.
En toch, ondanks de smart der schei :ing,
moeten wy aan de lykkist van den 83 jarige,
na het afsluiten van zulk oen leven als de
ontslapene geleid heeft, niet dankbaar zijn,
dat Gods goedheid hem tot hier heeft ge
bracht en alles in zijn leven zoo wonderlijk
heeft beschikt? Zijn leven is, naar het woord
van den psalmist, niet alleen hoog gestegen,
maar ook kostelijk geweest, want het is vol
moeite en arbeids geweest. Zyn levensloop
heeft blijkbaar onder de wonderbare hiding
Gods gestaan, zoodat men, met 't oog hierop,
wat Gol door hem heeft gedaan, zou mogen
«eggtn: „Des Heeren raad is wonderbaar en
heerlijk is Zijn wil,"
Niet alleen buiten in het strijdperk van
het wereldleven heeft h\j gezegevierd en
lauweren geoogst als geen tweede, maar ook,
na allo zegepralen van zijn zoo verantwoor
delijk ambt, aan de zijde van zijn beminde
©cbtgenooto, heeft hy in den nauwen familie
kring altijd het ware geluk en den waren
vrede gevonden! En nadat God zijn werken
en daden in dienst van het vaderland wonder
baar had gezegend, werd hem een vriendelijke
levensavond in zyn geliefd „Friedrich8Tuh"
bereid.
Een levensavond, wel onder den invloed
van het verlies zijner trouwe levensgezellin,
maar verheerlijkt door het kostelijke familie
leven om zich heen, zalig gemaakt door de
liefde van degenen, die hem gebleven waren,
gelukkig gemaakt door de eerbewijzen, die
hem zyn Keizerlijke Heer bereidde, verhoogd
en verheven door de huldigingen van allen,
die hem den tol der dankbaarheid brachten.
En toen zijn oude kwaal met steeds heviger
smarten hem weer bezocht en het te vreezen
was, dat z[jn levensavond hem een zwaren
doodsstrijd zou brengen, kwam een zachte
en kalme dood als verlosser, en zonder langen
als hij thuis kwam. En ik drukte er sterk op
hoe eenzaam en verlaten het arme meisje
zich moest gevoelen en dat het niets dan een
staaltje van zijn plicht was om dadelijk naar
haar toe te gaandat zij nu wellicht in de
meening verkeerde, dat hij gestorven was of
dat hy haar vergeten had, en dat zij, nu zij niets
van hem hoorde, zeker diep bedroefd zou zijn.
Dit laatste deed de deur toe on zonder heel
veel woorden meer vuil te maken, pakten wij
ons boeltje bijeen en gingen met onzen goud
klomp naar Bendigo, en kregen er van de
Bank veel meer duizenden ponden voor dan
ik op het oogenblik wil vertellen.
Toen brachten wij den laatsten avond met
elkaar door iedereen in het hotel werd
getrakteerd op champagne en allerlei fijne
dranken en vóór wij naar bed gingen ver
telde ik aan Dick, dat ik maar liever daar
zou blijvoo, omdat er bloed aan mfin handen
kleefde. Dit veranderde echter Dicks houding
ten mijnon opzichte niet; zyn lippen waren
wit, toen wy elkaar den volgenden dag aan het
spoorwegstation den laatsten handdruk gaven.
Ik moest heel wat pijpjes rooken, toen ik
weer in onzo tent terug was, vóór ik weer
fliuk at. Ik loidde verder een rustig leventje,
slenterde door de bergen en was nieuwsgierig
hoe lang het nog wel zou duren voordat ik
dood zou gaan. Ea altyd maar trachtte ik te
vergeten, dat ik een mensch gedood had.
Het geld, dat Dick my gedwongen had aan
te nemon, was voldoende geweest voor honderd
menschen, die net zoo sober leefden als ik;
ik begroef dus het geld, dat ik niet dadelijk
doodsstrijd is hy naar een betere weretd
overgegaan, gestorven in zyn bemind Saksen
woud, ingesluimerd te midden van zyn ge-
heelen, om hem heen verzamelden familie
kring. Daarvoor danken wy den Heer en
zeggen na zulk een leven: „Hy heeft alles
wèlgemaakt."
„Een vrome, Christelijke zin heeft hem
van zyn jeugd tot aan zyn levensavond
gekenmerkt." Zelf heeft hy, met htt oog
op het Christeiyk geloof in de Drie Eenigheid
de leus gekozen: „In trinitate robur." In
bet geloof aan zyn Heer en zyn Heiland
Jezus Christus is by verscheiden en rust
in Gol
Htt vroom geloof, dat hy eens uit het
godvruchtige vaderlijke huis heeft meege
nomen, het bewustzyn van de afhankelyk-
heid van God, dat een Schleiermacher hem
heeft ingeprent, heeft hem, naar zyn eigen
getuigenis, in de zware uren van zyn leven
staande gehouden, heeft hem den zwaren
last van zyn verantwoordeiykheid helpen
dragen, en aan dezen grond zyn ook de deug
den ontsproten, die bem niet alleen bewon
derenswaardig, maar ook beminnenswaardig
maken. Was het niet zyn godsvrucht, Jcie
hem vreezeloos maakte tegenover menschrn?
Was het [niet zyn geloof aan den eenigen
wil Gods, die vast staat, welke hem sterk
maakte en onbuigbaar in dat, wat hy eens
als recht en goed had erkend? Was het niet
zyn vertrouwen in God, dat hom dien bewon-
doren8waardigen moed van de waarheid ver
leende? Was het niet de diepte van zyn
religieus bewustzyn, waaruit by hem die
deemo.'d ontstond, die hem vriandelyk en
biygeestig maakte, ook op zyn hooge plaats
Zyn innige vroomheid, zyn persooniyk
Christendom, dat niemand by hem zal ont
kennen, die hein van naby leerde kennen,
al scheen het ook niet naar buiten zoo,
maakten, dat hy niet alleen een groote
geest, maar ook een groot karakter geweest
is. Ea wanneer nog, voor weinige maanden,
do ontslapene by een godsdienstig feest in
dit huis by de aanneming van zyn klein
zonen het woord van Johannes den Dooper
aanhaalde: „Hy moet wassen, ik moet minder
worden" en onder den indruk dezer woorden
het heilige sacramc-nt genoot en dit woord
voor een deel zoo spoedig in smartvolle ver
vulling overging, moeten wy dan niet de
overtuiging krygen, dat ook voor bet anöore
doei waar geworden is, dat Christus in hem
leef Je, dat in de stilte der coodsvermoedens
het als een zachte zucht door zyn ziel is
gegaan
Als ik eenmaal zal verscheiden,
Scheidt dan Gy niet Heer van my,
Als 'k het doodsuur moet verbeiden,
O, verschyn dan aan myn zy.
Als der uren alleraangste
Voor my zal gekomen zyn,
Eed my dan uit alle angsten,
Uwe Hulp doodt alle pyn.
Verlost van alle aardsche ïyden, is de ont
slapene haar gevolgd, om wie hy zoo getreurd
heert, en is aan hen voorgegaan, die hem nu
betreuren. Niet om een eeuwige scheiding
en een onherstelbaar verbos bebten wy te
klagen, sedert e:n Heiland ook voor hem
het woord gesproken heeft: „Ik ga heen om
u plaats te bereiden." Treuren wy dan niet
om den ontslapene.
Hy i3 in het leven als in den dood; hy
heeft gezegevierd, wy stryden nog; hy heelt
het doel bereikt, wy streven er nog naar;
hy heeft den weg afgelegd, hy heeft een
schoonen stryd gehad. En al heeft by ook
nu alle aardsche kronen afgelegd, een schoone
kroon wacht hem daarboven, de kroon der
Gerechtigheid, welke liem de Heer, de recht
vaardige Rechter, op dien dag geven zal.
Zoo trek dan, gy Godbegenadigde en zeer
beminde man, daarheen, waar uw Heiland
u geroepen heeft, in de zalige gewesten, waar
leed noch stryd noch nyd u zullen deien.
Uw trouw en uw liefde blyven iQ den geest
van hen, aan u door den band der liefde
noodig had, en sprak geen enkel levend wezen,
behalve wanneer ik in de magazynen mond
kost ging halen. Ik was heelomaal aan dat
eenzame leven gewend en kon ook al weer
slapen zonder te droomen, toen op zekeren
dag een man op myn tent kwam aanryden
en tegen my riep:
„Jim Morris, zoo heet jy immers? Ja? Dan
is hier een brief voor j8. Neem hem gauw
aan, want ik ben erg laat. Prettige Kerstmis,
hoorl"
Het was eerste Kerstdag en ik wist het niet.
D9 man galoppeerde weer weg ;hy had den
brief in myn handen achtergelaten.
Er zaten Engelsche postzegels op. Ik opende
hem in het helle zonlicht en la&
„Myn baste, oude Jim!
Hedenmorgen ben ik met "Winnifred getrouwd.
Eindelyk zyn wy alleen; voordat wy echter
naar bed gaan, schryven we nog even aan
jou. Nu weten wy, wie gy zyt; van dien
goudklomp en van dat andore. En wy bidden
God, dat Hy u overal moge beschermen.
Wy zullen nimmer den held vergeteD, die
daar eenzaam zal sterven by dat kleine
riviertje aan het andere einde der wereld.
God zogene U!
Richard Gjibnville."
Daaronder stond met een dameshand:
„Hier op dit papier geef ik u een kus op
het voorhoofd."
Er was Diemand anders in de buurt, en
dus ging ik naar den Chinees en drukte hem
zwygend de hand.
toegewyd, die niet eindigt tot ook hun God
den zegen geeft door onzen Heer Jezus
Christus! Amen!"
Gedurende den plechtigen dienst werden in
alle omliggende kerken de klokken geluid.
De rede van da. Westphal roerde alle aan
wezigen diep.
De keizer, die rechtop voor de baar had
gestaan, drukte by het verlaten der kamer
den predikant de hand. Op de hem eigen
vriendelyko wyzo zeide hy„Wat doet het my
leed, dominee, dat het een zoo diep treurige
gelegenheil is, waarby wy elkander voor het
eerst ontmoeten."
By den plechtigen iykdien6t in de Kaiser-
Wilhelm-Gedachtoisskirch9 te Berlijn golfden
vol en zwaar de tonbn van de prachtige
klokken der kerk over de stad.
De fraaie kerk, in haar Romaansche vormen
van wonderbare reinheid, was met een schit
terende en eerbiedige menigte gevuld, terwyi
de zon, die in Beriyn dagen lang omsluierd
was geweest, voor het eerst weder haar licht
door de heeriyko gekleurde vensters goot.
Achter het altaar, op den achtergrond, waren
enkele pslmen opgesteld, niet vele, zoodat door
het doorzichtige woud hunner wuivende kro
nen de wydingsvolle pracht der kerk niet
werd gestoord. Op het altaar zelf stonden
twee arrangementen van witte bloemen.
To tien uren precies werd van de richting
van den Zoölogiscben Garten paardengetrappel
vernomen, en te midden van een eskadron
der prachtige garaekurassieren, blonde reuzen
met hemelsblauwe opslagen aan den witten
rok, blinken! kuras en met gouden adelaar
bekroonden metalen helm, wier wit-en zwarte
lansvaantjes wapperen in don wind, kwamen
uit Potsdam over het station Charlotten^urg
de keizer en de keizerin in een a la Daumont
gereden vierspannig rytuig voor het boofd-
portaal der kerk.
De keizer, in groote generaals uniform van
het eerste garderegiment te voet met de
ket'.n van den Zwarten Adelaar, schreed langs
het front der tegenover het portaal opgestelde
eere-compagnie van bet tweede garde regiment
te voet, met de muziek en het bataljonsvaandel,
en onder het luiden der klokken en het rui-
schen der orgeltonen, die als een zee van
geluid stortten uit het open portaal, begaven
de majesteiten, door een grooten stoet van
ceremoniemeesters, kamerheeren en pages
voorafgegaan en gevolgd, zich de kerk binnen.
De majesteiten namen voor het altaar plaats,
terwyl het orgel de aangrypende tonen van
Beethoven's treurmarsch „Op den dood eens
helden" uitvoerde, waarna het koor der
koninklyko opera met een koorgezang de
plechtigheid opende.
Daarna las generaal super intendent Faber
gedeelten uit do Heilige Schrift; verschillende
gezangen Tan htt koor en de gemeente volg
den; en sprak generaal super intendent Faber
in den vorm van een gebed ongeveer het
volgende:
„Heere God, Eeuwige en Almachtige Vader,
voor Uw aangezicht treedt een volkinTouwo
om den man, door wien het tot volk is ge
worden. Duitscbland weent om zyn grooten
zoon. De oude groote kanselier is heengegaan
tot zyn ouden grooten Keizer. God zal een volk
Ditt verlaten, dat Hy zoo grooto mannen waar
dig heeft gekeurd. Wy danken U, o God, dat
Gy ons dezen man hebt g9geven met zyn
reusachtige natuurkracht, zyn yzeren wil,
zyn diepe wysheid, zyn baanbrekende ge
dachten. Hy heeft den Koning het koste-
ïykste gegeven, wat een onderdaan geven kan
waarachtigheid en trouw tot in den dood;
de Koning heeft hem het hoogste gegeven,
wat een vorst te geven heeftonbepaald ver
trouwen. Alles wat het hart van patriotten
hooger kloppen doet, knoopt zich vast aan
den naam Bismarck, een voorbeeld van Duit
sche kracht en trouw. Moge hot God dan
verder behagen, den Keizer ook in den ver
volge wyze en trouwe raadgevers te schenken,
die Hem krachtig helpen tot handhaving
des vredes en tot bevordering des welzyns
van Pruisen en van het Ryk. En ook dit is
in den geest des overlodenen, dat wy, o
Vader des Lichts, U heien opnieuw belovon,
dat wy U willen vreezen, opdat wy, zondaars,
niets in de wereld zullen behoeven te vreezen.
Met God voor Keizer en Ryk, dat zal ons
woord blyven. Uw woord zal ons schild en
zinne zyn. Jezus Christus, gisteren en beden
en in eeuwigheid dezelfde, Hy zal ook onze
hope zyn, ia leven en in sterven. Amen".
Nadat de gemeente daarop het koraal had
gezongen: „Wenn ich einmal soli scheideD,"
sprak de geestelyke den zegen uit.
De tonen van orgel en koorgezang ruischten
nog eenmaal door de vrome pracht der rondge-
welven.
Voorafgegaan en gevolgd als by hun plech
tige intrede, verlieten de keizor en de keizerin
statig de kerk. 1
Buiten gekomen liet fia^rop de keizer de eere.
compagnie voorby marcheeren en bleef zich
daarop nog geruimen tyd onderhouden met den
Rykskanselier, de aanwezige miBisters, graaf
Waldersoe en andere heeren.
Programma vau Muziekuitvoeringen.
MUSIS SACRUM. ZoDdfcg 7 Aug.. to h*lf«cht,
door het Slafmoziekcorpe ran het 4de reg. iof.
Directeur: do hoer W. Vau Erp. Eerste afdeeling:
No. 1. Das Schwerï Oesterroich's, Wagner; 2. Jubel-
ouverture, Bach; 8. „Angelus", No. 3 de la suite
d'Orcbestre, „Scones Pittoretques", Jtaaaenet; 4.
Fautaiaio de l'Opérs „Donna Juanita", v. Buppé.
Tweede afdeeling: No. 5. Ouverture „Nachklaoge
von Oseian", Gade; 6. aAbondlied, arr. Vink,
8chumann; b. „Tffinerva", Polka pour comet, Vink;
7. „La Vague", Vatoe, Mótra; 8. Fantaisie de l'Opéra
,L' Africa ine", Meyerbeer.
No3. 1 en 6. Eerste uitvoering.
Park-Concert.
Dinsdag 9 Augustuste halfacht.
No. 1. Hnldigioge-marechGeyp.
2. Ouvorluro „Fidelio"Beethoven.
8. „Pomone", Wal# Waldteofol.
4. Potpourri uit „Gasparoue" Millöcker.
6. Balletmuziek nit de Open
„Lo Prophete"S. Meyerbeer.
6. Potpourri uit de Revue „Lui
lekkerland" Geyp,
7. „Uebor Stock und Stein", Galop, Fauat.
Aangekomen badgasten te Katwijk a/Z.
Hotel „Du Rhin"Herr und Frau H. Lich-
tenbahn. Frau Hansen Lichtenbahn, Bazel.
Mister Robert D. Ganley, Boston.Mevr. W. A.
Kirbergen en gezin, Amsterdam. Frilulein. W.
Begenian, Cleve. Fraulein H. Hoetto, Mej. G.
Molenaer, Mej. A. C. Pits, Utrecht. Miss Pa-
tersoD, Scotland. Mr. H. W. Fangman, Dor-
dreoht. Mevr. Wed. Dycknteester en gezin,
Dordrecht. De heer en mevr. L. Verbeek van
der Sande met gezin, Utrecht.
Groot Badhotel: H. Schouwenburg en A.
Hemmingson, Overschie. Friiulera E. Strompel,
Berlin. C. H. Wbilworth, Birmingham.
Villa Kruyt: Mevr. BardotVisser en gezin,
Doeiinchem.
Hotel restaurant: StationskoffiehuigDe
heer J. A. C. Scbenck, de heer J. C. R. Scliouck,
's-Gravenbage. Herr Ernst Rolfs, Cöln. Frau
Luijken, Wiesbaden.
B 45: Mevr. Wolfstellen met 2 kinderen, Rot
terdam.
B 1 7 4Mevr. M. Mak en familie, Dordrecht.
B 20 5 do heer L. De Geer, Utrecht.
C41: de heor J. H. Westorman en familie,
Haarlem.
C 126: de heer D. L. Büder, Rotterdam. De
heer M. Barendiecht, Amsterdam.
Villa Zeerust: Mevr Simon Thomas en
gozin, Rotterdam.
W ij k D 3 8: do heer B. J. Blommers en familie,
Soheveoingen.
W ij k D 155- Mevr. P. F De la Roi, Zutfen.
Hotel DeRoskam, Katwijk a d RijnMiss
M. G. Pearson, Boston. Miss E. W. Pearson.
Wijk I No. 19. Miss Hilda Cory Wright,
London.
Gemeenteraad wan Bodegraven.
Voorzitter: de Burgemeester. Afwezig ni#i
scbriftelijko kennisgeving do heer W. Van der
Giesen. Opening der vergadering. LeziDg en vast-
stelling der notulon van do vorigo vorgadering
Ingekomen stukken: lo. jiroces-verbaal van on.
neming der kas van den gemeonte-orttvar.ger; 2o
missives van Gedop. Staten, daarbij geleidende
goedgekeurde Raadsbesluiten tot af- en overschrij.
ving dienst 1897; 3d. missive van het bestuur
der bad- en zweminrichting, alhier, madodeelcnde
dat een subsidie over 1897 niet noodig wordt ge
acht, terwijl tevens dank wordt betuigd voor de
bereidwilligheid van don Raad om subsidie |0
verleenen.
Dezo stukken worden voor kennisgeving aan.
genomen.
Modedeeling wordt gedaan van den uitslag der
tiendverpachting, waaruit blijkt, dat dit jaar i,
verpacht 1 U.A., 75 A., 50 C.A. haver, en 8 H.A.,
*24- A. aardappelen voor een bedrag van f 15.*0.
De Raad besluit tot approbatie van deze ver
pachting.
Behandeld wordt een reclame van J. Voordon»
'tegen zijn aanslag in den hoofdeiyken omslag,
B. en Ws. adviseeren tot afwijzende beschikking,
De Raad vereenrgt zich algemeen met dit gevoelen,
Door B. en Ws. wordt overgelegd de gemeente,
rekening dienst 1897, sluitende in ontvangst op
f 29564.34'' en in uitgaaf op f 28657.73, aldus met
een batig saldo ad /906.61s.
Tot leden van do commissie tot nazien dezer
rekening worden benoemd de heeren Okkereo
Turkenburg en Van Dam.
Ter tafel komt een adres vau de feestcommissie
albior en een van do feestcommissie te Nieuwer,
brug, beide verzoekende om subsidie voor do a.s.
feestviering. Na oonigc discussie, waaruit blijkt,
dat do heer VanJDam minder on de heer Okkcraa
meer wil geven dan do gevraagde som van f500,
wordt mot 9 tegen 1 stem (de heer Van Dam)
besloten /'500 te .geven aan de feestcommissie op
het dorp en f50 aan dio te Nieuwerbrug.
Bij de rondvraag bespreekt de heer Van Daai
de quaestie op hut fort de Wierickerschans, waar
van hij met genoegen vernomen heeft, dat het
schieten niet zat doorgaan. Spreker zoude wen-
scli.en, dat de Regeerjug in 't vervolg geen .patronen
meer iu het fort-oplegde. Do Voorzitter zegt dezr
zaak bij B. en Ws. ter sprake te zullen brengen
Na medcdeeling, dat hot uurwerk in don toren
is aangekomen en vermoedelijk op het einde dei
volgeude week in gebruik zal gesteld worden
sluit do Voorzitter de vergadering.
SCHAAKRUBRIEK. Maandag 8 Augustus 1898.
Redactie: L.S.-V. „Morphy". Adres: W. C. Van der Heulen, Breestraat 151, Leiden,
Schaaknieuws.
Het verloop en de uitslag van den jubileum-
wed8tryd van den Nederlandschen Schaakbond
zullen iederen belanghebbenden lezer wel reeds
bekend zyn, wy zullen die hier dus achter
wege laten.
Aangename dagen hebben wy in Den Haag
gesleten, geen dag of er kwamen oude ken
nissen kyken, en or werdon nieuwe gemaakt.
Wie kent een tweedon nationalen bond, waar
van de leden elkaar allen zoo persooniyk
kennen? De stemming in den bond is uit
stekend, er zyn geen fracties, geen partyen,
kortom alles is aanwezig om zoo'n wedstryd-
week aangenaam te maken.
"Iemand, die Vrydag-avond de zaal ware
binnengetreden, zou vreemd hebben opgezien.
Toen waren de heeren schakers lustig en
vierden feest, hun president presideert ook
den officieuzen Schaakbond I Toen was de
band waarmede kunst bindt, in volle sterkte
merkbaar. Onzen dank aan dr. A. Van Rbyn.
Van de partyen valt te melden, dat er in
de hoofdklasse veel mooie zyn en dat het
plan bestaat alle hoofdklasse-partyen in een
boekje uit te geven, als op genoeg aftrek
gerekend kan worden. Maar wie twyfelt daar
aan. De L9idsclie schakers alleen zouden de
uitgave goedmaken. Uitgeven dus!
De partyen der lste klasse zyn, al zyn ze
sterk, toch niet mooi, de schoone combinatie's,
die de hoofdklasse-partyen kenmerken, ont
breken hier gowoonlyk.
Van de 2de klasse is de heer Leussen
ongetwyfeld de sterkste. Had hy dit jaar
roeds lste klasse moeten spelen, thans is de
verwachting uitgesproken dat de hoofdklasse
hem in '99 in haar midden zal zien. Da beer
Leussen beschikt over een geheugen als Van
Lennep; een juister naam als „de wandelende
Bilguer" is voor hem bezwaarlyk te vinden.
E9n ean8geziene party vergeet hy niet. Dit,
gepaard aan combinatiegave, doet van den
heer L. veel verwachten.
Vele anderen zyn waard hier genoomd te
wordeD, maar dit is slechts een rubriek.
"Ween en. Da einduitslag van den ge
houden Stichkampf tusschen do beide groote
meesters dr. Tarrasch en Pillsbury ia als volgt
le party gewon, door dr. Tarrasch in 45 2
2e B Pillsbury 21
3 a vb dr- Tarrasch 46
4e werd remise.
Dr. Tarrasch won dus met 2>$ winstpunt
den iBten prys.
Keulen. Voor hot to houden
tornooi te Keulen hebben zich de volgenda
meesters opgegeven:
1. Ad. Albin, 2. J. Berger, 3. A. Burn.
4. Caro, 5. R. Gharousek, 6. W. Cobiï, 2,
A. Fnts, 8. H. v. Gottschall, 9. A.-'Hein-
richsen, 10. D. Janowaki, 11. J. v. Popiel,
12. F. Schallopp, 13. E. Schiffers, 14 C,
Schlechtor, 15. J.. W, Showaiter, 16. Wilk
Stoivitz, en 17. M. J. ïschigorin.
Voor het Haupttuinler, groep A., hebber
zich 18 spelers opgegeven, en voor groep B
eveneens 18 spelers, waaronder de bekend*
Amsterdammer D. Bleykmans.
In het Nebenturnier spelen 0. a. mede da
heeren J. F. S. Esser, van Leiden, en i
Bleykmans, van Arasterdam.
Van de 3 partyen van het mec-stertornooi
waarvan ons de afloop bekend is, bohaaldg
Charousek S'/s, Steinitz 2, Tscbigorin 2,
Schiffers 0, Janowski 3, Albin Showalter
1, Schlechter ll/v Burn 21/,, Schallopp.
Von Popiel 1, prof. Berger dr. Voa
Gottschall 1, Heinrichsen l'/„ Cohn 21/,
en Fritz 1 winstpunten. Caro is in deze op^
gave niet genoemd en schynt zich terugge
trokken te hebben.
lsto cn 2de prijs Haupttnrnier Berlijn 13D7.
D. Bleykmans is met 3 winstpunten ra de
Siegergruppe van bet Hauptturnier gekomen,
Esser met 4 van de 5 in die Tan het Neben
turnier (dat sterker is dan onze lste klasse).
In groep A spelen"Weiss (Weenen), Röbling
(Kassei), Bleykmans (Amsterdam), dr. Gebbardt
(Koburg), prof. dr. dichter (Siegen), Wagene
(Dusseldorf); groep B: Eismger (Keulen), Laub-
mann Esser (Leiden), dr. K&hne (Halle a. S),
Hoffman (Beriyn), Wiemers (Bremen).
Siegergruppe: Gebhardt, Weiss, Wagener,
Eisinger, Kahno. Esser.
Hier volge een party van het turnier.
Schaakpartij No. 75.
Gespeeld 1 Augustus 1898 te Keulen.
Fransche Partij.
Esser
(Leidoo).
1,
Hoffmann
(Berlijn).
Wit. Zwart.
el 1 efi
Pf3 2 d 5
e 5 S c 5
L b 5 4- 4 Pc6
Lc 6 4: 5 bc6
0-0 6
"Wit heeft de opening
vreemd behandeld, zwart
heeft nu positievoordeel door
't krachtige pionnencentrnm,
en de aanvalskansen op den
witten dame-vleugel. Po 5 is
zwak.
6 F e 7
d 8 7 P g 6
C 3 8 D b 6
Pb d 2 9 a 6
c4
D b 3
Tel
Dc2
b 3
Lb2
d 4
Tad 1
P d 4
P 4f3
D o 4
Lel
ba4
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
f21
22
L a 6
D c 7
Tb 8
L e 7
0-0
T b 7
T f b 8
c d 4
C5
d 4
Ta7I
a 4
Andera wordt toch de b-pion
onhoudbaar.
22
Dc2
a 3
P e4
F B g 5
T d 3
23
24
25
26
27
Tb4
L b 7
T b a 4
T 4 a 6
Dc6
"Wit meent met P f 3 to
kunnen terugnemen.
27 Lg5:
28
29
30
31
Lg5:
T a 3
Ddl
Dc2
De 3
D d 3
Dc3
33
34
Ta 3:
Ta3:
T c 3
d 3
T c 4
T d 4
T g 4
Wu de dame-vleugel ont
volkt ia, ia zwart ook te;
aanval op den koningavleoge'.
bereid.
Dd3? 35 Df3:
D d 8 36 P f 8
Kil 37 L a 6 4
Geeft op.
Zwart heeft etork geapeo'I