N®. 11649. Maandag Jrfel>rnari. A°. 1898 geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van gon- en feestdagen, uitgegeven. Uitslag dcc stemming voor oen lid van den Gemeenteraad in bet tweede kiesdistrict. Derde Blad. Feuilleton. ROZEKATE, PBU8 DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden. ..........f 1.10. Franco per poet1.40. Afzonderlijke Nommere0.05. PRIJS DER ADVERTENTEEK: Van 1-6 regels f 1.05. Iedore regel meer f 0.17J. Grootore lettere naar plaateruimte. Voor het incasseeren buiteD de stad wordt f 0.05 berekend. Aantal Geldige Van onn aarde. Dr. Tb. Q. Mr. J. C. F. ïerhff Kiezei s. sUinbilj. Den Uonter. Van der Lip. J. Slussert. Van Wijk. (anli-rev. en r. k.) (CbrisL-HiaL) (Vooruilstr. lib (Vrijzinnig.) Stomdistrict II: School Heeronstraat. 539 388 1 182 29 44 133 V: Mare 352 .274 144 49 16 65 VIII: Stadstimmerwerf 470 312 - - 154 38 2a 98 Totaal 1361 974 7 480 110 82 296 Volstrekte meerderheid: 488. Herstemming tasscben de bearen: Dr. Tb. G. Den Houter en W. F. Verhey Van Wyk. j Leiden. 12 Februari. Voor de beroeping van een tweetal predi kanten by de Ned.-Herv. Gemeente alhier zijn gisteravond door de Veresnigicg van Kerke- raadsleden en Gemachtigden, ter voorziening in do vacaturen, ontstaan door bet emeritacfc van dr. H. G. Hagen cn het overiyden van ds. R. Koopmans van Boekeren, de volgende tweo zestallen samengesteld: Voor de vacature dr. H. G. Hagenda. L. J. Van Apeldoorn, van Jutryp en Homraerts, ds. H. Van Griethuysen Az., van Oosterwolde, dr. J. D. De Lind van "Wijngaarden, van Utrecht, ds. B. Lütge, van GrooingeD, ds. K. W. Vethake, van Alfen a. d. Ryn, en ds. P. J. Van Melle, van Nykerk. Voor de vacature ds. R. Koopmans van Boekeren: ds. P. Bokma, van Goikum, ds. J. P. Eringa, van Oostwolde, ds. J. Hoogenraad, van WageningeD, ds. J. W. H. Kalkman, vaa WoerdeD, de. W. De Lange, van Rhenen, en dr. H. Visscher, van Delft. Harer Majesteits gezant te Londen, mr. W. baron Van Goltstein van Olienaller, is voor enkele dagen te 's-Gravenhage aange komen. De Por.ugeesche gezant by ons Hof, graaf De Sélir, bood gisteren aan het corps diplomatique een gastmaal aan. De Pauselyke Internuntius Mgr. Tarnassi begeeft zich morgen, Zondag, naar Amster dam, ter by woning van een feest van don R. K. Volksbond. Dr. W. P. Ruyscb, door het Hoofdbe stuur van den Volksbond tegen Drankmisbruik benoemd tot voorzitter, heeft zich die benoe ming laten welgevallen. Mr. Snyder van Wissenkerke, onder-voor zitter van den Volksbond, die uitdrukkelijk had verzocht niet tot voorzitter te worden aangewezen, biyft als onder voorzitter ia het Hoofdbestuur werkzaam. Het Hco'öoestuur van den Volksbond heeft zich tot aen Minister van Oorlog gewend met het verzoek in de algemeene voorschriften voor de uitvoering en het onderhoud van werken onder het beheer van het departement van oorlog een bepaling op te nemen, waarin verboden wordt de uitbetaling van loonen in drankhuizen. De directeur van de Nederlandsch-Zuid- Afrikaansehe spoorwegmaatschappy, do heer Van den Wall B .ke, te Amsterdam, is benoem 1 tot ridder in do erde van den RooJen Adelaar derde klasse. De heer A. M. Van Voorthuyeen, te Nymegen, sinds 15 jdren schooljpzioner ia het district Tiel, heelt als zoodanig met 1 April a. s. eirvol ontslag aangevraagd. De „Ned. brood-, koek- en banketbakkers- bona" zal een adres aan de Tweede Kamer richten tegen de coöperatie. Vad Bodegraven. De zangvereeaiging „Halle luja" gaf deze week haar 3do uitvo ring. „Halleluja" fctaat hier als muzickvorotniging uitetekend aangeschreven, hetgeen ieder ja<-r tlykt uit ds groote opkonut van bet publiek. Ditmaal w*s de torioop al byzo.ider groot. Ongeveer 600 psrsor.en waren in de Nel- Herv. Kerk, waar de uitvoering gegeven werd, vere-.nigd. Het programma, dat uit 13 num mers boctond, werl over het geheü zeer ver- diensteiyk uitgevo rd. Leiderdorp. Do loop der bevolking over 1897 in deze gemeente was als volgt: Geb. M. V. Overleden M. V. 30 27 22 18 gevestigd 73 83 verlr. 74 93 103 115 96 lil Da bevolking is dus vermeerderd met 11 zirien; op 31 December 1896 was het aanlal zielen 179,1, dus op 31 December 1897 was de bevolking 1802 zielen. Lissc. Het aantal mannclyke inwoners, die voor plaatsing op de kiozerslyst in aanmerking zoudeu komen, voor zooveel betreft den leeftyd, bedraagt 772. Oudshoorn. Gistermiddag omstreeks twaalf uren reed een handkar, bespannen met drie honden, in den H9ul. Door spoedig toegeschoten hulp had men een en ander weldra weder op het droge. Het aantal ingeschrevenen Yoor de natio nale militie bedraagt bier 25, waarvan 24 lozen en schryven kunnen. In 1897 wtrden 51 kinderen kosteloos gevaccineerd, nl. 50 boven den 1 -jarigen leef tyd en 1 beneden den 1-jarigen leeftyd. Oude-Wetering. Voor de afdeoling „Oude- Weteiing e. O." van den Nederl. Protestanten bond hoopt Maandag 14 Februari a. s., des avonds te 7 uren, op te treden: ds. L.VanCleeff, predikant by de Doopsgezinde Gameente te AaJsmeer. Als tot dusverre zal de leziog ook voor belangstellende niet-leden toegankelijk zyn. Znammcrdain. De loop der bevolking in 1897 ia aldus: Bev. op 31 Dec. 1896: M. V. Totaal 874 932 1806 Vermeerderd door geb. m, 38 33 71 vest. 137 141 278 1049 1106 2150 Verminderd overl. 18 19 37 1031 1087 2118 vertrek 127 121 248 Bev. op 31 Dac. 1897: 904 966 1870 INGEZONDEN. Mynheer de Redacteurl Eiken avond als het „Leidsch Dagblad" by my wordt binnengebracht, haast ik my om na te zien welke straatcormmssiën voor de inhuldigingsfoesten zich weder hebben gevormd. Want ik moet U mededeelen, dat ik my ver heug in al de voorbereidende werkzaamheden voor dat aanstaande feest, waar zeker elks hart vol van is, die ten minste als een recht geaard Nederlander in blyde verwachting ook de stad zyner inwoning al reeds voor zich ziet in een waren feestdos: die dan ook niet (dat hopen wy zeker alles) onder behoeft te doen bij al die andere steden, welke ook dcor hun voorbereiiende werkzaamheden toonon, heelwat groots te voorschyn te willen roepen. De regeling van de hoofdcommissie of het uitvoerend comité van onze stad heeft getoond met beleid te werk te gaan, want door de benoeming van de verschillende straatcom- missiën ontstaat een werkkracht, die ten goede moet komen aan de algemeene versie ring en verlichting in den uitgebreidsten zin des woords. Nu is maar te weuschen, dat die verschil lende commissiën één doel beoogen, en dat is om de stad niet alleen te versieren, maar ook door hunne versieringen te verfraaien, zoodat het geheel zich kenmerke door schoon heid, kunst en smaak. En om dat te verkrijgen moeten zy vooral eerst deskundigen raadplegen: voor draperieën, behangers; voor timmerwerk, architectenen vcor groen, bloemen en planten, bloemisten. -Het is niet alleen de vraag Hoeveel meter heb ik hier of daar van noodig? Maar wel: Hoe kan ik de straten met smaak versieren, zoo Jat zy worden een aaneenschakeling van een smaakvol geheel? Hoe vaak hebben wy by feestelykheden straatvereieringen gezien, die geen versiering, maar ontsieringen waren Wy begrypen het antwoord alreeds, want er zullen vele commissiën zyn, die my ant woorden, dat zal geheel afhingen van de dubbeltjes; hoewel ik dat zeer goed begryp, kan ik U toch verzekeren, dat, als er met kennis wordt gewerkt, de kosten eer minder dan meer zullen worden, want het zit Diet altyd in grove sommen; men kan zelfs met kleine sommen, smaakvol werken, en het vercieringsmateriëël'daar aanbrengen, waar het effdct wonlt vérlregtn. Meestal vindt men daarin de grootste fout, dat sommigen personen het wtrk wordt opge dragen, die geheeL onbekend zyn met de be werking van het versieringsmateriêel en het smaakvolle aaDbredtf&i daarvan. Men neemt draperieön tot verfraaiing, maar als aie niet "door eed" iekwame hand worden samengesteld^ dan missen ze het doel; het zy geheel of gadeel te lyk. Zoo is het eveneens met het oplichten van eerepoorten,"py ra mides, consólos, enz enz. Maar ook vocral het werk van den bloemist oischt smaak en in het byzonder ervaring van hot te gebruiken materieel: guirlandes en verdere versieringen, aangebracht door een kundigo band, zullen de fraaiheid \er- hoogen en de kosten niet overdryven. Vcoral ook het goede afwerken der guir landes maakt een goed effect, evenzoo het aanbrengen van bogen en slingers, enz., enz. In zulk een tyd worden van alle kanten aanbiedingen gedaan door menschen, die geheel onbekend zyn met dat wtrk, waar door men krijgt een chaos van wanklanken, dio aan het sierlyk gebod der straatversio- liogen veel van het effect wegnemen, dat men met dezelfde hulpmiddelen had kunnen verkrygen. Mochten wy met de aanstaande feesten vooral trachten ts bevorderen, dat tik© ver siering worde aangebracht met k nnis ea smaak; zoódat de verschillende feostcommis siën éen. docj trachten te bereiken om een smaakvol g'.\ed te verkrygen, hetgeen zeker elke irvwontr" ,varï ooze stad, zoo oak de Hoofdcommissie derJnhulüigingsfeesteD, van harte met my zullen wenschen. Een .^Voorz^tler van een sub commissie voor de aanstaande Inhuldigingsfeesten. „Nog ccds de Koninklijke Kroon." Ondpr dit opschrift bevat de „Amsterdam- sche Courant" (het z. g. „Geeltje") van Vrydag^ll .Febr, jl. (2de blad) een ingezonden stuk van de hand van den heraldicus J. A. Koopmans, waarin deze nogmaals te velde trekt tegen, de opvatting van den heer Wil deman, adjunct-archivaris te Haarlem, die deze kroon ongevoerd (d. w. z. zonder toque) afgebeeld wil zien. „Met de slagvaardigheid, den heer Wilde- l) Juist, Mijnheer de Voorzitter, dat zijn we met U eeua! Laten we toch vooral de palen en het groen met de sterren voor de illuminatie er op. die bij de maskeradefeesten steeds en altijd dienst doen, weglaten. Dat kunnen we droomen, maar maken wo wat nieuws!! Red.] man eigen", aldus schrijft de heer K., „heeft by zich ter neer gezet, om zondkr diep nadenken myn stuk te beantwoorden en liefst bet laatste woord te willen hebben. Hem ontgaat daardoor, dat by zi.-bzelven tegenspreekt, want in de „Hü-rlomscbe Cou rant" zegt hy: „„dat de kroon U^en dient als symbool van het koningschap en niet om op het hoofd to worden gezet van Hem of Haar, met die macht beklee-i" en vtrtelt nu, dat die toquo wel degriyk moet dienen „„om de kroon op hst hoofd te door. passen" en qua ificeert hy myn meening dat de ba- schryver zich heeft vergmt, met?!? De heer W. heeft zich du eenmaal in het boofd gezet, dat de kroon oogevoord moet worden afgebeeld en haudbaa't a tort et a travers zyn decreet." Voorts citeert de beer Koopmans verder uit het „Leidsch Dagblad" van 5 Februari een gedeelte van het onderbond, dat ik met den zaakkundigen referendaris van schoone kunst n, jar. Victor Do Stuerp, ia Den Haag, hebben mocht, en waaruit i-lykt, dat xenoemde referendaris het met den heer K. en my eens is, „dat de rooie toque in de kroon zichtbaar moet zijn." Hiermede acht de heer Koopmans dit punt voorgoed afgehandeld, terwyl de redactie der „Amst. CL", na overname van een gedeelte van myn stukje uit 't „L. D." van 5 Febr., het debat over deze zaak sluit. C. Versték. Gemeenteraad van LIssc. Tegenwoordig al de leden, behalve de heer Van Stockum. Ds Voorzitter, do burgemeester, doet mede- deeling van het proces verbaal der op 17 Januari jl. pUats gehad hebbende opnemirg der lo.kïn e.a ka-s van den geuoeiito-ontvanger, blykens h twelk op dien datum in kas was /"3047.43s on de boeken en bescheiden in erde waren. Aangenomen voor k neis- geving. Aan de orde komt: de rioleering in den Bro kweg, waartoe reeds in een vorig jaar besloten was. Na gehouden beraadslaging wordt besloten tot het doen opmaken van een niouw bestek. In zake het aanhangige verzoek om con cessie betreffende electrische \erlicbting deelt de Voorzitter mede, dat by e*-n confer ntie heeft gehad met zyn ambtgenoot*, n van Hille- gom en Sassenheim en dat men was over eengekomen aan de Raden dier gemeenten voor te stellen, om, voor gezamoriiyke rekening, dr. Bleekrode, van 's-Hage, uit te noodigen tot het houden va* een aanschouweiyke 1 zing over electrische verlichting en tevers te geven een schema der voorwaarden, waarop concessie zou kunnen wordea verleend. De Raad verklaarde eenparig zich daarmede te kunnen vereenigen. Nog wordt besloten d# toalage aan h-:t hoofd der scbocl voor het schoonhouden der school lokalen te verhoogen tot f 100. Niets meer te behandelen zynda, sluit de Voorzitter de vergadering. 8) Hy is nauwelyks te herkennen, z<5ó moede en gebroken ziet hy er uit. Nu heb ik Margartta mo.ten beloven, dit vertrek zoo gezellig mogelyk voor hem in te richten; het moet een verrassing voor hem zyn." Hy onderwierp bet vertrek asn een criti- schen blik en schudde met een snelle be weging van het hoofd het haar terug, dat hem zoo dikwyls over het voorhoofd en de oogen viel, vooral, wanneer by, zooal3 thans, veel had moeten bukken. „Ik heb myn best gedaan," vervolgde hy glimlachend. „Maar of ik den smaak van myn heer Antoni getroffen heb! Die geniale luil Mon weet nooit hoe men zo nemen moetl En ik ben zoo'n nuchter menscb, ik ben altyd alleen maar op het practische bedacht. Dat dralen en aarzelen versta ik niet. Men kan toch niet meer dan één weg inslaan en dat moet men zeker doen, zonder aarzeling." Zyn stom had een eenigszins scherpen toon aangenomen en om zyn mond plooide zich een energieke trek. Hy had plotseling een heel ander gezicht gekregen. Maar zoodra sloegen de mooie meibj6soogen zich niet Daar hem op, of het oude, verlegen lachje kwam weer om zyn mond en hy werd rood tot achter de ooren. „Nu moet u do schilderyen toch eens Jïekyken, juffrouw Stavemann." Hy bracht haar naar den wand, waaraan verschillende schilderyen van klein formaat hingen, mee- rendeels landschapjes. Ean eenzame, met riet omgroeide vyver, waarboven eenige trek vogels vliegen. Een in herfsttint gekleurd bosch met dryvende wolken enverwelkt loof op den grond; een ree, die door het ontbladerde loof gluurt. Dan weer winter landschappen. Dwarrelende sneeuwvlokkenen een zware, loodgryze hemel, een eenzame hut aan den weg, een paar hoDgerige kraaien, die van honger krassen. Daar berypt geboomte en een zachte, wicte aarde, waarboven de sterren fonkelen, en zich een hooge, heldere hemel welft. Verder tooneelen van avond stilte. Vallende schemer, waarin de voor werpen zich oplossen, waaruit geheimzinnige, nevelachtige beelden opstygeD, de maan stil en groot komend uit de wolken. Al deze scbilderyen waren eenvoudig opge zet, hier en daar half af en over het algemeen in een matten, grysbruinen toon gehouden. Maar over elk doek lag een eigen bekoring, in elke schildery was stemming. Rozekate kende de meeste er van. "Werner ADtooi had ze vóór zyn Munchener reis geschilderd. Hy had zo bier achtergelaten, omdat hy er niet tevreden over was; by noemde ze „verknoeid." Ja zeker, ze vielen niet in bet oog, die kleine doeköD, men moest ze zoekon en ze met ernst en opmerkzaamheid beschouwen, als men er de bekoring van wilde gevoelen. Maar dan lieten ze u ook niet zoo spoedig weer los. Rozeka'e wydde haar aandacht aan twee dezer doeken, die vooral boeiden door de fijne manier, waarop ze gedaan waren. „Deze twee zyn naar myn meening toch wel onberispa- lyk," zeide zy; „was do schilder daar ni9t over tevreden?" „Ferdinand Olpeu haalde lachend de schou ders op. „Nu misschien wel," antwoordde by „Margareta heeft er de laatst9 hand aan ge legd; dat verstaat zy meesteriyk. Reeds loan vader nog leefde, probeerde zy het. Hy was buitengewoon productief; zyn penseel was niet altyd in staat de snelle phantasie te volgen en zoo woekerde hy met zyn tyd. Voor het laatste werk, bet afmaken, gunde by zich geen tyd en zoo kreeg Margareta dat te doen. Myn zuster is wonderbaariyk in staat zich in de idee der kunstenaars in te denken. Zy weet precies wat hy wil zeggen en geven. Vaak zyn het niet meer dan een paar streken, slechts een paar lichteffecten, die zy hier en daar aan brengt, maar die geven het werk juist den stempel. En komt u nu eona hier," zeido hy, baar naar don tegenovergestelden wand brengend, waar verschillende groote doeken hingen en stonden. „Deze werken zyn de vrucht der Münchener school." Het waren alle historische doeken op groot formaat, ryk van stoflage en kleuren, in het oog vallend. Zy bleven er een tydje voor stilstaan en beschouwden ze zwygend. „Een echte verfzwymel," zei Ferdinand Olpen. „Precies- het tegendeel van die daar. Dat is uit de school van een Piloty en Makait. Een heerlyk mooi coloriot, en 6toute compo sitie, maar veel te veel werk gemaakt van de byzaken; er zit te woirig loven in de kop pen. Neen, dat geschilder op groote schaal i3 niets voor Wero6r AntoDi; zy laat te groote speelruimte aan de phantasie; hy ban er niet uitkomen." „Zie eens bier, juffrouw Stavemann" hy nam een schildery, dat togen den wand stond, op en zette het op de kisten, die hy in den hoek had geschoven, terwyl hy er de donker- roode stof smaakvol omheen drapeerde, „dat Is Antoni's eigenlyk element: portret schilderen." Het jonge meisje slaakte een kreet van bewondering. In het volle licht der gasvlam men kwam daar op een donkeren groDd een heerlyk mooi vrouwenportret uit. Wit atlas omhulde de teedere ledematen: over de schouders hing, tot aan de heupen reikend, glanzend, roodblond haar. Roode, kroezende lokken vielen over het witte, doorschynendo voorhoofd en daaronder keken een paar oogen uit, groot, fonkelend, groenacbtig-blauw. Om den rooden, gevulden mond speelde een half verleidelyke, half spottende glimlach. „Prachtig," fluisterde Rozekate. „Ja, het is een schoon gelaat, maar geen goed," voegde Ferdinand Olpen er aan toe; „een schoon lichaam zonder ziel; de schuld van den schilder ie het niet, want die heeft er in gelegd wat hy kon, wellicht meer dan er in was. Het komt my voor de ko;ie van een portret te zyn." „Wat is dat?" vroeg Rozokato plotseling, terwyl zy eenige schreien nader trad en met bevende hand op een snode wees, die over het schoone, verleidelyke gelaat liep. Ferdinand Olpen haalde da schouders op. „Da schilder most in een aanval van koorts zyn werk hebben willen verniel igen, men heeft hem althans bewusteloos voor dit por tret gevonden. Gelukkig schynt zyn hand te zwak te zyn geweest, is het mes afgegle den en is zoodoende bet kunstwerk toch niet geheel aan de vernietiging prys gegeven." Rozakate bleef nog eenige oogenbiikken peinzend voor bet doek staan, terwyl do jonge man weer aan het opruimen begoo, de laatste schilderyen uit de kisten nam en Z9 een plaats gaf. Zyn handen boefden echter by dit werk; by scheen ten pro ai te zyn aan een gewtldige, met moeite te onderdrukkon opwinding; een paar maal baalde hy diep adem. Eindelyk was by gereed en nu sprak hy het jonge meisje weder aan, in korte, ge broken, onzektre zinnen. „Uw verbiyf te dezer stede zal niet van laDg n duur zyn, heb ik van myn zustrr gehoord, juffrouw Stavemann?" Rozekate keek op, getroffen door den toon zyner stem. „Ik veitrek tegen Kerstmis, eigenlyk mo9st ik einde dezer maand reeds naar huis komen, maar op myn cringend verzoek heb ik ver gunning gekregen, om bier nog ean paar weken te biyven. Ik heb my hier best bevon den; het afscheid zal my zwaar vallen." „O ja, hot leven is heel aangenaam in Hannover," antwoordde hy. „Misschien mis schien blyf ik ook niet lang meer hier," voegde by er stamelend aan toa. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 9