N®. 11642 Zaterdag 5 Februari. A°. 1898 <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven Dit noimncr bestaat uit TWEE Bladen. Eerste mad. Leiden. 4 Februari. Femlleton. DE HALFBLOED. IDSCH DAG-BLAD rHUS DEZER COURANT» Voor Leiden per 8 maanden, f MD, franco por post1.40. Afeono'orlijko Nommors O.OOi 4PRIJS PER ADVERTENTlëNS Van 1-6 regela 1.05. Iedere regel meer 0.17{. Grooterg lotters naar plaatsruimte. Voor bot Incassearon buiten de st$I wordt 0.05 berekend. Dinsdag, den 8sten Februari a. s., des na middags te twee uren, zal de rector magnificus dr. Th. H. Mac Gillavry, ter plechtige tiering Tan den S23sten Terjaardag der stichting ran de Leidscbe boogescbooi, een redevoering houden in het groot-auditorium van het Academiegebouw, waartoe alle belangstellenden worden uitgenodigd. In een gisteravond gehouden openbare Nutsvergadering leidde mr. H. L. Drucker het woning-vraagstuk in. Dat dit vraagstuk tegenwoordig met recbt aan de orde gesteld wordt, beweerde spr., behoefde met 't oog op de in dat opzicht overal in den lande bestaande onbevredigende toestanden byna geen betoog. Niet slechts laten de woningen te wenschen over wat aangaat de eiscben der gezondheid, maar ook wat haar inrichting betreft, zoodat er in een klein bestek zoowat van alles ge daan moet worden, gegeten, geslapen, zich kleedon, gewerkt, enz. In de behoefte aan doelmatige woning wordt tot nu toe nog niet genoegzaam voorzien door bet aanbouwen van nieuwe woningen. Daaruit volgt, dat alle be moeiingen te dezen opzichte een tweeërlei richling moeten volgen, zoowel van particuliere als van gemeente- en staatszijde, nl. dat in de oude buurten ongeschikte woningen worden afgebroken en opnieuw opgebouwd en dat er op vry terroin nieuwe woningen opgebouwd worden. Vooral van particuliere zijde kan in deze met uitnemend succes veel worden gedaan, ook zonder dat pbilanthropie een der eerste en voornaamste drangredenen behoefde te zjjo. En daarbjj behoort de overheid die par- ticuliere pogingen te steunen en zij kan dat door verschaffen van bouwterrein, het gemak kelijk maken van de voorwaarden tot bouw en, zooals bijv. in Leiden gebeurt, financieel waarborg voor rente te geven, wat dan ook door spr. zeer wordt aanbevolen en onder steund. Daarenboven rust op de gemeente de plicht om zoo streng mogeljjk de hand te houden aan verordeningen op het bouwen; voor schriften omtrent onbewoonbaarverklaring ge lijk die elders, maar vooral ook in Leiden, met veel goeden uitslag worden ten uitvoer gebracht en waarvan dan ook de heilzame vruchten niet uitblijven. Dat om een en ander ten uitvoer te kunnen brengen de hulp van den Staat dringend noodig is, behoeft volgens spr. geen uitvoe rige uiteenzetting, ten einde daardoor allerlei strijdvragen op te lossen en quaeatiën zooals onteigening, enz. afdoende te regelen. Spr. werd na het gehoorde door de vrij talrijke aanwezigen warm toegejuicht. Aan het daarop gevolgd debat werd deel- genomen door de heeren mr. A. D. Van Assendelft de Coningb, burgemeester van Leiderdorp, C. H. Kouw, prof. mr. J. Oppen- heim, den voorzitter prof. dr. P. Van Geer en anderrn. Hunne bemerkingen op bet ge sprokene werden door den inleider uitvoerig weerlegd of toegelicht. Do voorzitter sloot de vergadering met hartelijke dankbetuiging aan den inleider; by deelde voorts mede, dat het Departements- bestuur zich voorstelt meer dergelijke bijeen komsten te organiseeren ter bespreking van gewichtige maatschappelijke vraagstukken. De spreekbeurt voer de Volksbijeenkomst werd gisteravond in de Stadstaal vervuld door ds. M. Van Kleeff, alhier. Vódr de pauze improviseerde deze bekwam* redenaar over Bellamy'! „Het jaar 2000", ging na wat er voor goeds zou kunnen zijn in den gedroomden toekomststaat en sprak uitvoerig over de quaesties Kunst, Gevange nissen en Godsdienst. In dien toekomststaat zou door het volk worden uitgemaakt wie eigeniyk kunstenaars zijn, en met warmte protesteerde de heer Van Kleeff tegen deze opvatting. „Een kun stenaar, 't zjj bij mat het penseel of met hamer en beitel uitbeeldt, 't zij bjj literator of musicus is, mag niet aan bandon worden gelegd, gehéil vrij moet hij zich kunnen geven 1" Gevangenissen waren in dien staat niet meer noodig, omdat bet geld Diet meer be stond. „Alsof," zoo zeide de heer Van Kleef, „alleen het geld misdadigers te voorschijn roept." Naar de kerk gaat men in dien toekomst- staat niet meer. Men drukt eenvoudig op een electrischen knop, wordt aangesloten met den predikant of den pastoor, dion men wensebt te hooren, en krijgt zoo zonder monte een preek, die een paar uren duurt, thuis. Op waarlijk geestige wijze besprak de heer Van Kleeft' een en ander, en met veel waar doering was hy jegens den schrijver van „Het jaar 2000" bezield, al zijn daarin volgens spreker ook al te veel utopieen neergeiegd. Na de pauze droeg de heer Van Kleeff twee gedichten voor: de omvangrijke „Werkstaking" van Francois Coppde en „Begrafenis" van Laurillard. Een welverdiend applaus beloonde den spre ker voor de door hem genomen moeite, om door zijn voordracht Telen een leerrijken avond te bezorgen. Wat is ('t moet ons nog eens van 't hart) de acustiek in de zaal toch slecht I Een zoo duidelijk redenaar als de heer Van Kleeft, die werkelijk helder, gearticuleerd en lang- zaam spreekt, kan zelfs in het midden van de zaal nauwelijks worden verstaan. Men zou, dunkt ons, wél doen eens eenige experts te benoemen om te onderzoeken of er geen afdoende verbeteringen aan te brengen zou den zijn. In plaats van den. heer A. F. G. Zeiler, te Katwijk aan Zee, is tot secretaris der afdeeling Leiden van de Nederlandsche Ver- eeniging van Spoorweg-ambtenaren benoemd de heer J. H. Hamstra, opzichter bi) de Staatsspoorwegen alhier. De jaarlijksche algemeens vergadering van de Vereeniging Zuid-Holland van het Nederlandsch Onderwijzersgenootschap zal dit jaar gehouden worden op Zaterdag 4 Juni, te Alfen a. d. E(jn. Beroepen is bij de Ned.-Herv. Gem. te Berkel en Rodenrijs (toezegging) ds. W.Zjjlstra, te Waddingsveen. HH. MM. de Koninginnen met prinses Elisabeth van Waldeck-Pyrmont woonden gisteravond eeD gedeelte van het concert by van het „Scottish Orchestra", onder directie van den heer W. Kes, in het gebouw van Kunsten en Wetenschappen, te 's-Gravenhage. HH. MM. werden bij aankomst ontvangen door het bestuur van het gebouw, met den heer Kes, die den hoogen bezoeksters cok weder uitgeleide deden, bij welke laatste ge legenheid HH. MM. den bekwamen dirigent complimenteerden. De heer Kes werd bjj zijn verschijning te midden van het orkest door het publiek warm toegejuicht. Het concert ving aan met het „Wilhelmus" in de oude toonzetting. In den loop van den avond, na de uitvoering van een door hem geïnstrumenteerd nummer, ont ving de dirigent van eenige kunstvrienden een lauwerkrans van grooten omvang. Gisteren waren aan het diner ten Hove ga- noodigd de hoofden der buitenlandsche missiën met dames en de zaakgelastigden met dames, benevens de minister van buitenlandsche zaken en mevrouw De Beaufort. De Koningin zat tusschen de Koningin-Regentes «r. prinses Elisabeth. Naast do Koningin-Regentes zat de Russische gezant; naast prinses Elisabeth de opperceremoniemeoster, en tegenover de Koninginnen de Belgische gezant. Gedurende het diner speelde de Koninklijke Militaire Kapel. De Koningin-Regentes heeft aan den schout-bij-nacht Stokhuyzen, chef van den marine staf, opgedragen de Koningin voor te lichten omtrent de samenstelling en bet gebruik van het personeel en materieel der Koninklijke Marine. De voordrachten van deo schout-bij. nacht zullen in den loop dezer maand aan vangen. David Bles heeft Dinsdag jl. de laatste hand gelegd aan bet portret der Koningin, dat thans door den kunstschilder is afgeleverd. De Koniogin heelt Dinsdag 11. en gisteren eenige oogenblikken geposeerd voor den beeld houwer Wortman. Door den minister van oorlog is bepaald, dat de artillerie inrichtingen aan ds Hembrug (gemeente Zaandam) en het daartoe beboo- rende, zoowel aan de Hembrug als te Zaan dam gehuisveste, militaire personeel, zullen ressorteeren onder het garnizoen te Amster dam, en dat, in verband hiermede, de ge meenten Amsterdam en Zaandam als één garnizoen zullen worden beschouwd. Dezelfde minister heeft eenige wijzigingen gebracht in de algemeens voorwaarden voor de levering van granen ten beboeve van de militaire bakkerijen. De granen moeten vr(j en zonder eenige kosten hoegenaamd ter levering worden aan geboden op of in de daarvoor door den toe- zienden chef aangewezen zolders of magazijnen, ter plaatse, waar de militaire bakkerij geves tigd ie, voor of uiterlijk op den veertienden dag na de dagteekening van het schrijven, waarbij een exemplaar van het door den minister van oorlog goedgekeurde contract door den toezienden chef aan den betrokken aannemer is toegezonden. Nog is door den minister onder de aan dacht der militaire autoriteiten gebracht, dat in tijd van vrede door hen geen marsch-orders aan officieren of andere leden der schutterijen mogen worden verstrekt, ook dan niet, als dit personeel aan oefeningen van het leger deelneemt. Benoamd is tot directeur der coöperatieve Etoomzuivelfabriek te Anjum (Frde heer S. Sevenster, te Stiens. Tot marktmeester to Utrecht is, ingaande 1 April a. s., benoemd de heer H. Koers, directeur van de visch- en botmarkt aldaar. Donderdag overleed te Nijmegen op 63- jarigen leeftijd de gepens. majoor der militaire administratie A. M. Brandenburg. Naar het „N. v. N." verneemt, zijn de onderhandelingen met den heer Van der Horst, directeur der stedelijke gasfabriek te Utrecht, wien B. en Ws. het directeurschap der Amster- damscho gasfabrieken hadden aangeboden, afgebroken. Er is een oogenblik gedacht aan de benoe ming van een algemeen directeur der gemeente- lfike ondernemingon en B. en Ws. hadden dit ambt toegedacht aan den heer Van Hasselt, thans directeur der gemeentelijke water leidingen, doch dit plan i3 afgestuit op de overwegende administratieve bezwaren. Thans is sprake van de benoeming van een ingenieur, verbonden aan de Rotterdamsche gasfabriek, tot directeur der Amsterdamsche gasfabrieken. Door B. en Ws. van Amsterdam worden op voorstel van curatoren der universiteit aldaar, voor de vervulling der vacature van gewoon hoogieeraar in de ontleedkunde, ont staan door het eervol ontslag, verleend aan dr. G. Ruge, als opvolger van dezen hoog leeraar aanbevolen: dr. O. Seydel, lector in de ontleedkunde aan de universiteit te Amsterdam en dr. Eug. Dubois, te Leiden. B. en Ws. vragen den Raad tevens mach tiging om over te gaan tot den bouw van een brug over de Hugo De-Groot gracht, waarvan de kosten zjjn begroot op 35,000. Het „Haagsclio Dagblad" weet mede te deeleo, dat de pas by het wapen der infanterie ingevoerde nieuwe schouderbedekkingen zijn afgekeurd en weldra door andere vervangen worden. Door wjjlen den zeereerw. heer P. v. d. Valk, rustend postoor te Delfshaven, is ƒ12,000 vermaakt aan diverse r.-k. iustellingon, waar onder 5000 aan het r.-k. armbestuur van St--Antoniu8-Ambt. Graaf De Sélir, de Portugeesche gezant aan ons Hof, is na een langdurig buitenlandsch verblijf op z(jn post teruggekeerd. Bi) het Franscho gezantschap te 's-Gra venhage zal binnenkort een nieuwe attaché werkzaam gesteld worden. De minister van buitenlandsche zaken zet heden de reeks zijnor diners voort met een gast maal, waaraan voornamelijk de te 's Gravenhage wonende leden van de Kamer genoodigd zijn. Bjj koninklijk besluit is bep 11, dat van de hoofdofficieren bij het wapen der artillerio kunnen zjjn: 8 kolonels (daaronder niet begrepen de commandanten der vesting artillerie, indien dezen kolo el zijn) en 13 luitenants-kolonel (ongerekend degenen, dis in vervanging van ontbrekende kolonels zijn benoemd). De kolonel R. Sturms, commandant in het 2de genie-comirandement, zal tegen a. a. zomer den dienst met pensioen verlaten. Do kapitein F. H. De Vos, van het 6de reg. inf. te Geertruidenberg, is voor den dienst afge keurd en wordt op pensioen gesteld. (N. R. Cl.) Aan de officieren van de onbereden wap os en dienstvakken is toegestaan - uit gezonderd bfl oe diensten, door den minister van oorlog te bc-palen een lossen mantel te dragen van donkerblauw laken voordo officieren van de jagers van groen laken, van het model voor de bereJen troepen. Het stoomschip „Veendam" vertrok 3 Februari van Rotterdam naar Nieuw York; do „Madura," van Amsterdam naar Batavia, arri- verrde3 Febr. teCamaran;do„PrinsHendnk," van AmsterJam naar Batavia, vertrok 3 Febru ari van Genua; de Reichstag", van Oost- Afrika naar Rotterdam en Hamburg, arriveerde 2 Februari te Lissabon. Leiderdorp. Gelijk ook uit de achterstaande advertentie blijkt, zal alhier op Dinsdag 8 Febr. a. s., 's avonds te zeven uren, in het kerkgebouw der Nederl.-Herv. Gemeerte, da tweede lezing gehouden worden, die door do Cbr. Jongelings-Vereeniging „Abilene" der Gemeente wordt aangeboden. Als spreker zal optreden dr. A. H. Vermeer, predikant to 'S-Gravenbage, die als onderwerp „de Zondag'' zal behandelen, hetzelfde onderwerp, dat ZEw, verleden jaar in een der Pniël lezingen in het Nut te Leiden heeft besproken, en toen door zoovelen met onverdeeld genoegen werd aan geboord. Op vriendelijk verzoek werd door ZEw. de keuze op dit onderwerp bepaald. Daar de toegang tot deze lezing voor hen,' die niet tot de Nederl. Herr. Gemeente alhier behooren, openstaat slechts tegen betaling van weinig plaatsgeld, kunnen velen, die zich oene kleine wandeling en kleine uitgave willen ge troosten, een uitnemend gecot zich verschaften. Voorschoten. Het was oen gelukkige inval vau het bestuur van ons departement van 't Nut, om, toen de natuurkundige voordracht van dr. Bleekrode, uit Den Haag, niet kon doorgaan, hetgeen overigens te betreuren is, den heer Johan Schmier, den bekenden bas zanger, uit te noodigon een muzikale soirée te komen geven. Hjj trad Donderdag-avond met een zeer gevarieerd programma op en oogstte veel by val van bet talrijk opgekomen publiek, dat de zaal geheel vulde. Het eerste deel van 't programma bestond uit aria's uit bekende opera's als „Zauberflöte", „Juive" enz. Het was een genot, dat men in Voor schoten niet te dikwijls kan smakeD, om een zanger als de heer Scbmier te hooren, wien3 machtig geluid de ni t al te groote zaal bjj- Slot.) ,'t Spijt me, dat ik zoo laat kom," zeide bjj, en aan de verdachte heoschbeid van zjjn stem hoorde ik dadelijk, dat hjj den inland- schen grog had aangesproken. Hy stapte waggelend in do boot en plaatste zich aan het roer. „Vooruit, duivelskinderen!" snauwde hij onze bemanning toe; „laten we gauw de jammen aan boord krijgen, dan kan ik terug komen, om dat verwenschte Zendingshuis in brand te steken." Langzaam ging de zwaargeladen sloep voor- uit en we gleden uit het schijnsel van het vuur in do zwarte nachtelijke duisternis. Be halve nu en dan een gesmoorden vloek tegen het scheepsvolk en dat aanhoudend geknars op de tanden, hartstochtelijken naturen in groote opgewondenheid eigen, gaf Hickson, do halfbloed, geen geluid meer véór ik vroeg: „Hickson, wat scheelt er aan? Heb je je zuster niet kunnen vinden?" Hy richtte zich op, en met zijn linkerhand mjjn knie vastgrijpend, zoodat het mi) pijn deed, zeide bjj met een vrosselijke uitbarsting van verw6nschingen: „Mijnheer, ze is naar de hol! Ik zal nooit meer mijn arme kleine Katia terugzien. Ik ben niet dronken, denk dat niet. Ik heb wel in het dorp daar een stevigen borrel genomoD, maar dronken ben ik niet. Maar er maalt me iets door het hoofd, dat me dol maakt." „En waar is je zuster dan?" „Dat weet ik niet! Ik ging naar het Zen dingshuis en vroeg den blanken zendeling te spreken. Do hond was er niet. Hij en zijn vrouw zijn naar Honululu voor een bedelpartij. Er waren een paar van die inlandsche onder wijzers thuis, en al wat ik uit hen kon krijgen, was, dat Katia er niet meer was ze was een jaar geleden weggegaan. „'Waar naar toe?" vroeg ik. „Ik weet het niet," luidde het ant woord in het Fanope dialect, „ze is bet slechte pad op, en heeft ons verlaten, om naar de walvischvaarders te gaan." Als ieder ander dan Hickson me dat ver teld bad, zou ik er om hebben kunnen lachen 'twas zoo iets echt karakteristieks van den terugstootenden inlandschen zendeling van Micronesia; maar Htcksons gejaagde, hijgende ademhaling en trillende handen bewezen nog hoe hij leed. „Ik pakte hem by zijn keel tot hjj bijna dood was en smeet hem toen bulten de deur op den grond. Toen ging ik naar al de andere huizen, maar iedereen liep voor me weg. Ik nam bjj een inlander een slok grog en kwam regelrecht terug hier naar toe." Toen zweeg hij en tuurde zwijgend naar de scheepslichter. Ik wist niet hoe hem mijn deelneming te betuigen; dus zeide ik niets. We staken onze pypen op en staarden voor ons uit. Ver weg, het dichtst b(j de klip, lag onzo brik, waarvan het ankerlicht julet zichtbaar was. Nog een paar mijlen verier lagen drie of vier Ameri kaansche walvischvaarders, waarvan woinde duisternis slechts even de zwarte zeilen kon den onderscheiden. Een vijfhonderd yards van ons af lag een onttakelde, afgedankte brik, de „Komebamchu IV", uit welks bakboordspiegel- poorten een stroom van licht en het geluid van vrouwenstemmen kwamen. We waren haar juist op z(j gekomen, toen Hickson plotseling uitriep: „De sloep gaat zinken, mijnbeer! Roeien, jongens! Roeien naar de brik! 't Water komt bjj massa's over dolboord. Hoe konden jullie kerels zoo stom zijn geen plekje open te laten om te lossen?" En hy wendde don voorsteven naar de brik. Ze had twee sloepen aan bakboord. We waren juist intyds om op zy van een daarvan te komen eD er zoowat twee ton jammen in te smyten of we .zouden gezonken zyn. Het leven, dat we maakten, werd op de brik gehoord, een hoofd werd door een der kyk- gaten gestoken en een stem riep ons iets toe. 't Was de eigenaar van de brik, kapitein W. „Kom aan boord en steek een sigaar op 1" riep hy. We lieten bet aan de bemanning over om de jammen te verschepen en klauterden het dek op. Die brik en haar kapitein hadden een wonderiyke geschiedenis. Twee jaar geleden was het een even flinke walvischvaarder als ooit den Grootsn Oceaan bevoer, maar door ongehoorden tegenspoed had ze gedurende zeven maanden kruisens nooit iets gevangen, ofschoon in gezelschap van anderen, die goede zaken maakten. De eigenaar, een van die fanatiek godsdienstige Amerikanen, die door een vreemde ironlo van het lot dikwyis over de liederlyke bemanning van walvischvaarders het bevel voeren, was een bekwaam en tot dusver gelukkig man. Toen hy te Panope aankwam, deserteerden al zyn officieren en matrozen, om naar andere schepen te gaan. Geheel hulpeloos werd „Walleen" gesloten. Hy zou natuuriyk in Panope mannen by de vleet bobben kunnen aanwerven, maar de roep van ongeluk, die van het schip uitging, sloeg zyn hoop om een nieuwe bemanning te krygeu den bodem in. Ik weet niet of de tegenspoed zyn hersens had aangedaan, maar na een jaar lang als een kluizenaar alleen op de blik geleefd te hebben, greep er een plotselinge verandering plaats in zyn karakter en gedrag. In een van zyn sloepen aan land geroeid, had hy een onderhoud met Nonakin, het opperhoofd van Jakoits district, en keerde aan boord terug met vyf of zes jonge meisjes, die by voorgoed huisvesting gaf, van tyd tot tyd zyn zeilen, enz. verkoopend en handel dryvend om zyn gezin weelde te verschaffen. Na verloop van een jaar was er zoo goed als niets van waarde meer op de brik en W. werd volslagen hopeloos krankzinnig. De kajuit van de brik was groot en ruim. De tafel, dio ze eens bijna geheel en al vulde, was weggenomen, en de grond bedekt met die op eigenaardige wyze vervaardigde matten van Panope, die door de helft van beide kanten op te rollen te gelijk rustbank en hoofdkussen vormen. Toen Hickson en ik, den gekken kapitein volgend, binnenkwamen, rezen oen viertal meisjes, die op de matten lageD, op en keken ons met groote, veroaasde, nieuws gierige oogen aan. Hickson en ik (en by had van jongs af heel Polynesia rondgezworven) werden getroffen door de zeldzame schoon, heid dier vior schepseltjes, zoo jong en onschuldig in voorkomen, in het kwaad zoo oud als Ninon l'Enclos. Met ren hand op don schouder van bet meisje dichtst by hem en zyn diepliggende blauwe oogen op ons govestigd, wees W. ons de meisjes aan en zeide: „Welkom, heeren, welkom! Aanschouwt deze kleine duiveltje», die in de gedaante van door de zon verbrande engelen de troost zyn van een man, door elkeen vergeten, en vader van een gezin in Martha's Vineyard, Yereenigde Staten van Amerika Toen gaf hij ons elk een sigaar en ver zocht ons plaats te nemen, terwyl by een glas Engelschen rum haalde. Met een minachtenden glimlach zat Hickson met gekruiste armen op een zwarea stoel. Een der meisjes nam een licht van den haak, waaraan het ophing, en ging mot W. meo om den rum te krygen. Na een poosje hoorden we ze terugkomen, W. met een groote met biezen omvlochten kruik; maar er was nog een tweede meisje by. De nieuwaangekomone bleef dicht by W., hem met sen hand by de hemdsmouw vasthoudend. Toen hy bukte om de kruik op den grond te zetten, kon ik haar go;d zien, en een doodelyke angst grerp my aan. Ik wist dadeiyk, dat het Hicksons zuster was! Hy was ruw en grof gebouwd, maar toch een knap man, en de geiykenis tusacben hem en het meisje was sprekend. Juist opdatoogey- blik stond Hickson zonder baar zelfs op t

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1898 | | pagina 1