N°. 11617.
"Vrijdag 7 Januari
A- 1898
1 Courant wordt dagelijks, met uitsondering
van <§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Dit uommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Leiden, 6 Januari.
Feuilleton.
Zijn laatste wil.
LEIDSCH
PRIJS DEZER COURANT:
V6ör leiden per 3 maanden. s.. prif I.ÏÖ.
Franco per post. 1.40.
Afzonderlijke Nommers i r 0.05.
PRIJS DER ADYERTENTIËN:
Van 1 6 regels f i.06. Iedere regel meer f 0.17 J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het mcasseeren buiten de stad
wordt f 0 05 berekend.
Eerste Blad.
Daartoe uitgenooJigd door de Coöperatieve
Winkulvereeniging albier, trad gisteravond in
een eivolle vergadering in de Nutszaal prof.
mr. M. "VV. F. Treub, van Amsterdam, na
een inleidend woord van den voorzitter van
den Ned. Coöperatieven Bond, als spreker op
en behandelde het onderwerp „Coöperatie".
Hfi meende, dat dit een onderwerp is, dat
zoowel mannen als vrouwen aangaat, waarom
hfi zich over de groote aanwezigheid der
laat8ten verheugde.
Bfi zette daarna uiteen wat onder coöpe
ratie te verstaan is. 't Is samenwerking,
iets, waar we allen aan doen, en die coodig
is, omdat wfi allen behoefte hebben aan
elkanders hulp. Maar met coöperatie bedoelen
Wfi wat anders, we denken dan vooral aan
aameu genieten en samen deeleri in de voor
deelen der samenwerking.
Dit laatste is in onze kapitalistische maat
schappij zeide spr., niet altijd het geval. "Wel
worot er samen gewerkt, maar niet samen ge
deeld, de winsten komen niet in het oordeel van
den wtrkman, dan met enkele uitzonderingen.
'Samenwerking is niet altoos gezamenlijke
Verantwoordelijkheid en gezamenlijke deeling
der winsten.
Wij onderscheiden tusschon consumptieve,
productieve en crediet coöperatie. Sprekers
doel ven om de eerste hier te behandelen.
De zaak is eigenlijk na de Franscha revolutie
begonnen, toen de klassenstrijd hoe langer
zoo me9r i3 ontstasn. Engeland stond daarin
vooraan. Wel waren veel moi-ilykheden te
overwinnen, maar de ingeslagen weg was do
wog van vooruitgang. Vooral van de recht
vaardige pioniers van Rochdale, de wevers,
is eene groote kracht uitgegaan. In cijfers
wees spreker aan hoe groot de omvang dier
coöperatie in Engeland is geworden. In 1888
was er een aandeelen-kapitaal van f 4,080,000,
werd er verkocht voor f 3,000,000 en bedroeg
do winst f 400,000. Op dit oogenblik zijn er 17-
a 1800 coöperatie-vereenigingen met l1/,
miilioen leden, een aandeelen-kapitaal van
ƒ210,000,000, omzet ƒ700,000,000 en een
totale winst van 75 a 80 miilioen. Daarna
wees spr. op de voordeelen der coöperatie:
'minder betalen en meer krijgen voor zijn geld,
betere qualiteit, enz.
Maar meer belangrijk nog is het maat
schappelijk voordeel, dat hierin bestaat, dat
bet meewerkt tot oplossing van den klassen
strfid, want de coöperatie krfigt macht over
'kapitaal, de werklieden worden kleiae kapita
listen en kunnen nu weer proiuctie vereeöi-
gingen oprichten.
Daaroeen moet het ook in ons land, zeide
•sprek r.
De groote kwaal van onze maatschappij is
congestie in het hoofd en bloedarmoede in de
teenen.
Een van de nadoelen Is zeer zeker, dat
velen den strfid om het bestaan moeten opge
ven, de kleine winkeliers, maar datzelfde zien
wfi plaats grijpen op menig ander gebied.
Toch kan ook hier het recht niet ontkend
worden, dat de werklieden zich eveDgoed
associëeren, als kapitalisten dat doen. Door
coöperatie zullen langzamerhand kapitaal en
arbeid worden samengebracht en alzoo ten
slotte de middenstand door nieuwe dienst-
presteerende krachten worden versterkt. Dus
wordt het maatschappelijk belang eer bevor
derd dan geschaad.
Waar zoo de weg wordt gewezen, is 't
met het oog op de toekomst onze plicht dien
weg in te slaan ook. Bovendien eischt de
samenstelling van het maatschappelijk leven
zulks; wij staan niet los van elkander, maar
hangen samen van elkander af, evenals de
deelen van ons menschelfik lichaam. Verbete-
riug van de positie der bezitlooze klasse is
een maatregel niet alleen in het belang van
die eene klasse, maar van de geheele maat
schappij. Eindelijk wekte spr. de hoorders op
om 't ook hier in Leiden te beproeven en
trachtte aan te toonen, dat het hier evengoed.,
als elders kan slagen.
Door den heer Kouw werd op de hier
bestaande Coöperatieve Winkelvereeniging ge
wezen, en hij gaf de voorwaarden aan, waar
onder men lid kan wordeD, en de voordeelen.
Da heer Pera acht den tijd van coöperatie
voor ons nog niet gekomen. Hij wees op
het groote onderscheid tusschen Engeland en
ons land en meent, dat met 't oog op de
bevolking de deelneming in Engeland toch nog
niet groot genoemd worden kan. Bovendien,
do fabrikanton worden in onzen tijd ook ni6t
zoo spoedig rfik meer. In Den Haag zijn de
coöperateurs meer uit den stand der gepen-
sionneerden, die niemand naar de oogon
behoeven U zien, maar dat gaat in andere
kringen niet altijd zoo gemakkelijk. Als alles
goedkoop is, dan komt de zaak wel in orde,
is er gezegd, maar de ervaring heeft ons wel
wat anders geleerd. Als iedereen wat verdient,
vreest by ten slotte, dat niemand iets verdient.
Prof. Treub beantwoorde den heer Pera
on zeide, dat waar deze op Engeland alleen
wees, de coöperatie ook elders bloeit tot zelis
in Italië toe. In ons vaderland neemt do land
bouw coöperatie met goede gevolgen steeds
hooger vlucht.
Wat de opmerking betreft over Engeland,
de heer Pera hoeft vergeten, dat de l'/j miilioen
leden huisgezranen zijn en dat beteek ent nogal
iets. Hier zou men meer van elkander af
hangen? Maar alle vooruitgang bepaalt zich
tot een hoe langer hoe grooter verdeeling van
den arbeid, zoodat bij een vooruitgaande
maatschappij de onderlinge afhankelijkheid
zelfs hoe langer hoe grooter wordt.
Of de fabrikanten meer loon kunnen geven
of niet, daarover heeft spr. niet gesproken,
maar hij kan wel verklaren, dat in verschil
lende landen het besef hoe langer hoe meer
is wakker geworden, dat lage loonen en
goedkoop werk niet bevorderlijk zijn voor de
industrie. Loonsverhooging is zelfs meermalen
een voordeel gebleken voor de fabrikanten on
is dus een onmiskenbaar middel tot maat-
schappelijken vooruitgang.
Do opmerkiDg omtrent het Haagsche „Eigen
Hulp" beantwoordde spr. met de tegonopmer-
king, dat in Den Haag bloeiende coöperatieve
werkliedenverenigingen bestaan, en die heeft
by bedoeld. Hij wekte tou slotte nog eens
krachtig op om de handen aan 't werk te
slaan. Uw lot, zeide hij, is in uw eigen
handen.
Met een woord van dank aan deD spreker
sloot de voorzitter de vergadering.
Do li9dertafel „Arion" zal haar lsto
concert in dit seizoen goven op Donderdag
13 Januari a. s.
Op deze uitvoering zullen de nummers
gezongen worden, waarmede de liedertafel
op den nationalen wedstrijd te Amsterdam
den eersten prijs behaalde, welke bij den heer
Joh. J. Eggers zal worden ter bezichtiging
gesteld.
Naar wfi vernemen, worden alhier pogingen
aangewend tot het oprichten eener anti-re-
volutionnaire propagandaclub.
Het levensgroot portret van Koningin
Wilbelmina, naar do schilderij van David Bles,
in krijtteekening van mej. Sophie Hirschman
te 's-Gravenhage, heeft thans een plaats ge
kregen in den benedenfoyer van den schouw
burg aldaar. De Koninklfike Vereeniging „Het
Nederlandsch Tooneei" heeft hiermede een
maatregel genomen, welke de zaal tot sieraad
strekt en die met ingoDomenheid door de
bezoekers zal worden begroet.
Het portret, gevat in een breede witge
kleurde lijst, bezet met gouden sterren en
afgezet met vergulde randen, wordt gedekt
met de Koninklijke kroon op het kussen,
waardoor het karakter van deze hulde des
te meer in het oog valt.
Voorloopig prijkt de beeltenis in het salon
van den eersten rang ter rechterzijde van
de trap. De bedoeling s evenwel om een
plaats te zoeken in de koffiekamer tegen een
der breede middenvakken, waar h6t beter in
het gezicht komt.
B. en Ws. van 's-Gravenhage stellen
voor de subsidie aan de vereeniging „Nationale
Tentoonstelling van Vrouwenarbeid in Neder
land" ten behoevo van de in 1898 aldaar te
houden tentoonstelling van vrouwenarbeid,
ten bedrage van f 1500, dan alleen uit te
keeren, hetzij geheel, betzij ten deele, zoodra
en voor zoover aan hen of naar hun oordeel
op voldoende wijze zal zfin aangetoond, dat de
exploitatiekosten van de voorgenomen tentoon
stelling een tekort zullen blijken te hebben
opgeleverd.
Naar aanleiding van zijn bevordering tot
generaal majoor, commandant der lste divisie
infanterie, word gisteravond aan den afge
treden commandant van het regiment grena
diers en jagers, kolonel jhr. H. Laman Trip,
als bewijs van sympathie met den boogge-
achten chef, een serenade aangeboden door
de officieren van het regiment.
Een telegraphisch bericht meldt het
overlijden van den kapitein der infanterie
O.-I. leger J. A. Rissink.
De heer L. G. Vernée, op zfin verzoek bfi
Koninklijk besluit eervol ontslagen commis
saris van politie te's-Gravenhage, standplaats
Scheveningen, thans wonende te Haarlem,
heeft zich met een uitvoerig request tot den
gemeenteraad van 's-Gravenhage gewend,
hierop neerkomende, dat z. i. recht en billijk
heid medebrengen, dat d9 Raad met ernst
zfin belang ter hand neemt en een ernstig
onderzoek instelt naar de feiten, door hem
in zfin verschillende verzoekschriften, ook aan
burgemeester en wethouders gericht, gesteld,
hem te doen herkeuren, waarna zal blfiken,
dat hom verhoogd pensioen werkelijk en inder
daad toekomt.
Onder vele blfiken van achting, vriend
schap en waardeering vierde do heer E. P.
Van Steenbergen, inspecteur van het kadaster,
te 's-Gravenhage, gisteren zfin 50-jarig die nst-
feest.
De ingenieurs-verificateurs van het kadaster
ia Nedorland en de bfi het departement van
financiêo gedetacheerde landmeter van het
kadaster, de heer A. Veenhufizen, boden den
jubilaris aan een bronzen beeld, „LeVainqueur",
en de teekenaars van het kadaster een album
met hunne bandteekonlngen.
De secretaris-generaal bfi het departement
van financiën kwam den hooggeschatten amb
tenaar persoonlijk complimenteeren; evenzoo
tal van ambtenaren aan voornoemd departe
ment, terwfil vele vrienden schriltelfik of op
andere wfize hunne belangstelling in het
gouden dienstfeest hadden betoond.
De Eerste Kamer is gisteravond bfieen
gekomen tot hervatting harer werkzaamheden.
Ingekomen waren de geloofsbrieven van het
nieuw gekozen lid jbr. mr. J. "W. H Rutgers
van Rozenburg, die in handen weiden gestold
eener commissie, bestaande uit de heeren Van
Swindoren, Melvill van Lynden en Van Zinnicq
Bergroann. Na goedkeuring der geloofsbrieven
nam do heer Rutgers van Rozenburg zitting.
De vergadering is daarna tot een nader te
bepalen dag gescheiden.
Bfi koninklfik besluit van 3 Januari 1893
is een commissie ingesteld tot het houden
van een vergelijkend onderzoek van candidaten,
dingende naar het getuigschrift van voldoend
afgelegd examen voor opzichter van den Rijks
waterstaat, bestaande uit de leden: A. M. K.
W. baron Van Ittersun?, inspecteur van den
Rijkswaterstaat te 's-Gravenhage, tevens voor
zitter; J. W. Welckor, hoofdingenieur der
2de klasse van den Rijkswaterstaat, te
Zwolle; M. Caland, ingenieur der 2de klasse
van den Rijkswaterstaat, te Alkmaar; jhr.
F. L. Ort, ingenieur der 2de klasse van den
Rijkswaterstaat te 's-Gravenhage, tevens
secretarie D. E. C. Knuttel, Rijksbouw
meester in het 2de district te's-Gravenhage;
K. E. Van Rfisinge, hoofd eener openbare
school te 's-Gravenhage.
De minister van oorlog brengt ter ken
nis van belanghebbenden, dat dit jaar voor
toelating tot de Hoogero Krijgsschool wordon
opengesteld:
voor het leger hier te lande: 13 plaatsen en
voor dat in Nederlandsch-Indië: 9 plaatsen,
welke plaatsen als volgt worden verdeeld:
A. Leger hier te lande: a. Krijgskundige
studiën; 6 voor officieren van het wapen der
infanterie; 1 voor officieren van hut wapen
der cavalerie; 2 voor officieren v.n htt W3p' n
der artillerie en 1 voor officioren van het
wapen der geni*. b. Stadiën voor den inten
dance-dienst; 3 plaatsen.
B. Leger ia Nederlandsch-Indië: a. Krijgs
kundige studiën; 3 voor officieren van het
wapen der infanterie; 1 voor officieren van
het wapen der cavalerie; 1 voor offlei ren van
bet wapen der artillerie, en 1 voor officioren
van het wapen der genie. b. Studiën voor den
intendance-dienst; 3 plaatsen.
Voor de in dit jaar te Delft te houden
feesten ter gelegenheid van het 10de lustrum
van het Delftscho Studentencorps zfin prijs
vragen uitgeschreven voor een reclamebiljet,
een feestmarsch en een gedenkpenning, tevens
maskeradepenning.
De tentoonstelling der werken van Neder-
landscbe ingenieurs in de laatste vfifUg jaren,
waarvan verleden jaar sprake was, gaat niot
door ten gevolge van de groote kosten en
het gebrek aan sympathie der ingenieurs.
Spoedig zal een aanvang worden gemaak*
met don bouw der feesttent naast de Stads-
Doelen, waar de feesten grootendeels zullen
worden gegeven en o. a. de overreiking van
het smeekschrift der edelen zal plaats hebben.
Voorloopig is bepaal 3, dat dit op den Woens
dag der feest week zal geschieden; de Maan
dag blfift voor de ontvangst der reünisten,
en Dinsdag-middag en 's avonds worden de
maskerade-optochten gehouden.
Volgens „De Hollander" denken de anti
revolutionairen in district IV van Rotterdam
sterk over de candidatuur van jhr. mr. T. A J.
Van Asch van Wfick voor de Tweede Kamer.
Naar men verneemt, is mr. J. A. N.
Patfin, advocaat-procureur te 's-Gravenhage,
benoemd tot attaché bfi de legatie van het
kor.inkrfik Siarn te Parfis.
Deze benoeming zou in verband staan met
het jongste bezoek van den koning van Siam
aan ons land en de koloniën, waarvan do
gunstige indruk aanleiding gaf, dat Z. M.
aan genoemd gezantschap een Nederlander
wenschte verbonden to zien. tDagbl
Door de besturen van bet Concertgebouw
te Amsterdam en van de afdeeling Amster
dam der Maatschappij tot bevordering der
Toonkunst is een overeenkomst gesloten, waar
door in de toekomst de Orkestschool met hef
Conservatorium en met de Muziekschool
aldaar onder leiding van den beer Dan.
De Lange vereenigd zal worden.
De heer J. W. Tnompson, directeur-hoofd
redacteur van „De Maascole," heelt wegens
gezondheidsredenen eervol ontslag uit die
betrekkingen aangevraagd togen 1 April a. s.
Men deelt ons mede, dat Gedeputeerde
Staten van Gelderland do goedkeuring van ce
gemeentebegrooting van Arnhem opgeschort
hebben. Men brengt dit in verband mot de
beslissing van don minister van binnenlandsche
zaken betreffende bet afzonderlijk bebeer van
bepaalde gemeente-inrichtingen te Zutfeu. (12.)
De heer Piera, kapitein der infanterie te
Batavia, is door den Keizer van Japan benoemd
tot officier in de Orde van de Rfizende Zon.
14)
Hfi troostte zich over zfin vruchtelooze
inspanning mot de gedachte, dat deze poging
zijn laatste zou zfin, dat hfi weldra zou
ophouden met zfin nasporingeD, en zfin
gowone leven hervatten, hetwelk in den
laatsten tfid zoo vol zorg en onrust was
geweest. Maar ondanks zichzelven kon hfi
het zenuwachtig verlangen, om iets te
vinden, ook thans nog niet geheel over-
tjïnnen, en terwfil hfi de verschillende voor
werpen weer op hun plaats legde, liet hfi
werktuiglfik zfin oogen overal rondgaan, of hfi
iflot het een of ander hoekje vergeten had.
Zfin opmerkzaamheid nam toe naarmate
hfi het einde naderde. Nu schoof bfi de
laatste lade weder op haar plaats. Bevindt
zich bet gezochte niet altfid in de laatste
lade? Met die gedachte doorzocht hfi ze nog
!eons, ledigde ze geheel en al en nam er een
krant uit, die op den bodem lag. En werkelfik,
eindtlfik ontdekte hfi iets, hetwelk tot nog
toe aan zfin nasporingen ontsnapt was, dat
Jean De Lafougeraie bfi zfin vertrek zelf niet
had kunnen vinden, daar hfi het noch medege
nomen, noch vernietigd hadeen photograpbie,
zorgvuldig in een stuk vloeipapier gewikkeld,
het portret eener vrouw. Zfi was niet schoon
en, ora de verloofde van Jean De Lafoug.raie
geweest te zfin, haast al te jong. Het beeld,
met de zachte, kinderlfike trekken, vertoonde
niets opmerkelfiks dan de groote, naïeve
oogen van een meisje van ten hoogste zeventien
of achttien jaren, wier schoonheid misschien
eerst later tot ontwikkeling zou komen.
Paul hield het er voor, dat de photograpbie
wel twee of drie jaar oud kon zfin en het
joDge meisje in dat tijdsverloop veel veranderd
kon wezen. Maar hoe dan ook, zeker was
het, dat zfi de gedachten van Jean De Lafou
geraie tot het laatst toe had bezig ge
houden, want het plaatje omkeerend, zag
Paul daarop den naam „Frangoise" voluit
geschreven in mooie, regelmatige letters en
daaronder het adres van een photograaf te
Pau. Alles was daarmede opgehelderd! Indien
men in deze streek niets wist omtrent d9n
roman van Jean De Lafougeraie, dan kwam
dat, wfil die roman zich daar gind6 in de
verte had afgesponnen, onder de warme zon
van het Zuiden, waar de jonge man met het
leven liefde kwam zoeken en misschien ge
droomd had van een lange, gelukkige toekomst.
„Dat ik daar niet aan gedacht hebsprak
Paul tot zichzelven. „Dat het mfi niet is inge
vallen, dat de arme jongen ginds zijn laatste
dagen van gezondheid en geluk heeft doorge
bracht 1
Waarom ben ik niet naar Pau gegaan, in
plaats van hierheen te komen?
Hfi zuchtte bfi het bedenken der nieuwe
moeilfikheden, waarin deze vondst hem bren
gen zou. Dez9 Fran^oise, wier trekken hfi thans
had gezien, wier woonplaats hfi nu kon op-
sporeD, had al haar rechten op hem her
nomen. Wat zou zfi nog meer van hem eischen?
„Zal zfi mfi dan geon oogenblik met rust
laten, die onvindbare bruid?" sprak hfi geme-
lfik, terwfil hfi de deur der kamer van Jean
De Lafougeraie sloot.
Hfi keek nog eens naar de photograpbie,
welke hfi medegenomen had, en hervatte
met iets als minachting in den toon zfiner
stem:
„En zfi is nog niet eens mooi ookl"
IV.
Paul De Rouverand bracht een vervelenden
herfst door. Gelfik de meeste lieden van de
wereld hield hfi de eerlfikheid voor de eerste,
zoo niet voor de eenige deugd, en de honderd
duizend franken van Jean De Lafougeraie
drukten op zfin geweten als een ondraag-
lfike last.
Hfi, die tot nu toe het leven had genoten
gelfik een lekkerbek een fijn gerecht geniet,
bedaard, zonder overhaasting, elk vervlogen
uur, elk genoegen, dat voorbfi ie, betreurend,
bfi werd gekweld door een koortsachtig ver
langen, om de dagen, de maanden voorbfi te
zien snellen en den tfid te zien aanbreken,
dat de steden in het Zuiden, welke des zomers
als ingeslapen sebfinen, weder zouden op
leven en bevolkt worden, ora te kunnen be
ginnen met zfin Dasporingen, waarvan bfi
thans den besten uitslag hoopte.
December was begonnen, toen hfi te Pau
aankwam.
„Mijnheer heeft een goed idee gebad met
hierheon te gaan. Het is niet zoo ver al
Cairo en het achfint mfi even pleizierig toe,1
geido Jozef, terwfil hfi uit een venster van
het „Hotel de France" het heerlijk panorama
aanschouwde, dat zich voor zfin blikken
ontrolde.
In de verte teekenden zich in den blauwen
en roo3kleurigen nevel de Pyreneeën af met
hun witte toppen en als kristal glinsterende
ijsveldendichter bfi groenden de heuvels van
Juran^on en Gólo3, onmetelfike tuinen, met
villa's bezaaid, en aan welker voet de Gave
stroomt, nu eens haar golfjes in ruime bed
ding zachtjes voortstuwende langs de zandige
oevers, dan weer bruisend en schuimend zich
een weg banend door haar enge boorden,
terwfil haar wateren het azuur weerkaatsen
des hemels of schitteren met zilveren glans
onder de warme, koesterende stralen der zon,
welke nergens zoo heerlfik achfint als in het
Zuiden van Frankrijk.
Paul bleef in verrukking staren op bet
schoonste vergezicht, dat er ergens op aarde
is te vinden. Maar hfi was niet te Pau ge
komen om de bergen te bewonderen, en met
smart herinnerde hfi zich dat, terwfil hfi met
de ellebogen leunde op het venster zfiner
kamer, hetwelk op de Place Royale uitzag.
Het was juist het uur, waarop eiken dag het
concert van bet etadsorkest een aanvang nam.
De muzikanten namen plaats in hun kiosk.
De stoelen rondom het standbeeld van Hen
drik IV waren reeds voor het meerendeel
bezet door liefhebbers, terwfil aan weerskanten
van bet plein zich een stroom van wande
laars bewoog. Op dat oogenblik bevonden zich
op die betrekkelijk kleine ruimte vertegen
woordigers van bfina alle Europeescbo naties.
I Slanke Slavische scboonen, met zachte, groote
oogen, waarin echter van tfid tot tfid een
hartstochtelijke glans flikkerde; bruine, be
weeglijke, praatzieke Spaanschen, die in haar
schreeuwende kleoding de buitensporigheid
van haar smaak verrieden; koele, stijve Engel-
schen, onberispelijk wat haar uiterlfik be
treft, waaraan echter het ongedwongen©, het
bevallige ontbreekt, hit wolk baar Fransche
zusteren zoozeer kenmerkt; blonde, glim
lachende, behaagzieke Amerikaanschen in toi
letten van d9 allerlaatste Parfische mods; zfi
allen bewogen zich dooreen in bonte menge
ling en deden elkanders eigenaardigheden op
verrassende wfize in het oog springen. Da
meest uiteenloopende kleuren en golaatsvor-
men vertoonden de sterkst mogelfike tegen
stelling: uit de verschillende groepen steeg
een gemurmel op in allerlei toon, en van
boven gezien maakte het plein den indruk
van een buitengewoon groote volière, vol
uitlandsche vogels, wier govederto en gekweel
de grootbte verscheidenheid aanboden.
Paul De Rouverand stond nog altijd te
kfiken, doch niet met hetzelfde onvermengde
genoegen, hetwelk een dergelfik schouwspel
hem eertfids zou verschaft hebben. Minder
dan een jaar geteden waron Jean Do Lafou
geraie en zfin verloofde hier goweest. Zfi
hadden er ongotwfifeld gedroomd van liefde
en geluk. En nu, terwfil hfi reeds rustte in
het donkere graf, bevond zfi zich nog daar,
in dien heerlfiken zor.neschfin, in die zuivere
lucht, het hart misschien al weder ontroerd
door een nieuwe hoop?
(Wtrdt vetvolgd.)