1/
W-
Asthma kan genezen worden.
Kijkjes in en om Leiden.
VII.
Als w(J ,<3e Heul" voorbij, do rij schoons
buitenverblijven langs de Lage Zijde van den
Rijn zijn gepasseerd, komen wij aan 's-Mole-
aldaar. Reeds in ons dorde „kijkje" brachten
wij terloops dit merkwaardig, ofschoon zeer
vervallen overblijfsel uit de oudheid ter
sprake. Staan wjj er thans even bij stil. Het
verdient dit ten volle.
Immers, als zijnde het de eenige bouwval
Gezicht op de Woud- of Heimanswateringhij 's-Molenaarsbrug.
naarsbrug, terzijde waar van zich de weg naar
Woubrugge bevindt, aan de Woud- of Heimans
watering, waarop wy hier een kykje geven.
De bouwval van
Groot Poelgeest", bij Koudekerk.
Volgens sommigen zou de naam van Heimans
watering zijn afgeleid van de Vier Haems-
of Haimonskinderen. Zy, die watertochtjes
van het eenmaal zoo beroemde kasteel „Groot
Poelgeest", heeft het eene belangrijke geschie
denis, welke met die van ons vaderland in
nauw verband staat, omdat het zelfs
herinnert aan de Hoeksche en Kabel
jauwsche twisten, tijdens welke hot
in 1489 werd vernield, waarna het
we?r werd herbouwd. Andermaal door
's krygs geweld verwoest, verrees het
opnieuw. Sedert het bestaan reeds ln
1253 is er binnen de muren van dit slot
veel treurigs afgespeeld.
Hrt is bier w^ar Jonkvrouwe Aleide
van Poelgeest woonde, die door
moordenaarshanden viel, welk feit
Nicolaas Beets stof gaf tot zijn hooiend
dichterlijk verhaal „Kuser."
In zijne „Geschiedenis des Vader
lands" vertelt Bilderdyk dat Hertog
Albreckt van Btier^n (die tegelijk
ook Graaf was) zyno gemalin ver
loor en toen in kennis kwam met
genoemdo jonkvrouw, wier schoonheid
door de tydgenooten boogeiyk ge
roemd werd en cie ten Hove verblyf
hield. „Haar vader was Jan van
Poelgeest, een Edelman, die zich niet
byzonder uitgeteekend had in de
twisten, maar msn mag vermoeden
dat hy der Kabeljaauwsche party was
toegedaan (In het jaar 1365 werd hy
in den strijd tegen de Bovenlanders
te Dordrecht doodeiyk gekwetst). Het
was inderdaad een Vorst, in do kracht
zijns leveDs weduwnaar geworden,
niet te misduiden dat hy zich van
een bemirjyk en lieftallig mei9je be-
tooveren liet; en niemand was ook
aan dat Hof zóó dat hy er door
geërgerd werd; maar haar invloed
op den Hertog werd kennelijk door
eene ongevoelige verandering in het bewind,
dat nu allengs ook met Kabeljaauwschen
bezet werd. Dit konden de Hoekschen niet
De Leider dorpsche brug.
in deze streken hebben gemaakt, enz., weten
dat deze vaart voert naar het Brasemer-
meer, enz.
dulden: zy ruien den Graaf van Oostervant
op, vooral nadat Jan van Arkel in 1389
Stadhouder van Holland en Zeeland geworden
De Spanjaardshrug
eenkomst met die adressen zyn het advies
van de permanente commissie der reoderijen
en dat der rijkscommissie tot examineering
van stuurlieden en machinisten.
De Nieuwe Rotterdamsche Courant zet den
huidlgen toostanö beknopt uiteen. Het blad
geeft toe, dat in een zoo bij uitnemendheid
pnctiscb vak de diploma's geen absoluten
waarborg geven ten aanzien van de geschikt
heid. Maar wanneer theoretische bekwaam
heden in de zeevarenden niets beteekenden,
waartoe zou dan de opleiding op zeevaart
scholen en waartoe do instelling van ryks-
examens dienen? In elk geval zal dan toch
let bezit van een oiploma meer waarborg
geven dan het ontbreken daarvan. En bovendien,
de gewichtigste betrekkingen aan boord worden
immers niet opgedragen aan hoD, die zóó van
de school of zóó uit de handen der examen
commissie komen. Voor die betrekkingen
zullen wel altijd b\j bet diploma bewyz9a van
practischo geschiktheid worden gevorderd.
Wij lezen in De Maasbode onder het hoofd
Mooi Hollandsch het volgende:
Onder dit opschrift bevat het Handelsblad
van Antwerpen een artikel, dat wy, op een
paar punten na, volkomen onderschrijven en
onder de aandacht onzer lezer3 breDgen.
„De Hollanders kappon nogal eens op de
Vlamingen, omdat zy somtijds zoo slecht
Noderlandsch schrijven, en daar is dikwijls
wel eenige reden too, wjj willen het niet
ontkennen.
Veel zouden wy tot verontschuldiging voor
die slechte kennis der moedertaal in Vlaan
deren kunnen aanvoeren, maar dat is ons
doel niet: wy willen er enkel op wijzen, dat
hier weer al de geschiedenis van den balk en
den splinter te pas komt.
Eq inderdaad, wanneer men sommige Neder-
landsche dagbladen Jee6f, vooral wanneer zfl
het over „literatuur" hebben, dan krijgt men
dikwijls iets te lezen, waarover wy, Vlamin
gen, zonden blozen.
Gisteren trofïen wy onder de „boekaankon
diging" een beoordeeling aan van een werk
van Couperus, geschreven in een Hollandsch,
mynheer, dat men bijna aan de boorden der
Seine zou verstaan, en dat eens te meer be
wijst, hoe verdiend de afstraffing was, die
dergelijke Nederlandsch-verknoeiers op het
coDgres te Utrecht Dordrecht] opliepen.
In die beoordeeling wordt er gesproken van
auto ajn alyse, litteraire, moreele en
artistieke waardo van het boek, Haagsch
milieu, gouden pracht en entourage,
essence van kroonschittering, menschen
van passies, massief van realiteit,
burgerlyk milieu, reëelo figuren,
moderne-auteur, de periode der huma
niteit, bijna gemanieëreerd, van eene
elite, desillusiën, transparant, enz.
Zy, dio onze 6choone Nederlandsche taal in
dergelijk hansworst* npak steken, hebben het
recht niet op anderen te smalen. Aan ons,
Vlamingen, die een harden strijd te voeren
hebben voor de rechten der Nederlandsche
taal, wordt door de franskiljons gedurig dat
bastaardnedorlaudsch onzer noorderburen als
een bewys van onmacht, van armoede onzer
laai voor de vosten geworpen. Indien wij
sulke taal schreven, wy, die dagelijks met
het Fransch in betrekking zijn, die een ver-
franeebt onderwijs genoten, ware dit verklaar
baar, maar in Noord-Nederland, waar men
bijna geen Fransch kent I???], is zulks enkel
en alleen pralery."
[We wenschen hier de opmerking aan toe te
voegeD, dat de grootste taalverknoeiers, onder
dit opzicht, de Nieuwe-Gids-mannen zijn].
RECLAMES,
s 26 Cents per regel.
Dr.R. SCHIFFMANN'S Middel tegen Asthma
geelt onmiddellijke verlichting zelfs bij de
hevigste aanvallen en geneest waar andere
middel n falen. Verkrijgbaar by D. W. E. F.
De "Waal, te Leiden, in pakje3 van fl. 1.50
en fl. 2.75. 9283 8
Gemengd Nieuws.
De Belgische regeering laat
te Essch n (lyn Botterdam Antwerpen) een
nieuw station met dojan-.zaal, remise en
quarantaiae-station bouwen.
Ruim 7 jaren geleden stierven te
Wouw (N.-B.) een schatrijke boer en boerin,
die uiterst zuinig loofden, doch ruim f 200,000
nali.ten voor neefjes en nichtjes. Dezen waren
het echter over do verdeeling niet eens en
het gevolg was procedeeren, totdat thans
uitspraak is gedaan en de wettige erfgenamen
de vruchten van ooms en tantes arbeid zullen
kunnen plukken.
Gisteren kwauien dan ook niet minder dan
143 personen, die in deze erfenis zjjn betrok
ken, te Bergen-op-Zoom aan, om bij het kan
tongerecht de uitvoering van het testament te
bekrachtigen.
't Was compleet een pleziertrein.
Hot stamslot „Do Marsch", toe-
beboeren Jo aan do vanouds bekende familie
van cien naam en gelegen te Zutfen, is gis
ternacht geheel afgebrand. Alles was verzekerd.
Door het inslaan van den bliksem
is to Wierden een huis totaal afgebrand.
Do rechtbank te Heerenveen
heeft twee broeders te Drachton, die beiden de
z.8tig waren gepasseerd, wegens tweegevecht
ieder veroordeeld tot f 5 boete of 5 dagen
LecUenia.
Onze wandeling naar Leiden vervolgende,
trekt, een klein uur van 's-Molenaars, terwijl
wij Koudekerk genaderd sjjD, rechts onze
aaudacht een lage hoektoren, welke zich be
vindt op oen eilandje te midden van het weiland
was, eene waardigheid, die men hem deed
voorkomen, als aan hem behoorende. En met
of zonder zijn weten, maar met zijn naam
en gezag zich dekkende, vermoordden zy de
I 'ongelukkige schoone des avonds van den
21sten September 1390, toen zy, van eenige
hovelingen verzeld, een wandeling deed 1 Wil
lem Kuyser, 's Hertogs Hofmeester, haar wil
lende beschermen, werd desgelijks van het
leven beroofd, en zy zelve werd met verschei
den wonden doorboord."
Zy, die deze gruweldaden bedreven, ruimden,
volgens „die Cronycke van Hollant, Zeel3nt
ende Vneslant", terstond het land en liepen
weg. „Ende van dezen dootslach quam noch
eenen grooten oploop Bndo rumoer in den
lande."
In do meergenoemde „Beschrijving van de
Heeriykheid en het Dorp Alphen, aan den
Rbyn", door P. Plemper, „met konstprinton
gecieit" en te Leiden in den jaro 1714 ge
drukt, leest men, onder 't vermelden van
eenige byzonderheden omtrent het huis „Poel
geest", onmiddellijk na het verhaal van den
moord aan Jonkvrouwe Aleide gepleegd, het
volgende: „Zeker Ylaamsch Edelman, op het
huis Poelgeest woonachtig, en in voller minne
met de zyne levende, begon ziek en droef
geestig te worden, somtijds praat uitslaande,
die naar wanhoop zweemde. MesseD, en wat
schaden kon, hield men uit den weg. Zyn
vrouw, met twee kinders, bezoekt hem in de
kamer daar hy mymerdo. Hy sluit de deur,
en gaat een poos met 'er wandelen, en,
al i vermoeid, op de bedstede zitten, daar o n
soort van scherp verborgen lag, dat op zyn
rapier placht te steken, waarmee hy die
jonge Bloem, in haar vier-en-twintigste jaar
getijde, en ook zichzelven vermoordde. Deze
zail wierd met rouw behangen, en gesloten,
waarna daar niemand een vost meer in zette."
Koalbloediger vermelding dan deze eener
zoo hoogst tragische gebeurtenis zal men wel
niet kunnen aanwyzen; maar zy trof onzen
dichter Beets niettemin en bracht hem tot do
conceptie van zulke omstandigheden, zulke
karakters en zulke hartstochten als hy zich
verbeeldde dat een dergelyk feit konden teweeg
brengen. Zyn „Gwy de Vlaming"noemt
hy ni9t anders dan de dicbteriyke oplossing
van het raadsel by Plemper. Hy schildert
er ons voor oogen de jonge burchtvrouw,
de blonde Machteld,
Die, met den bruidskrans op de lokken,
Het Z9dig Vlaamsch gehucht verliet,
En Poelge?st's Huizing heeft betrokken.
Het was niet haar schoonheid, maar aliéón
Macbteld's vroomheid, die Gwy, den god-
vm-htigen Vlaamschen edelman, bekoorde,
dat bij haar, een gevonden kind, dat door
liaar moeder nooit was bemind, tot zyn gade
kwam begetren,
In spyt zyns adellijken bloeds,
In spyt van zijn vergramde magen,
Die hein zyn wap9n schenden zagen.
Hy trouwde Machteld, maar ontvluchtte
Zyn goedren en zyn land, omdat
Hy 't toornen van een maagschap duchtte,
"Wier tro'.s by dus beleedigd had.
Haar wroveligen haat ontweken,
Trok hy naar noordelyker streken,
En vood in 't ledig slotgebouw
Van Poelgeest 't lachend huwiyks-Eden,
Smaakte al der liefde zaligheden,
En d'aar.scben hemel van de trouw.
En toch had deze gelukkige echtverbintenis
zulk een verschrikkeiyk einde, als hier ver
meld en door den dichter in zyn liad zoo aan-
do nlyk en met zulk een meesterschap be
zongen, dat het menigeen by bet lezen er
van „mooglyk siddren doet ofjweenen."
Dan, keeren we tot onze wandeling terug
en verlaten we hetgeen tot herinnering ge
bleven is van wat eens groot was en ver
heven, van dat aadiyk Poelgeest,
Waarvan het bygeloof verhaalde
(Die telg en moeier van de vrees)
Dat '8 nachts een bloedig spooksel dwaalde,
Waarvan u 't haar te berge rees,
Waar de Alfeneche en Koukerkscbe boeren
Met heilige eeden van bezwoeren,
Dat menig hunner, in den nacht
Dien hoek met huivring langsgekomen,
Een aaklig gillen had vernomen,
Dat opkwam uit de diepe gracht.
Betwist, onteigend en verlaten,
Verviel het slot als die 't bezaten.
't Geslacht van Poelgeest, zoo vermaard,
Werd langzaam weggevaagd van de aard
De torens zyn ineengevallen;
De boom schudde al zyn bliadren af;
De laatste Poelgeest slaapt in 't graf:
En w£ar zyn Poclgeest's breede wallen?
Geduchten, die paleizen bouwt,
Gaat tot dien bouwval en aanschouwt 1
Wy gaan nu Koudekerk zelf door, waarvan
wy vroeger, van de overzyde bekeken, reeds
een paar kykjos gaven, en naderen Leider
dorp, van welks brug over den Ryn, als
Leiderdorpsch hek bekend, wy bier andermaal
een afbeeling aanbieden, thans van een andere
zyde gezien, nl. van Leiden komende.
Langs olie- en steenfabrieken, alsmede
bouwlanden, waarvan er een paar door hun
namon aan Griekenland en Turkye doen
denken, ofschoon de eigenaars het hier vreed
zamer naast elkander weten to vinden, naderen
wy nu de Zyibrug, sedert 1574 de Spanjaards-
brug genaamd.
Die brug heeft, geiyk uit haren naam
biykt, een historische beteskenis. Ze is,
ofschoon in een andere gemeente liggende,
eigendom van Leiden, wordt krachtens verdrag,
hetwelk reeds van 1534 dateert, door Leiden
en het hoogheemraadschap Rynland onder-
Dit gedicht en „Koaer" Lomcu toot in hot
oerste van <le volledige en opnieuw herziene uitgave
tier „Gedichten van Kicoliae Boete," uit de „Vijftig-
cente-editie,' Tan A- W. Sijthoff, to Leiden.
houden voor tweederden door Leiden en
voor het overige door Rynland en is als
zoodanig nog eene herinnering aan de heeriyk-
heden, welke onze gemeente eenmaal tot ver
buiten hare grenzen bezat.
Natuuriyk bedoelen we hier niet de brug,
zooals zy zich m haren tegenwoordigen to 2-
stand vertoont, een dubbele ophaalbrug met
yzeren bovencoustructie, welke men immers in
vroegere tyden niet kende, de brug, die by
eiken Leidenaar en Leiderdorper zulk oen
beruchte lydensgeschiedenis achter zich heeft.
Minder algemeen bekend nochtans is waar-
schynlyk do geschiedenis volgens anderen
de legende, want er is reeds zooveel merk
waardigs uit onze historie, hetwelk tot het
ryk der verdichtselen is teruggebracht, dat
dit .er nog wel bykan uit den tyd van het
langdurig beleg onzer voste. Het is zelfs niet
onmogelyk dat de brug haren tegenwoordigen
naam daaraan te danken heeft.
Het was namelyk op zekeren dag in do
stad bekend geworden dat de Spanjaarden
van de zyde van Leiderdorp op baar een
aanval zouden ondernemen. En wat deden
de belegerden nu, natuuriyk niat allemaal,
maar slechts eDkele vertrouwden, do meest
onversaagden oftewel waaghalzen? In den
nacht begaven ze zich heel in 't geheim naar de
brug, maakten er alles onderaan van los, doch
zóó, dat ze van boven haar uiteriyk bleef be
houden, evenals een kaartenhuis, dat echter
bjj de minste aanraking in elkaar stort. En
zoo ging het ook hier: toen de vjjand den
volgenden dag op de stad aanrukte en de
voorste ryen de brug wilden overgaan, be
zweek deze onder hunne votten. Zy tuimelden
in de diepte, de op hen volgenden evenzoo
en aangezien de achterhoede, zich geen onheil
bewust, steeds maar bleef opmarcheercn en
opdringen, geraakten er vooraan immer
meer te water, totdat het aantal hunner
eindolyk een heelen berg vormde, zoodat
kan gezegd worden dat de doorvaart gestremd
en met Jyken gedempt was, waarover het
Spaansche heir den tocht zou moeten ver
volgen. Ten slotte natuuriyk groote verwar
ring, alsmede velo hoogo veldoversten ver-
dronkon, gestikt of doodg-trjpt en vela
kanonnen en geweren te water, waarvan er
volgens de overlevering nog tal van jaren
daarna, werden opgevischt.
"SVy zullen ni6t co eersten zyn om de waar
heid van dit verbaal te beamen. Waarheid
en verdichting worden na jaren her zoo licht
door elkaar gehaspeld.
Op het by gaande prentje ziet men ook
het vlot afgebeeld, waarmede de arbeiders in
groepjes van de nabygelegen scheepmaker^
over den Ryn worden heen- en weergevoerd.
Zoo iets is heel aardig om te zien.
En zoo is deze wandeling langs den Ryn
afgeloopsn en zyn we Leiden weer genaderd.
Gemengd Nieuws.
In een door eenige reeders te
Scheveningen gehouden vergadering werd
besloten met Februari a. s. voor gezamenlijke
rekening een Scheveningschen logger ter
makreelrisschery uit t9 zenden.
Te Rotterdam viel do 14-jarige
H. Kooiman, wonende in de Jozefstraat, uit
het raam der derdö verdieping van de petten-
fabriek iu de Raampoortstraat c-n bleef op de
plaats dood.
Uit goede bron verneemt het
„Vaderland" omtrent het voorgevallene in de
tusschenschool aan de Roggevoenstraat te
^8 Gravenhage de volgende fc-iten:
Het meisje biDg aan een schuine ladder,
die met den vloer ongeveer een hoek van
83 graden maakte. Zy hing rechtstandig met
twee handen aan de leggers, de voeten waren
ongeveer 25 a 30 centimeter b07en de matras,
die op den grond lag. In dien stand liet zy
de handen los en kwam met het achterdeel
op de matras neer; bet is onverklaarbaar,
hoe zy niet op de voeten neerkwam.
De gymnastiekonderwyzer stond in de
onmiddellijke nabyheid, toen zy do leggers
losliet. Stooten met het hoofd tegen den muur
kau niet hebben plaats gehad, omdat de af
stand van den muur daarvoor veel te groot was.
Na den val nam zy haar plaat3 weer in,
voelde zich echter onwel en ging da?rjm n irr
haar klasse terug, ovor hoofdpijn klagende.
Het plaatsvervangend hoofd der school (bet
hoofd was met verlof afwezig), ziende, dat zy
gebraakt had, liet haar moeder ontbieden, die
haar naar huis medenam.
De wader van het meisje heeft aan den
wethouder verklaard, dat van alle betrokkenen,
ook van den gymnastiekonderwyzer en van
het hoofd der school, de meeste belangstelling
is ondervonden.
De gymnastiekonderwyzer staat gunslig be
kend wegens zyn zorg ook voor de kleintjes,
'hy had nog nimmer een ongeluk te betreuren
en geeft aan die school sinds by na 15 jaren les.
Onrustbarend breidt het rood
vonk zich te Naaliwyk onder de kinderen uit
De ziekte vertoont een ernstig karakter.
De commissaris van politie te
Alkmaar bericht, dat aldaar in betaling zyn
ontvangen twee aaneengeplakte, niet bü e'.kaar
behoorende helften van muntbiljetten, dragende
aan de achterzyde in den linker-benedenho3k
B. P. N°. 04820 en in den rechter-bovenhoek
A. S. N°. 0.1759.
De dezer dagen de ouderlyke
woning te Berlyn ontloopon H. Frees?, op
wiens aanhouding 300 Mark gosteld was ia
door den hoer T., te Varsevcld, aangehouden
en aan den brigadier der Ryk6veldwacht te
Terborg overgegeveo, die hem veïdor naar
Arnhem begeleidde.