(gtmrant wordt dagelijks, met uitzondering
van gon- en feestdagen, uitgegeven»
N°. 11595
Zaterdag 11 December.
A°. mn
FIUJS DEZES COUBANTi
Voor Leiden per 3 maanden. f 1.10>
Franco per post 1.40
Afzonderlijke Nommere 0.05.
PRIJS DEB ADVERTENTIES;
Van 1 8 regola f 1.05. Iedere regel meer f 0-17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor bet lncasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
OJHciëcle Kemnis^oviageu.
JACHT.
De CommÏBsari» der Koaiugin ia 4e grovincio
Zuid-Holland,
Gezien bet besluit van de Gedeputeerde Staten r»n
den 29aten Novembir 1897, No. 10;
Gilet op art. 11 der wet van den I3dea Juni 1857
(8tn&ttblad No. S7)
Brengt t r kennis van balaDgbebbendeD, dat bij
boveDgeaoc-md besluit vsn de Gedeputeeorde 8taten
de jacbt op Hein w ld, roet uitzondering van die op
houtsnippen, in dezo prozincie wordt gesloten op
Zaterdag don 15den Januari 1893 mei zoneoo^ergaDg,
terwyl het tcbieten van hoatsmpp^n geoorloofd blijfn
tot 1 M-.i 1898, doch sllec-c door houders van groots
jacb'ncicn, by jachten op echadelyk gedierte, waartoe,
ingevolge de ajrlt. 16 of 26 der Jachtwet, conaont
ol buitengewone machtiging ia verleen 1, blijvende het
in art. 15, enb lett. g dier wet bedoeld jachtbedrijf,
van het mogen van houtsnippon met laat-, war- of
valllouwcn toegelaten tot en met den 18den Maart 1898.
En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt, worden
afg'koodigd cn aangeplikr, w.«r zulks te doen
gebraikelgk is, alsmodo in hot Provinciaal blad en
in de Nederlaodacbe Staatscourant worden geplaatst.
'a-Gravenhage, den 2Jen December 1897.
De Commiesaria der Kon'ngin voornoemd,
FOCK.
Eurgeaeeiter en Wethouders van Leiden;
Gelet op Artikel 15 der Hinderwet;
Brengen bij deze ter algemeeue kenn a, dat door
K. PAMJEIl, wonende alhier, beroep is a&ugeteckesd
van bunno beslissing, dd. 29 November jl., waarbij
aan do Firma P. CLOS LEEMBRUGGEN ver
gunning werd verleend lot uitbreiding van bare
fabriek aan de Ververstraat No. 8, door don bijbouw
van oon machinekamer met stoommachine en ketel
huis met ketel.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeoster.
9 Dtc. 1897. B. KIST, Secretaris.
Leiden, 10 December.
In de gisteren alhier gehouden gemeente
raadszitting, Gie na de behandeling van hot
éde punt der agenda ook werd bijgewoond
door den heör Siogenbeok van Houkelozn, deed
de Voorzitter mededoeling van o. m. de vol
gende ingekomen stukken.
Verzj k van H. PolvJiet om terugbetaling
van plaatselijke directe belasting, dienst 1897.
Bezwaarschriften van F. Otto, J. Boden-
staff en A. B. Hofhuis tegen hun aanslag ia
de pl directe belasting, dienst 1897.
Verzoek van wed. Thyssen om afschrijving
schoolgeld middelbaar onderwijs over de drie
laatste kwartalen cursus 1897/98 voor haar
pupil J. Sloot.
Verzoek van h&t bestuur der afd. Leiden
van don Alg. Ned. Typografenbond, om in de
bestekken van de het volgend jaar te houden
aanto tedmg van drukwerken voor de ge
meente bepalingen op te nemen omtrent
minimum loon on maximum-arbeidsduur.
Verzoek van do gebr. Van Ulden, om te
mogen mededingen naar het reinhouden van
de aan Leiden toegevoegde gedeelten, welk
verzoek behandeld werd bij punt 20 van do
agenda, dat werd goedgekeurd, zooals het
door B. en Ws. was voorgedragen.
Medegedeeld werd, dat tot arbiter der ge-
meento in zake hot geschil met het Kijk over
de verpleegkoïten van stadszieke armen in
hot Ziekenhuis der Rijksuniversiteit door
burgemeoster en wethouders is aangewezen
de heer mr. J. A. F. Coebergh, die deze taak
hesft aanvaard.
Nadat 4o. en 5o. der voorgestelde besluiten
betreffende do beide rooimeesters, de heeren
W. A. Van Lith en J. Filippo Hz. waren
goedgekeurd, voerden de heeren Zilksen en
P. Van Hoeken nog hot woord.
Eerstgenoemde wees op den onwil der
directie van do Paardentram, waarop do onder
handelingen, om aan do Utrechtsche brug een
wachtlokaal te plaatseD, zijn afgestuit; op do
behoefte aan zulk een lokaal en verklaarde
zijn stem gegeven te hebben, indien een voor
stel was gedaan, om in die behoefte van ge
meentewege te voorzien.
De heer P. Van Hoeken vestigde de aandacht
op den toestand van het plantsoentje bij de
Morechpoort, waarin de Voorzitter verbetering
toezegde.
Vcor de behandeling van belastingreclames
ging de Raad tot een gebeime zitting over.
Ter beroeping van een prooikant bij de
Ned.-Herv. Gemeente alhier, ter ver.ulling
van de vacature, ontstaan door bet eervol
emeritaat, aan dr. H. G. Hagen verleend,
wordt hedenavond het zestal en de volgende
week Vrijdag het drietal samengesteld.
De Vereeniging voor Christelijke belangen
alhier zal a. s. Maandagavond in d« zaal in
het Noordeinde haar veertigjarig bestaan
herdenken. Bjj die gelegenheid zullen als
sprekers optreden de heeren prof. dr. J. H.
Gunning, ds. G. J. De Hoest en ds. S. H. J.
De Wolff, terwijl de Chr. zangvereeniging
„Zingt den Heer" eenige liederen zal ton ge-
hoore brengen.
In de goed bezette kleine Nutszaal hield
gisteravond ds. C. F. Gronameyer, van Ara
sterdam, een lezing (de derdo der zes wintcr-
lezingeD) over „Verdichte Reisverhalen."
Na de opmerking, dat de lust tot reizen
bijna zoo oud ii als het menschelyk geslacht,
na gewezon t® hebben op de verschillendo
dryfveeren tot reizen en op het luxe reizen,
alsmede op htt verhalen van reizen cn bet
to boek stollen er van, veelal gepaard gaande
mot overdrijving, zoodat tal van reisverhalen
sterk gekleurd tot ons komen, bepaal'e spr.
zijn auditorium bjj do beschrijving en schrijvers
van r. izen naar landen dor verbeelding.
Als typen hiervan noemde hy o. a. in
quality van „vader der leugenaars" Homerus
met zjjn „Odyssee," waarin de bekende zwerf
tochten, den schrijver der oudheid Herodotus,
de sagen der S-racenen en der Kelten, de
Parsifal", Cervantes' „Don Quichotte", den
„Tólémaque" van Fénélon, zich aansluitende
aan de „Odyssee", De Foe's „Robinson Crusoe"
en de vele Robinsonades als gevolgen hier
van, ademende den geoEt van Jean Jacques
Rousseau, „Gulüvers Travels" door Swift,
waarbij spr. uitvo rig stilstond, in 't voortij
gaan Jules Verne's wonderreizen, de navolging
van Gullivers reizen, nl. de „Onderaardsche
Reis van KI. Klim", en de Reis van Bor.te-
koe. Met den inhoud der beschrijvingen stelde
hij ons in 't kort in kennis of verlevendigde
de herinnering er aan, wijzende hij tevens
op den tij 1, waarin, cn de omstandigheden
en omgeving, te midden waarvan ze achter
eenvolgens het licht zagen.
Meer in het bijzonder stond spr. stil by
een welbekende reis der verbeelding, welke
dit goed beschouwd toch niet is, naar een
land der verbeelding, dat echter in werkelijk
heid bestaat: de „Pelgrimsreis" of „Eens
Cbristons Reize" van John Bunyan. Ook uit
dit beroemd geworden werk deelde ds. Gr.
het een en ander mede; uit dit werk, dat,
in snipperuren geschreven, aanvankelijk alleen
populair was onder het volk en eerst in dezo
oeuw door het beschaafdo publiek naar waarde
wordt geschat, dank zij vooral Macaulay, die de
kunstwaarde er van in het licht gesteld heeft.
Spreker trok een Itfn tusschen het werk
van den eenvoudige» ketellapper (Bunyan)
en dat van den doftig- n dekon (Swift), waarbij
hij het eerste (Eens Cbristens Reize) deed uit
komen ah heller als glas voor hen, die
met den Bijbel vertrouwd zijn, als vervullende
met oprechte blijdschap, als bemoedigend,
wijzende op de overwinning door de genade
Gods, als zegen verspreidend; het tweede
(Gullivers reizen) als: by de lezers achtereen
volgens te voorschijn roepende een glimlach,
een grimlach, afkeer en verontwaardiging; als
duister: vermoeiend, den mensch beschouwend
als eon wroed, zelfzuchtig dier, als vol sarcasme,
geeselend hen, dis niet op schrijvers stand
punt stondon, als, onafhankelijk van zijn
wil, thans geworden tot een vermakelijk
kinderboek en niets meor.
Boekon. als dit werk v.;n Bunyan blijven,
zei spr. ten slotte, leven. Boeken zoowel als
liederen, waarin iets te vindon is van het
Goidelyk leven, deelen hot lot niet van die,
waarin daarvan niets wordt aangetroffenze
vergaan niet, getuigen hot behandelde werk
v. n Bunyan en Miltors „Poradise lost." Zulken
boeken, zulken gedichten ziet men hun ouder
dom nitt aan, ondanks de toespelingen op
don tijd cn de omstandigheden, waarin ze
ons verplaatsen. Zo zijn geslachten ten zegen,
getuige nóg eens het meesterwerk, liet boek
vol waarheid van John Bunyan.
Jhr. rar. S. Laman Trip, do vroegere
vice president van do rechtbank te 's-Graven-
hage en laatstelijk president van de rechtbank
te Zutfen, is gist rnamiddag plechtig geïnstal
leerd als raadshe r in den Hoogen Raad der
Nederlanden.
Do plechtigheid werd bijgewoond door ver
schillende leden van de rechterlijke macht en
andere belangstellenden.
Nadat de procureur-generaal, mr. Polis, den
nieuwbenoemde gelukgewonscht en bel ge
bruikelijke requisitoir genomen had, herinnerde
de president van don Hoogon Raad, mr.
Coninck Liefsting, aan do rechterlijke loop
baan van den hoer Laman Trip tot dusver,
waaiin hij ongetwijfeld reeeds vele practiscbe
ervaringen zou hebben opgedaan, wdke hem
in zijn nieuwe betrekking konden ten nutte
komen. Met veel lof sprak mr. Coninck
Liefsting over de bekwaamheden van den
nieuwbenoemde.
Gi.ttren is, naar men uit Den Haag
meldt, aan het departemer.t van buitenlandscto
zaken het tractaat geteekend tusschen Neder
land en Frankrijk betreffende de betrekkingen
tusschen beide landen in Tunis.
Door H. M. de Ko: ingin Regentes is
aan hot damescomité der „Werkverschaffing
in eigen woning aan blinden en half-blinaen",
(Vereeniging tot verbetering van het lot der
blinden) te Amsterdam, een gift van f 100
geschonken.
De bouw van het Geologisch-Mineralo-
gisch Laboratorium te Groningen is aan den
heer T. Y. Jelsma voor f 109,660 toegewezen.
Bestuurderessen van de Vrije Vrouwen
vereniging te Amsterdam hebben de Tweede
Kamer verzocht gunstig te beschikken op het
voorstel van den minister van linnenlandsche
zaken tot uitbreiding van het aantal verpleeg
sters in het Academisch Ziekenhuis to Leiden,
en tevens daaraan toe te voegen zoodaüige
bepalingen, dat voor den vervolge goen der by
de verpleging dienstdoende zusters tegelijker
tijd zal mogan belast worden met eenigen
huishoudelijken arbeid, van welken aard ook.
Voorts verzoeken zjj aan derijk6ziekenbuizen
te verbinden een cursus, waardoor de leerling-
verpleegsters na voldoend afgelegd examen
kunnen halen het diploma van ziekenzuster.
Bovendien geven zij in overweging de open -
bare ziekenverpleging te brengen onder een
rijkswet, zoodat ds ziekenhuizen, zoowel p rti-
culiere als gemeentelijke, komen te staan
onder ryk&to-zicht en zich hebben in te richten
naar uniforme bepalingen, zoowel voor wat
aangaat de patiënten al3 voor het corps, met
de verpleging belast.
Als voorzitter van het hoofdbestuur der
Maatschappij tot Nut van 't Algomeen is
sedert 15 October opgetreden de heer P. H.
Hugenholtz Jr.
Ter vervanging dor heeren mr. R. Van de
Werk en mr. H. L. Drucker, die in Juli als
hoofdbestuurders moeten aftreden, z\jn onder
scheidenlijk de volgende dubbeltallen opge
maakt: mr. F. A. Eggers en F. Adama van
Scbeltema, beiden te Amsterdam; dr. P. Van
Geer, te Leiden, en mr. H. J. Van Leeuwen,
te 's-Hertogenboscb.
In de gisteren gel ouden algemeene ver
gadering van den Hoogen Raad is benoemd
tot lid v.n het bureau van consultatie mr.
M. De Prato. Op de voordracht, daartoe inge
diend door den raad van toezicht en discipline,
stonden: lo. mr. M. Do Pinto; 2o. mr. J. M.
Hijmans.
Dr. G. A. F. Mohngraaff, buitengewoon
hoogleeraar in de geologie, mineralogie, paleon-
to'ogie en kristallographie aan do universiteit
te Amsterdam, heeft eervol ontslag aange
vraagd.
De jaargang 1898 van den „Almanach
de Gotha" bevat een artistiek uitgevoerd en
zeer gelijkend portret (borstbeeld) van H. M.
Koningin Wilhelmina in het toilet van de
b&konde jongst in den handel gebrachte photo-
graphio van H. M.
Waar dezo uitgave tevens bevat de beelte
nis van H. M. Koningin Victoria van Engeland,
maakt de redactie van den Almanak, in de
voorrede, een vergelijking tusschen beide
Vorstinnen, tusschen wie het analogisch ver
band bestaat, dat beiden tot den Troon werden
geroepen by ontstentenis van e.n mannek
ken troonopvolger, maar van wis de eene
op hoogen leeftijd mag terugzien op de langste
achtereenvolgende regeering, welke haar land
gekend heeft, terwijl Koningin Wilhelmina
zich gereed maakt Haar bewind te aanvaarden.
Het stoomschip „Amsterdam," van Rot
terdam naar Nieuw-York, passeerde 9 Dec.
Bevezicr; de „P.ins Maurits," van Paramaribo
naar Amsterdam, vertrok S Dsc. van Havre;
de „Burgemeester Den Tex," van Amsterdam
naar Batavia, vertrok 9 Dec. van Genua; clo
„Mashona," van Amsterdam naar Kaapstad,
arriveerde 8 Dec. to Lonien; de „Reicb3tag"
arriveerde 8 Dec. van Hamburg en Amsterdam
te Mozambique.
Benthuizen: Ds herbenoemde kerkvoogd
L. Noordam en de herbenoemde notabelen
J. Bogaards en S. Van den Berg hebben zich
hunne herbenoeming daten welgevallen.
Hi 11 eg om: De arbtijèr J. C. H., alhier,
kwam gistermorgen tot de ontdekking, dat
ten zi-nen nadeele circa l1/, H.L. aardappel n
uit een nabij zijn wonirtg gtlegén winterkuil
waren ontvreemd, wtarvan kennis is gegeven
aan de politie.
De inschrijving door do nationale militie in
deze gemeente van de mannelijke ingezetenen,
die geboren zijn in htt jaar 1879, zal plaats
hebben ten Raadh-uize deztr gemeente op
Woensdag 5 Januari a. s.
Voorschoten: Da zangvereeniging „St.-
Cecilia" van den Ned. R.-K. Volksboid alhier,
gaf by gelegenheid van haar tweejarig bestaan
aan haren directeur, den heer C. A. Bonten,
gediplomeerd muziekonderwijzer te Leiden,
ten geschenke een prachtigen dirigeerstok,
met zilver gemor.teerd en voorzien van de
inscriptie: „Uit dankbaarheid aan haron cirec-
leur C. A. Bonten, Voorschoten, 8 December
1897. De Zangvereöniging „St.-Cecilia". - Bij
monde van den voorzitter, den heer W. C.
Lingerak, werd het geschenk met een korte
toespraak den directeur ter hand gesteld,
waarbij bij hem de verzekering gaf, dat de
leden hem hoogachtten, zijn lessen op prijs
stelden en de blo i van de Ver<!oni^ing voor
namelijk aan bem te danken was. Het wa3
dan ook de wenscb van do Vereeniging, hein
nog lang aan htt hoofd te mogen zien staan.
De heer BonteD, gevoelig voor de verrassing,
beantwoordde met een hartelijk woord "an
dank, tevens de verzekering gevende, niets
onbeproefd te zullen laton, om den bloei van
de Vereeniging te blijven bevorderen.
De 3-October-Yereeniging
hield gisteravond is de kleine bovenzaal d^-r
Stadszail hare algemeene leden-vergadering,
de z. g. December-vergadering.
Na opening door den prosident, den heer
N. Brouwer, las de secretaris, de heer F.
Drie3sen, de notulen der z. g. Mei vergadeii: g,
welke werden goedgekeurd, waarna oe ver
kiezing plaats bad van bestuursleden ter ver
vulling van twee vacatures, ten gevolge van
de, volgens reglement, aftreding der heeren
S. B. Vos en N. Brouwer, die oven wel her
kiesbaar waron.
Op de door het bestuur voorgodragen dubbel
tallen waren geplaatst1ste vacature de
heeren S. B. Vos en M. Cahea 2ie vacature
de heeren N. Brouwer en C. J. Leende; tz.
Een onyeiukkige jeugd.
9)
Zij moesten eerst een groot boscb door om
er to komen, on torwyl de paardeD van gravin
Von Ritheim hier langzaam doortrokken,
dankto Clutildo in haar hart do Voorzienig
heid, die haar op zulk een onverwachte
manier geholpen had. Aan het einde van het
bosch gekomen, liet de gravin het rytuig by
oen hui d. t er bescheiden, maar vroolyk
on gezollig uitzag, stilstaan en sprak tot
Cio'.ilde
„Ik ben verplicht u hier te laten, mevrouw
myn jachtopziener, een goed en vriendelijk
man, zal u de ga&tviyheid schenken, wolko
ik u 6p dit Gogcnblik niet kan verschaffen.
Nog dezen avond verwacht ik myn oudsten
zoon, die juist gehuwd is en zun jonge vrouw
on haar ouders medebrengt. U zoudt niet de
kalmte en de rust by my vinden, welke u
z)Gzecr nooJig hebt. Ik zal u aan Rupert en
z n zuster Lona voorstellen, die u met vreugde
zulitn ontvangen en alb diensten zullen
bewijzen, welke u noociig hebt."
Binnentredend troffen zij Lena aan, die by
den ha^rd zat le naaien.
Het zag er zoo gezellig uit, dat men er
met vreugde vertoefde. Dit was ook de indruk,
welken die kamer op de arme bannelinge
maakte, en zy stond in gepeins, terwyl de
gravin met Lena sprak en haar bescherme
lingen onder haa: hoede stelde.
Toen de gravin zich verwyderd had, werden
Clotilde en Blanche, die by hot vuur zaten,
spoedig vertrouwd met heur goedo gastvrouw.
Lena had geaurondo eemgen tijd met de
gravio in Frankryk gewoond; zy drukte zich
in het Fransch tamelyk goed uit. Het was
een grooto vreugde voor de bannelinge, in
haar moedertaal to kunnen spreken. De goed
heid en de voorkomende zorgen van Lena
bewogen haar tot tranen; het scheen haar
een droom toe, van de groot6te ellende, waarin
zy geleefd had, plotseling gekomen te z\jn
in die atmosfeer van rust en welvaart, en zy
zag voortdurend haar dochtertje aan, dat, op
een kle n stoeltje gezeten, de kat op den schoot
genomen had en haar aaide als een oude
bekende. Rseds waren weder de rozen op
haar wangen en de glimlach op haar mond
gekomen, haar scboone bruine oogen, waarin
de tranen nauwelyks waren opgedroogd, dwaal
den met nieuwsgierigheid rond, totdat zij
wederkeerden op Lena, wisr lieflyk gelaat
aanstonds haar vertrouwen had gewonnen.
Deze bereidde nu het avondmaal voor de
twee zwervelingen, immer vriendeiyke woorden
sprekend, nu eens tot de moeder, dan we^r
tot het kind. Weldra kwam Rupert thuis,
en in weinige woorden vertelde Lena bem,
wie de twee gasten waren. Ook hy heette
haar hartelijk welkom en scheen blyde haar
gasttryheid te kunnen bewyzen. Die twee
edele harion wilden zolfs niet luisteren naar
do woorden van dankbaarheid en zochten op
alle wyzen de ongelukkigen te troosten en de
dagen van zorgen en tranen te doen vergeten.
Na het avondeten van Lena eer aangedaan
te hebben, trok Clotilde zich met Blanche
terug. Haar kamer op de bovenverdieping
was wel klein, maar zeer helder, zooals het
geheele huis, en gemeubileerd met denzelfden
eenvoud. Yoor het bed hingen gordynen met
grysblauwe franje, en de lakens, welke over
het bed lagen, getuigden, boe Lena alles net
en smaakvol wilde hebbeneen groote tafel,
antieke stoelen, twee platen, enz. Zóó was de
meubileering van het kamertje, waarin Clotilde
een vreedzame rust ging smakeD, welke door
het geraas dtr stad niet zou verstoord worden.
Met welke tranen van vrougde en dank
baarheid dankte zij, met Blanche by haar
zindelyk bed neergeknield, God l Met welk een
vuur smeekte zü Hem, de bedroven fouten
te vergeven en beloofde zy Hem een nieuw
leven in het nieuwe vaderland te zullen begin
nen! Met welk een godvruchtige dankbaarheid
bad zy Hom vrouwe Von Ritheim voor haar
goedheid, Rupert en Lena voor hun edel
moedigheid en zorgen, welke haar hart zoo
goed hadden gedaan, te beloonenl
Toen Clotilda na een lange nachtrust ont
waakte, was haar eerste gedachte weder
een dankzegging; zij stond zachtjes op, terwyl
het kind nog sliep, zötte zich aan het venster
neder en wachtte tot het wakker werd.
Van uit dat venster, mot de kleine groen
achtige ruitjes, zag zy een prachtig landschap.
Hier lag op een helling een moestuin, daar
een groot meer, waarover nog een blauw
achtige damp bing. Rechts een hooge en
boschryke berg, welks top door de wolken
scheen te dringen; links eon andere berg,
rotsachtig en doorploegd met diepe kloveD.
Ginds in het dal stroomde eon riviertje en
scheen te spelen door do weiden, welke reeds
door de eerste ademtochten van de lente een
groenachtige kleur verkregen hadden. Olmen
en populieren groeiden hier en daar langs
haar oevers on beloofden een frissche schaduw
voor den zomer.
In de verte zag men de witte huizen van
het dorp koket staan langs de helling van
den houvol; daarachter verhief zich trotach
een grooto rots, welko het dorp met zyn val
scheen te bedreigen, en op die rots zelf stond
de ruïne van den ouden burcht van Ritheim.
Sinds Jang reeds hadden de edelen den burcht
verlaten, en do sierlyke torens van het nieuwe
slot dienden niet meer om daaruit den vyand
te beschieten, maar men leefde er in do kalmte
en de genoegens van den overvlood.
Terwyl Clotilde dat landschap bezag, deed
een vreugdekreet haar het hoofd omwonden.
Het Was Blanche, die zonder geraas te maken
uit bed was gestapt eu op haar beurt de
hooge bergen en de schoone vallei bewon
derde. Welk een verschil mtt het kltine,
bedompte plaatsje, waar liet eenige venster
van haar woning te Mondberg op uitkwam!
Het kind klapte van verrukking in de handen.
„O, mama, wat ben ik blyde," zeide zy;
„wat zullen wy druk wandelingen maken
in die bosschen, in die velden. „Kyk eens,
het regent niet meer, de zon zal den leelyken
winter verjagen; u moet niet moer weenen
en u zult niet meer koud zyn. O, mama, wat
is God toch goedl"
„Ja, myn kind, Hy is goed! Hy heeft
medelyden met ons gehad en on3 gehol
pen op het oogenblik, dat de ncoi het
driogendst was."
Terwyl Blanche in haar vreugde in den
omtrek speeldo met d« duiven of den jacht
hond van Rupert, ondervroeg Clotilde, met
Lena alleen by het vuur gezeten, deze ovei
haar weldoenster; haar gastviouw, die veel
van de odele dame hield, schopte er behagen
in, haar in byzonderheden hjt loven van
do gravin to verhalen.
Vrouwe Von Ritheim stamde af uit eei
beroemde Hongaarsche familie. Zy had ge
schitterd onder de schoonsten on edelsten
aan hot hof van M-ria Theresia. Zy was in
haar kinderjaren de vriendin geweest van de
ongelukkigo Marie Antoinette.
Later, toon zy gehuwd was met graaf
Von Ritheim, die een hoegen rang in het
Oostc-nrijksche leger innam, was zy op de
goederen van haar echtgenoot gaan wonen.
Het was een vrouw uit één stuk, gozond
va» hart en hoofd. Zy wydde zich geheel aan
de zorg voor haar kinderen en baar huis.
Op die manier van do wereldsche genoogens
verwyderd, aan haar overpeinzing overgelaten,
had zy langzamorhand een diepen en innigen
godsdienstzin vei kregen, welko zich uitte in
wei ken van liefdadigheid, ledereen kende
alzoo en eerde de gravin, maar ook iedereen
vreesde haar, want het moet gezegd worden:
zy had nog niet geheel en al z?ker overmatig
bewustzyn van haar waardigheid kunnen
afleggen. Zy wist het en deed menige poging
om nedorig van harte te worden.
(Wordt vervolgd.)