N°. tl560. Maandag X November. A°. 1397 mmr11iiAnii csr^fiXrgTTfrj maBam esaSSaa^ rNw eBBMBÉSai <§sze gourant wordt dagelijks, met uitzondering van <§on- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TTER Bladen. Leiden. 30 October. Feuilleton. ALLERZIELEN. LEIDSCH DA&B FBUS DEZER COURANT} Voor Leiden per 9 maandenl.flfc Franco per poatMO. Afzonderlyke Nommere 0.05. PRIJS DER AD VERTENT LÜN: Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. GrootarO letters naar plaateruimte. Toor bet iccasseeren buiten de stad. wordt f 0.05 berekend. Eerste Blad. Olücitiele Kcnnïs^ovlngcn. Inkomstenbelasting 1807. Burgemeester en Wetboadere van Leiden brengen in beriouering, dat met 31 Oet. a. i. de derde term\)u vervalt v-n de Inkomstenbelasting, dienst 1S97, en dat alzoo op den laten November a. s. minst-enj drie vijfde gedeelten van den aanslag moeten zijn voldaan. Zij Doodigen mitsdien belanghebbenden uit, om, ter voorkomiug van vervolgingaliOBtoD, tot de betaling van hot versohuldigdo ten kantore van den Gemeente ent vaDgor over te gn*D. Burgemeester en Wethouders voornoemd, I.eiden, F. WAS, Enrgemeeeter. 10 Oot. 1897. E. KIST. Secretaris. Bjj de Leidsche Spaarbank werd in de maand October ingelegd 46,721.95s en terugbetaald f 65,484.315, terwijl zijn afgege- ven 86 nieuwe en geheel afgelost 77 boekjes. Hat gezamenlijk tegoed der 10,919 deel hebbers bedroeg einde Oct. ƒ2,095,240.28. Van den heer J. Th. E. Canneel, vice- consul der Zuid Afrikaansche Republiek, te 's Gravenhage, zijn, ten beboave van 's Rijks Ethnogr-iphisch Museum, te Leiden, de na te noemen voorwerpen uit de Zuid-Afrikaansche Republi k ten geschenke ontvangen, to weten 1. Een ketting, door kaffers uit één stuk bout vervaardigd. 2. Drie armringen. 3. Een horentje voor het bewaren van snuif. 4. Twee sierlijk gesneden beveiligingsdop- pen van kaffers, by het nederhurken op den grood gebruikelijk. 5. Esn schortje, door kaffermeiden gebruikt ter bedekking. 6 Twee vruchten van den Boabab of Cre- mortarttoom. 7. Twee lansen. Aan den schenker is de dank der Regeering betuigd. In de zomervergadering der Prov. Staten van Zuid-Holland werd door den heer J. Rinkes Borger aan 1 et afdeelingsverslag eene nota toegevoegd, boudenae bezwaren tegen de wijze, waarop de uit de Provinciale fondsen gesubsidieerde zuivel^onaulent der Hol!and6che Maatschappij van Landbouw zijn taak opvat. De nota ia dooi Ged. Staten om advies in handen gesteld van het Hoofdbestuur der Hollandsche Maatschappij, dat een uitvoerig antwoord heeft ingezonden. De kennisneming dezer verschillende stukken heeft nu Ged. Staten, by hunne mededeeling aan de Prov. Staten, tot verschillende opmer kingen aanleiding gegeven. Zy meenen, dat inderdaad, om te verkregen, wat voor onze zuivelindustrie noodig is, om hare plaats op de wereldmarkt te tehouden en zich een ruimere plaats te veroveren, t. w. het maken van uniforme en onberispelyke producten, een zuivelconsulent met een weikking, als de heer Rinkes Borger zulks wenscht, van grootor nut zal zün dan een zuivelconsulent, als thans de Holl. Maatschappij van Landbouw heeft. Niettemin meenen zy aan Prov. Staten vooralsnog te moeten ontraden om het daar heen te trachten te leidon, dat deweikkring van den tegenwoordigen zuivelcoDsulent worde gewijzigd, omdat de voorwaarden om een zuivelconsulent volgens de denkbeelden van den beer Rinkes Borger succes te doen heb ben, n. 1. dat de zuivelindustrie meer den vorm van grootindustrie heeft aangenomen door fabriekmatige bewerking, èn dat de kleinere zuivelbersiders overtuigd zyn van het groote nut van hst toepassen van de resultaten der wetenschap en genoeg ontwikkeld en genoeg zaam van werktuigen voorzien zyn, om de adviezen van den op een afstand wonenden consulent te kunnen begrijpen en toepassen, geen van beide vooralsnog zyn vervuld. De zuivelcursussen, oie thans woraen ge geven, schynen Ged. Staten het juiste middel om het zoo noedzakelyk geloof in her nut van wetenschappelijke methocen en weten schappelijk onderzoek ten plalteDlande te doen veld winnen. Daarby ko-ai, da een zuivel consulent volgens het stelsel-Rinkes Borger met een goed laboratorium en een modelhoove zeor groote uitgaven zal mede.-rengeD, terwijl wellicht het Rijk zyn subsidie zou doen ver vallen. Ged. Staten stellen dus voor vooralsnog hot subside op den bestaanden voet te be stendigen. Voor bet examen in de vr\je- en orde- oefeningeri der gymnastiek is te Haarlem geslaagd mej. C. C. Visser, van Lisse. De uitkeering door het Ryk aan de ge meente Haarlemmermeer heeft ten gevolge gehad, dat de Rand besloot de opcenten op de personeele belasting te brengen van 60 op 50 cn den boofdeiyken omslag met 20 pet. te verminderen. De begrooting voor 1898 bo draagt thans in uitgaaf en ontvangs* 90.818. De „Unie"-coll2ctè beeft te Katwijk aan den Rijn (Gtr. Kerk) opgebracht 18.52. Heden wordt de sergeant ziekenverpleger v. k. K. D. Villerius overgeplaatst van Hr. Ms. wachtschip te "Willemsoord naar Hr. Ms. wachtschip te Amsterdam, en gedetacheerd by de Kweekschool voor Zeevaart alhier. Tegelykerty l wordt de detacheering by ge- noeraue Kweekschool ingetrokken van den korporaal ziekenverpleger A. Mol. Den lsten November a. s. worden de kor poraal der mariniers L. Knibbe en de matroos der 1ste klasse J. De Vries gedetacheerd by de Kweekschool voor Zeevaart alhier. De R. K. Zangvereeniging „Arti et Cbaritati", te 's-Gravenhago, zal op 2 en 9 Februari 1898, in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen aldaar, voor een liefdadig doel ten gehooro brengen: „Die Passion" (ïydensgeschiedenis van den Zaligmaker), ora torium voor orkest, soli en gemengd koor, van H. F. Mülier, „Domkapitular" t9 Fulda. Dit uitgebreide toonwerk, waarmede de voor stelling van een reeks tableaux vivants ge paard gaat, heeft overal, waar bet werd uitge voerd, een groot succes behaald. „Arti et Charitati" heeft zich voor den zang de mede werking van 80 dames, voor de tableaux die van eenige kunstschilders verzekerd, terwyl met talentvolle solisten onderhandeld wordt. Directeur der vereeniging ia de heer J. G. Van Mael. Een in alle opzichten artistieke vertolking mag dus worden verwacht. Gisteravond werd in de vereeniging „Sebeveningen8 Belang" te Scheveningen de havenquaestie besproken. Het debat werd geresumeerd in het volgend besluit: De vereeniging „Schoveningens Belang" in algemoeno vergadering, neemt het navol gende besluit: „Voor Scheveningen ia eene haven een lever.squaestie. Het acht zich voldoende ge- bolpG. met een bommenhaveD, doch geenszins met eer. haven aan deri Hoek van Holland of eldtr', weshalve deze vereeniging zich met kracht verklaart tegen het havenplan van de heeren Beveraen en Van Heurn. Zy baseert hare overtuiging op deze argumeDten: de bom-r.sn rendeeren; een bommenhaven te Scheveningou houdt de industrie ter plaatse met den aankleve van diende bommen, elders havenende, rendeeren weinig of niet; de haven elae'8 verjaagt de industrie van deze plaats en doet d« waarde der eigendommen dalen." Van dit besluit zal kennis worden gegeven aan oe miniaters van waterstaat en van oor- lot;, aan den burgemeester, aan de Kamer van Koophandel en aan de VereenigiDg voor Handel, Nyverheid en Gemeentebelangen te '8 Gravenhage. De voorloopige begrooting over 1898 van het Hoogheemraadschap Delfland beoraagt in ontvangst en uil gaaf ƒ237,352.72. Te Dc-lft heeft zich eene afdeeling ge vestigd van de Neoerlandsche vereeniging „Het Vaderland getrouw", waarvan generaal Vttr.er beschermheer is. Het bestuur bestaat uit de heeren Rutge- ling, Van Bergen van der Gröp, Veerman, Pont en Collóe. Ia de gistermiddag, onder leiding van mr. Ph. W. Van Heuede, gehouden vergadering der afdeeling 's-Gravenhago van het Neder- landsch genootschap tot zedeiyke verbetering der gevangenen, werd tot bestuurslid gekozen mr. I. H. Boudewynse, in plaats van mr. L. R. Telting, vertrokken naar Amsterdam. Door den beer J. N. Verschoor, ingezetene van Dellt, is aan die gemeente een verzameling histi ri8che voorwerpen aangeboden ter plaat sing in bet eerlang te openen gemeente museum. Onder die stukken bevindt zich een stalen zegelstempel, met het familiewapen van Hugo Da Groot. Volgens overlevering moet Grotius zich tydens zyne gevangenschap op Loevestein van dien stempel bediend hebben. Met de Donderdag vermelde verandering in bestuur en radactie van het liberale week blad „De Nederlander" zal dit orgaan ook van naam verwisselen, zoodat het voortaan zal verschynen onder den titel van: „Vooruitgang, vryzinnig-democratisch weekblad." Met de redactie zal zich belasten de heer J. Hoogendyk, voormalig redacteur van „De Nederlander", onder medewerking van de heeren mr. E. Fokker, lid van het hoofd bestuur der „Liberale Unie"; B. H. Heldt, voorzitter van het „Alg. Ned. Werklieden verbond"; C. V. Gerritsen, voorzitter van den „Radicalen Bood" en een lid van de „Volks- party", alsnog aan te wyzen. In den gemeenteraad van Dordrecht kwam aan de orde een voorstel van B. en W8., om dr. Romeny, lsten geneesheer van het krankzinnigengesticht, op zyn verzoek, tegen 1 Jan. a. 8. eervol te ontslaan, maar te geiyk in beginsel te besluiten tot opheffing van genoemd gesticht. Aldus werd ook, na laogdurige discussie, besloten, tevens B. en Wé. opdragende, in overleg met regenten, zoo spoedig mogölyk tot liquidatie over te gaaa. By de stukken over dit onderwerp was o. a. ook overgelegd een missive van de inspecteurs dr. Ruysch en dr. Van Andel, waarin ook dezen tot opheffing adviseerden. Zy deden dit op grond hiervan, dat aldaar geen buitenge sticht te vinden is, en omdat de gang van zaken in een verouderd gesticht als h9t be staande behoort te worden toegekend aan een geneesh«er-:irecteur. Bovendien bestaat ook op het oogenblik in Zuid-Holland geen gebrek aan plaatsruimte. Naar men verneemt, heeft de minister van waterstaat persoonlijk den wensch te ken nen gegeven aan de daarby betrokken spoor- wegmaatschappyen tot bet iavoeren van meer nachttreinen voor goederen tusschen Araster dam en Rotterdam, wegens de vortraging, welke vooral des avonds de reizigerstreinen door de goederentreinen ondervinden. Reeds is eene begrooüng van kosten go- maakt voor de uitbreiding van spoorwegper soneel, welke van de nieuwe regeling het gevolg zal zyn, daar de minister het rijden der goederentreinen hoofdzakelyk des nacht3 wenscht te doen geschieden en de spoorweg- lynen des daags zooveel mogelyk voor de ge wone treinen wenscht te besteramen. Heden wordt op het Loo verwacht prinses Elisabeth van Waldeck en Pyrmont, die er tot Maandagochtend zal vertoeven. De vorst en vorstin van Bentheim koeren heden van het Loo naar Bentheim terug. Mr. P. Brooshooft gaat weer naar Indië als hoofdredacteur van de „Locomotief." De begrooting der gemeente Amsterdam, die in vyf raadszittingen is behandeld, sluit met een bedrag van 16,361,045. De post onvoorziene uitgaven is uitgetrokken op ƒ41,600. De gemeenteraad van Amersfoort heeft, ingaande 1 Januari a. s., de gemeente- opcenten op ue personeele belasting van 70 verminderd op 50. Gisteravond hield de kiesvereeniging „Rotterdam" eene huishoudelyke vergadering, ter behandeling van den beschryvingsbrief voor de algemeen» vergadering van de „Liberale UDie". Er werd een motie aangenomen, waarby het wenschelyk geacht wordt, ten einde een zuiverder afscheiding der partyen te krygen, dat de Unie een anderen naam aanneme. Te halltwaalf werd een openbare vergade ring gehouden ter bespreking van de hou ding by de herstemming voor den gemeen teraad. De voorzitter noemde den uitslag vry be vredigend en de nederlaag niet grooter dan di9 van „Vooruitgang." De beschuldiging, dat „Rotterdam" niet met „Vooruitgang" heeft willen samenwerken, woes by af. Er is overleg gehouden, doch „Vooruitgang" zeide den beer Hintzen te stemmen, omdat die wethouder van financiën worden moest. Daarom was de vereeniging ▼an medewerking afkeerig. Thans werd be sloten den heer Hintzen by de herstemming te steunen Het stoomschip „Ajax" van Amsterdam naar Java, arriveerde 28 Oct. te Liverpool; do „Gedé", van Batavia naar Rotterdam, vertrok 29 Oct. van Padang;de „Prins Willem V" arriveerde 29 Oct. van West-Indië te Nieuw York; de „Prins Alexander" vertrok. 30 Oct. van Amsterdam naar Batavia. Alfen: In de gisteravond gehouden ver gadering van leden van het Departement Alfen Oudshoorn der Maatschappy tot Nut van 't Algemeen werd tot bestuuislid der gymnastiekschool gekozen de heer A. Beye- rinck en besloten aan den arbeider Marbus, voor diens 40-jarigen trouwen dienst ty den heer Kloot te Oudsboorn, uit te reiken een getuigschrift mot een gelielyke belooning als herinnering aan dit jubileum. Mededeeling werd gedaan, dat op 18 Novem ber a. s. als spreker zal optreden Ds. Van KL:ef, te Leiden, in December de heer Branda- ina of de heer Bigot, in Januari de heer Bogaart (volkslezing), in Februari de heer Van den Berg, in Maart de heer eo mevrouw Poolman. Aarlanderveen: Door de rykspolitie- agenten Spanje en Van Zwieten zyn ty een gehoudtn surveillance op het dorp alhier vier processen-verbaal opgemaakt wegens overtre ding der ykwet. Kaag: De uitslag van het deze week alhier gehouden vogelschieten is als volgt: Er waren in het geheel 9 deelnemers. lste vogel: P. De Raadt, Spaamdam, vlag; L. Zuiderduin, Noordwyk, kop; A. C. Van der Geest, Kaag, staart en vleugel; C. Wasse naar, bout en vleugel. 2de vogel: P. De Raadt, Spaarndam, staart, kop en bout; A. Tromp, vleugel; J. Kerk-, vliet, Vogelenzang, vlagJ. Zoetendaal, Noord wyk, staart. 3de vogel: L. Zuiderduin, Noordwyk, vleugel en bout, J. Kerkvliet, Vogelenzang, kop; A. C. Van der Geest, Kaag, vleugelJ. Zoetendaal, Noordwyk, staart; C. Wassenaar, vlag. Leiderdorp: Donderdag-avond 4 Nov. a. s. zal dr. J. H. Gunning, van Utröcht, in het Ned.-Herv. kerkgebouw alhier, vanwego da Jongelings-Vereeniging „Abilene", eene lezing houden over Frederik II van Hohonataufen. Noordwykorhout: Twee eerwaarde paters Capucynen komen de volgende week alhier eene zending vervullen. De opening dor missie heeft plaats 6 Nov. a. s. met het Lof en do sluiting 14 Nov. daaraanvolgende. - Een driejarig jongetje van E. v. St., met zyn vader op den zolder iets verrichtende, werd eenige oogenblikken uit het oog ver* i) De klokken luiden den Allerzielendag in! Ver weg zenden zy haar heiuelschen groet, over de hooge daken der groote stad zweeft hy, als een heilige stem uit den hooge zich in de oneindigheid verliezend, en naar beneden dringt hy vermanend tot in den meest afge legen hoek. Op de vyfde verdieping eener huurkazerne niet ver van de kerk zit oen bleeke, nog jonge vrouw over heur naaldwerk gebogen. Haastig gaat de naald, welke de slanke vin gers houden, door hot styve linnen; men hoort niets dan het knarsonde geluid, dat daarby ontstaat, en de zware ademtochten der vrouw. Hoor de eerste trllend weg stervende toon der klokZy Verschrikt, een oogenblik waren heur oogen doelloos in de kamer rond, dan springt zy op, werpt het naaiwerk in een mand en schudt de witte dradon van haar zwart kleed. Haar gezicht is marmerbleek, onbeweeglyk, verstijfd als 't war o door smart, maar uit de vurige oogèn spreekt niets van kalmte of borusting, over de gebeele gostalte ligt een onbu gzame trots uitgespreid. In de kamer ziet het eenvoudig, bijna armoedig uit, bet is alsof de meubelen mot deze voorname, trotsche vrouwongestalte spotten. Uit de schuiflade eener commode neemt zy een grooten ruiker van papieren rozen. Den geheelen nacht heeft zy hier gezeten om dit eenvoudige grafsieraad te maken, terwyl heur rug zeer deed en heur oogen brandden. Zy maakt een dozyn witte rozen van de andere los en windt ze tot een kransje. Tegenover haar zitplaats, zoo, dat haar blik, zoodra zy zich van het naaldwerk opheft, daarop valt, hangen twee portretten, dat van oen aanvallig kind en van een jongen, knappen officier haar man en haar kind, die de dood haar ontrukt heeft. Terwyl de vrouw het portret van hot kind met het kransje tooit, vertoont zich een aan gapende trok van onuitsprekelijke smart om den anders zoo vast gesloten mond, en bran- donde tranen schieten onder de oogleden weg. Haastig droogt zy ze af, zy mag niet weenen Haar weenen is niet het uitstroomen van een in haar lot berustende smart, dat ver lichting brengt, haar weenon is een stryd tegen de wreedheid van het noodlot, dat haar alles, wat haar lief was, ontnomen heeft. Zulk woenen maakt ziek, en een vrouw, die morgen niets te eten heeft, als zy vandaag niot werkt, mag niet ziek wezen. Uren lang drukt zy de handen op het bonzende hart, tot het zich aan haar yzcren wil onderwerpt, daarop zet zy de rozen terecht, en zacht, teoder over de lyst van het groote portret strykend, fluistert zy: „Jou breng ik oen ander sieraad van het kerkhof mede, dat je liever is dan deze doode rozen." En met een laatsten smarteiyken tr-k noemt zy voor een uur afscheid van de portretten. Het is koud buiten, en de schemering van den toch al donkeren dag sluipt langzaam nader. Da vrouw wikkelt zich huiverig in haar dun manteltje; haastig schrydt zy voor waarts. De laatste droge bladeren der boomen dansen, door den wind opgejaagd, om hare voeten; een troep kinderen speelt lachenden schreeuwend op het trottoir. De bal van een hunner vliegt tegen haar schouder en rolt op den grond; onwillekeurig grypt zy or naar, om hem op te rapen. Daarby ontwaart haar oog don kleinen krullebol, die zich weer van zyn eigendom tracht meester te maken. Blinkende, doDkoro oogen in een roodwangig gezicht, bruin krulhaar en een zoet mondje onder een sierlyk stompneusjezoo stralend van gezondheid had ook haar lieveling er uitgezien. Zy laat de reeds opgeheven hand zinken, de bal valt op den grond, en terwyl de knaap er achteraan loopt, drukken haar lippen zich vast op elkander; het is alsof er baat uit heur oogen straalt. Waarom mocht niet ook haar jongen leven en vrooiyk zyn als dezo? Waarom?! Eiken dag doet zy dezelfde ruste- looze vraag, als zy het ongelukkige, kreupele kind van haar buurvrouw, een arme weduwe, aanzitt. Waarom was dit armzalig schepsel, om hetwelk de eigen moeder den Hemel bidt, het tot zich te nemen, niet in plaats van haar gezonden, levenslustigen jongen gestor ven! Waarom ja, waarom?l Waarom ook leidt de oudo, verlamde schoenmaker, die een dronkaard is en zich schaamteloos door zijn zich overwerkende vrouw laat onderhouden, zyn door niemand gezegend en niemand batend levon, terwyl de man dezo voortreffeiyke man! van hare zyde getukt werd? Waarom? Het peinzen over dit „waarom" heeft haar al byna het vorstand doen verliezen, het heeft haar het geloof aan een God, aan een eeuwige gerechtigheid, ontnomen. Er is geon leven na den dood, geen belofte, die hier namaals beteekenis heeft. Wie dood is, is doodl De blik der vrouw valt op de witte rozen in heur hand. Waarom tooit zy eigeultyk do graven van baar geliefden? Om het aan denken der overledenen te eoren? Een trek van geringschatting vertoont zich op haar gelaat. Zy moet aan den ryken fabrikant denken, di9 het graf van zyn voor pas een half jaar overleden vrouw met bloemen over laadde, terwyl hy zolfal weer op vryersvooten gaat. Zy denkt ook aan de monumenten on plechtigheden, waarmede men het aandenken van zoo menig beroemd man eert, dien men by zyn leven byna verhongeren liet; en aan de vele menschen, die voor hun doodendure grafsteenon laten zetton, welko zy later niet kunnen betalen. Haar graven versiert geen steen, maar het aandenken aan haar doode lievelingen is onuitwischbaar in bet hart der vrouw ge grift, het is voor haar oon levensvoorwaarde evenals de adem, dien haar longen inzuigpp, evenals het bloed, dat haar pols do-.t kloppen. En zy weet, dat dit aandenken het eeuigo ia, dat haar dooden nalieten. Het eraf mist in den grond elke beteokenis voor haar; en toch spaart zy de zuur verdiende penningen voer een bescheiden kransje voor hat;r lievelingen. Zoo dikwyis haar verstand haar daarover uitgelachen heeft, verdedigt heur hare met alle kracht zyn recht. Men moet toch iets op de wereld hebben, waarvoor men zorgen kant Zy gaat door het geopende hek op het kerkhof. Een diepe, plechtige slilte omringt haar. Ontsteld blyft de vrouw staan by den aanblik, die haar aangeboden wordt. Het eenzame, sombere kerkhof met de zwaar moedige physionoraie van den naderenden winter is als door een tooverslag in eon bloeienden, geurigen tuin veranderd. Die ont bladerde boomen, die tot beschutting togen winterkoude in stroo gehulde rozenstammer-., die houtbekloedingen der kostbare marmeren monumenten, die een zoj droevige illustratie tot de vergankelykbeid van al het aardscho boden, verdwynen naast den vrooiyk groenen feesttooi, cien de graven aangetrokken hebben. En over alles waait een adem van ver zoenenden vréde, Hot oog der vrouw giydt langs de rijen versierdo grafheuvels. Zelfverwyt en schrik grypen; haar aan het is haar te moede, alsof zy niet behoort op deze plaats des vredes, alsof do slagen van haar verbitterd hart c.3 rust oer stille slapers zouden moeten storer. Zy wil omkeeren, vluchten, maar zy bedwingt zich. Voor wien wil zy vluchten? Voor het hoopje b-.enderen, dat hier begraven is? Snel besloten schrydt zy voorwaarts. Juffrouw Michels, de Uoodgraveravrouw, van wie zy twee eenvoudige kransjes wil koopen, heeft hot op hot oogenblik te druk. Zy moeti dus wachten, tot de beurt aan baar zal komen- (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1