N°. tl560.
Maandag X November.
A°. 1397
mmr11iiAnii csr^fiXrgTTfrj maBam esaSSaa^ rNw eBBMBÉSai
<§sze gourant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§on- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit TTER
Bladen.
Leiden. 30 October.
Feuilleton.
ALLERZIELEN.
LEIDSCH
DA&B
FBUS DEZER COURANT}
Voor Leiden per 9 maandenl.flfc
Franco per poatMO.
Afzonderlyke Nommere 0.05.
PRIJS DER AD VERTENT LÜN:
Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17J. GrootarO
letters naar plaateruimte. Toor bet iccasseeren buiten de stad.
wordt f 0.05 berekend.
Eerste Blad.
Olücitiele Kcnnïs^ovlngcn.
Inkomstenbelasting 1807.
Burgemeester en Wetboadere van Leiden brengen
in beriouering, dat met 31 Oet. a. i. de derde
term\)u vervalt v-n de Inkomstenbelasting,
dienst 1S97, en dat alzoo op den laten November a. s.
minst-enj drie vijfde gedeelten van den aanslag moeten
zijn voldaan.
Zij Doodigen mitsdien belanghebbenden uit, om, ter
voorkomiug van vervolgingaliOBtoD, tot de betaling
van hot versohuldigdo ten kantore van den Gemeente
ent vaDgor over te gn*D.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
I.eiden, F. WAS, Enrgemeeeter.
10 Oot. 1897. E. KIST. Secretaris.
Bjj de Leidsche Spaarbank werd in de
maand October ingelegd 46,721.95s en
terugbetaald f 65,484.315, terwijl zijn afgege-
ven 86 nieuwe en geheel afgelost 77 boekjes.
Hat gezamenlijk tegoed der 10,919 deel
hebbers bedroeg einde Oct. ƒ2,095,240.28.
Van den heer J. Th. E. Canneel, vice-
consul der Zuid Afrikaansche Republiek, te
's Gravenhage, zijn, ten beboave van 's Rijks
Ethnogr-iphisch Museum, te Leiden, de na te
noemen voorwerpen uit de Zuid-Afrikaansche
Republi k ten geschenke ontvangen, to weten
1. Een ketting, door kaffers uit één stuk
bout vervaardigd.
2. Drie armringen.
3. Een horentje voor het bewaren van snuif.
4. Twee sierlijk gesneden beveiligingsdop-
pen van kaffers, by het nederhurken op den
grood gebruikelijk.
5. Esn schortje, door kaffermeiden gebruikt
ter bedekking.
6 Twee vruchten van den Boabab of Cre-
mortarttoom.
7. Twee lansen.
Aan den schenker is de dank der Regeering
betuigd.
In de zomervergadering der Prov. Staten
van Zuid-Holland werd door den heer J.
Rinkes Borger aan 1 et afdeelingsverslag eene
nota toegevoegd, boudenae bezwaren tegen de
wijze, waarop de uit de Provinciale fondsen
gesubsidieerde zuivel^onaulent der Hol!and6che
Maatschappij van Landbouw zijn taak opvat.
De nota ia dooi Ged. Staten om advies in
handen gesteld van het Hoofdbestuur der
Hollandsche Maatschappij, dat een uitvoerig
antwoord heeft ingezonden.
De kennisneming dezer verschillende stukken
heeft nu Ged. Staten, by hunne mededeeling
aan de Prov. Staten, tot verschillende opmer
kingen aanleiding gegeven. Zy meenen, dat
inderdaad, om te verkregen, wat voor onze
zuivelindustrie noodig is, om hare plaats op
de wereldmarkt te tehouden en zich een
ruimere plaats te veroveren, t. w. het maken
van uniforme en onberispelyke producten, een
zuivelconsulent met een weikking, als de heer
Rinkes Borger zulks wenscht, van grootor nut
zal zün dan een zuivelconsulent, als thans de
Holl. Maatschappij van Landbouw heeft.
Niettemin meenen zy aan Prov. Staten
vooralsnog te moeten ontraden om het daar
heen te trachten te leidon, dat deweikkring
van den tegenwoordigen zuivelcoDsulent worde
gewijzigd, omdat de voorwaarden om een
zuivelconsulent volgens de denkbeelden van
den beer Rinkes Borger succes te doen heb
ben, n. 1. dat de zuivelindustrie meer den vorm
van grootindustrie heeft aangenomen door
fabriekmatige bewerking, èn dat de kleinere
zuivelbersiders overtuigd zyn van het groote
nut van hst toepassen van de resultaten der
wetenschap en genoeg ontwikkeld en genoeg
zaam van werktuigen voorzien zyn, om de
adviezen van den op een afstand wonenden
consulent te kunnen begrijpen en toepassen,
geen van beide vooralsnog zyn vervuld.
De zuivelcursussen, oie thans woraen ge
geven, schynen Ged. Staten het juiste middel
om het zoo noedzakelyk geloof in her nut
van wetenschappelijke methocen en weten
schappelijk onderzoek ten plalteDlande te doen
veld winnen. Daarby ko-ai, da een zuivel
consulent volgens het stelsel-Rinkes Borger
met een goed laboratorium en een modelhoove
zeor groote uitgaven zal mede.-rengeD, terwijl
wellicht het Rijk zyn subsidie zou doen ver
vallen.
Ged. Staten stellen dus voor vooralsnog
hot subside op den bestaanden voet te be
stendigen.
Voor bet examen in de vr\je- en orde-
oefeningeri der gymnastiek is te Haarlem
geslaagd mej. C. C. Visser, van Lisse.
De uitkeering door het Ryk aan de ge
meente Haarlemmermeer heeft ten gevolge
gehad, dat de Rand besloot de opcenten op
de personeele belasting te brengen van 60
op 50 cn den boofdeiyken omslag met 20 pet.
te verminderen. De begrooting voor 1898 bo
draagt thans in uitgaaf en ontvangs* 90.818.
De „Unie"-coll2ctè beeft te Katwijk aan
den Rijn (Gtr. Kerk) opgebracht 18.52.
Heden wordt de sergeant ziekenverpleger
v. k. K. D. Villerius overgeplaatst van Hr.
Ms. wachtschip te "Willemsoord naar Hr. Ms.
wachtschip te Amsterdam, en gedetacheerd
by de Kweekschool voor Zeevaart alhier.
Tegelykerty l wordt de detacheering by ge-
noeraue Kweekschool ingetrokken van den
korporaal ziekenverpleger A. Mol.
Den lsten November a. s. worden de kor
poraal der mariniers L. Knibbe en de matroos
der 1ste klasse J. De Vries gedetacheerd by
de Kweekschool voor Zeevaart alhier.
De R. K. Zangvereeniging „Arti et
Cbaritati", te 's-Gravenhago, zal op 2 en 9
Februari 1898, in het Gebouw voor Kunsten
en Wetenschappen aldaar, voor een liefdadig
doel ten gehooro brengen: „Die Passion"
(ïydensgeschiedenis van den Zaligmaker), ora
torium voor orkest, soli en gemengd koor,
van H. F. Mülier, „Domkapitular" t9 Fulda.
Dit uitgebreide toonwerk, waarmede de voor
stelling van een reeks tableaux vivants ge
paard gaat, heeft overal, waar bet werd uitge
voerd, een groot succes behaald. „Arti et
Charitati" heeft zich voor den zang de mede
werking van 80 dames, voor de tableaux die
van eenige kunstschilders verzekerd, terwyl
met talentvolle solisten onderhandeld wordt.
Directeur der vereeniging ia de heer J. G.
Van Mael.
Een in alle opzichten artistieke vertolking
mag dus worden verwacht.
Gisteravond werd in de vereeniging
„Sebeveningen8 Belang" te Scheveningen de
havenquaestie besproken.
Het debat werd geresumeerd in het volgend
besluit:
De vereeniging „Schoveningens Belang"
in algemoeno vergadering, neemt het navol
gende besluit:
„Voor Scheveningen ia eene haven een
lever.squaestie. Het acht zich voldoende ge-
bolpG. met een bommenhaveD, doch geenszins
met eer. haven aan deri Hoek van Holland
of eldtr', weshalve deze vereeniging zich met
kracht verklaart tegen het havenplan van
de heeren Beveraen en Van Heurn. Zy baseert
hare overtuiging op deze argumeDten: de
bom-r.sn rendeeren; een bommenhaven te
Scheveningou houdt de industrie ter plaatse
met den aankleve van diende bommen, elders
havenende, rendeeren weinig of niet; de haven
elae'8 verjaagt de industrie van deze plaats
en doet d« waarde der eigendommen dalen."
Van dit besluit zal kennis worden gegeven
aan oe miniaters van waterstaat en van oor-
lot;, aan den burgemeester, aan de Kamer van
Koophandel en aan de VereenigiDg voor
Handel, Nyverheid en Gemeentebelangen te
'8 Gravenhage.
De voorloopige begrooting over 1898 van
het Hoogheemraadschap Delfland beoraagt in
ontvangst en uil gaaf ƒ237,352.72.
Te Dc-lft heeft zich eene afdeeling ge
vestigd van de Neoerlandsche vereeniging
„Het Vaderland getrouw", waarvan generaal
Vttr.er beschermheer is.
Het bestuur bestaat uit de heeren Rutge-
ling, Van Bergen van der Gröp, Veerman,
Pont en Collóe.
Ia de gistermiddag, onder leiding van
mr. Ph. W. Van Heuede, gehouden vergadering
der afdeeling 's-Gravenhago van het Neder-
landsch genootschap tot zedeiyke verbetering
der gevangenen, werd tot bestuurslid gekozen
mr. I. H. Boudewynse, in plaats van mr.
L. R. Telting, vertrokken naar Amsterdam.
Door den beer J. N. Verschoor, ingezetene
van Dellt, is aan die gemeente een verzameling
histi ri8che voorwerpen aangeboden ter plaat
sing in bet eerlang te openen gemeente
museum. Onder die stukken bevindt zich een
stalen zegelstempel, met het familiewapen
van Hugo Da Groot. Volgens overlevering
moet Grotius zich tydens zyne gevangenschap
op Loevestein van dien stempel bediend hebben.
Met de Donderdag vermelde verandering
in bestuur en radactie van het liberale week
blad „De Nederlander" zal dit orgaan ook van
naam verwisselen, zoodat het voortaan zal
verschynen onder den titel van: „Vooruitgang,
vryzinnig-democratisch weekblad."
Met de redactie zal zich belasten de heer
J. Hoogendyk, voormalig redacteur van „De
Nederlander", onder medewerking van de
heeren mr. E. Fokker, lid van het hoofd
bestuur der „Liberale Unie"; B. H. Heldt,
voorzitter van het „Alg. Ned. Werklieden
verbond"; C. V. Gerritsen, voorzitter van den
„Radicalen Bood" en een lid van de „Volks-
party", alsnog aan te wyzen.
In den gemeenteraad van Dordrecht
kwam aan de orde een voorstel van B. en
W8., om dr. Romeny, lsten geneesheer van
het krankzinnigengesticht, op zyn verzoek,
tegen 1 Jan. a. 8. eervol te ontslaan, maar
te geiyk in beginsel te besluiten tot opheffing
van genoemd gesticht. Aldus werd ook, na
laogdurige discussie, besloten, tevens B. en
Wé. opdragende, in overleg met regenten, zoo
spoedig mogölyk tot liquidatie over te gaaa.
By de stukken over dit onderwerp was o. a.
ook overgelegd een missive van de inspecteurs
dr. Ruysch en dr. Van Andel, waarin ook
dezen tot opheffing adviseerden. Zy deden dit
op grond hiervan, dat aldaar geen buitenge
sticht te vinden is, en omdat de gang van
zaken in een verouderd gesticht als h9t be
staande behoort te worden toegekend aan
een geneesh«er-:irecteur. Bovendien bestaat
ook op het oogenblik in Zuid-Holland geen
gebrek aan plaatsruimte.
Naar men verneemt, heeft de minister
van waterstaat persoonlijk den wensch te ken
nen gegeven aan de daarby betrokken spoor-
wegmaatschappyen tot bet iavoeren van meer
nachttreinen voor goederen tusschen Araster
dam en Rotterdam, wegens de vortraging,
welke vooral des avonds de reizigerstreinen
door de goederentreinen ondervinden.
Reeds is eene begrooüng van kosten go-
maakt voor de uitbreiding van spoorwegper
soneel, welke van de nieuwe regeling het
gevolg zal zyn, daar de minister het rijden
der goederentreinen hoofdzakelyk des nacht3
wenscht te doen geschieden en de spoorweg-
lynen des daags zooveel mogelyk voor de ge
wone treinen wenscht te besteramen.
Heden wordt op het Loo verwacht prinses
Elisabeth van Waldeck en Pyrmont, die er
tot Maandagochtend zal vertoeven.
De vorst en vorstin van Bentheim koeren
heden van het Loo naar Bentheim terug.
Mr. P. Brooshooft gaat weer naar Indië
als hoofdredacteur van de „Locomotief."
De begrooting der gemeente Amsterdam,
die in vyf raadszittingen is behandeld, sluit
met een bedrag van 16,361,045. De post
onvoorziene uitgaven is uitgetrokken op
ƒ41,600.
De gemeenteraad van Amersfoort heeft,
ingaande 1 Januari a. s., de gemeente-
opcenten op ue personeele belasting van 70
verminderd op 50.
Gisteravond hield de kiesvereeniging
„Rotterdam" eene huishoudelyke vergadering,
ter behandeling van den beschryvingsbrief voor
de algemeen» vergadering van de „Liberale
UDie". Er werd een motie aangenomen,
waarby het wenschelyk geacht wordt, ten
einde een zuiverder afscheiding der partyen
te krygen, dat de Unie een anderen naam
aanneme.
Te halltwaalf werd een openbare vergade
ring gehouden ter bespreking van de hou
ding by de herstemming voor den gemeen
teraad.
De voorzitter noemde den uitslag vry be
vredigend en de nederlaag niet grooter dan
di9 van „Vooruitgang."
De beschuldiging, dat „Rotterdam" niet met
„Vooruitgang" heeft willen samenwerken,
woes by af. Er is overleg gehouden, doch
„Vooruitgang" zeide den beer Hintzen te
stemmen, omdat die wethouder van financiën
worden moest. Daarom was de vereeniging
▼an medewerking afkeerig. Thans werd be
sloten den heer Hintzen by de herstemming
te steunen
Het stoomschip „Ajax" van Amsterdam
naar Java, arriveerde 28 Oct. te Liverpool;
do „Gedé", van Batavia naar Rotterdam,
vertrok 29 Oct. van Padang;de „Prins Willem
V" arriveerde 29 Oct. van West-Indië te
Nieuw York; de „Prins Alexander" vertrok.
30 Oct. van Amsterdam naar Batavia.
Alfen: In de gisteravond gehouden ver
gadering van leden van het Departement
Alfen Oudshoorn der Maatschappy tot Nut
van 't Algemeen werd tot bestuuislid der
gymnastiekschool gekozen de heer A. Beye-
rinck en besloten aan den arbeider Marbus,
voor diens 40-jarigen trouwen dienst ty den
heer Kloot te Oudsboorn, uit te reiken een
getuigschrift mot een gelielyke belooning
als herinnering aan dit jubileum.
Mededeeling werd gedaan, dat op 18 Novem
ber a. s. als spreker zal optreden Ds. Van
KL:ef, te Leiden, in December de heer Branda-
ina of de heer Bigot, in Januari de heer
Bogaart (volkslezing), in Februari de heer
Van den Berg, in Maart de heer eo mevrouw
Poolman.
Aarlanderveen: Door de rykspolitie-
agenten Spanje en Van Zwieten zyn ty een
gehoudtn surveillance op het dorp alhier vier
processen-verbaal opgemaakt wegens overtre
ding der ykwet.
Kaag: De uitslag van het deze week
alhier gehouden vogelschieten is als volgt:
Er waren in het geheel 9 deelnemers.
lste vogel: P. De Raadt, Spaamdam, vlag;
L. Zuiderduin, Noordwyk, kop; A. C. Van
der Geest, Kaag, staart en vleugel; C. Wasse
naar, bout en vleugel.
2de vogel: P. De Raadt, Spaarndam, staart,
kop en bout; A. Tromp, vleugel; J. Kerk-,
vliet, Vogelenzang, vlagJ. Zoetendaal, Noord
wyk, staart.
3de vogel: L. Zuiderduin, Noordwyk, vleugel
en bout, J. Kerkvliet, Vogelenzang, kop; A.
C. Van der Geest, Kaag, vleugelJ. Zoetendaal,
Noordwyk, staart; C. Wassenaar, vlag.
Leiderdorp: Donderdag-avond 4 Nov. a. s.
zal dr. J. H. Gunning, van Utröcht, in het
Ned.-Herv. kerkgebouw alhier, vanwego da
Jongelings-Vereeniging „Abilene", eene lezing
houden over Frederik II van Hohonataufen.
Noordwykorhout: Twee eerwaarde
paters Capucynen komen de volgende week
alhier eene zending vervullen. De opening
dor missie heeft plaats 6 Nov. a. s. met het
Lof en do sluiting 14 Nov. daaraanvolgende.
- Een driejarig jongetje van E. v. St.,
met zyn vader op den zolder iets verrichtende,
werd eenige oogenblikken uit het oog ver*
i)
De klokken luiden den Allerzielendag in!
Ver weg zenden zy haar heiuelschen groet,
over de hooge daken der groote stad zweeft
hy, als een heilige stem uit den hooge zich
in de oneindigheid verliezend, en naar beneden
dringt hy vermanend tot in den meest afge
legen hoek.
Op de vyfde verdieping eener huurkazerne
niet ver van de kerk zit oen bleeke, nog
jonge vrouw over heur naaldwerk gebogen.
Haastig gaat de naald, welke de slanke vin
gers houden, door hot styve linnen; men
hoort niets dan het knarsonde geluid, dat
daarby ontstaat, en de zware ademtochten
der vrouw. Hoor de eerste trllend weg
stervende toon der klokZy Verschrikt, een
oogenblik waren heur oogen doelloos in de
kamer rond, dan springt zy op, werpt het
naaiwerk in een mand en schudt de witte
dradon van haar zwart kleed.
Haar gezicht is marmerbleek, onbeweeglyk,
verstijfd als 't war o door smart, maar uit
de vurige oogèn spreekt niets van kalmte of
borusting, over de gebeele gostalte ligt een
onbu gzame trots uitgespreid. In de kamer
ziet het eenvoudig, bijna armoedig uit, bet is
alsof de meubelen mot deze voorname, trotsche
vrouwongestalte spotten.
Uit de schuiflade eener commode neemt zy
een grooten ruiker van papieren rozen. Den
geheelen nacht heeft zy hier gezeten om dit
eenvoudige grafsieraad te maken, terwyl heur
rug zeer deed en heur oogen brandden. Zy
maakt een dozyn witte rozen van de andere
los en windt ze tot een kransje.
Tegenover haar zitplaats, zoo, dat haar blik,
zoodra zy zich van het naaldwerk opheft,
daarop valt, hangen twee portretten, dat van
oen aanvallig kind en van een jongen, knappen
officier haar man en haar kind, die de
dood haar ontrukt heeft.
Terwyl de vrouw het portret van hot kind
met het kransje tooit, vertoont zich een aan
gapende trok van onuitsprekelijke smart om
den anders zoo vast gesloten mond, en bran-
donde tranen schieten onder de oogleden weg.
Haastig droogt zy ze af, zy mag niet weenen
Haar weenen is niet het uitstroomen van
een in haar lot berustende smart, dat ver
lichting brengt, haar weenon is een stryd
tegen de wreedheid van het noodlot, dat haar
alles, wat haar lief was, ontnomen heeft.
Zulk woenen maakt ziek, en een vrouw, die
morgen niets te eten heeft, als zy vandaag
niot werkt, mag niet ziek wezen.
Uren lang drukt zy de handen op het
bonzende hart, tot het zich aan haar yzcren
wil onderwerpt, daarop zet zy de rozen terecht,
en zacht, teoder over de lyst van het groote
portret strykend, fluistert zy: „Jou breng ik
oen ander sieraad van het kerkhof mede, dat
je liever is dan deze doode rozen."
En met een laatsten smarteiyken tr-k noemt
zy voor een uur afscheid van de portretten.
Het is koud buiten, en de schemering van
den toch al donkeren dag sluipt langzaam
nader. Da vrouw wikkelt zich huiverig in
haar dun manteltje; haastig schrydt zy voor
waarts. De laatste droge bladeren der boomen
dansen, door den wind opgejaagd, om hare
voeten; een troep kinderen speelt lachenden
schreeuwend op het trottoir. De bal van een
hunner vliegt tegen haar schouder en rolt op
den grond; onwillekeurig grypt zy or naar,
om hem op te rapen. Daarby ontwaart haar
oog don kleinen krullebol, die zich weer van
zyn eigendom tracht meester te maken.
Blinkende, doDkoro oogen in een roodwangig
gezicht, bruin krulhaar en een zoet mondje
onder een sierlyk stompneusjezoo stralend
van gezondheid had ook haar lieveling er
uitgezien.
Zy laat de reeds opgeheven hand zinken,
de bal valt op den grond, en terwyl de knaap
er achteraan loopt, drukken haar lippen zich
vast op elkander; het is alsof er baat uit
heur oogen straalt. Waarom mocht niet ook
haar jongen leven en vrooiyk zyn als dezo?
Waarom?! Eiken dag doet zy dezelfde ruste-
looze vraag, als zy het ongelukkige, kreupele
kind van haar buurvrouw, een arme weduwe,
aanzitt. Waarom was dit armzalig schepsel,
om hetwelk de eigen moeder den Hemel bidt,
het tot zich te nemen, niet in plaats van
haar gezonden, levenslustigen jongen gestor
ven! Waarom ja, waarom?l Waarom ook
leidt de oudo, verlamde schoenmaker, die een
dronkaard is en zich schaamteloos door zijn
zich overwerkende vrouw laat onderhouden,
zyn door niemand gezegend en niemand batend
levon, terwyl de man dezo voortreffeiyke
man! van hare zyde getukt werd? Waarom?
Het peinzen over dit „waarom" heeft haar
al byna het vorstand doen verliezen, het
heeft haar het geloof aan een God, aan een
eeuwige gerechtigheid, ontnomen. Er is geon
leven na den dood, geen belofte, die hier
namaals beteekenis heeft. Wie dood is, is
doodl
De blik der vrouw valt op de witte rozen
in heur hand. Waarom tooit zy eigeultyk do
graven van baar geliefden? Om het aan
denken der overledenen te eoren? Een trek
van geringschatting vertoont zich op haar
gelaat. Zy moet aan den ryken fabrikant
denken, di9 het graf van zyn voor pas een
half jaar overleden vrouw met bloemen over
laadde, terwyl hy zolfal weer op vryersvooten
gaat. Zy denkt ook aan de monumenten on
plechtigheden, waarmede men het aandenken
van zoo menig beroemd man eert, dien men
by zyn leven byna verhongeren liet; en aan
de vele menschen, die voor hun doodendure
grafsteenon laten zetton, welko zy later niet
kunnen betalen.
Haar graven versiert geen steen, maar het
aandenken aan haar doode lievelingen is
onuitwischbaar in bet hart der vrouw ge
grift, het is voor haar oon levensvoorwaarde
evenals de adem, dien haar longen inzuigpp,
evenals het bloed, dat haar pols do-.t kloppen.
En zy weet, dat dit aandenken het eeuigo
ia, dat haar dooden nalieten. Het eraf mist
in den grond elke beteokenis voor haar; en
toch spaart zy de zuur verdiende penningen
voer een bescheiden kransje voor hat;r
lievelingen. Zoo dikwyis haar verstand haar
daarover uitgelachen heeft, verdedigt heur
hare met alle kracht zyn recht. Men moet
toch iets op de wereld hebben, waarvoor men
zorgen kant
Zy gaat door het geopende hek op het
kerkhof. Een diepe, plechtige slilte omringt
haar. Ontsteld blyft de vrouw staan by den
aanblik, die haar aangeboden wordt. Het
eenzame, sombere kerkhof met de zwaar
moedige physionoraie van den naderenden
winter is als door een tooverslag in eon
bloeienden, geurigen tuin veranderd. Die ont
bladerde boomen, die tot beschutting togen
winterkoude in stroo gehulde rozenstammer-.,
die houtbekloedingen der kostbare marmeren
monumenten, die een zoj droevige illustratie
tot de vergankelykbeid van al het aardscho
boden, verdwynen naast den vrooiyk groenen
feesttooi, cien de graven aangetrokken hebben.
En over alles waait een adem van ver
zoenenden vréde,
Hot oog der vrouw giydt langs de rijen
versierdo grafheuvels. Zelfverwyt en schrik
grypen; haar aan het is haar te moede, alsof
zy niet behoort op deze plaats des vredes,
alsof do slagen van haar verbitterd hart c.3
rust oer stille slapers zouden moeten storer.
Zy wil omkeeren, vluchten, maar zy bedwingt
zich. Voor wien wil zy vluchten? Voor het
hoopje b-.enderen, dat hier begraven is? Snel
besloten schrydt zy voorwaarts.
Juffrouw Michels, de Uoodgraveravrouw, van
wie zy twee eenvoudige kransjes wil koopen,
heeft hot op hot oogenblik te druk. Zy moeti
dus wachten, tot de beurt aan baar zal komen-
(Wordt vervolgd.)