N*. 11558.
"Vrijdag 29 October.
<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van fan- en feestdagen, uitgegeven.
Dit Hommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
XJdel- Quartet.
Leiden, 28 October.
F'eo.illeton.
Zonderlinge Avonturen.
18&.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden. w 1.10.
Franco per poatl!«o!
Alzonderlyke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1-6 regels f 1.C6. Iedere regel meer 0.17J. Grootera
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0 05 berekend.
Het concert blfjft vastgesteld op aanstaan
den Maan dag 1 November, des avonds te
acht uren.
Geen andere biljetten zijn geldig dan die,
door hot Leidsch Dogblad uitgegeten.
„Bewijzen", waarop aan ons Bureel kaarten
a 50 cents konden worden gehaald, worden
des avonds aan de zaal niet in ontvangst
genomen. De toegangsprijs is dan één gulden.
OfGcïëclo Kcnnisgovingon.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gezien art. 8, late alinea, der wet van den 2den
Juni 1875 (Staatsblad No. 95), tot regeling van bot
toezicht bij bet oprichten van inriciuingeD, welke
gevaar, echade of hinder kunnen veroorzaken
Brengen bij deze ter algemcene kennis, dat door
ben vergunning is v.rleend aan P. M. BERGEItS
en rechtverkrijgenden tot het oprichten van cete
slachter ij cn rookerrj in bet perceel St.-Aagten-
elraat No. 30.
Burgemeester en Wotbouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
26 Oct. 1897. E. KIST. Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Gozien de adroesen van de firma P. CLOS
LEEMBRUGGEN, houdende verzoek om vergunning
tot uitbreiding van bare fabrieken aan de Langegraeht
No. 5 eu Ververstraat No. 8;
Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet;
Geven b$ deze kennis aan bet publiek, dat ge-
Doemde verzoeken met de bijlagen op de Secretarie
dezer gemeente ter vieio gelogd z\in; alsmede, dat op
Woensdag 10 Nov. a.e., 's voormiddagB te elf uren,
op bot Raadhuis gelegenheid zal worden gegovoa,
om bezwaroi togen die verzoeken in te breBgen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
27 Oct. 1897. E. KIST, Stcretaris.
Naar wy vernemen, zyn door den heer
kantonrechter alhier benoemd in de commissie
van aanslag voor de belasting op bedryfs- en
andere inkomsten, voor de gemeente Leiden:
tot lid: de heer J. J. Hasselbach, lid van
den Raad der gemeente Leiden en bouw
kundige, wenende te Leiden;
tot plaatsvervangend lidde heer J. J. Van
Masyk Huyser van Reenen, oud lid van den
Raad van L iden en wijnhandelaar te Leiden
voor de gemeenten Sassenheim, Lisse, Hille-
gom, Noordwyk, Noordwykerhout, Voorbout,
Katwyk, Ryosburg, Valkenburgen Wassenaar:
tot lid: de heer A. Van Rhyn, voorzitter
van de Kamer van Koophandel en commissaris
der ReederiJ „Katwijk", wonende te Katwijk
aan Zee;
tot plaatsvervangend liide heer R. Ouwe
hand, aannemer en reeder, wonende te
Katwijk;
voer de gemeenten Leiderdorp, Zoeterwoude,
Oegstgeest, Warmond en Voorschoten:
tot lid: de heer J. De Graaf, landbouwer,
wonende te Leiderdorp,
en tot plaatsvervangend lid: de heer H.
G. Van Sillevoldt, gepensionneerd ingenieur,
wonende te Oegstgeest.
De Engelsche klokkenspelers gaven gister-
namiddag in de Stadszaal een uitvoering voor
kinderen, welke zeer g09d bezocht was, de
jeugdigen van jart n gedurende een uur kostelijk
amuseerde en hun Iovöds gelegenheid bood
uit volle borst welbekende liederen aan te
heffen („Wilhelmus" en „Een vaste burcht").
Ook gisteravond waren de groote zaal en
het balkon flink bezet, niettegenstaande de
Sleutrl tad reeds meermal-n en zelfs nog niet
zoo heel lang geleden de eer van een bozoek
der English Royal Handbell Ringers genoot.
Iets nieuws omtrent hen valt er oan ook
nist mee te deuion, behoudens, dat de vijf
heeren thans optraden in middeleeuwsch
kostuum.
Evenals voorhe.n vielen ook nu weer den
uitvoerenden, die mtt bun carillon van 131
welluidende klokken, onder leiding van hun
direct r«r Duncan S. Miller, muziek van
verschillend karakter voordioegen, levendige
bijvalób-tnigin/en ten deel. De muziek van
den directeur met de Canadeosche sle iebellen,
waarmee hij o. a. het „Wilhelmus" ten geboore
bracht, was ook thans e n succesnummer.
Van de muziek, te voorschijn gebracht door
het Resonating Dulciphonium, gaat minder
bekori' g uit: ze is min of moer ee. tonig.
Toch werd er den directeur tevredenheid over
betuigd door luiden h\jval.
De zang was evenwel vtrre van buiten
gewoon; waar deze echter met mimiek of
lachen gepaard ging, veroorzaakte hy vetl
opgewektheid. Men was te kwartier voor tienen
(kw.rtier voor aceten was er aangevangen)
zeer voldaan over het aangebodene, zoowel
over de gewone als over de extra-nummera.
Onder het talrijke gehoor bevonden zich
ook, onder gbleide, do leeilingen van het
Instituut te Noordwyk Pinnen, die in rijtuigen
den tocht naar en van Leilen deden.
Naar aanleiding der openbare aanbeste
ding van een 8ston October jl. zijn de navol
gende leveringen voor de zeemacht te Leiden
opgedragen, als volgt:
De levering van groenten by aardappelen
en soepgroenten gedurende het jaar 1898, en
van aardappelen over bet tijdvak van 1
Januari t/m. ultimo Juni 1893 aan den heer
M. Boon;
de levering van versch spek gedurende het
jaar 189S aan den heer D. Saris;
de levering van rundvet aan den heer M.
Marsman.
Naar aanleiding van het genomen besluit
op de bakkersgezellen-vergadering te 's Gra-
venhage, om den 17den Januari den nacht
arbeid in de bakkerijen af te schaffen, was
gisteren een bijeenkomst btlegd van bakkers
patroons en directeuren van broodfabrieken.
Met algemeene stemmen werd het besluit
genomen en ondtrteekend door de aanwezigen
lo. Zich te verklaren tegen het afschaffen
van nachtarbeid in broodfabrieken en bakke
rijen te 's-Gravenhage;
2o. inwilliging van eventueele verzoeken
om over te gaan tot zoodanige afschaffing te
beschouwen als eene handeling in strijd met
het gevoelen dezer vergadering.
Met de nachtboot „Prins Hendrik", der
Maatschappij „Zeeland", kwam gisterochtend
van Londen te Vlissingen aan prinses Victoria
van Sleeswyk Holstein, die met den aan-
sluitenden sneltrein hare reis naar Keulen
voortzette.
Bfl de gisteren te Rotterdam gehouden
verkiezing voor den gemeenteraad zijn uit-
getracht in district I (vacature-Van Raalte)
1264 geloige stemmen, waarvan 677 op den
heer J. M. Voorhoeve (antir.) en 587 op den
heer G. A. Ten Houten (liberaal), zoodot
gekozen is de heer J. M. Voorhoeve.
In het Vde district (vacature-Van Heukelom)
zijn uitgebracht 1462 geldige stemmen, waar
van 268 op den he3r mr. S. J. L. Van Aal-
ton Jr. (lib.), 546 op den heer G. H. Hintzen
(lib.) *-n 648 op dr. W. B. Van Staveren
(an lie?.), zoodat er herstemming moet plaats
heoben tusschen de heeren W. B. Van Sta-
veien en G. H. Hintzen.
De correspondent van hot „Hbl." teekent
hierbij het volgende aan:
Deze uitslag geeft tot enkele opmerkingen
aanleiding, in de eerste plaats deze, dat de
k ezsrs op het oogenblik dm gang naar de
slembus moade zijn, wat blijkt uit de vor-
baz-nd trage opkomst, en jammer genoeg
worden de moest laksen weer gevonden onder
de liotralen, wat u t het resultaat in het be
slist vrijzinnige vijfde district genoegzaam valt
op te móken.
In de tweede plaats i3 thans opnieuw? be
wezen, dat het eerste district voor de liberale
party als verloren moet worden beschouwd,
zoodat in de overige islricten verdubbelde
yver dient ten toon gespreid te worden.
In de derde plaats is do uitslag in het
vyfde district voor de kiesvereeniging „Rotter
dam" een les, die niet uit haar geheugen zal
gaan. Zy requireorde cit district voor zich,
in de meeoiog, dat het grootste aantal daar
wonende liberalen aan baar zyde stond. Thans
is aan het licht getracht, dat zy nog niet
eens de helft der sterkte van „Vooruitgang"
heeft en dat dus haar onwil om de liberalen
onder óén banier te vereenigen, slechts leiden
kan tot overwinningen voor de tegenparty.
Tbans dient zy al haar krachten in het vuur te
brengen tot het ondersteunen des heeren
Hir-tzen. Geschiedt zulks, en er ls geen roden
voor twyfelen, dan mag de verkiezing van
den heer Hintzen als verzekerd worden be
schouwd.
In de gisteren gehouden vergadering
van den gemeenteraad te Delft werd het
voor-t 1 tot heffing van 80 opcenten op de
personoele belasting met algemeene stemmen
goedgekeurd. Goxigekeuri werden de voor
stellen tot wyziging der verordening tot hef
fing der plaatseiyke belasting naar het inko
men ea de verordening voor bet bezoeken
van het gemeentemuseum. Het voorstel van
den heer De Kiyn om een adres te richten
in zake het stinkend grachtwater, werd ver
worpen.
De begrooting van ontvangsten en uitgaven
der gemeente, dimst 1898, werd vastgesteld
tot een bedrag van ƒ794,586.12 met een
som van f 4288.77 voor onvoorziene uitgaven.
De gehecle gemeentebegrooting te Haar
lem Is gisteren in vier uur afgehandeld. Bs-
langryke bezwaren waren dan ook niet door
de afdeelir.gen ingebracht. Na de pauze werd
een aanval gedaan rp den post Belooningen
en Eerebiyken, 750, die gewoonlijk elk jaar
door het anti-revolutionnaire raadslid, den heer
J. Klein, onderhanden genomen wordt. Ditmaal
was het mr. Van der Merscb, die de afschaf
fing betoogde. Ten slotte werd overeengeko
men, dat het advies van de comm. v. toezicht
op het lager oaderwys zou worden gevraagd.
Het subsidie van de school voor kunst-
nyverheid was mede een punt, dat nogal
discussie uitlokte. Besloten werd het te be
palen op 2500, d. i. 500 meer dan het tot
dusver bedroeg. De school had 3000 gevraagd,
maar de Raad achtte die verhooging niet vol
doende toegelicht, en toen ook de hotr Van
Lennep, directeur van de Maatschappij van
Nyverheid, verklaarde als Raadslid geen vry-
heid te govorien zulk een som te verleonen,
was het lot der aanvrage beslist. Het subsidie
aan het Koloniaal Museum, dat B. en Ws.
hadden voorgesteld te verminderen van 1000
op 300, bleef op eerstgenoemd cyfer gehand
haafd.
Bijkans aan het einde van de vergadeiiDg
kwam de heer Van der Mersch met een
belangryk voorstel, nl. om do schoolgelden
aan do burgerscholen gelijk te maken n cie
te bepalen op f 25 voor een leerling, ƒ20
voor twee en 15 voor drie leerlingen uit
hetzelfde gezin. In een volgende vtrga lering
zal dat voorstel behandeld worden.
Met algemeene stemmen werd de begrooting
goedgekeurd. Zy wyst op e*n goeden toestand
van Haarlems financiën. Tt rwyi bet percentage
van den hoofdelyken omslag onveranderd is
gebleven, zyn de opcenten op de persoaeele
belasting (vroeger 90, ja zelfs 100) gedaald
tot hoogstens 80.
Gistermorgen te 10 uren werJ de alge
meene vergaderiög van den Nederlandschen
Protestantenbond te Middelburg voortgezet.
AlLroerst was aaD de orde een voorstel om
in te stellen etn9 commissie voor wykver-
pleging, ingediend door het hoofdbe-tuur en
door eene daartoe benoemde commissie urgent
verklaard. Het doel van het voorstel, om de
commissie voor Maatschappelijke Belangen te
ontheffen van de wijkverpleging, die eene
afzonderlyke behartiging vereischt, vond alge
meen by val en het voorstel van bet hoofd
bestuur werd dan ook, na eenige bespreking,
ovtr het vast te stellen reglement, door de
vergadering aaogenomen.
Hierna sprak de heer J. Van Loenen Martinet
over de uitör iling van het weekblad „De
Hervorming."
De voorzitter, prof. Oort, zou het wensche-
ïyk achten, dat de hteren Groenowegen en
Knappert een gedetailleerd voorstel deden aan
het hoofdbestuur, t^r behandeling in het
volgend jaar, waarna de beer Vau Loenen
Martinet den wensch uitspreekt, om samen
te komen en te spreken over „De Hervorming"
met de heeren Groonewegen en Knappert.
Tot leden van het hoofdbestuur werden
gekozen de heeren S. Lulofs te Deventer en
G. Clockener Biousson te 's Gravenhage.
Het tweede punt van besjreking: „De
Protestantenbond en de behoafte der tno iernen
aan gemeentevorming", werd ingi-leii door
dr. J. Van den Bergb, te Zwolle.
Nadat verschillende sprekeis het woord
hadden gevoerd, constateerde dr. J. Vau dun
Bergh, dat tegen zyne inleidit g niets gezegd is.
De heer A. Van der Heide deelt een en
ander mede over het plan der commissi9 voor
Maatschappelijke Belangen tot inst-.Iling eener
enquête naar volkslectuur. De vragen doen
zich voor of zulk een enquêto wenschelyk c-n
mogelyk is. Wenschelyk zeker, als men be
denkt welke onzad-lyke lectuur onder hot
volk verspreid wordt, waarvan spreker voor
bedden noemt.
In dit opzicht zeide spr. - kuenen wy
van de rochtzinnigen veel leeren, die hun
lectuur onder het volk weten te verspreiden^
Wat het volk leest, i6 do moeite waard tr
onderzoeken. Of die enquête mogdyk is, ie
een andere vraag. Overal zou men inlichtingen
moeten inwinnen; zonder veler modewerking
kan het niet.
De voorzitter verklaarde namens het hoofd
bestuur, dat dit gaarne het plan der enquête
zal afwachten, om er een oordeel over uit
ta spreken. De vergadering betuigde door
applaus baar ingenomenheid met het plan.
Met het hoofdbestuur waren ter vergadering
aanwezig 63 afgevaardigden en 29 correspon
denten en leden.
Diar alleen de afdeeling Arnhem zich aan
bood voor de algemeene vergadering van het
volgeni jaar, werd dit aanbod aangenomen.
Met eea woord van dank aan de afgetreden
hoofdbestuurders werd de vergadering gesloten
Het bestuur van de Nederlandsch-Zuid-
Afrikaanscbe Vereeniging heeft zich tot den
minister van binnenlandsche zaken gericht,
met het verzoek, dat door den minister een
sinds lang gewensebte wyziging worde aan
gebracht in de ïy'st der buitenlandsche ge
tuigschriften, voorkomende in het koninkiyk
besluit van 30 Juli 1886 (Staatsblad No. 125).
De bepalingen van dat koninklijk be.sluit
zyn er, ongelukkigerwyze, allerminst op bo
rekend om de Zuid-Afrikaansche studeoteD
do studie in Nederland te doen verkiezen
boven die in Engeland of Schotland. Terwyl
zy daar in den regel worden toegelaten op
vertoon van het diploma der „matriculation-
examination", eischt het koninkiyk besluit
het diploma van de veel zwaardere „interme
diate-examination", en daarenboven een bewyr
dat de candidaat by dit examen èn in het
Latyn èn in het Grieksch voldaan beeft. Deze
laatste eisch is ook daarom lastig, omdat het
Grieksch by het bedoeld examen een faculta
tief vak is.
Geen wonder, dat nagenoeg alle Zuid-Afri
kanen, ook na de uitvaardiging van h6t
koninkiyk besluit van 1886, naar Engeland
of Schotland ter studie zyn biyvon gaan, of
wel indien zy buiten Groot-Bntannië wil
den studeeren zich wendden tot oe Duitscho
hoogescholen, waar men hen ook gaarne met
het diploma vau het matrlculatie-examen tot
37)
„Hoe het komt weet ik niet", hervatte by
na een poos; „maar ik ben al myn leven een
verschoppeling geweest. Na myn eersten mis
stap heb ik er mij nimmer weer bovenop kunnen
werken. Ik ben al dieper en dieper gedaald,
tot ik Engeland moest verlaten en in den
vreemde een leven leiden, hötwelk er niet
naar was om my beter te maken."
Geen van beiden gevoelden wy thans lust,
het gesprek nog voort te zetten. Ik hielp
hem het zich zoo gemakkelijk mogelyk te
maken en zocht toen myn eigen leger op
aan d9n andeien kaDt van het vuur. Het
duurde lang, eer ik den slaap kon vatten.
Het verleden, myn leven in Engeland en vcoral
de herinnering aan Maud hielden myn ge
dachten bezig. Ik stelde my voor, wat ik bad
kunnen zyn met een vrouw als zfj aan myn
zyde en met overkropt gemoed fluisterde
ik in de stilto van den nacht:
„O, Maud, Maud! Mocht ik nog eens die
gelukkige dagen kunnen terugroepen
Den volgenden morgen zag ik, dat Yeneda
in het geheel niet geslapen had. Zyn toestand
was zoodaDig verergerd, dat my de boop op
zyn herstel begaf. Hy leed verschrikkelijk en
ik was niet in staat hem eenige verlichting
aan te brengen. De Maleier had de gelegen
heid waargenomen om een goed heenkomen
,te zoeken en zijn boot was nog slechts een
stip aan den gozichteinder. Ik waa dus met
myn armen vriend alleen. Yan tyd tot tyd
overvielen hem vlagen van ylhoofdigheid. Hy
verbeeldde zich in Chili te zyn en hield drukke
gesprekken in de Spaansche taal met on
zichtbare persen m.
Herhaaldelyk beklom ik de hoogte om te
zien, of ik geen zeil kon bespeuren, maar
niets vertoonde zich dan de blauwe water
vlakte, enkele eilanden, die er links en rechts
van ons boven uitstaken ea de lange lyn van
Sumatra's kust, welke zich naar het wosten
uitstrekte.
Tegen den middag verkeerde Veneda weer
iD een buitengewoon opgewonden toestand.
Hy uitte allerlei onsamenhangende woorden,
terwyl zyn oogen schitterden met onnatuur-
lyken gloed. Dit duurde ongeveer twee uren,
waarna hy in een diepen slaap viel, uit welken
hy zichtbaar verzwakt ontwaakte. Hy was
tbans volkomen by kennis, maar zyn stem
klonk zoo zacht, dat ik hom nauwelijks ver
staan kon.
„Ramsay," zeide hy'. „Ik weet er alles van.
Het is gedaan met my. Het komt myzelf
vreemd voor, beste jongen; doch Marcos Ve
neda heeft zijn rol uitgespeeld."
Ik knielde by hem neer en wilde zyn hoofd
wat oplichten. Hy beduidde my echter dit
niet te doen.
„Ik zal niet veel meer kunnon spreken,"
hernam hy nog zachter dan daareven. „Voel
om myn hals; daar zult gij een medaillon
vinden het boruchte medaillon. Neem het
er af."
Ik deed zulks en legde het in zyn hand.
„Gy zyt heel g09d voor my geweest, Rim-
say. Gy zyt myn vriend, de eenige, dien ik
misschien op de wereld gehad heb. Ik wil u
myn dankbaarheid toonen. Neem dit medail
lon, het is alles, wat ik u kan nalaten,
maar die anderen weten het, het is de
sleutel tot myn fortuin."
Hy hield op, om tot adem te komen.
„Ga, zoodra gy hier weg kunt, regelrecht
naar Londen, en open het, wanneer gy d^ar
een maand geweest zfjt. Gy moet my uw
woord geven, het niet vroeger te zullen aoen;
daar heb ik myn redenen voor."
Ik gaf hem de gevraagde b9lofte en hy
ging voort.
„Gy zult in het medaillon een smal strookje
papier vindeD, waarop een naam en een adres
zijn geschreven. Begeef u naar den persooü,
die er op staat aangewezen, laat hem het
papiertje zien en vraag hem twee maal
honderd duizend pond. Als hy dat bewijs in
handen heeft, zal hy u betalen, zonder u iets
te vragen. En moogt gy gelukkiger zyn met
het geld, dan ik in myn leven geweest ben.
Zorg vooral John Macklin uit den weg te
blijven, want indien hy gewaar wordt, dat
gy het medaillon in uw bezit hebt, zal hy
niet rusten vóór by het u afhandig heelt
gemaakt."
„Maar is er niets, dat ik voor u dosn kan?"
vroeg ik, denkende, dat hy misschien wel een
groet had over te brengen naar bet land,
waarvan ik blykbaar zooveel hield.
Hy schudde slechts het hoofd en ze iJe, dat
er daar ginder niemand was, die er belang
in stelde, of hy leefde of dood was.
Hierna bleef hy een lange poos zwygen,
totdat ik er aan begon te twyfelen, of het
einde niet reeds gekomen was. Ten laatste
echter zeide hy, zonder de oogen te openen
en met gebroken stom:
„Kleine Maud zy was de eenige van de
geheele familie, die my niet haatte. Ik zou
zoo gaarne willen, dat zy ook genot had van
dat geld. Ramsay, ik weet, dat gy baar nog
lief hebt, gy moet haar huwen."
„Het is te laat", kreunde ik. „Te laat!"
„NeeD, neenl Ik heb een voorgevoel, dat
zy uw vrouw nog worden zal. Beproef het.
Belooft gy het my?"
„Ja."
Eenige minuten lang was er niets hoorbaar
dan het knappen van het vuur en het suizen
van den wind door de boomen.
Eensklaps gebeurde er iets wonderiyk3. Hy
hief het hoofd op en deed zyn oogen, welke
tot nu toe gesloten waren geweest, wyd
opon, terwijl hy eenigo woorden sprak met
een stem, die my helder en welluidend in de
ocren klonk.
„Hoogedelgestrenge Heer", zeide hy; „ik
heb niets tot myn verdediging aan te voeren.
Ik beveel my alleen aan in de genade van
bet Hof."
Toen loosde hy een zucht en liet het hoofd
achterover vallen. Marcos Veneda was dood!
XVIII.
Lang bleef ik aan Veneda's zyae neergeknield i
liggen, in droevige gepeinzen verzonken, waar j
ik my eindelijk slechts met moeite aan
onttrok. Ik moest beweging hebben om het
akelige van myn toestand minder te gevoelen.
Snel liep ik voort, de heldere zonnestralen
drongen door het dichte gebladerte en ver
lichtten het pad, dat ik my door het bout
baande, maar behalve deze omstandigheid ko-
niets myn aandacht trekken. Het verschrik
keiyke van myn lot drukte als een zwaw
last op myn borst. Daar stond ik, zoo dacht
ik by royzelven, het eenige levende wezel
op dit eiland, myn makker was dood, my*.
uitzicht op redding zoo verre als ooit ver
wyderd en myn voorraad voedsel nog slechf
voor een paar maaltyden voldoende.
Zoo dwaalde ik van het bosch naar he
strand en van daar weer naar de vlakte en
de plaats, waar het lyk van mijn armen
viiend lag. Thans hoopte ik kracht genoeg
to hebben om de treurige taak te vervallen,
welke vóór my lag. Met niets dan myn mes
en myn handen, om het werk uit te voeren
begon ik een graf te graven. Hot was eo.
moeiiyke arbeid en het was byna donker
toen ik er mede gereed kwam. Nu moest ik
het lichaam naar zyn laatste rustplaats
brengen, iets, waartegen ik het meest van
alles opzag. Ik onderdrukte evenwol met
geweld myn tegenzin, nam het lyk in my*
armen, legde het in de groeve en bedekt,
het mot bet zeildoek, waarvan wy van t
vor°n hadden gemaakt
f Wordt vervolgd.)