N°. 11520.
Woensdag li"» ^eptembei'i
A°. 1897
t§eze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van §pn- en feestdagen, uitgegeven.
Concert liassisclie Zangers.
Feuilleton.
De Triomf der Liefde.
PRIJS DEZES COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden
Franco per poBt
Afzonderlijke Nommers
1.10.
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIES
Van 1 6 regels 1.06. Iedere regel meer 0.17}. Gcootere
letters naar plaatsruimte. - Voor het incassoeron buiten de stad
wordt ƒ0.05 berekend.
In dit nummer vinden onzö lezers het bewijs,
waarop by de firma 538ankcnl>erg A Co.,
Mare, duaniel aaa ons Bureel plaatsen
afgegeven wofden ad 50 Cents, natuurlijk
voor zooverre het aantal zitplaatsen in de
Stadszaal dit toelaat.
ReoJs bedenavond kunnen de plaatsen
worden genomen.
Wie zich een plaats wil reserveeren, moet
daarvoor 10 Cents extra betalen.
DE UITGEVER.
Leiden, 14 September.
Morgen wordt in deze gemeente langs de
huizen do zoogenaamde „Unie" collecte gehou
don. Des avonds te acht uren heeft in aan
sluiting daarmede in de Pieterskerk een open
bare dank- en bedestond plaats, waarin als
voorganger zal optreden os. D. J. Karros,
predikant bij de Ned.-Herv. Gom. te 's-Gra-
venbage.
Op de conferentie te Laren van de Neder-
landsche Christen-Studenten-Vere9nigïng be
handelde da heer Couvóe, theol. prop. te Leiden,
het onderwerp „Geestdrift", en hield ds. Briët,
van Leiden, een referaat over „Christendom
c-n Pe8simi3aie".
Hot bestuur der N. C.-S. V. voor het vol
gend jaar werd als volgt samengesteld: S.
Schoch, praeses (herkozen), Utrecht; Th.
Scharten, secretaris en reizend secretaris,
Amsterdam; Duymaer van Twist, penning
meester, Leidon.
De Fran3che mail met berichten uit Inciië,
wordt morgenochtend alhier verwacht.
Aangenomen is het beroep naar de
Ned.-Herv gemeente te Katwijk aan Zee
door dsr* A. J. Van Wijngaarden, pred. to
Krimpen aan de Lek.
De vyfdo lijst van de negentiende jaar-
collecte voor de Scholen met den Bijbel in
de „Standaard" wijst voor Sassenheim met
Voorhout een bedrag aan van 128.25.
De „Staatscourant" bevat een koninklijk
besluit, waetfn wordt bepaald, dat de tegen
woordige zittmg van de Staten Gogeraaï zal
worden gesloten op Zaterdag 18 SepUv^8(97,
des namiddags te drie uren.
Da minister van binnonlandsche zaken
wordt gerawjhtigd zich te begeven naar de
vergadering der Staten Generaal, ten einde
in eene vtreocigde vergadering der beide
Kamers de zitting in naam der Koningin te
sluiten.
Ook bevat de „Staatscourant" het program
voor do ploertige opening van de vergadering
der Staten-Generaal, op Dinsdag den 21sten
September.
Daarin wordt bepaald, dat alle leden der
Staten-Goneraal des middags te twaalf uren
zullen bijeenkomen in de vergaderzaal der
Tweede Kamer, onder voorzitting van den
president der Eerste Kamer, waartoe benosmd
is mr. A. Van Naarnen van Eemnes. Ook de
ministers en de leden van den Raad van
State zullen daar tegenwoordig zijn.
Te één uur begeeft zich H. M. de Koningin-
Reger.tes, vergezeld van H. M. de Koningin,
met het gebruikelijke ceremoniëel naar het
gebouw der Staten Generaal op het Binnenhof.
Daar aangekomen, zullen HH. MM. aan
de deur van bet gebouw ontvangen worden
door een commissie uit de vergadering, die,
voorafgegaan door den ceremoniemeester, de
kamerheeren, de groot-officieren en den opper-
ceremoniemeester, HH. MM. zal geleiden naar
de zaal der Staten-Gen oraal.
De zitting geëindigd zijnde, gaan HH. MM.
met denzelfden trein, waarmede HD. gekomen
zijn, naar het Paleie terug.
De voorzitter van de vereenigde ver
gadering der Staten-Generaal geeft kennis:
lo. dat aan de aanzoeken van anderen dan
degenen, die deel uitmaken van de vereenigde
vergadering, om toegangskaarten te ontvangen
voor de vereenigde vergadering der Staten-
Generaal op Dinsdag 21 September 1897, tot
opening der zitting 1897—1898, geen gevolg
kan worden gegeven, aangezien de beschik
bare ruimte het niet toelaat.
2o. dat alle doorloopende en andere kaarten,
afgegeven tot toegang voor de vergaderingen
van de Tweede Kamer, niet geldig zijn voor
de genoemde vereenigde vergadering.
Deze mededeelingen strekken tot antwoord
op de verzoeken van particulieren om toe
gangskaarten, mondeling en schriftelijk bjj
het bureau der vergadering ingekomen.
Tot bijwoning der plechtige opening van
de landbouwtentoonstelling, a. s. Zaterdag te
's-Gravenhage, zijn een 600-tal personen uitgo-
noodigd. Onder meer zijn geïnviteerd do
vice-president en de leden van den Raad van
State, de ministers, hoofden der departe
menten, de secretariwsen-generaal van alle
mimster>es, de voorzitters en de leden der
beide Kamers van de Staten Generaalde
Commissarissen der Koningin in de provinciën
Noord- en Zuid-Hollend, de leden van Gedep.
Staten van Zuid-Holl«nd, burgemeester, wet
houders en alle leikn van den gemeenteraad
der residentie, allo Ryksl ndbouwleeraren in
den lande en de zuivelconsul9nten in de ver
schillende provincie-B, enz., enz.
Aan der. gemeoneoaappelijken maaltijd in
het Koninklyk Zoölogisch Botanisch Genoot
schap zijn o. a. geaeo.igd gtdelegeerden van
alle zuster-vereenigingen der Holl. Maat
schappij van Landbouw, de leden van de af-
deeling 's Graveuhage dier Maatschappij en
de feestcommissie.
Wegens de vele aanvragen tot deelneming
aan dit diner herinnert het hoofdbestuur aan
de wenschelfikheid om uiterlijk 20 September
te doen blijken van den wensch om tot de
dee'nemers te behoeren.
Omtrent de plechtige ter-aarde-bestelling
van het stoffelijk overschot van mej. Jo
Kempees wordt aan het „N. v. d. D." het
volgende medegedeeld:
„De begrafenis geschiedde Zaterdagmorgen
op het fraaie en indrukwekkende Frankforter
kerkhof, waar, behalve de moeder en een
familielid van de jonggestorvene, tegenwoordig
waren de vice-consul van Nederland, Jhr. H.
Yan Panhuys, benevens eenige belangstellenden
ook uit Nederland.
„Ei-n schat van kransen en bloemen, meest
witte bloemen en bloeiend heidekruid, werd op
het graf Doorgelegd.
„By de droeve plechtigheid sprak eenDuitsch
geestelijke, Pfarrer Jatko, woorden van troost
tot de diepbedroefde moeder der jonge en
veelbelovende kunstenares."
De heer Daniel De Lange, die in het begin
van Augustus mej. Kempees te Baynuth
bezocht, vond haar ernstig ziek. „De vroeger
zoo bloeiende, krachtige vrouw, uit wier
geheele wezen slechts leven en levenslust
straalde, lag op een sofa met ingevallen
wangen; het lichaam waa al gebroken". Zjj
had een vriendelijk tbuia by den heer en
mevrouw Thompson, majoor in het Beiersche
leger.
„Van April af was s|j ziek geweest, de
jonge vrouw. Wetende echter, dat men in
Bayreuth geen rekening kan houden met
ziekten, enz., enz., dat men moet zijn een
kracht, of dat men niet in aanmerking komt
voor wat het zij, heeft zij zich naar de voor
bereidende oefeningen heengesleept, tot zij een
paar weken voor de uitvoeringen niet meer
kon. Jo Kempees was dit jaar aangewezen
om als solo bloemenmeisje en al6 een der
Walküren op te treden. Buitendien waren haar
enkele partijen als doublure toegedacht.
„In denbeginne meende do arts, die de
zieke behandelde, dat de ongesteldheid niet
van ernstlgen aard zou zijn; later bleek het,
dat een hevig nierlijden de krachten gesloopt
had. Toen ik to Bayreuth was, had de arts
reeds verklaard, dat Jo Kempees zeker nog
drie of vier weken volkomen rust zou moeten
hebben, alvorens zij naar Holland zou kunnen
reizen; van drie of vier weken zijn het zeven
wekea geworden, en niettegenstaande den
langoren tyd van ru3t, heeft zij toch haar
wensch - om in haar eigen land nieuwe
krachten voor haar verder leven te verzamelen
niet vervuld mogen zien l*
De komst van de vorstelijke familie Von
Wied in de residentie is nader bepaald op
a. 8. Donderdagavond te 6 u. 59 m. per
Staatsspoor.
Voor de vacature in de Remonstrantsche
gemeente te Amsterdam, ontstaan door het
emeritaat van dr. G. Van Gorkom, is het
volgende viertal opgemaakt: dr. J. A. Beyer-
man te Groningen, ds. A. Karei E. Horst
te Lochem, ds. J. H. W. Bisschop Boele te
Dokkum en dr. J. H. De Ridder te Rotterdam.
De ministers van marine en financiën
werden gisteren ter audiëntie by H. M. de
Regentes ontvangen.
De Nederlandsche gezanten te Stockholm
en Madrid zyn van daar met verlof vertrokken.
Behoudens goedkeuring van den gemeente
raad, zal ten laste der gemeente Amsterdam
een 3'/2-pcts geldleening worden aangegaan,
groot 3,000,000.
De opbrengst dezer leeoing is bestemd ter
gedeeltelijke voorziening in de kosten van
verschillende openbare werken, waaronder
voorkomen: nieuw Entrepötdok 2,600,000,
waterleidingswerken 2,000,000, nieuwe beurs
ƒ1,350 000, telephoon ƒ960,000, vrouwen
kliniek (Wilhelmina gasthuis) ƒ218,000, uit
diepen van het IJ 330,000, schoolbouw
21)
Wat was die tuin van Schwargaiten ver
anderd, sinds wjj hem zoo verwaarloosd hebben
gezien 1 Men vond er nu prachtige vruchtboo-
men, de paden waren zorgvuldig onderhouden
6n bezoomd met bloemen. Alleen het aanzien
van het slot was hetzelfde gebleven, want
het geringe kapitaal van de freule stond haar
niet toe het te verfraaien. Maar men had er
toch de noodzakelijke herstellingen aan ver
richt en het zag er niet meer verwaarloosd uit.
Maar wat moeten wij wel zeggen van de
eigenares? Hoe zullen wij zulk een volslagen
verandering kunnen uitdrukken?.... Haar
bleeko en vermoeide trokken hadden de uit
drukking v*n gestrengheid verloren; haar
anders zoo harde blik was verzacht, haar oog
schitterde van teederheid, zoo dikwijls zij op
het lieflijke gelaat van Hedwig zag. Sinds de
beminnelijke eigenschappen barer nicht haar
bewezen hadden, dat het beeld Gods toch nog
wel somtijds op aarde teruggevonden wordt,
had de freule gevoeld, dat zy weder begon
te leven. Haar vertrouwen in anderen ont
kiemde weer; zij bad geleerd de plichten der
liefde te vervullen met een nieuwen ijver en
rond haar den vrede te doen smaken, welke
nu in den grond baars harten heerschte.
Moeton wjj wat van Hedwig zeggen? Wan
neer men dat jónge meisje, dat zoo frisch, zoo
bevallig, zoo gereed is om haar hart te openen
voor de eenvoudige vreugden van het leven,
ziet, kunnen wij er niet aan twijfelen, of zij
is volmaakt gelukkig. Geen enkele trek van
haar ongelukkigs kinderjaren was in haar
overgebleven. Omringd door de teederste
zorgen, beschermd door een onvermoeide toe
genegenheid, bood zij een beeld van bloeiende
jeugd; het was genoeg haar aan te zien om
de heerlijke gaven te ontwaren, welke de
natuur en de opleiding haar gegeven hadden.
Haar oude vrienden zagen haar voortdurend
aan met een bewondering, welke zij niet
trachtten te ontveinzen; gelukkig had de
harde leerschool harer jeugd Hedwig behoed
tegen de gevaren van trotschheid.
Het gesprek tusschen de freule en haar
gasten liep gedurende eenige oogenblikken
over de kosten, welke het leven met zich
medebrengt, toen de komst van een vierde
persoon plotseling verandering er in bracht.
„Ha, daar komt eindelijk mijnheer San
ders!" riep Hedwig uit.
De grijsaard naderde; hij groette de dames
en ging by de tafel zitten.
„Ge komt wel laat, mijnheer Sanders 1"
zeide de freule met een glimlach. „Waar
hebt ge zoo lang vertoefd?"
„Ik verzoek de freule mijn late komst te
verontschuldigen," antwoordde Sanders; „ik
moest op den hof en in de stallen oerst zien,
of alles in orde was. Wanneer men den lieden
toestaat naar de kermis te gaan, komen zy
er nooit vroeg van terug."
„Zy hebben geiyk," bemerkte de heer
Harry; „die vermaken zyn zeldzaam en zy
mogen wol eens iets ter ontspanning hebben."
„Ik ben het met den heer Harry eens,"
voegde de freule er by, die haar vertrouweling
schuins aanzag. Sanders slaakte een diepen
zucht.
„De freule weet niet, hoe morgen hun
hoofden op hol zullen zijn," zeide hy.
„Ik wist niet, dat gy de gezworen vijand
waart van elke verstrooiing, mynheer San
ders," zeide Hedwig lachend. „U zult my ook
wel kwaad beoordeelen; ik verlang zeer by
het feest tegenwoordig te zijn, en ik heb
myn tante verzocht, vroeg met my naar den
koster te gaan."
„De freule schertst!" zeide de grysaard
met een ongeloovig gelaat.
„Ik scherts in het minet niet. Ieder jaar
noodigt de goede koster ons uit en spythem
onze afwyzing; ditmaal heb ik myn tante
er toe weten over te halen hem een plezier te
doen. In haar jeugd ontbrak tante nooit op
de kermis van Capellenberg."
„Gy branddet van verlangen, en ik heb
voor uw wensch gezwicht," zeide de freule.
„Onze gasten zullen wel, naar ik hoop, uw
kinderachtigheid verontschuldigen en ons naar
den koster vergezellen?"
„Gaarne," antwoordde Sophie, „ik zou zelfs
wel de dansen der dorpelingen willen zien."
„Ach, dames 1" zeide de oude Sanders, het
hoofd schuddend en op melancholieken toon,
„indien u eens wist, hoe de wereld is! In
myn tyd was het anders: de boeren bielden
zich op een afstand, wanneer de baron en
freule Von Laden met hun kinderen het feest
door hun tegenwoordigheid kwamc-n vereeren.
Maar tegenwoordig! Ik wed, dat de jonge-
250,000 en aaDleg van straten en wegen
ƒ1,000,000.
Daar in dit alles niet gelyktydig behoeft
te worden voorzien en men later misschien
tot een lageren rentevoet een leening kan
plaatsen, wordt voorloopig slechts 3,000,000
uitgegeven, en daar men by een 3-pcts leening
thans een koers ver beneden pari zou be
dingen, aohten B. en Ws. het wenscheiyk
voor het thans benoodigd bedrag den rente
voet van 3*/a pet. toe te staan.
Volgens de „N. D. Ct." heeft door des-
kunaigen een nader onderzoek van de vier
hoektorens der Oude Kerk te Delft plaats
gehad. Het werk der afbraak is nog steeds
niet gegund en men twyfelt er nu sterk aan
of het wel gegund zal worden.
De minister van financiën deelt ln de
„Staatscourant" mede, dat op 1 September aan
de Nederlandsche Bank, wegens te verstrekken
voorschotten, in onderpand was gegeven een
bedrag van zes millioen gulden (ƒ6,000,000)
in schatkistbiljetten, en dat voorts op even-
gonoemden datum in omloop waa een bedrag
van vior en dertig millioen gulden (ƒ34,000,000)
in schatkistpromessen.
Naar men verneemt, houdt men zich
aan het departement van financiën bezig met
een herziening van de comptabiliteitswet voor
Nederland (wet van 5 October 1841, No. 40,
betrokkeiyk de Rekenkamer).
Ten vervolge op bet onlangs door het
„Vaderland" vermelde bericht omtrent de
invoering van een nieuw strafwetbook voor
Nederlandsch-Indië, kan de „N R. Ct." thans
mededeelen, dat reeds eenige weken geleden
het desbetreffend advies van den Raad van
State vastgesteld en aan de Regeering toe
gezonden is, weshalve verwacht mag worden,
dat deze gewichtige zaak, waaraan, gelyk
bekend is, sedert een aantal jaren werd ge
arbeid, eerlang haar beslag zal krygen.
"Wy ontvingen nummer één van „Vereen
voudiging", maandblad van de „Vereniging tot
vereenvoudiging van onze schiyftaal" (redak-
teuren; A. M. Kollewyn Nz., H. J. Eraous,
J. Endendyk, Aug. Gittee, dr. F. Buitenrust
Hettema, L. E. Gerdessen, dr. W. F. Gom-
bault, J. L. C. A. Meyer, P. H. Mulder, dr.
A. Smit en F. Smit Kleine), en wy weten
niet betor te doen, ter inleiding van dit
maandblad by onze iezers, dan hier over te
nemen de woorden der redactie zelve, natuur-
ïyk in de eigen spelling der „Vereniging."
Een eigen orgaanaldus vangt No. 1
van „Vereenvoudiging" aan.
De toenemende bloei van de „Vereniging tot
vereenvoudiging van oaze schryftaai heeft dat
mogelik en nodig gemaakt.
Beter, en vooral ook geregelder dan tot
dusver, zal het Maandblad gelegenheid geven
om de belangen van onze Vereniging te
behartigen, inlichtingen te geven aan wie
ze wensen mocht, en opmerkingen, die de
een of ander nuttig acht, algemeen bekend te
maken.
Hst Maandblad zal de lezers zo good
mogelik op ce hoogte houden van hetgeen
vóór of tegen de Vereenvoudiging wordt ge
schreven; maar tevens zal de Redaksie er op
bedacht zijn, dat menigeen, die geen lid van
de Vereniging is, het vervelend vin.;t iets over
spelling te lezen.
Voor hem moet het Maandblad iets boeiends,
iets pakkends, iets belangryks bevatten. Meer
malen toch is het gebleken, dat een onbe
vooroordeelde, die een boek of verhaal in de
vereenvoudigde spelling las, er niet alleen spoe
dig aan gewend raakte, maar erkennen moest,
dat die nieuwe spelling toch niet zo afgryselik
is als deze en gene het publiek heeft zoeke.i
wys te maken.
Het maandblad geeft:
Berichten van het Bestuur, van do Af
delingen en van de arbeid der leden voor do
propaganda.
Beoordelingen van geschriften, die betrek
king hebben op de Vereenvoudiging.
Beantwoording van vragen, de vereenvoudi
ging van spelling en verbuiging betreffende.
Oorspronkelike en vertaalde verhalen.
Mededelingen van allerlei aard.
Aan de leden wordt van ieder nummer
van bet Maandblad een eksemplaar kosteloos
toegezonden. Het Bestuur verwacht daarom,
dat ieder lid zich de moeite zal getroosten
om met zyn eksemplaar propaganda te maken,
waar hy dat mogelik acht. Daarby is in 't
oog te houden, dat mensen van middelbare
of oudere leeftyd er moeilik toe gebracht
worden te gaan „overspellen"; maar dat zQ
in 't belang van hun kinderen of kleinkinderen
of van de ganse schooljeugd voorstander»
van het streven van de Vereniging kunnen
worden.
Het blad verschynt by Kluwer Co., te
Deventer.
Er is bygevoegd een jaarverslag der Ver-
eeniging over 1896/97, waarin o. a. wordt
medegedeeid, dat byna 300 nieuwo voorstan
ders uit allerlei kring zyn toegetreden cn dat
de Vereeniging op dit oogeDblik 37 corres
pondentschappen telt.
Het Maandblad doorziende, trof het ons,
zegt de „Haarl. Ct.", in een artikel over „Do
nieuwe richting in het taalonderwijs en de
vereenvoudigde spelling en verbuiging" tot
tweemalen toe het woord „definitie" te lezen.
Men vergeve onzer onwetendheid de vraag,
of dit volgens de regels der vereenvoudigde
spelÜDg niet defioniesie behoorde te wezen?
Het stoomschip „Kanzier", van Oost-
Afrika naar Rotterdam tn Hamburg, arriv.
12 Sept. te Aden; do „Prins Hendrik" arriv,
13 Sept. van Batavia te Amsterdam; de
„Borneo", van Rotterdam naar Java, passeerde
11 Sept. Gibraltar; do „Obdam" arriveerde
13 Sept. van Rotterdam te Nieuw-York; de
„Rotterdam", van Ni. uw-York naar Rotterdam,
met 38 kajuitspassagiers, pissjerde 13 Sept.
Prawlepoint; do Koningin-Regentes", van Ba
tavia naar Amsterdam, arriveerde 13 Sopt.
te Suez.
Boskoop: Do vereoni^ir.g „PlaatselijkNut"
alhier, heeft met algemeene stemmen besloten
tot overneming van de bad- en zweminrich
ting, met bepaling, dat de aanaec-len zullen
worden uitgekeerd a 50 pCt. Tot lid van de
bibliotheek commissie werd gekozen de heer
lieden zullen doorgaan met dansen in uw
tegenwoordigheid, alsof u er niet waart."
Een lichte schaduw toog over het voorhoofd
van de barones; het speet haar niet minder
dan haar vertrouweling aldus het prestige te
zien verdwynoD, hetwelk vroeger de adel
bezat. Ofschoon zy zeer goed begreep, dat
de adel zelf daarvan voor oen groot deel de
schuld was, betreurde zy toch den geest van
den tyd en beschuldigde er met bitterheid de
Fran8che revolutie van, wier invloed zich
zelfs, zooaU zy zeide, in die verwyderde
provincie deed gevoelen.
Maar die sombere gedachten schaadden de
opgeruimdheid van Hedwig ni6t-, en men
maakte zich gereed in het rytuig te stappen.
„Wilt u my toestaan een verzoek tot u
te richten?" vroeg nu de heer Harry aan
de freule.
„Daar hebt u geen toestemming voor
noodig," antwoordde de freule.
„Ik zal u zeggen, freule, dat ik eenige
dagen geleden kennis heb gemaakt met een
onder alle opzichten zoer beschaafden jongen
man. Die jonge man woont in by den koster
van Capellenberg. Hy is liefhebber van oud
heden en artist: hy zoekt in deze streek naar
merkwaardigheden van vroegeren tyd. Hy
beschryft naar do natuur de oude gedenk-
teekenen, welke hy ontmoet, en voegt er den
oorsprong en de byzonderheden by."
„Dat moet een merkwaardige bezigheid
zyD," merkte de freule op, „maar met welk
doel heeft die-jonge man dien arbeid gekozen?"
„Met het doel de aandacht der kenners te
vestigen op het merkwaardige, dat onze streek
bezit; hy hoopt alzoo een menigte zaken
welke de tyd weldra zal verwoest hebben,
aan de vergetelheid te ontrukken."
Zulk een inlichting moest de freule behagen;
zy stemde baar dadeiyk gunstig gezind jegens
Walter.
„Maar op welke manier hebt ge dan
kennis gemaakt met dien jongen artist?"
vroeg zy.
„De koster van Capellenberg heeft hem
gesproken over myn betrokkingen tot u,"
antwoordde do heer Harry; „hy zou gaarne
de kapel zien, evenals het kasteel, en hy
heeft my verzocht aan u toestemming te
vragen."
Freule Anna fronste ontevreden de wenk
brauwen.
„Schwarzgarten heeft niets van zyn luister
behouden," zeide zy.
„Neem my niet kwaiyk," antwoordde
Harry, „maar het kasteel zelf is zeer oud,
en de ridderzaal bevat byzonderheden, welke
men nergens anders vindt."
„Werkeiyk, ik geloof, dat u gelyk hebt. U
zegt, dat die jonge man zeer net is?"
„Zeer net."
„En hy heet?"
„Zyn naam is eenvoudig, byna burgeriyk
Hy heet Walter."
„Walter 1.... lieve hemelriep de
barones verbleekond uit; maar bemerkend,
dat Hedwig haar zeer verrast aanzag, ver
volgde zy:
„Ik meende, dat dat een doopnaam was.^
(Wordt vervolg dj.