gourant wordt dagelijks, met uitsondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. A°. 1897 N°. 11512. Maandag 6 September, PERSOVERZICHT. Feuilleton. De Triomf der Liefde. PRIJS DEZER COURANT; Voor Leiden per 3 maanden, t 1.10. Franco per postM 1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADVEBTENTIËN: Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17}. - Grootere letters naar plaatsruimte. Voor bet incasseeren buiten de stad wordt f 0 05 bersteend. Tweede Blad. Do meeste bladen bevatten in het begin dezer week artikelen of dichterlijke ontboe zemingen over den verjaardag der Koningin. Het gaat niet aan daarvan onder dit Overzicht meer uitvoerig melding te maken. Een uitzondering zy echter ver gund voor een stukje uit 't weekblad Insu'inde, waarin gewezen wordt op de liefde, die ook in Oost-Indië gevoeld wordt voor do Koningin, het hooge belang, dat men ook daar stelt in het Koninklijk Huis, en het gewicht van deze bezittingen voor het moederland en zyn Koningin. „Niet slechts in het kleine Nederland in Europa", zegt Insulinde„met zyn weinige millioenen inwoners, wordt de zeventiende verjaardag onzer Koningin herdacht, 't Is ook feest in dat groote Nederland tusschen de tropen, waar vele millioenen onderdanoo Haar alléén kennen uit den beeldenaar van post zegels en munten, en Haar nimmer zullen aanschouwen. Onbekend is onze Koningin Diet met Insu linde. Prof. Kan en prof. De Louter waren Haar loermeesters in aardrijkskunde, land- en volkenkunde, Staatsinstellingen en wetten van Indië. Wy weten, dat Haar hart warm klopt voor d*t land, waar nog steeds zooveel bloed vloeit van Haai- onderdanen, dat in Haar naam ver goten wordt, waar in Haar naam wordt recht gesprok» en geregeerd. Zjj weet, dat Nederland alleen door zijn koloniën nog meetelt in de rij der natiën. Dat de belangen van Hare onderdanen, tiea- maal talrgker in Indië dan in Nederland, niet in de tvroede plaats m aanmerking mogen komen, dearvan moge het door Haar genoten onderwee Haar hebben doordrongen. De koloniën zijn bij den feilen verkiezings strijd poHtiek-dood gebleven voor NedorUnd. Wanneer dit betoekent, dat de koloniën buiten eo boven do vadorlandsche staatkunde zullen staan, dan betreuren wy dit niet. Be tekent bot echter, dat de strijd der staatkun dige partyen in Nederland, ecbto strijd om de maebt, c®fl politiek leven zóózeer zal beheer- schen, eat er geen plaats meer is in do ge- dachteowereW van Nederlands staatslieden voor Indische belangen, belangen van den inlander vooral, dan hopen wy, dat het voor treffelijk onderwijs dat onze Koningin genoten heeft, Qur zal behoeden voor het meegaan in die verderflyke, Nederland ten ondergang doemende richting. Want nset Indië staat of valt Nederland. Zonder Indië is Zy slechts vorstin van een natie van don vierden of vjjfden rang. Nu echter begroeten wjj Haar op Haar zeventienden verjaardag als Koningin, neen Keizerin van dat heerlijk rijk van Insulinde, dat zich slingert als een gordel van smarag den om den evenaar". 6) „Manheer de baron is misschien niet zoo ziek als u meent," merkte barones Harry op. „In alle geval rekent hij zeker op uw be scherming van zjjn dochtertje „Ik zal voor dat meisje doen hetgeen de noodzakelijkheid mü gebiedt, niets meer," zeide de freule; „wy zullen er wel eens met uw broeder over spreksnA propos, u wilt, niet waar, dat ik het hekwerk aan uw buis aan den kant van de straat doe her stellen?Ik zal Zondag naar Ellrode gaan, om te zien of men het nog kan her stellen mijn geringe geldmiddelen verplichten mij, vooral nu, slechts de meest noodzakelijke uitgaven te doen." Het gesprek nam een andere wending; er was geen sprake meer van Hedwig, noch van baar vader totdat de beer Harry weder binnenkwam. „Welnu 1" vroeg freule Anna hem bij zijn terugkomst; „ge hebt mijn broeder gezien? Wat denkt u van zijn gezondheid?" De schoone trekken van d9n grijsaard namen een uitdrukking van diepe droefheid aan. „Hoe voorbereid ik ook was den baron lijdende te zullen vinden, ik verwachtte niet hem zoo veranderd to zien," antwoordde by. „Zijn dagen zijn getoldhij kan nog tot Kerstmis leven, maar blijkbaar zal hij de maand Maart niet balen." De Avondpost bevatte een zeer uitvoerig artikel, om te betoogen, dat de militaire waarde van het Reservekader al beel gering is. „Jongelieden uit den beschaafden stand, die het daarbij gebruikelijk onderwijs hebben gonoteD, zijn daardoor vrijgesteld van het toolatings-examen. Zij melden zich eenvoudig ter dienstneming aan; is daar by voldaan aan de voorgeschreven formaliteiten en de adspi- rant in het bezit van een militair getuigschrift, dan kan terstond zijn opleiding een aanvang nemen aan een „militaire cursus". Van dozon laatste is echter, behalve de naam, de kleeding der deelnemers het eenige militaire. Een aan tal van 5 is voldoende, om in elke gemeente, waar geen garnizoen, ryks-universiteit, poly technische school, kweekschool voor onder wijzers, hoogere burgerschool of gymnasium is, een cursus te openen. Een ieder kan dus gemakkelijk beoordeelen, hoe door localiteit en omgeving de militaire vorming tot haar recht komt; wanscht men bovendien zichtbare bewjjzeD, dan behoeft men bijv. slechts een blik te slaan in de wijze van correspondeeren met buu superieuren, die zoowel naar vorm als inhoud een volkomen gemis aan gevoel van militaire ondergeschiktheid verraadt. Zoodra een adspirant meent een examen te kunnen afleggen, komt by daartoe onder de wapenen, of wel wordt bem dit afgenomen door het militairs personeel, met de instructie belast. In de zes jaren, waartoe de adspirant voor bet reservekader zich verbindt, behoeft hy slechts 8 maanden onder de wapenen door te brengen, waarvan in het eerste jaar ten minste één en in het tweede ten minste twee maanden; totdat hy den graad van reserve- sergeact bereikt heeft, moet hy gedurende ten hoogste 6 maanden per jaar eu 3 uren per weok deelnemen aan militaire oofeniDgen; binnen twee jaren na zyn bevordering tot reserve-sergeant en vaandrig is hy verplicht onder de wapenen te komen, doch telkens voor niet langer dan 6 weken. Daarby komt nog, dat aan ieder lid van het reservekader het wonen buiten de kazerne vergund kan worden." Tegenover de opmerking: dat de intellec tueels eiscben, die er aau gesteld wordeD, op dit punt veel good maken, zegt het blad: „In do eerste plaats kunnen die twee zakeu niet van elkaar afgescheiden en op zichzelf be schouwd wordeneon holdor hoofd kan alleen hem tot gezagvoerder geschikt maken, die in hetzelfde lichaam een militair hart draagt, en dit laatste wordt niet verkregen door eon onderwyzer, studont of schooljongen (met alle respect voor de hoogere burgerscholen en gymnasia) een uniform aan te trekken. Doch ten tweede moet met het afnemen der prac- tischo examens nogal eens geschipperd wor den, en wel veel meer dan het militair belang meebrengt. Het meerendeel van hen, die by het Reeorvekader dienst doen, is hetzy bedryvend of lydend by bet burger-onder- wys betrokken; daardoor leggen zy hun militaire examens ia den regel in den vacantie- tyd af, en dan juist is het althans by de infanterie tegenwoordig 2eer bezwarend en „Denkt u?" vroeg de freule op ernstigen toon, maar zonder biyk te geven van eenige ontroering. „Ik ben er zeker vande koorts verteert hem, dat kan niet lang duren. Gelijk alle personen, die door die ziekte zyn aangetast, vermydt hy het van zyn toestand te spreken, en ik ben niet te weten kunnen komen, of by onder doktershanden was, of Diet?".... „Ongetwyfeld," antwoordde freule Von Laden. „Al verdient hy niet meer myn belang stelling en medelyden, ik verzorg hom toch niet minder dan ik elke andere zieke ver zorgen zou Om de vroegere betrekkingen met Ellrode te vermyden, heb ik den dokter van Marbeek ontboden; hy bezoekt myn broeder verscheidene malen in de week." „In dat geval," antwoordde de heer Harry, „zou de freule misschien beter doen, den dokter zolven te raadplegen omtrent den aard zyner ziekte." „Neen, mynheer Harry, ik wil een vreem deling niet vertrouwd maken met myn ge voelens, of om beter te. zeggen met het gemis aan gevoelens ten opzichte myner familie. Daar u het gebeurde kent, is u bet meest in staat te oordeelen, wat er gedaan moet worden. Daarenboven is u een man van ondervinding; u hebt de ziekte van naby leeren kennen Uw meeniDg is my voldoende en ik zal daar naar myn maatregelen nemen." „U zal daarnaar uw maatregelen nemen?" herhaalde de grysaard, een weinig verrast door die woorden. „O, ik begryp u," zoo ver volgde hy, als getroffen door een lichtstraal. „Daar baron Yoa Laden rog slechts weinige veelal onmogeiyk, om zooveel manschappen byeen te brengen, als noodig zyn om de practische kennis van de examinandi na te gaan. Door de omstandigheden gedwongen, moet de examen-commissie, dikwyis ondanks haarzelve, zich tevreden stallen met lagere eischen, waardoor reserve-korporaals en onder officieren en zelfs vaandrigs gevormd en in vredestyd met een gezag bekleed worden, dat hun feitelyk nog te zwaar ia." In een tweetal artikelen heeft De Tijd de vraag behandeld, wat tbans de politieke toe stand van de Katholieken eischt. O. a, wyst het blad daarby op de verplichtingen, door de nieuwe kieswet aan de bestuursleden eener kiesvereeniging opgelegd. Zulk een bestuurslidmaatschap is thans Diet meer zooals vroeger louter een eerepostje. De Tijd schryft hierover het volgende: „Neen, de leiding van een kiesvereeniging is thans een werk geworden van wyden omvang, een werk, dat aanzienlyko offers vraagt van al degenen, die er zich mede bezig houden. Maar meer dan ooit: een noodig werkl Een werk, waarvoor dus de krachten nimmer mogen ontbreken, willen wy niet als katholieke Staatsburgers ten eenenmale over vleugeld worden door onze tegenstanders. Een werk, dat altoos dient te worden voort gezet, zonder ontmoediging en zoDder ver metelheid. Een werk, dat sterke zenuwen vraagt, een helderen en onbevangen blik, en boven alles een toewyding, een offervaardig heid, die haar grond vinden in een oprechte liefde voor Kerk en Vaderland. Wat die kiesvereenigiDgen hebben te doen ter onmiddellyke voorbereiding der verkie zingen, de onlangs verloopen dagen hebben het voldoende geleerd. Hebben ook, naar wy hopen, de oogen geopend van sommigen, die het by deze stembus aan. beleid of aan yver lieten ontbreken. Wy willen er hier nog eens op wyzen, dat haar taak thans niet als geëindigd mag beschouwd worden. Integendeel reeds nü moet men beginnen, wil men tegen de vol gende verkiezingen op tyd gereed zyn. Er moet worden getold, berekend; de kiezers- lyst moet worden gecontroleerd, niet ééns, maar herbaaldelyk, maar telkens weer; er moet wordon onderzocht, of door verhuizing, door vermindering of vermeerdering van aan slag, door verandering van betrekking, enz. geen tegenstanders ten onrechte op de lysten biyven of medestanders er van blyven ge weerd; er moet propaganda gemaakt worden vooral, de lauwe kiezers moeten worden aangespoord, door voor hen geëigende be weegredenen tot belangstelling in het politieke leven wordon opgewekt. En dat alles zonder vertraging, zonder zich boos te maken, zon der eindeiyk van al zyn bemoeiingen veel anders te mogen verwachten vaak, dan, naast een twyfelachtig succes de „aardigheden" door „welgemeende vrieDden" op al die „onpro- fijtelyke drukte" gedebiteerd Inderdaad, erkend moet worden, dat de leidiDg van khsverëenigiugen maar zeer weinig aantrek- kelyks hoeft!" dagen te leven heeft, legt de freule het er op toe zyn laatste dagen zoo zacht mogelyk te maken." „Dat ligt niet in myn bedoeling," antwoordde freule Anna, dezelfde onwillige beweging met de hand makend, als waardoor zy gewoonlyk de geschenken van Hedwig afwees. „Ik doe voor baron Von Laden hetgeen myn geweten mij voorschryft, ziedaar alles: er bestaat tusschen hem en my geen band, die my tot i6ts meer dwingt. Ik zal tot het einde de plichten vervullen, welke my de naasten liefde oplegtmeer zal ik ook niet doen. Ik heb verlangd te weten, of u zyn dood naby zynd acht; nu dat zoo is, zal u my wel willen helpen, hoop ik, om eenige zaken te regelen." De heer Harry boog zonder iets te zeggen. Hy overdacht by zichzelven, waar de freule heen wilde en wachtte zich wel haar met een enkel woord de uitlegging, die hem wachtte, te vergemakkelyken. De freule had reeds lang opgehouden iets te geven om de goed- of afkeuring van haar medemsnschenzy vervolgde op een yskouden toon, zonder zich te laten ontmoedigen: „Baron Justus is niet tevreden geweest alléén op Schwarzgarten terug te keeren; met zyn tegenwoordigheid legt hy my ook die van zyn kind opIk wil het by my dulden zoo lang haar vader leeft, maar zoodra by ginds ligt (zy wees met de hand naar de richting van de kapel) moet dat kind heen." Barones Harry had tot nog toe 6tilzwygend het onderloul van haar broeder en de barones Ten slotte stelt De Tijd de vraag, of het geen aanbeveling zou verdienen, dat een onder linge band tusschen de katholieke kiesvereni gingen werd gevormd? In het Venloosch Weekblad heeft de beer Jan Truyen het over den persooniyken dienstplicht, dien hij in het verschiet ziet. Hy beweert, dat de minder bezittende klasse by de opheffing der plaatsvervanging niet zal winnen, wel verliezen. Wel zyn aan het remplaganten-stelsel nadeelen verbonden, maar die zyn wel door den wetgever op te heffen. Hy stelt België ten voorbeeld, waar aan den minder vermogenden milicien vergoeding wordt toegekend. Eerst op 28-jarigen leeftyd, of in bijzondere omstandigheden op een tydstip, door de Regoering te bepalen, kan de man over het hem toekomend bedrag beschikken. „Zou het nu zoo vraagt de heer Truyen voor den Nelerlandschen wetgever zoo'n hek senwerk zijn, om, zoowel in het zedelyk als in het stoffelijk belang van den plaatsvervanger, een bepaling van gelyke strekking ia onze legerwet op te nemen? Een zoodanig voorschrift zou èn voor bet leger èn voor den betrokken persoon het euvtl wegnemen, dat de plaatsvervanging thans aankleeft." Naar aanleiding van de circulaire van minister Van Houten aan de Gedeputeerde Staten over de uitvoering van de wet, rege lende de gemeente-financiên, schreef iemand in de Radicale Hervorming: „Er ia dus by de wyzigicg van de verordeningen op de hoofdelyke omslagen geen haast; meer dan drie jaar is er voor beschikbaar." Onder herinnering, dat op zyn voorstel de Kamer tot 1901 aan de gemeenten tyd heeft gelaten om de verordeningen in overeenstem ming met de wet te brengen, protesteert de heer H. Pb. De Kanter in Het Vaderland tegen de conclusie in het genoemde weekblad. „Niets zou meer de bedoeling van myn amendement tegenwerken dan het volgen van het advies der Radicale Hervorming. Ik zou den gemeentebesturen willen toeroepenNeemt do zaak onmiddellyk ter handl Niet on de verordeningen nu reeds vast te stellen, maar om bytyds bet materiaal te verzamelen, dat de minister Van Houten niet had, toen by de wet verdedigde, en dat hy m. i. had moeten hebben, om de Kamer een inzicht te geven van de werking der wet on haar ge volgen voor die gemeenten, waar nu progressie wordt geheven. Het zy hier heriDnerd, dat op die gevolgen reeds by het Voorloopig Verslag gewezen werd door het noemen van cyfers, en op grond daarvan gevraagd, of de minister meer dere gegevens had. Toen het antwoord on bevredigend was, heeft de Commissie van Rapporteurs by haar eindverslag ernstig op bet overleggen van cyfers aangedrongen. Zy waren er niet, t09n de president de wet aan de orde stelde; ik heb toen nog eens gevraagd of de Kamer ze krygen zou. Alles tevergeefs. De heer Van Houten had een panacee tegen alle kwalen, die het schrappen van progressie zou aangeboord; by die laatste woorden kon zy zich echter niet meer bedwingen. „O freule," riep zy op smeekenden toon, „doe dat niet, bid ik ui... Jaag dat arme kind niet wegwanneer haar vader dood is, zal zy niemand meer dan u hebben." De barones haalde de schouders op, als om te bewyzen, dat men zich in haar vergist had; vervolgens sprak zy, zich tot den heer Harry wendend en zonder acht te slaan op de woorden van zyn zuster, verder: „De moeder vau myn nicht had een broeder, die in Bohemen woont, den heer Eschatz, een kolonel der huzaren. Hy woont te Josepbstadt by zyn regimentIk ben van plan naar hem Hedwig te zenden, wanneer haar vader niet meer leeft. Daar ik niet wenech recht streeks in betrokking te komen met dien persoon, heb ik myn toovlucht genomen tot u, mynheor Harry: ik belast u met do zorg myn nicht naar Bohemen te brengen." „Freule, de barones kont den heerEscbalz zeker?" vroeg de grysaard, op haar een blik vestigend, die baar de oogen deed Deerslaan. Freule Aüna was er echter de vrouw niet naar, om zich uit het veld te doen slaan. „Ik ken hem zeer weinig," antwoordde zy; „hy is een weduwnaar. Hy heeft twee zoons, die onder zyn bevel dienen. Ziedaar alles, wat ik er van weet, en dat is genoeg voor my. Zijn kinderen hebbon een bestaan; hyzelf heeft een onafnankeiyke positie. Hy is beter dan ik in staat het dochtertje zyner zuster by te staan." „Maar bebt u niets vernomen, barones, omtrent het karakter en do zeden van die doen geboren wordende aftrek van de vasto som voor levensonderhoud en de aftrek voor kinderen zou overal alles goedmaken. Daar ik begreep, dat de minister Diet van zyn stuk zou te bnngen zyn, en de volgzame meerderheid wel mee zou gaan door dik en dun, heb ik een poging tot uitstel beproefd, die gelukt is. Ik heb myn voorstel toegelicht met cyfers, die niet zyn tegengesproken. Die cyfers nu, die ik weet het op vele leden indruk hebben gemaakt, moeten worden opgezocht door het geheole land en in alle gemeenten. En omdat daarvoor tyd noodig was en in ieder geval één jaar veel te kort is, om die bezwaren te formuleeren, te onderzoeken en daarop te doen beslissen, daarom heb ik gevraagd drie jaren. Doch dan moet men die drie jaren ook gebruiken." De Amsterdamsche Courant zegt van den decoratieregen op den verjaardag der Koningin het volgende: Als gewoonlyk is de decoratieregen dit jaar mild, zeer mild, milder zelfs dan bet vorig jaar. Maar zoo malsch? Neen. Wel is waar zyn zoo ongeveer, boe zal men bet uitdrukken, do lieden van allerlei slag bedacht, kregen leger en vloot, ambte naren en ny veren, groote en kleine luyden, hun deel, doch wy missen er dit jaar het piquante van het vorig jaar in. O n het maar ineens te zeggen, over het algemeen was to?n de keuze van de gedeco reerden gunstiger en had bij de voordracht blykbaar een man invloed gehad, die zyn land en zyn medeburgers beter kende dan de tegen woordige raadsman. Zoo komt het ons voor, dat de geestelij ken van allerlei gezindten stiefmoederlyk be deeld zyn. Wel b waar zyn er by do jongste bezoekeo der Koninginnen in die richting nogal wat decoraties gevallen, doch dat zjjn de geluk kigen van het toavah De kunsten zyn dit jaar slechts geëerd voor zoover het de letterkunde betreft in Louis Couperus, zeer zeker een hoogst gelukkige hulde; en wat de toonkunst betreft in moj. Van Oosterzee, oen niet minder te waardeeren keuze, doch noch de schilderkunst, noch het tooneel, noch de journ ilisiiek zyn zelfs maar onder den drop gekomen. De decoratie, aan Taco Mesdag verleend, is een belooning voor zyo funrtie op de Brusselsche tentoonstelling en heeft met zyn kunst niets te maken. Dat het tooneel geheel werd vergaten, nadat ten vorigen jare by na geheel de pers het toejuichte, dat men eindeiyk met de uitslui ting van deze kunst gebroken had, mag oen teleurstelling heeten, zoo goed als de totale uitsluiting van journalisten, terwyi het voor de meerderheid der ministers, waarin zelfs de oud hoofdredacteur van Het Vaderland zetelt, niet moeilyk ware geweest e9n keuze te doen. Wat echter nog meer bevreemden zal is, dat juist onder dit Ministerie de kleine amb tenaren nagenoeg en de bestuurders van hoogst nuttige instellingen voor werkliedeü, kortom de zoogenaamde volksleiders in de beste be- drie lieden?" vroeg de heer Harry nog, wiens gelaat een levendige afkeuring te kennen gaf. „Hedwig zal spoedig een volwassen meisje zynzy belooft knap te zullen worden, ik zeg het met smart, denkend aan haar droevig lotDie schoonheid zal haar misschien noodlottig worden te midden der omgeving, waarin u haar zult plaatsen „Ik wil haar eenvoudig naar haar familie zenden, naar haar natuurlyke beschermers," antwoordde de barones koiltjes; „indien u weigert haar te vergezellen, zal ik myn ver trouwden Sanders in uw plaats stellen." „Ik weiger het volstrekt niet, freule," hernam de grysaard; „wanneer u by uw plan blyft uw nicht naar Bohemen te zenden, zal ikzelf haar er heen brengenmaar ik verzoek u, rog eens goed na te denken over hetgeen u wilt doen „Ik behoef met meer na te denken," viel de barones hem in de rede, „en myn besluit zal Diet veranderen. U neemt h6t dus aan? Ik ben er u dankbaar voor: myn nicht zou niet beter beschermd kunnen worden dan door u. U kent de wereld; myn oude Sanders daarentegen, hoewel een zeer braaf maD, is even naïef als Hedwig zelve." De Zikec bleven daarby. De heer Harry en zyn nicht namen afscheid van de barones, bewogen vau medelyden met do arme Hedwig en het hart vervuld van verontwaardigiug over haar tante. Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 5