N°. 11504. "Vrijdag 37 Augustus. A0 igourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 26 Augustus. Feuilleton. Eeu voorbeeld voor velen. IDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT; Voor Leiden per 8 maanden, 1.10. Franco per post 1.40. Afzonderlyke Nommers0.05. PRIJS DEB ADVERTENTD2N Van 1—6 regels 1.06. Iedere regel meer 0.17J. Grooterfc letters naar plaatsruimte. - Voor het incasseeren buiten de etad wordt 0.05 berekend. Ofliciëelo Keunisgevingeu. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien art. 8, late alinea, der wet van den 2den Juni 1875 (Staatsblad No. 95), tot regeling van het toezicht hij het oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kannen ^roorzaken Brengen bij dezo ter algemeeno kennis, dat door hen op heden vergunning is verleend aan het Bestuur van de Znid-Hollandsche rü^iolfabriek (A. F. H. VAN DER STOK) en rechtverkrijgenden tot het plaatsen en in-werkiog-brengen van een gasmotor,- een veldsmidse en een gasBoldeertoestel in het perceel Stationsweg No. 19. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, H. C. JUTA, Woth., lo.-Burgemeester. 23 Aug. 1897. E. KIST, Secretaris. Dr. J. C. Van Konkel, cand. te Leiden, heeft het beroep naar Goudswaard aangenomen. Prof. dr. J. Ybrdaro,. "die- den eersten stoot heeft gegeven tot de oprichtiqg van een gedenksteen ter eore van Constanten Huygens, zal by de onthulling van dat gedenkteeken, 4 September, aan den Ouden Scheveningschen weg de redevoering houden. Mr. W. H. De Beaufort, minister van buiten- landsche zaken, voorzitter van de oprichtings commissie, zal de daaraan voorafgaande bij eenkomst ia het „Hotel de la Promenade" openen. Bevorderd is tot klerk der posteryen en telegraphie 1ste kl.v do klerk 2de kl. J. Meyer, te Leiden. Verplaatst worden met 1 October, de klerk der posteryen en telegraphie lste kl. J. Meyer, van Leiden (postkantoor) naar Gouda (post kantoor); de klerken der posteryen en tele graphie 2de kl. J. Haykens, van Eibergen naar Venendaal; W. De Broekert van Borkeloo naar Leiden (postkantoor) en mej. H. M. Smit, van Barneveld naar Borkeloo. Ten behoeve der militaire bakkery te 's-Gravenhsge is aanbesteed de lavering van 60 000 K.G. harde en 60,000 K.G. zachte tarwe ten behoeve van gemelde bakkery, waarvoor minste inschryver was de heer H. H. Van Waveren, te Hillegom, voor 10.23 per 100 KG. harde en voor ƒ10.42 per 100 K.G. zachte tarwe. De eindcyfers op de gemeente-begrooting van 's-Gravenbage voor het dienstjaar 1898 worden geraamd op circa 5 300,000 of onge veer éón ton minder dan vcor het loopende dienstjaar begroot. De wyziging in de ryks- belastingwetten en vooral do wet tot regcling der gemeenteflnanciên heeft B. en Ws. ge drongen tot het voorstallen van een aanzien- lyke belastingverhooging. De opcenten op de hoofdsom der personeel© belasting zullen van 76 to!i 100 opgevoerd moeten worden en het percentage van den hoofdelyken omslag van 2,6 tot 3,2 verhoogd moeten worden, zynde 0.6 meer dan dit jaar geheven. Verschonen is het „tableau de la troupe" van de Itiliaansche Opera, welke in het komende seizoen te 's-Gravenhage haar boofd- verbiyf zal houden. Het is een eerbiedwaardige lyst van artisten, waarbij nog komen 48 musici, 36 koristen en 16 balletdanseressen. Het geheel staat onder directie van den heer Vincenzo Morghen. De openingsvoorstelling heeft plaats op 26 September in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen te 's-Gravenhage met Gioconda, dramatische opera van Tobia Gorrio, muziek van A. Ponchielli. De erfgroothertogin van Baden, die een vry geruimen tyd in het „Hdtel d' Orange" te Scheveningea vertoefd heeft, keerde heden ochtend naar Baden terug. Zondag avond komt de Siameesche ge zant aan ons Hof, vergezeld van den secretaris der legatie en den heer Loftus, attaché-tolk, in het „Hotel den Ouden Doelen" te 's-Gra- venbage. In de 30ste zitting der Alg. Synode van de Ned. Herv. Kerk, gisteren gehouden, werd o. a. aangenomen een voorstel der class, vergadering van Franeker, strekkende om den kerkeraden de verplichting op te leggen dusgenaamde doopsbewyzen af te geven op franco aanvraag van belanghebbenden. Daarna was aan de orde bet belangrijk rapport over het ontwerp-reglement op het beheer. Dit rapport was samengesteld door de hh. prof. dr.' M. A. Gooszen, dr. A. W. Bronsveld en mr. G. Nauta. Omtrent de meening, als zou in de Ned.-Herv. Kerk en ook vóór haar ontstaan, het bestuur en het beheer altoos volstrekt gescheiden zyo ge weest, wordt in het rapport op historische gronden betoogd, dat deze meening niets meer is dan een legende; dat beheer en bestuur integendeel ten allen tyde in nauwe be trekking zyn geweest en dat de Synode werkelyk bevoegd is, cok zonder wyziging van het Alg. Reg!., tot de regeling van het beheer over te gaan, op de wijze en binnen de gren zen, waarvan hetzelfde Alg. Regl. spreekt. Wat de autonomie der gemeenten in dezen betreft, herinnert htt rapport aan het feit, dat, volgens de tegenwoordige organisatie der Ned. Herv. Kerk, die alleen in deze gezag hebbende is, de plaatselgke gemeenten, wier eigendomsrecht, wat de kerkelyke gosderen betreft, door nieiuund betwist wordt, geen „privaatrecht-lyke lichamen" zyn, die „een eigen wil" kunnen doen gelden, maar deelen van de Kerk, die als zoodanig staan onder de algemeene wet, welke voor de geheele Kerk verbindend i3. Ook de ongegrondheid der grieven, dat men by de ontworpen regeling het algemeen college van toezicht niet geraadpleegd en niet een beroep op de tusschenkomst van den Staat gedaan heeft, wordt aangetoond met een be roep op de geschiedenis. Over dit rapport werden algemeeno beraad slagingen gevoerd, waarna in behandeling kwam de volgende motie van den heer Yan Popta: „De Synode, hulde brengende aan den arbeid van de commissie voor de considera tion over het reglement op het beheer, enz., overwegende, dat door de voorstellen der comm. diep ingrypendo wyzigingen z\jn aan gebracht, spreekt als haar overtuiging uit, dat hierdoor het voorloopig aangenomen reglement het karakter heeft gekregen van een nieuw reglement, waarover de Kerk be hoort te worden gehoord." De motie werd met 15 tegen 4 stemmen aangenomen. De zitting werd daarop opge heven, nadat kennis was genomen van een brief van den heer J. N. Bastert, waarin hy bedankt voor zyne benoeming tot secundus van het lid der synodale commissie mr. Umbgrove. Het bestaande drietal werd aan gevuld met mr. baron W. H. E. Yan der Borcb, ouderling te Chaam, en daaruit benoemd dr. G. A. Hulsebos, te Utrecht. Gistermiddag zyn de regeerende vorst od de vorstin van Waldeck en Pyrmont met den trein van 1.11 uit Apeldoorn te Amsterdam aangekomen, vergezeld door een klein gevolg van twee dames en twee heeren. De vorst en vorstin reden onmiddellijk naar het Paleis op den Dam, alwaar zy werden opgewacht door den intendant jhr. Six, die het gezelschap tot geleide verstrekte door de voornaamste zalen en vertrekken. Het bezoek duurde ongeveer een half uur, waarna de vorst en vorstin naar de Handels kade reden. Op het terrein van de Maat- schappy „Nederland" werden de vorsten ont vangen door den directeur den heer J Bois- sevain en den inspecteur Bakker. Onder hun gel i Ie bezichtigden zy het stoomschip „Prinses Sophie" en maakten daarby een wandeling door de voornaamste gedeelten van het zee kasteel. Hierna werd met een bootje, de „Adeh", een tochtje over het IJ gemaakt, hetgeen echter om den regen niet lang duurde. Yan daar maaktö bet gezelschap een ryroer door de stad, o. a. door de St.-Anth. Breeatraat en Jodenbreestraat, en werd een bezoek ge bracht aan het panorama Nova-Zembla in de Plantage Middenlaan. Het bezo9k geschiedde in strikt incognito. Ten slotte werd nog een bezoek gebracht aan htt restaurant Krasnapolsky. Des namiddags vertrokken de vorst en vorstin weder n.u»r Aptliooin, zoodat zy reeds aan het diner op Höt Loo terug waren. {N. v. d. D.) Men meldt uit Arnhem: Allerwegen is men in de weer om de ontvangst onzer Koninginnen zoo schitterend mogeiyk te doen zyn. De regelingscommissie van de Geldersche tentoonstelling van ny verheid en handel hoeft de noodige maatregelen genomen ter hand having van de orde tydens hot bezoek aan de tentoonstelling. Dit is te meer noodig, wanneor men in aanrm.rkiDg neemt, dat op bet landgoed „Sonsbeek" de beste gelegenheid is om de Koninginnen te zien, zoodat de toe loop zeer groot zal zyn. Het koninkiyk rijtuig zal de helling op tot voor den hoofdingang ryden; publisk wordt gedurende het bezoek niet in het hoofdgebouw toegelaten. Naar de „Arnh. Ct." verneemt, zal een groot kinderkoor van 800 jongens en meisjes, onder leiding van den heer E. G. Wyers, op de Groote Markt, tydens het verblgf van HH. MM. de Koninginnen in het stadhuis eonige feestliederen zingen. De meeste bewoners der Ketelstraat hebben besloten, a. s. Zaterdag na één uur hunne magazijnen te sluiten. Ook de Rynstraat wordt prachtig versierd. De obelisken aan den ingang der Rogge straat zullen niet vanwege de gemeente, maar door de inwoners van genoemde straat wo&4en opgericht. Koninginnedag zal ook te Sliedrecht feesteiyk worden gevierd. Behalve dat Floralia hare bloemententoonstelling zal houden en daaraan als gewooniyk een kinderfeestje zal verbinden, is tegen dien dag een ringrydery uitgeschreven van paren, uitsluitend in deze gemeente woonachtig. Een en ander zal door muziek worden opgeluisterd. Het verlof naar Nederland van den Isten luit. der infanterie J. J. Diemont, van het O.-I. leger, is nogmaals met zes maanden verlengd. Naar wy vernemen, is de luit.-generaal Hennus, inspecteur der infanterie, gister ochtend door eene plotselinge, ernstige onge steldheid aangetast, NR. C.) Op hoog bevel zal de stafmuziek van het 5de reg. inf. uit Amersfoort, onder directie van den heer G. K. G. Van Aken, gedurende het diner op 31 dezer een muziekuitvoering geven ten Koninklijken Paleize „Het Loo." De adelborsten der lste klasse L. L. F. De Greve, G. Duyckinck Sander, Ph. De Kan ter, E. A. W. Van Riemsdijk, W. Bosch en de adjunct-administrateur P. A. Kempen, allen dienende aan boord van Hr. Ms. instructie- schip „Nautilus," worden men 28 Augustus a. s. op non activiteit gestold. Hr. Ms. fregat „Johan Willem Friso," onder bevel van den kapitein ter zee W. G. Van Nes, en Hr. Ms. pantserschip „Kortenaer," onder bevel van den kapitein ter zee M. F. Tydeman, zyn 26 dezer tor reede Tessel aan gekomen. Blykens te Nymegen ontvangen tele- graphisch bericht uit Indië is de luitenant adjudant der koloniale reserve A. W. Brunt bevorderd tot kapitein. De verzending van brievenmalen en pak ketten met de stoomschepen van den Konink- ïykön West-Indiscben Maildienst zal, in ver band met de uitbreiding van de vaart dier stoomschepen tot oen dienst tweemaal 's maande, te rekenen van 1 September a. s. uit Amster dam den Isten en 15den van elke maand plaats vinden. By den Raad van State, afd. voor de geschillen van bestuur, zyn gisteren inge komen acht koninklyko besluiten, waarby ongegrond worden verklaard de bezwaar- scbri ten tegen de regeling van het peDsioen van: B. W. H. Klandermans, gepens. adj.- onderofficier te Leiden; C. Wi:rda, gepens. korporaal te Joure; J. H. Yenekamp, tydelyk gep ns. soldaat te Smilde, J Bakker, gep ns. sergeaöt; K. Hofkamp, gepens. adj.-onder officier, dienstdoend officier van het 2de reg. veld art.; en H. A. Ru68er, gepens. kapitein te Vlissiagen; alsmede de bezwaarschriften tegen de afwyzende beschikkingen op de aan vragen om pensioen van J. Smit, gewezen (tydel. gepens.) élève-muzikant, te Amsterdam, en W. Yan den Dobbelsteen, gewezen milicien. Te Leeuwarden is een cursus opgericht tot opleidiDg voor de hoofdakte. Er zyn vyf leeraren aan verbonden, waaronder een cand. litt. neeri. en twee met middelbare akte De deelnemers betalen een bedrag afhan- kelyk van hun aantal. De leeraren genieten een vast honorarium. Het voordeelig saldo wordt by het einde van den cursus onder ae deelnemers verdeeld. Do cursus wordt geleid door een bestuur, gekozen uit deelnemers en leeraren. Onderwyzers met hoofdakte kunnen als toehoorders deelnemen. Reeds zyn 32 deelnemers toegetreden. Het stoomschip „Burgemeester Den Tex", vaD Amsterdam naar Batavia, vertrok 25 Augustus van Suez; de „Kaïser," van Oost- Afrika naar Vlissiogen en Hamburg, vertrok 23 Aug. van Napelsde „Koomgin-Regentes" vertrok 25 Aug. van Batavia naar Amsterdam; de „Obdam" arriveerde 25 Aug. van Nieuw- York te Rotterdamde „Prinses Maria", van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 25 Aug. te Genua; de „Soenda", van Batavia naar Amsterdam, vertrok 24 Aug. van Padang; de „Yoorwaarts" vertrok 25 Aug. van Amster dam naar Batavia. Alfen: De Commissaris der Koningin in deze provincie zal Vrydagmorgen kwart over negenen de gemeente Alfon bezoeken, kalfelf te Aarlanderveen zyn en halftwaalf zich be vinden ter secretarie der gemeente Oudsboorn. Door de vtrschillende burgemeesters ls ge publiceerd, dat de Commissaris der Koningin voor de gemeentenaren op bovengenoemde tydstippen zal te sproken zyn. Katwyk aan Zee: Gistoren werd alhier een party pekelhariog in publieken afslag gebracht en verkocht, volle voor ƒ19.10 en maatjes voor ƒ15 per ton. Noordwyk: De machine der tram, die om 5.36 van bet strand vertrekt, ontspoorde gistermiddag even voorby Huis ter Duin, zooder persoonlyke ongelukken te veroorzakeu. Hoe wel de locomotief na geringen tyd met eigen hulpmiddelen weer in de rails was gebracht, kwam deze tramtrein te vervallen. Het latere, gewone verkeer had weer geregeld plaats. Oegstgeost: De 20jarige schilder P. Van der Weyden is van het steiger van een der gebouweu van het krankzinnigengesticht „Endegeest" gevallen en heeft zich inwendig ernstig bezeerd. - Tot taxateurs voor do militaire paarden in deze gemeeDte zyn door B. en Ws. be noemd de bouwliedenD. Van der Putten, A. Juffermans en P Kromhout en tot hunne plaatsvervangersTh. Rietmeyer, A. Van der Hulst en C. Duivenvoorde. - Tot kerkvoogd by de Ned.-Herv. ge meente alhier is in de plaats van den heer A. Blankestyn gekozen de heer P. W. De Jong. Zegwaard: By het onweder, dat Woens dag-namiddag omstreeks 3 uren zich boven deze gemeente ontlastte, is de bliksem gesla gen op het huis van den heer P. M. Lammens, waardoor eenige dakpannen werden verbryzeld zonder verdere schade te veroorzaken. Zwammerdam: Door den Raad der ge meente alhier is met ingang van 23 Aug. 11. aan den beer E. G. Drenth, hoofd der open bare school No. 1, tot herstel van gezondheid een verlof verleend van drie maanden en. is i) „Die pendule heeft styl, mynheer, geheel uit den tyd." Ja, de pendule had styl, zuiveren styl Louis XIV, met haar eenigszins popperige bevalligheideen vergulde Amor op een Romeinscb wagentje, met twee duiven er voor gespannen, die hy mende. „Daar twyfel ik niet aan, juffrouw, maar ik heb geen lust haar te koopen." Arm oudje l Ze had zoo lang geaarzeld vóór ze er toe over kon gaan dit voorwerp te verkoopen, dat haar zoo dierbaar was ge worden, nu zy het vyftig jaar lang dageiyks gezien had. Hoe had zy er toe kunnen be sluiten? Ze wist het zelve niet. Tranen biggolden langs haar gelaat. Was het van armoede of om de vernedering van de pendule, haar ge liefde vriendio, die al de uren, welke ze zich herinnerde, aangewezen had „Dus ze bevalt u niet, mynheer?" „Dat zeg ik niet, maar ik koop hoofd- zakeiyk schilderyen, porselein en houtsnij werk. Maar," voegde de heer Lefèvre er aarze lend by, „als u in verlegenheid is, als u een weinig bystand noodig heefr, wil ik u graag...." „Ik vraag niet om een aalmoes, mynheer." „Misschien hebt u nog andere curiosi teiten.... „Zou ik eens by u mogen komen?..." „O neen, niet by myl" Hy keek haar verwonderd aan. „Niet? Maar waar kan ik dan de rariteiten, die u nog hebt, te zien krygen?" „Ik zal ze u brengen, mynheer." Een verdenking kwam op in het brem van Lefèvre. „Zou zy ze gestolen hebben?...." Hy sloeg de oogen op en beschouwde oplot- tend het zachte gelaat, regelmatig ovaal, met de heldere oogoneen gelaat, doorsneden met diepe rimpels, zooals tranen alleen ze graven. „Neen," dacht hij, „dat is geen one&rlyke vrouw.'* „Geloof me, juffrouw, u kunt op myn be scheidenheid rekenen." Hoofdschuddend antwoordde zy: „Neen, komt u liever Diet. Ik heb nog een kleine snuifdoos Louis XV. Wenscht u ze te zien?" „Zeker, komt u maar eens daarmee by my, maar geef my uw adres op, als ik eens een boodschap aan u bad." Met zichtbare moeite sprak ze zacht: „Rue Yanneau 149." Toen pakte ze de pendule in, nam ze met zorg, met moederlyke teederheid, op, groette en ging heen. Myoheer Lefèvre volgde haar met de oogen. Ze liep den boulevard Haussman af, trippe lend, oen weinig gebogen; uitwykend voor de lytuigen, glipte ze tusschen de menschen door. Spoedig was ze verdwenen, opgegaan in den stroom van menschen. Toen begaf Lefèvre zich uit de wachtkamer naar het salon. Het was een groot, wonderiyk versierd vertrek, vol kostbaarheden van allerlei aard. De muren en de kasten schitterden van porseleio. De parel der verzameling was een schotel van Bernard Palissy, een beroemd stuk. Mijnheer Lefèvre ging naar een vitrine, waarin op rood fluweelen grond Saksisch porselein, kistjes en miniaturen een kostbaar mozaïek vormden. De verzamelaar mompelde: „Als haar snuifdoos my bevalt, krijgt die hier een plaatsje." Mjnheer Lelövre is een oude vryer, by wien éón zéér hevige hartstocht al de ander^i buitensluit. Hy houdt te veel van zyn rariteiten, om eenigo andere genegenheid te kunnen gevoelen. Zyn kunstvoorwerpen maken zyn familie uit. Hy gaat weinig uit en slfot zyn leven in overpeinzingen. Somtyds be kruipt hem wel een heimeiyk berouw over zyn zelfzuchtig bestaan. En om zyn geweten tevreden te stellen, zendt hy telkens, als hy een nieuw meesterstuk koopt, een groote som gelds naar het armbestuur. Hy gaat door voor een zonderling; in werkelykheid is hy een kunstenaar, even beschroomd als weldadig. Die snuifdoos van Louis XY wilde hem niet uit het hoofd. Het oudje had geen dag bepaald; wanneer zou ze terugkomen? Hy wachtte óén dag, twee dagen. Rue Vanneau 149; hy kon er licht eens heeDgaan. "Waarom wilde die onbekpnde vrouw toch niet, dat hy by baar zou komen? Een gril van een behoeftig oud mensch, die nog trotsch wa3Zyn nieuwsgierigheid groeide aan en werd onwederataanbaar. Mijnheer Lefèvre ttreed er niet meer tegen; hy ging uit, riep een straatrytuig aan en gaf den koetsier het adres: Rue Yanneau 149. Het rytuig hield stil voor een eenvoudig, maar net huis. Maar naar welken naam moest hy vragen? Lefèvre wist het volstrekt niet. Hy sprak den portier aan en beschreef hem het uiter ïyk der vrouw. „Een oude vrouw met wit haar, zegt u?. Zoo iemand kennen we hier niet"Wacht eens. Misschien spreekt u van Suze, de meid van de gravin d'Ars?" „Dat zal ik eerst kunnen zeggen, als ik haar gezien heb. Op welke verdieping woont ze, die Suze?" „Op de vyfde." Vlug ging hy naar boven, schelde en de deur ging open. In de opening verscheen het vermagerde gelaat, de kleine, tengere gestalte, die Lefèvre zocht. „"Wat, u hier, mynheer? O, dat hadt u niet moeten doen." Hy kreog een kleur. „Maar waarom is u dan ook niet by my gekomen?" „Ik heb er nog geen tyd voor gehad." „Wilt u me uw kostbaarheden laten zien?" „Neen." „Koml" Schouderophalend antwoordde zy„Ik heb nog maar een behangsel, maar het is in movrouws kamer." „Zou uw meesteres me veroorloven het even te zian?" „Mynheer, ik begryp niet hoe u zóó kunt aanhoudon." „Kom, juffrouw Suze, doe het maar! U weot wel, dat ik niat opzie tegen den prys, als de zaken me aanstaan." „Nu dan, ik zal u binnenlaten. U moet dan aan mevrouw de gravin zeggen, dat u een vriend van haar overleden man zyt geweest, anders ontvangt zy niemaDd. U moogt u ov^r niets verbaasd toonen, haar in niets tegen spreken en geen woord over my zeggen." En terwyl hy haar verbaasd aankeek, duwde zy hem in een kamer zonder gordynen, waarin een vrouw zat, zóó oud, dat zy een overbiyf- sel uit een vorige eeuw leek. „Mevrouw de gravin," zei Suze, „daar is mynheer Lefèvre, een vriend van mynbeor de graaf." Een vriend van mynheer de graafl Hoe zou Lefèvre die rol kunnen spelen? De oude douairière was opgestaan en maakte een buiging van vóór de revolutie. Zwak en tenger als ze was, deed ze denken aan die bladeren, die in het rajaar bibberen in dem wind, die ze zal afplukken. „Mynheer," zei zo, „ik heb niet het genoogon u te zien, maar het zal my een genot zyn u van myn man te hooren spreken." Zy was dus blind, die gravin. Hy slaakto een zucht van verlichting. „Ik ben u zeer verplicht, mevrGuw," mompelde hy. „Waar heeft u den graaf d'Ars ontmoet?" De anders kalme Lefèvre had lust om „nergens!" uit te schreeuwen en zich met een verwensching uit de voeten te maken. „Ik heb hem ontmoetzonder juist te kunnen zeggen waar Slot volgt.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1