N°. 11484
Woensdag 4 Augustus.
A0. 1897
feze (gcurant wordt dagelijks, met uitzondering
van §on- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 3 Augustus.
Feuilleton.
CILBERTE.
DA&BLAD.
iPBUS DEZER COURANTE
Toor Leiden per 3 maanden, ..#-*» *r 1.10#
Franco per poet 1,40*
Afzonderlyke Nommere 0.06.
PBUS DEB ADVEBTEMTIËN;
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel méér f 0.17J. Groolere
letters naar plaatsruimte. Vper het incasseoren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Evenals tien jaren geleden, toen de heer
J. A. Loügepee veertig jaren hier ter stede
als chirurg gevestigd was, ging de dag van
heden, na by zyn gouden jubileum als
zoodanig mag herdenken, geenszins onopge
merkt voor hem voorby. Ook thans mocht
b|j vele en velerlei zoowel stoffelijke als andere
blijken van belangstelling ontvangen. Ver
schillende corporaties, waarmede hy in be
trekking staat, collega's en tal van patiënten
en vrienden maakten öf by hem hunne op
wachting df boden hem op andere wyze
andermaal hunne hartelyke gelukwenschen
aan, vergezeld van keur van bloemen. Ook
de afdeeling Leiden en omstreken van de
Nederlandsche Maatschappy tot bevordering
der Geneeskunde bleef niet achterwege.
Yan gan8cher harte zullen allen zich met
ons vereenigen met de welgemeende woorden,
welke den algemeen geachten jubilaris ook
voor zyn verder, zy bet ook reeds vry gevor
derd, levenspad werden toegesproken.
- Voor het examen Engelsch lager onder-
w\js is geslaagd de heer J. F. Rinkema, van
Leiden.
- Hedenmorgen om acht ujenzyn de beide
battelyen van het tweede reg. veldarti 1 rie,
alhier in garnizoen, naar de legerplaats bij
Oldebroek vertrokken. Zy passeerden hier in
de stad van uit de Doelenkazerne de Varken
markt, Noordeinde, Rapenburg, Do^zastraat
(omdat d) rails der Hoogewoerdsbrug ver-
Dieuwd worden), Plantsoon en vervolgden over
den Hoogen Ryndyk den weg naar Utrecht.
Zy werden uitgeleide gedaan door de staf-
muziek van het vierde regiment infanterie.
Met de batteryen uit 's-Gravenhage, onder
kolonel J. F. Diemer, worden ze van 6 tot
14 dezer gedetacheerd in genoemde legerplaats
tot het houden van schietoefeningen.
- Te Zutfen is benoemd tot leeraar in de
plant- en dierkunde aan het gymnasium en
de H. B.-School de heer H. D. Tjeenk Willink,
doctorandus te Leiden; id. in de Hebreeuwsche
Htaal aan het gymnasium, dr. H. W. Ph. E.
Van den Bergh van Eysinga; id. in de Ned.
taal en letterkunde aan het gymnasium, de
hetr K. O. Meinsma, thans tijdeiyk leeraar.
- Onlangs kwam in ons blad oen ?rtikel
voor betreffende het seminarie Hageveld by
Voorhout, dat in 1871 werd vergroot. De
naam van hem, aan wien dat werk werd
opgedragen, was echter verkeerd gespeld, en
moest niet zyn die van den heer Zuidgeest,
maar van nu wyien den heer B. Zuidhof,
aannemer to Haarlem.
- Te '8-GraveDhage is overleden de ge-
pensionneerde kapitein-1 r-zeo H. B. Kip,
oud-gouverneur van Curagm en onderhoorig-
heden, ridder van de Militaire Willemsorde
cn van d6n Nederlandschen Leeuw.
De teraardebestelling zal plaats hebben
morgen Woensdag, des voormiddags te 11 uren,
van bet sterfhuis, Celebesstraat 44, ter be
graafplaats „Nieuw Eyk en Duinen."
- Ter gelegenheid van den verjaardag van
H. M. de Koningin Regentes wapperde te
Apeldoorn en Het Leo van schier alle wonin
gen de vaderlandsche driekleur. Des morgens
te 9 uren bracht het Apeldoomsche muziek
corps „De Harmonie" voor het paleis een
aubade, welke aanving met het spelen der
melodie van psalm 134. De beide Vorstinnen
stonden voor een der ramen van de audiëntie
zaal; HH. M.M. begroetten de menigte voor
het paleis en onderhielden zich enkele oogen-
blikken met de bestuurders van het muziek
gezelschap.
Den geheelen dag regende het telegrammen
en gelukwenschen. Een extra-trein van de
Holl. IJzeren-Spoorwegmaatschappy, bestaande
uit twee salonrytuigen en eemgegewone
waggons l8te klasse, vertrok gistermiddag
te 1 uur 43 minuten van Den Haag naar het
Loo met een 12-tal dames en heeren van de
Hofhouding, die genoodigd waren tot deel
neming aan het gastmaal, gevolgd door een
feestavond, welke ten Hove plaats hadden.
De ministerraad heeft langs schriftelyken
weg H. M. met Haar verjaardag zyn geluk
wenschen aangeboden. Des middags reden de
Koninginnen zeer langzaam door het dorp.
Gedurende het diner speelde het muziek
corps van het 6de regiment infanterie van
Amersfoort op het bassecour.
In het dorp werd gisteravond een volks
concert gegeven door „De Harmonie".
De viering van d9n verjaardag der Regentes
werd in de residentie ditmaal, in tegenstelling
met vorige jaren, besloten met eon groot vuur
werk op het Malieveld, in stede V3n een illu
minatie in het Bosch Het slaagde over het
algemem uitstekend en droeg, vooral wat
kleurenmengeling betrof, een fijn cachet. De
hoofdnummers, twee malen de naamcyfers der
Regentes, gedekt door de koninklyke kroon
en met lauweren omkranst, werden uitbundig
toegejuicht en met het spelen der volksliederen
begroet. Humoristische voorstellingen van twee
worstelaars en twee gedresseerde olifanten
wekten veel vroolykheid.
De openbare lands- en stadsgebouwen
prykten met de gewone gas- of vetverlich*
tingen, ook enkelo magazynen waren keurig
verlicht.
Het Kurhaus was keurig versierd en zoo
wel het orkest als de jeugdige pianist Stem
de! bracht door volksliederen hulde aan de
verjarende Vorstin.
In de zitting van gisteren der Synode
van de Ned. Herv. Kerk werd door de ver
gadering een telegram van gelukwensching
aan Hare Majesteit verzonden, terwyi door
den voorzitter een woord van hulde aan Haar
werd gewyd.
Aan de orde waren verschillende missives
van J. Biemond c. s. te Nieuw-Vennep, in
zake moeilykheden, ontstaan door de ver
andering der grensscheiding tuSschen de ge
meente Kage en Niouw-Vennep. Besloten
werd met wyziging van het synodaal besluit
omtrmt bedoelde grensscheiding van 1894 te
bepalen, dat de renten van het kapitaal tot
zelfstanaigmaking van Abbenes, in het belang
van dit ladtste gedeelte vaD Nieuw-Vennep
zal gebruikt worden, en dat voorts in deze
buitengewone omstandigheden, een subsi ie
ad ƒ500 uit het fonds ter voorziening in de
geestelyke behoeften, ten behoeve van een
godsdienstonderwyzer te Abbenes, aan Nieuw-
Vennep zal worden toegekend, behalve een
toelage van 150 voor het overige van dit jaar.
Een verzoek van den riüg van No^rdwyk
om dispensatie van Art. 23 Regl. op de
vacaturen voor de gemeente Kage, werd toe
gestaan voor den tyd van een jaar. Een gelyk
verzoek van den ring Batenburg voor de
gemeente Pufiyk en Leeuwen werd aange
houden, aangezien de stukken ni9t in orde
waren.
In de gisteren gehouden vergadering
van den gemeenteraad van Delft werd corvol
ontslag verleend aan den heer J. N. Verschoor
als directeur der back van leening en hem
een pensioen toegekend van ƒ1160; in ver
band met dat ontslag werd besloten den
eersten ambtenaar C. D. Mension op een
salaris van 1200 zonder meer tydelyk met
de waarneming te belasten, tot het organi
satieplan der bank van leening is tot stand
gekomen.
Dr. A. Bester Jz. werd voor den cursus
1897/98 ontheven van het geven van lessen
in de natuurlyke historie aan de H. B.-school.
De verorderiDg tot regeling van hetonder-
wys op den handelscursus en de invordering
van het schoolgeld werd vastgesteld.
Het voorstel lot het bouwen van een nieuwe
school op een terrein aan de Doelenstraat en
tot vergrooting der school No 2b werd aan
gehouden Hét rapport der commissie betref
fende de regeling der jaarwedden van de leer
aren aan het Gymnasium werd zonder discussie
aangenomen.
Het stoomschip „Prins "Willem III", van
Amsterdam naar West-Indiê, passeerde 31
Juli Ouessant; de „Bundesrath", van Hamburg
en Antwerpen naar Oost-Afrika, arriveerde
2 Aug. te Port Said; de „Generaal", van
Oost-Afrika naar Vlissingen en Hamburg,
vertrok 31 Juli van Marseille; de „Kaiser"
vertrok 1 Aug. van Majunga naar Vlissingen
en Hamburg; de „Koningin Wilhelmina," van
Amsterdam naar Batavia, arriveerde 3 Aug.
te Genua.
Op „Nieuw Eyk en Duinen" by Den Haag,
in tegenwoordigheid zyner talryke vrienden,
had gisteren de begrafenis plaats van de gep.
luit. kolonel, oud-chef van den telegraphischen
dienst in Nederl. Ir.dië, Friedrich Carl Ernst
Meyer.
Geboren te Keulen in 1833, bereikte hy
den leeftyd van 64 jaren.
Als cadet te Beriyn in dienst getreden,
werd Meijer in 1850 bevorderd tot Port d'Epóe-
F&hnrich by het 18do Pruisische infanterie-
regiment, en legde in 1852 het officiersexamen
af. In 1854 nam hy ontslag uit don Pruisi-
schen dienst en begaf zich naar Ned.-Indië.
In 1861 werd hy aldaar benoemd tot 2den
luit. der inf., in 1867 bevorderd tot lsten luit.,
in 1874 tot kapitein, in 1882 tot majoor en
in 1886 tot luit. kolonel, waarop hy, op zyn
verzoek, in 1888 eervol uit den militairen
dienst ontslagen werd.
In 1874 werd Meyer genaturaliseerd als
Nederlander, en tot zyn dood had hy zyn
nieuw vaderland, dat hy niet heeft willen
verlaten, lief.
Byna zyn geheelen diensttijd bracht by
door by den topographischen dienst, wa rvan
by een sieraad uitmaakte, en waaraan by
gewichtige diensten bewees.
In verband met dezen werkkring was Mey ?r
selert 1876 geplaatst by den generalen staf
van het Ned. Indische leger.
In 1859 maakte hy de Bonische expeditie
mede, en ettelyko jaren bracht hy op het
oorlogsveld, in Atjeh door. Hoe hy zich daar
wist te onderscheiden bewyzen de koninklyke
belooningen, die hem ten deel v iff en.
B9 overledene was een edel meDSch, hoog
gewaardeerd in een uitgebreiden vriendenkring.
Hy was versierd met de Militaire Willems
orde 4de kl., den Nederlandschen Leeuw en
do eeresabel.
De Internuntius is Zaterdag-avond in
de residentie teruggekeerd. Gisteren woonde
Mgr, varnassi een kerkelyke plechtigheid te
Rotterdam by.
De heeren mrs. T. G. H. Reitsma en J.
Ph. Castendyk zyn gisteren voor den Hoogen
Raad beëedigd als advocaat-generaal, resp.
by het gerechtshof te 's Gravenhage en by
dat te 's-Hertogenbosch.
Als advocaat en procureur by den Hoogen
Raad is gisteren beëedigd mr. L. A. Micheels,
te 's Gravenhage.
Prof. G. Ruge, hoogleeraar in de anatomie
te Amsterdam, heeft, naar het „N. v. d. D
meldt, de benoeming tot hoogleeraar aan de
universiteit te Zürich als opvolger van prof.
Stóhr, die naar Würzburg gaat, aangenomen.
Prin3 George van Saksen, broeder van
den koning van Saksen, is gisteren met prin
ses Mathilde, zyn dochter, in Den Haag aan
gekomen. Beide vorstelyke personen werden
opgewacht en verwelko md door de te Scheve-
ningen vertoevende vorstin van Hohanzollern-
Sigmaringen, van wie zy familieleden zijn en
cie den prins en de prinses in haar equipage
naar Schaveniugen geleidde, alwaar zy af
stapten in een der villa's behoorende tot het
„Hotel Kurhaus." Prins George van Saksen,
aie den leeftyd van ongeveer 65 jaar bereikt
heeft, is generaal-veldmaarschalk in het keizer-
ïyke leger van Duitschland.
De prinsen en prinsessen, die Zondag te
Scheveningen zyn aangekomen, zyn: prinses
Augusta Victoria, prins Freaerik Victor en
prins Frans Joseph van Hohenzollern Sigma
ring en kinderen van den erfprios van dit
vorstendom. De beide prinsen 2yn tweelingen,
geboren 30 Juli 1891 en hebben dus Vrydagjl.
hun 6de levensjaar bereikt. De prinses is 7 jaar.
De gemeenteraad van Marken heeft be
sloten, een adres te richten aan H. M. de
Koningin Regentes ter verkryging eener
telephonische verbinding van Marken met den
vasten wal. Verder werd besloten, afschriften
daarvan te zenden aan Ged. Staten, en aan
de gemeentebesturen van Edam, Enkhuizen,
Hoorn, Huizen, Maassluis, Monnikendam en
Vlaardingen, met het verzoek, dit adres te
steunen.
De gemeenteraad van Gorkum heeft aan
den heer H. L Hoykoop, op diens verzoek,
eervol ontslag verleend als leeraar in de Hoog-
duitsche taal- en letterkunde, alsmede in het
schoonschryven aan de „H. B.-School en in
de Hoogduitsche taal aan het Gymnasium
aldaar. Tevens werd besloten hem voor éón
jaar een toelage van 600 toe te kennen.
Hr. Ms. flottieljevaartuig „Edi," onder
bevel van den luitenant ter zee lste P. A.
R. Hennequin, is 2 dezer te Colombo aange
komen.
A 1 k e m a d eVolgens publicatie ligt ter
gemeente-secretarie ter inzage een ly6t, als
bedoeld in art. 4 2 der Wet op de Pers.
Btl. en art. 1 van het Kon. Besluit van 18
Dec. 1896 (Stsul. No. 223), inhoudende, dat
van do St.-Pancratius-Vereeniging te Roelof-
Arendsveen, B 137, geen pers. belasting naar
den lsten, 2den en 3den grondslag zal wor
den geheven.
Nieuwe -Wetering: Alhier kreeg de
25-jarig3 zoon van den veehouder E. Blonk,
terwyi hy wilde inspannen, van het paard
ean hevigen trap tegen het hoofd, dat daar
door zwaar letsel ontving. De toestand van
den gekwetste is naar omstandigheden vry
bevredigend.
Sassenheim: Woaredag 4 Augustus,
des namiddags te één uur, zal ten Raaahuize
gelegenheid bestaan tot kostelooze inenting.
Zoeterwoude: Onder het vee van J.
W. Van Stalduinen hooft het mond en klauw
zeer een offer geëisebt; een pinkstier van
genoemden landbouwer is aan die ziekte be*
zweken. Het cadaver 'is reeds ondc-r politie
toezicht en op last van den districts-veearts-
plaatsvervanger begraven. De ziekte is in deze
gemeente nog niet geweken; het doen van
aangiite van ziek vee vermindert evenwel
sterk.
Brieven uit Bayreuth.
Wanneer ooit eene verplichting zwaar
drukte op hem, die ze op zich genomen had,
dan is 't die van voor de lezers uwer courant
te schryven over de opvoering van „Parsifal",
gisteravond.
Wat valt er te vertellen van een byoa
volmaakte voorstelling, van een kunstwerk,
grootscher en verhevener dan er ooit een ge-
geschreven werd? Van een kunstwerk, dat ons
allen, die daar nederzaten in den tempel te
Bayreuth, nederdrukte door de macht van
zyn groote schoonheden, en tevens hemel
hoog verhief boven alle aardsche lied en
vreugd door die wydende kracht, die alleen
aan volmaakte kunstwerken, door 't genie ge
schapen, eigen is?
Doch, de. belofte is gedaan: ik wil daarom
trachten in 't kort weer te geven, hoe het
heerlykste van alle dramatisch-muzikale kunst
werken ons gisteren werd voorgevoerd.
Had men my onmiddellyk na de voorstelling
gevraagd: hoe zong Parsifal? hoe actetrde
Kundry? was 't orkest, was 't koor goed?ik
had er niet op kunnen noch mogen antwoor
den. De eerste indruk was zóó overweldigend,
de storende momenten zóó zeldzaam en van
zóó weinig gewicht tegenover het heeriyk
schoone, ons geboden, dat er slechts óéu
indruk te constateeren valt- dien van een
ongekend kunstgenot. Een kunstgenot, zooals
alleen Bayreuth ons geven kan.
12)
„Waarmede ge my een grooten dienst hebt
bewezen, beste vriend 1" riep de jonge man
uit. „Hoe zal ik u daarvoor genoeg kunnen
danken?Ja, gy hebt goed geraden
ik moet zeer voorzichtig zyn, maar ik kan u
zweren, dat het hier geen staatkunde betreft.
Zeg my echter, bid ik u, wie het is, die my
laat nagaan?"
„Een afgevaardigde van de uiterste linker-
zyde, die gaarne van zich wil doen spreken.
Een opgewonden democraat, die echter zeer
weinig beteekent: Courcierl"
„Alle duivels 1 Maar waarom stelt hy een
onderzoek naar my in?"
„Hy wil slechts weten, wie en wat gy zyt,
van waar gy komt en wat gy in den zin
hebt. Hy is een domkop, die zich verbeeldt,
dat de geheele wereld zich met zyn onbe-
duidenden persoon bezighoudt en die voor
zichzelven de politie vreezende en hatende
als den dood, het niet beneden zich acht,
tegen aüderen zich van haar te bedienen.
Wat zal ik nu aan dat heerschap zeggen?"
„Dat ik Gervais heet en in de Spontini-
straat een rustige woning heb gehuurd, om
daar ongestoord de staathuishoudkunde te
hestudeeren."
„Goed! Maar bega geen onvoorzichtigheden,
opdat ge ons niet in ongelegenheden brengt."
„Daar kunt ge op rekenen.... nogmaals
dank."
Courcier was geheel en al gerustgesteld,
toen hy vernam, dat de nieuwe huisbewoner
werkeiyk Gervai3 heette en zich met ernstige
studie bezig hield. Hy bekommerde zich dan
ook in 't geheel niet meer om hem, totdat
hy op een Donderdagmiddag, tegen vier uren,
den jongen man ten tweeden male op de
binnenplaats van het huis ontmoette, die zich
niet tevreden stelde met hem te groeten, maar
hem op een eerbiedigen toon aansprak.
Mynheer de afgevaardigde," zeide hy met
een buiging, die tegenover een gekroond hoofd
voldoende zou geweest zyn, „ik weet niet
of ik de eer heb door u herkend te worden?
Ik heb reeds eenmaal het genoegen gehad
met u in gezelschap te zyn en zoo ik my
verstout u aan te spreken, dan is dit, omdat
ik my overtuigd houd, dat iemand van uw
talent zich niet met minachting zal afwenden
van een pas beginnende en niet uit de hoogte
neerziet op anderen, die werken willen, welke
geringe resultaten dit in den aanvang ook
oplevert."
Courcier richtte zich in zyn volle lengte
op en antwoordde met een stem alsof hy
tegen zyn kiezers sprak: „Ik zie, dat gy my
kent, jonge man. Ja, ik stel belang in allen,
die werken willen, en vooral in pas beginnen-
den waarmede kan ik u van dienst zyn?"
„Ik ben met een veelomvattend werk over
het communisme begonnen, en wetende, dat
gy een aanhanger van de zuivere leer zyt,
had ik den geheimeu wensch, u omtrent
enkele zaken te raadplegen, ten einde geen
aanleiding te geven, dat yverige tegenstanders
zich van myn zwakke punten tot tegenspraak
kunnen bedienen."
De blikken van den geesteiyken erfgenaam
van Blanqui rustten met welgevallen op den
jongen man en hy antwoordde ditmaal op
vriendelyken toon:
„A zoo, jongmensch, gy schryft over het
communisme? Een onuitputtelyk onderwerp,
een werk, dat geniale gaven vereischt
„Dat is oók de reden, waarom het my
't best voorkwam u om raad te vragen."
„Ja, aan my, dat is ook zeer goed; maar
hoe jammer, dat gy den „vader" niet hebt
gekend! Die man bezat een hoofd, een geest,
zooals geen tweede bezit l"
„Maar nu hy er niet meer is
„Ja, ja, ik weet welik mag gerust
zeggen, dat ik de eenige ben, die zyn ware
leerstellingen zuiver en onvervalscht kan
weergeven, ja, de eenige waDt er zyn ver-
metelen maar wat doet dat er ook toe
Ik wil u aanhooren ik ben de apostel van
de collectivisti8che denkbeelden en mag u
dus myn hulp by uw werk niet onthouden.
Zoek my morgenochtend tegen elf uren in
de Kamer op, daar kuonen wy ongestoord
spieken. Laat my door een der bedienden uw
kaartje brengen."
„Hoe zal ik u voor uw vriendeiykheid
danken?"
„Bedank my niet. Het is mtJn plicht u te
helpen, waar gy evenals ik de zaak van
den vooruitgang van het menschdom voor
staat."
Met een beschermende handbeweging groette
hy den jongen man en trad zyn woning
binnen.
Dien avond aan tafel was Gilberte zeer
verbaasd haar vader plotseling te booren
zoggen
„Ik heb van middag den heer Gervais ont
moet en hem ook gesproken het is een
flink jongmensch, met voortreffeiyke begin
selen het zou my niet verwonderen, wanneer
hy een goede toekomst te gemokt gaat."
Het jonge meisje vroeg zichzelve af: „Hoe
zou hy het toch aangelegd hebbeD, om papa
voor zich te winnen? Hy moet wel zeer by
de hand zyn en my oprecht liefhebben, want
dat hy dezen stap gewaagd heeft, om my
nog eens weer te kunnen zien en spreken,
wordt my hoe langer hoe duidelyker. Wie
weet, misschien valt hy wel zeer in papa's
smaak. Zyn gezicht stqnd zoo vriendelyk,
toen hy van hem sprak 1"
Zy voelde zich dien avond byzonder vrooiyk
en gelukkig.
In dien tusschentyd bevond Henri zich in
zyn kamer in de rue de Presbourg, waar hy
ingespannen zat te studeeren in Proudhon
en Cabet, want by moest zich immers zooveel
raogelyk met hunne denkbeelden vertrouwd
maken, wanneer hy de rol wilde volhouden,
die hy tegenover den afgevaardigde was
begonnen te spelen. En zoo zat hy dus iQ de
prachtige woning zyns vaders, aan alle kanten
door weelde en pracht omgeven, te studeeren
in het welbekende vlugschrift: „Eigendom is
diefstall"
Op het bepaalde uur kwam Henri Trósomr
den volgenden morgen in het Palais-Bourbon,
werd door den portier en een kantoorjongen
terechtgewezen en kwam eindelyk in de
bibliotheek, waar Courcier, op het tweede
ontbyt wachtend, de couranten zat te lezen.
De afgevaardigde stond op en bracht den
jongen man naar een nog ledige galery,
waar zy gingen zitten.
„Vergun my, jonge vriend, dat ik u vóór
alles een vraag doe," zeide hy op plechtigea
toon: „Bezit gy middelen van bestaan?'
„Ja, mynheer de volksvertegenwoordiger.
Myn familie kan zeer goed leven en ik beb
zelf de vrye beschikking over een klein ver
mogen."
„Dat is zeer goedl Want ik moet u open
hartig bekennen, dat de politiek in deze dagen
iemand geen droog brood verschaft."
„Ik kan leven, zonder geld te verdienen."
„En toch zyt ge een van de mynen?" vroeg
Courcier met een spottende uitdrukking op
zyn gelaat.
Henri wierp den spreker een strengen blik
toe en antwoordde:
„De uiterlyke omstandigheden hebben met
de overtuiging niots te maken."
„Zeker niet! Ik heb er wel meer gekend,
die waren zooals gy en het waren zelfs de
hartstochtelyksteD, de dwepers! Maar verdeel
Welken vorm zyt gy voornemeD6 aan tlw
werk over onze leerstellingen te geven?"
„Den vorm, die het doeltreffendst zal wezen
voor de goede zaak en die myn persoon het
meest zal doen in 't oo/ vallen."
{Wordt vervolgd.)