N°. 11477
Dinsadag: 27 JtiTi.
A0. 1897
fere (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van <§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden. 26 Juli.
Feuilleton.
G5LBERTE.
LEIDSCI
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT;
Voor Leiden per 3 maanden. 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers O.OB.
PRIJS DEB ADVERTENTIES
Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meèr f 0.17J. - Grocrtere
letterB naar plaatsruimte. - Voor het iacasseeron bulten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Nog eenige weken en de hoer W. G.
Tuning, gepensionneerd luit.-kolonel van het
corp3 mariniers, zal uit zyn betrekking van
Commandant van het Invalidenhuis, op zy'n
vorzoek, eervol worden ontslagen.
Wy willen niet treden in beschouwingen van
de eervolle loopbaan, door hem afgelegd als
officier van het corps Mariniers, zijn tochten
naar Oost en West, maar alleen wijzen op
zün verdiensten als Commandant van het
Invalidenhuis.
In 1877 werd die verdienstelijke hoofdoffi
cier, oider vele sollicitanten, gekozen en met
koninklijke goedkeuring benoemd.
Gedurende de 20 jaren, dat hy het com
mando voerde, was bij voortdurend een voor
beeld van nauwgezette plichtsbetrachting,
eerlijkheid en rechtschapenheid, recht doende
waar dit noodig was, steeds met tact de ouden
van dagen, die in *s R\jks dienst grijs en inva
lide waren geworden, leidende.
Wist bij mot ernst op te treden, wanneer
dit noodig was, meer nog ondervond men den
iovloed van z\jn goedig en menscblievoDd
karakter. Zelden trad h|j als comviandant op,
bij leefde met en onder die oude lieden van
genoegzaam of van meer den 80 jarigen leef
tijd, die in Nederland, Oost of West, of by
de Zeemacht het vaderland soms gewichtige
diensten hadden bewezen. Hij was hun vader,
hun leidsman en was als zoodanig door de
invaliden zeer bemind. Men had hem onder
zijn oude soldaten moeten zien optreden, met
zijn eerbiedwaardig en vriendelijk uiterlijk,
waarmede hij alles ln het reine wist te
brengen en ieder tevreden wist te stellen,
em taak, die niet gemakkelijk is en waar
voor niet velen de geschiktheid bezitten. Moge
ln den dienst Ze9- en Landmacht op elkander
soms naijverig zijn, in het Invalidenhuis wist
Tuning een leiding te geven, die Zee- en
Landmacht volkomen voreenigde en de uiteen-
loopenöe karakters dier ouden tot eensgezind
heid en opgewektheid stemde.
Met do meeste voldoening kan de heer
Tuning terugzien op den tijd, dien hij als
commandant van het invalidenhuis heeft door-
leofd, en op de wijze, waarop bij die betrekking
heeft waargenomen, waaromtrent bij jaarlijks
van het hoofdbestuur van het Fonds ter aan
moediging en ondereteuning van den gewa-
penden cienst in de Nederlanden den grootsten
lof mocht inoogsten. De welverdiende rust zij
den braven, bijna 80-jarigen grijsaard gegund I
Gasrn9 voegen wy hierbij den wenscb, dat
de heer Tuning moga vervangen worden door
een even bedaard, kalm en waardig oud-officier
van rijpen leeftijd, in wic-n onze oudste inva
liden ook een vader en leidsman zullen vinden,
dien z\j met eerbied en vertrouwen kunnen
bejegenen en onder wien zij hun rust, waarop
zjj aanspraak hebben, ten volle en met vrede
kunnen genieten.
In het begin dor maand September zul
len prof. dr. A. C. Vreede, in qualiteit als
reel or, en prof. dr. Th. M. Mac Gillavry, in
dio ah secretaris van den academischen senaat
te L iden, naar Stockholm vertrekken, ten
einde den koning van Zweden het diploma
aan te bieden van het doctoraat honoris causa
in de philosophic, waartoe Z. M. door den
senaat der rijks-universiteit te Leiden onlangs
is benoemd.
Tot onderwijzer aan de Christelijke school
aan de Middelstegracht alhier is tegen 1
Augustus a. s. benoemd de heer A. Mieog,
van Leiden, de vorige week geslaagd voor het
akte examen lager onderwijs te 's-Gravenhage.
Directeuren van het „Bataafsch Genoot
schap der Proefondervindelijke wijsbegeerte",
te Rotterdam, hebben tot leden benoemd de
beeren: prof. dr. R. H. Saltet, te Amsterdam;
prof. dr. A. F. Holleman, te Groningen; dr.
C. Hoitsema, te Breda; prof. dr. J. C. Klnyver,
te Leiden; dr. A. Lam, J. C. Dyxboorn,
ingenieur, B. J. H. Haitiok, ingenieur, allen
te Rotterdam; C. L. M. Lambrechtsen van
Ritthem, directeur der openbare gemeente
werken, te Amsterdam; prof. dr M. Straub,
te Amsterdam; dr. H. L Hamburger, J. L.
Stuten, kapitein ingenieur, "W. Verwey Az.,
civiel ingenieur, aJlen te Utrecht; dr. L. H
Sirts9ma, te Leiden; dr. P. Zeeman, te
Amsterdam; dr. R. D. M. Verbeek, hoofd
ingenieur van het mijnwezen ia Indiè, thans
to 's Gravenbage; en tot lector den heer C.
Krediet, leeraar aan de Militaire Academie
te Breda.
Door den kerkeraad derNed.-Herv. Gem.
te Ro3rmond werd ter beroeping van een
predikant in de best aande vacature aldaar het
volgende viertal opgemaakt: Dingemans te
Irnsum, Van "Wtjhe te Voorhout, Van Deinse
te Ammerstol en Ben it te Zioriksee, waaruit
beroepen werd ds. Dingemans, te Irnsum.
Beroepen is tot predikant der Ned.-Herv.
Gem. te Stevensweort (Limb.) ds. G. Van
"Wflbe, te Voorhout
Na aflegging van het overgangsexamen
aan de „G. A. Van Swieten Tuinbouwschool"
te Frederlksoord, zijn ovorgegaan van het
twe9de naar het derde studiejaar: M. Van
der Have, K. Onrust en T. Burks van Frede-
rik6cord, J. Hoetingh en IJ. Posthuma van
Willemsoord, P. Van der Vliet van Baren, J.
S. Schuitemaker van Barsingerhorn en S. E.
Juta van Leiden. Van het eerste naar het
tweede studiejaar zijn overgegaan: H. J. Ten
Veldhuis, B. Elgorsma, M. Haakmee&ter en
H. De Wend van Frederiksoord, B. Sustring
van Soeek, H. Smit van Steenwjjk, A. A.
Kliukenberg van Sijbnndaburen, G. R. Wolff
van Zwolle en P. W. Keuchenius van 's Gra-
venhago. Twee leerlingen van het e9rste
studiejaar zijn niet overgegaan. Een leerling
van het tweede studi-jaar moet her examen
doen.
Do Koninginnen hebben f 400 gezonden
voor de slachtoffers van den brand te Staphorst.
De heer F. Ph. Röpcke, consul van Perzië
te Rotterdam, ie door den Shah van Pörziè
benoamd tot Commandeur der Orde van den
Leeuw en de Zon.
De „Pharmaceutische Zeitung", vermel
dende, dat prof. Dödtrlein, te Groningen, de
benoeming te Tübingen heeft aangenomen,
schrijft: „Zijn werkzaamheid aan deGioning-
sche universiteit heeft ten gevolge van de
heftige aanvallen van d?n DuitschJand vjjandlg
gezinden gynaecoloog Freub zeer bort, 6lechts
twaalf wekeD, geduurd".
Door het colbge van kerkvoogden en
notabelen te Middelburg is een schrijven ont
vangen van het provinciaal bestuur, waarin
wordt gewezen op de r oorzakelijkheid om te
Middelburg een hoofdelyken omslag te beffen
en in kerken te collecteeren.
Mr. W. H. De Beaufort, de nieuwe
minister van buitenlan :sche zaken, heeft voor
de Kamer-candidatuur district EX te Am
sterdam ^edankt, zoodat mr. Kerdijk alleen
overblijft.
Na ir wy vernemen, is weder eene nieuwe
combinatie in wording tot het stichten van
een nieuw Schouwöurggebouw te 's Graven-
hage. Het tenvin moet reeds aangewezen
zijn en de zaak ook financieel goed staan.
(D. v. Z. H)
De luitenaat ter zee der 2de klasse F.
C. W. Moorre?s, dienende als oudste officier
aan boord van Hr. Ms. schoener „Argus",
wordt met 3 Augustus a. s. op non-activiteit
gesteld en vervangfn door den luitenant ter
zee der 2de klasse E Maes.
De luitenant ter zee der 2de klasse A. H.
C. Heydeman wordt met 3 Augustus a. s.
geplaatst in dé rol van Hr. Ms. torpedo-
wistructieschip „Maroix", als gedetacheerd by
■den torpedodionst. (Sts.-Ct.)
De generaal-majoor Rooseboom z-il cis
onder chef van een generalea staf in opdracht
van het ministerie van oorlog de berfstmanoau-
vres van het Duitsche leger bijwonen.
Op 24 dezer is het examen voor toe
lating tot de Kon. Mil. Acad, voor de cadetten
der cadettenschool afgeloopen, zoodat in bet
begin dezer week de uitslag bekend zal wor
den gemaakt.
Aan het Staats-examon tot toelating aan
de Universiteit namen van 22—24 Juli deel
6 candidaten voor de faculteiten der god
geleerdheid, enz. Toegelaten zijn 3 canoidaten,
nl. do heeren E. G. S. Bourlier, G. B. J. M.
Van Zinnicq Bergmann en P. Sabel.
Voor de faculteiten der geneeskunde, enz.
werden 8 candidaten geëxamineerd. Toegelaten
6 candidaten, nl. de heeren J. F. M. Holtel,
J. R Katz, J. H. Maan, E. G. F. M. Sonnen
en J. Belt de Hasetb.
Gedurende den loop van het examen trokken
zich 2 candidaten terug.
De Centrale Liberale Kiesvereenigicg in
het district Winschoten is ontbonden. De
oorzaak is gelegen in verschil van meening
over het protectievraagstuk.
Men meldt uit Antwerpen aan de
„N. R Ct.":
In de samenkomst, Zaterdagmiddag te
Brussel gehouden door den minister van
schoone kunsten met den burgemeester en
afgevaardigden der stad ADtwerpen, zyn de
laatste mo:iljjkheden betreffende de verheffing
der Antwerpsche muziekschool tot Koninklijk
Conservatorium vereffend.
Aan de voorwaarden, gesteld door de stad,
werd toegegeven door den minister. Dadtlyk
wordt overgegaan tot de inrichting, en eer
het weinige maanden verder is, zal Antwerpen
een school bezitten, waarin hooger muzikaal
onderwys in het Nederlandsch wordt gegeven
en aan wier hoofd Peter Benoit staat.
Het examen ter verkrijging van een
diploma ais adspirant-gemeente-secretaris en
ambtenaar ter secretarie, hetwelk vanwege
de Nederlandsche Yereeniging voor Gemeente
belangen wordt afgenomen, zal, wat het schrif
telijk gedeelte betreft, gehouden worden op
Donderdag 9 Sept. a. s. te Utirecht, te Breda
en te Zwolle. Het mondeling gedeelte vangt
aan op Woensdag 22 Sept. d. a. v. te 's-Gra-
venhage.
Zij, die aan het examen wenschen deel te
nemen, moeten zich vóór 15 Aug. a. s. schrif
telijk aanmelden by den secretaris der Vcr-
eeniging, den heer G. W. A. H. Groskamp,
burgemeester der gemeente Sloten (N.-H) te
Slot^rdyk, met duideiyke opgaaf van voor
namen, naam, betrekking, plaats en datum
van geboorte en woonplaats, benevens op
welke der aangegeven plaatsen zy het schrifte-
lyk gedeelte van bet examen wenschen af te
leggen.
Het stoomschip „Spaarndam" vertrok
24 Juli van Ni-uw York naar Rotterdam; de
„Sumatra", van Amsterdam naar Batavia,
passeerde 24 Juli Kaap Bonde „Amsterdam"
arriveerde 25 Juli van Rotterdam te Nieuw-
York; de „Bundesrath," van Hamburg en
Antwerpen naar Oost Afrika, vertrok 23 Juli
van Lissabon; de „Gedó" arriv. 25 Juli van
Batavia te Rotterdam; do „Koningin Wilhel-
mina", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde
25 Juli te Southamptonde „Prinses Amalia",
van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 25
Juli te Genua.
Zoeterwoude: De staat van de bevolking
naar de onderscheidene godsdienstige gezindten
op 31 December 1896 was voor deze gemeente
als volgt: Nederd.-Herv. 824; Waalsch-Herv.
5; Ev ing.-Luth. 10; Doopsgezind 1; Remon
stranten 14; Cjrist.-Afgescheidenen 137;
Roomsch Katholieken 2242.
Het aantal personen, tot geene der genoemde
gezindten behoorende, bedroeg 4.
'i.
Het nieuwe Ministerie.
imtrent de loopbaan van de nieuwbenoemde
ministers kan het volgende worden mede
gedeeld:
De heeren Pierson, Jansen en Lely waren
leden van het kabinet Yan Tienhoven Tak,
by welks optreden eenige bijzonderheden
omtrent bun politiik en maatschappelijk ver
leden zijn medegedeeld.
De heeren Pierson en Lely zyn in dit jaar
respectievelijk benoemd tot onder-voorzitter en
lid van de Centrale Staatscommissie voor de
Parysche Wereldtentoonstelling in 1900.
Mr. W. H. De Baufort, minister van buiten-
landsche zaken, herkomstig van de Utrecht-
sche hoogeschool, was vroeger schoolopziener
in de provincie Utrecht, was van 1877 tot
1883 lid van de Tweede Kamer voor Tiel,
lid der Eerste Kamer voor Zuid-Holland van
Jan. 1884 tot zyn weder optreden als lid
der Tweede Kamer in November van dat jaar
voor Amsterdam, welk district hy tot Sep
tember a. 8. zou vertegenwoordigen; hy maakte
zich naam door zyn staatsrechterlijke en
historische studiën.
Zyn geschriften en redevoeringen ken
merkten zich door den keurigen vorm. Nu
en dan schreef by ia „De Gids" en iu tyden
van verkiezingen zagen staatkundige vlug
schriften van zijne hand het licht. Sedert 1883
had hy als lid zitting in de Commissie, belast
met het afnemen der diplomatieke examens
en mede maakte mr. De Beaufort deel uit van
de Staatscommissie voor de werklieden-pen-
sioenverzekering. Hoewel nooit behoord heb
ben je tot bet corps beroepsdiplomaten, zal
de nieuwe Mioister zich door zyn kennis van
de internationale aangelegenheden en door
zyn hoffelyke manieren en vormen aan het
Ministerie van Buitenlandsche Zaken geen
vreemdeling gevoelen.
De heer mr. P. W. A. Cort van der Linden,
minister van justitie, begon na zyn rechts
geleerde studiën, zyn loopbaan als advocaat
te 's-Gravenhage, derhalve by de balie, waar
van zyn hooggeëerde vader mr. Gysbeit v. d.
Linden, tevens deken der orde, tot aan zyn
dood een sieraad bleef. Vela jaren was do
zoon, ook tydens het lidmaatschap van zyn
vader, commies-griffier van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal, als hoedanig hy door
zyn bystand aan de Commissie van Onderzoek
een belangryk aandeel nam aan do vooroe-
rei .ing van het Wetboek van Strafrecht naar
h.t ontworp-Modderman.
Hy werd daarna hooglaeraar in de rechts
geleerdheid aan de Universiteit te Groningen,
welken leerstoel hy verwisselde met dien aaa
de gemeentejyke Universiteit te Amsterdam.
En toen onder het bestuur van zyn onmii-
dellyken ambtsvoorganger aan bet hootd van
het Departement van Justitie, de behoeito
gevoeld werd aan een bekwaam jurist voor
wotgevenden arbeid, viol de keuze van mr.
v. d. Kaay op professor Cort v. d. Linden,
die nu van raad adviseur opklimt tot den
raug vau Minister van hetzelfde departement,
waarby hy sedert 1 Mei des vorigen jaars
werkzaam was.
Mr. Goeman Borgesios kwam als jong
meester in de rechten, die in Groningen
eenigen tyd de praktyk uitoefende, naar Den
Haag om de hoofdredactie van het dagblad
„Htt Vaderland" op zich te nemen. In 1877
vtrhuisde de journalist van de perstribune
in de Tweede Kamer, waar hy als overzicht-
8chryvor voor zyn courant, in de ry zyner
persbroeders plaats nam, naar de groene
banken in de zaal om voor Wioschoten dr.
Jonckdoet als lid op te volgen. In 1888
opteerde hy voor Zutfen, dat hem sedert, tn
ook nog dit jaar, onder het nieuwe kiesrecht,
trouw bleef. Sociale, economische en finan-
ciëöle politi k waren steeds zyn geliefde
onderwerpen, waarvoor hy in woord, geschrift
en op het spreekgestoelte met warmte streed.
Vooral in verkiezingstijden trachtte hy in
tai van deelen des lands ae kiezers voor zyne
party en de door haar voorgestane beginsel.n
te winnen. Borgesius bezit een groote werk
kracht, waarvan hy o. a. biyk gaf door zyn
Getroffen door dit on vergel ijkoiyk schouw
spel, begonnen de passagiers van de stoom-
barkas eikander hun indrukken mede te
deelen.
„Welk een wonderbaar schoon tooneell"
zeide de afgevaardigde. „Welk esn hoeriyke
voorstelling van de volkskracht I"
„Hoeveel vaa t ngen zouden op dit oogenblik
wel om ons been in beweging zyn?" vroeg
do jonge man aan den adelborst.
„Dat ia moeilyk te schatten, maar alles,
wat Toulon aan schepen bezit, alles, wat
maar eenigszins wagen durft zich op 't water
te begeven, is heden van land gegaan."
Hoortl" riep bet jonge meisje uit, „daar
wordt gezongen."
Door den zachten wind verder gedragen,
drongen de tonen van de Maraeilleise in de
ooren tier luisterenden. Aan boord van een
stoombootje bevond zich een zangvereeniging,
die zich den wachttyd door muzike uitvoe
ringen verdreef.
Dadeiyk klonk van een andere boot een
koor en een orkest begon met de wals van
„den kleinen blauwen korporaal." Het was
eigoniyk een afschuwelyke wanklank, het
vurige vadorlandsche gezag met deze café-
cbantant-melodie vereenigd, maar iD deze
heerlyke, warme atmosfeer en de feestoiyke
stemming, by deze onbeschryflyke mengeling
van kleuren en tinten en by de algemeene
vreugde en opgewondenheid versmolten de
menscheiyke stemmen evenals de hoommuzi k
in het luide feestrumoer.
Snel langs den uitgang van de haven been
giydend, had de stoombarkas spoedig de
pleiziervaartuigen achter zich gelaten, die
binnen den veiligen kring der havendammen
heen en weer dreven. De passagiers zagen
nu slechts nog zeewaardige vaartuigen om
zich been en reeds werd e6nige slingerende
beweging merkbaar. De volksvertegenwoor
diger word eenigszins bleek en schoen er een
voorgevoel van te hebben, dat het wel spoedig
met de parlementaire waardigheid in zyn
houding kon gedaan zyn, wanneer het rollen
en slingeren in de vlakke boot sterker werd.
„Komen wü niet spoedig aan boord van
bet pantserachip T' vroeg hy,
„Over een klein kwartier, mynheer," ant
woordde de adelborst beleefd en voegde er,
met de hand naar een zwart gevaarte wyzend,
welks bewimpelde masten torenhoog tegen
de lucht afstaken, byGinds ligt de „Latouche-
Tróville."
De andere jeugdige passagier had zich tot
nu toe weinig om het hem omgevend schouw
spel bekommerd; hy bad slechts oogen voor
de dochter van den afgevaardigde. Van het
eerste oogenblik af had de bevallige houding
van de jonge blondine, evenals de groote
eenvoudigheid harer manieren, zyn hart ver
overd. Hy had haar fijn profiel, de mooie
oogen en den kleinen mond naar hartelust
beschouwd en bewonderd, terwyi zy volstrekt
niet op hem scheen te letten en geheel in
de aanschouwing van het vóór haar ontrolde
tafereel opging. Geen enkele be3tudeerde
beweging, geen woord, dat er op berekend
was effect te maken! Geheel onbevangen gaf
zy zich aan het genot van dezen aanblik over
en toonde ongeveinsd haar vreugde daarover.
Meer en meer gaf haar élégante reisgezel aan
de verrukking toe, die hy over dezen eenvoud
gevoelde en die hy by de jonge dames uit
zyn kring misschien zelden ontmoet had. Zyn
gewone spotachtige onverschilligheid ver
getend, gaf hy zich met genot aan het gevoel
van bewondering over, en in eon oogenblik,
waarin hy zeker goed gedaan had, zyn hart
te pantseren, wierp hy de wapens weg. Het
zou misschien ook slechts een dwaas in den
zin kunnen komen, dit eenvoudig persoontje
als gevaariyk aan te zien.
Geen enkele maal had zy hem, sedert zy
van wal gestoken waren, aangezien; wanneer
men haar gevraagd had of haar reisgezel
blond of bruin, mooi of leeiyk was, zou zij
het zeker niet hebben kunnen zeggen. De
zee, de lucht, de oevers en het gewemel der
schepen boeiden haar blikkenzy was geheel
opgetogen, enkel geestdrift
Toen de stoombarkas echter by de trap
van de „Latouche-Tréville" aanlegde, was zy
genoodzaakt haar jongen reisgenoot voor de
beleefdheid te bedanken, waarmede by haar
den arm bood, om haar by den tamelyk
sterkon golfslag voor struikelen te bewaren.
Nu vestigde zy ook een blik op hom en nu
zy zyn ridderiyko houding en zyn knap voor
komen opmerkte, kon zy niet laten hem met
welgevallen te beschouwen. Zonder aan
elkander voorgesteld te zyn, zonder zelfs
elkanders namen te kennen, kwamen zy
spoedig in gesprek en praatten, door een
onweerstaanbare aantrekkingskracht getroffen,
lovendig met elkander. Door het grootsche
en verhevene van het wonderbaar plechtig
uur aangegrepen, lieten beiden de terughouding
en vormlykheid varen, dis by de goede
manieren van de hoogere kringen behooren.
Zy waren jong en voelden zich geneigd
elkander hun indrukken mede te deelen.
Hieraan gaven zy toe en kwamen tot een
zekere kameraadschappeiykheid, zooals deze
zich wel in de balzaal gedurende den korten
tyd van een cotillon ontwikkelt. Aan boord
van het pantserschip troffen zy een meoigte
vreemde eere gasten aan, waartusschen zy
zich vreemd en verloren dachten. De vader
van het jonge meisje, wien het steeds meer
onbehaagiyk werd op het vochtige element,
liet zyn dochter aan haar lot over, en zoo
zochten de beide jonge menschenkinderen
een rustig plekje op het voorste gedeelte ven
het schip en verdiepten zich in het genot,
dat het steeds afwisselend, levendig tooneel
vóór hen hun aanbood.
Met bewimpelde masten naderde het Rus
sische eskader, begeleid door de Franeche
vloot, en in de heldere, stille lucht verhieven
zich de hoera- en vivat-kreten, klonk het
dreunen der zware stukken geschut, die dichte,
witachtige rookwolken over de schitterende
zee zonden. Hoe meer do Russische schepen
naderby kwamen, des te sneller volgden de
eer9-salvo'8 elkander op, waarna de strand-
battoryen plechtig antwoord gaven.
Daverend kanongedonder, hoera-kreten van
de manschappen, de luide akkoorden van de
militaire kapellen, die helder en doordringend
over de watervlakte klonken, dit alles ver
vulde de gemoederen met onbeschryflyke geest
drift. Nu voer het Russisch eskader langs de
„Latoucbe Tréville" voorby. Van alle raas,
verschansingen, ma6ten, overdekt met de
massa's zeelieden, klonk opnieuw hoerageroep,
terwyi de breedgeschouderde vreemde admi
raal, door zyn staf omgeven, ernstig en vol
waardigheid op de commandobrug van zyn
schip stond en de aan zyn natie toegebracht»
eerbewyzen in ontvangst nam.
Het was een onvergeteiyk tooneel. Nu trilde
de schelle toon uit het fluitje van den kwar
tiermeester over het dek van do „Latouche-
Tréville" en de kruiser zette zich langzaam
in beweging, om in 't gevolg van de gasten
eveneens de haven binnen te komen.
Toen de schepen stopten en de booten atu
legden, om de door den kruitdamp, do muziek,
den zonneschijn en de geheels tooverkracht
van het aangrypend tooneel in vervoering
gebrachte toeschouwers en gastan aan land
te brengen, kwamen de beide jongelieden
eerst weer tot bezinniDg.
Glimlachend zagen zy elkander aan, en
door hetzelfde gevoel gedreven zeiden zy
tegeiyk: „Welk een grootsche, heerlyke dag t"
„Een dag, die ongetwijfeld ec-n onuitwisch-
bare herinnering zal achterlaten 1"
{Wordt vervolgd.)