N°. 11477 Dinsadag: 27 JtiTi. A0. 1897 fere (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Leiden. 26 Juli. Feuilleton. G5LBERTE. LEIDSCI DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT; Voor Leiden per 3 maanden. 1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers O.OB. PRIJS DEB ADVERTENTIES Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meèr f 0.17J. - Grocrtere letterB naar plaatsruimte. - Voor het iacasseeron bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Nog eenige weken en de hoer W. G. Tuning, gepensionneerd luit.-kolonel van het corp3 mariniers, zal uit zyn betrekking van Commandant van het Invalidenhuis, op zy'n vorzoek, eervol worden ontslagen. Wy willen niet treden in beschouwingen van de eervolle loopbaan, door hem afgelegd als officier van het corps Mariniers, zijn tochten naar Oost en West, maar alleen wijzen op zün verdiensten als Commandant van het Invalidenhuis. In 1877 werd die verdienstelijke hoofdoffi cier, oider vele sollicitanten, gekozen en met koninklijke goedkeuring benoemd. Gedurende de 20 jaren, dat hy het com mando voerde, was bij voortdurend een voor beeld van nauwgezette plichtsbetrachting, eerlijkheid en rechtschapenheid, recht doende waar dit noodig was, steeds met tact de ouden van dagen, die in *s R\jks dienst grijs en inva lide waren geworden, leidende. Wist bij mot ernst op te treden, wanneer dit noodig was, meer nog ondervond men den iovloed van z\jn goedig en menscblievoDd karakter. Zelden trad h|j als comviandant op, bij leefde met en onder die oude lieden van genoegzaam of van meer den 80 jarigen leef tijd, die in Nederland, Oost of West, of by de Zeemacht het vaderland soms gewichtige diensten hadden bewezen. Hij was hun vader, hun leidsman en was als zoodanig door de invaliden zeer bemind. Men had hem onder zijn oude soldaten moeten zien optreden, met zijn eerbiedwaardig en vriendelijk uiterlijk, waarmede hij alles ln het reine wist te brengen en ieder tevreden wist te stellen, em taak, die niet gemakkelijk is en waar voor niet velen de geschiktheid bezitten. Moge ln den dienst Ze9- en Landmacht op elkander soms naijverig zijn, in het Invalidenhuis wist Tuning een leiding te geven, die Zee- en Landmacht volkomen voreenigde en de uiteen- loopenöe karakters dier ouden tot eensgezind heid en opgewektheid stemde. Met do meeste voldoening kan de heer Tuning terugzien op den tijd, dien hij als commandant van het invalidenhuis heeft door- leofd, en op de wijze, waarop bij die betrekking heeft waargenomen, waaromtrent bij jaarlijks van het hoofdbestuur van het Fonds ter aan moediging en ondereteuning van den gewa- penden cienst in de Nederlanden den grootsten lof mocht inoogsten. De welverdiende rust zij den braven, bijna 80-jarigen grijsaard gegund I Gasrn9 voegen wy hierbij den wenscb, dat de heer Tuning moga vervangen worden door een even bedaard, kalm en waardig oud-officier van rijpen leeftijd, in wic-n onze oudste inva liden ook een vader en leidsman zullen vinden, dien z\j met eerbied en vertrouwen kunnen bejegenen en onder wien zij hun rust, waarop zjj aanspraak hebben, ten volle en met vrede kunnen genieten. In het begin dor maand September zul len prof. dr. A. C. Vreede, in qualiteit als reel or, en prof. dr. Th. M. Mac Gillavry, in dio ah secretaris van den academischen senaat te L iden, naar Stockholm vertrekken, ten einde den koning van Zweden het diploma aan te bieden van het doctoraat honoris causa in de philosophic, waartoe Z. M. door den senaat der rijks-universiteit te Leiden onlangs is benoemd. Tot onderwijzer aan de Christelijke school aan de Middelstegracht alhier is tegen 1 Augustus a. s. benoemd de heer A. Mieog, van Leiden, de vorige week geslaagd voor het akte examen lager onderwijs te 's-Gravenhage. Directeuren van het „Bataafsch Genoot schap der Proefondervindelijke wijsbegeerte", te Rotterdam, hebben tot leden benoemd de beeren: prof. dr. R. H. Saltet, te Amsterdam; prof. dr. A. F. Holleman, te Groningen; dr. C. Hoitsema, te Breda; prof. dr. J. C. Klnyver, te Leiden; dr. A. Lam, J. C. Dyxboorn, ingenieur, B. J. H. Haitiok, ingenieur, allen te Rotterdam; C. L. M. Lambrechtsen van Ritthem, directeur der openbare gemeente werken, te Amsterdam; prof. dr M. Straub, te Amsterdam; dr. H. L Hamburger, J. L. Stuten, kapitein ingenieur, "W. Verwey Az., civiel ingenieur, aJlen te Utrecht; dr. L. H Sirts9ma, te Leiden; dr. P. Zeeman, te Amsterdam; dr. R. D. M. Verbeek, hoofd ingenieur van het mijnwezen ia Indiè, thans to 's Gravenbage; en tot lector den heer C. Krediet, leeraar aan de Militaire Academie te Breda. Door den kerkeraad derNed.-Herv. Gem. te Ro3rmond werd ter beroeping van een predikant in de best aande vacature aldaar het volgende viertal opgemaakt: Dingemans te Irnsum, Van "Wtjhe te Voorhout, Van Deinse te Ammerstol en Ben it te Zioriksee, waaruit beroepen werd ds. Dingemans, te Irnsum. Beroepen is tot predikant der Ned.-Herv. Gem. te Stevensweort (Limb.) ds. G. Van "Wflbe, te Voorhout Na aflegging van het overgangsexamen aan de „G. A. Van Swieten Tuinbouwschool" te Frederlksoord, zijn ovorgegaan van het twe9de naar het derde studiejaar: M. Van der Have, K. Onrust en T. Burks van Frede- rik6cord, J. Hoetingh en IJ. Posthuma van Willemsoord, P. Van der Vliet van Baren, J. S. Schuitemaker van Barsingerhorn en S. E. Juta van Leiden. Van het eerste naar het tweede studiejaar zijn overgegaan: H. J. Ten Veldhuis, B. Elgorsma, M. Haakmee&ter en H. De Wend van Frederiksoord, B. Sustring van Soeek, H. Smit van Steenwjjk, A. A. Kliukenberg van Sijbnndaburen, G. R. Wolff van Zwolle en P. W. Keuchenius van 's Gra- venhago. Twee leerlingen van het e9rste studiejaar zijn niet overgegaan. Een leerling van het tweede studi-jaar moet her examen doen. Do Koninginnen hebben f 400 gezonden voor de slachtoffers van den brand te Staphorst. De heer F. Ph. Röpcke, consul van Perzië te Rotterdam, ie door den Shah van Pörziè benoamd tot Commandeur der Orde van den Leeuw en de Zon. De „Pharmaceutische Zeitung", vermel dende, dat prof. Dödtrlein, te Groningen, de benoeming te Tübingen heeft aangenomen, schrijft: „Zijn werkzaamheid aan deGioning- sche universiteit heeft ten gevolge van de heftige aanvallen van d?n DuitschJand vjjandlg gezinden gynaecoloog Freub zeer bort, 6lechts twaalf wekeD, geduurd". Door het colbge van kerkvoogden en notabelen te Middelburg is een schrijven ont vangen van het provinciaal bestuur, waarin wordt gewezen op de r oorzakelijkheid om te Middelburg een hoofdelyken omslag te beffen en in kerken te collecteeren. Mr. W. H. De Beaufort, de nieuwe minister van buitenlan :sche zaken, heeft voor de Kamer-candidatuur district EX te Am sterdam ^edankt, zoodat mr. Kerdijk alleen overblijft. Na ir wy vernemen, is weder eene nieuwe combinatie in wording tot het stichten van een nieuw Schouwöurggebouw te 's Graven- hage. Het tenvin moet reeds aangewezen zijn en de zaak ook financieel goed staan. (D. v. Z. H) De luitenaat ter zee der 2de klasse F. C. W. Moorre?s, dienende als oudste officier aan boord van Hr. Ms. schoener „Argus", wordt met 3 Augustus a. s. op non-activiteit gesteld en vervangfn door den luitenant ter zee der 2de klasse E Maes. De luitenant ter zee der 2de klasse A. H. C. Heydeman wordt met 3 Augustus a. s. geplaatst in dé rol van Hr. Ms. torpedo- wistructieschip „Maroix", als gedetacheerd by ■den torpedodionst. (Sts.-Ct.) De generaal-majoor Rooseboom z-il cis onder chef van een generalea staf in opdracht van het ministerie van oorlog de berfstmanoau- vres van het Duitsche leger bijwonen. Op 24 dezer is het examen voor toe lating tot de Kon. Mil. Acad, voor de cadetten der cadettenschool afgeloopen, zoodat in bet begin dezer week de uitslag bekend zal wor den gemaakt. Aan het Staats-examon tot toelating aan de Universiteit namen van 22—24 Juli deel 6 candidaten voor de faculteiten der god geleerdheid, enz. Toegelaten zijn 3 canoidaten, nl. do heeren E. G. S. Bourlier, G. B. J. M. Van Zinnicq Bergmann en P. Sabel. Voor de faculteiten der geneeskunde, enz. werden 8 candidaten geëxamineerd. Toegelaten 6 candidaten, nl. de heeren J. F. M. Holtel, J. R Katz, J. H. Maan, E. G. F. M. Sonnen en J. Belt de Hasetb. Gedurende den loop van het examen trokken zich 2 candidaten terug. De Centrale Liberale Kiesvereenigicg in het district Winschoten is ontbonden. De oorzaak is gelegen in verschil van meening over het protectievraagstuk. Men meldt uit Antwerpen aan de „N. R Ct.": In de samenkomst, Zaterdagmiddag te Brussel gehouden door den minister van schoone kunsten met den burgemeester en afgevaardigden der stad ADtwerpen, zyn de laatste mo:iljjkheden betreffende de verheffing der Antwerpsche muziekschool tot Koninklijk Conservatorium vereffend. Aan de voorwaarden, gesteld door de stad, werd toegegeven door den minister. Dadtlyk wordt overgegaan tot de inrichting, en eer het weinige maanden verder is, zal Antwerpen een school bezitten, waarin hooger muzikaal onderwys in het Nederlandsch wordt gegeven en aan wier hoofd Peter Benoit staat. Het examen ter verkrijging van een diploma ais adspirant-gemeente-secretaris en ambtenaar ter secretarie, hetwelk vanwege de Nederlandsche Yereeniging voor Gemeente belangen wordt afgenomen, zal, wat het schrif telijk gedeelte betreft, gehouden worden op Donderdag 9 Sept. a. s. te Utirecht, te Breda en te Zwolle. Het mondeling gedeelte vangt aan op Woensdag 22 Sept. d. a. v. te 's-Gra- venhage. Zij, die aan het examen wenschen deel te nemen, moeten zich vóór 15 Aug. a. s. schrif telijk aanmelden by den secretaris der Vcr- eeniging, den heer G. W. A. H. Groskamp, burgemeester der gemeente Sloten (N.-H) te Slot^rdyk, met duideiyke opgaaf van voor namen, naam, betrekking, plaats en datum van geboorte en woonplaats, benevens op welke der aangegeven plaatsen zy het schrifte- lyk gedeelte van bet examen wenschen af te leggen. Het stoomschip „Spaarndam" vertrok 24 Juli van Ni-uw York naar Rotterdam; de „Sumatra", van Amsterdam naar Batavia, passeerde 24 Juli Kaap Bonde „Amsterdam" arriveerde 25 Juli van Rotterdam te Nieuw- York; de „Bundesrath," van Hamburg en Antwerpen naar Oost Afrika, vertrok 23 Juli van Lissabon; de „Gedó" arriv. 25 Juli van Batavia te Rotterdam; do „Koningin Wilhel- mina", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 25 Juli te Southamptonde „Prinses Amalia", van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 25 Juli te Genua. Zoeterwoude: De staat van de bevolking naar de onderscheidene godsdienstige gezindten op 31 December 1896 was voor deze gemeente als volgt: Nederd.-Herv. 824; Waalsch-Herv. 5; Ev ing.-Luth. 10; Doopsgezind 1; Remon stranten 14; Cjrist.-Afgescheidenen 137; Roomsch Katholieken 2242. Het aantal personen, tot geene der genoemde gezindten behoorende, bedroeg 4. 'i. Het nieuwe Ministerie. imtrent de loopbaan van de nieuwbenoemde ministers kan het volgende worden mede gedeeld: De heeren Pierson, Jansen en Lely waren leden van het kabinet Yan Tienhoven Tak, by welks optreden eenige bijzonderheden omtrent bun politiik en maatschappelijk ver leden zijn medegedeeld. De heeren Pierson en Lely zyn in dit jaar respectievelijk benoemd tot onder-voorzitter en lid van de Centrale Staatscommissie voor de Parysche Wereldtentoonstelling in 1900. Mr. W. H. De Baufort, minister van buiten- landsche zaken, herkomstig van de Utrecht- sche hoogeschool, was vroeger schoolopziener in de provincie Utrecht, was van 1877 tot 1883 lid van de Tweede Kamer voor Tiel, lid der Eerste Kamer voor Zuid-Holland van Jan. 1884 tot zyn weder optreden als lid der Tweede Kamer in November van dat jaar voor Amsterdam, welk district hy tot Sep tember a. 8. zou vertegenwoordigen; hy maakte zich naam door zyn staatsrechterlijke en historische studiën. Zyn geschriften en redevoeringen ken merkten zich door den keurigen vorm. Nu en dan schreef by ia „De Gids" en iu tyden van verkiezingen zagen staatkundige vlug schriften van zijne hand het licht. Sedert 1883 had hy als lid zitting in de Commissie, belast met het afnemen der diplomatieke examens en mede maakte mr. De Beaufort deel uit van de Staatscommissie voor de werklieden-pen- sioenverzekering. Hoewel nooit behoord heb ben je tot bet corps beroepsdiplomaten, zal de nieuwe Mioister zich door zyn kennis van de internationale aangelegenheden en door zyn hoffelyke manieren en vormen aan het Ministerie van Buitenlandsche Zaken geen vreemdeling gevoelen. De heer mr. P. W. A. Cort van der Linden, minister van justitie, begon na zyn rechts geleerde studiën, zyn loopbaan als advocaat te 's-Gravenhage, derhalve by de balie, waar van zyn hooggeëerde vader mr. Gysbeit v. d. Linden, tevens deken der orde, tot aan zyn dood een sieraad bleef. Vela jaren was do zoon, ook tydens het lidmaatschap van zyn vader, commies-griffier van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, als hoedanig hy door zyn bystand aan de Commissie van Onderzoek een belangryk aandeel nam aan do vooroe- rei .ing van het Wetboek van Strafrecht naar h.t ontworp-Modderman. Hy werd daarna hooglaeraar in de rechts geleerdheid aan de Universiteit te Groningen, welken leerstoel hy verwisselde met dien aaa de gemeentejyke Universiteit te Amsterdam. En toen onder het bestuur van zyn onmii- dellyken ambtsvoorganger aan bet hootd van het Departement van Justitie, de behoeito gevoeld werd aan een bekwaam jurist voor wotgevenden arbeid, viol de keuze van mr. v. d. Kaay op professor Cort v. d. Linden, die nu van raad adviseur opklimt tot den raug vau Minister van hetzelfde departement, waarby hy sedert 1 Mei des vorigen jaars werkzaam was. Mr. Goeman Borgesios kwam als jong meester in de rechten, die in Groningen eenigen tyd de praktyk uitoefende, naar Den Haag om de hoofdredactie van het dagblad „Htt Vaderland" op zich te nemen. In 1877 vtrhuisde de journalist van de perstribune in de Tweede Kamer, waar hy als overzicht- 8chryvor voor zyn courant, in de ry zyner persbroeders plaats nam, naar de groene banken in de zaal om voor Wioschoten dr. Jonckdoet als lid op te volgen. In 1888 opteerde hy voor Zutfen, dat hem sedert, tn ook nog dit jaar, onder het nieuwe kiesrecht, trouw bleef. Sociale, economische en finan- ciëöle politi k waren steeds zyn geliefde onderwerpen, waarvoor hy in woord, geschrift en op het spreekgestoelte met warmte streed. Vooral in verkiezingstijden trachtte hy in tai van deelen des lands ae kiezers voor zyne party en de door haar voorgestane beginsel.n te winnen. Borgesius bezit een groote werk kracht, waarvan hy o. a. biyk gaf door zyn Getroffen door dit on vergel ijkoiyk schouw spel, begonnen de passagiers van de stoom- barkas eikander hun indrukken mede te deelen. „Welk een wonderbaar schoon tooneell" zeide de afgevaardigde. „Welk esn hoeriyke voorstelling van de volkskracht I" „Hoeveel vaa t ngen zouden op dit oogenblik wel om ons been in beweging zyn?" vroeg do jonge man aan den adelborst. „Dat ia moeilyk te schatten, maar alles, wat Toulon aan schepen bezit, alles, wat maar eenigszins wagen durft zich op 't water te begeven, is heden van land gegaan." Hoortl" riep bet jonge meisje uit, „daar wordt gezongen." Door den zachten wind verder gedragen, drongen de tonen van de Maraeilleise in de ooren tier luisterenden. Aan boord van een stoombootje bevond zich een zangvereeniging, die zich den wachttyd door muzike uitvoe ringen verdreef. Dadeiyk klonk van een andere boot een koor en een orkest begon met de wals van „den kleinen blauwen korporaal." Het was eigoniyk een afschuwelyke wanklank, het vurige vadorlandsche gezag met deze café- cbantant-melodie vereenigd, maar iD deze heerlyke, warme atmosfeer en de feestoiyke stemming, by deze onbeschryflyke mengeling van kleuren en tinten en by de algemeene vreugde en opgewondenheid versmolten de menscheiyke stemmen evenals de hoommuzi k in het luide feestrumoer. Snel langs den uitgang van de haven been giydend, had de stoombarkas spoedig de pleiziervaartuigen achter zich gelaten, die binnen den veiligen kring der havendammen heen en weer dreven. De passagiers zagen nu slechts nog zeewaardige vaartuigen om zich been en reeds werd e6nige slingerende beweging merkbaar. De volksvertegenwoor diger word eenigszins bleek en schoen er een voorgevoel van te hebben, dat het wel spoedig met de parlementaire waardigheid in zyn houding kon gedaan zyn, wanneer het rollen en slingeren in de vlakke boot sterker werd. „Komen wü niet spoedig aan boord van bet pantserachip T' vroeg hy, „Over een klein kwartier, mynheer," ant woordde de adelborst beleefd en voegde er, met de hand naar een zwart gevaarte wyzend, welks bewimpelde masten torenhoog tegen de lucht afstaken, byGinds ligt de „Latouche- Tróville." De andere jeugdige passagier had zich tot nu toe weinig om het hem omgevend schouw spel bekommerd; hy bad slechts oogen voor de dochter van den afgevaardigde. Van het eerste oogenblik af had de bevallige houding van de jonge blondine, evenals de groote eenvoudigheid harer manieren, zyn hart ver overd. Hy had haar fijn profiel, de mooie oogen en den kleinen mond naar hartelust beschouwd en bewonderd, terwyi zy volstrekt niet op hem scheen te letten en geheel in de aanschouwing van het vóór haar ontrolde tafereel opging. Geen enkele be3tudeerde beweging, geen woord, dat er op berekend was effect te maken! Geheel onbevangen gaf zy zich aan het genot van dezen aanblik over en toonde ongeveinsd haar vreugde daarover. Meer en meer gaf haar élégante reisgezel aan de verrukking toe, die hy over dezen eenvoud gevoelde en die hy by de jonge dames uit zyn kring misschien zelden ontmoet had. Zyn gewone spotachtige onverschilligheid ver getend, gaf hy zich met genot aan het gevoel van bewondering over, en in eon oogenblik, waarin hy zeker goed gedaan had, zyn hart te pantseren, wierp hy de wapens weg. Het zou misschien ook slechts een dwaas in den zin kunnen komen, dit eenvoudig persoontje als gevaariyk aan te zien. Geen enkele maal had zy hem, sedert zy van wal gestoken waren, aangezien; wanneer men haar gevraagd had of haar reisgezel blond of bruin, mooi of leeiyk was, zou zij het zeker niet hebben kunnen zeggen. De zee, de lucht, de oevers en het gewemel der schepen boeiden haar blikkenzy was geheel opgetogen, enkel geestdrift Toen de stoombarkas echter by de trap van de „Latouche-Tréville" aanlegde, was zy genoodzaakt haar jongen reisgenoot voor de beleefdheid te bedanken, waarmede by haar den arm bood, om haar by den tamelyk sterkon golfslag voor struikelen te bewaren. Nu vestigde zy ook een blik op hom en nu zy zyn ridderiyko houding en zyn knap voor komen opmerkte, kon zy niet laten hem met welgevallen te beschouwen. Zonder aan elkander voorgesteld te zyn, zonder zelfs elkanders namen te kennen, kwamen zy spoedig in gesprek en praatten, door een onweerstaanbare aantrekkingskracht getroffen, lovendig met elkander. Door het grootsche en verhevene van het wonderbaar plechtig uur aangegrepen, lieten beiden de terughouding en vormlykheid varen, dis by de goede manieren van de hoogere kringen behooren. Zy waren jong en voelden zich geneigd elkander hun indrukken mede te deelen. Hieraan gaven zy toe en kwamen tot een zekere kameraadschappeiykheid, zooals deze zich wel in de balzaal gedurende den korten tyd van een cotillon ontwikkelt. Aan boord van het pantserschip troffen zy een meoigte vreemde eere gasten aan, waartusschen zy zich vreemd en verloren dachten. De vader van het jonge meisje, wien het steeds meer onbehaagiyk werd op het vochtige element, liet zyn dochter aan haar lot over, en zoo zochten de beide jonge menschenkinderen een rustig plekje op het voorste gedeelte ven het schip en verdiepten zich in het genot, dat het steeds afwisselend, levendig tooneel vóór hen hun aanbood. Met bewimpelde masten naderde het Rus sische eskader, begeleid door de Franeche vloot, en in de heldere, stille lucht verhieven zich de hoera- en vivat-kreten, klonk het dreunen der zware stukken geschut, die dichte, witachtige rookwolken over de schitterende zee zonden. Hoe meer do Russische schepen naderby kwamen, des te sneller volgden de eer9-salvo'8 elkander op, waarna de strand- battoryen plechtig antwoord gaven. Daverend kanongedonder, hoera-kreten van de manschappen, de luide akkoorden van de militaire kapellen, die helder en doordringend over de watervlakte klonken, dit alles ver vulde de gemoederen met onbeschryflyke geest drift. Nu voer het Russisch eskader langs de „Latoucbe Tréville" voorby. Van alle raas, verschansingen, ma6ten, overdekt met de massa's zeelieden, klonk opnieuw hoerageroep, terwyi de breedgeschouderde vreemde admi raal, door zyn staf omgeven, ernstig en vol waardigheid op de commandobrug van zyn schip stond en de aan zyn natie toegebracht» eerbewyzen in ontvangst nam. Het was een onvergeteiyk tooneel. Nu trilde de schelle toon uit het fluitje van den kwar tiermeester over het dek van do „Latouche- Tréville" en de kruiser zette zich langzaam in beweging, om in 't gevolg van de gasten eveneens de haven binnen te komen. Toen de schepen stopten en de booten atu legden, om de door den kruitdamp, do muziek, den zonneschijn en de geheels tooverkracht van het aangrypend tooneel in vervoering gebrachte toeschouwers en gastan aan land te brengen, kwamen de beide jongelieden eerst weer tot bezinniDg. Glimlachend zagen zy elkander aan, en door hetzelfde gevoel gedreven zeiden zy tegeiyk: „Welk een grootsche, heerlyke dag t" „Een dag, die ongetwijfeld ec-n onuitwisch- bare herinnering zal achterlaten 1" {Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1