N°. 11462 Vrijdag; O Juli. A°. 1897 <gourant wordt dagelijks, met uitzondering van §on- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. DWAALSTERREN. DAGBLAD. PfiUS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlyke Nommers 0.05. PBUS O EB ADVERTENTIES: Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. "Orooterd lettere naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiteo.de Btad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 8 Juli. Hedenmiddag ontvingen wy perNederlnd- a-.be mail de Bataviascbe bladen van 4 tot 8 Juni. Beroepen is bü de Geref gem. B. te Haarlem ds. B. Tibben, te Katwijk aan Zee. De kerkeraad der Geref B, te 's-Graven- hage, besloot, overeenkomstig het oordeel van de vergadering der stemgerechtigde lidmaten, in dé beslissing van ds D. Bingnalda, te Oudshoorn, om voor de beroeping naar Den Haag te bedanken, nog niet te berusten, maar by Z.Eerw. aan te dringen op vernieuwde ernstige overweging dezer roeping. De plaatselijke commissie van toezicht op bet lager onderwijs te Amsterdam be9ft onlangs een sub-commissie opgericht voor scboolhygiëne. Tot leden van die sub commissie ztfn benoemd de acht geneeskundigen, die thans leden zijn der commissie. Deze sub commissie is voornemens hare bemoeiingen uit te strekken over alles, wat van een hygiënisch standpunt met den bouw en de inrichting der school samenhangt, over den algemeenen gezondheidstoestand der kinderen en over de hygiënische indeeling van bet onderwijs. Met de individueels belangen, d. w. z. met de belangen van ieder leerling afzonderlijk, kan zij zich uit den aard der zaak niet inlatenzoo heeft bijv. niet zij, maar de daarmede belaste geneesheer of het hoofd der polikliniek, tot wien men de kinderen zenden kan, te beslissen, of een leerling al dan niet tot de school mag worden toegelaten. Ook behoort het niet tot de taak der commissie voor de School hygiëne, kinderen te onder zooken, die om een of andere reden de lessen niet goed kunnen volgen, of die naar de raeening van het hoofd der school eenige afwijking vertoonen, die geneeskundige be handeling van welken aard ook noodzakelijk zou maken. Het natuurkundig examen aan 'sRyks Veeartsenijschool is geëindigd. Aan het examen namen 16 leerlingen van het 2de studiejaar deel; óén trok zich gedurende het examen terug, terwijl aan twee het diploma als candi- daat-veoart8 niet kon worden uitgereikt. Ge slaagd zyn de hoeren: L. De Blieck uit Utrecht, D. Hubertus uit Soestdjjk, F. W. Kempen uit Amsterdam, D. C. Kruymel uit Amsterdam, J. C. E. Van Loovcren uit Zunlert, A. F. Muller uit Amsterdam, D. Muller uit Amster dam, J. C. Numens uit Harderwijk, H. J. H. Sala uit Utrecht, A. Van de Sande uit Groede, J. F. C. Sobns uit Nieuwer Amstel, D. G. Ubbels uit Oosthuizen en J. Vlaskamp uit Leeuwarden. Naar men weet, gaat de heer A. H. Van Thiel, hoofdinspecteur bij de telegraphie, den dienst met 1 October a. s. verlaten. Den ambtenaren by de telegraphie is gevraagd te willen bijdragen voor een huldeblijk, dien ambtenaar alsdan te vereeren. Aan de Prms-Hendrik-sticbting teEgmond aan Zee is door wijlen den heer Van Voorst van Beest eene som van f 6000 vermaakt. De te Rotterdam gehouden tentoonstelling ten behoeve van het St.-Franciscus-gasthuis aldaar heeft f 26,020.13'/j opgebracht. Deze som werd in een gisteravond gehouden ver gadering, waarin rekoning en verantwoording werd gedaan, aan pastoor Kusters, president van het bestuur van het St.-Franciscus-gast huis, overgedragen Reeds is melding gemaakt van den dood van mr. P. C. Henny, oud voorzitter van het gerechtshof te Arnhem. De „Arnh. Ct." wijdt de volgende regelen san zjjn nagedachtenis: „"Was in den laatsten tijd zyne gezondheid, wegens zijn hoogen leeftijd, wankelend, zijn dood was toch onverwacht. Hij gevoelde zelf den last der jaren en dit was een der redenen, waarom hij by den aanvang dezer maand zijne betrekking van voorzitter van het gerechtshof te Arnhem nederlegde. Bijna een halve eeuw maakte Henny deel uit van de rechterlijke macht in de provincie Gelder land. In 1819 te Nijmegen geboren, promo veerde hy te Utrecht in 1841 en kort daarna trad hij te Arnhem als advocaat op. In 1852 werd hy benoemd tot rechter-plaatsvervanger. In 1853 ontving h\j zijne aanstelling tot commies by het Provinciaal Gouvernement. In 1854 werd hy tot rechter benoemd, in 1862 tot raadsheer en na in 1870 bevorderd te zyn tot vice-president, trad hy in 1876 op als voorzitter van het toen ingestelde gerechtshof. „Zjjn grooto rechtskennis werd algemeen erkend en hoog gewaardeerd en by wydde zich met voorbeeldeloozen yver aan het gr- wichtlg ambt, dat by zoo uitnmend vervulde. „Terwyi hy al6 rechtsgeleerde uitblonk, oefende hy ook jaren lang grooten invloed uit op staatkundig gebied. In vroeger tyd was hy de leider der politieke beweging in het district Arnhem, waarby hy steeds in overleg handelde met mr. W. H. Dulleit, een zyner oudste en getrouwe vrienden. Vele jaren bad by ook zitting in den gemeenteraad, waar zyne adviezen van groot gezag waren, terwyi by by herhaling werd gekozen tot lid der Provinciale Staten van hot district Arnhem, in welk college eveneens zyne denk beelden vele aanhangers vonden. „Ook verscheidene andere betrekkingen werden door hem met toewyding waargenomen. Voor het onderwye heeft hy eveneens veel gedaan, in het byzonder voor het hooger en middelbaar onderwys, in welker colleges van bestuur en toezicht mr. Henny vele jaren zitting had. „Zyn oeriyk, onafhankeiyk karakter, zyn vryzinnige geest, zyn veelzydige kennis, zyn scherpzinnig oordeel deden zyn naam steeds met eere noemen en geven hem plaats onder de burgers, waarop Arnhem trotsch mag zyn. De herinnering aan mr. C. P. Henny zal nog lang by het nageslacht voortleven." Naar aanleiding van een bericht in het „Haagsche Dagblad", als zou prof. H. De Vries te Amsterdam de benoeming te Würzburg als opvolger van prof. Jul. Von Sachs hebben aangenomen, heeft een der redacteuren van het „Hbld." prof. De Vries een bezoek gebracht, waarby deze verzekerde, dat een beslissing nog niet was genomen. Er bestaat echter zeer veel kans, dat het resultaat der correspondentie tusschen ge noemden hoogleeraar en prof. Röntgen zal zyn, dat prof. De Vries de benoeming te Würzburg zal aannemen. Het „H. Dagblad" meldt, dat H. M. de Koningin Regentes Dinsdag in audiëntie heeft ontvangen mr. J. P. R. Tak van Poortvliet, lid van de Tweede Kamer voor Beverwyk. De heer Tak van Poortvliet is van Den Haag naar Middelburg teruggekeerd. Naar wy vernemen, is thans van het vroeger voornemen om de Tweede Kamer in deze maand byeen te roepen ter afdoening van eeDige kleine wetten en de huisboude- ïyke raming der Kamer afgezien. (D.) Tot geesteiyk verzorger in bet gesticht tot Chr. verpleging van krankzinnigen „Bloe- mendaal", te Loosduinen, is benoemd ds. B. Van Meer, predikant by de Ned.Herv. gemeente te Utrecht. Naar het „Hbl." verneemt, is by het bestuur van de kiesvereeniging „Vooruit gang", in district IX van Amsterdam, een achryven ingekomen van mr. Tak van Poort vliet, dat hy in de Tweede Kamer voor Beverwyk zal zitting nemeD, zoodat dus in het Amsterdamsch district IX een nieuwe verkiezing zal moeten plaats hebben. Omtrent de gemeenteraadsverkiezing te Gendringen meldt de „Arnh. Ct.": Door den burgemeester was afgekondigd, dat in te leveren candidateniysten door 40 kiezers moesten zijn onderteekend, niettegen staande te Gendringen met 1000 kiezers !/s.dier kiezers voldoende is. Dientengevolge werd by den burgemeester slechts één candidatenlyst met de namen der aftredende leden ingeleverd, terwyi, wanneer men geweten had. dat slechts 20 kiezers een iyst hadden kunnen inleveren, er wellicht nog een tweede candidatenlyst ware ingeleverd, omdat by eenige burgers het plan bestond de plaats van een der aftredende leden te betwisten, zooils duidelijk in de jongste vergadering van de te Gendringen toonaan gevende Roomsch Katholieke kiesvereeniging is gebleken. Uit Hoevelaken meldt men, dat aldaar het optreden van een der wethouders by de Raads verkiezing tot een klacht by Ged. Staten van Gelderland aanleiding heeft gegeven. Men scbryft uit Groningen aan de „Asser Ct.": „De nieuwe wet op de per6oneele belasting brengt de provincie Groningen in ongelegen heid. In eene voordracht van Gedeputeerden aan de Provinciale Staten wordt dit mede gedeeld, en gezegd, dat hoogstwaarsch'jniyk de opbrengst dezer belasting plm. zelfs minder in de provinciale kas zal opbrengen dan dit vroeger het geval was." Het stoomschip „Amsterdam" arriveerde 7 Juli van Nieuw-York te Rotterdam; de „König", van Oost-Afnka naar Rotterdam en Hamburg, arriveerde 6 Juli te Lissabon; de „Smeroe", van Java naar Rotterdam, vert ok 7 Juli van Marseille; de „Spaarndam" vertrok 7 Juli van Rotterdam naar Nieuw-York. Oudshoorn: De staat van de bevolking dezer gemeente naar de onderscheidene gods dienstige gezindten was op 31 December 1896 als volgt: Ned.-Herv. 940 M. 979 Y. Tot. 1919 pers. E?ang.-Luthersch 6 14 20 Herst.-Lutherscb 1 1 Doopsgezind 4 2 6 Remonstrantsch 5 4 9 Chr.-Geref. 79 86 165 R.-Kath. 114 105 9 219 Ned. Israël. 9 7 16 Tot geen der gen. gezindten beh. 24 16 40 Wassenaar: Gisteravond hield de afd. Wassenaar der Algemeene Vereeniging van Bloembollencultuur haar gewone maande- lyksche vergadering in het lokaal van den heer Th. C. v. d. Zalm. De notulen der vorige vergadering werden gelezen en onveranderd goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede, dat er notaris noch deurwaarder te vinden is, die de veiling wil houden, of de vorkoopers moeten de kwade schuld zelf willen ïyden. De Voorzitter zegt: de kosten bedragen gewoonlyk 15 pet. Nu zouden ze maar 5 pet. bedragen. Voor de overige 10 pet. kan weder een reservefonds gemaakt worden. Of men zou uit die 10 pet de kwade posten kunnen betalen en de rest verdoelen. Een der leden stelt voor een veiling a con tant te houden en 5 pCt. korting te geven. Dit voorstel vindt ook geen ingang. Daarom wordt besloten geen droge veiling te houden. Van den heer C. Hoogervorst, van Oegstgeest, is bet verzoek ingekomen, als lid der afd. Wassenaar te worden aangenomen. Eén der leien vraagt waarom de heer H./iter wenscht aan te sluiten. Na eenige mededeelingon van het bestuur wordt tot ballotage overgegaaD. De heer H. wordt met 19 van de 24 stemmen toegelaten. Naar aanleiding van een vraag uit do vr*ag- bus deelt het bestuur de hendelspryzen van eenige tulpen mede. De vraag of hier in 1S98 niet een tentoonstelling te organiseeren zou zyn, wordt zeer gunstig opgenomen. Vele leden zyn er voor. Het bestuur zal het voor stel in ernstige overweging nemen Na de gebruiktiyke verloting wordt de vergadering gesloten. Koninklijke Militaire Academie. De uitslag der gehouden overgangsexamens is als volgt: Van het tweede naar het derde studiejaar gaan over: Artillerie hier te lande: W. J D. Havelaar, J. H Van Breda, J. H. Van Reede, H. B. Van den Oudendyk Pieterse, F. Baron Van Hogendorp, T. Da Jong van Arkel, J. R. Diemont, W. Van Maanen, N. J. Singels, L Do Ridder, A. D. Putman Cramer, H. H. E. Deelken, F H. Dolleman'), F. W. Diemont*), A. De Kat, J. H. G. Kappelhoff*). Artillerie Oost-Indiê: H. H. Dingemans, W. L Kramers, A. J. Loeketseyer, H. Elzas, J. H. Struben, W. L. Muurling*), F. G. A. Per laer*), A. V Snoek, C. D. Lagerwerf*), R A J Savalle. Genie hier te lande: H. S. De Roede, A. Bloem, J J. J. De Bruyn. Genie Oost-Indiê: E. P. Van Staden ten Brink, J. Graaf. Van het eerste naar het tweede studiejaar gaan over: Artillerie hier te lande: C. A. Van Woelderen,' G. L. M. W. H. Higly, S. N. G. Pieter, R. D. Storm Buysing, R. H A. Van de Wall Bake, C. E. Oosting*), I. M. Engers, W. A. M. Nieuwstadt, jür. H. J. Repelaer*), H. J. J. M. Koremans*), A. Jansen, J. Van Andel*), J. F. Quaöjer, J. Do Jongh. Artillerie Oost-Indiè: C. M. Van Zyil d9 Jong, G. J. Jannette Walen, A. F. A. Hoog, G. C. J. Bodde, C. H. M. H. Krè3, J. D. A. De Fremery, J. B. Van de Poll, C- A. Jorissen, A. T. H. Winter, E. B. D. Mans*), M. A. Snoeck'j. Genie hier te lande: F. J. L. A. Boudt, J. C. Cramwinkel, F. A. Janssen van Raay, G. C. Beltman. Genie Oost-Indiê: S. L. Langendyk, C. L. Stennekes, J. R. Altink, P. A. Van der Burg. Voorwaardelijk. Uit de „Staatscourant". Kon. besluiten. Benoemd tot burgemeester der gemeente Delfzijl, H. Hebbes, met toekenning van eervol ontslag als burgemeester der gom. Zuidbroek- Benoemd tot ridder in de orde van den Neder- landschen Leeuw J. Van Lokhorst, Rijksbouw- kundige voor de gebouwen van onderwijs, enz. te '9 Gravenhage. Aan C. A. Kuipers, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als Jeeraar aan de Rijks hoogere burgerschool te Leeuwarden. Iu bunnen rang overgeplaatst bij het regiment grenadiers en jagers: de eerste luitenants C. A. Den Beer Poortugael Barendregt, van het 4de reg infanterie, G. C. Van Meur9, van het alge meen depot van discipline, F. C. K, Haalebos, adjudant bij liet 7de, A. S. Doorman en E. G. Staal, beiden van het 4de reg. infanterie, laatst genoemde werkzaam als leeraar bij de militaire school, YV A Versteegh en IC. G. Ubbens, beiden van den stat der infanterie en leeraar. reap, by den Hoofdcursus en bij de Cadettenschoolen zulke met bepaling, dat de overplaatsing voor de drie laatstgenoemde officieren zal ingaan met 1 Sep tember a. s. Pensioen verleend aan: M. C. Filet, f 1923; J. L Koopen, f339; A. De Koek, f 443; F. G. Steyn, 485H. J Van Geytenbeok, f399; A. A. D. E Van dei Marck. 604J Truijers, /'541L. Hoek man, f 146; A Oele. f 163; O. Van der Schoot 142R. Aaten, f 159, A. L. Verin-ut. f350; W. Van Kranenburg 156H. E. J. Gratie, 1505. Bevorderdtot commiezen der poster, on 2de klasse: V. C. E Dittlmger, jhr, A. E. Van 1 oreosb en J. C. Singels, thans commiezen ode l;Lto4, commiezen 3de kl A Wichers Booth G. O Kluit en A. Busscher. thans commiezen 4do kl. Min. beschikkingen. AanJ. Van floorn, lid der firma Van Hoorn, Luitjens en Karnminga te Groningen, op zijn verzoek, eervol ontslag ver leend als lid der commissie, aan welke wordt opge dragen het onderzoek der bepalingen betreffend deu verkoop onder openbare controle van kunst meststoffen aan de Rijkslandbouwproefstations en is als zoodanig benoemd H. Karnminga, lid der firma Van Hoorn. Luitjens en Karnminga, te Groningen. In do commissie, aan welke wordt opgedragen het onderzoek der bepolingen betreffende den ver-, koop onder openbare controle van zaaizaden aan de Rijkslandbouwproefstations. alsnog benoemd tot leden J. Heidoma, Rykslandbouwleeraar te Groningen, en U. G. Schil thuis Jzn., handelaar in zaaizadeu te Groningen. De gewone audiëntiën van de ministers van binnenlaudsche zaken, buitenlandsche zaken, finan ciën, oorlog, marine en koloniën zullen deze week niet plaats hebben. 21) Door zyn argwaan gaande te maken, zou echter in Erichs borst ook een storm zyn losgebarsten, die Regina ver van haar doel yerwyieid zou hebben; een storm, die het, naar bet scheen, allengs verstomp9nde gevoel yan Eiich jegens Doris tot laaie vlammen zou hebben doen ontbranden. En dat doel vragen wy. Regina kende het zelve niet duideiyk. Het stond slechts als een ver verwyderd punt vóór haar, en dit was de persoon van Erich. Wat tusschen hem en haar nog lag, dat was als de golvende, beweeglyke atmosfeer, die ons van andere hemellichamen scheidt. „Gy zyt ontevreden over uw vrouw, besto vriend," vervolgde zy na een wyie, als uit een stillen gedachtengang opvarend; „ik geef u toe, om nu eens heel openhartig te spreken dat gy, met uw gevoel, by Doris nimmer dat hoogste geluk zult vinden, dat zich in het karakter eener andere vrouw aan u zou aangeboden hebben, welke andere misschien mindor schoon en verleideiyk zou geweest zyn dan uw zeer beminneiyke gade. Maar zulke naturen, die het geluk in de hoogste mate geven, ondervinden ook weer de tegenovergestelde neigingen; gevoelen koude, kwetsingen, minachting van den kant van een man veel zwaarder, en daarvoor zyt gjj by Doris behoed. Zy dartelt om u heen als een zonnestraal. Gy zult met haar wel licht nog hardere beproevingen ondervinden, slimmer ervaringen, die u by een andere levensgezellin bespaard waren gebleven. Door een andere zoudt gy misschien een beteren steun in uw beroepsleven gevonden hebben, een verdeeling van den arbeid tusschen den geest van den man en het gemoed eener vrouw. Maar welke aardbewoner kan zich beroemen op de hoogste gunst van het lot? Eigeniyk heeft het u toch nog een groot er deel geschonken dan aan millioenen anderen. Zie Doris aanl Kunt gy door schooner© oogen worden aangekeken, van meer zoet vloeiende lippen den vollen drank des levens drinken? Neen, neen, gö zyt toch een ge lukkig man!" Zy verschafte hem een troost, die hom nog meer wonden moest. Misschien was dat haar bedoeling. Doch niet lang liet zy hem onder den indruk van den bitteren inhoud harer toespraak, die, zoo behendig in den zachtsten vorm gekleed, op den meest deelnemenden toon gesproken werd. Zy trok opeens zyn beide handen naar zich toe. „In ieder geval vindt gy hier, hier, Erich, een hart, dat met u voelt, met u draagt, alles en ten allen tyde. Hier kunt gy uw smart ontlasten, en wanneer dit hart iets tot uw troost, ook slechts tot een schyn van geluk, kan bydragen, kom dan op elk uur, en deze deur zal voor u open staan evenals dit hart." Hy nam haar hand en drukte ze. „Maar ga nu, waarde vriend! Het is niet betameiyk," voegde zy er glimlachend by, „dat een nog jonge man op dit uur by een onbesproken meisje bezoeken aflegt. „„De buren hebben steeds open oogen,"" zegt men wel eens. En als gy thuis komt, wees dan vriendeiyk, zeer vriendelijk jegens Doris, anders „Ha, ge bedreigt my, Regina, waar ik in myn recht zou zyn, een streng gezicht tegen haar te zetten?" Anders zal deze deur voor u gesloten biyven voor altyd l" „Dan zal ik myn vrouw vandaag nog lief- koozen en kussen, opdat gy toch maar niet boos op my wordt." „En zeg dan aaD Doris, dat ik u dat zelf oj gedragen bevolen hebt" „Wilt ge my niet meteen een kus voor haar meegeven, opdat ik hem onmiddeliyk aan zyn adres bezorgen kan?" By deze wel is waar meer in scherts uit gesproken vraag kromp Regina onzichtbaar ineen, maar terstond daarop ging ook zy op dien lichtvaardigen toon in en meende, dat zyn verdriet niet zoo diep moest zitteD, daar hy zyn goade luim er toch nog niet by ver loren had. Aan de deur riep zy hem nogmaals terug en hield hem tegen, alsof zy hem nog iets te zeggen had. „Daar valt my juist iets in, beste vriend 1 Zeg Dons liever maar niet, dat gy by my geweest zyt. Niet, dat ik geloof, dat zy mis schien jaloersch zou worden, dat zou immers onzin worden maar ik zou gaarne ook den geringsten schyn vermyden, alsof ik my in uw ochtelyke omstandigheden mengde. Gy hebt my or op gebracht, en ik heb u open hartig myn meening gezegd, als een goed, trouw kameraad. Slaap wèl, Erich l" 's Avood9 was de immortelle van zyn portret verdwenen. Moest dat beteokenen, dat hy nu niet meer dood voor haar was? Dat uur by Regina had Erich inwendig goed gedaan. Hy had zyn bezorgd hart uit gestort, en de helderheid, de openhartigheid, waarmee zyo vriendin zich over zyn ver houding tot zyn vrouw had uitgedrukt, ver schaften hem voor het oogenblik een volkomen geruststelling. In ieder geval was zyn terug tocht beter dan zyD vertrek van huis geweest was. In de straten der stad golfde nog de volle menscbenstroom om hem heen, totdat de stilte der buitenwyken hem omringde en de verlichte vensters der huizen slechts hier en daar nog door het dichte loof der boomen heen schemerden. Een tegenstelling met deze eenzaamheid maakte het gedruisch, dat uit een aan de straat gelegen buitencafé kwam: muziek, dans, stemmen van menschen door elkaar. Op het oogenblik, dat hy onder de blauwe en roode lantarens de geopende deur voorby ging, kwam een maniyke gestalte in zwarten rok, cylinderhoed en witte das naar buiten en verzocht hem om een weiuig vuur vcor zyn sigaar. „Hier, myn waarde Ruchel, dat moogt ge hebben." Daarop reikte Von Rechting den genoemde zyn brandende sigaar toe. „Hoe - zyt gy het, mynheer de griffier? Och, wat hebben wy elkaar in lang niet gezienJa, ja, het is altyd zoo, als de heeren iemand vóór den neus weg getrouwd wordeD, dan zyn zy voor ons begraven. Ik zou reeds lang eens by u gekomeo zyn, maar de jonge vrouwen zyn altyd jaloersch op de oude bedienden. Het geldt van beide kanten de pantoffelregeering. Maar mynheer de griffier ziet er een beetje bleek uit." „Dat komt zeker van het scbynsel der blauwe lantaren," meende Von Rechting. „Jawel, van de lantaren I Even goed kon ik zeggen, dat gy er zoo rood als een kal- koensche haan uitziet. Dat is zeker ook van de lantaren, mynheer de griffier?" „Maar, Ruchel, dat gy op uw jaren, op dit uur nog in zulke lokalen te vinden zytl't „Zaken, nitt3 dan zaken! Wat doet men al niet, om zyn stukje brood te verdienen, mynheer de griffier?" Daarby maakto Ruchel volgens alle regolen der kunst een kuiten* flikker. „Hebt gy in een quadrille ooit zoo iets fraai3 g6zien, mfinheer de griffier? Ik ben sedert een paar maanden voordanser in de zaal daarbinnen. Eiken avond twaalf stuivers, drio potjes bier en vier boterhammen; als er krakeel komt, laat ik gauw het gaa uitdraaien: dat is myn post'. Witte das en handschoenen worden geleverd. Met het vroeg opstaan gaat het niet meer zooals voorheen. Gij waart myn laatste, dien ik poetste en opknapte; toen heb ik myn baaütje neer^ gelegd. Maar ik heb er ook gauw genoeg van. Het schreeuwen en springen en het stof moeten inslikken ik hoest reeds. Naar. welken kant gaat u, mynheer de griffier?" Erich wees naar rechts. .v. {Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1