Praatjes over Kunst.
ATJEH.
Vlokken.
c.
Tentoonstelling van schilderden en
teekenlngen door wijlen JTohan 9f.
Ten Mate 9fz., In „Pulchrl Studio."
Deze op 36-jarigen leeftijd te vroeg ge
storven kunstenaar heeft enorm veel gearbeid.
De wanden van „Pulchri" 's zaal leveren
daarvan het overtuigendst bewijs.
Ook is hij zeer zeker veelzijdig geweest.
Aan den invloed van de Ten Kate's (Mari
en Herman) heeft hy echter niet kunnen
ontkomen, eD, bij het aandachtig bezien van
het biergeëxposeerde dringt zich de vraag
vaak naar voren„Zou het voor de kunst
van dezen artist niet beter geweest z\jn,
indien bij aan dea invlo9d van zyn verwanten,
vader en oom, bijtijds had weten te ont
snappen?" Misschien klinkt het volmondig
geuite „ja" op deze vraag wel wat koud en
hard in veler ooren, doch het blijft niettemin
myn overtuiging, dat die invloed den jongeren
artist blijvend parton heeft gespoeld.
De Ten Kate's zijn van huis uit in hun
kunst week, doucereus, 6n de kiem, die in
dezen jongere schuilde, wa« die eigenschap
ten eenenmale vreemd.
Het complete schilderij „Aan het strand
te Scheveningen" (eigendom van H. M. de
Koniogin) is beter dan menige Blommers,
Artx of Sadée, entoch is ook hier die
weeke invloed merkbaar, waarvan ik zooeven
sprak. Maar, aanschouw dezen artist eens
ais hfj geheel vrij zich geeft, zooals in die
paar heerlfjk-knappe studies (Nos. 41 en 47)
van bet interieur der Groote Kerk te Breda!
Hoo sterk deze zoeker ook onder de
indrukken van andere artisten komen kan,
bewijzen zijn „Italiaansche vrouw" (No. 121),
waaronder men gerust een onderteekening
van Joris of Cipriani zou kunnen stellen.
Dat Ten Kate niet tegen moeilijkheden
opzag, ja, deze zelfs glansrijk te overwinnen
wist, dit blijkt uit zijn uitvoerig dook „Graf
van De Ruyter."
Met nauwgezetheid is hier het marmer
bestudeerd, en schei-juist steekt het rood wit
blauw lint af van den krans tegen de sober
getinte steenmassa's. Onbegrijpelijk ook is het,
dat het impressionistische tonige schilderij
„Markt by avond" (No. 11) en de weeke,
gelikte „Wascbplaats te Venetië" (No. 26) van
denzelfden artist zijn.
En, als ik nog verder op eenige van z|jn
knappe stalen zou wenschen te wijzen, dan
zou ik allereerst de aandacht vragen voor dat
uiterst habiel-gebrosseerdo stilleven „Doode
Fazanten", waarin de vaardige toets van
den schilder zoo onwederlegbaar te onder
kennen valt.
Er is nog een „Heide-landschap" iNo. 39),
i3t overtuigend spreekt van den invloed der
Barbizonsche School; er is ook een studie
„Zeevisch" (roggen en pietermannen), die be
wijst, dat Ten Kate gevoel voor kleur had;
er is een „Bedstede in een Marker woning",
waaruit wij leeren kunnen, hoe heerlijk-mooi
een dichter-schilder zulk een geval ziet. Ten
Kate's talent is niet tot vollen wasdom, tot
volkomen rijpheid gekomen, en waarschijnlijk
wil het mij lijken, dat, indien hijzelf nu langs
zijn „Oeuvre" zou mogen wandelen, hy er
menig schilderij of aquarel uit weg zou
wenschen.
Maar wat er ten slofte over dezen arbeid
moge worden gezegd, of zij verschillende men-
Bcben sympathiek of wrevelig moge stemmen,
er straalt uit dit werk een gouden eerlijkheid,
en terecht mag het worden betreurd, dat deze
jonge strever, die ontegenzeglijk meer in zijn
mars voerde dan hij heeft kunnen uiten, te
vroog uit dit leven werd weggerukt.
Een kloekmoedige poging tot redding van
een kind, dat in het ijs zakte, kostte den toch
reeds niet sterken kunstenaar het leven.
Vele jongere artisten zullen uit het geëx
poneerde kunnen leeren wat „arbeiden en
zoeken in kunst" beteekect.
De slaolie-fabriek gaat voort artisten te
belasten met de vervaardiging van reclame
biljetten. Na het knappe ontwerp van Nieuwen-
huis en het minder geslaagde van Jan Toorop,
komt thans de heer J. Zon voor den dag
met een poster van vrij groote afmeting. De
voorstelling is lang niet onaardig, een variant
gevend op het bekende sprookje van Moeder
do Gans: Blauwbaard.
Aan den voet van eer. kasteel treurt de
jonkvrouw met een lamenteerenden hond om
de gebroken flesch olie. Doch weldra is hulp
Dabij. Ala e;n andere zuster Anna toch, ziet
men een tweedo edelvrouw van de tinnen
van het slot met haar zakdoek wuiven, naar
twee in pijlsnelle vaart aandravende ridders,
ieder beladen met een flesch slaolie.
Blijkbaar heeft de heer Zon, wiens werk
wij o. a. reeds keuden van het reclame-biljet
en het omslag van die aardige Fransche
driestuivers-boekjes „Par le Rapide", zich ge
ïnspireerd gevoeld op den bokonden artist
Eugèno Grasset.
Want behalve de teekening der figuren, die
het uitspreken van dit vermoeden wettigt,
wijzen ook de zware omtrekken, maar vooral
ook de kleurencombinatie zeer zeker naar
dezen Franschman heen.
Toch heeft de heer Zon genoog oorspron
kelijks gelegd in sommige onderdeelen, zooals
in het kasteel, en het geheel doet waarlijk
harmonisch aan.
Als reclame, opvallend en met duidelijk
leesbare letter gedrukt, voldoet het aan de
©isctaen, die men redelijkerwijze aan zulk een
biljet stellen mag.
Voor den verzamelaar van dergelijke steen
drukken zal deze plaat stellig een welkome
aanwinst zijn.
De heeren dr. Cornolis Hofstede de Groot
en Cornelis 't Hooit Jr., door Andró Jolles
guitig „Vechtende Keezen" genoemd, hebben
het op kunstgebied nogal eens aan den stok.
Dan geldt het ce al of niet verminking van
Van der Heist's „Schuttersmaaltijd", dim weer
verschillen zij omtrent de bestemming van
een of ander schilderij. Doch thans heeft de
heer 't Hooft het voorgoed bij zijn tegen
stander verkorven, nu hij eenvoudig argumen
teerde, dat iemand, die zelf schildert, (en de
heer 't Hooft doet dat op lang niet onverdien
stelijke manier) meer kijk op de wijze van
pensselen van andere schilders heeft dan een
niet artist.
In den „Spectator" van 1 Mei schreef de
heer Hofstede do Groot naar aanltiding daar
van het volgende terug.
„Het is geheel iets anders, zelf de natuur
op het doek te brengen en knnstcritiek te
beoefenen, d. w. z. na te gaan hoe in ver
schillende tijden en landen, verschillende
meesters in verschillende perioden van hun
leven geschilderd hebben. Ging deze redenee
ring op, dan zou ook een dichter het best
kunnen beoordeelen of een vers al dan niet
van Vondel of Shakespeare, of een gedicht
uit dè jeugd of den ouderdom van Goethe
afkomstig, en of een regel van Homerus al
dan nut echt is.
Ook moest dan de regel gelden, hos beter,
hoe ontwikkelder schildersoog, hoe btter ken
ner van oude schilderkunst".
Jan Veth putte uit dit volzinnetje stof voor
een goedgeschreven hoofdartikel in „DeKro
niek", dat tot titel draagt „Pro Artj", en
ook André Joll 's steekt met den geleerden
doctor op vermakelijke, doch wel wat barre
wijze, in datzelfde blad, om denzelfden zin,
den draak.
„Maar mijn hemel", roept de heer Jolles,
na bet citaat, uit, „wie behalve de belache
lijkste aarts-filoloog twijfelt er aan of een
dichter kan over deze dingen beter oordeelen
dan wie ook.
Waarlijk, toen ik voor eenige weken de
vrijhei! nam er in vage termen op te wijzen,
hoe het in het belang der Hollandsche kunst
was, er voor te zorgen, dat zich bier niet in
kunstwetenschap die dwaze smakeloosh id
drong, die haar elders zoo bitter onsmakelijk
beeft doen worden, dacht ik niet zoo spoedig
een zoo compleet voorbeeld van onbenullige
opvatting, en alleronwetenschappelykbte prul
lightid voor oogen te zullen krijgen.
Wat had de heer Hofstede, wanneer hij
niet verkozen had zichzelf een brevet van
onvermogen te-geven door schilde rkur; st
te delinió:-ren als: „de natuur op het doek
brengen" of kunstcritiek te omschrijven
in dat mallootig arrogante zinnetje, dat men,
wil men het lezen, eerst van een groot aantal
overbodige „schillen" heeft te ontdo3n, juist
hier aan den heer 't Hooft een voornaam
lesje kunnen geven."
De heer Jolles besluit aldus:
„De heer 't Hooft hoezeer recht hebbende
zijn schildersoog tegen dat van een niet-
schilder te laten gelden - beging een fout in
zooverre hij zijn schilder-zijn misbruikte tot
hét leeren kennen van technische eigenaar
digheden, die niemand interesseeren hem
zelf ook niet. Maar zichzelf heeft hij door deze
vergissing het meest geschaad, want door
haar heeft hy tegenover den heer Hofstede
z|jn krachtigste argument laten vallen: dat
van den kunstenaar tegenover den niet-kun-
stenaar, van den man van smaak tegenover
dén smakelooze."
De heer Hofstede wenschte „het argument
den eersten keer, dat het tegen hem gebruikt
wordt, ten krachtigste terug te wijzen."
Hij i« er m. i. helaas niet in geslaagd,
wanneer men kennis neemt van hetgeen de
heeren 't Hooft, Yeth en Jolles in „De Kroniek"
geschreven hebben. C. V.
Een berisping.
Aan de liberale kiesvereeniging te Zieriksee
is door het bestuur d-r „Liberale Unie" het
volgende schrijven gezonden.
„Ons bestuur vernam uit de nieuwsbladen,
dat door uw Vereeniging werd aangenomen
de volgende overweging van baar bestuur:
„Overwegende, dat uit de verklaring van den
heer Van Kerkwijk, in verband met zijn par
lementair verleden, voldoende blijkt, dat hy
zich vereenlgt met de strekking van het pro
gramma der „Liberale Unie", in het bijzonder
wat betreft de hoofdpunten kiesrecht en sociale
politiek, en dat hy de urgentie der laatste
erkent; overwegende, dat de zaak der protectie
wel een belangryke politiek-oeconomische
quaeatie vormt, maar geen partykenmerk,
de vooruitstrevende liberalen, die hun ver-
eenigiDgspunt vinden in de „Liberale Unie"
onderscheidende van andere partyon 2iet
het bestuur der liberale kiesvereeniging in
de houding van den heer Yan Kerkwyk ten
opzichte van dit vraagstuk alleen, hoewel
haar betreurende, geen voldoende reden om
zyn candidatuur voor deze kiesvereeniging
onaannemelijk te verklaren".
„De beschouwing, in deze overweging ten
aanzien der protectie vervat, is ten eenenmale
in Btryd met de bestuiten der „Liberale Unie",
dd. 14 November jl. Wy wenschen daarom
by dezen met een kort woord tegen die
opvatting te protesteeren en verklaren het
te betreuren, dat de statuten ons geen ande
ren maatregel tegenover uw houding veroor
loven."
De correspon lent to Batavia van de „N.
R. C." seint, onder dagteekening van gisteren
„Twee compagnieën van het elfde bataljon
van Java hebben in Lehong in het gebergte
op dsn weg van Kloewang Daji gevochten.
Gevaariyk gewond werd de luitenant Van Roon,
licht gewond drie minderen. Als boete werd
door Lehong twintig duizend dollars betaald."
Ook volgens een by zyne familie te "Wilnis
ontvangen telegram is de 2do luit. der inf.
van het leger in Oost-Indië J. Van Roon
gevaariyk gewond.
Gemeenteraadsverkiezingen.
De minister van blnnenlandsche zaken heeft
door tusschenkomst van den Commissaris der
Koningin, de burgemeesters uitgenoodigd, de
verdschte stappen te doen, opdat vóór 4 Juni
a. s. geen verkiezing van Raadsleden meer
plaats hebbe, tenzy ook de eventueole herstem
mingen op een dag, aan 4 Juni voorafgaande,
zyn of worden gestold. Mocht art. 8 der Ge
meentewet of eenige andero reden hieraan in
den weg staan, dan vraagt de Minister daarvan
zoo spoedig mogeiyk telegraphische mede-
deeling. De Minister verwacht gelyke mede-
deeling van reeds uitgeschreven, vóór 4 Juni
te houden verkiezingen, met opgaaf der dagen
van stemming en herstemming.
Uit de „Staatscourant".
Kon. besluiten. Benoemd tot directeur van
het post- en telegraafkantoor te Oosterbont, D.
H. Berger, thans directeur van het telegraafkantoor
te Meppel.
Aan den ondor-directeur der telegraphie H. E.
J. Grttffe en aan den directeur van net telegraaf
kantoor te Gouda J. F, Van Schouwenburg, op
verzoek eervol ontslag uit 's lands dienst verleend.
Min. beschikkingen. Aan H. Posthumus
eervol ontslag verleend als assistent in het zieken
huis aan de llijks universiteit te Groningen.
De adsp. ingenieur van den Rijkswaterstaat J.
P. Van vlissingen onder de hevelen gesteld van
den hoofdingenieur voor de rivieren, om te worden
toegevoegd aan den ingenieur, in het 6de rivier-
arrond. ter standplaats Hoek van Holland en de
adsp.-ingem'eur M. C. E. Bongaerts onder de
bevelen van den inspecteur in de 2de inspectie,
ter standplaats 's Gravenhage.
Cadettenschool.
De minister van oorlog brengt ter kennis van
belanghebbenden, dat hier te lande in Juli en
Augustus a. s. een examen zal worden gehouden
voor toelating van jongelieden als cadet bij de
Cadettenschool fe Alkmaar.
Voor dit exan.en worden opengesteld: a. 80
plaatsen voor jongelieden met bestemming om te
worden opgeleid voor den dienst hier te lande;
b. 22 plaatsen voor jongelieden met bestemming
om te worden opgeleid voor den dienst in Indië.
Ouders of voogden, wier zoons of pupillen aan
het examen v/enschcn deel te nemen, behooren
de kennisgeving daarvan in dier voege in to zenden,
dat zij vóór 1 3uni 1807 aan het Departement van
Oorlog oDtvangen wordt.
Kon. Militaire Aca lemie.
Do minister van oorlog brengt ter kennis van
belanghebbenden, dat:
ïo. Hier te lande in Juli en Augustus en, zoo
noodig, in de eerste dagen van September e. k.
examen zal worden gehouden voor toelating van
jongelieden als cadet bij de Kon. Militaire Academie
te Breda.
2o. Voor dit examen worden opengesteld 112
plaatsen, verdeeld als volgt:
I. Ten behoeve van de cadetten der Cadetten
school: A. bij het leger hier te lande: 17 voorde
infanterie, 2 voor de cavalerie, 9 voor de artillerie
en 3 voor de genie; B. bij het leger in Ned.-Indië
26 voor de infanterie, 1 voor de cavalerie, 5 voor
do artillerie en 1 voor de genie.
II. Ten behoeve van de adspiianien, die hun op
leiding aan andere inrichtingen hebben genoten
A. bij liet leger hier te lande 15 voor de infanterie,
2 voor de cavalerie, 9 voor de artillerie en 3 voor
de genie; B. bij het leger in Ned.-Indië: 11 voor
de inf., 2 voor do cavalerie, 5 voor de artillerie
en 1 voor de genie.
Ten aanzien van de cadetten leerlingen der
Cadettenschool en de cadetten met groot verlof
dezer inrichting, die in de termen vallen om het
toelatings-examen voor de Kon. Militaire Academie
af te loggen, wordt door den directeur der Cadetten
school eene opgave aan den minister van oorlog
gedaan. Ouders en voogden yan cadetten behoeven
dan ook geene kennisgoving in te dienen, dat hunne
zoons of pupillen aan vorenbedoeld examen wen
schen deel te nemen.
Ouders of voogden van de sub II bedoelde ndspi-
ranten behooren de kennisgeving, dat hunne zoons
of pupillen aan het examen wenschen deel te nemeD,
in dier voege in te zenóen, dat zij vóór 15 Juni
1897 aan het departement van oorlog ontvangen
wordt.
Voor nadere bijzonderheden zie de „Sts.-Ct." van
15 dezer.
Gemengd Nieuws.
Als men de advert en tiën in dit
nummer van ons blad leest, zal men tot de
wetenschap komen, dat vanwege het Leger
des Heils alhier weldra twee bijeenkomsten
zullen plaats hebben in de Stadszaal, alsmede
een groote Openlucht-meeting in den speeltuin
van „Vreewyk."
Heden worden met devier nieuwe
harmonica-rytuigen, welke door de firma
Beynes, te Haarlem, voor de Holl. IJzeren-
Spoorweg-Maatschappy zyn vervaardigd, proef
ritten gemaakt. Ieder rytuig is 18 meter lang.
Tegenover het station Staatsspoor
te Scheveningen is opgericht een Kurhaus-bar,
een gebouwtje in landelyken styl met veranda
langs den toegangs-straatweg naar het strand
met een gezicht op zee en den straatweg
langs het Kurbaus. Een orkest bestaande uit
een Tzigan-gezelschap, sterk 8 artisten, uit
Hongarye, zal zich dagelyks 's middags en
's avonds doen booren. Het buffet is iogericht
naar Engelsch-Amerikaansche wyze. Op een
het paviljoen omringend terrein zullen, by
gunstig weder, stoelen en tafels worden ge
plaatst. De opening van dit, in bevalligen
styl ontworpen gebouw, zal later bekend ge
maakt worden.
De internationale lawn-tennis-
wedstryden zullen dezen zomer te 's-Graven-
hage plaats hebben. De banen aan den Bataaf
zyn daartoe aangewezen.
Het „HbE" verneemt dat wegens
moeilykheden, door het gemeentebestuur van
Gouda gemaakt, de vierde jaarlyksche wieler-
wedstryd van „T. H. O. R." van Rotterdam
naar Utrecht en terug, die de beste Hollandsche
en Belgische wegryders gewoonlijk tegenover
elkaar bracht, dit jaar niet zal plaats hebben.
Do recherche te Rotterdam
arresteerde gisteravond op het Moriaansplein
een 16 jarigen knaap, verdacht van diefstal
van een rywiel te 's Hertogenbosch. De com
missaris van politie aldaar had aanhouding
verzocht.
Donderdag-namiddag heeft te
Schiedam een brutale diefstal plaats gehad.
Uit een weiland, liggende inde Keilen, onder
die gemeente, zyn gestolen 5 jonge osson,
32 lammeren en 3 schapen, toebeboorende
aan den koopman P. Veenman, te Rotterdam.
De dieren zyn daarop te Schiedam, door
zekeren C. D., te Rotterdam woonachtig, vor
kocht.
De opsporing en aanhouding van'C. D. is
door de politie aldaar verzocht.
Het ïyk van schipper Bronger
Rosema, uit Groningen, den 3(Lten April te
Streefkerk van oen vaartuig overboord geval
len, is gisternamiddag aldaar opgevischt en
naar de algemeene begraafplaats overgebracht.
De vereeniging „Barnabas" tot
ondersteuning van de nagelaten betrekkingen
van Christelyke onderwyzers en onderwyzs-
ressen beeft dezer dagen eene byzonder mild9
gift ontvangen, on wel drie stukken elk van
1000 florijnen Oostenryk zilvermetallieken ter
beurswaarde van omstreeks drieduizend gulden.
Het onderzoek naar de ramp in
de rue Jean Goujon, te Parys, heeft aan
het licht gebracht, dat de lamp van de kine
matograaf was uitgegaan en op onhandige
wyze opnieuw was aangestoken. Dienten
gevolge ontstond de vlam, die de gordynen
deed vuur vatten. Maar wie de lamp voor
de tweede maal heefc aangestoken, is niet
gebleken.
Verder is, volgens de „Figaro", bewezen,
dat de inrichters lichtvaardig zyn te werk
gegaan. Onder den vloer waren krullen blyven
liggen, die by de trekkiog, die er was, mede-
bielpen om den brand te verspreiden. En nog
een paar uur voor de opening was de. vloer
besmeerd met terpentyn!
Er komt te Parys een beweging in gang
om een gedenkteeken op te richten voor de
slachtoffers. Het denkbeeld is het eerst ge
opperd door onzen landgenoot, baron Van
Zuylen van Nyevelt, en wordt door tal van
Paryzenaars gesteund, die aan den „Figaro"
brieven van instemming hebben gezonden.
De plechtige ïykdienst voor wyien de her
togin van Alemjon heeft Vrydagmorgon plaats
gehad in de kerk Saint Philippe du Roule.
Vroeg ia den morgen was het ïyk uit de
Dominicaner kapel daarheen overgebracht. De
doodkist was bedolven onder tal van kransen,
waaronder een van koningin Victoria. Den
geheelen morgen defileerde liet publiek voorby
de kist. De kerk was behangen met rouwdoek
en de wapenschilden van Orleans en Beieren. Do
dienst begon te halftwaalf. De hertog van
Alen^.on was tegenwoordighy had een ver
band om het hoofd. Het geheele corps diplo
matique ia groot tenue woonde de plechtigheid
by; de Britsche gezant vertegenwoordigde
o'ficiebl koningin Victoria.
De hertog van Orleans, die zich had laten
vertegenwoordigen door den prins van Join-
ville, zond aan een zyner vertrouwden bet
volgende telegram
„Nooit is de verbanning my zoo zwaar ge
vallen. Ik most hier aan de grens van Frank-
ryk de overbiyfselen van myn welbeminden
oom, die te Dreux wordt begraven, verlaten.
„Op geen van deze beide graven, op geen
der graven van de slachtoffers, die Parys be
weent, kan ik neerknielen, omdat zy in
Fransche aarde zyn 1 Beklaag my. De hertogin
van Orleans zal ten minste morgen in myn
naam te Dreux kunnen bidden".
De hertog heeft geweigerd een vrygeleide
voor de begrafenis te vragen en de Fransche
regeering heeft er hem geen aangeboden. D
regeenng scbynt over het geheel zeer bang
te zyn, dat men haar verdenken zal van ver
eering van de leden van het Fransche konings
huis, zelfs wanneer het oen hunner betreft,
die 2ich zeer verdiensteiyk heeft gemaakt
voor het land.
De president der Republiek laat zich by
de begrafenis van den hertog van Aumale
vertegenwoordigen, maar er wordt nadrukke-
ïyk by vermeld, dat het niet in zyn hoedanig
heid als hoofd van don Staat geschiedt, maar
als grootmoester van hot Lcgiosn van Eer,
waarvan de hertog het grootkruis droeg.
De minister van openbaar onderwys woont
de begrafenis by, omdat hy aan het boofd
staat van het departement, waartoe de Aca
démie behoort, die hot domein van Chantilly
heeft geërfd'4jn collega's van oorlog en
marine gaan, omdat de overledene voorzitter
was van de Vereoniging tot het verstrekken
van hulp aan gewonden van land- en zee
macht.
De heer Hanotaux zal ook de begrafenis
bywonen, maar evenmin als minister als
lid van de „Académie frangaise", waarvan
ook Aumale deel uitmaakte.
Alweer is Parys in verbazing gebracht
door een vorstelyke gift, een gevolg van de
algemeene verteeierlng der harten na het
brand-onheil. De gravin De Castellane (dit
maal is de naam dU9 bekend) zou een mil-
lioen franken gegeven hebben voor de oprich
ting van o?n stoenen gebouw, waarin wel-
dadigheids-concerteD, fancy-fairs, enz. in hot
vervolg gegeven kunnen worden zonder dat
men te vreezen hebbe voor een herhaling van
de ramp.
De „Figaro" heeft nu, in minder dan een
week 1.137,433 fr. byeengebracht. Daarvan
zyn 71,000 fr. uitdrukkeiyk bestemd voor de
redders, 35,000 voor de familie Jullian, 10,269
voor do familie D.vid. De inscbryvingon by
den „Figaro" worden heden gesloten.
Nog een slachtoffer van de ramp. Het
dochtertje van de vicomtesse Da Bonnev 1
had roodvonk, toen het ïyk van haar moeder,
die by den brand was omgekomen, in huls
gobraeht werd. Het meisje sprong uit haar
bed en ging naar beneden om het lichaam
te zien. Zy heeft toen kou gevat, en gisteren
is zy gestorven, misschien ook ten govolge
van den schrik.
De minister van binnenlandsche zaken heeft
den prefect van politie uitgenoodigd, maat
regelen te nemen tegen het braudgevaar in
de schouwburgen en vergaderzaleu te Parys.
Een postcurio8iteit. - Aan hot
hoofdpostkantoor te Hamburg kwamen eer
gisteren twee brieven uit Berlyn aan, die bei
den het adres: „Aan den koetsier te Ham
burg, die des nachts millionair geworden is",
droegen. Voor ongevesr acht dagen ging nl.
het bericht door de pers, dat een Hamburger
koetsier plotseling door eon erfenis uit Amerika
een vermogen van 200,000 dollars en een
groote uitgestrektheid land ten deel gevallen
was. De postdirectie liet nu by alle rytuig-
maatschappyen aanvragen, of daar niet zoo'n
geluksvogel, aan wien de brieven geadresseerd
waren, te vinden was. Trots alle moeite is
echter die koetsier niet kunnea gevonden wor
den. De postdirectie bleof daarop geen andero
keus, dan de brieven naar Berlyo terug to
zenden.
Een ryke dief. Een merkwaar
dig strafproces. Terecht stond wegens een
aantal diefstallen met braak een baas timmer
man uit "Worms, die 'een bloeiende zaak heeft,
zyn eigen huis bewoont en algemeen geacht
was. E?n werkman zag hem 's morgens uit
een nog gesloten winkelhuis sluipen en waar
schuwde de politie. Dezo wilde eerst niet
gelooven, dat een zoo eerzaam burger een dief
kon zyn. By huiszoeking vond men echter
een zoo groote hoeveelheid gestolen goederen,
manufacturen, meubelen, kleederen, schoenen,
enz dat drie wagens er mede gevuld werden.
Het blsek, dat de man gedurende vier jaren
reeds tal van winkels en ook kermiskramen
geplunderd had. Hy werd tot vier jaren tucht
huisstraf, zyn vrouw wegens heling tot zes
maanden gevangenisstraf veroordeeld.Een zyner
broeders heeft zich de zaak zóó aangetrokken,
dat hy zelfmoord beging.
Een offer van zyn beroep. Op de
suikerrafinadery in Dessau is de chemiker dr.
Ho'&us het offer van zyn beroep geworden.
Hy was in een afvoerkanaal afgestegen en
stikte daar door het inademen van vergiftig
gas. Dat kanaal is, zooals het Centraalblad
voor suikerindustrie schry"ft, met een teeraebtigo
vloeistof voor een deel govuld, zoodat dr.
HofüUs en de hom begeleidende arbeider in
deze pap moesten waden. Vermoedelijk hadden
zich in dit kanaal vergiftige gassen ontwikkeld,
zoodat beide personen onmachtig werden. Voor
zoover zich tot nu toe heeft laten vaststellen,
is dr. HofauB met zyn gezicht in die kleverige
massa gevallen, terwyl de arbeider op zyn rug
kwam te liggen. Beiden werden zeer spoedig
uit hot kanaal te voorschyn gehaald. De
arbeider leefde nog, by dr. Hof&us daarentegen
waren alle pogingen om de levensge. sten
weder op wekken tevergeefs.
Een opmerkenswaardige rywiel-
rit, ondernomen om de deugdelykheid van het
rywiel te beproeven voor oorlogsgebroik, heeft
een Noord-Amerikaansche infanterie-officier
ten uitvoer gebracht. Hy heeft den weg van
fort Omaha naar Chicago en terug, in het
geheel 1846 K. M., met twee onderofficieren
in 16 dagen afgelegd. Ieder voerde 2.5 K. G.
gewicht mede. De gekozen wegen waren zoo
slecht als maar eenigszins te bedenken was.
Een voorgegane regen van 18 dagen had den
bodem volslagen doorweekt. De gemaakte
ervaringen zullen tot de overtuiging gevoerd
hebbeD, dat slechts los zand zonder den minsten
plantengroei of geheel en al onsamenhangende
sneeuw het vooruitkomen der ryders ODOver-
winlyke hindernissen in den weg legt.
Een diefstal. Op merkwaardige
wijze werd onlangs te Beriyn de dader van een
nachtelyken diefstal ontdekt. Uit den opan-
gebroken lessenaar van een kantoor, dat op
de eerste verdieping gehouden was, werden
een aantal postzegels en eenig geld vermist.
Alle deuren werden 's morgens gesloten ge
vonden de dief had zich biykbaar laten opslui
ten en zich 's nachts aan een touw, dat men
aan den poot van een lessenaar vastgemaakt
vond, door het venster neergelaten. Daar de
werktuigen, voor de braak gebezigd, wegge
haald waren uit een lade op het kantoor, rees
natuurlyk vermoeden, dat iemand, die daar
goed bekend was, de dader moest zijn. Toen
de kaotoorbedienden 's morgens het geval
druk bespraken en een de opmerking maakte,
dat de dief zeker zyn handen aan het touw
moest hebben opengeschaafd, zagen zy, dat
een uit hun midden onwillekeurig naar zyn
handen keek. Dat wekto achterdocht. De
jongeling slechts 17 jaar oud werd onder
zocht en men vond bij hem voor 10 mark
aan postzegels, Hy hinkte tovendien en zyn
bewering, dat hy 's nachts elders was geweest,
bleek onwaar te zyn. De rechtbank kreeg dan
ook de overtuiging, dat hy de dief was, en
veroordeelde hem tot 2 maanden gevange
nisstraf.
Het verbruik van alcoholische
dranken in Engeland en Ierland was in het
jiar 1896 ongeveer 78 millioen gulden meer
dan in het vorige jaar. De geheele uitgave be
reikte de ongelooflijke som van f 1,787,666,760,
dat is het hoogste bedrag, dat tot dusver aan
alcoholische drank?n in het vcreenigd konink.