N°. 11392
A°. 1897
(Courant wordt dagelijks, met uitzoadermg
van §pn- en feestdagen, uitgegeven.
P ©uilleton.
GETROUWD.
PEUS DEZES COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden. -* c -*• r o
Tranco per post**-*?«€ f
Afzonderlijke Nommers
r mo,
1.40»
PRIJS DES ADVERTENTIES:
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootora
letters naar plaatsruimte. Yoor het incasseeron buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
t
Oillcioelo Henuissevi ngeiii
Vergadering Tan den Gemeenteraad van Leiden,
6p Donderdag 15 April, des camid lags te twee aren.
Panton tor behandeling:
1°. Verzoek van B. Van Velzon, om continuatie als
stada-vroed vrouw. (78)
2°. Idem van Mr. J. Lay ten, om vrijstelling van school
geld, Hoogere Burgerschool voor Meiejea. (71)
8°. Idem als voren van O. N. Tieleman. (76)
1°. Idem als voren van de wed. Dr. G. O. Bteynie
geb. Noordziek. (81)
5°. Idem van H. G. Van Sillovoldt, Hoogere Burger
school voor Jongens. (80)
6°. Voorstel omtrent de vaetötolliDg van het school
geld van eenige elders wonende leerlingen der
Kweekschool voor Onderwijzers. (73)-
7°. Idem tot aankoop van het woonhnie met twee
afzonderlijke bovenwoningen eo kantoor, gelegen
i aan do Mare en de Lammermarkt. (72)
8°. Idem tot onderhandsche verhuring van de aange
kochte porceelen 1, 2 en 3, gelegen onder Oegat-
geest, naby Endegeest. (75)
9*. Verzoek van J. A. Du Calavon, om ontslag als
bewaarder dor Stads-Timrnerwerf. (77)
40°. Voorstel omtrent de oplichting van eone school
3de klasse aan de Heeronstraat. (51 en 66)
'r. Bezwaarschriften tegen de enpplotoiro Kohieren
der Plaatselijke Directe Belasting, dienst 1896.(79)
DRANKWET.
Burgemeester eu Wethouders van Leiden breDgen ter
ügemoene kennis, dat door THOMAS GALMEYER,
foonondo te Dordrecht, een verzoekschrift is ingediend
im vergunning voor den kleiDbandol in storken
irank in het perceel Heeranstceg No. i.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemoester.
8 April 1897. E. KIST, Secretaris.
Jacht en Vlsscliery.
Do Burgemeester vaD Leiden herinnert aan beu,
tie zich voor het aanstaande eeizoen 1897/98 in het
bezit wenschen te zien van Jacht- on V i s c fa-
akte n, of wel van eene kostolooze ver
gunning tot uitoefening der Visscherij,
dat de blanco verzoekschriften ter bekoming daarvan
gratis verkrijgbaar zijn ter Gemeente-Seoretarie,
alwaar zy behoorlijk ingevuld en oudorteekond,
óór don 15den April a. e. moeten worden
terugbezorgd zijn, ten e nde aan den Commisearls
der Koningin in deze provincie to worden ingezonden.
Tevens wordt aan belanghebbenden hojrknerd, dat
blanco verzoekschriften tot hot bekomen van buiten
gewone machtiging tot hot verdrijven van schadelijk
gevogelte met pistoolschoten, het schieten van konijnen
on ander bchadolijk gedierte en het visechen als
het water met ijs bedekt is, mede gratis ter
Gemeente-Seoretarie ter invullicg verkrijgbaar zijn
gesteld.
Loiden, Do Burgomecet r voornoemd,
9 April 1897. F. WAS.
Leiden, 13 April.
In de op 12 April jl. gehouden algemeene
Vergadering van commanditaire vennooten der
„L idsche Bankvereeniging, H. F. C. G.-rlings",
zijn de balans tn winst en verlies rekening
over 1S96 goedgekeurd en werd het dividend
vastgesteld op 6% Pct-
In een openoare vergadering der afd.
Leiden van het Algemeen Noderianösch Werk
liedenverbond trad gisteravond mevrouw
Schook—Haver als spreekster op, met eene
rede over „De rechten der vrouw." Do zaal
was flink bezet, waarbij zeer vele vrouwen.
Spreekster behandelde eerst den rechts
toestand der vrouw, die in de wet overal
gelijktijdig genoemd wordt met -kinderen en
onmondigen, en uitg9sloton wordt van alle
politieke rechten, geiyk met tuchthuisboeven,
enz. Alles wijst er op, dat die wetten alleen
vóór en dóór mannen gemaakt zyn. Hot
oenige middel, om daarin verbetering te
brengen, is, dat, evenals de arbeider, de vrouw
zich organi8eere, om ook het stembiljet
machtig te worden.
In verband met het argument, dat de
lichaamskracht en de intellectueele ontwik
keling het onmogelijk maken, dat de vrouw
de gelijko van den man werd, zeide spreekster,
dat voorbeen by de natuurvolken de vrouw
allen zwaren arbeid moest verrichten, terwijl
de man zich aan zijn vermaken overgaf, en
die lichaamskrachten zouden wel weer terug
komen, wanneer de vrouw zich niet behoefde
te beperken tot die enge woning, maar als
ook de wereld voor haar openstond.
Met het oog op de geestelijke ontwikkeling
beweerde spreekster, dat by de opvoeding
het meisje altyd by den jongen achterstaat.
Daardoor maakt men haar afhankeiyk op
later leeftyd, en dit is mede oorzaak, dat zy
gedwongen wordt tot een huweiyk, niets of
niet geheel strookend met haar zin.
Ten slotte wekte spreekster de vergadering
op, de meisjes een vak to laten leeren, om
haar onafhankeiyk to maken evenals de man,
wat haar ten allen tyde van nut kan zyn,
ook in het huwelijk. (Daverend applaus).
Gedebatteerd werd slechts door den voor
zitter, di9 de collecte voor de uitgesloten
Amsteröamsche diamantwerkers aanbeval. De
collecte bracht op 2.33, waarby de afdeeling
zelve nog 10 voegde.
Op den löden April 1847 promoveerde
te Groningen de Leidsche oud-boogleeraar
R. T. H. P. L. A. Yan Boneval Faure, thans
lid der Eerste Kamer van de Staten-Generaal,
op een Specimen inaugurale: „Continens
Observationum ad tit. YII Libri IV Cod. Civ.
capita IV."
Do minister van binnenlandsche zaken
heeft, met ingang van 16 dezer, aan dr.
J. Büttikofer, op zyn verzoek, eervol ontslag
verleend als conservator by het Museum vau
Natunrlyke Historie aan de Ryks universiteit
te Leidon.
Yan de Leidsche Spaarbank, opgericht
door het departement Leiden der Maatschappy
tot Nut van 't Algemeen den 16den October
1818, ontvingen wy het verslag over het jaar
1896, dat een gunstig tydperk voor de instel
ling mocht zyn, nu opnieuw mocht blyken
van een toenemend aantal der inleggers.
Het is commissarissen aangenaam daaraan
te kunnen toevoegen, dat nog kan worden
vooitgegaan met de uitkeering van drie ton
honderd van de ingelegde bedragen, zooals
uit de opgegeven c'yfers biykt.
In het afgeloopen jaar verliet de heer H. P.
Van Eoneval Faure den kring van commis
sarissen, door vertrek naar elders, en werd
in zyno plaats benoemd de hoer J. Kore-
vaar P.Azn.
Het gezamenlyk bedrag der inlagen is ge
weest in 1895/G67061 06, in 1896/"701,149.47,
dat de rteiugbt talingen in 1895 643,156.417a,
in 1896 661,423.63.
Het kapitaal, aan de inleggers verschuldigd
aan het einde van het boekjaar, bedroeg in
1895 2020,779.24 V2, in 1896 2120,223.377a.
Aan rente was ontvangen en tegoed, na
aftrek van het tegoed op 31 Dec. van het
vorige jaar en de by aankoop van effecten
betaalde rente, in 1895 68,120.64, in 1896
ƒ75,202.99.
Aan rente is bygeschrevenin 1895 ƒ57,810.69,
in 1896 ƒ59,718.29.
De bezittingen van het hoofdkapitaal be
droegen aan het einde van het boekjaar
2,127,668.70, waarvan als voordeelig saldo
over te brengen op het reservefonds/7445.327a>
zynde de meerder gemaakte dan bygeschreven
rente ad ƒ15484.70 na aftrek van 8039.377a
voor mindere waarde van effecteD, biyft
alzoo ƒ2,120,223.3772.
Het reservefonds bedroeg by ion aanvang
van het boekjaar 188,077.07 en by het einde
ƒ192,182.74, zynde 9.06% in verhouding tot
do schuld.
Het aantal inlagen heeft bedragen in 1895
15313 tegen 14853 in 1896; het aantal
terugbetalingen in 1895 8243 tegen 8334
in 1896.
Als Dieuwe inleggers zyn ingeschreven 1122
tegen 1035.
De hoogste inleg in ééne zitting bedroeg
in 1895 ƒ7755.91 tegen ƒ8330.51 in 1896;
de laagste ƒ191.48 tegen 126.45.
De hoogste uitbetaling iu ééne zitting was
in 1895 ƒ9612.14 tegen 12330.88 in 1896;
de laagste 135.46 tegen 169.40.
Het getal van geheel afgeloste boekjes was
in 1895 721 tegen 827 in 1896.
Het aantal inleggers aan het einde van
het boekjaar bedroeg 10574 tegen 10782.
Het gemiddeld kapitaal, aan elkon inlegger
verschuldigd bedroeg in 1895 191.107a en
ƒ196.64 in 1896.
Op het zestal ter beroeping van e^n
predikant by de Ned.-Herv. gem. te Harlingea
komt voor ds. A. J. Ruys, te Oegstgeest.
De heer M. Hoog I.M.Jz., pred. by de
Ned.-Herv. gemeente te Voorschoten, hoopt
den 26sten April a. s. zyne 40-jarige evangelie
bediening te herdenken.
De hoer Hoog was achtereenvolgens als
predikant werkzaam te Beesd, Breda, Schiedam
CD sedert 14 Dec. 1879 te Voorschoten.
Naar de „Resb." verneemt, bestaat by
den voorzitter het plan de Tweede Kamer
weder by een te roepen einde Juni of begin
Juli, in elk geval na de verkiezingen.
In de gisteren gehouden vergadering der
kie3vereeniging „Vaderland on Koning', te
's-Gravenhage, ia candidaat gesteld voor de
Provinciale Staten de heer W. J. M. De Bas,
notaris en lil van den gemeenteraad aldaar.
Door de arrond.-rechtbank te's-Graven-
hage is, ter vervulling van de in dat college
opengevallen rechtersplaats, opgemaakt de
navolgende alphabetische lyst van aanbeveling
rar. S. Gratama Wz.; jbr. mr. R. O. Van
Holthe tot Echten, en jbr. rar. J. H. J. C.
Martens van Sevenhoven, rechters in de arron-
dissements-rechtbanken te Alkmaar, Rotter
dam en Zutfen.
Uit het in een algemeene vergadering
van aandeelhouders in het „Zuid-Hollandsch
Koffiehuis" te 's-Gravenhage uitgebrachte
jaarverslag, bleek dat de exploitatie in het
afgeloopen jaar gunstig was, ten gevolge
waarvan een dividend van f 40 per aande3l,
plus een extra dividend van 33.51 per aan
deel, alzoo 73.51 kan worden uitgekeerd.
De heer L. Kirchman werd met algemeene
stemmen herkozen als commissaris.
Den directeur, den heer W. Van RyD, werd
ter vergadering namens het bestuur hulde
gebracht voor zyn yver en bemoeiingen, by
het exploiteeren der zaak betoond.
In de vergadering van de afdeeling
Scheveningen der „Nederlandsche Visschery-
Vereeniging" werd, na bekrachtiging van de
voorloopige toezegging van Scheveningen tot
deelneming aan de nationale tentoonstelling,
te Dordrecht, eene commissie van uitvoering
benoemd, bestaande uit de heeren Warneke,
reeder en directeur der Scheveningsche netten-
fabriek (by acclamatie benoemd), P. De Niet,
reéder, en A. Vrolyk, reeder en zeilenmaker,
by meerderheid van stemmen gekozen. Die
commissie zal in overleg handelen mot de
leden van het hoofdcomitó voor Scheveningen,
de heeren A. Hoogenraad en H. A. v. d.
Ro vaart.
Voor het tweede gedeelte van het ver-
gelykend onderzoek (mondeling) voor de be
trekking van hoofd van school IV te Arnhem,
zal met zeven anderen worden opgeroepen
de heer A. Prakken, hoofd der school te
Aalsmeer.
De heer André Spoor werd Zondag jl.,
tydens de middaguitvoering in het Concert
gebouw te Amsterdam, door een flauwte over
vallen. De heer Seamer, de tweede concert
meester, heeft de uitvoering ten einde geleid.
De heer Spoor zal waarschynlyk zes weken
rust moeten nemen.
De toestand van prof. Loman te Amster
dam was gisteravond onveranderd.
Ton aanzien van do troonopvolging in
ons land heeft mr. J. Heemskerk Azn., naar
aanleiding van daaromtrent gedane vragen,
als zyn gevoelen uitgesproken, dat de klein
zoon van wylen de Groothertogin van Saksen-
Weimar, geb. Prinses Sopbie der Nederlanden,
de moest gerechtigde is tot deD Nederland-
schen troon, iDgeval van ontstentenis van
een troonopvolger of troonopvolgster in de
rechte lyn.
Zy, die do rechten verdedigen van de nako
melingen van Prins Frederik of van Prinses
Marianne, zien over het hoofd, dat deze Vorston
afstammelingen zyn van Koning Willem I, den
vader van Prins Frederik en van Prinses
Marianno, terwyi dc Erf groothertog van Saks9n-
Weimar afstammeling is van Koning Willem
II, don valer van Prinses Sophie.
Deze Prinsen van Saksen-Weimar zyn dus
een graad nader tot den troon dan de eerst
genoemde Prinsen en Prinsessen, en deze
rechtsgrond praedoinineert andere beschou
wingen.
De centrale liberale kiesvereeniging te
Alkmaar stelde gisteravond tot candidaat voor
de Tweede Kamer mr. W. Van der Kaay,
minister van justitie, oud-afgevaardigde van
dit district, met 13 van de 25 uitgebrachte
stemmen. Jbr. mr. P. Van Foreest, te Heiloo,
bekwam 8, mr. E. Fokker 3 stemmen, 1 stem
blanco
Werd eenerzyds met klem aangedrongen
op vereeniging met andere voroenigingon cm
den heer Fokker te stemmen, ten einde daar
door zyne verkiezing te verzekeren, ander-
zyds was men van moening, dat de heer
Fokker beginselen was toegedaan, welke niet
in ieder opzicht door deze kiesvereeniging
werden gedeeld.
Mr. W. Van der Kaay heeft jaren lang
voor dit district zitting gehad, steeds de be
langen daarvan, zoowel als de algemeene,
met yver en tact behartigd, en het was vol
strekt geen waagstuk om zelfs tegenover do
andere kiesvereenigingen met den heer v. d.
Kaay in het strydperk te treden.
Een voorstel om de candidaatstelling tot
Woensdag te verdagen, omdat de heer Fokker
heden in Alkmaar eene politieke redevoering
zal houden, werd met byna algemeene stem
men verworpen.
Men had zekerheid, dat de heer Van der
Kaay de candidatuur zou aannemen, indien
althans geacht werd, dat zyn naam in deze
verkiezing geen verdeeldheid zou brengen en
indien geen andere candidaat zich voordeedy
dien men ook geschikt achtte.
Zeker zou ook prof. Pierson zyn voorge
steld, indien deze niet by een van hem ont
vangen schryven had te kennen gegeven
geen candidaat voor dit district te kunnen
zyn, omdat hy elders (Delft) was gesteld;
met warmte werd de heer Fokker door
dr. Pierson aanbevolen.
In de gisteren te Amsterdam gehouden
vergadering der „Centrale Liberale Kiesver
eeniging" te Haarlemmermeer is voor de
a. s. Kamerverkiezing in Juni in alle afdeelingen
de candidatuur van den heer G. C. Everwyn
Lange, dykgraaf van Haarlemmermeer, op
den voorgrond gesteld.
Mot hot oog op den hofrouw zal gedurende
het verbiyf van 24—30 April a. s. van Hare
Majesteiten te Amsterdam door do Koninginnen
geen voorstelling in den Stadsschouwburg
worden bygewoond, terwyi ook geen raoüt
ten hove zai plaats hebben.
De Vereeniging „Nationaal fonds tot
ondersteuning van do nagelaten betrekkingen
van in Nederlandsch-Indié gevallen militairen"
zal een algemeene vergadering van leden
houden op 24 April a. s., des namiddags te
twee uren, in het gebouw „Diligentia", te
'8 Gravenhago. Onder de punten van behan
deling komen voor: de verkiezing van leden
van het hoofdbestuur, on een voorstel rot
wyziging van art. 2 der statuten.
Blijkens by het departement van marine
ingekomen bericht is Hr. Ms. pantserdekschip
„Koningin Wilhelmina der Nederlanden," ondc-r
bevel van den kapitein tor zee W. J. Derx,
11 dezer van Chefoo vertrokken.
Onder bevel van den van verlof terug
keerenden lsten luit. der inf. van het Indische
leger C. R. W. K. Van Aldc-rwerelt vao
Rosenourgh en het medegeleide van den voor
dat leger bestemden 2den luit. van dat wapen
F. Dam, zal don 8sten Mei van Rotterdam
per stoomschip „Gedó" naar Batavia worden
overgebracht een detachement suppletietroepen,
ter sterkte van 50 korporaals 6n manschappon,
benevens 3 onderofficieren.
10)
Toen riep het uitgelaten meisje: „Komt
allen hier; er is bier plaats genoeg!"
Een oogenblik later trilde het houten balkon
onder den zwaren tred van Marrucbetti, die,
als welopgevoed jongmensch, my voorbygiag
zonder stil te blyven staan, en recht op de
vrouw des huizes toestapte.
Giuseppina, die het best wist hoe het be
hoorde, verloor ook nu het hoofd niet en zei,
na krachtige handdrukken te hebben gewisseld
mot de heeren:
Maar waar biyft papa toch? Och, myn
heer Alesco, gaat u even kyken waar papa
is." Intusschen wend ie Maria zich naar ons
en zei, op de heeren wyzend: „De heeren
De Rossi, Rigemonti, Crozio, Marruchetti."
Daarop wees zy met een bevallig hand
gebaar op Titina en my en hernam:
De dames Dellara."
t Ik had nog nooit gozien, dat er iemand
[voorgesteld werd, en wist ook niet hoe dat
gedaan werd. Maria was bestemd om my
steeds in verbazing te brengen. Te meer,
daar ik meende, dat het een geheel nieuw
idee van haar was hen op deze manier met
on8 in konnis te brengen. En het leek my
een mooie, groote uitvinding; ik bewonderde
het vernuft van myn kleine nicht.
De heeren bogen, ondorwyi kwam de heer
Bonelli binnen, zy gaven elkaar de hand en
spraken druk met elkaar, toen Maria opeens
uitriep: „Daar komt de processie 1"
Allen kwamen naderby, Marruchetti kwam
juist naast my te staan; myn hart klopte
en bonsde alsof het zou barsten. Na een poos,
onder het forte van een „tantum ergo", aan
geheven door de boeren uit de provincie, zei
by geheimzinnig tegen my: „Amuseert u
zich wat?" en hy keek my in de oogen als
wilde by zeggen: „Antwoord de waarheid,
't Is een levensquaestie."
Met een jubelend bart zei ik „ja."
Een laDge en drukkende pauze volgde,
gedurende welke ik voelde, dat hy een gesprek
bedacht.
Eindoiyk fluisterde hy, nog geheimzinniger
dan de eerste maal:
Ik heb u, dunkt my, in de Sint-Eufemia-
kerk gezien, van 't voorjaar
Ik verbeterde:
't Was nauwelyks Maart."
"Wat herinnert u zich dat goedl"
Ja, ik heb een goed geheugen."
U is er niet teruggekomen."
Neen. Wy wonen er te ver af. Moeder
wil het niet hebben. Wy gaan naar den Dom.
Maar u wilt wel?"
Eq ik antwoordde op die vraag oprecht,
ernstig en bewogen, alsof ik werkelyk myn
liefde beleed:
Ja, ik wel."
Dank!" fluisterde hy en toen was alles
gezegd. „Zondag kom ik in den Dom."
Wy hadden elkaar begrepen en waren beiden
bewogen. Het baldakyn met het Sacrament
kwam voorby. Titina viel op de knieön. Ik
was op het punt hetzelfde te doenmaar keek
eerst eens naar de nichtjes, en zag, dat zy
het hoofd diep hadden gebogen en maar bleven
staan, evenals de heeren, en ik deed als zy.
Tusschen een wolk van wierook en ander
reukwerk, die opsteeg uit de wierookvaten,
die zy in het baldakyn heen en weer zwaaiden,
hoorde ik de stem van Marruchetti:
Denza, mag ik je schryven?"
Denzal By noemde my by myn naam!
Vreugde en liefde verdrongen elkaar in myn
gemoedhet was als een zoete smart, die my
deed weenen. De zoo vurig begeerde brief?
Maar 't was onmogeiyk, zoolang wy niet
formeel verloofd waren met toestemming van
papa.
Ik antwoordde verdrietig:
Ik kan geen brieven ontvangen
Vader zou zo eerst moeten zien en dan
moeder
Dit zei ik, om hem op het idee te brengen,
dat hy my kon schryven, wanneer hy met
hem gesproken had.
Hy zweeg.
Na een poos, gedurende welke hy misschien
peinsde over de mooie uitdrukkingen, die hy
my had willen schryven, hernam hy:
't Spyt my, dat wy elkaar niet kunnen
schryven, want dan zou ik je al myn ge
heimen hebben verteld."
Om iets te antwoorden, vroeg ik:
Hebt u dan geheimen?"
Hy zei van ja, en, my de grootste voor
zichtigheid aanbevelende, vei trouwde by my
toe, dat hy en zyn drie vrienden „Les Trois
Mousquetaire8" heetten. Zy haddon al sedert
verscheidene jaren een kamer gehuurd vlak
naast ons hui9. En 's avonds gingen zy daar
heen, zetten een fez op, rookten een pyp en
noemden* elkaar Athos, Portos, Aremis en
d'Artagnan. Hy was Portos.
Hy herinnerde zich op zekeren avond my
uit huis te hebben zien komen, met myn
zuster, en met papa, terwyl hy juist op zyne
vrienden stond te wachten voor de gewone
byeenkomst.
Den avond, dien wy in den almanak had
den aangestreept, omdat hy tegenover onze
deur stond! Een steek ging my door het hart,
te midden van myn groote vreugde. Hy stond
daar niet om my.
Ik had het verhaai gehoord en wist, dat
het iedereen bekend was. Maar door hem
aan my toevertrouwd, kreeg het veel meer
gewicht.
De byzonderheden van de kamer, van de
pypen, van de fezzen hadden de anderen my
niet verteld. Zy kenden ze niet. Hy vertelde
ze alleen aan my. Hy vertrouwde ze my als
een geheim toe. Ik was trotsch op dltbewys
van vertrouwen en besloot het y verzuchtig in
myn hart te bewaren.
Ik zou alleen wel willen, dat de Dichtjes
Bonelli wisten, dat hy my vertrouweiyke
mededeelingen had gedaan.
Zy waren druk in gesprek mot de andere
heeren. Titina wierp van tyd tot tyd een blik
naar onzen kant.
Maar de processie was voorby. De heer
Bonelli liet wyn komeD, het gezelschap voegdê
zich by elkaar, het gesprek werd algemeen.
Weldra namen de heeren afscheid.
Vaarwel, Denzal" zei Marruchetti zacht
tot my.
En hoe heet u?" fluisterde ik.
Onorato. Noem mij Onorato, als u van
my spreekt of aan my denkt."
Zoodra wy weer met ons vieren waren, zei
Maria: „Heeft hy zich verklaard? Wat b6eft
hy gezegd?"
Als gewooniyk viel ik tegenover dat meisje
uit de wolken.
By het oververtellen trof het my, dat
hy eigenlyk bitter weinig had gezegd. Maar
hy had my vooral doen denken. En Maria
was van myn gevoelen. „Dat: Dank u," on
„Zondag kom ik in den Dom," waren zoo
goed als een declaratie en een belofte.
Wanneer komt hij formeel aanzoek doen
by papa?" vioog Titina, heel practisch.
Ik weet niet waarom die vraag my een
beleodiging scheen tegenover Onorato, een
wantrouwende gedachte; en ik antwoordde
met groote waardigheid: „Wanneer hij het
goedvindt. Denk je, dat ik hem niet vertrouw
en behoefte heb hem te binden met een be
lofte, om aan zyn liefde te gelooven? Ik weet,
dat hy van my houdt, en dat is my genoeg,
en Ik ben gelukkig."
Titina, die hardnekkig vasthield aan haar
denkbeeld, hornam^
Als ik jou was, zou ik liever hobben,
dat hy my trouwde."
Wat ik nu vurig wenschte was „L03 Trofc
Mousquetaires" te lezen om beter het gehein\
fce begrypen, dat ik met my omdroeg.
Wordt vervolgd.)