N#. 11384
Maandag 5 April.
A». 1897
LEILSCI
DA&BLAD.
PBUS DEZER COURANT*
Yoor Leiden per 3 maanden. r »-r r-« I.IOi
Franco per post g tf, 1.40.
Afzonderlyke Nommers 0.06.
£ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§pn- en feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTD5N:
•f
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17}. - Orooftt»
letters naar plaatsruimte. Voor het incaaseeren buiten de staA
wordt f 0.05 berekend.
Dit nommer bestaat uit TIER
Bladen.
Eerste Blad.
Leiden. 3 April.
Bfl den Kerkeraad der Ned.-Herv. ge
meente te Leiden it onderstaand adres inge
diend
„De ondergeteekenden, leden der Neder-
duitsch-Hervormde gemeente te Leiden, nemen
de vrijheid het volgende onder uw aandacht
te brengen en te verzoeken.
„Met dr. H. O. Hagen, die tegen 1° Mei
a. 8. zijn eervol ontslag als predikant ge
vraagd en verkregen heeft, ontvalt aan de
gemeente haar laatst overgebleven herder en
leeraar van vrijzinnige richting. Velen hebben
reeds, met het oog daarop en de miskenning
hunner rechten als vrijzinnigen, voor het lid
maatschap van de gemeente bedankt. Het is
te vreezen, dat anderen eerlang hun voor
beeld zullen volgen, tenzij er verandering
kome in den voor hen onhoudbaren toestand.
Daarom willen ondergeteekenden het nog
eenmaal duidelijk uitspreken voor u, en door
u voor de machthebbende meerderheid, hoe
groot de verantwoordelijkheid is, die zij op
zich laadt door haar hardnekkig vasthouden
aan de sedert jaren gevolgde gedragslijn van
uitsluitend zorgen voor de eigen belangen,
met volkomen miskenning van die der min
derheid, vertegenwoordigd door hen. Aan haar
de schuil, indien straks bij vernieuwing een
aanzienlijk aantal personen, on onder hen
niet weinigen, die behooren tot de meest
ontwikkelde en gegoede leden der gemeente,
zich genoopt ziet haar te verlaten, zoodat zij
meer en meer, stoffelijk en geestelijk, een
kommerlijk bestaan te gemoet gaat.
„Ondergeteekenden richten nog eenmaal
tot u de ernstige bede: gebruik uw invloed
om het Kiescollege te bewegen, in d"e vacature-
Hagen te voorzien door het benoemen van
een predikant in diens geest, d. i van vrij
zinnige richting. Wees niet langer eenzijdig
in de vervulling van uw plicht, door alleen
te zorgen voor uw geestverwanten, en u niet
te bekommeren om de godsdienstige belangen
van anderen, die evenzeer behooren tot de
gemeente, waarvan het bestuur aan u is
opgedragen.
„Verbat het heillooze standpunt der leer
stellige overtuiging, van waar het niet mogelijk
is, oog en hart te hebben voor de behoeften
van andersdenkenden. En plaats u op dat der
verkregen rechten van verschillende partijen
of richtingen.
„Zie af van den zondigen waan dat üw
opvatting van de godsdienstige waarheid u
zou noodzaken, onrecht te pl-gen of te helpen
plegen jegens een groot aantal personen, wier
belan.-en te behartigen mede uw roeping is.
„Zoek niet langer alleen rechtzinnig te
zijn in de leer, maar ook in het leven, door
u niet te verzetten tegen het werk des
Heiligen Geestes in de gemeente, zichtbaar
in de voortdurende vernieuwing tn ontwikke
ling der leerstellige overtuiging by vele barer
leden, zij het ook buiten den kring uwer
geestverwanten. Bovenal, door niet stelselmatig
aan anderen te onthouden wat hun toekomt.
„Indien gij geloof hebt, toon uw geloof,
door te buigon voor een staat van zaken in
de gemejnte, dien g\j niet gewenscht hebt
en die-i wij niet begeerlijk achten, maar dien
G »a heeft doen worden, voor een goed deel
buiten ons om. Aanvaard dien toestand, met
de daaruit voortvloeiende verplichting om
o.'.dergeteekenden en hun geestverwanten niet
slechts te dulden, en goed genoeg te achten
om mede de lastèn der gemeente te dragen,
maar ook als andersdenkende broeders be
hulpzaam te zyn in de behartiging hunner
godsdienstige belangen.
„Indien gij geloof hebt, toon uw geloof,
door te vertrouwen op de macht der waar
heid, die voor haar triomf geen behoefte heeft
aan de onrechtpleg^nae handreiking van
tijdelijk machthebbende menschen. Geef en
h lp geven aan anderen, vrijzinnige mode
l-don der gemeente, wat zij niet zonder
schade, d. i. tevens: niet zonder schade voor
de aan uw zorg toevertrouwde gemeente,
kunnen missen.
„Meent gy, in alle bescheidenheid, krachtens
u.v leerstellige overtuiging, ondergeteekenden
en hun geestverwanten te moeten houden
voor gevaarlyke ketters, voor grooter zondaren
dan gy zyt, voor het onkruid op den akker
der gemtente; zy blyven u toeroepenindien
g« geloof hebt, toon uw geloof, door de
zifting van hot koorn en de verzameling van
het kaf ter verbranding over te laten aan
den Heer des oogstes, en u te durven betoonen
kinderen van Hem, die Zyn zon doet opgaan
over boozen en goeden, en regent over
rechtvaardigen en onrechtvaardigen.
„Zyn geest verlichte uw geest, en zty n
genadig in het zoeken en volbrengen van uw
plicht tegenover de g e h e e 1 e gemeente."
Volgen ruim 1700 handteekeningen van
personen, die lid der Ned.-Herv. Kerk te
Leiden zyn.
Handteekeningen van geannexeerden komen
nüt voor. Deze behooren nog kerkeiyk tot
de omliggende Dorpen.
Zooals bekend is, veranderen telken jare
op den laatsten April, by hst inluiden der
Meimaand, de voorspelen voor heel- en halfslag
van den Stadhuistoren alhier.
Dit jaar zullen voor het halfslag weerklinken
de tonen van „G'iyck den grootsten rap-sack
(Valerius' „Gedenck-clanck") uit het „Neder-
lanö8ch Volksliederenboek", samengesteld door
Daniël De Lange, jhr. mr. J. C. M. Van
Riemsdyk en dr. G. Kalff (Amsterdam, S. L.
Van Looy, 1896uitgave van de|Maatschappy
tot Nut van 't Algemeen).
De woorden van dit lied luiden als volgt:
G'iyck den grootsten rap-sack,
Vloot den Speek verbaest,
Als een wind die blaest,
Siet hem mét «yn knapsack
Loopen in der haest
Als een hond die rasst.
O ghy stad van Ley den l
Dit stuck bamerek
En laet toch verbreyden
Gods wonderwerek.
De Bourgoensche vanen
Vlogen op de vlucht,
Met een groot gerucht
En de Castiljaenen
Waren oock toI sucht*)
En geheel beducht
Door de booge stromen
En menig man
Die sy sagen komen
Dick krielen aen.
Wilt Gods eer verbreyen
Die du kleyn en groot
Vry maeckt van de dooi
En naer droevig schreyen
dus sent in noot
Overvloedig broot.
Lof dan, prys en e3re
Moet i-yn goseyt
God ons aller Heere
In eeuwigheyt.
Voor het heel slag wordt door het carillon
gegeven t bekende „Koninginnelied", mede
uit dat boek, compositie van W. F. O. Nicolaï,
woorden van Nic. Beets.
Men ziet, dat de stadsklokkenisi, de heer
R. H. Th. Van LeeuwsD, werk van die voor
spelen maakt.
In de vergadering van de Maatschappy
van Nederlandsche Letterkunde, gisteravond
alhier gehouden, sprak mr. J. E. Heeres, uit
's-Gravenhage, over den afstand van de Kaap
aan Engeland in 1814. Hy trachtte daarin te
betoogen dat ODzen staatslieden van toen ten
onrechte de blaam is aangewreven, dat ze
de Kaap vrywillig hadden verkocht. Door
sommigen wordt de meening voorgestaan dat
Nederlanl in staat was geweest de Kaap
terug te krygen. Spreker gelooft dat niet, en
ia van oordeel dat niet langer die smet op
den souvereinen vorst en onze staatslieden
mag kleven, daar de rechtmatigheid er van
niet is bewezen.
Den 13den Augustus 1814 is het tractaat
van Londen gesloten. Engeland gaf daarby
terug alle koloniën en vestigingen, die vóór
den laatsten oorlog in Nederlands bezit
waren geweest, uitgezonderd de Kaap, Geilon,
Berbice, Demerary en Essequebo, waarover in
een convention supplómentaire van denzelfden
datum werd beslist. Daarin kwam voor dat
Engeland 6,000,000 pd. st. zou betalen voor
verschillende afzonderiyk omschreven doel
einden, maar dat de met name genoemde
koloniëo aan Engeland souden blyven.
Het eerst werd over de teruggaaf van de
Nederlandsche koloniën gesproken den 27sten
April 1813 tu8schtD den Prins van Oranje en
Lord Castlereagh. Toen ls er echter Dog niets
gepreciseerd, en bovendien was het een par
ticulier gesprek. In het midden vso November
1813 begon Hogendorp aan den ambassadeur
te Londen Pagel over de quaestie te schryven,
maar Fagel achtte het beter nog wat te
wachten. Den 3den December reeds stelde
Engeland zich officieus op het standpunt:
Kaap en Ceilon moet Engeland behouden.
In een brief van den 14den December van
Hogendorp aan Fagel werd nog gesproken
van teruggaaf van alles wat Holland bezeten
De Spanjaard. Dolle bond. Ziekte.
bad, als grondslag van de onderhandelingen
met Engeland, maar den 8sten Januari 1814
schreef lord Castlereagh dat de souvereine
vorst erkende dat Engeland te beslissen bad
wat het terug wilde geven „in her way and
at her own discretion." Willem I meende
nameiyk dat de teruggaaf was een vrywillige
daad van Engeland. Dit standpunt mag onjuist
zfin of niet, de vorst nam het nu eeDmaal
in. Van een vrywilligen verkoop zynerzyds
was geen sprake.
By den vrede van Parys, den 30aten Mei
gesloten, word vaD de koloniën niet gerept,
teg^n de verwachting van Van Nagel, den
Holland8chen minister van buitenlandsche
zaken, die aan Fagel vooraf had opgedragen,
bet geheele koloniale bezit terug te vorderen.
Waarscbyniyk meende zoowel de vorst als
de minister dat Engeland nog niets bepaald
had over wat het terug zou geven, maar
achtten beiden het mogeiyk dat Engeland
bereid gevonden zou worden om alles te
restitueeren.
Beide partyen waren toen nog geheel vry
tegenover elkaar. Do Engelsche staatslieden
wisten dat do souvereine vorst hun niet erg
tegen zou werken, en dat ook Fagel en Falk
meegaande waren; alleen Van Nagel wilds
teruggaaf van alles.
Den llden Juni vroeg Fagel om instructies,
den 17den beloofde van Nagel binnenkort een
definitief antwoord. Maar iotusschen deelde
Fagel mee dat Eugdand misschien alles terug
zou willen geven, behalve de Kaap en Qsylon,
en een schadevergoeding aan zou bieden ter
verdediging van de zuideiyke Nederlandsche
grenzen.
Over de West-Indischs bezittingen had
Castlereagh zich niet zoo stellig uitgelaten.
In overleg met Falk, Six en anderen keurde
de souvereine vorst do instructie voor Fagel
welke van Nagel had opgesteld goed, maar
uit de stukken blykt dat van Nagel nog steeds
de teruggaaf van de koloniën beschouwde als
een récht, dat Nederland van Engeland te
vorderen had. Eerst na de teruggaaf kon z. i.
aan den verkoop van sommige worden gedacht.
De souvereine vorst daarentegen bleef by
zyn vroeger standpunt: dat de teruggaaf wel
willendheid van Engeland was. Fagel kreeg
ten slotte in last, zich op het stuk van de
Kaap toegevend to betoonen en tevens te
trachten geheel Guyana voor Nederland te
behouden.
Den 30sten Juni schreef Fagel dat zyn
instructie onuitvoerbaar was: geheel Guyana
zou men niet terugkrygen, en Nederland
zou moeten eindigen met toegeven. Onderwyi
was den Sisten Juni het protocol over de
vereeniging van Holland met België vastge
steld, en de aarzeling van Willem I om daaraan
zyn goedkeuring te hechten bracht Castlereagh
tot den eisch dat deze zaak in verband met
de teruggaaf van de koloniën zou worden ge
bracht en afgsdaan.
De 80uverein ried Yan Nagel, die zyn ontslag
vroeg, aan, om af te wachten, en gaf aan den
Engelschen gezant in Den- Haag te kennen,
dat by toe zou geven op het stuk van het
protocol, ten einde de koloniën te kunnen be
houden. Het gevolg was, dat Yan Nagel aan
bleef en Engeland de onderhandelingen open
de. Den 21sten Juli merkte Castlereagh aan
Fagel op, dat Nederland wel niet het recht
had op teruggaaf van de koloniën, maar
dat Engeland nu onderhandelen wilde,
aangezien thans Nederland sterk genoeg
was geworden om zyn koloniën te verdedigen.
Engeland bood aan zes millioen pond sterling
te betalen voor eenige bepaalde doeleinden,
maar het moest de Kaap mogen behouden.
Fagel ried aan, op dezen gronaelag te onder
handelen, en ondanks het verzet van Yan Nagel
eindigde het er mee, dat die raad werd gevolgd:
de souvereine vorst meende niet meer te
mogen verlangen. Den 13den Augustus werd
de conventie in dien geest gesloten. Het was
Fagel zelfs niet gelukt om Berbice te redden.
Engeland was van den beginne af aan van
plan geweest de Kaap, die het veel had ge
kost en na aan 't hart lag, te behouden; im
mers: „Het was aan Engeland om te beslissen
wat het geliefde terug te geven, en wat te
houden."
De hatelyke beschuldiging tegen den souve
reinen vorst en zyne staatslieden vervalt, en
Van Nagel zelf levert een pleidooi voor hun
houding als hy in een brief aan Fagel her
innert aan den gebiedenden toon van Engeland.
Als zy de keus hadden gehad tusschen de
Kaap en een geldsom, dan hadden zy gisping
verdiend, maar die keus was hun niet gelaten.
Yan Nagel heeft onbesuisd gehandeld, en wa9
verstandiger geweest met zich te schikken
naar de omstandigheden.
De oudste predikant in Den Haag, ds.
Oort Hzn., die geruimen tyd ziek ie geweest,
maar thans gelukkig herstellende, heeft
tegen 1 Juni z(jn emeritaat aangevraagd. Gebo
ren in 1809, werd de heer Oort candidaat in
1833, predikaot te Eemnes-Buiten op 15 Dec.
1833 en achtereenvolgens beroepen te Hoorn,
te Delft en Den Haag. De hooggeachte prediker
is reeds van 2 Augustus 1848 in Den Haag
werkzaam.
De „Nederlandsche Opera" geeft te
Amsterdam weer Meyerbeer's „Hugenoten",
onder leiding van den heer Van der Linden.
Volmaakt was de opvoering niet, zegt Joh.
Brngmans in de DTel.", maar er was toch
zooveel te genieten, dat het doek meermalen
moest ryzen, eer handen en voeten van Meyer
beer's vurige vereerders tot rust kwamen.
Van de artisten, die zich op voortreffeiyke
of wel verdiensttlyke wyze van hun taak
kweten, plaatst de bekende criticus bovenaan
den heer Johan Schmier. „Zonder twyfel be
hoort zijn Marcel opvatting tot de beste te
worden gerekend. Niet slechts dat zyn krach
tig en zeer diepgaand orgaan zich by uitstek
leent voor deze party, maar ook zyo muzikale
voordracht, het volkomen beheerschen der vele
moeilykbeden en daarby zyn flinke gestalte en
krygsbaftige manieren, zfin alleen de moeite
overwaard om een opvoering van „De Huge
noten" te gaan by wonen.
„Natuuriyk bleef het publiek, dat over het
algemeen zich weinig sympathiek toont voor
bassen, na het met vuur gezongen Pif-paf-
aria niet in gebreke om door een flink applaus,
dat gelukkig spoedig werd onderdrukt, uiting
te geven aan zfin ingenomenheid met de wyze,
waarop de oude Hugenootsche soldaat, over
eenkom8tig Scribe's en Meyerbeer's bedoeling,
zich van zyn taak kweet."
In den ouderdom van 75 jaar is gisteren
te Delft overleden do heer C. G. E. Gerlach,
oud-griffier van het kantongerecht aldaar.
De Pauselijke internuntius monseigneur
Francois Tarnassi bezocht eergisteren en gis
teren het bisdom te 's-Hertogenbosch en was
de gast van monseigneur W. Yan de Ven,
aldaar. Z. D. H. bezocht de kathedraal van
St.-Jan, de R-K. kweekschool, het seminarie
te St.-Michiels-Gestel en moer R.-K. inrich
tingen.
Te Jaarsveld is de oud-stryder, drager
van het metalen kruis J. Reinberk iu 92-jarigen
ouderdom overleden.
Te Rotterdam is overleden do zeereerw.
pater Van Gulick, sedert 1880 kapelaan der
kerk van O. L. Vrouw aldaar. Den 21sten
Nov. 1813 te '8 Hertogenbosch geboren, deed de
ontslapene zyne lagere studiën te Eindhoven
en Oudenbosch en vertrok van daar naar het
groot seminarie te Haarlem. Den 6den Jan.
1835 trad by te Nivelles in België in de Sociëteit
van J©zus. In 1839 werd hy belast met het
gymnasiaal onderwys te Aalst, en in 1840 met
dat to Katwyk. Vervolgens studeerde hy vier
jaren, van 1845 tot 1849, aan de boogeschool
te Leuven In de theologie en bracht ver
volgens een jaar door in Drontgen (Gent) tot
voorbereiding zyner geestelyke loopbaan. Van
1849 tot 1852 bekleeddo pater v. Gulick het
professoraat in de wysbegeerto en natuur
kunde aan het seminarie te Kuilenburg, de
tweo volgende jaren was hy secretaris van
den Provinciaal der Sociëteit in Nederland,
en den 16den April 1854 werd hy zelf tot
Provinciaal benoemd, weike hooge betrekking
by tot 3 Oct. 1859 vervulde. Nu werd ny
weder professor te Kuilenburg en vervolgens
rector van het studiehuis te Maastricht,
waarna hy van 9 Jan. 1866 tot in 1874 voor
de tweede maal Provinciaal van de Sociëteit
in Nederland was. Na alsnu eenige jaren weder
te Maastricht doorgebracht te hebben, kwam
hy in 1880 naar Rotterdam, waar by in hoog
aanzien stond.
Aan de Beurs te Amsterdam liepen
gisteren geruchten, dat de Rotterdameche
Tramweg My. bezig zou zyn eene - uitgifte
voor te bereiden van óén miilioen guluen in
S'/j-pcts.-obligatiën, tot den koers van 99 pet.
In verband hiermede worden de heeren
Laboucbère Oyens k Co. genoemd.
By koninkiyk besluit is Victoria Diane
Van La wiek, te Parys, erkend als te be
hooren tot den Nederlandschen adel met het
praeaicaat van jonkvrouw.
Het voornemen bestaat, het surnume
rairs-examen der directe belastingen, tweeie
gedeelte, voor hen, die daaraan in 1898
zouden kunnen deelnemen, in plaats van in
dat jaar, in het laatst van 1897 te houden.
De openingsdag van de voorjaarsver
gadering der algemeene Synode van de Ned.-
Herv. Kerk is bepaald op Dinsdag den llden
Mei a. g.
Dr. Rutgers, de overleden rector vw
het gymnasium te 's-Gravenbage, heeft be
paald, dat zyn hulsel het ïykverbranding»
proces moet ondergaan, ingevolge weikei
wensch het stoffeiyk overschot de volgendr
week naar het crematorium te Gotha wori
overgebracht.
Het stoomschip „Voorwaarts," van Am
sterdam naar Batavia, vertrok 2 April va»
Perim; de „EJam," van Amsterdam naai
Nieuw York, passeerde 2 April Scilly; A
„KoniDgin Wilhelmina" vertrok 3 April var
Amsterdam naar Batavia; de „Palinurus", van
Batavia naar Amsterdam, passeerde 2 Apr?
Perim.
Aarlanderveen: De kiezersiysten it
de gemeente Aarlanderveen bevatten 4®,
kiezers voor leden van de Tweede Kamer m
de Provinciale Staten en 358 kiezers voci
leden van den Gemeenteraad.
Bodegraven: Gedurende de maan#
Maart werd aan het postkantoor alhier lage-
legd f 1398.03, terugbetaald f 2162.20. Hef
laatst uitgegeven boekje draagt het No. 498
L e i m u i d e n Nauweiyks was de tydinp
hier aangekomen, dat onze burgemeester, dt
heer Th. C. C. Ninaber, tevens benoemd is tol
burgemeester van Rynzatorwoude, of van voir
publieke en andere gebouwen werd als blgk
van ingenomenheid de driekleur uitgestoken,
Noordwyk: Door een twintigtal inge
zetenen dezer gemeente, grootendeels nering
doenden, werden per circulaire hun dorpsge-
nooten gisteravond in hot „Hof van Holland*
uitgenoodigd, ten einde te geraken tot de op
richting van een Vereeniging ter „Bevordertnf
van het Vreemdelingenverkeer." De vergade
ring werd geleid door den heer A. Dorsman,
boekhandelaar alhier, die het nut van een
dergelyke Vereeniging beknopt en duidelflk
uiteenzette. Staande de vergadering traden
ruim vyftig leden tot de Vereeniging toe.
Het concept reglement werd schier ongewyzifd
goedgekeurd. Tot leden van het bestuur wer
den gekozen de heeren W. Van Beelen, C. Th,
Van den Berg, A. Dorsman, E. De Groot,
N. Den Hollander, L. Janszen, A. Van Raai
van Konijnenburg, W. H. Van KonyDenburg,
C. M. Van der Lee, H. Medemblik, A. J. Orer-
meer, G. Van Parys, C. Van Reyzen, J.
Van der Werf en S. J. Zandvoort. Ownr
applaus der vergadering kon de voorzitter
mededeelen, dat de edelachtbare heer burge
meester het eere-voorzitterschap heeft willsa
aanvaarden.
Noordwykerhout: Het jachtseizoen ie
reeds lang ten einde, het wild weinig wanrd
en er is op het veld volop werk. Toch zga
er nog stroopers, die hun dryt ook na doq
vooitzetten. De onbezoldigd ryks veld wachter
C. Duivenvoorden, jachtopziener by jhr. mr.
G. W. Dedel, ontdekte gisteren twee per
sonen, ui. P. v. d. A. en G. Van O., beiden
van Hillegom, terwyl zy met een geweer op
fazanten loerden. Na een worsteling met r.
d. A. van ongeveer een uur gelukte het
Duivenvoorden de kolf van het geweer machtig
te worden, die by stroopers-geweren meestal
gemakkelijk van den loop is te scheiden. De
ander, die zyn collega-strooper gaarne was
te hulp gekomen, moest inmiddels met de
revolver in bedwang gehouden worden. Proces
verbaal werd natuuriyk opgemaakt.
Op het bulppostkantoor werd in dsmaac4
Maart by de Rykspostspaarbank ingelegd
f 1013.45 in 29 inlagen. Terugbetaald werd
f 2673 in 9 keeren.
0eg8tgee8t: Over de maand Maart zfin
aan bet telephoon kantoor alhier behandeld
56 berichten, waarvan 28 ontvangen en SS
verzonaen.
Oud8boorn: By den winkelier TuQn
ontstond heden een binnenbrand, door het
omvallen van een petroleumlampje. Met wol
len dekens, enz. gelukte het den braad
meester te worden.
Rynsburg: Het mond- en klauwzeer fs
in de gemeente Rijnsburg verklaard gewoksn
te zyn; alle stallen zyn ontsmet verklaard.
Ter-Aar: Gedurende de maand Maart
zyn aan het Rykstelephoonkantoor in de ge
meente Ter Aar behandeld 55 telegrammen
nameiyk ontvangen 39 en verzondea 16.
Aan de kinderen van de openbare scheel
in de gemeente Ter-Aar ls in deze week een
genoeglijke dag bereid. De3 morgens om 9
uren in de school bijeengekomen, werd la
tegenwoordigheid van het bestuur dergemeent*
met den heer H. Kroft, als waarmend burge
meester, eene openbare les gegeven, waarna
den kinderen, die daarop aanspraak mochtaa
maken, eene belooning voor getrouw school
bezoek werd uitgereikt, hetwelk door hen met
blykbare tevredenheid werd aangenomen. D
biydschap oncte2 de kinderen verhoogdo, tos