H\ 11352 Vrijdag; 26 Februari. b. 1897 feze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering ras (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 25 Februari. Feuilleton. Een heldhaftige vrouw. LEIDSCÏÏ DAG-BLA tEU3 DEZER COURANT» Voor LeidoD per 8 maanden. Ifranco per post Afeondorlyke Nommers J.lOi mo. 0.05. PRIJS DER ADVERTEFTTXfiir: Van 1—6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootaw letters naar plaatsruimte. Voer bet lncasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. De gemeenteraad van Leiden beeft Maan dag-middag 11., 22 Februari, eene vergadering met gesloten deuren gehouden. In die zitting werd den leden mededeeling gedaan van een brief van commissarissen der Bank-van- Leening, houdende kennisgeving dat de con troleur der Bank-van-Le9ning, D. De Bruyn, op grond van de daarin medegedeelde feiten, in z\jne betrekking met ingang van 21 Februari is geschorst, met verlies van traktement. Naar aanleiding daarvan is genoemde De Bruyn door B. en Ws. gehoord en zjjn do in den brief van commissarissen der Bank- van Leening vermelde feiten door hem erkend. B. en Ws. geven den gemeenteraad alsnu in overweging D. De Bruyn voornoemd als controleur der Bank-van-Leening te ontslaan met ingang van heden, 25 Februari. Dit voorstel zal in de tegen hedennamiddag om halfvier uitgeschreven openbare gemeente raadszitting aan de orde werden gesteld. Naar aanleiding van de vacature, ontstaan door het overlijden van het lid der Commissie van het Stedelijk Museum dr. W. N. Du Rieu, heeft het bestuur het volgende tweetal den Raad aanbevolen: dr. A. W. Kroon Jr. en W. F. Yerhey van "Wijk. Ter vervulling van de vacature van derde onderwijzeres aan de openbare school 3de klasse No. 2, ontstaan door bet aan mej. C. M. Van der Heyde verleend eervol ontslag, is de volgende voordracht opgemaakt: lo. mej. J. M. Yan der Harst, tijdelijk met de waarneming der betrekking belast; 2o. mej. S. C. Hanselaar, mede tijdelijk onder wijzeres aan de betrokken schoolen 3o. mej. N. H. Gouwentak, kweekeling aan de open bare school 4de klasse No. 2. Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek vau den heer C. H. G. Van den Bergb, deelen B. en Wa. mede, dat de zoon van adressant, C. F. J. Yan den Bergb, op 4 Januari jl. de Hoogere Burgerschool voor Jongens heeft verlaten, om zich op het kantoor van zjjn vader te bekwamen voor zijn aanstaande carrière. Zy geven daarom in overweging aan adres sant vrijstelling of terugbetaling te verleen en van schoolgeld voor zijn zoon, vroeger leer ling der Hoogere Burgerschool voor Jongens, over de laatste twee kwartalen van den cursus 1896/97. Tevens deelen zij mede, naar aanleiding van een verzoek van den heer H. J. Monod de Froid^ville, dat de dochter van adressant, A. H. Monod de Froideville, met April a. s. de Hoogere Burgerschool voor Meisjes zal verlaten wegens vertrek naar Inaiè. Zy geven dus in overweging aan adressant vrijstelling of terug betaling te Ytrleenen van schoolgeld Hoogere Burgerschool voor Meisjes, over h6t laatste kwartaal van den cursus 1896 '97. Wat be treft de Meisjesschool 1ste klasse, wordt de dochter van adressant, leerlinge dier school, met 1 April a. s. van die school afgeschreven, terwij1 het schoolgeld aldaar per kwartaal verschuldigd is. Ten aanzien van een verzoek van den heer A. W. Alsdorf deelen B. en Ws. mede, dat de zoon van adressant, I. A. Alsdorf, leerling der Hoogere Burgerschool voor Jongens alhier, met zijn vader op 30 Januari jl. naar Amster dam is verhuisd, zoodat er reden bestaat op. het verzoek om vrijstelling van schoolgeld gunstig te beschikken. Z|j geven daarom in overweging aan adressant vrijstelling of terug betaling te verleenen van schoolgeld over de laatste twee kwartalen van den cursus 1896/97. Den gemeenteraad deelen B. en Ws. mede, dat door de Commissie van Beheer over het Krankzinnigengesticht .Endegeest" over eenkomstig art. 3 der Verordening van 9 Januari 1896, houdende Reglement op het beheor en bestuur van het Krankzinnigen gesticht .Endegeest", de jaartallen van aftre ding van de leden der Commissie bij loting als volgt zjjn vastgesteld: dr. D. E. Siegenbeek van Heukelom in 1897, mr. E. De Vries in 1898, dr. T. Zaayer in 1899, dr. E. F. Van Dissel in 1900. De tijd van aftreding is bepaald op den eersten Dinsdag van de maand September. Ten gevolge van de benoeming van mejuffrouw Poelman tot 2ae onderwijzeres aan de Meisjesschool 1ste klasse, is aan die school eene vacature van derde onderwijzeres ontstaan, ter vervulling waarvan de volgende voordracht is opgemaakt: lo. mej. C. Japikse, thans tijdelijk met de waarneming der betrek king belast; 2o. mej. E. Van Sonsbeek, derde onderwijzeres aan de school der derde klasse No. 4; en 3o. mej. G. E. Van der Heyden, derde onderwijzeres aan de school der 3de klasse No. 2. In de gisteravond in het Nutsgebouw gehouden en zeer druk bezochte .vergadering van vrijzinnige leden der Ned.-Herv. gemeente alhier", naar aanleiding van de aanstaande vacature wegens het aan dr. H. G. Hagen tegen 1 Mei verleend eervol emeritaat, ia besloten tot den Kerkeraad een adres te rich ten, waarin deze wordt uitgenoodigd zijn invloed aan te wenden by het Kiescollege, opdat ook de rechten der minderheden worden erkend by het doen van do volgende beroe ping van een predikant, ter vervulling van de openvallende predikantsplaats. Aan eene commissie werd de uitvoering van dat besluit opgedragen. Binnenkort zal ten behoeve der Zending onier Jongelingen albior optreden de heer Chr. Phildiu8, agent van het Centraal-Comité van Jongelingsvereenigiogen over de gansche wereld. Dit Comité, gevestigd te Genève, is het centrum van den Wereldbond. Op 24 Aug. 1855 werd deze gesticht te Parys; de 2do Wereldbond, die bestond (die der Vrymet8elaars ging vóór). Uit Neaerland waren vertegenwoordigd 10 Jongelingsvereeni- gingen. Zeven landen waren vertegenwoordigd door 35 afgevaardigden en 63 led-.n; op de 13de internationale vergadering, van 16 Juli ge houden te Londen, waren 805 afgevaardigden en 1150 leden, die ongeveer 6000 vereenigin- gen met 500,000 leden vertegenwoordigden. Inderdaad een vooruitgang! In het bestuur heeft tegenwoordig ook zitting Prins Oscar Bemadotte, en wel voor Zweden. Voorwaar voor de zaak der Jonge lingsvereenigiogen eene niet geringe eerl Van den arbeid in alle deelen der wereld, in China en Japan zoowel als in Europa, onder allerlei volken, komt de heer Phildius verslag doen. Deze heer sprak o. a. in 1896 op den Bonds dag te Deventer. Reeds toen bleek wat be- langryke ervaringen zyn deel zyn geweest; en de waarde der Chr. J.-V., hoe vaak ook gering geschat, hoe weinig gesteund door de grooten der aarde in ons land ten minste bleek niet gering te zyn. Geen zendingsarboid kan meer bemoedigend zyn vaak dan deze. De heer Phildius spreekt in het Duitsch; als tolk zai optreden de heer Van Bommel, agent van het Nederl. Jongelingsverbond. Het doel is, belaogstelling te wekken voor dezen zendingsarbeid. De Chr. Jongelingsvereenigingen alhier, die afd. zyn van het Nederl. Jongelings-Ver'oond (.Dient den Heer" en .Uw Bewaarder zal niet sluimeren") zullen het gesprokene afwisselen met muziek of zang. Tyd en plaats van samenkomst worden nader aangekondigd. Komen er dan velen! De Ambachtsschool te Leiden heeft weder de inschry ving voor nieuwe leerlingen geopend. Op die school bestaat de gelegenheid om jongelieden op te leiden tot bekwame timmer lieden, meubelmakers, smeden, huissmeden, machinebankwerkers, vuurwerkers en huis schilders. Het onderwys omvat: het lyn-, beuw- en werkluigkuncig teekenen; het handteekenen; de konnis van het stoomwerktuig; dekennis der materialen; het timmeren en oraaien; het meubelmaken, boetseeren, houtsnyden en draaienhet huisameden, het machine-bank- werken, het vuursmeden; het verven, het schilderen van hout- en marmersoorten en het penseelschryven. Voor aanstaande steenhouwers bestaat ge legenheid het teekenonderwys te volgen, in hoofdzaak het ornament- en het letterteekenen. Teokenbehoeften. gereedschappen, materialen en een model werkkiel worden den leerlingen kosteloos verstrekt. De cursus duurt 3 jaren. Gedurende dien tyd is voor de leerlingen het bezoek aan de avondschool van het Genoot schap .Mathesis Scientiarum Genitrix" ver plichtend. De leerlingen kunnen door het Bestuur even wel van die verplichting vrögesteld worden. Naar men uit goede bron verneemt, zal de opperscbipper J. De Smit, dienende aan de Kweekschool voor Zeevaart te Leiden, Hr. Ms. zeedienst weldra met pensioen verlaten. Uit eene in dit nommer voorkomende advertentie blykt dat het beroemde Boheemsche Strykkwartet bier nog eenmaal terugkomt. De leden der Toonkunst-maatschappyen alhier bekomen voor dat concert weer reuuctie op de entrees. Benoemd is tot onderwyzeres te Leiden mej. W. R. v. d. Burg, van Rotterdam. Het Russische Spakat Dans- en Zang- quintet Michailenko zal Zondag avond a. s. in de Stadszaal in de tweede voorstelling van .De Operette-Koningin" optreden. Met 1 Maart te beginnen tredeo zy te Rotterdam op. Te Amsterdam hebben zy veel tot de attractie ▼an .De Operette-Koningin" bygedragen. Zy dansen nog in de vooretellingen van .De Operette-Koningin" op Vrydag te Enschedee, en Zaterdag te Almeloo. Maan dag zyn zy te Rotterdam. In de voorstelling van „De Operette- Koningin", op dien Maandag weer in het Grand Théatre te Amsterdam, treedt dan weer een nieuwe attractie op.Het electrische Sylphiden Terzet", nog nooit in Nederland geweest. Door ingelanden van den Stadspolder, ge legen onder de gemeenten Leiden en. Leider dorp, werd als bestuurslid herbenoemd de heer J. J. Van Hoeken, te Leiden, terwyi in de plaats van den heer A. Van ^eeuwen, te Leiderdorp, die bedankt heeft, als zoodanig is gekozen de heer A. Ruygrok, te Lelden. Nu de Kath. plaatselyke Vereeniging in de gemeente Zoeterwoude zich niet scbynt aan te sluiten by de Centrale Kiesvereeniging, die in het district Katwyk is vernieuwd, be staat er by eenigs kiezers het plan, een tweede R. K. plaatselyke vereeniging in het leven te roepen met aansluiting aan de Centrale. In de op 24 dezer te Gouda gehouden algemeene vergadering der Stoomboot-maat- schappy Boskoop-Waddingsveen-Gouda werd het dividend voor 1896, na afschryving van het dubbele van het vereischte bedrag, be paald op 6%. Als bestuursleden werden be noemd do heeren P. Van Nes Az., te Boskoop, en W. A. Verbruggen, te Waddingsveen. Het aantal kinderen, dat de scholen te Haarlemmermeer zou kunnen bezoeken, be draagt 1240 j. en 1226 m., totaal 2466, en dat van niet-scboolgaande kinderen 153 j. en 224 m., totaal 377. By het te Utrecht gehouden examen in de nuttige handwerken is geslaagd mej. F. J. C. Cremer, van Hillegom. Aangenomen is het beroep naar de Evang.-Luthersche gem. te Haarlem door ds. A. D. Wempe, te Alkmaar. Met 29 tegen 4 stemmen heeft de ge meenteraad van Amsterdam in de gister- namiddag gehouden vergadering besloten te persisteeren by het genomen besluit in zake den Beursbouw, nl. de Beurs te doen plaatsen midden op het Damrak. Dit besluit werd genomen naar aanleiding van eenige ingekomen adressen, waarin drin- gond werd verzocht de Beurs te doen plaatsen aan het Damrak, waardoor een Damrak avenue verkregen zou kunnen worden, over eenkomstig het plan van de heeren De Flines en Von Glahn. De heer J. Beyer, leeraar by het m. o. te Dordrecht, is op zyn verzoek eervol als zoodanig ontslagen. Tot geneesheer aan het gesticht Calva- riënberg, te Maastricht, ie benoemd de heer G. C. F. Rombouts, arts te Breda. Aan boord van het stoomschip „Smeroe", is op reis van Java naar ons land op 39 j.irigen loeftyd overleden jhr. J. J. Roëll, adj.-inspec teur van financiën in O.-I. dienst. Er moet in het district Roermon i een herstemming plaats hebben voor het lidmaat schap der Prov. Staten van Limburg (vac.- Schoolmeesters) tusschen do heeren Welters, burgemeester van Echt, en Janssen, van Linne. Door den heer G. J. Okhuysen, stalhou Ier van paarden en vee te Utrecht, is een i 'r ingediend aan den minister van binnenlan^Dü zaken, ter verkryging van eene vergoeding van schade, door hem geleden door de toe passing van de wettelyke voorschriften op het mond- en klauwzeer. De adressant geeft in het adres te kenneD, dat zyn stal ten gevolge van het in quarantaine houden van vee, waarvan het twyi'elachtig is, dat het in aanraking is geweest met verdacht vee, feiteiyk onteigend is geweest, en voor zyn ander® inkomsten niet kon worden gebruikt. Boven dien is by verplicht geweest de in quarantaine gestelde runderen te voederen, terwyi hom, op zyn, ter plaatse waar zulks behoort, ge opperde bezwaren, werd geantwoord, dat hij zich ten opzichte van eene vergoeding moest verstaan met de eigenaars van het vee. Waar nu in de wet op de besmettelyko veeziekte van 18 Juli 1896 geen enkel aitikel de uitlegging van een ziektegeval by een stalhouder Dader omschryft en de adressant door de weigering tot betaling der meerdere onkosten van sommige eigenaars, geldeiyk schade heeft geleden, is hy van meening, dat deze schade door d6 Regeering behoort te worden vergoed. Jhr. mr. J. E. De Sturler, nieuw be noemd consul-generaal van Nederland te Bangkok, tot dusver consul te Djeddah, zal in de eerste helft der volgende maand de residentie verlaten, om zich eerst gezamenlijk met den nieuw benoemden Nederlandschen consul te Djeddah, den heer Van Delden, voormalig assistent-resident in Ned.-Indié, daarheen te begeven. Daar zal de heer De Sturler enkele maanden verbiyven, ten einde den nieuwen titularis zyn medewerking te verleenen alvorens zich naar zyn post te Bangkok te begeven. Voor bet vertrek van beide heeren zai aan belanghebbenden gelegenheid worden ge geven met hen hun belangen te bespreken. Aan de „Arnh. Ct," werd het b richt ODtleenJ, dat de heer C. H. Coster, te Arn hem, was benoemd tot directeur van hot Groninger Harmonieorkest, als opvolger van den beer Bekker, doch van de aanvaarding dezer betrekking had afgezien. Volgens de „Prov. Gron. Ct." heeft nog geen benoeming plaats gebad. Men meldt uit Kampen: Van het vonnis der Zwolsche rechtbank over de uitbetaling der predikantstraktementen alhier besloot de gemeenteraad in hooger beroep te gaan. In de vacature van dr. P. J. Smit, leeraar in de Nederl., Grieksche en Latynsche taai en letterkunde aan het gymnasium, zullen sollicitanten voor een dr. in de klassieke lette ren worden opgeroepen op eene bezoldiging van f 1800 's jaars. De kapt. W. C. Gobius, van het 5de reg. lof. te Amersfoort, zal binnenkort den l dienst met pensioen verlaten. ii) Waarom moeten we eigeniyk wegloopen?" zeide zy, zonder vrees. „We zyn met ons beiden, we zyn mannen, we zyn gewapend. Deze mannen zyn verraders van den keizer. Laten we hen bevechten." Dat is onmogeiyk 1" Hy dacht voor een oogenblik, dat ze hem wilde bedriegen, en hy was over den toestand van haar geest Verbaasd, die haar zoo deed handelen. Ü'oen zlJ draalde, wees hy met aandrang n^r de deur. „Ga naar beneden, bezweer ik zeide hy by na gebiedend. O, ik weet, dat u een lafaard isl" zeide se en ging achteruit. Pahlen deed een stap vooruit, nam haar in zyn armen, hetgeen hem zeer veel pyn aan zyn wond veroorzaakte, en droeg haar naar beneden. Zy was geen lichte last, maar een oogenblik was ze zóó verbaasd, dat ze zich er niet tegen verzette. De kamer beneden was laag en donker, maar een klein venstertje stelde hem in staat haar gezicht waar te nemen, toen hy haar neerzette. Haar wangen waren vuurrood, haar blauwe oogen schoten vonken. Brutale Rusl" schreeuwde ze. „Brutale kerel! Hoe durft ge dat doen? Ik ben een officier, geen kindl" Er was geen tyd te verliezen," ant woordde hy snel en ais om verontschuldiging vragend. Onze levens stonden op 't spel. We kunnen met ons tweeën geen twaalf duivels overwinnen. Wy moeten vluchten." Een schreeuw bereixte hun ooren, terwyi stonden te praten. Zy ving den vermetelen, wakkeren blik uit zyn oogen op en het gevaar, dat haar leven bedreigde, verminderde haar gevoel van gekrenkte waardigheid. Er stond een deur op een kier aan het uiterste einde van de kamer en ze gingen er doorheen. Drie treden voerden hen naar een kelder, met leege tonnen gevuld; tna zich een weg door dien kelder gebaand te hebben, bereikten zy een ladder, die tegen een deur stond, welke hoog in den muur was aangebracht. Pahlen ging vooruit, het meisje volgdeby eiken stap, dien ze deden, rinkelden hun sabel8cheede^,, Haar gezicht was dicht by zyn voetep,. Toej^by boven was, draaide hy zyn hoofd om en ving haar blik op, toen by naar beneden keek. De gedachte schoot door zyn brein, dat zoo'n schako van de lanciers haar aardig stond. Toen dacht hy onmiddeliyk weer aan het gevaar en aan haar onzinnigen toe stand en hy legde zyn hand op den grendel van de deur. Toen hy den grendel voor de deur schoof, hoorde hy daarbinnen het geluid van hoeven. Zy staken licht in den stal op; hun oogen schitterden van biydschap, dat hun vlucht was gelukt. Het meisje ging naar hem toe, om hem te bedanken, on vloog toen naar haar paard. „DouchinkaWe zyn alleen I Onze dappere mannen zyn allen gedood!" riep zy met weemoed uit, terwyl zy het beest streelde. „Je moet me vandaag nog ▼er brengen." De zadels en teugels waren aan een leeg rek vastgemaakt; Pahlen greep er gauw twee. Nauwelyks had hy het leder aangeraakt, of hy hoorde buiten een geluid, dat hem even deed luisteren. Toen greep hy Halka's hand, fluisterde haar toe, wat hy gehoord had, en trok haar naar een hoek van den stal, waar een massa doode blaren en riet op een hoop lagen. Nauwelyks hadden zy zich achter dien berg verscholen, of de stal werd opengegooid en negen of tien man kwamen naar binnen. Halka haalde kort en snel ademin de oogen van Pahlen was een vreemd licht gekomen. Een groote man, die veel op een hond geleek, liep naar het naastbyzynde paard en onderzocht het; toon keek hy naar de zadels en de tuigen. Hy droeg een van die witte jassen, die toen nog door de soldaten van het Franeche leger werden gedragen, maar die na den slag van Eylau afgeschaft werden. Iets in de tuigen trok zyn aandacht Pahlen greep naar zyn pistool, toen hy hem plotseling naar het gras zag kyken. Iedere zenuw was gespannen, iedere spier klaar om op te springen terwyi hy de bewegingen van den man nauw keurig gadesloeg. Maar de roover had hem niet gezien. Hy draaide rond, terwyi hy met zyn rug naar den hoek ging staan, en brulde de gang in: Nou, stomme honden I Nou is er een man ontsnapt 1 Een van die paarden was bet paaid van een officier. Er waren maar één sergeant en vier gemeene soldaten in huis. Waarom liet je toch dien kerel ontsnappen?" De deserteurs stonden op en begonnen te vloeken, maar de man bracht hen door een woedenden blik en door een vloek weer tot bedaren. Hier! Jacques en Antoinel" schreeuwde hy, terwyi hy zyn pistool op de groep der mannen gericht hield. „Neemt deze paarden naar onze kwartieren moe. Wy, anderen, moeten naar 't huis terugkeeren." Hy dreef do roovers door de deur, die naar den kelder leidde. Zy struikelden en klauterden de ladder al schreeuwende en vloekende af. Toen volgde hy, terwyi hy de beide mannen, die hy genoemd had, ïq den stal achterliet. Zy keken elkaar ter sluiks aan, terwyi de paarden gezadeld werden. Toen zy daarmee klaar waren, deelden zy de dieren in twee groepen van drie paarden en de man, die Jacques heette, zei tegen zyn makker, dat hy er maar eerst met zyn deel uit zou gaan. Laat ze er maar eerst uitgaan," zeide de man zacht. „We ;4i&'nen Milten wel opstygen." My wel," zeide do Andere rööver met gemaakte onverschilligheid. „Maar denk er om, jy, haantje de voorste, dat Stockput jou een goudstuk meer gegeven heeft dan je hebben moest." Je liegt het!" riep zyn kameraad. „Hier! We zullen tegeiyk den stal uitgaan." Zy gingen weg, met hun paarden voor zich uit, en zoolang zy in den hof waren, hoorde Pahlen hen nog kyven. Als hy alleen was geweest, zou hy opgesprongen zyn en getracht hebben om hen te verslaan. Nu hy door het meisje in zyn bewegingen belemmerd werd, durfde hy niets wagen. Toch moest hy ten minste één vaa de paarden hebben en was het eenige, wat er nu nog overschoot, de mannen te volgen en met geweld de paarden van hen af te nemen. Hy wachtte een paar minuten met hevig ongeduld, om hun den tyd te laten tusschen de boomen te komen, terwyi hy de stemmen van de andere roovers nu en dan Dog hoorde. Op dit hachelyk oogenblik hoorde hy, dat Halka zich verroerde. Hy wendde zyn gezicht naar haar om, maar zag alleen haar kort geknipt haar en de achterzydo van haar schako. Hy was er zeker van, dat zy snikte, en wist nu, dat zy inderdaad had gezien, dat haar leven aan een zyden draad hing. Zijn eigen gezicht kreeg een sombere, angstig® uitdrukking. Woes maar niet bang," fluisterde hy. „Nu zullen we de paarden zien te krygen." Hy had zich heel dicht tot haar voor overgebogen, zy verborg zich gauw achter het riet. Bang 1" En hy hoorde hoe zy haar snik ken trachtte te onderdrukken, terwy! zy met haar haDd gauw haar oogen afdroogde. „BangI Daarin vergist u ul PoDiatowski'a lanciers verstaan de kunst van te sterven." Ik weet hoe moedig u is," antwoordde hy. „We zullen die twee mannen op den voet volgen en ons van hen meester maken." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1