N#. 11344
Woensdag W Februari.
A». 1897
jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
F E E.
LEIDSCH
DAGBLAD.
fRUS DF.3ER COTOAUTJ
Voor Leiden per 9 maanden. - 1.10.
franco per posta 1.40,
Aftonderlgke Nommers 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIE»:
Van 1—8 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17}. Grootera
letters naar plaatsruimte: Voor bot incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Leiden, 16 Februari.
Da heer J. Yan Djjl, onderwijzer aan de
Chr. School aan de Middelstegracht alhier, is
als zoodanig benoemd in Transvaal en denkt
in April daarheen te vertrekken.
Wederom werd gisteravond in het
schouwburglokaal „Vondelhoven" door een der
vele Leidscho tooneelvereenigingen een uit
voering met introductie gegeven, ditmaal door
de vereeniging, die den eenvoudigen en voor
iedereen begrypelyken, Nederlandschen naam
draagt van „De Vriendschap." Ze werd op
gericht den 19den van Herfstmaand des jaars
1892 en gaf gisteravond, in tegenwoordigheid
van haar beide banieren, een fraaie planten
groep, eenige musici en tal van belangstel
lenden, haar achtste uitvoering.
Er werd, en dit mag menige zuster-
vereeniging tet een voorbeeld ter navolging
strekken hoewel niet vroeg in den avond,
op tijd begonnen en het eenvoudige openings
woord van den voorzitter, beschaafd en duide
lijk uitgesproken, zou, op het papier gebracht,
volstrekt geen aanleiding kunnen geven tot
ergernis of lachen.
Aangevangen werd met het tooneelspel in
vier tafereelen met voorspel door A. A. Van
der Stempel Jr.: „Henri Burton"; geëindigd
met het koddige blijspel met zang in één
bedrijf door A. W. Metz Fz.„Schuiven gaan ze."
We zullen nu eens niet by elke rol afzonder
lijk stilstaan, omdat we dan ongetwijfeld, door
telkens onze goedkeuring over de vervulling
er van uit te spreken, al te eentonig zouden
worden en door te veel te prijzen wellicht
geen nut zouden stichten. Volstaan we er
mede hier te zeggen, dat het gisteravond
vooral gebleken is, dat „De Vriendschap" goede
krachten onder hare werkende leden telt, bij
de keuze der op te voeren stukken met h-tre
krachten te rade ging, dat de werkende leden
zich toeleggen op beschaafd spelen en spreken
en dat deze vereeniging als tooneelvereeniging
dit op vele harer zusteren voor beeft, dat ze
recbt heeft van bestaan.
De uitvoering was om halftwee des nachts
afgeloopentoen begon het bal.
Op ons verzoek ontvingen wij van de
heeren Ribbink, Van Bork Co. de maande
lyksche overzichten van gevoerde gesprekken
van en naar Leiden in intercommunaal tele-
phoonverkcerwelke overzichten aan hen zyn
overgelegd door de Nederl. Bell Telephoon-
Maats chappy.
Het blykt ons daaruit, dat de totale gelde
lijke opbrengst bedroeg:
1896
In Juli50.50
Augustus 60.
9 September 50.50
October65.
November 68.25
December 80.25
Totaal in het halfjaar ƒ374.50
Dat is dus ƒ74.50 meer dan het gega
randeerde bedrag. Mochten de gevoerde ge-
spr-kken naar Leiden niet mederekenen,
waarom niet? dan gaat het in ieder geval
niet aan, dat over een half jaar de rekening
gemaakt wordt, als per jaar werd gegarandeerd.
Met het oog daarop werd de reeds gisteren
ons aangeboden quitantie men is er dus
wel vlug bfl - nog niet voldaan, hopende dat
het bestuur, hetwelk destijds zoo welwillend
de zaken behartigde, ook thans voor hen, die
gegarandeerd hebben, zal willen optreden,
desnoods eene vergadering bijeenroepen, als
mocht blijken, dat de handelingen der Bell-
Telepboon-Maatschappij öf van den directeur-
generaal der posterijen en telegraphie niet
mochten strooken met de aangegane verbin
tenissen.
De voorloopige cijfers voor de nieuwe
kiezerslijst te Voorschoten zjjn de navolgende:
318 belasting-, 2 huur-, 31 loon-, 1 pensioen
en 5 examen-kiezers. Totaal 357 kiezers.
De oude lijst had 275 kiezers.
Het bovengenoemde getal wordt alsnu nog
verminderd met de bedeelden en hen, die
ingevolge het onderzoek van do lijst mochten
wegvallen.
Voor den gemeenteraad ls het getal nog
36 minder, aangezien, op een enkele uit
zondering na, alleen de 318 belasting-kiezers
in den hoofdelyken omslag zijn aangeslagen.
Het geheele getal mannelijke inwoners
boven de 25 jaren bedraagt ongeveer 519,
zoodat 162 zelfs nog het kiesrecht voor de
Tweede Kamer missen. Hieronder zijn 83
wanbetalers.
Voor de a. s. tentoonstelling van bloemen
en planten, welke te Aalsmeer van 6 tot en
met 9 Juli zal gehouden worden, zijn door
de Ko[jiogin-Regente8 twee medailles be
schikbaar gesteld, nl. een zilveren en een
groote bronzen medaille, beide met de beel
tenis van de Koningin.
In de te Katwijk a/d. Rjjn gehouden
vergadering van R.-K. kiezers is een Kies-
vereeniging gesticht, met een ledental van
pl. m. 100. Tot bestuursleden werden gekozen
de heeren Henri Spendel, voorzitter; W.
Caspers, vice-voorzitter; C. v. Tol, secretaris;
A. Apol, vice-secretaris; Q. v. Leeuwen, pen
ningmeester, en H. Boskamp en M. Grimbergen,
commissarissen, terwijl de zeereorw. heer
pastoor Van Straelen als eere-voorzitter werd
benoemd.
Maandag-morgen Het de burgemeester
van Leimuiden bekend maken, dat na sluiting
der secretarie alsnog tot middernacht ten zijnen
huize gelegenheid zou bestaan voor adspirant-
kiezer8 om op de kiezerslijst geplaatst te
worden.
Gisteren, laatsten dag van aangifte voor de
kiezerslijsten, liep het in Den Haag nog zeer
druk ter gemeente-secretarie. Er werden o. a.
50 a 60 biljetten te gelijk ingeleverd, blijk
baar afkomstig van eene fabiiek of kiesver-
eeniging.
Ter voldoening aan zijne in de vergade
ring van de Tweede Kamer van 19 November
gedane belofte, heeft de minister van ko o-
niën thans aan de Tweede Kamer toegezonden
het door den heer F. Fokkens aaD de Inuische
regeering uitgebrachte rapport in zake den
economischen toestand der vreemde Ooster
lingen op Java en Madoera, echter uitsluitend
voor de leden.
Te "Wassenaar is een a.-r. kiesvereeni-
ging, genaamd „Nederland en Oranje", opge
richt, met ruim 100 leden. Zy stelt zich ge
heel op het a.-r. program, zonder zich echter
aan te sluiten by het centraal-comité.
Leden van het bestuur zyn de heeren: J.
J. Verboog, voorzitter, D. baron Van Pallandt,
secretaris, C. Versteeg, penningmeester, S v.
d. Stoel, P. C. Nell, C. De Haan en C. Mans-
velt, en eerevoorzitter ds. J. G. Klomp.
De jury ter beoordeeling der pryavraag
over afschaffing van nachtarbeid, uitgeschreven
door de redactie van „Da Bakkersbode", heeft
den prys toegekend aan J. P. A. Ten Boek
horst, lid van den Nederlandschen Bakkers-
gezellenbond, afd. „Amsterdam". Loffelyke
vermelding viel ten deel aan het antwoord
van S. Hooy, voorzitter der gezellenvereeni
ging „Voorwaarts", afd. Zaanstreek, van den
Ned. Bakkersgezellenbond ta Zaandam.
De kapt. der art. C. J. Sieberg is gisteren
te Delft op den ieeftyd van 42 jaar overleden.
In den ouderdom van ruim 67 Jaar is
te 's-Gravenhage overleden de gepensionneerde
kapitein ter zee de heer J. K. L. Gey van
Pittius.
Te Amsterdam is na langdurig ïyden in
den ouderdom van 54 jaren overleden Charles
Van Dommelen, lid van de Koninklijke Ver
eeniging „Het Nederlandsch Tooneol".
Door de arrondissementsrechtbank te
Ro.rmond is, ter vervulling van de vacature
van kantonrechter aldaar, opgemaakt de
volgende alphabetische lyst van aanbeveling:
mr. E. C. M. G. Geradts, substituut-officier
van justitie by de arrondissementsrechtbank
te Maastricht; mr. W. H. J. Janssen, kanton
rechter te Gulpen, en mr. R. H. A. M. Romme,
kantonrechter te Oirschot. Sts.-Ct
Hr. Ms. pant8erdekschip „Koningin Wilhel-
mina der Nederlanden", onder bevel van den
kapitein ter zee W. J. Derx, is 14 dezer te
Nagasaki aangekomen.
De Algemeene Rekenkamer heeft bevor
derd tot lsten klerk den heer J. B. De Gou
en benoemd tot 2den klerk den heer J. H.
Donraadt, onderwyzer by een openbare lagere
school te 's Graven hage.
De aandeelhouders van bet „Onderling
Crediet" te Rotterdam ontvangen over 1896
een dividend van 12 pet. Aan de leden wordt
4l/j pet. uitgekeerd.
In ds. A. G. Van Anrooy is aan de
gemeente Kampen een hoogst verdiensteiyk
man door den dood ontvallen.
Ds. Van Anrooy was in 1822 geboren te
Zalt Bommel, werd in 1846 pred. te Brielsch
Nieuwland, daarna pred. te Zwaag en sedert
tal van jaren tot 1894 pred. by de Herv.
Gem. te Kampen. Door aanhoudende onge
steldheid was hy genoodzaakt in 1894 emeri
taat aan te vragen; hoewel tot zyn leedwezen,
daar hy gaarne had willen blyven prediken.
Ook een groot deel der gemeente had hem
liever zien blyven arbeiden, daar by de eenige
predikant van vryzinnige richting was.
Toch bleef hy nog tot op het laatst belang
stellen in zaken, die op Gemeente en Kerk
betrekking hadden. Hy was geen partyman
en stond ook by andersdenkenden hoog aan
geschreven. Ook de armen zullen zyn heen
gaan zeer gevoelen. Oud en jong kenden en
mochten hem, door zyn eerlykheid en recht
schapenheid. In vele vereenigingen was hy
steeds nuttig werkzaam; ook was hy de op
richter der vereeniging tot bevordering van
geregeld schoolgaan, die te Kampen reeds
tal van jaren zoo nuttig werkt.
Men verneemt, dat een wetsontwerp tot
verzekering van werklieden tegen de gevolgen
van ongevallen in bepaalde bedryven, de
Tweede Kamer heeft bereikt.
De rederykerskamer „Aurora", te Leeu
warden, heeft een wedstryd in het reciteeren
voor dames uit het gebeele land op Zondag
21 Maart a. a. uitgeschreven, voor twee afdee-
lingen: ernst en luim. In iedere afdeeling
zal een gouden en een zilveren medaille wor
den uitgereikt
Voor de volgende weleerw. heeren was
het gisteren 12"/a j&ar geleden, dat zy te
Haarlem tot priester werden gewydA.
Beukers, C. SS. R, te 's HertogenboschC.
J. Bouwman, kapelaan te Nootdorp; C. H.
Bramlage, kapelaan te Vlaardingen; H.
Brandouw C. SS. R., missionaris in Brazilië;
H. A. A. Danckaarts, kapelaan aan de HH.
Petrus- en Pauluskerk te Amsterdam; C. L.
A. Delfgaauw, kapelaan aan de HH. Nicolaas
en Barbara te Amsterdam; J. Meyknecht,
pastoor in Curasao (West-Indië)G. C. Van
Noort, professor te Warmond; dr. F. M.
Vlaming, professor te Warmond; W. H. J.
Willeman, rector in de „Voorzienigheid" te
Amsterdam.
In de Staatscourant van 16 Febr. worden
sollicitanten opgeroepen voor de betrekking
van werkmeester smid in het Ryksopvoedings-
gesticht „DeKruisberg" by Doetinchem op eene
jaarwedde van 800 met vrye woning en
kostelooze geneeskundige behandeling. Volle
dige theoretische en practlsche vakkennis,
daaronder vakteekenen, worden vereiacht.
Gegadigden moeten vóór 1 Maart by den
voorzitter van bet College van Regenten
hunne sollicitatie en stukken inzenden.
Het stoomschip „Bellerophon", van Am
sterdam en Liverpool naar Java, vertrok 13
Febr. van Algiers; de „Edam", van Amster
dam naar Nieuw-York, passeerde 15 Febr.
Scilly; de „Maasdam" arriveerde 16 Febr. van
Rotterdam te Nieuw-Yorkde „Prins Maurits,"
arriveerde 15 Febr. van West-Indië te Nieuw-
York; de „Prins Alexander," van Batavia
naar Amsterdam, arriveerde 15 Febr. te Suez;
de „Prins van Oranje" arriveerde 15 Febr.
van Batavia te Amsterdam; de „Telemachus,"
van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 13
Febr. te Perim.
Oedipus.
Eeriyk gezegd: het is my tegengevallenl
Niet zoozeer één speciaal iets, het spel van
één acteur, maar het geheel. Wie „Het Neder
landsch Tooneel" kende en ook den Oedipus,
kon, by het lezen van het programma al
wel zoowat zich voorstellen hoe deze of die,
deze of gene rol spelen zou, en in dit opzicht
waren wy dus niet aan groote verrassingen
blootgesteld, maar wèl zou het moeten
blyken of we inderdaad de bekoring van
Sophocles zouden gevoelen. De organen der
roote steden, waar „Oedlpus" al opgevoerd
was, putten zich uit in loftuitingen en dus
was de verwachting hoog gespannen. Te hoog
misschien, om geheel bevredigd te kunnen
worden. En wy zyn dan ook niet voldaan;
naast veel voortrefFelyks he«ft ook veel, dat
minder goed was, onaangename indrukken
achtergelaten.
Daaronder niet de hoofdpersoon. Louis Bouw
meester vindt in de rol van Oedipus een
éénige gelegenheid, om de volheid van zyD
talent schitterend te doen uitkomen, en voor
zeker, hy heeft met zyne krachten gewoekerd l
Waardig en edel was zyne houding in den
voorspoed, waardig vooral in zyn toorn. Breed
en rustig was daar zyn spel, sober zyn gebaar,
eenvoudig en toch vel kracht zyne dictie^
Meesteriyk schilderde hy den klimmeDden
angst, als de gevreesde ontdekking nadert on
by het jammeriyke onheil onafwendbaar zyn
eig-n hoofd bedreigen ziet. Doch in zyn volle
kracht toonde hy zich, toen hy, de vervloekte,
door de Goden gehate man, gruweiyk ver
minkt en nameloos ellendig, bebloed en yzing-
wekkend om aan te zien, de lucht deed weer
galmen van zyne jammerkreten. Toen, in de
geheele slotscène, was zyn spel grootsch en
aangrypend. Nu moet men niet aanvoeren,
dat die tooneelen weerzinwekkend zyn, dat
onze oogen dat niet meer zien of verdragen
kunnen; dat verwyt, zoo het er een is, treft
niet den vertolker, en zóó als het nu eenmaal
geschreven staat, moet het worden weerge
geven.
En, al was het om van te droomen, toch
moeten wy erkennen, dat Bouwmeester ons
aangegrepen en geroerd heeft; het wao
vreeseiyk, maar mooi! Met ongekenden gloed,
met schokkende kracht g if hy de onbegrensde
wanhoop weer, die Oedipus bezielt; in woest
gebaar en viymende kreten uitte hy zijn
lyden. Als men Oedipus speelt, moet het zóó
geschieden, zóó en niet anders I Bouwmeester
was éón geworden met zQn held; hy heeft
Oeüipus begrepen en gevoeld.
Dit laatste juist, waar bot op aankomt
kunnen wy, helaas, niet zeggen van mevr.
Brondgeest als Iokaste. Zoo goed als Bouw
meester was, zoo onbevredigend was z\1d«
zuster. En niet omdat zy als actrice Die*
bekwaam of artistiek genoeg zou wezen, vol
strekt niet, want zij had oogenblikken var
prachtig stil spel, dat overal elde; s, in eli
ander stuk, de grootste waardeering zou ver
dienen; maar omdat eenvoudig de rol Die4
voor haar geschikt is. Nóch voor haar uiteriyk,
nóch voor hare stem, nóch voor haar tempera
ment. Iokaste moet waardig en verheven zyn,
zelfs in haar smart, en dat kdn mevr. Brond
geest niet. Zy was, vóór jaren, eene ver-
diensteiyke Medea, een Iokaste worat zy nooit.
Daartoe ontbreekt haar de klassieke adel, dio
byv. een SegondWeber in zoo booge mat.,
bezit; zy blyft, by al haar talent, by al haai
kunst, eene zeer wereldscbe verschijning, dio
een wanklank vormt in een Gri iksch treurspeL
Ook haar zeggen was niet klassiek genoeg,
I het naderde bywyien het melodrama.
Slot.)
„Daarin ben ik het nu niet met u eens,
Ernet," hernam de prinses, „en ik hoor het
niet gaarne, dat ge onzen stai-4 in minachting
brengt. Zoo mon heden ten jage, helaas 1 al
meer en meer zegt: „maar een prins," dan
beweer ik, dat de prinsen zeiven de schuld
daarvan zyn. Des te meer hebben degenen,
die het beter weten, de verantwooraelykheid
op zich, het oude volksgezegde in zyn ver-
eerende beteekenis weder tot zyn recht te
brengen: „Als een prinsl""
Prins Ernst zuchtte. „Daarvoor moet men
niet zoo vleugellam zyn, als ik in de laatste
jaren geworden ben."
Zyn tante zag hom weemoedig na, torwyl
hy de kamer verliet. Zou deze jonge kracht
werkelyk gebroken zyn, alle levensmoed uit
de ziel zyn verbannen, en dat ter wille van
een onbereikten droom, ter wille van een
meisjeshart?
Schier was zy boos op Fee, zoodanig onheil
gesticht te hebben; daarna echter beknorde
zy zichzelve over haar toorn; kon het arme
kind het dan helpen Zeker, de tyd zou
ook deze wonde heelen, Ernst zou zich er door
heen slaan en genezen. „Maar hy mag haar
nimmer weerzien; nimmerI" had zyn vorste-
lyke moeder op haar vastberaden toon her
haald, toen zy, kort vóór het vertrek barer
schoonzuster, met deze de aangelegenheid nog
eens besprak, en de prinses moest haar,
hoewel het inwendig betreurend, gelyk geven.
En ook thans was het voor haar een ge
ruststelling, dat in Feodora's onlangs ont
vangen brief sprake was geweest van een
reis naar Schotland, die zy met vrienden
dacht te ondernemen. Aldus lagen landen en
zeeën tusschen die twee, voor welke men
wenschen mocht, dat hun paden elkaar nooit
hadden gekruist.
Prins Ernst was inmiddels in den heer-
lyken maneschyn naar buiten getreden, waar
de tuinen van het prachtige hotel zich tot
aan de oevers van bet meer uitstrekten. De
gedachte viel hem zwaar, zich nu spoedig
weder aan deze bekoorlyke omgeving te
moeten ontrukken, waarin hy zich reeds byna
als thuis gevoelde. Een villa op een dezer
hoogten, dacht by, on daar voor wetenschap
en kunst leven en voor andere edele en groote
doeleinden, en aan zyn zyde weg met den
droom I Waartoe de oude wonde andermaal
openryten?
Hy leunde over den muur en keek naar
de flikkerende trillingen der maan op den
waterspiegel aan zyn voeten. Ook andere
wandelaars genoten den prachtigen herfst
avond, en twee jonge Engelschen drentelden
het onderste terras op en neer en onder
hielden zich in hun taai over hun lotgevallen
op de reis.
„Zy zeide zeer beslist, dat zy morgen in
de vroegte verder moest," sprak de eeD, „en
ik hoorde haar dadelyk na aankomst by den
waard een licht voertuig bestellen om de
bergen ia te ryden. Eigeniyk wilde zy van
avond nog weg, doch er waren geen paarden
te krygen. Maar dan sta ik op, al is het ook
vóór zonsopgang, om haar nog eenmaal to
zien, want zy is een schoonheid van den
eersten rang!"
„Zy behoort dus Diet tot de familie, waarmee
zy reist?" vroeg de ander.
„My dunkt, niet; het zyn maar bekenden,
by wie zy zich in aller yl heeft aangesloten,
om, als ik goed begrepen heb, naar een ernstig
zieke of misschien wel stervende bloedver
wante te snellen."
„Haar naam zal toch wel te ontdekken zyn?"
meende de ander weer.
„Dit spreekt vanzelf I Ik zal my straks
dadelyk het vreemdelingenboek laten toooenl"
„Laten we naar binnen gaanl Zy komt
toch zeker naar beneden om te soupeeren."
„Ik vrees van niet; ik hoorde de oude
dame iets zeggen van boven blyveD, maar
het is toch nog wel mogelyk. In ieder geval
bestel ik voor morgen een wagentje en ryd
haar na. By Jupiter 1 Welke oogen l Zie den
maneschyn daar op den stillen vloed 1 Dat
doet aan haar denken, zoo trilt het licht
daarin 1" En daarmee stierf het geluid hunner
stemmen weg.
Prins Ernst glimlachte weemoedig. „Die
verliefde jongen 1" sprak hy by zichzelven.
„Maar zyn vergelykiDg was fraai en treffend,
hoewel slechts voor éón oogenpaar, dat ik
ooit gezien heb als maanlicht op den stillen
vloed l"
Hy keerde zich af, om het beeld niet meer
voor oogen te hebben, doch zoo levendig was
hetgeen, waaraan het hem herinnerde, voor
zyn ziel getreden, dat het hem was, nu hy
in de duisternis achter zich keek, alsof juist
die oogeD, waaraan hy gedacht had, met een
langen, vragenden, ja verschrokken blik den
zynen ontmoetten.
Als aan den grond genageld stond hy
daar, den blik beantwoordend, tot een half-
ge8moorden kreet hem bet bëwys gaf, dat het
hier niet een droombeeld zyner fantacie
betrof; éón schrede, en by had de vluchtende
bereikt.
„Fee 1"
„Ik mag niet! Laat my ik moet vluch
ten 1" smeekte het sidderende meisje.
„Voor my, Fee?" vroeg hy teeder, doch
hy hield haar met sterken arm vast.
„Uw moeder l Ik heb het haar beloofd l"
hernam zy weder.
„Wat God vereenigt, mogen de menschen
niet scheiden, ook myn moeder niet!" ant
woordde hy ernstig.
Toen prins Ernst een half uur later zyn
bruid naar prinses Ulrike leidde, en hy deed
het als een prins toen verstomde deze in
het eerste oogenblik. Doch haar neef gaf
vorsteiyk en toch kinderiyk tevens en stralend
van geluk, zooals zy hem nog nooit gezien
had, zyn onomstooteiyken wil te kennen, en
over zyn keuze kon zy zich dan ook niet
verwonderen, als zy op de „fee" naast hem
neerzag. Alzoo kon ook zy slechts daarmee
instemmen, dat hetgeen God vereenigt, de
menschen niet mogen scheiden.
Hoeveel was er van weerszyden niet te
7ertellenDe heer Von Pergast had den prins
juist beoordeeld: de ontdekking van Feodora's
voorname afkomst maakte, vergeleken by zyn
liefde tot haar, weinig indruk op hem; nog
minder de wetenschap, dat zy in 't bezit was
van een zooal nis vorstelyk, dan toch niet
onbelangrijk vermogen; hem was het slechts
om haarzelve te doun.
Het dringend verzoek, om aan Madelona
sterf bed te komen had Feodora er toe gebracht
de voorgenomen reis naar Schotland op te
geven en haar schreden naar Zwitserland to
richten.
En den volgenden dag reed het bruidspaar
te zamen naar het eenzame boerenhuisje in
de bergen.
Müdelon leefde nog en kon zich aan Feodora's
geluk te goed doen en haar met brekoBd oog
zeggeD, dat zy nu den vrede had gevonden,
en getroost, in vertrouwen op het woord,
dat, wie in Hem gelooft, niet geoordeeld
wordt, de eeuwigheid kon ingaan, om haar
kind terug te vinden by Hemt
Niet lang wilde prins EroBt van het
huwelyksaltaar verwyderd blyven; het stond
te vreezon, dat zyn moeder hem ook thans
de toestemming zou onthouden, die zy hem
vooruit reeds geweigerd had. Zyn broeder was
gemakkeiyker te overreden: hy verscheen
ondanks alle moeilykbeden, die men hem
thuis in den weg legde, in zyn hoedanigheid
van hoofd der familie.
Aldus warén hy en prinses Ulrike de 6enigs
getuigeD van den kant der familie des
bruidegoms, toen Feodora in het kerkje van
Clarens den man, dien zy beminde, die éónr
bindende belofte gaf welke de andere, die