N#. 11344 Woensdag W Februari. A». 1897 jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. F E E. LEIDSCH DAGBLAD. fRUS DF.3ER COTOAUTJ Voor Leiden per 9 maanden. - 1.10. franco per posta 1.40, Aftonderlgke Nommers 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIE»: Van 1—8 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17}. Grootera letters naar plaatsruimte: Voor bot incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 16 Februari. Da heer J. Yan Djjl, onderwijzer aan de Chr. School aan de Middelstegracht alhier, is als zoodanig benoemd in Transvaal en denkt in April daarheen te vertrekken. Wederom werd gisteravond in het schouwburglokaal „Vondelhoven" door een der vele Leidscho tooneelvereenigingen een uit voering met introductie gegeven, ditmaal door de vereeniging, die den eenvoudigen en voor iedereen begrypelyken, Nederlandschen naam draagt van „De Vriendschap." Ze werd op gericht den 19den van Herfstmaand des jaars 1892 en gaf gisteravond, in tegenwoordigheid van haar beide banieren, een fraaie planten groep, eenige musici en tal van belangstel lenden, haar achtste uitvoering. Er werd, en dit mag menige zuster- vereeniging tet een voorbeeld ter navolging strekken hoewel niet vroeg in den avond, op tijd begonnen en het eenvoudige openings woord van den voorzitter, beschaafd en duide lijk uitgesproken, zou, op het papier gebracht, volstrekt geen aanleiding kunnen geven tot ergernis of lachen. Aangevangen werd met het tooneelspel in vier tafereelen met voorspel door A. A. Van der Stempel Jr.: „Henri Burton"; geëindigd met het koddige blijspel met zang in één bedrijf door A. W. Metz Fz.„Schuiven gaan ze." We zullen nu eens niet by elke rol afzonder lijk stilstaan, omdat we dan ongetwijfeld, door telkens onze goedkeuring over de vervulling er van uit te spreken, al te eentonig zouden worden en door te veel te prijzen wellicht geen nut zouden stichten. Volstaan we er mede hier te zeggen, dat het gisteravond vooral gebleken is, dat „De Vriendschap" goede krachten onder hare werkende leden telt, bij de keuze der op te voeren stukken met h-tre krachten te rade ging, dat de werkende leden zich toeleggen op beschaafd spelen en spreken en dat deze vereeniging als tooneelvereeniging dit op vele harer zusteren voor beeft, dat ze recbt heeft van bestaan. De uitvoering was om halftwee des nachts afgeloopentoen begon het bal. Op ons verzoek ontvingen wij van de heeren Ribbink, Van Bork Co. de maande lyksche overzichten van gevoerde gesprekken van en naar Leiden in intercommunaal tele- phoonverkcerwelke overzichten aan hen zyn overgelegd door de Nederl. Bell Telephoon- Maats chappy. Het blykt ons daaruit, dat de totale gelde lijke opbrengst bedroeg: 1896 In Juli50.50 Augustus 60. 9 September 50.50 October65. November 68.25 December 80.25 Totaal in het halfjaar ƒ374.50 Dat is dus ƒ74.50 meer dan het gega randeerde bedrag. Mochten de gevoerde ge- spr-kken naar Leiden niet mederekenen, waarom niet? dan gaat het in ieder geval niet aan, dat over een half jaar de rekening gemaakt wordt, als per jaar werd gegarandeerd. Met het oog daarop werd de reeds gisteren ons aangeboden quitantie men is er dus wel vlug bfl - nog niet voldaan, hopende dat het bestuur, hetwelk destijds zoo welwillend de zaken behartigde, ook thans voor hen, die gegarandeerd hebben, zal willen optreden, desnoods eene vergadering bijeenroepen, als mocht blijken, dat de handelingen der Bell- Telepboon-Maatschappij öf van den directeur- generaal der posterijen en telegraphie niet mochten strooken met de aangegane verbin tenissen. De voorloopige cijfers voor de nieuwe kiezerslijst te Voorschoten zjjn de navolgende: 318 belasting-, 2 huur-, 31 loon-, 1 pensioen en 5 examen-kiezers. Totaal 357 kiezers. De oude lijst had 275 kiezers. Het bovengenoemde getal wordt alsnu nog verminderd met de bedeelden en hen, die ingevolge het onderzoek van do lijst mochten wegvallen. Voor den gemeenteraad ls het getal nog 36 minder, aangezien, op een enkele uit zondering na, alleen de 318 belasting-kiezers in den hoofdelyken omslag zijn aangeslagen. Het geheele getal mannelijke inwoners boven de 25 jaren bedraagt ongeveer 519, zoodat 162 zelfs nog het kiesrecht voor de Tweede Kamer missen. Hieronder zijn 83 wanbetalers. Voor de a. s. tentoonstelling van bloemen en planten, welke te Aalsmeer van 6 tot en met 9 Juli zal gehouden worden, zijn door de Ko[jiogin-Regente8 twee medailles be schikbaar gesteld, nl. een zilveren en een groote bronzen medaille, beide met de beel tenis van de Koningin. In de te Katwijk a/d. Rjjn gehouden vergadering van R.-K. kiezers is een Kies- vereeniging gesticht, met een ledental van pl. m. 100. Tot bestuursleden werden gekozen de heeren Henri Spendel, voorzitter; W. Caspers, vice-voorzitter; C. v. Tol, secretaris; A. Apol, vice-secretaris; Q. v. Leeuwen, pen ningmeester, en H. Boskamp en M. Grimbergen, commissarissen, terwijl de zeereorw. heer pastoor Van Straelen als eere-voorzitter werd benoemd. Maandag-morgen Het de burgemeester van Leimuiden bekend maken, dat na sluiting der secretarie alsnog tot middernacht ten zijnen huize gelegenheid zou bestaan voor adspirant- kiezer8 om op de kiezerslijst geplaatst te worden. Gisteren, laatsten dag van aangifte voor de kiezerslijsten, liep het in Den Haag nog zeer druk ter gemeente-secretarie. Er werden o. a. 50 a 60 biljetten te gelijk ingeleverd, blijk baar afkomstig van eene fabiiek of kiesver- eeniging. Ter voldoening aan zijne in de vergade ring van de Tweede Kamer van 19 November gedane belofte, heeft de minister van ko o- niën thans aan de Tweede Kamer toegezonden het door den heer F. Fokkens aaD de Inuische regeering uitgebrachte rapport in zake den economischen toestand der vreemde Ooster lingen op Java en Madoera, echter uitsluitend voor de leden. Te "Wassenaar is een a.-r. kiesvereeni- ging, genaamd „Nederland en Oranje", opge richt, met ruim 100 leden. Zy stelt zich ge heel op het a.-r. program, zonder zich echter aan te sluiten by het centraal-comité. Leden van het bestuur zyn de heeren: J. J. Verboog, voorzitter, D. baron Van Pallandt, secretaris, C. Versteeg, penningmeester, S v. d. Stoel, P. C. Nell, C. De Haan en C. Mans- velt, en eerevoorzitter ds. J. G. Klomp. De jury ter beoordeeling der pryavraag over afschaffing van nachtarbeid, uitgeschreven door de redactie van „Da Bakkersbode", heeft den prys toegekend aan J. P. A. Ten Boek horst, lid van den Nederlandschen Bakkers- gezellenbond, afd. „Amsterdam". Loffelyke vermelding viel ten deel aan het antwoord van S. Hooy, voorzitter der gezellenvereeni ging „Voorwaarts", afd. Zaanstreek, van den Ned. Bakkersgezellenbond ta Zaandam. De kapt. der art. C. J. Sieberg is gisteren te Delft op den ieeftyd van 42 jaar overleden. In den ouderdom van ruim 67 Jaar is te 's-Gravenhage overleden de gepensionneerde kapitein ter zee de heer J. K. L. Gey van Pittius. Te Amsterdam is na langdurig ïyden in den ouderdom van 54 jaren overleden Charles Van Dommelen, lid van de Koninklijke Ver eeniging „Het Nederlandsch Tooneol". Door de arrondissementsrechtbank te Ro.rmond is, ter vervulling van de vacature van kantonrechter aldaar, opgemaakt de volgende alphabetische lyst van aanbeveling: mr. E. C. M. G. Geradts, substituut-officier van justitie by de arrondissementsrechtbank te Maastricht; mr. W. H. J. Janssen, kanton rechter te Gulpen, en mr. R. H. A. M. Romme, kantonrechter te Oirschot. Sts.-Ct Hr. Ms. pant8erdekschip „Koningin Wilhel- mina der Nederlanden", onder bevel van den kapitein ter zee W. J. Derx, is 14 dezer te Nagasaki aangekomen. De Algemeene Rekenkamer heeft bevor derd tot lsten klerk den heer J. B. De Gou en benoemd tot 2den klerk den heer J. H. Donraadt, onderwyzer by een openbare lagere school te 's Graven hage. De aandeelhouders van bet „Onderling Crediet" te Rotterdam ontvangen over 1896 een dividend van 12 pet. Aan de leden wordt 4l/j pet. uitgekeerd. In ds. A. G. Van Anrooy is aan de gemeente Kampen een hoogst verdiensteiyk man door den dood ontvallen. Ds. Van Anrooy was in 1822 geboren te Zalt Bommel, werd in 1846 pred. te Brielsch Nieuwland, daarna pred. te Zwaag en sedert tal van jaren tot 1894 pred. by de Herv. Gem. te Kampen. Door aanhoudende onge steldheid was hy genoodzaakt in 1894 emeri taat aan te vragen; hoewel tot zyn leedwezen, daar hy gaarne had willen blyven prediken. Ook een groot deel der gemeente had hem liever zien blyven arbeiden, daar by de eenige predikant van vryzinnige richting was. Toch bleef hy nog tot op het laatst belang stellen in zaken, die op Gemeente en Kerk betrekking hadden. Hy was geen partyman en stond ook by andersdenkenden hoog aan geschreven. Ook de armen zullen zyn heen gaan zeer gevoelen. Oud en jong kenden en mochten hem, door zyn eerlykheid en recht schapenheid. In vele vereenigingen was hy steeds nuttig werkzaam; ook was hy de op richter der vereeniging tot bevordering van geregeld schoolgaan, die te Kampen reeds tal van jaren zoo nuttig werkt. Men verneemt, dat een wetsontwerp tot verzekering van werklieden tegen de gevolgen van ongevallen in bepaalde bedryven, de Tweede Kamer heeft bereikt. De rederykerskamer „Aurora", te Leeu warden, heeft een wedstryd in het reciteeren voor dames uit het gebeele land op Zondag 21 Maart a. a. uitgeschreven, voor twee afdee- lingen: ernst en luim. In iedere afdeeling zal een gouden en een zilveren medaille wor den uitgereikt Voor de volgende weleerw. heeren was het gisteren 12"/a j&ar geleden, dat zy te Haarlem tot priester werden gewydA. Beukers, C. SS. R, te 's HertogenboschC. J. Bouwman, kapelaan te Nootdorp; C. H. Bramlage, kapelaan te Vlaardingen; H. Brandouw C. SS. R., missionaris in Brazilië; H. A. A. Danckaarts, kapelaan aan de HH. Petrus- en Pauluskerk te Amsterdam; C. L. A. Delfgaauw, kapelaan aan de HH. Nicolaas en Barbara te Amsterdam; J. Meyknecht, pastoor in Curasao (West-Indië)G. C. Van Noort, professor te Warmond; dr. F. M. Vlaming, professor te Warmond; W. H. J. Willeman, rector in de „Voorzienigheid" te Amsterdam. In de Staatscourant van 16 Febr. worden sollicitanten opgeroepen voor de betrekking van werkmeester smid in het Ryksopvoedings- gesticht „DeKruisberg" by Doetinchem op eene jaarwedde van 800 met vrye woning en kostelooze geneeskundige behandeling. Volle dige theoretische en practlsche vakkennis, daaronder vakteekenen, worden vereiacht. Gegadigden moeten vóór 1 Maart by den voorzitter van bet College van Regenten hunne sollicitatie en stukken inzenden. Het stoomschip „Bellerophon", van Am sterdam en Liverpool naar Java, vertrok 13 Febr. van Algiers; de „Edam", van Amster dam naar Nieuw-York, passeerde 15 Febr. Scilly; de „Maasdam" arriveerde 16 Febr. van Rotterdam te Nieuw-Yorkde „Prins Maurits," arriveerde 15 Febr. van West-Indië te Nieuw- York; de „Prins Alexander," van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 15 Febr. te Suez; de „Prins van Oranje" arriveerde 15 Febr. van Batavia te Amsterdam; de „Telemachus," van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 13 Febr. te Perim. Oedipus. Eeriyk gezegd: het is my tegengevallenl Niet zoozeer één speciaal iets, het spel van één acteur, maar het geheel. Wie „Het Neder landsch Tooneel" kende en ook den Oedipus, kon, by het lezen van het programma al wel zoowat zich voorstellen hoe deze of die, deze of gene rol spelen zou, en in dit opzicht waren wy dus niet aan groote verrassingen blootgesteld, maar wèl zou het moeten blyken of we inderdaad de bekoring van Sophocles zouden gevoelen. De organen der roote steden, waar „Oedlpus" al opgevoerd was, putten zich uit in loftuitingen en dus was de verwachting hoog gespannen. Te hoog misschien, om geheel bevredigd te kunnen worden. En wy zyn dan ook niet voldaan; naast veel voortrefFelyks he«ft ook veel, dat minder goed was, onaangename indrukken achtergelaten. Daaronder niet de hoofdpersoon. Louis Bouw meester vindt in de rol van Oedipus een éénige gelegenheid, om de volheid van zyD talent schitterend te doen uitkomen, en voor zeker, hy heeft met zyne krachten gewoekerd l Waardig en edel was zyne houding in den voorspoed, waardig vooral in zyn toorn. Breed en rustig was daar zyn spel, sober zyn gebaar, eenvoudig en toch vel kracht zyne dictie^ Meesteriyk schilderde hy den klimmeDden angst, als de gevreesde ontdekking nadert on by het jammeriyke onheil onafwendbaar zyn eig-n hoofd bedreigen ziet. Doch in zyn volle kracht toonde hy zich, toen hy, de vervloekte, door de Goden gehate man, gruweiyk ver minkt en nameloos ellendig, bebloed en yzing- wekkend om aan te zien, de lucht deed weer galmen van zyne jammerkreten. Toen, in de geheele slotscène, was zyn spel grootsch en aangrypend. Nu moet men niet aanvoeren, dat die tooneelen weerzinwekkend zyn, dat onze oogen dat niet meer zien of verdragen kunnen; dat verwyt, zoo het er een is, treft niet den vertolker, en zóó als het nu eenmaal geschreven staat, moet het worden weerge geven. En, al was het om van te droomen, toch moeten wy erkennen, dat Bouwmeester ons aangegrepen en geroerd heeft; het wao vreeseiyk, maar mooi! Met ongekenden gloed, met schokkende kracht g if hy de onbegrensde wanhoop weer, die Oedipus bezielt; in woest gebaar en viymende kreten uitte hy zijn lyden. Als men Oedipus speelt, moet het zóó geschieden, zóó en niet anders I Bouwmeester was éón geworden met zQn held; hy heeft Oeüipus begrepen en gevoeld. Dit laatste juist, waar bot op aankomt kunnen wy, helaas, niet zeggen van mevr. Brondgeest als Iokaste. Zoo goed als Bouw meester was, zoo onbevredigend was z\1d« zuster. En niet omdat zy als actrice Die* bekwaam of artistiek genoeg zou wezen, vol strekt niet, want zij had oogenblikken var prachtig stil spel, dat overal elde; s, in eli ander stuk, de grootste waardeering zou ver dienen; maar omdat eenvoudig de rol Die4 voor haar geschikt is. Nóch voor haar uiteriyk, nóch voor hare stem, nóch voor haar tempera ment. Iokaste moet waardig en verheven zyn, zelfs in haar smart, en dat kdn mevr. Brond geest niet. Zy was, vóór jaren, eene ver- diensteiyke Medea, een Iokaste worat zy nooit. Daartoe ontbreekt haar de klassieke adel, dio byv. een SegondWeber in zoo booge mat., bezit; zy blyft, by al haar talent, by al haai kunst, eene zeer wereldscbe verschijning, dio een wanklank vormt in een Gri iksch treurspeL Ook haar zeggen was niet klassiek genoeg, I het naderde bywyien het melodrama. Slot.) „Daarin ben ik het nu niet met u eens, Ernet," hernam de prinses, „en ik hoor het niet gaarne, dat ge onzen stai-4 in minachting brengt. Zoo mon heden ten jage, helaas 1 al meer en meer zegt: „maar een prins," dan beweer ik, dat de prinsen zeiven de schuld daarvan zyn. Des te meer hebben degenen, die het beter weten, de verantwooraelykheid op zich, het oude volksgezegde in zyn ver- eerende beteekenis weder tot zyn recht te brengen: „Als een prinsl"" Prins Ernst zuchtte. „Daarvoor moet men niet zoo vleugellam zyn, als ik in de laatste jaren geworden ben." Zyn tante zag hom weemoedig na, torwyl hy de kamer verliet. Zou deze jonge kracht werkelyk gebroken zyn, alle levensmoed uit de ziel zyn verbannen, en dat ter wille van een onbereikten droom, ter wille van een meisjeshart? Schier was zy boos op Fee, zoodanig onheil gesticht te hebben; daarna echter beknorde zy zichzelve over haar toorn; kon het arme kind het dan helpen Zeker, de tyd zou ook deze wonde heelen, Ernst zou zich er door heen slaan en genezen. „Maar hy mag haar nimmer weerzien; nimmerI" had zyn vorste- lyke moeder op haar vastberaden toon her haald, toen zy, kort vóór het vertrek barer schoonzuster, met deze de aangelegenheid nog eens besprak, en de prinses moest haar, hoewel het inwendig betreurend, gelyk geven. En ook thans was het voor haar een ge ruststelling, dat in Feodora's onlangs ont vangen brief sprake was geweest van een reis naar Schotland, die zy met vrienden dacht te ondernemen. Aldus lagen landen en zeeën tusschen die twee, voor welke men wenschen mocht, dat hun paden elkaar nooit hadden gekruist. Prins Ernst was inmiddels in den heer- lyken maneschyn naar buiten getreden, waar de tuinen van het prachtige hotel zich tot aan de oevers van bet meer uitstrekten. De gedachte viel hem zwaar, zich nu spoedig weder aan deze bekoorlyke omgeving te moeten ontrukken, waarin hy zich reeds byna als thuis gevoelde. Een villa op een dezer hoogten, dacht by, on daar voor wetenschap en kunst leven en voor andere edele en groote doeleinden, en aan zyn zyde weg met den droom I Waartoe de oude wonde andermaal openryten? Hy leunde over den muur en keek naar de flikkerende trillingen der maan op den waterspiegel aan zyn voeten. Ook andere wandelaars genoten den prachtigen herfst avond, en twee jonge Engelschen drentelden het onderste terras op en neer en onder hielden zich in hun taai over hun lotgevallen op de reis. „Zy zeide zeer beslist, dat zy morgen in de vroegte verder moest," sprak de eeD, „en ik hoorde haar dadelyk na aankomst by den waard een licht voertuig bestellen om de bergen ia te ryden. Eigeniyk wilde zy van avond nog weg, doch er waren geen paarden te krygen. Maar dan sta ik op, al is het ook vóór zonsopgang, om haar nog eenmaal to zien, want zy is een schoonheid van den eersten rang!" „Zy behoort dus Diet tot de familie, waarmee zy reist?" vroeg de ander. „My dunkt, niet; het zyn maar bekenden, by wie zy zich in aller yl heeft aangesloten, om, als ik goed begrepen heb, naar een ernstig zieke of misschien wel stervende bloedver wante te snellen." „Haar naam zal toch wel te ontdekken zyn?" meende de ander weer. „Dit spreekt vanzelf I Ik zal my straks dadelyk het vreemdelingenboek laten toooenl" „Laten we naar binnen gaanl Zy komt toch zeker naar beneden om te soupeeren." „Ik vrees van niet; ik hoorde de oude dame iets zeggen van boven blyveD, maar het is toch nog wel mogelyk. In ieder geval bestel ik voor morgen een wagentje en ryd haar na. By Jupiter 1 Welke oogen l Zie den maneschyn daar op den stillen vloed 1 Dat doet aan haar denken, zoo trilt het licht daarin 1" En daarmee stierf het geluid hunner stemmen weg. Prins Ernst glimlachte weemoedig. „Die verliefde jongen 1" sprak hy by zichzelven. „Maar zyn vergelykiDg was fraai en treffend, hoewel slechts voor éón oogenpaar, dat ik ooit gezien heb als maanlicht op den stillen vloed l" Hy keerde zich af, om het beeld niet meer voor oogen te hebben, doch zoo levendig was hetgeen, waaraan het hem herinnerde, voor zyn ziel getreden, dat het hem was, nu hy in de duisternis achter zich keek, alsof juist die oogeD, waaraan hy gedacht had, met een langen, vragenden, ja verschrokken blik den zynen ontmoetten. Als aan den grond genageld stond hy daar, den blik beantwoordend, tot een half- ge8moorden kreet hem bet bëwys gaf, dat het hier niet een droombeeld zyner fantacie betrof; éón schrede, en by had de vluchtende bereikt. „Fee 1" „Ik mag niet! Laat my ik moet vluch ten 1" smeekte het sidderende meisje. „Voor my, Fee?" vroeg hy teeder, doch hy hield haar met sterken arm vast. „Uw moeder l Ik heb het haar beloofd l" hernam zy weder. „Wat God vereenigt, mogen de menschen niet scheiden, ook myn moeder niet!" ant woordde hy ernstig. Toen prins Ernst een half uur later zyn bruid naar prinses Ulrike leidde, en hy deed het als een prins toen verstomde deze in het eerste oogenblik. Doch haar neef gaf vorsteiyk en toch kinderiyk tevens en stralend van geluk, zooals zy hem nog nooit gezien had, zyn onomstooteiyken wil te kennen, en over zyn keuze kon zy zich dan ook niet verwonderen, als zy op de „fee" naast hem neerzag. Alzoo kon ook zy slechts daarmee instemmen, dat hetgeen God vereenigt, de menschen niet mogen scheiden. Hoeveel was er van weerszyden niet te 7ertellenDe heer Von Pergast had den prins juist beoordeeld: de ontdekking van Feodora's voorname afkomst maakte, vergeleken by zyn liefde tot haar, weinig indruk op hem; nog minder de wetenschap, dat zy in 't bezit was van een zooal nis vorstelyk, dan toch niet onbelangrijk vermogen; hem was het slechts om haarzelve te doun. Het dringend verzoek, om aan Madelona sterf bed te komen had Feodora er toe gebracht de voorgenomen reis naar Schotland op te geven en haar schreden naar Zwitserland to richten. En den volgenden dag reed het bruidspaar te zamen naar het eenzame boerenhuisje in de bergen. Müdelon leefde nog en kon zich aan Feodora's geluk te goed doen en haar met brekoBd oog zeggeD, dat zy nu den vrede had gevonden, en getroost, in vertrouwen op het woord, dat, wie in Hem gelooft, niet geoordeeld wordt, de eeuwigheid kon ingaan, om haar kind terug te vinden by Hemt Niet lang wilde prins EroBt van het huwelyksaltaar verwyderd blyven; het stond te vreezon, dat zyn moeder hem ook thans de toestemming zou onthouden, die zy hem vooruit reeds geweigerd had. Zyn broeder was gemakkeiyker te overreden: hy verscheen ondanks alle moeilykbeden, die men hem thuis in den weg legde, in zyn hoedanigheid van hoofd der familie. Aldus warén hy en prinses Ulrike de 6enigs getuigeD van den kant der familie des bruidegoms, toen Feodora in het kerkje van Clarens den man, dien zy beminde, die éónr bindende belofte gaf welke de andere, die

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1897 | | pagina 1