Uit het Steiger te Rotterdam is
opgevischt het lyk van een 60 jarig mans
persoon, J. R.
Zondag-avond 11. was hy in de Leuvehaven
fovallen, doch onmiddellijk gered en op een
politiebureau van droge kleederen voorzien.
Gistermorgen vroeg had hy het bureau ver
laten en is blijkbaar daarna wederom te
water geraakt.
Da „Verzekeringebode" bevat
'het volgende:
„Ieta Dieuws onder de zonl Het gemeente
bestuur van Kampen heeft aanbesteding (sic)
■itgeschreven voor de verzekering van het
gemeente- ambtenaars- en bedienden personeel
tegen ongelukken. Geen Kamper-ui!?"
Drentsche zeden. Onder den
landbouwersstand in Drente bestaat de ge
woonte, dat jongelieden, die des avonds hunne
meisjes bezoeken, vaak daarmede in de schuren,
hier .delen" genoemd, vertoeven, en meestal
w de vrijheid dan den bezoekers toegestaan,
b(jna onbeperkt, zoodat er bij velen geen be
zwaar bestaat om zells door de staldeuren
binnen te dringen in de woniDgeD, waar zich
eenige meisjes ophouden. Een paar verliefden
joogen mannen te Dalen, die zich ook die vrijheid
veroorloofden, zal dit misschien duur te staan
komen. Nadat zy in een der avonden van de
vorige week door eene wel gesloten, maar niet
gegrendelde staldeur eene boerenwoning waren
binnengeslopen, werd die deur eerst door de
politie verzegeld en daarna den indringers aan
gezegd, dat hun eene strafvervolging wachten
zoo. W(jl zoodanige gerechtelijke vervolging in
deze provincie misschien nooit te voren is inge
steld, is men zeer nieuwsgierig naar de meening
van den strafrechter omtrent deze door .zuivere
üefde" gedreven zucht tot inbraak.
Te Vianen doet zich een vreemd
ziektegeval voor. Een 15-jarig meisje aldaar
is overdag als eene krankzinnige. Ze lacht,
danst, praat alles door elkander of is zeer
ia zicbzelve gekeerd en neemt van niets notitie.
Tegen 9 uren 's avonds evenwel komt er ver
andering in haar toestand, dan wrflft ze zich
de oogen uit en zegt: .Hè, wat heb ik weer
1 -ng geslapen." Het verdere gedeelte van den
dag is z(j volkomen hel er en ook 's nachts
slaapt ze ru3tig. Ontwaakt ze 's morgens, dan
li ze weer als den vorigen dag. Deze treurige
toestand duurt nu al 4 weken; de moeder
is dood en de vader heeft nog 7 meest kleine
kinderen te verzorgen.
Uit een der Drentsche dorpen
Bcfaryft men het volgende aan de „Ass. Ct.":
B(j een onlangs gehouden avonddienst van
een onzer drie predikanten bracht een vergis
sing een ongewone verstoring in de voortzet
ting van de godsdienstoefening.
De preek, die zoo vlottend werd voorgedra
gen en blikbaar indruk maakte op de eer
biedig luisterende schare, werd plotseling
afgebroken, terwijl een groote onrust zich
van den boogen spreker meester maakte.
Om tijd te winnen en eonigszios op verhaal
te komen, werd aan de gemeente verzocht
/een ellenlang gezang te zingen. De koster,
ging orders halen op den preekstoel en snelde
de kt-rk nit naar de pastorie; eindelijk komt
terug met doodsbleek gelaat en knikkende
knieën en brengt al stamelend uit: .Ik kan
't r.iet vinden, ik kan 't niet vinden, zelf
moet n zoeken.1'
Om de verbazing ten top te voeren, ver
laat thans ook de predikant de kerk, de
verbouwereerde gemeente aan de vreemd
soortig^ gissingen ten prooi latende. Eindelijk,
na lang wachten, komt de schare in bedaarder
stemming door de terugkomst van den dominee,
die met opgewekt gelaat zich weer de trappen
opwerkt en tot aller voldoening de preek
verder ongestoord ten einde brengt.
Hansen te Londen. Ter eere van
Fridtjof Nansen beeft de Royal Societies' Club
een groot feestmaal gegeven in haar clubge
bouw. Aan het einde der eetzaal stond een
model van de „Fram" op een blok ijs, dat
inwendig verlicht was door een electrisch
gloeilampje. Het feest werd gepresideerd door
air Clements Markham; onder de 200 aan-
nttenden waren luitenant Scott Hansen, chef
▼au den wetenschappelijken staf der expeditie,
en verscheiden generaals, admiraals, profes
sor ^d, enz., o. a. lord Lister.
In antwoord op oen warmen toost van den
voorzitter, hield Nansen een aarnigen speech.
Hij begon met lof toe te zwaaien aan de
Engvlsche poolvaarders, wier onderzoekingen
hom zijn taak zooveel verlicht hadden, en
vertelde een en ander uit zijn ervaringen.
Het was een vreemde gewaarwording voor
hem, zich onder al deze aanzienlijke mannen
te bevindeneen jaar geleden was het tooneel
foheel .raders. Men zou hem wel gelooven als
hy verzekerde, dat het een droefgeestig too
neel was. (Gelach). Hij zat toen in een hut
van 10 voet lang en 6 voet breed; tijd had
iiy genoeg, maar niet om te lezen, want zijn
eenige lectuur was een zeevaartkundige alma
nak en een logarithmentafel. (Gelach). Den
almanak kende hij van buiten, o. a. de voor
schriften hoe in geval van nood te handelen.
^Gelach). Zy waren slechts met hun beiden
an souden gaarne wat gezelschap hebben ge-
bad, maar zij daclXten ovengena minder aan
do menschen dan aan de manier hoe zij iets
te eten moesten krjj^gen. Met Johanseu was
hij altijd goede vriendevi geblevenalleen had
hjj hem af en toe, als samen in den slaap
zak lagen, een duw in dett rug moeten geven,
omd..t h<j zoo snorkte. (QA*ch). Hy hoopte,
dat de Engelsche natie nu weer do verken-
Ding van de Noordpool op zicri zou nemen;
hy was zoo beleefd geweest om nog drie
graden over te laten voor haar om te onder
zoeken. (Gelach).
Er volgden nog verscheiden toosten en
daarin was er receptie.
Er heerscht groote ongerust
heid te Duinkerken. Sedert Zaterdag bevindt
zich op de reede aldaar een Engelsch stoom
schip, de „Vulcan", komende van Bombay en
geladen met graan. Aan boord ontbreken vyf
manschappen.
Het gerucht loopt, dat deze vyf mannen
onderweg aan do pest zijn gestorven en In
zee geworpen.
De kapitein beweert evenwel, dat twee der
mannon gedeserteerd zya; twee zyn tePort-
Said aan land gezet en één is z:ek te Suez
achtergelaten.
Het atoomschip verlangde machtiging om
de haven binnen te komen en zulks is, over
eenkomstig een besluit van den ministerraad
beslist geweigerd. De „Yulcan" is daarna naar
Liverpool vertrokken.
Te Marseille is het besluit, waarby bet
aan land brengen van goederen, die uit Indië
afkomstig zyn, wordt verboden, met groote
voldoening ontvangen.
"Wat de reeders van de „Persia" en de „Brank-
somehall" voornemens zjjn, is nog niet bekend;
maar het feit, dat er versche levensmiddelen
en steenkool gevraagd zyn, scbynt aan te
duiden, dat zy weer zee zullen kiezen.
Omtrent de „Caledonia" zjjn de volgende
beschikkingen genomen: de „Clyde," behoo-
rende tot dezelfde maatscbappy, zal heden
de 70 passagiers overnemen en naar Londen
overbreügen; den llden Februari zal een extra
trein uit Calais vertrekken met 140 Engelsche
passagiers, die zich weer op de „Caledonia"
zullen inschepen, welk schip dan terugkeert
naar Indië, zonder zyn lading voor Marseille
te hebben gelost.
Dan heefc men nog de „Yarra," die eveneens
Bombay heeft aangedaan en deze stad twee
uren voor oe „Caledonia" heeft verlaten met
de mail en 23 passagiers.
De burgemeester van Marseille heeft den
directeur van den gezondheidsdienst uitge-
noodigd de brievenzakken in het lazaret te
openen en de brieven één voor één te ont
smetten.
In de onderaardsche gangen van
deo St.-Pittersberg heeft sinds eeüigen tyd
een zondtrliDg zyn intrek genomen. Deze
holbewoner, zekere Louis "Wynands, 25 a 30
jaar oud, woont reeds sedert jaren in de
gemeente St. Pieter, ofschoon tot voor korten
tyd boven den grond. Verstandelijk abnormaal
en ïydende aan toevallen als hy is, werd hy
ongeschikt voor zyD werk by den boer, zoodat
hy ontslagen werd. In een gedeelte van den
berg heelt h(j zich een bedstode gemaakt en
hy leeft daar nu rustig en ongestoord. Des
daags gaat hy rond om voor eten en kleeren
te zorgen, waaraan het hem dan ook niet
ontoreekt.
Indiingers duldt hy niet in zyn gebied;
komen er vreemdelingen, dan weet hy ze
spoedig te verjagen. Een brandend bosje stroo
verspreidt zulk een verstikkenden rook, dat
de nieuwsgierige overhaast de vlucht neemt.
Daar het gedeelte der gangen, waar by ver-
biyf houdt, privaat eigendom is van een grond
bezitter, die den zonderling zyn leven niet
misgunt, heeft men hier met een permanenten
holbewoner te doen.
De munt te Brussel heeft uit
Rusland 10500 staven zilver, ter waarde van
1 500,000 fr.t ontvangen voor de aanmunting
van zilveren roebels.
Yolgens de „Evening Standard"
is te Serpuckoff op drie uren sporens van
Moskou een ernstige werkstaking in de spin
neren uitgebroken. Twee duizend man hebben
den arbeid neergelegd en bedreigen de fabri
kanten. Dezen zyn naar Moskoa gevlucht. Het
garnizoen van Serpuckoff is met 300 man
versterkt, daar men voor uitbreiding van de
beweging vreest.
Het aanstaande carnaval van den
„boeuf gras" of „vetten os" zal Parys van den
heerschenden vreemaelingennoo J z-ker wel voor
een korten tyd afhelpen, want wat tot nu
toe van hot feest bekend is, is wel in staat,
duizenden vreemdelingen naar Parijs te lokken.
Niet minder dan 877 mannen, 144 meisjes,
50 kinderen en 300 muzikanten zullen aan
het carnaval deelnemen, die van Zondag tot
Dinsdag dagelyks van het industriepales
uit, de straten en boulevards doortr kken.
Aardig gegroepeerd ziet men by v. op een reus
achtigen wagen byna 50 meisjes mot zonne
schermen; op een gegeven teeken omhullen
de schermen haar draagsters en de geheele
wagen ia in een verrukkeude Chrysanthemum
groep veranderd. Even grootsch wordt de voor
st-Hing van den wervelstorm van verleden
Juli Men ziet een stuk boulevard met boomen,
grond, enz. voorgesteld, als plotseling de wer
velstorm losbreekt en aUes overhoop werpt.
Een politieman met een grooten witten staf
geeft het toeken voor het vryhou ien van den
weg voor voetgangers door de wagens en ver
volgt dan in groote passen den vluchtenden
wervelstorm. Kortom, het wordt zeer fraai en
de vreemdelingen zullen als altyd in massa's
aankomen.
INGEZONDEN.
Weled. Heer Redacteur
Yergun my nog eens een klein plaatsje ter
beantwoording van het ingezonden stukje van
den heer J. J. EL K., in Uw blad van Zaterdag;
ik kan kort zyn, omdat ZEd. myn schryven
van 3 dezer in geenen deele heeft wec-rlegd.
Op zjjne aanhalingen onder al wat ZEd.
gelooft en niet gelooft, kan ik dus volstaan
met hetgoen ik reeds heb gozegdl
Dat ZEd. het nog niet eens is met het
L'iidsche publiek, komt zeker wel, ornaat ZE
nog steeds onder den machtigen indruk is
van den gehoorden kreet: 0Wee, wee,Neder
land! Wee!" Moet het verlangen van ZEd.
opgaan, dan mogen wjl voortaan zeker wel
verwachten, dat, wanneer ons carillon een
vaderlanisch lied doet hooren by feestelijke
gelegenheden, allen, die het front van het
Stadhuis of de Yischmarkt passeeren, eene
gepaste reverenz zullen maken, byv. door het
hoofd zoolang ongedekt te houden; hetzelfde
kan dan ook gelden by muziekuitvoeringen
op Korenbeurs en Beestenmarkt!
Ziet ZEd. het aanbevelenswaardige van het
„Wien Neerlandsch Bloed" niet in en kan
ZEd. maar niet begrijpen, hoe zich dit lied,
hetwelk zich in geen enkel opzicht als volks
lied kenmerkt, zoolang heeft kunnen hand
haven dit blyft voor zyne porsooniyke
meening, welke my geheel onverschillig is;
even oaverschillig als ray ook is zyne ver
keerde uitlegging, waarmede hy het woord
„Nederlandsch" als eene verandering, als eene
vinding van my wil doen voorkomen.
Dat men langzamerhand bet „Wilhelmus"
meer hoort spelen of aanheffen, stem ik myn
geachten tegenstander toe, maar zou de
reden daarvoor niet gelogen zyn in het streven
van muziok-corporatïes, om hunne abonnés of
bezoekers met de oude toonzetting kennis te
doen maken ?Dj „Dubbel-Kwartet-vereeniging"
had het verleden week voor het eerst op haar
program.
Aanhalingen als van het Ylaggelied en
Liederenboek van het „Nut" zyn er nog veel
meer by te brengen, maar dienen ter zake
slechts als ballast aan boord en hiermede
„basta."
Afgescheiden van het vorenstaande, wil ik
nog gaarne by dezen zeggen, dat het te be
jammeren is, dat men zoo weinig volksliederen
door het volk hoort zingen; aan schoone
liederen i3 waarlyk geen gebrek en men hoort
langs 's heeren wegen, by weinig uitzondering,
niets dan walglijke, ergerlyke galmeryen!
Mocht daarin toch verandering ten goede
komen 1
U, Weled. Heer Redacteur, nogmaals vr.
dankend, teeken ik, Hoogachtend,
Lkibbn, UEü Dw. Dr.,
6 Febr. 1897. K.
mishandeling Tan dieren.
Mijnheer de Hoofdredacteur I
Sta my toe, naar aanleiding van bet afschu-
welyk bericht betreffende dat ongelukkige
paard, hetwelk door den kleerenbleeker B. (de
man is dus bekend) onder Diemen, den gan-
schen nacht in het ijs gelaten is, eenig opmer
kingen te maken.
Door myne liefde voor dieren heb ik nogal
eene daarover gelezen en las ik ook wel eens
de artikelen 254 en 455 van het Wetboek
van Strafrecht. Naar myne meeDiog valt bet
bovenstaande feit toch zeker wel onder één
van die twee artikelen, welk artikel weet ik
niet, want ik ben maar een leek. Zeker weet
ik toch, dat die B. zya paard op af*chuwelyke
wyza heeft mishandeld (mishandelen is toch
slecht behandelen). Of zou zooals ik ook wel
eens gehoord heb men weer willen of
kunnen uitmaken, dat opzet tot mishandelen
hier niet gebleken is? My dunkt, dat zou
even afschuwelijk zyn en niet in aanmerking
mogen komen, want, door een streng voor
beeld te stellen, maakt men andere onver
schilligen wakker en nadenkend over hetgeen
zy do?n en niet doen mogen hunne dieren
betreffende.
U dankzeggend voor de opname van dit
stukje in Uw veelgelezen blad, Mynheer de
Hoofdredacteur, Uw Dotv.
M.
CORRESPONDENTIE. Een paar ingezon
den stukken moesten tot een volgend nommer
biyven liggen.
Burgerlijke Stand.
HAARLEMMERMEER. Ondertrouwd: Q.
L. Doeswijk en M. T. Jansen.
Gehuwd: J. Yan Nieuwenhuijzen en A. Spaar
garen. A. Zorge en H- Broertjes.
Bevallen: G. Stokhof geb. Van Geilswijk D.
C. W. Van Tilburg geb. Hobo Z. M. E.
Bakker geb. Maaskant Z. J. Kolle geb- Wes
tendorp D. J. Van Schie geb. Otten Z. J.
Van den Heuvel geb. Van den Heuvel D. M. Yer-
bragge geb- Van Es D. D Klein geb. Stroosma
Z. A. De 11 om geb. Knik Z. B. Koolhaas
geb. Den Hollander D. J. Mesman geb. Vervloed
'L E. A. Van Gameren geb. Goudswaard Z.
M. Van Bentem geb. Stokman D. M. Wam-
steeker geb. Oosterom Z C. Groen geb. Pa-
lingdood Z. J. Strijd geb. Luobteubnrg Z. M.
A. K. De Vries geb. Uijthoven Z. M. A. Dui
venvoorden geb. Van Dongen (levenl. Z.)
Overleden: D. De Koter, 60 j. C. H. Van
Staveren, 8 w. C. Vaandering, 8 mud. C.
Van Tatenbove, 50 j. H. C. Van der Maas, 48
j. P. Van tierven, 63 j. C. Jongkiud, 84 j.
WARMOND. Geboren: Antbom'us Johannes
Maria, Z. van H. Meskers en M. Van Wieringen.
Anthonie Elisabeth, D. van N. P. Beugolsdjjk en
M, J. Bader.
Ondertrouwd: A. Van Winsen jm. 28 j.
en C. Duivenvoorden j'd. 28 j.
Overleden: A. G. Heemskerk 5 j.
ZEGWAARD. Overleden! A. Van der Lugt
72 j., huisvr. van J. W aarsenburg. D Ploeg
73 j., wedr. van N. Rietkerk. Jacob, Z. van J.
Van den Hoek en A. J. Dogterora. J. Van der
Plas 36 j., buisvr. van J. F. Stolk.
ZOETERMEER. Geboren: Pietje, D. van J.
Kolisvaart en N. Roodenbtxrg. Jobs. Adrs., Z.
van N. Beukers en C. AL
Overleden: Adriaan 7 m., Z. van O- Van
der Vorm en P. Lamens. Antonia Cornelia 24 j.,
D. van N. Boonekamp en C. Rijueveen. Cath.
Marg. Bis, D. van J. C. Vleggeert en Corn. Van
der Sluis.
Kerkeiyke BerlohU»
Rynsburg: Geref. Kerk. Woensdag
avond 10 Februari, te Z6ven uren, prof. Blester-
veld, van Kampen.
Wou brugge: Ned. Herv. Kerk. Donderdag
avond halfzeven, ds. T. G. C. Rappard, pred.
te Waarder en L mgeruigeweide.
Zondag, 's voorm. to halfiien, ds. C. Hart-
wigsen, pred. te Leiden. 's Nam. te 2 uren,
ds. R. B. Bolt, pred. te Zwammerdam.
KOLONIËN.
BATAVIA, 912 Januari.
(Nederlandsche mail.)
Aangaande de expeditie naar Kloeang bevat
een regeeringstelegram uit Buitenzorg van
9 Jan. de volgende byzonderheden
By een tocht, den 7den dezer door twee
compagnieën onder majoor Beets naar Gle
Broee en Poeding ondernomen, werden onze
troepen tuaachen genoemd© plaatsen door een
bende van ongeveer 200 man beschoten.
Een hevig gevecht volgde, waarby de vyand
herhaaldeiyk met de bajonet moest worden
teruggedreven en enkelen met het kapmes
moesten worden afgemaakt.
Na de stelling van den vyand genomen te
hebben, werd deze in oosteiyke richting ver
dreven.
Toekoe Oemar en zyn volgelingen trokken
af in zuidoostelyke richting van het gevechts
terrein.
Onze terugtocht werd niet bemoeilykt.
Geiyk reeds per telegram bekend werd, is
de majoor Beets daarby overleden ten gevolge
van een zonnesteek, is gesneuveld de luite
nant H. J. Van Hennekeler en werden zeven
tien minderen gewoed, waarvan drie zwaar.
Het „Bat. Nbld." schryft: „De cholera
heeft te Soerabaia, vermoadeiyk ten gevolge
van het niet voldoende doorkomen der regens
en de byzondere hitte der laatste dagen, weer
haar intrede gedaan; het aantal gevallen is
gelukkig nog klein.
„Behalve door cholera wordt de plaats ook
nog onveilig gemaakt door koortsen van een
buitengewoon kwaadaardig karakter, een ge
volg van de slechte hygiënische toestanden.
Volgens het „Soer. Hand." kwamen 9 Jan.
vyf gevallen voor."
Goedgekeurd is, dat door den civielen en
militairen gouverneur van Atjeh in de IV
Moekims van de sagi der XXV Moekims wordt
gelegerd een troepenmacht van twee com
pagnieën infanterie en een detachement artil
lerie met eenig geneeskundig en administratie-
personeel en trein. (U.-H.)
De 1ste luitenant der infanterie J. F.
Van Kesteren, die door zonnesteek werd ge
troffen, is gelukkig aan de beterhand. (B. N.)
De Prodjonzaak.
De „Java-Bode" meldt: Het omgaand ge
recht te Sampang, voorgezeten door mr. E.
Ryke, heeft dz eene zitting, die 20 dagen ge
duurd heeft en waarop 109 getuigen gehoord
zyn, den 5den Januari jl. uitspraak gedaan in
de bekende Proljonzaak, de fanatieke bewe
ging, waaraan door den resident van Madura
met geweld van wapenen een einde is ge
maakt. Van de 16 beklaagden zyn er 12
schuldig verklaard en veroordeeld; de hoofd
beklaagde, Kiai Samantri, kreeg 15 jaar dwang
arbeid in den ketting wegens opruiing tot ver
zet tegen het openbaar gezag, een dessaboofd
10 jaar en een ander 8 jaar; van de overigen
werden 1 tot 3 jaar, 6 tot 2 jaar en 3 tot 1
jaar dwangarbeid buiten den ketting ver
oordeeld.
BalL
Uit Boeleleng wordt aan de „Soerabaia-
Courant" geschreven:
Het observatiecorps is thans van Boeleleng
vertrokken; naar veler overtuiging, waaronder
deskundigen, veel te vroeg. Het is voor hen,
die bier eenigszins op de hoogte zyn, een
bekend feit, dat zich te Karang-Asem twee
partyen bevinden, die scherp tegenover
elkander staan. De eene party is die van
Goesti Djilantik, de andere, waartoe zelfs
zoons van dezen bebooren en voomamelyk
bestaande uit de hoogste waardigheidsbe-
kleeders, ia tegen den Goesti gericht, voor
nameiyk, naar men beweert, uit wrok, dat door
zyn houding op het kritieke oogenblik op
Lombok en zyn vlucht van daar, het Ned.-
Ind. gouvernement over het Balisch vorsten
huis heeft kunnen zegevieren.
Da party tegen Goesti Djilantik is natuuriyk
ook. die, welke alles in het werk stelt om het
gouvernement tegen dezen in het harnas te
jagen, wel wetende, dat, wanneer door een
overval van Boeleleng of door eene andere
éclatante daad bet gouvernement gedwongen
mocht worden tot eene expeditie, het met
Goesti DjiLntik, die dan geforceerd zal worden
door de bevolking tot tegenweer, met eene
sterke tegenparty onder de poenggawa's, per se
gedaan is. Dat intusschen ook de Karang-
Assemmer8 goed gewapend en op alles voor
bereid zyn, vernam men door een weggelóopen
fuselier, die na 6 maanden desertie terugkwam,
omdat hy voor weinig loon te hard moest
werken. Hy had nameiyk een magazyn, waarin
1500 repeteergeweren waren opgeborgen,
schoon te houden en kreeg daarvoor 40 kep-
pengs per dag. Als loon voor zyn verraad
scheen hem dat te weinig.
ATJEH.
Ofschoon de voorloopige uitslag van den
tocht naar Lohong reeds bekend is, zyn onder
staande byzonderheden, welke in een schryven
uit Kotta-Radja van 3 Jan. aan het „Bat.
Nieuwsblad" omtrent de toebereidselen tot
dien tocht voorkomen, niet van belang ontbloot.
„Het doel van de beweging is natuurlek
in de eerste plaats Toekoe Oemar te vangen
en daar dit alleen by verrassing kan geschieden,
zal ook de landing 's nachts in de diepste
stilte plaats grypen en zullen de schepen
zonder licht varen. Maar vooral heeft men er
voor gezorgd, dat ieder 2 dagen van te voren
wist, waar de troepen naar toe zouden gaan,
zoodst Toekoe (Lmar allang van onze plannen
op de hoogte kan zyn, ten minste als hy een
eenigszins goed ingericht spionnenstelsel heeft,
en uaar vale w 1 ni t aaD te twijfelen. "Waarow
niet alles geheim gehouden tot alles aa?
boord was en daar do plannen medegedeeld,'
of een ander doel opgegeven, byv. Pedir?
Op het oogenblik zou (it wel wat onwaar-
schyniyk klinken, maar de groote menigte
slikt dit wel.
„Toekoe Oemar houdt op het oogenblik
V6rbiyf in kampong Geuten, gelegen aan een
riviertje, dat ongeveer 1000 M. meer westelyk
by kampong Blang Méj in zee valt
„Tusschen de beide kampongs ligt een soort
missigit; ten noorden van Genten ligt een heu
vel, waarop zich een benting bevindt, die door
pl. m. 40 man moet bezet ztyn. Om de kam
pongs bevinden zich sawah's, waarop de ryat
al hoog staat. Het plan is nu het volgende:
's Nachts om 11 uren landen de marechaussees
en de late compagnie van het 3de bataljon
by een klappertuin, ODgeveer 3 a 4- K.M.
noord-westelyk van Genten. Daarna wordt
aangemarcheerd op Genten met vermyding
van Blang Méj en zoo mogeiyk ook van dc
missigit. Voor Genten splitst de colonne zich
in tweeën en omsingelt de geheele kampong,
terwyi een peloton in observatie biyft liggen
voor de heuvelbentïng. Als het licht wordt,
rukt alles op om Oemar te phéla,
zoo ver z\jn we nog niet. 's Ochtends om zea
uren landt het 12de bataljon bij Blang Méj.
De overige compagnieën van het 3de bataljon
liggen gereed om uit te rukken, indien Oemar
soms naar het noorden mocht afwyken, om
hem aldaar den pas af te snyden.
„Het 6de bataljon te Kroeng Raba kreeg
in opdracht het gebergte te bezetten en to
beletten, dat menschen uit IV Moekims zich
naar Lepong begaven."
In hetzelfde schryven leest men
Dinsdag jl. had alhier de plechtige ter-aarde-
bestelling plaats van den lsten luitenant der
inf. Korfmacher, postcommandant van Lamtih,
did viel als het slachtoffer van een laffen
sluipmoord. De dader was een inlandsch kanon
nier, wiens vrouw kort te voren van den post
was verwyderd geworden. Gebruik makende
van de omstandigheid, dat hy, op post staan
de, een geladen geweer in handen had, schoot
hy den postcommandant overhoop. By ieder,
die Korfmacher kende, was hy bemind wegens
zyn goedhartigheid en hulpvaardigheid.
Het is te betreuren, dat hier op Atjeh geen
krygsraad te velde bestaat. Nu duurt het mis
schien wel een half jaar, voordat de dader
zyn straf ondergaat, terwyl vooral by derge-
lyke gevallen een spoedige executie zeer ge-
wensebt is, te meer, omdat dit een op zich
zelf staand feit is. Het is waar, de menschen
zyn hier gemakkeiyk in de gelegenheid, oaar
zy steeds in het bezit zyn van scherpe pa
tronen, maar dit kan nu eenmaal niet auders.
Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië
zijn de volgende beschikkingen genomen:
CIVIEL DEPARTEMENT. Ontslagen: Met
ingang respectievelgk van 12 Januari en 5 Februari
1887 op verzoek eervol oifc 's lands dienst de assis
tent-resident van Lematang Oeloe en llir, Kikim
en do Pasoemahlanden (Palembang) D. P. Farret
Jentink en de griffier van den landraad te Muntok
(Banka) W. R. J. Schonten;
met ingang van 31 Januari 1897, op verzoek-
wegens expiratie van ziin dienstverband, eervol
uit zjjn betrekking de tijdelijke houtvester der 3de
klasse bij het boschwezen op Java en Madoera,
L R. Nitzschke.
Benoemd: Tot commies op het bureau vae
den assistent-resident van Bengkalis (Oostkust
van Sumatra) de klerk bij den magistraat te fiindjei
(Oostkust van Sumatra) W. Van Ommen;
met ingang van 12 Januari 1897 tot assistent-
resident van Lematang Oeloe en llir, Kikim en de
Pasoemahlanden de ambtenaar op non-activiteit
L. F. Wesly, laatst assistent-resident van Gorontalo
(Menado);
met ingang van 5 Februari 1897 tot griffier van
den landraad te Muntok (Banka) de ambtenaar
op wachtgeld E. V. De Scheemaker, laatst W.
translateor voor de Maleische taal tc Batavia, to
voreo griffier van de landraden te Padang en
Priaman (Sumatra's Westkust);
tot werktuigkundige bg den dienst van het mijn
wezen de t ij del gke werktuigkundige hg dien dienst
R. F. L. Ronkes;
tot griffier van de landraden te Sindjai, Kadjang,
Bikeroe, Boelekomba en Saleijer (Celebes en Onder-
boorigheden) de ambtenaar op wachtgeld X E. R.
Calbo, laatst ter beschikking gesteld yan dea
voorzitter der landraden te Moljokerto en Djombang.
Met ingang van 1 Februari 1897:
tot hoofdingenieur, chef van den spoorwegdienst
en tevens van den dienst der kolenontginning ter
Sumatra's Westkust, Th. A. H. Rurja. thana belast
met de waarneming der aan die betrekking ver
bonden functiën; met bepaling, dat hij tevens werk
zaam zal blijven als chef der exploitatie en chef
van de tweede afdeeling van bedoelden spoorweg,
zoomede, dat hij ook zal optreden als chef dei vierde
afdeeling van dien spoorweg.
Bij de exploitatie van den Staatsspoorweg
ter Sumatra's Westkust:
Benoemd: Tot chef der derde afdeeling D. L
Graadt van Roggen, thans tijdelijk als zoodanig
■werkzaam, met bepaling, dat hg voorloopig tevens
met het beheer der werkplaatsen belast blijft;
tot adjunct-chef der tweede afdeeling de bouw
kundige ambtenaar 2de kl. bij den aanleg van
Staatsspoor wegen, tijdelijk belast met de vervulling
der aan hooier genoemde betrekking verbonden
functiën, L. K. Lindhout;
tot secretaris-boekhonder, tevens chef der
contröle H. G. Scholton, thans tijdelijk als zoodanig
werkzaam;
tot magazijnmeester de 2de commies bij de
exploitatie van Staatsspoorwegen op Java, Ch. A
Guldanaar;
tot stationschef 2de kl. F. Z. Ermerms, thans
tijdelijk als zoodanig werkzaam;
tot eersten commies de tijdelijk lste commies
bij den aanleg van Staatsspoorwegen H. C
Ledebur;
tot opzichter 2de kl. L. W. A. Le Fèbre, th»
tijdelijk als zoodanig werkzaam
tot opzichter-machinist 2de kl. J. B. Logeman
thans werkzaam als tijdelijk machinist lste kl.-
tot opzichter van de werkplaatsen 2de kl. C.
Van Houtrijve, thans tijdelijk als zoodanig werk
zaam
tot instrumentmaker J. H. Oblenroth, thans werk
zaam als tijdelijk telegTaafondoropzichter.
Belast: Met de waarneming der betrekking
van adjunct-chef der vierde afdeeling A. F. Van
Beek Jr.. thans tijdelijk werkzaam ale chef der
vierde afdeeling;
tot 3den commies op het residentiekantoor te
Batavia de lste klerk bij den landraad der stad
en voorsteden van Batavia, A. L. C. Van Halle;
tot advocaat en procureur bij don raad van justitie
te Soerabaia mr. J. W. D- Francken.
Gesteld: Ter beschikking van den directem
van binnenlandsch bostuur, om werkzaam te worde
gesteld: