MENGELWERK.
maar wil men den candidaten niet don dwaDg
omtrent de details opleggen, welke door de
besluiten der „Unie" verlangd wordt.
Dit is inderdaad de kern van het verschil,
maar dit verschil i3 ernstig genoeg om de
uittreding te rechtvaardigen. Het betreft
immers de vraag, of de liberale party een
groot aantal van hare bekwaamste staatslie
den zal uitstooten, enkel omdat zy niet kun
nen instemmen met alle onderdeelen van het
algemeene en van het urgentie-program, zooals
die door een betrekkeiyk geringe meerderheid
in do laatste vergadering der „Liberale Unie"
zgn vastgesteld.
Het manifest der Amsterdamsche Kiesver-
eenigingen „Burgerplicht" en „Amstels Bur-
gerg" is breed genoeg gesteld om tot zulk
een uitstooting geen aanleiding te geven, en
het sluit zich tevens, wat de strekking betreft,
aan by de programma's der „Liberale Unie".
Het ware wel gewenscht, dat dit manifest
tot onderwerp van behandoling werd genomen in
de vele liberale kiesvereenigingen, die evenals
de Leidscho met de besluiten der „Unie"-ver-
gadering geen vrede kunnen hebben.
Gemeenteraad van Oudslioorn*
Voorzitter: de Burgemeester. Aanwezig
alle leden.
Voor kennisgeving aangenomen enkele
sedert de vorige vergadering ingekomen
stukken.
Het ingekomen verzoek van mej. Bakker
om eervol ontslag als onderwü'zeres zal na
behandeling van punt 4 besproken worden.
Met algemeene stemrmn werden herbenoemd
tot leden van het burgeriyk armbestuur de
hoeren G. J. Den Hertog en H. Niekerk.
Mededeeling werd gedaan van de gehouden
kasopnoming, aanwijzende een kassa-saldo van
f 2796 47'/j.
De Voorzitter deelt mede, dat het hem
bekend was geworden, dat de onderwyzeres
mej. Bakker onder No. 1 op de voordracht
stond, om benoemd te worden tot onderwyzéres
te Amsterdam, waarom B. en Vs., om zoo
spoedig doenlijk in die vacature te kunnen
voorzien, in twee vakbladen oproepingen
hadden geplaatst naar de waarschyniyk alhier
komende vacature van onderwijzeres aan de
openbare lagere school, op een jaarwedde van
550, onder mededeeling, dat inzending der
Eollicitatiestukken kan geschieden vóór 10
December 1806. Hierop zgn slechts twee
sollicitatien ingekomen en wel lo. van mej.
S. Brouwer, te Gorredyk, en 2o. van mej. Bos,
to Ter-Aar. Mej. Bakker werd intusschen te
Amsterdam benoemd, en omdat zich maar
twee sollicitanten hebben aangemeld, kunnen
B. en Ws. niet aan het vereischte der wet
voldoen, Dl. om een voordracht op to maken
van drio personen. Hierom zal dus een her-
ba.1de oproeping moeten geschieden.
De heor Wernink vraagt en verkrggt het
woord, en geeft zgn bevreemding te kennen,
dat B. en Ws. in deze zoo voorbarig zgn
geweest. Men heeft sollicitanten opgeroepen
nar.r eene betrekking, waarvan men nog niet
zeker wist, dat zij vacant kwam. B. en Ws.
wisten bovendien, dat sommige leden waren
voor betere regeling der jaarwedden, met
opklimming biervan na een bepaald aantal
jaren, een regeling die in deze vergadering
aan de orde is gesteld. Had men dus gewacht
totdat deze regeling, was aangenomen, dan
zouden waarschyniyk meer sollicitanten zich
hebben voorgedaan.
Da Voorzitter kan niet inzien, waarom B.
en Ws. hier te voorbarig zyn geweest. B. en
Ws. deden de oproeping, opdat de vacature,
in htt belang van hot onderwys, spoedig zou
worden vervuld. Dat in die publicatie, waarin
melding werd gemaakt, dat do betrekking ver
moedelijk vacant kwam, geon melding werd
gemaakt van de nu aanbangigo regeling dsr
jaarwedden, kon niet anders; men zou moeilijk
een regeling, die nog niet door den Raa i is
aangenomen, in de publicatie kunnen opnemen.
De heer Wernink zegt lievc-r gezien to heb
ben, dat B. en Ws. met oprooping haddon
gewacht tot na de behandeling der regeling.
Dc heer Piek vraagt of do heor Wernink
jdkerheid had gehad, dat by oproeping na de
vastgestelde jaarwedden-regeliug, meer sollici
tanten zich zouden hebben voorgedaan. Spre
ker juicht de handelwijze van B. en Ws. too.
De heer Wernink zegt dit natuurlijk niet
le kunDen verzeksron, maar dat het toch wel
voor de hand ligt, dat by hoogere salariëering
m-:er sollicitanten komen.
De Voorzitter zegt, dat hy wel wist, dat
eenige Raadsleden voor betero jaarwedde-
regeling waren, doch hoe de Raad er over
dacht, wist hy niet.
De heer Wernink zegt by de behandeling
der begrooting, dienst 1897, hot voornemen
te hebben gehad oen voorstel te doen tot
verboogiug der jaarwedden der onderwyzers
na eenige dienstjaren, doch toen de Voorzitter
hem opmerkzaam maakte, dat van de zyde
van B. en Ws. zoodanig voorstel te wachten
was, hy biorop niet is ingegaan.
Niemand meer bi rover het woord verlan
gen lo, zegt de Voorzitter, dat do minder goede
regeling der jaarwedden van het onderwijzers
personeel de oorza k is, dat onopboudeiyk do
alhier zijnde onderwijzers solliciteeren naar
vacanto betrekkingen in andere plaatsen, en
voortdurend wijziging in dat personeel is waar
te nemen. Dit kzn nimmer het onderwys ten
goede komen, en daar ook vanwege de afo. Alfen
en Omstreken oener onderwgzers-vereeniging
op betero regeling der jaarwedden is aangedron
gen, hebben B. en Ws. zich geroepen gevoeld
hieromtrent het volgende voprstol to doen.
De jaarvveddin van het onderwijzend perso
neel worden als volgt geregeld;
a. hco IPoer school minimum 1000 met
vrije woning of vergoeding daarvoor, met zes
2-jaarlyksche verlioogingen van 50 tot een
maximum yan f 1300;
b. onderwijzers met hoofdakte (plaatsver
vangend hoofd) minimum f 650, met vier 2-
jaariykscbe verhoogingen van f 50 tot een
maximum van f 850;
c. onderwyzers en onderwyzeressqn, mini
mum f500, maximum 700, met dien ver
stande, dat na 1 jaar dienst 50 verhooging
wordt toegekend, en daarna met tweejaarlgk-
sche verhoogingen van 50 totdat het maximum
is bereikt.
By verkryging der hoofdakte wordt de jaar
wedde met 50 verhoogd.
Deze regeling komt dus op heden de ge
meente te staan op: Hoofd der school f 1150,
onderwyzer Krip f650, onderwyzer Bykerk
ƒ650, onderwyzeres Bakker 50, totaal
f3000, en over 2 jaar respectievelijk f1200,
f650, f700, f600, totaal f3150, en wanneer
voor allen het maximum is bereikt f1300,
f700, f700, f700, totaal f3400.
De Voorzitter voegt hieraan toe, dat wanneer
het aantal leerlingen een zeker maximum
heeft bereikt, een onderwyzer met hoofdakte
(plaatsvervangend hoofd) verplichtend wordt;
dit maximum is evenwel alhier nog niet be
reikt.
De heer Van Vliet vraagt of de jaren, in
andore gemeenten doorgebracht, bierby ook
moeten gelden, waarop de Voorzitter ontken
nend antwoordt, terwijl op voorstel van den
heer Van Vliet B. en Ws. het voorstel zoo
danig wyzigen, dat het minimum van de jaar
wedde van de onderwyzers van bystand wordt
verhoogd van 500 tot f 550.
De heer Wernink vraagt wanneer de rege
ling zal ingaan, waarop de Voorzitter ant
woordt met Januari a. s., waarom dan de
begrooting zal moeten worden gewyzigd.
Hierna wordt het voorstel met algemeene
stemmen aangenomen.
Aan mej. Bakker wordt op verzoek eervol
ontslag verleend als onderwyzeres, alsmede
aan den heer W. Van Egmond, mede op zyn
verzoek, als gemeente-ontvanger, dit laatste
met ingang van 1 Januari a. s.
Hierna wordt de openbare vergadering na
de gebruikelijke hoofdelyke omvraag en eene
mededeeling van den Voorzitter aan den heer
Den Hertog over het aanbrengen van palen
aan den aanslag, gesloten en gaat de verga
dering over in geheime zitting.
X>e zoon. dei* weduwe.
Uit hel Fransch van A. Theuriet,
Het huis, dat bewoond werd door de weduwe
Jacobé, stond op den hoek van twee straten,
vlak by het station van den spoorweg. Het
was een klein, nieuwgebouwd huisj9, door een
tuintje omgeven en stond eemgszins ver
wijderd van de andere huizen in do straat,
daar 't het laatst gezet was. Eerst in Juli
187. was de weduwe er komen wonen, na
hot uitbreken van den oorlog, die ook haar
jongsten zoon Aristide had opgeëischt. Ze had
deze woning gekozen, omdat die vlak bg het
station was gelegen. Het was haar of ze zoo
dichter by haar kind was en als hu eens
thuis mocht komen, had hy maar enk h
schreden af te leggen. Ze hield het meest
van Aristide; haar oudste zoon was in Parus
tegen den zin zgner moeder getrouwd, het
geen maakte dat ze elkaar slechts zelden
zagen. Al b.vir liefdo had ze nu op den
jongsten overgebracht en nu was ook deze
van haar opge-ischt gewordeu. Onder vele
tranen had ze hem laten vertrekken; van
haar schamel inkomentjj had ze hem nog
allerlei provisie meegegovon.
Op g« regelde tyden had ze tot haargroote
vr-ugdG, telkens lange I rievcn van hem ont
vangen; doch ilotteling was alle connnuni-
catio gesta kt, doordat de Duitschers het
stadje belegerd en ingenomen hadden. Twee
Bcitrsche regimenten haddon er zich in ge-
nc-stald en alle brieven werden zorgvuldig
onderschept. Nu en dan had haar nog eens
con schrijvtn van don geliefden afwezige
beieikf, h-imtlijk medegebracht door den een
of anderen marskramer, doch ook dit was te
gewaagd om dikwijls to herhalen.
Den 30sten Augustus had ze den laatsten
brief ontvangen, door haar zoon in Sedan ge
schreven; daarna had ze niets meer van hem
gehoord.
Was hy gevangengenomen en kwam hy
om in een ellendige gevangenis of zou ze hem
misschien met esn verlof van eenige dagen
vandaag of morgen terugzien? Beido was
mogelijk en de arme vrouw leed ontzettend
onder die onzekerheid. Nergens kon zo inlich
tingen inwinnen; als eonige zekerheid dat hy
nog leefde, kon zo aannemen, dat men haar
vanwege het ministerie nog geen doodsbericht
gezonden had. Ze wilde echter niet gelooven,
dat zg haar jongsten, meest geliefden zoon
wellicht nimmer meer terug zou zien. Natuur-
luk was hy ergens in een Duitsch fort op
gesloten, van waaruit hy haar onmogelyk
scbrgven kon en zoodra die verschrikkelijke
oorlog maar voorbg was, zou ze hem stellig
terugzien. Zoo wachtte zo hem, van den eenen
dag op den anderen, zonder moede of onge
duldig te worden.
II.
Na de gevechten kwam de lange wiüter,
waarin Parys nog belegerd werd, en het
duurde maanden, eer het zich eindelijk over
gaf en er over de vredesvoorwaarden kon
onderhandeld worden. De arme moeder hoopte
nu nog sterker haar zoon terug te zien; de
gevangenen zouden nu immers de vryheid
terugkrggen en dadelgk op marsch gaan.
Enkelen uit de stad waren reeds terug
gekomen^ Bleek, de kleederen aan flarden
gescheurd, met scherpe lynen in 't gelaat,
veroorzaakt door harden arbeid en gebrek,
holle oogen en vermagerde handen, stapten
ze langzaam alsof iedere beweging bun moeite
kostte, uit den trein. Aan iederen trein, die
uit Duitschland kwam, stond de weduwe
Jacobé te wachten. Met een kloppend hart
zag ze alle soldaten, die uitgestapt waren,
voorby haar gaan. Enkelen zelfs, die er
vriendolyk of goedhartig uitzagen, sprak ze
aan, om naar tgding van Aristide te vragen,
doch niemand had eenig bericht van hem
vernomen. Na do capitulatie van Sedan had
men hom niet meer gezien.
Toch sprak men haar moed in; hy zou
nog wel komen, misschien zat by nog ergens
opgesloten, wie weet hoe spoedig ze hem
terug zou zien.
En de arme vrouw schreef naar het Duitsche
ministerie van oorlog, zich angstig vast
klampend aan deze laatste, zwakke hoop.
Iederen avond zetto zy in het kleine eet-
kamertja een koud avondmaal neer en eon
flesch ouden wyn, alles netjes uitgediend op
een wit tafellaken, dan zette ze zich neer
om naar het scherpe, schrille fluiten der
treinen te hooren, die langs haar huisje
dreunden en zuchtten. Telkens werd buiten
alles voor een poosje stil en hoorde ze het
kletteren van den regen tegen de ramen,
om eensklaps te worden opgeschrikt door de
locomotief van den laatstc-n trein, die hggend
en groote, grgze rookwolken uitblazend, kwam
aandreunen.
Hl.
Op een zekeren donkeren, natton avond
kwam de laatste trein uit Straatsburg het
perron binnenstoomen. Daar dit het eind
station was, stapten alle reizigers uit. Lang
zaam, alsof al zyn leden hom pyn deien,
stapte een jeugdige soldaat uiteen derroupé's
derde klasse. Bg het flikkerend gaslicht op
het perron kon men zgn bleek gelaa1", ge
bogen schouders en strompelenden gang op
merken. Hg vroeg naar oen herberg ergen3
in de buurt, daar bg eerst morgen de reis
verder zou kunnen voortzetten, en men wees
hem er eene, even voor'og het station. Hy
was de laatste der pasrs.igi.rs, cie door het
tourniquet ging.
D© andere reizigers hadden zich reeds over
den duisteren weg verspreid, als was hun
allen de weg naar co stad goed bekend.
De vermoeide voeten van don armen, zieken
soldaat weigerden telkens bun dienst- h?t
was hem byna niet mogelyk zgn gewond
en r.og ma r hall genezen been verder voort
te slep-n door do modder. I-ader oogen; lik
stru keldo lig ovc-r iets, wat op o'enwoglag,
en hoorde men zgn wapen tegen de loege
veld'flesch kletteren.
En itlgk ontdekte hg een klein huis, dat
eemgszins afgezonderd van de overige in een
tuintje Lag. Het s'bgnsel eenc-r lamp ver
lichtte vroolgk het smalle paacjs tusschen
de p rk]es. Dit was Z9ker het logement» dat
men bom aangeduid had, dacht hg, al tastend
in de duisternis bg de voordeur n ar da bel,
die hy eindeiyk vpnd en hard overhaalde.
Een venster boven werd opengeworpen een
vrouwenhoofd bukte zich oml iag en een stc-m,
schor van aandoening, riep:
„Mgn l(eve jongen, zgt ge daar eindelijk!"
Haastige stappen weerklonk n nu op de
trap en door do gang; de grendels werden
V3n öe deur geschoven en de sol laat stond
tegenover een oude dame met grgs haar, die
bem met verbazing by de lamp, dis zg in 06
hoogte hiel 1, beschouwde.
„Hg is het niet, hg is het ni-.t!" kreunde zg.
„Neem rag ni-.t k walgk, mevrouw," begon
de soldaat, die ineens den toestand begreep:
„ik zie, dat ik verkeerd ben, men heeft mg
van een logement gesproken, dat hier vlak
bg moot zyn, en nu heb ik mg in bot huis
vergist. Ik ben zoo moo en ziek, dat ik niet
opmerkte, boe ik mg vergiste."
Mevrouw Jacobé zag den jongen man, die
van dez.l'de grootte en denzelfden leeftyd
was als haar eigen zoon, met raoederlgke
teoderheid aan en medelgdend zeide ze, ter-
wyi de tranen haar over de wangen liepen:
„'t Do;t or niet toe; kom toch maar binnen.
Het is geen woer om iemand buiten te laten
staan. "Wie weet of myn arme jongen op dit
oogenblik ook niet by vreemden huisvesting
zoekt."
Zo liet hem binnengaan en nam hem zgn
ransel en opgerolde jas af, waarna ze hem
zich te goed liet doen aan het maal, dat
voor Aristide bestemd was. Eigenhandig be
diende ze hem en wees zo hem de kamer,
waar hg dien nacht kon vertoeven, de eigen
kamer van haar zoon.
Den volgenden morgen zette ze hem een
overvloedig ontbijt voor, en terwyi ze boter
hammen sneed, vertelde ze hem van Aristide,
hoe ze hem zelf een wollen bouffante gebreid
had, „om om te doen, zi;t ge, als h6t koud
was, want met oostenwind leed bg altyd
zoo aan kiespijn," vertelde de arme moeder.
Do soldaat scheen plotseling geen honger
meer to hebben; iets in zUn keel maakte
't hem onmogelyk nog iets te eten.
Plotseling herinnerde hg zich, hoe by het
gevecht vóór Sedan, een jonge man, beant
woordend aan de beschryving van de oude
dame, en met een wollen bouffante om, naast
hem, was in elkaar gezonken. Hy stond op
nog geen twintig pas afstand van een heining
en de schildwacht, die op hem aanlegde
zonder dat Aristide het opmerkte, schoot liem
den kopi van 't hoofd. Akelig wit had het
gelaat van den doode afgestoken "by de hard
blauwe bouffante er onder, waar men hem
zoo dikwgls om had uitgelachen.
De soldaat stond op, om een haastig af
scheid van de gastvrye weduwe te nemen,
haar harteiyk dankend voor de goedheden,
waarmede ze hem overladen had. Ze moest
maar blyven hopen, stotterde hg, en zich
vermannend, voegde hy er kalm aan toe,
opdat ze niets merken zou:
„Er komen nog zooveel Franschen terug,
zelfs die men geheel verloren waande; natuur-
ïyk zou Aristide ook terugkomen."
Daarna nam hg zyn ransel en verwgderde
zich haastig.
Buiten gekomen, veegde hy met de hand
langs de oogen. Hg wist wel, dat de arme
moeder haar zoon nimmer weer zou zien.
Gemeenteraad van Noordwjjh.
Zitting van Vrijdagavond.
Voorzitter de burgemeester, jhr. mr. J. H. J.
Quarles van Ufford.
Afwezig de heeren A. W. Alkemade en C.
Ammeraal. Eén vacature wegens het overlgden
van den heer G. Van Eeden.
De secretaris leest de notulen der vorige
vergadering, welke door den Raad zonder op-
of aanmerkingen worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat Ged. Staten
goedgekeurd hebben de gemeente-begrooting
voor 1897.
Tot onderwgzer te Noordwgk aan Zee wordt
met algemeene of acht stemmen benoemd de
heer S. De Vries, den datum voor de in-functie-
treding, zoo spoedig mogelgk, te bepalen
door Burg. en Ws.
Tot weeshuismeester wordt uit de voor
dracht: J. De Groot Sr. (aftredend) en G. Van
den Berg Sr. met algemeene stemmen beno9md
ds heer Da Groot; tot gasthuismeester uit
de voordracht: A. Van Raai van Konynenburg
(aftredend) en J. Homan, de heer Van Raai
van Kongnenburg.
Alsnu kwam aan de orde het punt der
agenda, dat aanleiding zou geven tot een
breedvoerige discussie en dat dezo zitting
geruimen tgd (tot even halfticn) zou doen
duren, nl. de voorgestelde wijziging van bot
Reglement voor de Spaarbank voor Noordwgk
en Omstreken, welke wgzig.ng onderzocht
was door een commissie uit don Raad en
wier rapport thans door den secretaris werd
voorgelezen.
Na die voorlezing maakte de heer Van
Konijnenburg de opmerking, lof brengende
en alle vertrouwon schenktnde aan do Spaar-
bankeommissarirsen, dat door deze wgziging
z. i. de lust dezer hoeren zeker niet toe
nemen zal en dat de Raad z. i. wel in het oog
te houden heeft commissarissen niet tot hun
ondergeschikten te maken.
Ü3 beer Van der Wöyden achtte meerdere
verscherping van het Reglement Diet noodig
en zou ale verdere beteugeling en meerdcro
besnoeiing van commissarissen der Spaarbank
ontraden, waarop do heer Parlevliet als lid
der Raadscommissie meende te moeten in
't midden brengen, dat besnoeiing hier de
bedoeling niet is geweest; no gemeenteraad
moet haar aandeel in het bestuur der Spaar
bank echter behouden, vooral, daar door com
missarissen niet altgd aan het Reglement werd
vastgehouden, getuige het beleggen in buiten-
landscho fondsen, onregleraentarisch to.h
gedaan.
Dj heer C. Alkemade was het eens met
den heer Parlevlitt. 't Is, zon ier aanzien des
pe soons, te toen om een goed reglement,
niet enkel voor nu, onder deze commissarissen,
maar ook voor het vervolg. Tot later moet
men dit niet uitstellen; dan is het misschien
te laat. Het is te doen om een reglement,
dat waarborgt tegen misbruiken.
De heeren Smit en Van Konijnenburg gaven
nog te kennen, dat het hun aangenaam ware
geweest, indien over deze wijziging van ge
dachten had kunnen worden gewisseld al
vorens ze in den Raad ten sprake werd
gebracht.
Da heer Van der Weyden vroeg of er geen
verslag of zoo iets van de" Raadscommissie
was ingekomen, waarop de Voorzitter er hem
opmerkzaam op maakte, dat haar rappoit zoo
juist door den secretaris gelezen was en dat
de aanhangige bespreking dat rapport betrof.
Het gaat niet aan bier weer te geven het
vele, dat by de artikelsgewyze behandeling
van het Spaarbank reglement werd gesproken,
maar aangezien de heer Parlevliet er voor
vreesde, dat do publiciteit van het gesprokene,
hieraan door „onzen verslaggever" te geven,
sehadelgk zou kunnen zyn voor de Spaarbank,
indien daarop een verkeerd licht zoude ge
worpen worden, zy hier vermeld, dat al het
door de Raadsleden gesprokene geschiedde in
het belang van die inrichting en dat jegens
de tegenwoordige commissarissen alle lof en
vertrouwen herbaaldeiyk werd uitgesproken.
Vermelden we hier nog slechts, dat in het
Reglement zal worden uitgedrukt, dat de
Spaarbank wordt bestuurd door „ten minste"
vyf commissarissen; dat ieder jaar een lid af
treedt „volgens bestaand rooster"dat de voor-
drachtaan den Raad moet bestaan uit „drio"psr-
sonen; dat beperking van commissarissen leden
van den Raad werd afgekeurd, ovenals het
vo rstel, om de benoeming van den boekhouder
aan den Raad te onderworpen; dat omtrent
het onderwerpen van het bedrag van de toelage
des boekhouders aan de goedkeuring des
Raads de stemmen staakten, doch des heeren
Parlevliets voorstel, na deze stemming, om ze
aan commissarissen te laten, werd aangenomen".
Voorts, dat op voorstel van den heer De
Groot worit goedgevonden, dat niet meer dan
de helft der in effecten te beleggen gelden wordt
belegd in buitenlandsche fondsen, nadat de
heer C. Alkemade zich, aan de hand van het
Reglement der Leidsche Spaarbank, voorstan
der had betoond van belegging in Nederland-
sche fondsen, waartegen de heer Van Konynen-
berg zich meende te moeten verklaren, in
aanmerking genomen, dat het beter is niet
alles op dezelfde wgze te beleggen en ook
met het oog op het rentecyfer van 4 der Noord-
wyksche Spaarbank; dat onder goedkeuring van
den Raad de rente wordt bepaald en dat, op
voorstel van don heer Van Kongnenburg,
na veel wryving van gedachten, de Raad een
vaste commissie zal benoemen tot nazien
der Spaarbankbescheiden. Bg dit punt werd
in den breede stilgestaan bg de geheimhouding,
welke velen in het belang der inleggers en
daardoor in dat der Spaarbank achtten, vooral
met het oog op het bestaan der Rgkspost-
spaarbank; andere leden meenden, dat men
uit den aard der zaak voor schending dier
geheimhouding niet beducht behoefde te zgn.
Bg ae gebruikelgke rondvraag des Voor
zitters wees de heer Hoogeveen op den toe
stand van den Achterweg, vragende wanneef
daarin verbetering zou komen. De Voorzitter
steldo spoedige verbetering in uitzicht, onder
opmerking, dat niet alles te geiyk of ineens
kan geschie:en.
Daarop werd de vergadering gesloten.
Gemengd Nieuws.
Schouwburgbranden. Sedert
't verbranden van het Ringthoater to "Weenen
werd do kroniek der branden en panieken in
schouwburgen en ontspanningslokalen met elf
vermeerderd. Dit jaar valt er, zooals de scbrgver
der kroniek van zulke branden, do heer Franz
Gilardone, te Hagenau, vertelt, een bgzonder
groot aantal menschenlevens te betreuren en
verscheiden branden werden door het groote
aantal slachtoffers ware catastrophen.
In den nacht van 4 op 5 December van
het vorige jaar i3 het voor eenige jaren nieuw
gebouwde „Theatre lirique" te Bucharest te
gelgk met het vroegere rechtsgebouw in do
asch gelegd. Tot middernacht had de voor
stelling van een Fransch operette gezelschap
geduurd en om halftwee des morgpns werd
de brand ontdekt. Slechts de muren zjia
big ven staan.
Op 28 December van het vorige jaar ontstond
in hot Front Street theatre te Baltimore een
ontzettende paniek, doordat een der schouw
burgbedienden een gasvlam aanstak. Een
bezoeker riep: „Brand!" en alles dróngnum
wilde vlucht naar de uitgangen. Vier en twintig
personen, mannen, vrouwen en kinderen, moest
Poolsche Joden, vonden den dood; meer dan
het dubbele aantal werd gewond.
Op 2Q Januari jl. verbrandde de schouwe
burg te Jekaterinoslaff; 78 personen kwamen
om. In den nacht van 17 op 18 Februari ont
stond brand in de garderobo van den nationalen
schouwburg te Kieff; in vgftien minuten was
het gebouw één vuurzee; den ganschen nacht
woedden de vlammen, menschenlevens vielen
niet te betreuren.
Op 28 Januari, des voormiddags, brandde
de Cambridge-Music Hall in het Oosteinde
van Londen geheel af; twee personen kwamen
in de vlammen om.
Op 23 Maart brandde te Buenos-Ayres na
de avond-voorstelling de Cervantes-schouw-
burg af. Het publiek had kort te voren het
gebouw verlaten.
Op 7 Maart brak in den schouwburg te
Kortrgk een brand uit, welke een paniek ten
gevolge had, waarbg verscheidene personefc.
gewond werden.
Op 6 September verbrandde het operagebouw
te Bentonelf brandweermannen werden door
een neerstortenden muur gedood.
Op 18 September ontstond door brand esn
paniek in het Theater Constanzi te Rome;
veel vrouwen verloren het bewustzgn; ernstige
ongelukken vielen niet voor.
Op 30 September brak in People's Palace
Variety Theater te Aberdeen (Engeland), een
half uur nadat het publiek was binnengelaten,
een brand uit, die het gebouw in een oog
wenk in puin had gelegd. Tien personen
werden gedood, veertig gewond.
Als een curiositeit werd aan don
„Berliner Börsen-Courier" een courant uit
Londen gezonden, waarin voor eene annonce
bladzijde in de eerste drie Novemberdagen
250 pd. st. (f 3000) door de adverteerders
betaald werden. Het waren de drie Nansen-
nummers der „Daily Chronicle". Er werd
69n oplaag van V* millioen afgedrukt, en zelfs
daarna werd er Dog tot een nieuwen druk
overgegaan. De openbaarmaking van het oor
spronkelijke bericht van don Noorweegscben
Noordpoolreiziger, werd voorafgegaan door een
proces tusschen de „Daily Chronicle" en den
uitgever van Nansena-berichten in boekformaat,
dat reeds door do groote sommen, die er in
betaald werden, niet weinig tot de reclame
bijdroeg. Voor een telegram van 1500 woor
den verkreeg Nansen van de „Daily Chro
nicle" 1000 pd. st. (f 12,000), voor een ar
tikel van 15000 woorden 4000 pd. st. (f 48,000),
voor het boek verkreeg hg van den uitgever
10,000 pd. st. f 120,000) en te zamen met
de Ycrtahngs contracten zullen de honoraria
van den heer Nansen in het geheel 30,000
pd. st. (f 360,000) bedragen hebben. Dat een
scbrgver per woord 14 shillings (f 3 40) be
taald krggt, zal wel nog niet voorgekomen
zgn. En zelfs waren hem 5000 pd. st. 60,000)
voor de depeche toegekend, voor het geval
hg de Noordpool bereikt had.
Alfred Nobel, de uitvinder van
het dynamiet, is te San-Remo overleden.