112/3
:o.
geze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van gen- en geestdagen, uitgegeven.
feuilleton.
Met Indische Vergift.
N°
landan- November,
IEIDSCH
BA&BIA
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden. 1.10.
Franco per post B 1.40.
Afzonderlijke Nommera0.05.
PBUS DER ADVERTENTEËN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootera
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Oilleiëel© Kennisgevingen.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Leidon brengen ter algemeene kennis, dat de
Ministers van Binnoulaodsche Zaken en van
Financiën met introkking hunner beschikkingen
van 20 Mei 1895 en G Februari 1896, respectieve
lijk opgenomen in de ,Nederlandsche Staatscou
rant" van 22 Mei 1895, No. 119, en 1 Februari
1896, No. 32, voor zoovor deze betrekking hebben
op den invoer uit België van rundvee en schapen,
bestemd voor de slachtbank, daaronder begrepen
de export-slachterijen, afwijking van de verbods
bepalingen hebben toegestaan, vervat in het
Koninklijk besluit van 8 December 1870 (Stsbl.
No. 194), ten aanzien van den in- en doorvoer uit
België van rundvee, schapen en geilen op de vol
gende voorwaarden:
A. bij invoer van rundvee, schapen en geiten,
bestemd voor de fokkerij:
1°. dat aan het eerste kantoor worde overgelegd
een ambtelijke verklaring van de overheid van
de plaats van herkomst binnen de laatste 8 dageD
afgegeven, ten bewijze:
a. dat de dieren, waarvan de leeftijd «d bet
signalement te vermelden zijn, gedurende do
laatste 20 dagen te dier plaats* verblijf hebben
gehouden; en
b. dat to dier plaatse:
wanneer het rundvee betreft, in de laatste
120 dagen geen besmettelijke longziekte en in de
laatste 6 weken geen veepest en geen mond- en
klauwzeer,
wanneer het schapen betreft, in de laatste 6
■weken geen veepest, geen mond en klauwzeor,
geen schaapspokken en geen rotkreupel,
wanneer liet geiten betreft, in de laatste 6
weken geen mond- en klauwzeer en geen schaaps
pokken zijn voorgekomen;
2J. dat de dieren aan het eerste kantoor door
den districtsveearts of een zijner plaatsvervangers
worden gekeurd en gezond bevonden.
Deze veearts ia bevoegd, wanneer eenige over
weging van veterinairen aard hem daartoe aan
leiding geeft, den invoer slechts toe te laten
onder voorwaarde, dat de dieren zoo spoedig
mogelijk, afgescheiden van ander vee naar de
plaats van bestemming worden doorgevoerd, aldaar
gedurende de 15 volgende dagen afgezonderd
wordc-n gehouden en na dien termijn niet met
ander vee in aanraking gebracht worden, dan na
door den districtsveearts of een zijner plaatsver
vangers opnieuw te zijn gekeuid en gezond be
vonden
B. bij invoer van rundvee, schapen en geiten,
bestemd voor do slachtbank, daai onder begrepen
de expoifslachtorijon:
lu. sub A. 1
2'. dat de dieren, zoo spoedig mogelijk afge
scheiden van ander vee, naar de plaats van be
stemming worden doorgevoerd, por spoor, zonder
overlading, in afzonderlijke, gesloten en verzegelde
wagons;
3'. dat de ontzegeling der wagens op de plaats
van bestemming niet geschiede, dan in tegen
woordigheid van den districtsveearts ot een zijner
plaatsvervangers;
4". dat de dieren, op de plaats van bestemming,
onder politietoezicht, zoowel ontladen als ver
voerd worden naar de slachtplaats, alwaar zij van
ander vee afgezonderd zijn te houden en binnen
24 uren, mede onder politietoezicht, moeten worden
geslacht;
C. bij doorvoer van rundvee, schapen en
geiten:
dat do dieren, na aan het eerste kantoor door
den districtsveeai ts of een zijner plaatsvervaDgors
te zijn gekeurd en gezond bevonden, zoo spoedig
mogelijk, afgescheiden van ander vee, worden
doorgevoerd per spoor, zonder verdere overlading,
in afzonderlijke, gesloten en verzegelde wagens.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeoster.
27 Nov. 1896. E. KIST, Secretaris.
De Burgemeester der gemeente Leiden brengt,
naai aanleiding van een door hem ontvangen
schrijven van den Heer Commissaris der Koningin
in deze piovincie, tei kennis van belanghebbenden,
dat de Franscho regeering, op grond van hel aan
treffen van mond- cn klauwzeer bij uit Nederland
ingevoerd vee, bij besluit van 19 November 1896
deu in en doorvoer van runderen, geiten, schapen
en varkens, herkomstig uit Nederlaud, heeft ver
boden.
Gemengd Nieuws.
Morgen zal op het Malieveld in
Den Haag een voetbalwedstrijd gespeeld wor
den tusschen „Ajax I" (van Leiden) en
„H. G.-V."
Daar belde vereenigingen van gelijke kracht
zyn, belooft het een zeer spannende strijd te
worden.
Ook zal er morgen weer een wedstrijd ge
speeld worden op het Leidsche voetbalterrein.
Hier zullen „Ajax II" en „Hector II" (uit
Den Haag) tegenover elkaar staan.
Het lijk van den schipper v. d.
Ham, die Dinsdag-avond nabij De Kaag ver
dronk, is den volgenden nacht door middel
eener zegen opgevischt en Donderdag-avond
in de inmiddels vervaardigde kist per rjjtuig
naar zijne woonplaats, Mijdrecht, vervoerd, om
aldaar begraven te worden.
De najaarsindustrie te Roelof-
Arendsveen, het inzouten van Zeeuwsche
uien, waaraan vele mensehen, en zelfs school
kinderen, een aardig centje verdienen, is door
de vroegtijdig ingevallen vorst moeten ge
staakt worden. Algemeen wordt aldaar dan
oók geweDscht, dat deze koude nog niet moge
aanhouden. Het is er nog een maand te vroeg
voor.
Bij den veehouder J. De J., in de
Achttien Kavels, onder de gemeente Nieuw
koop, heeft zich een geval van miltvuur voor
gedaan.
Een wagen, met hout beladen,
die gisteravond te Hillegom van de brug aan
de Zanderij reed, kwam daarbij vrij onzacht
in aanraking met een tentwageo, welke met
groot geweld omver viel.
Persoonlijke ongelukken vielen niet voor.
Hoe noodzakelijk het is om bij
het passeeren van overwegen op spoorwegen
op alles voorbereid te zijn, ondervond dezer
dagen de landbouwer P. Verdegaal Sz. te
Noordwijkerhout.
Met een zoogenaamd speelwagentje, waarop
behalve hij nog 3 personen gezeten waren,
de ovorwog by Delfweg willende passeeren,
vond hy de afsluitboomen neergelaten. Na
een kwartier wachtens ongeveer riep by aan
de in de nabybeid zynde spoorwegambtenaren
en een dezer liet hem door, maar vóór dat
de tweede boom was gepasseerd, plofte deze
weer neer, juist tusschen paard en rytuig met
zooveel kracht, dat hy by het weer opsprin
gen den voerman aebteroverwierp en zóó
aan het hoofd kwetste, dat voor bet verlies
van een der oogen wordt gevreesd. Gelukkig
was het paard mak en had Verdegaal de tegen
woordigheid van geest nog „bo!" te roepen,
waarop het beest bleef staan. Anders was
het ongeluk wellicht nog grooter geworden.
"Wairom, zegt onze berichtgever, zoo'n
haast werd gemaakt met het weder neerlaten
der afsluitboomen is niet duidelyk, daar ln
het eerste kwartier na het ongoval geen trein
passeerde.
Het is voor den schelper Arie
Duivenvoorde te Noordwykerhout êen recht
treurige week geweest. Het paard hem voor
een paar jaar door de mildheid zyner mededor
pelingen geschonken, is gestorven. Hoewel de
man oud en kreupel is, was hy aan h.t
strand als er wat te verdienen viel en met
een paard kon hy in het onderhoud van zich
en zyn vrouw voorzien. Men kan dus nagaan,
dat zyn verlies groot is. Gelukkig heeft de
burgemeester hem verlof gegeven nogmaals
een beroep te doen op de milddadigheid zyner
medeburgers en er valt niet aan te twyfelen
of de oude Aai zal wel weder in het bezit
komen van een viervoetigen kameraad.
In den avond van 25 November jl.
zijn door middel van braak en het open
schuiven van een raam in de Weimarstraat
te 's Gravenhage ontvreemd een gouden ring,
waarop 17 juweelen steenen, een gouden
damesring, geheel in het rond bezet met groene
vierkante turkooizen; een gouden dames-
cylinder-horloge, aan beide zyden omzet met
een dubbelo ry paarlen en met een ster
van zeven paarlen op 't email en een gouden
heeren-ketting.
De politie te Rotterdam vond
in den nacht van Donderdag op Vrydag op
het Goudscheplein een kantoorbediende, die
op weg huiswaarts daar ineengezakt was,
vermoedeiyk door de strenge koude bevangen.
To n men hem naar het politie bureel in de
Meermansstraat vervoerde, was zyn toestand
bedenkeiyk en in den ochtendstond overleed
hy daar.
Aan het lokaal van deo Nieuwen
Nederlandscben Bootwerkersbond te Rotter
dam is het volgende aangeplakt omtrent de
werkstaking te Hamburg:
Er staken 12;000 man bootwerkers en ook
de zeelieeen hebben de werkstaking gepro
clameerd. Er zyn stoombooten uit Hamburg
leeg vertrokken naar Antwerpen en Rotter
dam. Het stakingscomité vertrouwt, dat deze
booten niet bearbeid zuil n worden. Van de
Engelsche zeelieden werkt niemand in de
lading.
Per draagbaar is van Amster-
dam naar het IsraelietisSh ziekenhuis in de
Rapenburgerstraat vervoerd een 52 j rige man,
dio by het laden van steenkolen in een stoom
schip, liggende in het IJ by de Rietlanden,
in het ruim was gevallen en daardoor inwendig
zwaar gekneusd werd. De man is in gemeld
gesticht overleden.
Een boerdorjj in „de P urm er",
onder Edam, voor p. m. 20 jaar gekocht voor
85 mille (behalve de kosten ad 10 pet.) is
geveild, en de kooper van toen kreeg nu
f 37,000. De plaats is groot 19 hectaren en
van uitstekende hoedanigheid.
Niet te betwijfelen is het, dat
de wintjr zyn intocht in ons land heeft ge
daan. Uit Monnikendam schrijft men, dat
zoover het oog reikt de Gouwzee reeds dicht
ligt. De postschuit van Marken kan de haven
niet binnen komen en lanct nu onder Kat-
woude. Eenige Marker visschers, van do
haringvangst op de Noordzee terugkeerende,
moesten zich per ysvlet een doortocht naar
hun in volle zee gelegen botters banen.
De gepensionneerde O.-I. militair
Kuyton, te Oosterbont, tegen wien het O M.
by de arrond. rechtbank te Breda, wegens
poging tot moord op zyn meisje, door op
deze eenige schoten uit een revolver te lossen,
eene gevangenisstraf van 5 jaren eischte,
werd Donderdag vrygesproken.
Door bet O. M. is tegen dit vonnis appèl
aangeteekend.
Te Slagharen, gem. Ambt-Har
denberg, is het mond- en klauwzeer uitge
broken. Daar ook in de Pruisische gemeente
Laar, onmiddelyk aan do grens, de ziekte
heersebt, is door den burgemeester van Grams-
borgon oen detachoment van 7 2 militairen
aangevraagd om de grenzen der gemeente te
bewaken.
Hoewel aan alle zydeo door de ziekte in
gesloten. heeft zicb in de gemeente Grams
bergen tot heden nog geen enkel geval voor
gedaan Ook door Koevorden is militaire macht
aangevraagd, terwyl Deaemsvaart een achttal
tydelyke onbezoldigde rijksveldwachters heeft
verzocht.
De pub 1 i ea verkoop van het
wegens mond en klauwzeer afgemaakt vee
van den landbouwer T Houdyker. te Bode
graven, heeft opgebracht f 1840.80 Er waren
vele kooplustigen opgekomen, wat natuuriyk
van veel invloed geweest ia op de pryzen.
By een koe vao den landbouwer
H. H. Hoogeveen, te Noordwykerhout, heeft
zicb onder hevig ïyden een geval van „kop
zieKte" voorgedaan Het dier ia er aan ge
storven.
De Cbineescbs muziek beeft met
hare achrille toneD en gillende tamtams voor
Europeesche ooren niets aantrekkelijks Niet
tegenstaande dit alles, hebben de Chineezen
het verstaan, zicb met behulp der duiven
een soort sferenmuziek te verschaffen Zulke
muzikale duiven leerde de Russische reiziger
W. ObrutschefF nader by zyne aanwezigheid
in Peking kennen Als wy na de bezichtiging
van den tempel" zoo verhaalt hy in zyn
verzamelde reisindrukken „Uit China" (Leipzig,
Dunker en Humblot) - „weder naar de resi
dentie toereden, liet zich over ons in de lucht
de lieflijkste snarenmuziek hooren, die zich
nu eens versterkte, dan weer scheen weg te
sterven, al naarmate een zwerm duiven naderde
of zicb verwydorde Jk bad reeds vroeger
van deze origineele muzikantenkoren in het
Hemelsche Ryk gehoord, echter het ontzettende
straatrumoer dezer stad verdoofde het oor
zoo, dat de zachte tonen verloren moesten
gaan. De tonen dezer duivenmuziek zyn zacht
en week, weemoedig stemmend, als een concert
van Aeolusharpen. En kltine Aeolusharpen
zyn die instrumenten inderdaad Er worden
nameiyk troepen duiven, kleine pypen van
lichte stof, als bamboe, en van verschillende
grootte onder de vleugels gebonden; stygt
de vogel dan op, dan ontstaat door den
sterken luchtdruk by een snelle vlucht de
heerlijkste muziek. De Chineezen schynen
veel van deze luchtconcerten te houden, want
waar men ook heengaan mag in de om
streken der keizerstad, overal ziet men de
gevleugelde muzikanten met hunne harpen
over zich zweven."
Van de wreedheid der insurgenten
op de Philippynen geeft een Spaansch blad het
volgende verbaal: „Een treurige gebeurtenis
bewyst, boe onzeker de toestanden zelfs in de
nabyheid der hoofdstad zyn. De heer Chofre,
teekenaar van het blad „L'Illustration", be
zocht iQ gezelschap van zyn vriend, den heer
Morris, een neef van den directeur der
spoorwegmaatscbappy van Barcelona, een voor
stad van Manilla, om e?nige schetsen te maken.
Zonder het te weten, hadden zy ondoor
dacht de linie overschreden, en zagen zy zich
plotseling door een troep insurgenten omsin
geld. Chofre werd door hen verwond en stierf
kort daarop Morris vluchtte in een nabyge-
legen dorp De rebellen vervolgden hem en
doorzochten alle buizen, in welke zy konden
denken, dat hy was verborgen Uit woede, dat
ty hem niet konden vinden, staken zy 36
hulzen in brand. Io een vaD die brandende
gebouwen bevond Morris zich inderdaad. Daar
by den rook en de vlammen niet meer verdragen
kon. kwam by, met brandwonden overdekt, te
voorschyn Nauwelyke echter hadden de insur
genten hem ontdekt, ol rQ reten hem met
wild gehui! in stukkea.
De bakker Lacroix, te Narbonne,
begaf zicb. oa 6en twist met zyn scboonmoe
der, naar zyn bakkerij en kroop in den glorien-
oen oven Een werkman, die kort daarna bin
nenkwam. trok er zyn meester onmiddeliyk
uit, maar hy bad reeds zulke hevige brand
wonden bekomen, dat by in hopeloozen toe
stand naar bet gasthuis gebracht werd.
Te Buda Pesth is een geneesheer,
dr. Kootnat. die lid van den gemeenteraad
was gearresteerd. Hy wordt beschuldig 1 zich
bei aanzienlijk vermogen van een 75 jarige
patiénte te hebben toegeëigend, onmiadeliyk
toen ze gestorven was. Haar woning is ge-
oleken geheel door hem te zyn leeg geplun
derd De gearresteerde stond bekend om zyne
weelderige levenswijze.
Te Rilland-Batb b ad een vrou w h et
ongeluk onder het eten van soep een beentje
in te slikken Ondot een hevig lyden is zy
eenigen tyd daarna, niettegenstaande bet beentje
verwyderd word, aan de gevolgen bezweken.
Financiëele Kroniek.
Er kan niet gezegd worden, dat de houding
der effectenmarkt aanleiding tot tevredenheid
heeft gegeven voor byna alle soorten heerschte
eene ongenoeglyke stemming, zoowel door
de zwakke houding van het binnenland als
door de berichten der buitenlandsche Beurzen,
welke zonder onderscheid allen van een
flauwe tendenz melding maken Het publiek
heeft ten opzichte van den fondsenhandel weer
eene neerslachtige houding aangenomen, welke
hetzelfde karakter van moedeloosheid en
wantrouwen vertoont als vóór de Presidents
verkiezing. In de verwachting eener spoedige
verbetering eer Amerikaansche Spoorwegmarkt
is het deerlijk teleurgesteld, en zy, aie ge
hoopt had-Jen zich met winst van een groot
deol hunner Amerikaansche fondsen te kunnen
ontdoen, zien niet alleen hun hoop nog niet
verwezenlijkt, doch hebben het vooruitzicht,
De jonge vrouw richtte zich op en nam
üe handen van 't gelaat. Lang had ze voor
over aan de tafol gezeten met de ellebogen
onder 't hoofd en 't gezichtje verborgen achter
de slanke vingers, waar de tranen tusschen
door druppelden. Nu wischte ze langzaam
oogen en wangen af. Neen, ze wilde niet
meer schreien, het haatte immers niets?
*t Was waar hoe dikwijls had ze dat al
gezegd! En toch overweldigde haar soms
opnieuw eon zóó onuitsprekelyke, troostelooze
droefheid, dat ze vergeefs de tranen trachtte
te weerhouden, die toch haar geheim verdriet
niet lenigen konden.
Ja, wanneer ze in zulke uren het hoofd
aan een trouwe borst had kunnen leunen en
daar alles uitspreken, wat haar zoo rampzalig
maakte, dat had haar misschien goed gedaan
Maar dat kon ze niet; ze kende niemand, met
•wien ze zóó vertrouwelijk was.
Er zyn niet veel menschen, aan wie een
ongelukkige zyn hart kan uitstorten met de
vaste overtuiging hun niet lastig te zyn en
begrepen te worden. En zelfs dan! Welke
echte vrouw zou zich zoo willen vernederen
over haar ongelukkig huwelyk te spreken
tegen een derde, die er niets mee heeft te
maken, die ondanks alle vriondschap toch
alleen dan haar zou kunnen begrijpen, als
ze al de duizend kleine byzonderheden bloot
legde, die men zelf zich slechts met tegenzin
en bitterheid herinnert en waardoor die andere
dan den man, dien men toch eens zoo grenzen-
loo8 heeft liefgehad, ten strengste zou ver-
oordeelen? Dat niet o neen, dat niet! Hoe
hy haar ook griefde, vreemden mochten geen
steen op hem werpen. Ze moest bet alleen
dragen, met zichzelf uitmaken hoe rampzalig
ze was.
Ja, dèt was zei Nog eens sloeg ze de
handen voor 't gelaat, maar slechts vooreen
oogenblik. Toen streek ze 't golvende, blonde
haar, dat ze eenvoudig gescheiden droeg en
waarvan een paar vlokjes losgeraakt waren,
van 't voorhoofd, rilde even alsof ze 't koud
had, haalde diep adem en stond op, de sieriyke,
tengere gestalte als met een ruk omhoog
richtend.
De laatste lichtstraal, die de korte Novemoer-
dag had te schenken, viel in de gezellige
huiskamer, die, zonder overdreven élégaoce,
toch zoo behaaglijk was ingericht als alleen
de hand van een fijngevoelige vrouw dat kan.
Iets eigenaardig aristocratisch kwam iemand
in dat vertrek tegen, ofschoon het niets
buitengewoon kostbaars bevatte. En in die
omgeving paste de verschyning der jonge
vrouw, die nu met rusteloozen lichten tred
in de schemering op en neer liep. Haar ge
zichtje, ofschoon bleek en beschreid, had iets
zeldzaam innemends, waaraan zelfs gesn
afbreuk gedaan word door den bitteren trek
om den fijnbesneden mond, dien de natuur
daar zeker niet had gewild.
Het leven echter had niet gevraagd naar
de bedoeling der natuur, en nu had die biltere
trek zeker recht van bestaan.
Het huwelyk, dat ze nauweiyks drie jaar
geleden had gesloten en waarvan ze alle
mogeiyk geluk gehoopt had, had haar zoo
goed als enkel hartzeer gebracht, althans zoo
meende ze, nu op dien tyd terugziende. Hoe
grenzenloos, hoe benydenswaardig gelukkig
had ze zich in 't begin gewaand 1 Den man,
dien ze volgde, had ze lief met hart en ziel,
en hy ja, hy zou haar, het onbemiddelde
meisje, toch zeker niet tot vrouw hebben
gekozen, als hy haar niet had liefgehad. De
eerste maanden van dat nieuwe leven schenen
haar ook nu nog een schoone droom.
Maar toen kwam er een tyd, dat hetteere
jonge vrouwtje zich wat in acht moest nemen
ze moest kalm en rustig leven, mocht geen
gezelschappen bezoeken, noch veel gasten by
zich zien en moest 's avonds vroeg naar bed.
En bet had niet lang geduurd of de levens
lustige man had behoefte aan verstrooiing
gekregen en het ondraagiyk gevonden na
een dag van werken thuis alleen by de lamp
te zitten.
Eerst had ze hem zelf verzocht toch af en
toe 90D8 uit te gaan, wel is waar met de
stille hoop, dat hy het toch Diet doen zou.
Maar hy had het gedaan. En zoo was 't van
lieverlede als vanzelf gekomen, dat hy eindeiyk
avond aan avond uitging, ook dan, als ze
hem zeer goed thuis had kunnen gezelschap
houden. Er waren verscheidene dagen geweest,
waarop ze hem enkel op etenstyd zag; 't was
haast alsof hy weer geheel tot zyn jong-
gezellenleven terug was gekeerd.
Hy had haar gegriefd tot in 't diepst van
haar ziel, maar ze had gezwegen. Zoolang
haar heugde, was 't altyd een eigenaardigheid
van haar geweest niet om iets te kunnen
vragen, dat haar van rechtswege toekwam
en dat men haar toch onthield. Nooit had
ze dat gekend, bet allerminste als liefde
het haar had moeten schenken. Als hy het
natuuriyk vond haar alleen te laten in een
tyd, dat ze juist dubbel behoefte had aan
hartelijkheid en liefdevolle zorgen als hy
dat doen konwelnu, dar. mocht hy het
doen! Ze deed hem geen verwijten; dat zou
haar de diepste vernedering hebben toe
geschenen. Maar als hy 's avonds met een
vluchtigen groet welgemoed was uitgegaan,
nadat hy in den loop van den dag voor haar
op zfjn best een half uurtje tyd had gevonden,
dan schreide ze bitter, 9n in baar binnenste
sloop icgenover hem een hard gevoel, waaraan
ze geen naam kon geven.
Ze deed hem geen verwijten, noen, maar
dat óéne kon ze niet beletten, dat ze nu
koeler 9n terughoudender tegen bem sprak
dan vroeger. Er was iets tusschen hen go-
komen. En by bad schuld daaraan; hy
alleen.
Wakker lag ze in bed tot ze hem laat
boorde thuiskomen. Maar als hy dan zacht
en voorzichtig binnentrad, om haar niet te
storen, deed ze de oogen dicht alsof ze sliep.
Wat behoefde hy te weten, dat ze naar hem
verlangd bad!
Toon kwam er een dag, dat men de jonge
moeder een kindje in de armen legde, eon
teer, klein schepseltje, dat ze met naamlooze
verrukking aan 't hart drukte - „mijn kind
mijn kindl"
Ze had vroeger gehoopt, dat die dag haar
beur man zou teruggeven en alles weer
worden zou als voorheen. En zeker, geluk
en vadertrots straalden hem uit de oogen,
toen men hem zyn dochtertje voorhield en
hy het witte bundeltje voorzichtig en on
handig in de armen nam. Zeker, hy kuste
zyn vrouw en streelde haar de wangen,
maar zooals vroeger werd het toch niet meer.
Neen, neen, ze kon niet narekenen hoe
alles zoo was gekomen. Schrede voor schrede
was het gegaan, 't Was waar, haar eigen
gezondheid moest nog lang worden ontzien;
ze bleef aan huis en kamer gebonden; het
kind vereischte daarenboven aanhoudende
zorgen, moer nog dan andere kinderen op dien
jeugdigen leeftijd, en het was stellig thuis
nog met altyd opwekkend voor een man,
maar toch maar toch, zoo geheel, zoo vol
komen had hy zyn genot niet buitenshuis
behoeven te zoeken. Hy leefde voor zich en
zyn plezier, zy voor haar kind. Weldra waren
ze als tweo partyen, hy aan de eene, zy met
het kind aaD de andere zyde. O, en toen
voelde ze het nog nauweiyks. Haar kind
nam tyd, gedachten en hart zoo volledig in
beslag, eD by had er haar immers vroeger
al aan gewend zonder hem to leven l
„Myn kind - mfjD kind!" Ja, dat kleine,
teere, zoo geheel van haar afhankelijke
wezentje, dat behoorde haar toe, en haar
eigendom, haar eemgo bezitting zou het zyn en
biyven, wanneer ty bet buiten vrouw en t :n$
kon stellen. (Wordt vervolgd.)