N°. 11266.
Zaterdag 14 November.
A®.1896
(Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven
Kaart van Nederland.
Feuilleton.
EEN DUEL.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PKIJS DEZEE COUHANT:
Voor Leiden per S maanden. f 1.10.
Franco per post 1.40.
Afzonderlijke Nommers 0.05.
PRIJS DER ADVERTENnÊN":
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17j. - Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Dit nominer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
De tweede zending landkaarten ie heden
aangekomen.
Ze zyn tegen afgifte van den bon en be
taling van 25 Cents weer verkrijgbaar.
Wy richten echter het vriendelijk verzoek
tot degenen, wien beloofd is de Kaart te
bezorgen, om de landkaart te komen af
halen. Een 400 tal dier Kaarten te bezorgen
en te ontvangen, zal minstens een drietal
dagen kosten, zoodat men door afhaling
vlugger in het bezit er van is.
Oorspronkelijk werd niet verwacht, dat een
dergelijk getal zich nog zou aanmelden.
Leiden, 13 November.
ÏTet was gisteravond een ware feestavond
voor de bezoekers der Volksbyeenkomsten.
Ter gelegenheid van de eerste bijeenkomst
in het seizoen 1896 '97 toch waren ter weers
zijden van het tooneel prachtige plantengroe
pen aangebracht, waartusschen zich het fiere,
kolossale portret van onze geliefde Koningin
dank zü de welwillendheid der firma C.
Kooyktr vertoonde, in gouden lijst.
De voorzitter, mr. Cb. M. Dozy, opende de
bijeenkomst met een toespraak, waarin hy er op
wees, om welke reden dit samenzyn een
week was uitgesteld, nl. wegens het over
lyden van onzen geachten stadgenoot ds. R.
Koopmans van Boekeren, aan wien spr. tevens
oen woord van dank wydde voor al datgene,
wat de overl t'ene heeft gedaan en is geweest
voor de Volksbyeenkomsten, door welke ver
diensten hy in dankbare herinnering zal
blijden voortleven.
Yerder bracht spreker in berinnering, hoe
good de Volksbyoenkomsten te Leiden en ook
daarbuiten staan aangeschrevenhoe er telken
jare nieuwe bezoekers bykwamen, maar er
tevens veel oude bekenden bybleven. Spr.
hoopte, dat door onderlinge samenwerking
d& goede verstandhouding zou biyven voort-
dun. n, en dan vreesde het bestuur niet of
ook de byeenkomsten van dit jaar zouden
weer tot een goed 'einde komen.
Als biyk van instemming met sprekers
woorden, tevens gepaard gaande met een
woord van welkom, ging er een daverend
applaus op.
De avond wprd geopend met de „Ouverture
op. 24" van F. Mendelssohn Bartholdy; verder
voerde de kapel der dd. schuttery, onder
directie van den heer Joh. C. Geyp, nog eenige
nommers v.rdienstelyk uit, w. o. de „Hon
gaarsc.be Dans No. 6", van J. Brahms en „Op
de wacht", van C. Deinig, uitmuntten.
Een woord van hulde moet ook gebracht
worden voor de welwillende medewerking
der dames Feenders, Schüdel en Verdam, die
zich dezen avond beschikbaar hadden gesteld
om op oervollo wyze eenige zangnommers
voor te dragen.
Na het eindigen van ieder nommer, waar
onder drie-, twee- en éénstemmige, vielen dan
ook den dames daverende toejuichingen ten
deelvooral was dit het geval met het liodeke:
„De vogel in 't Woud", hetgeen daarom door
mej. Feenders werd herhaald.
In de pauze werd door het bestuur der
Volksbyeenkomsten dank gebracht aan de
dames, waaronder ook mej. Gripekoven, voor
haar piano accompagnement; haar werd een
prachtig bloemstuk vereerd, in den vorm van
een bloemenmand; terwyi de overige dames
ieder een bouquet ontvingen.
Als slot van dezen heeriyken avond werd
door de kapel het Wilhelmus, in oude toon
zetting, als toegift gegeven, hetgeen door allen
staande werd aangehoord.
De groote Stadszaal, benovens het balkon,
waren geheel gevuld met belangstellenden.
Den bezoekers werd by het binnenkomen
wederom gratis een tekstboekje aangeboden.
Daarvoor ook een woord van dank aan de
commissie voor de Volksbyeenkomsten, dis
toont het den bezoekers zoo aangenaam
roogeiyk te willen maken I
In eigenaardigen, boeienden vorm be
handelde gisteravond dr. F. Van Gheel Gilde-
meester, predikant te 's-Gravenhage, in de
tweede winterlezing in de geheel gevulde
kleine Nutszaal alhier het onderwerp: „Over
don vierden stand."
Uit een gesprek tusschen drie personen,
waarvan de spreker er één was, konden do
hooroeressen en hoorders allereerst nog een3
weer vernemen hoe vooral de fabrieksarbeid,
het eentonige werk in een enge ruimte, een
karig loon, slecht voedsel, te vroege, zonder
eenige voorafgaande overweging geslóten
huweiyken, naakte armoede by ziekte vooral,
en ellendige woningen zoovele oorzaken zijn
van een weinig menschwaardig bestaan van
hen, die tot den vierden stand gerekond
kunnen worden te behooren; verder hoe aan
den anderen kant de ellenden van deze klasse
worden toegeschreven aan onkunde en heb
zucht der meergegoeden, en tevens aan de
houding der groote pers; hoe voorts op
rekening van den vierden stand worden ge
steld: verkwisting, een niet respecteeren of
eeren van zichzelf, oneerlykheid, luiheid, ruw
heid, genotzucht, aankweeking van valsc.he
begrippen van eer; alle welke meeningen,
waarby de hoorders ook niet onkundig werden
gelaten met eenige opvattingen der sociaal
democraten, omtrent het veel te veel by den
een en veel te weinig by den ander door
voorbeelden gestaafd werden.
Vervolgens wyzende op de waarheid, in
die uitspraken liggende, maar tevens de een-
zydigheid er van betoogende, kwam spr. tot
bet besluit, dat het sociale vraagstuk is een
zcdeiyk vraagstuk, leidende tot de vraag:
Hoe overwinnen wy de zonde?
Dat doen we door te handelen ingevolge
hetgeen het Evangelie zegt, door dat te doen.
De Gemeente heeft de goede zeden te kweeken,
de Gemeente des Heeren Jezus Christus,
waaronder we te verstaan hebben allen, die
in Jèzus Christus gelooven, heeft het woord
ook voor dezen tyd, en dat zoowel voor hen,
die tot den vierden stand behooren, als voor
degenen, die by hoogere standen ingedeeld,
kunnen worden. Langs dien weg, maar dan
ook langs dien weg alléén, kan en zal er
verbetering komen.
Dezer dagen is aan een onzer stadge-
nooten eene onderscheiding te beurt gevallen,
die, gelyk ons, ook aan velen onzer lezers
genoegen zal doen.
Naar wy toch uit vertrouwbare bron ver
nemen, heeft de philosophische faculteit van
de hoogeschool te Leipzig de verdiensten,
die de hoer J. D. E. Schmeltz, conservator
by 's Ryks Ethnographisch Museum alhier,
sinds jaren door de bevordering der vol
kenkunde èn door zyne vele geschriften
èn door de oprichting en redactie van het
„Internationales Archiv för Ethnograpbie"
heeft bewezen, in 't openbaar erkend, door
den heer Schmeltz den 11 den November jl.
den titel van Doctor philosophiae te verleenen.
De begrafenis van het stoffeiyk over
schot van wyien mr. H. A. Neeb, die ook
ridder in de orde van den Nederlandsehen
Leeuw was, zal plaats hebben a. s. Maandag
middag te twaalf uren aan de Groenesteeg.
Heden werd aan de Kweekschool voor
Zeevaart alhier de zilveren medaille voor
24-jarigen eerlyken en trouwen dienst uitge
reikt aan den si-rgeant provoost K. Van den
Berg, gedetacheerd aan gemelde Kweekschool.
Begeleid door een groote schare, familie
loden, vrienden en leden van besturen, waarin
by zitting had, werd te Noordwyk het stoffe-
ïyk omhulsel van wyien den heer G. Van
Eeden Sr. ter laatste rustplaats op de R.-K.
begraafplaats gebracht.
De burgemeester, jhr. mr. Quarles van
Ufford, herdacht aan de geopende groeve den
overledene als raadslid, wethouder en commis
saris der spaarbank, In woorden, welke van
groote waardeering getuigden en niet nalieten
een zichtbaren indruk te maken.
De oudste zoon van den overledene bedankte
den burgemeester voor 't gesprokene en allen,
•die door hunne tegenwoordigheid hunne be
langstelling hadden do9n biyken.
By koninkiyk besluit is het aandeel,
door de provincie Zuid Holland te dragen in
de lichting der nationals militie van 1897,
bepaald op 2280 man.
De Tweede Kamer heeft benoemd tot
rapporteurs voor het ontwerp ry wielbelastiog
de beeren fldrtogb, Van Gyn, Roessingh, Van
Basten Batenburg en Bouman.
"Woensdag avond is de Oostenryksch-
Hongaarsche gezantschapsraad, graaf Star-
zenski, van verlof uit Weenen te 's Gravenhage
teruggekeerd.
De met verlof zynde kapt. der inf. F.
J. Oudendal, van het O. I. leger, wordt voor
2'/» j^ar gedetacheerd by de Normaal Schiet
school in Den Haag; de onlangs tot kapt.
bsvorderde lste luit. F. C. G. A. A. Schwartz,
van het 2de, en J. G. A. Fromman, van het
4de reg. inf., zijn ondersuheideniyk ingedeeld
by het 2de reg. inf. te 's-Bosch en by het
3ie reg. inf. te Vlissingen.
De kapt. ter zee C. H. Cornelissen, die
uit Oo8t-Indië terugkeert, zal binnenkort den
dienst met pensioen verlaten. Vad
Naar het „Haagsche Dagbl." verneemt,
zal het hoofd dor missie van de Vereenigde
Staten by ons Hof, de heer Quinby, door een
ander worden vervangen en gaat de tegen
woordige gezant met April naar zyn vader
land terug.
Ook het bestuur der afdeeling Maas en
Waal der Geldersch-Overyselsche Maatschappy
van Landbouw hoeft 10 November een adres
gericht aan den minister van binnenlandsche
zaken, met verzoek om opheffing van het
verbod van uitvoer van vee van dat gedeelte
van Gelderland, dat onder het vétérinaire
district Utrecht valt, nl. dat deel der provincie
Gelderland gelegen ten westen van de lyn
getrokken van Kesteren naar Batenburg.
De Unie-almanak voor 't jaar 1897 is
verschenen. Daaruit blijkt o. a., dat het aantal
chr. scholen in 1896' met 18 is vermeerderd
In ons land. Dat der onderwyzers aan die
scholen is met 42 vermeerderd en dat der
onderwyzeressen met 19.
Het getal scholen, aangesloten by Chr.
Volksonderwys, vermeerderde met 4. De ver-
eeniging voor Christ, nationaal schoolonderwys
verminderde daarentegen met 6 en die voor
geref. schoolonderwijs met 1.
't Getal scholen, aangesloten by den School
raad, bedraagt thans 292, tegen 273 in 1895.
Het plan bestaat om de opera „De Roos
v in Dekama," woorden van mr. M. G. L. Van
Loghi m, muziek van den heer Willem Landré,
te Haarlem in concert-vorm op te voeren.
De „Kon. Nat. Zangschool" te 's-Graven-
hage zal in Sept. a. s. haar 40-jarig bestaan
feesteiyk vieren. By die gelegenheid zal de
School een cantate uitvoeren, waarvan de tekst,
van dr. P. H. Ritter, te Amsterdam, als het
ware de geschiedenis der School en haar pogen
om de toonkunst ook door handwerkslieden
te doen beoefenen, zal schetsen. De muziek
is van den heer B. v. d. Velde, directeur der
School.
Bussum krijgt een eigen concertgebouw.
Het bestuur der Vennootschap heeft het plan
van de architecten Van der Goot en Kruis
weg goedgekeurd, zoodat de aanbesteding nu
spoedig kan volgen.
De „Asser Courant" meldt aangaande
een bezoek, door mr. J. Linthorst Homan, in
opdracht van Gedeputeerde Staten der pro
vincie Drente, aan den minister van water
staat gebracht, dat deze by die gelegenheid
meedeelde voortdurend werkzaam te zyn aan
de voorbereiding van een ontwerp, dat den
aanleg van den Noord-Ooster-Locaalspoorweg
verzekert, terwyi hy hoop had, dit ontwerp
zoo tydig by de Tweede Kamer te kunnen
indienen, dat de zaak nog door deze Kamer
kan worden afgedaan.
Volgens het „Dagblad van Maastricht''
is de Belgische regeering het, behoudens de
noodige bekrachtiging, eens geworden met
onze Regeering omtrent do overneming door
ce eerste van de spoorwegmaatschappy „Grand
Central Beige," voor zoover Nederland daar
belang by heeft. Naar het blad meldt, werd
Zaterdag jl. de desbetreffende overeenkomst
onderteekend.
Ook in de Belgische bladen komt dit
bericht voor.
Johan Wagenaar's „De Schipbreuk" zal,
in het begin van het volgend jaar te Groningen
worden uitgevoerd door de gemengde zang-
vereeniging „Euterpe," die namens de „Ned.
Toonkunstenaarsvereeniging" ook genoodigd
is tot een uitvoering van dat werk te Leeuwar
den. Directeur dier zangvereeniging is de heer
P. H. De Groot:
Naar men verneemt, zal het onderzoek
naar het geval van omkooping, dat gezegd
werd by de jongste verkiezing voor een lid
van den gemeenteraad te Hasselt te hebben
plaats gehad, niet verder worden voortgezet,
daar alleen is bewezen kunnen worden, dat
geld gegeven en aangenomen is, opdat een
kiezer zou gaan stemmen, doch geenszins
dat die kiezer zou zyn omgekocht om „het
kiesrecht hetzy niet, hetzy op ten bepaalde
wyze uit te oefenen". Het gepleegde feit valt
derhalve niet binnen het bereik van art. 126
van het wetb. van strafrecht.
Dinsdagochtend maakten de Koninginnen
een rijtoer en op den middag begaven zy
zich naar Chambéry en bezichtigden daar de
Amadeu8-kathedraal, de kerk van Lemenc,
het oude hertogeiyk kasteel en andere ge
bouwen, waarna zy een wandeling deden,
's Avonds om zes urön keerden zy te Cor-
bières terug.
De Koninginnen hadden den Paus vergun
ning gevraagd om de Grande Chartreuse te
bezoeken, welk klooster anders voor vrouwen
niet to'jgankeiyk is. De Paus liet HH. MM.
onmiddeliyk door kardinaal Rampolla verwit
tigen, dat hy die vergunning gaf.
Het stoomschip „Bromo," van Rotter
dam naar Java, arriveerde 11 Nov. te Port-
Saïd; de „Amsterdam" arriveerde 12 Nov.
van Nieuw York te Rotterdam; de „CoDrad,"
van Amsterdam naar Batavia, vertrok 12
Nov. van Genua; de „Obdam," van Rotter
dam naar Nieuw-York, passeerde 12 Nov.
"Wight; de „Palinurus," van Java naar Am
sterdam, arriveerde 12 Nov. te Perim.
Uit de „Staatscourant".
Kon, besluiten. Mot ingang van 16 dezer L.
Verhage, te Hoorn, benoemd tot bureel-ambtenaar
van den Rijkswaterstaat.
De heer J. W. Visser, directeur der kweek
school voor machinisten te Amsterdam, die 15 Nov.
1896 aftreedt als voorzitter der commissie, bedoeld
in art. 8 der wet van 28 Mei 1869 (Slsbl. 97j, met
ingang van dien datum opnieuw als .zoodanig be
noemd.
Uit een rapport van den commandant van Hr.
Ms, schoener „Argus," belast met het politietoe
zicht op de vi99cherij in de Noordzoo, van 13 tot
24 Oct. jl., blijkt, dat gedurende dozen kruistocht
geen overtredingen zijn opgemerkt.
De minister van binnenlandsche zaken heeft,
blijkens mededeeling in de Staats-Ct., met ingang
van heden, 13 Nov., het vervoer van herkauwende
dieren od varkens verboden uit een kring in do
gemeente Heerde en uit een kring in de gemeente
Vierlingsbeek.
Teven9 heeft de minister met ingang van heden
het houden van markten, openbare verkoopingen,
tentoonstellingen en andere vereenigingen van
herkauwende dieren en varkens verboden in do
gemeente Grubbenvorst.
Slot.)
„Koert, heb je 't gezien?" riep de dame ver
heugd. „Hy is byna door de heele kamer
gegaanI Wat heb je daar?"
Luitenant Von Yliessbeim overhandigde zyn
vrouw een brief en zy las:
„Hoogwelgeboren Heer!
Ik heb de eer u mede te deelen, dat uw
hond ons weer tot last geweest is. Als hy
zich nog eenmaal op ons balkon mocht laten
zien, zal ik hem op de straat gooien,
i Erker, luitenant."
j „Dat is een onbeschaamdheid l" riep
mevrouw Von Vliessheim. „Flokje op de straat
gooien!" En zy boog zich tot den hond neer.
„Myn Flokje! Arm dier! Jy op de straat 1
Welk een ruwheid 1" Zy richtte zich op. „Je
8Chryft hem een brief, Koert
j „Zeker. Dat spreekt vanzelf."
„Maar een gepeperde I Dat verlang ik. Het
is een beleediging voor my, en die duld ik
niet, in geen geval van zulke menschen."
„Sta my to9
Heur vader was houthandelaar."
„Nu, dat heeft toch hiermede niets te
maken?"
I Mevrouw Von Vliessheim werd driftig.
„Koert 1 Je weigert my je bescherming?"
„Zeker nietl Zulk een brief laat ook ik
my niet schryven."
En hoe meer hy er over nadacht, hoe meer
zyn vrouw aandrong, des te opgewondener
werd hy.
„Je eer is aangerandl" zeide mevrouw Vou
Vliessheim. „Deze meneer moet ééns en voor
aityd op zyn plaats gezet worden."
Reeds na een uur ontving luitenant Erker
den volgenden brief:
„Hoogwelgeboren HeerI
Ik gevoel my door uw regelen gedrongen,
uw aanmatigenden toon te moeten afwyzen.
Ik doe u opmerken, dat ik uw uitlating,
volgens welke gy onzen bond op de straat
wilt werpen, voor onwaardig houd, en weet
voor 't overige, dat gy het niet wagen zoudt,
uw bedreiging waar te maken. Een veront
schuldiging over het gedrag van onzen hond
acht ik onder deze omstandigheden niet op
haar plaats.
Von Vliessheim, lste luitenant"
II.
Luitenant Von Vliessheim zat in zyn kamer
voor een tactisch vraagstuk, toen luitenant
Erker by hem aangediend werd. Een minuut
later stonden beiden tegenover elkaar.
„Wat verschaft my de eer?" vroeg Von
Vliessheim met een vormeiyke buiging.
Luitenant Erker zag hem grimmig aan.
„Ik kom," zeide hy heftig, „om u te zeggen,
dat gy volstrekt niet het recht hebt, my
terecht te wyzen."
„Dit recht eisch ik," antwoordde Von Vliess
heim met koele voornaamheid.
Dat maakte Erker nog heftiger. „Zeker,"
zeide hy, „gy neemt u zoo menig recht, dat
u niet toekomt, óók het recht, my een laf
aard te noemen."
„Ik ben my niet bewust
„Gy veroorloofdot u te schryven, dat ik
het niet zou wagen, uw hond
„Dat zoudt gy ook niet."
„En waarom niet?"
„Omdat gy weet, dat ik my dat niet zou
lateD welgevallen."
„Dus meent gy, dat ik daarvoor bang ben?"
„Ik hoop hett"
„Gy vergist ul Uw meening is my geheel
onverschillig t"
„Ik mag zeker wel verlangen, dat gy dat
motiveert I"
„Zeer gaarne. Eenvoudig, omdat ik u
niet teil"
Von Vlie88heim deinsde terug. De inge
houden verontwaardiging barstte nu des te
heftiger los. „Verlaat direct myn woningt"
riep hy, zichzelven niet meer meester, terwyi
het bloed hem naar het hoofd steeg.
Omgekeerd was Erker nu, nadat hy zyn
woede gelucht had, kalmer. „Ik ga, omdat
myn doel bereikt is." "Daarop verliet hy de
kamer.
Onmiddeliyk daarna stormde mevrouw Von
Vliessheim binnen. Heur groote oogen glansden
byna onheilspellend in het bleeke, smalle ge
zicht. „Nu?" vroeg zy in spanning. „Heb je
hem behooriyk de les gelezen? Wat zei hy?"
Het hoofd op de borst, stond Von Vliessheim
onbeweegiyk voor zyn schryftafeL „Hy heeft
my beleedigd," antwoordde hy op doffen toon.
„En jU?"
„Ik zal hem morgen laten uitdagen.'!
Het was de tweede nacht na dit voorval.
Mevrouw Von Vliessheim sliep. Heur man
echter kon niet slapen. Hy stond voor het
venster der kleedkamer, keek naar buiten,
naar de woning van zyn buurman. Hy zag
er licht. Het was de Kinderkamer. En nu
herkende hy de vrouw van zyn buurman.
Zy zotte de lamp op de tafel od ging naar
het bed van haar knaap. Zy boog zich over
hem, kuste hem en hy beantwoordde haar
liefkoozingen. Toen zy na een poos opstond,
bracht zy den zakdoek naar de oogen zy
had zeker geweend. Daarop nam zy do lamp
en verliet de kamer.
Het licht was weg, het beeld verdwenen.
Was het slechts een verschyning van zyn
verbeeldingskracht geweest? En indien ook:
de verschyning was in overeenstemming met
de waarheid Morgen vroeg zou hy tegenover
den vader van aezen knaap staan. Zóó had
den zy afgesproken.
De officier, die daar uit het venster naar
buiten keek, kon de nachteiyke verschyning
niet vaD zicb afzetten. Tot op dit oogenblik
was hy nog zóó vervuld goweest van ergernis
en gekrenkten trots, dat hy niet onbevoor
oordeeld had kunnen nadenken. En de over
tuiging. dat zyn eer aangetast was, had hem
met een paDtser tegen alle zachtere gevoelens
omgeven. Hier, in de stilte van den nacht,
alleen met zichzelven en den sterrenhemel,
was hy weer mensch, en diep ontroerde hem
het beeld der moeder, die aan het bed van
haar knaap geweend bad.
Hoe waren de vooruitzichten voor morgen
vroog
Hy, Von Vliessheim, was een uitstekend
schutter, die zich altyd oefende. Hoe stond
het in dit opzicht mot zyn tegeDparty? Op-
zetteiyk voorbyschieten neen, dat vond
hy te kinderachtig. Indien de zaak onder
nomen werd, moest zy met ernst ten einde
gebracht worden. Hy kon op den arm mik
ken; maar in zulk een oogenblik verliest
ook de beste schutter iets van zyn zekerheid,
en dicht by den arm zat het hart van den
tegenstander. Hoe levenslustig was de jonge
vrouw nog voor weinige dagen op het bal
geweest, en hoe vriendeiyk had de knaap
met de stralende oogen hom gisteren nog
gegroet I En waarom moest nu het geluk
dezer familie vernietigd worden? Om een
hondl Wat was er dan eigeniyk voorgevallen?
Een hond had oen paar bloempotten omver
geworpen! Men had ze kunnen vergoeden en
excuus kunnen vragen. In plaats daarvan
was uit dit alledaagsche voorval het tragische
tooneel gegroeid, dat twee families ongelukkig
moest maken.
Eensklaps welde zoo iets als schaamte in
het hart van deD officier op. Om een hond!
Neen, dat was onmenscheiyk, dat mocht niet
gebeurenHet moest verhinderd worden.
Maar hoe? Zou hy er heen gaan, nu direct
de jonge vrouw was nog op zou hy haar
zeggen„Ik trek myn uitdaging terug, stel u
gerust, troost u, u biyft uw man, uw kind
behouden?" Wat zou zy geroerd en dankbaar
zyn I Maar dan zou hy misschien komen, de
tegenstander, met zyn grimmigen blik, en
roepen: „Gy «tft zeker bang, en daarom
komt gy."