N°. 11264.
Donderdag 13 November.
AM896
§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
De Stem van den Godsdienst.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PBUS DEZER COURANT;
Voor Leiden per 8 maanden. s f 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers i 0.05.
PRT.TS DER ADVERTENTEËN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 Grootor»
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Dit nomiuer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
Leiden, 11 November.
In de gisteravond gehouden vergadering
van de Kamer van Koophandel en Fabrieken
alhier, voorgezeten door den heer P. F. L.
Driessen en bijgewoond door alle leden, met
uitzondering van de heeren Goekoop, De
Sturler en Juta, werd, behoudens eenige wijzi
gingen, in de eerste plaats vastgesteld een
door den secretaris Dieuw ontworpen huis
houdelijk reglement, dat ingevolge artt. 21 en
22 van het koninklijk besluit van 4 Mei 1896
zal worden onderworpen aan de goedkeuring
van den Raad en aan die van Gedeputeerde
Staten.
Vervolgens was aan de orde bet voorstel
tot oprichting van een bureau van inklaring
hier ter stede. Te dien opzichte waren alle
vereischte inlichtingen ingewonnen bij indus-
triéelen en voorname handelaren, alsmede bij
de Staatsspoorweg- en Holl. IJzeren-Spoorweg
maatschappij, zoowel omtrent aanvoer per
waterweg als per spoor, van goederen ten
opzichte van welke 't aanwezig zijn van een
bureau van inklaring wenscheiyk wordt geacht.
Uit overweging dat in den jare 1890 door de
Kamer eveneens pogingen waron aangewend,
welke vooral waren afgestuit op de bezwaren,
geopperd door de directiën der beide genoemde
Spoorwegmaatschappijen, had men zich bij
afzonderlijk request andermaal tot de Staats-
epoorwegmaatschappij gewend met dringend
verzoek dat deze thans hare medewerking
zou verleenen. Op dat verzoek is door de
Staatsspoorwegmaatscbappij geantwoord dat
zij alleen zou kunnen medewerken tot de
totstandkoming van een bureau van inklaring,
indien de gemeente zich wilde verbinden ge
durende 6 achtereenvolgende jaren ƒ1000
ieder jaar bij te dragen als vergoeding voor
rente van h:t kapitaal, benoodigd voor oprich
ting van een douaneloods, bezoldiging van
personeel en kosten van onderhoud.
Ongeacht dit weinig bemoedigende ant
woord, zal de commissie van praeadvies, uit
de Kamer voor deze zaak benoemd, bestaande
uit do heeren Goekoop, Verhey van "Wijk,
De Koster en den secretaris, mr. J. H. Goud
Bmit, in de volgende vergadering uitvoerig
rapport uitbrengen omtrent de wijze, waarop
naar hare meening pogingen zullen worden
aangewend om tot het gewenschte doel te
geraken.
Alsnu kwam ter tafel een schrijven van
de Nederlandsch Indische Maatschappij van
Nijverheid en Landbouw, verzoekendo onder
steuning van haar aan de Tweede Kimer
der Staten Generaal gericht adres tot afschaf
fing van den suikeraccijns.
Besloten werd dit schrijven aan te nemen
voor kennisgeving, uit overweging dat het de
Kamer vooralsnog ontbrak aan de noodige
gegevens om de gevolgen van dergelijk besluit
te berekenen.
Verder werd besloten met warmte te onder
steunen een request van het bestuur van den
Algemeenen Nederlandschen Aannemersbond,
gericht aan de Tweede Kamer van de Staten-
Generaal, in hoofdzaak strekkende te ver
krijgen opheffing van de willekeur uit de
voorschriften, voorkomende in de Algemeene
Voorwaarden der ryksbestekken, voornamelijk
daaruit het beginsel te doen verdwijnen, dat
men nimmer mag zijn rechter in eigen zaak
en verder stappen te Demen tot benoeming
eener commissie van vakmannen, waarin ook
de aannemer een plaats zal erlangen om
de Algemeene Voorwaarden nauwkeurig te
herzien of daaromtrent voorstellen te doen.
Na afdoening van nog eenige onderwerpen
van meer huishoudeiyken aard, werd de ver
gadering door den voorzitter gesloten.,
Naar wij vernemen, zijn, voor de Vrijzin
nige Kiesvereeniging alhier, als afgevaardigden
ter algomeene vergadering der Liberale Unie
verkozen de heeren prof. mr. S. J. Fockema
Andreae, prof. m. J. Oppenheim, notaris J.
A. VaD Hamel en mr. M. P. Von Baumhauer.
Als tot hiertoe steeds met uitvoeringen
der Leidsche Dubbel-Kwartet-Vereeniging
(directeur de heer C. B. Duyster Jr.) het
geval is geweest, 6laagde ook hare huis
houdelijke uitvoering van gisteravond uit
stekend. Ze was de eerste van het vijfde
bestaansjaar der VereeDiging, had plaats in
„Zomerzorg", het voorrecht de welwillende
medewerking van een dameskoor en een dubbel-
strykkwartet te ondervinden en smaakte het
genoegen op zooveel belangstelling te mogen
bogen, dat ce zaal geheel gevuld was.
Men weet het: de leden dezer Veroenjging
zijn erkend goede zangers, wien reeds mei ig-
maal hulde kon gebracht worden.
Ook gisteravond weer handhaafden ze hun
goeden naam en daardoor tevens dien hunner
Vereeniging; vooral in „Miserere" en „Tibi soli
peccavi" van Orl. Lasso spreidden ze hunne
talenten als goede zangers ten toonterwfil
in Mendelssohn8 Recitatief en Aria uit „Elias"
do tenor, do heer Van U., andermaal kon
doen hooren over wolk een schoon orgaan en
beschaafde, fijne voordracht hij beschikt.
Ook het vrouwenkoor hulde! Het „Ave
Maria" van Mendelssohn bfiv., om slechts een
enkel voorbeeld te noemen, klonk allerschoonst.
De jonge solisten maakten evenzeer aan
spraak op aller tevredenheid; in 't bijzonder
de mezzo-sopraan met „Le beau rêve" van
Flégier en „Stances" van denzelfden deed
heel wat voor de toekomst belovennaast vele
andere deugden toonde zij veel vrijmoedigheid,
iets, dat ontegenzeglijk heelwat waard is.
Alles samengevat: de talrijk opgekomenen
hadden alle reden tot tevredenheid, óók over
de orgel-, piano- en andere begeleiding; ze
gaven daarvan dan ook trouwens herhaaldelijk
blijk, zóó, dat zelfs een nummer door de zangers
herhaald moest worden, 't "Was inderdaad,
zooala we het een der toehoorders na de
uitvoering hoorden uitspreken „een rein genot",
dat gesmaakt was.
In het Invalidenhuis alhier is, in den
ouderdom van 84 jaren, overleden N. C. Brands,
gerechtigd tot het dragen van het Metalen
Kruis en de Zilveren Medaille.
Een geacht stadgenoot, dr. W.P. Woebers,
herdenkt op 21 Nov. a. 8. den dag, waarop
bij vóór 40 jaar aan de Leidsche hoogeschool
tot doctor in de geneeskunde werd bevorderd.
H(j was te voren door de toenmalige genees
kundige commissie te Dordrecht op 31 Aug.
1853 als plattelandsheelmeester en op 30 Aug.
1854 als vroedmeester toegelaten.
Te Oegstgeest zal de loting tusschen
de gezamenlijke geschikt bevonden paarden
voor den krijgsdienst plaats hebben op Maandag
16 Nov. a. 8., des voormiddags te twaalf uren,
ter gemeente-secretarie.
Vrijdag-avond a.s., 13 November, zal
voor de leden van het Departement Alfen/
Oudshoorn der Maatschappij tot Nut van
't Algemeen optreden dr. H. Meursinge, te
Oudshoorn.
De eerste bijeenkomst in dit winterseizoen
van de afdeeling Alfen en Omstreken van
den Nederl. Protestantenbond zal gehouden
worden in het hotel „de Vergulde Wagen",
te Alfen, op Maandag-avond 16 November a.s.
In die bijeenkomst zal als spreker optreden
de heer M. Van Kleef, predikant te Leiden.
Vrijdag 13 November zal te Bodegraven
te 11 uren op het Raadhuis in het openbaar
worden gehouden de loting ter bepaling der
volgorde, waarin de in die gemeente voor
den krijgsdienst geschikt bevonden paarden
eventueel ter levering zullen moeten worden
aangeboden. Het te leveren contingent is
voor die gemeente bepaald op 3.
In het laatst dezer week worden in Den
Haag verwacht de gedelegeerden van de
mogendheden op de vroeger aldaar gehouden
conferentie voor internationaal privaatrecht,
welke z\jn toegetreden tot de regeling bij
tractaat van verschillende onderwerpen van
privaatrecht, als daar zijn: 't failliethet huwe
lijks- en procesrecht. Hun komst staat in
verband met de ondertekening van het
tractaat.
Gisteravond was er in de Tweede Kamer
vergadering der rapporteurs tot vaststelling
van het voorloopig verslag over de begrooting
van financiën.
Bi) de behandeling der gemeentebegroo
ting in den gemeenteraad te Haarlem werd
geweigerd subsidie voor de avondvakteeken-
school te verleenen aan de ambachtsschool.
Het bestuur hoeft nu den Raad verzocht op
dat besluit terug te komen, daar anders ook
de subsidies van rijk en provincie vervallen.
Bfi de verkiezing voor een lid van het
hoofdbestuur van het Nederlandsch Onderwij
zersgenootschap verkreeg geen der candidaten
de meerderheid Er moet horstemming plaats
hebben tusschen de heeren A. J. Straatman
en C. F. A. Zernike, beiden te Amsterdam,
op wie onderscheidenlijk 1204 en 1138 van
2842 geldige stemmen waren uitgebracht.
Te Uirecht is gistermorgen ter aarde
besteld het stoffelijk overschot van den heer
J. W. Stous Sloot, hoofdingenieur werktuig
kundige by de Maatschappü tot Exploi
tatie van Staatsspoorwegen. Het bureel van het
Staatsspoor was gisteren by deze gelegenheid
gesloten.
Een groote menigte ambtenaren en belang
stellenden waren op de begraafplaats tegen
woordig.
Het woord werd gevoerd door den direc
teur-generaal van het Staatsspoor, den heer
J. L. Cluysenaer, den hoofdingenieur Roes-
singh Van Iterson der H. S.-M., den ingenieur
van den chef der werkplaatsen van het Staats
spoor Oberstadt en door den chef de bureau
van het Staatsspoor Kooien. Vele kransen
dekten de ïykbaar.
Te Baarland is plotsèling overleden de
heer J. Middel, pred. der geref. kerk aldaar.
Van de 20 studenten, die aan de theol. school
van Groningen en Friesland tot predikant
werden opgeleid, nog vóór die te Kampen
was opgericht, was ds. Middel de laatst over
geblevene. Geboren te Amsterdam in 1827,
werd hy in 1852 proponent en den 18den
Juni 1853 bevestigd als predikant te Vlaar-
dingen. Later was hy werkzaam te Zutfen,
Hattem, Velp en van 1867 tot 1882 te Gouda,
van waar by in Mei naar Baarland vertrok.
Te Groningen is aan dr. E. Wiersma
tegen 1 Jan. oervol ontslag verleend als
gemeente-geneesheer.
Hr. Ms. instiuctieschip „Nautilus", onder
bevel van den kapitein-luitenant ter zee L.
A. H. Lamie, is in den namiddag van 9 dezer
van Sant-Cruz-de-Teneriffe vertrokken tot
voortzetting van den oefeningstocht in don At-
lantischen Oceaan.
Aan tal van Rijksnormaallessen moeten
in den laatsten tyd parallelklassen worden
opgericht, wegens den grooten toevloed van
leerlingen. Daar er kans bestaat voor moge-
ïyken overvloed van onderwüskrachten, stelt
de minister van binnerilandsche zaken een
onderzoek in, of het ook noodig zal zyn met
1 April een maximum vast te stellen van het
tot iedere normaalinrichting toe te laten getal
kweekelmgen, en tevens of het wenschelyk
is, de toelatings-examen8 vergelykend te doen
zyn.
Naar gemeld wordt, is by koninkiyk
besluit goedgekeurd de verordening, regelende
de heffing van schoolgelden voor het onderwys
op de openbare lagere scholen in de gemeente
Harlingen, in den geest van heffing naar het
vermogen.
Als maatstaf voor het verschil geldt alleen
het verschil in aanslag van de ouders of
verzorgers der kinderen of, indien laatstge
noemden zelf zyn aangeslagen, van de kinde
ren op het kohier van den hoofdelyken om
slag.
Volgens het „Vad." worden de kapts. L.
M. J. Wenniger, van het reg. gren. en jagers,
en A. J. Vetter, adj. van den comm. der
stelling van Amsterdam, binnenkort bevorderd
tot majoor. De kapts. der art. op non-act. C.
Boellaard en G. J. Neiszen worden eerstdaags
in activiteit hersteld; de kapt. E. F. W. C.
Westerbaan Schmidt, van het 4de reg. inf. te
Delft, wordt wegens ziekte op non activiteit
gesteld; de off. van gez. 2de kl. A. N. Dinger,
gedetacheerd by het mil. hospitaal te Utrecht,
wordt 1 Dec. geplaatst by dat te Dordrecht.
De schietoefeningen op de heide by Laren
zyn thans, op last van den minister van oorlog,
voorloopig gestaakt. (N. v. d. D.)
De Raad der gemeente Enschedee heeft
aan de heeren A. Kooy, te Amsterdam, en E.
Koeken, te Arnhem, concessie verleend tot het
leveren van electrische dryfkracht.
De minister van binneolandsche zaken
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
in den loop der maand Dec. e. k. gelegenheid
zal worden gegeven tot het afleggen der
examens, vermeld in art. 16 der wet van 25
Dec. 1878 (Stsbl. 222) en art. 12 van het
koninkiyk besluit van 12 Februari 1879 (Stsbl
36), ter verkryging van een getuigschrift al
vroedvrouw. Zy zullen worden afgenomen ti
Rotterdam. Zy, die tot die examens wenschon
te worden toegelaten, worden uitgenooaigd
daarvan vóór 15 November e. k. schrifteiyk
opgave te doen aan deD Inspecteur voor het»
Geneeskundig Staatstoezicht voor Zuid-Hollana.
den heer J. Menno Huizinga, te 's Gravenhage,
en by het verzoek om toelating een extract
uit de registers van den burgerl. stand over
te leggen, waaruit blykt, dat zy den leeftyd
van achttien jaren hebben bereikt en het
bewys, dat zy als leerlingen-vroed vrouw by
een geneeskundigen inspecteur zyn ingeschre
ven, onder de voorwaarden, vastgesteld by;
art. 11 van voormeld Koninkiyk besluit en
minstens tien gewone verlossingen in tegen
woordigheid van een bevoegd verloskundige
hier te lande hebben verricht. (Sfs.-C£.)
De gewone audiëntie van den minister
van koloniën zal op Vrydag 13 November
1896 niet plaats hebben.
By Kon. besluit is bepaald, dat de Stoom-
wet (wet van 15 April 1896, Staatsbl. No.
69) den lsten Dec. in werking zal treden
Indertyd hebben wy do verschymn?
aangekondigd van „De Geschiedenis der Zuid-
Afrikaanscho Republiek", aan het volk verteld
door C. J. "Van der Loo (uitgevers de heeren
Van der Vegt Mehler, te Zwolle). Thans,
nu het compleet is, vestigen wy nogmaals
de aandacht op dit belangwekkend werk, de
eerste aaneengeschakelde geschiedenis der
Transvaal bevattende, die in het Nederlandsch
verschynt.
De zesde en laatste aflevering bevat de
geschiedenis van de jongste tyden, van de
regeering van Paul Kruger en het verhaal
van Jameson's inval. De uitgevers hebben
in deze aflevering aan bet slot opgenomen
een naamlyst der inteekenaren, waaruit
blykt, dat dit werk reeds een goed onthaal
heeft gevonden by het Nederlandsche publiek.
Het telt thans by de 200 bladzyden en bevat
een 29-tal afbeeldingen, benevens een kaartje
der Republiek met haar omgeving.
Het stoomschip „Borneo", van Rotter
dam naar Java, ven rok 10 Nov. van Suez;
de „Bundesrath", van Hamburg en Amsterdam
naar O.-Afrika, passeerde 9 Nov. Ouessant;
de „Edam", van Nieuw-York naar Amster
dam, passeerde 10 Nov. Prawlepoint; de „Ko
ningin "Wilhelmina", van Batavia naar Am
sterdam, passeerde 10 Nov Monte Argentario;
de „Maasdam", van Nieuw-York naar Rotter
dam, passeerde 10 Nov. Wightde „Soembing",
van Rotterdam naar Batavia, vertrok 10 Nov.
van Southampton; de „Telamon" vertrok 7
Nov. van Batavia naar Amsterdam.
4)
Om echter te voorkomen, dat deze aan
duidingen op een ander worden toegepast,
en een onschuldige verkeerdelyk voor den
dader worde aangezien, acht ik my gewetens
halve verplicht, u met ronde woorden te
Terklaren, dat gy bloot op deze opgave, zonder
nadere ophelderingen my, den waren schuldige,
niet licht zult ontdekkeD, hoeveel moeite gy
u daartoe ook geven mocht. Zelfs twyfel ik
of gy, zoo ik u al myn naam noemde, u dien
wel op het eerste oogenblik zoudt kunnen
herinneren. Ik ken u echter van naderby dan
gy wel vermoeden zult, en kan bygevolg
alles van uw vergevende edelmoedigheid hopen.
Myn omstandigheden brachten eenmaal mede,
dat ik op een vertrouwelyken voet toegang
tot uw huis had. Ik was echter hetgeen
gy soms vermoeden mocht geen uwer
dienstboden, noch stond ooit in eenige vriend
schapsbetrekking tot u.
„Ik zeide boven, dat ik ten uwen huize
tot inkeer van myn wangedrag kwam. Ja,
deze voor my immer onvergeteiyke gebeur
tenis, waaraan ik nooit dan met ontroering
denken kan had in uw huis plaats.
„Had nypende behoefde my tot don diefstal
der oor8peld gebracht, het welgelukken van
deze misdaad had my tevens stouter gemaakt.
Toen ik my daarna eens opnieuw in dringen-
dtu nood bevond, was ik reeds zóó diep ge
zonken, dat lk andermaal naar een zoo
gunstige gelegenheid wenschte. Deze opwel
lende snoode begeerte deed zich allengs aan-
lokkeiyker aan my voor, zoodat ik reeds aan
de uitvoering van een ontwerp begon te
denken, dat myn booze neiging my had
ingegeven. My was nameiyk bekend, dat gy
op zekere plaats een aanzienlyke som in goud
geld bewaardet. „Gy moet geholpen worden,"
dacht ik, „en met dat geld waart gy ervoor
altyd boven oj>." Om kort te gaanik
kon myzelven zoo ver vergeten, dat ik tot de
uitvoering van myn eerloos waagstuk besloot.
„Men wordt echter niet op eenmaal een
zoo vermetel booswicht. Zwaar was de stryd
tusschen den dringenden nood en myn ge
weten. Eindeiykeindeiyk gelukte het
my, dat geweten in slaap te wiegen. De
akelige voorstelling van myn toestand, het
streelende vooruitzicht, dien verbeterd te zien,
de misleidende gedachte, dat toch altyd de
misdaad in betere omstandigheden kon worden
hersteld eindeiyk, wat behoef ik meer te
zeggen?.... dat alles gaf myn stervende
deugd den beslissenden doodsteek.
„Op zekeren avond, tegen dat het begon
te schemeren, vatte ik post op de gracht
naby uw woning. Met arendsoogen nam ik
alles op, wat omtrent de huisdeur omging;
my ontglipte op den afstand, op welken ik
my geplaatst had, niets van hetgeen slechts
de stoep van uw huis naby kwam. „Is
het de gunstige beschikking van een boos
aardig noodlot, dat den booswicht gelukkig
slagen doet, of heeft myn kwade geest my
ter goeder ure hier gebracht?" dat had ik
op dat oogenblik gevoeglyk myzelven kunnen
vragen, toed ik, na lang daar gestaan te
hebben, iemand uw stoep zag opkomen. De
man schelde aan en werd door den ouden
buisknecht, die to dien tyde by u diende,
binnengelaten, terwyi de huisdeur bleef aan
staan. Met boosaardige vreugde over het toe
val, dat myn ontwerp zoo goed in de hand
werkte, ging ik insgelyks de stoep op, de
deur naderende om te luisteren, of ook iemand
der huisgenooten den man in de gang sprak.
Toen ik my verzekerd had, dat dit niet zoo
was, begreep ik dra, dat hy, terwyi men hem
binnen aanmeldde, zoolang stond te wachten
en dus voorzeker alleen in de gang zou zyn.
Nu was de hachelyke kans daar; niet minder
dan myn eer, myn veiligheid en wat my
persooniyk dierbaar was, stond hier op het
spel. Nog aarzelde ik; maar de inval, dat
ik, door een der huisgenooten gezien wor
dende, kwanswys een of andere boodschap
kon voorwenden, deed myn besluiteloosheid
verdwynen. Met koelbloedige stoutheid
waagde ik het binnen te sluipenof
liever, opende ik de deur, die aanstond,
trad onverschrokken binnen, den man, die
in de gang stond te wachten, onbeschaamd
in het aangezicht ziende, en ging evenals
iemand, die in huis behoorde, regelrecht door.
Bliksemsnel was ik do trap op, die naar boven
leiddeHoe angstig werd het my op dat
oogenblik om het hartl"Waar nu heen?
Ik sloop als een schim in het kabinet,
waarin ik wist, dat de schat geborgen lag.
De poging van het binnensluipen was thans
gelukt j maar het waagstuk begon my alras
te berouwen by den inval: „Als eens de man,
die aan de deur staat, den knecht verwittigt,
dat er iemand onaangemeld naar binnen is
gegaan l" Aan terugkeeren was echter niet
te denken. Klappertandend van vrees, wachtte
ik de onzekere uitkomst hiervan af en vatte
toen eerst weder moed, nadat ik had bemerkt,
dat die persoon reeds een geruimen tyd ver
trokken was.
„De eenzaamheid nochtans is der vrees niet
gunstig. In den beginne wenschte ik wel
myzelven geluk met het slagen van myn
ontwerp, maar het word my evenwel niet
lichter om het hart. De plaats, waar ik my
verscholen had, was boven het vertrek, waar
gy in stille huiselyke tevredenheid met uw
gade en kinderen gezeten waart. Ik hoorde
de gesprekken, welke er gevoerd werden; ik
hoorde u vervolgens iets overluid uit een
courant voorlezen; my ontglipte geen woord
daarvan. Datzelfde courantennieuws ik kan
u deze byzonderheden niet onthouden, hoe
weinig merkwaardig anders, is my sinds altyd
by gebleven en is door myn geheugen getrouw
bewaard; het behelsde zóó klaar staat het
my nog voor het sterf bericht van een ver-
dien8teiyk man in zeker oord van Frankryk,
die in den hloei zyns levens aan de maat-
schappy word ontrukt. Of het waariyk zoo
treffend was, weet ik niet, maar het trof
my toenmaals ongemeen. „Gy," zeide my
die stem, die ook by den verhardsten boos
wicht niet ten eenenmale zwygt, „werdt gy
ook eens in den bloei uwe levens afgesneden
Nog zoo jong, en nu reeds een pest dor
maatschappij 1 een verachtelijke sluipdiel
en op weinige schreden na een moor
denaar 1 Ga maar zoo voort, dan leest men
van u nog eens in de nieuwspapieren, da
gy door beulshanden omgekomen zyt, er
meldt uw dood als een geluk voor de samen
leving." Ik trachtte wel die stem, welk"
allengs luider begon te spreken, te ondor
drukken; doch het wilde my niet gelukken
Dit was nog niet alles.
„In het kabinet, waar ik my bevond, stond
op een secretaire een uurwerk. Dit is in stille
oogöDblikken en in het duister een vreeseiyk
stuk huisraad voor oen ontrust en beangstigd
geweten. Telkenmale als de secondenslinger
aansloeg, was het my, alsof een stem my
toeriep: „Alweder een schrede nader aan de
eeuwigheid 1" Hier kwam nog by myn reik
halzend verlangen naar den nacht, dat eindeiyk
myn plan mocht zyn volvoerd. Hoe bitter
loont zich de ondeugd tochWist gy,
hoe ik in myn omstandigheden onder dit alles
te moede wasl"
„In martelende onzekerheid telde ik de zich
langzaam voortslepende uren. Eiodeiyk naakte
hot oogenblik, dat my aan myzelven atn
de deugd teruggaf. Had ik, toen ik met een
zoo zwart voornemen uw huis verraderiyk
binnensloop, kunnen denken, dat ik met een
berouwvol hart er uit zou terugkeeren I Hot
is heden dertien jaren geleden, maar nog
vloeien heete tranen langs myn aangezicht,
terwyi ik dit scbryf. Gy zat aan den avond-
maaltyd; eensklaps kwam er stilte; bet maal
scheen geëindigd; gy noodigdet uw huis
j f —oten tot het avondgebed»
j {Slot voty