böélhuïst
¥rwip Mqsjh.
Aanzieniyke Afbraakveiliiig.
MENGELWERK.
Levende Have,
Afbraak,
Ik het volgende uit myn n.aaste omgeving:
Vlak voor myn raam staat een Japanner
met een bamboestok over den schouder; aan
weerszijden van dien stok bengelt een hoogo,
ronde houten trommel, waarin eetwaren
zitten. Hjj heeft bij zich een potje, dat hij
te vuur zet, en bereidt daarin met behulp
van stokjes een soort van draderige soep.
Met een pollepel van gevlochten bamboe
neemt hij een beetje van die vermicelliachtige
draden uit zijn trommel, roert ze een poosje
in het kokende water tot ze goed warm eD
gaar worden, en schept ze dan telkens weer
over in kommetjes zonder oor. Over die
draden in zoo'n kommetje schenkt hi) dan
eeD beetje van een bruine vloeistof uit een
fleschje, gooit er wat geraspte verrotte
mierikwortel en andere twijfelachtige lek
kernijen bij en dan is het maal gereed. Een
Jinrikscteman hurkt bij hem neer, neemt
bat kommetje met twee stokjes van hem
aan en begint te eten, d. w. z. hij houdt
bet kommetje met de lekkernij in de linkerhand,
de stokjes in zijn rechter en slurpt den ge-
hellen inhoud op. Dan is de maaltijd afge
loopen; hij betaalt één of twee Sen (d. i.
I1/» of 2'/2 cent), en met nieuwen moed
gaat hij weer aan het werk, d. w. z. verveelt
hQ iederen voorbijganger met het onuit
staanbare woordje: escha! een verkorting
van nfcscha, wat weer een bekorting is van
jinrikscha of jinnkischa, het bekende Japansche
vervoermiddel.
iVTijn vriend Meurtrier.
Uit het Fransch van F. Coppée.
Er "is een tijd geweest dat ik klerk was
aan een der ministeries. Iederen dag van
tien tot vier uren zat ik daar vrijwillig opge
sloten, omringd van geel geworuen paperassen,
dio de vierkante tafel byna gehesl in beslag
namen en die het vertrek vervulden meteen
duffe lucht. Ik deed er mijn maal met een
stuk kaas en appelen, die ik in het open
leurtje der gloeiende kachel liet braden, on
ierwfll de courant lezend tot de kleinste-
advertenties incluis. Ook hield ik mij destijds
wledig met verzen maken als de aangelegen-
teden van den Slaat mij met geheel en al
n beslag namen. Den eerste van iedere
maand ontving ik mijn salaris: te veel om
e sterven ea te weinig om te leven.
Als de dag van gisteren herinner ik mij
iu nog na zooveel jaren een mijner mede-
iroeders in de gevangenschap, Achille Meur
trier, die dien naam ten volle verdiende door
zijn krijgshaftig uiterlyk en zyn hooge gestalte.
By was een vrijgezel van omstreeks veertig
iaar en kleedde zien, zeker om ontzag in te
boezemen, in wijde pantalon met grooto ruiten,
lagen boord en vuurroode das, benevens een
enormen flambard. Aldus toegetakeld, terwijl
«jjn voU© baard en zijn lange haren in den
wind woeien, zag hij er geducht uit en trok hg
In het publiek de .lgemeeue opmerkzaamheid.
Het eenige, waarop by zich liet voorstaan,
was zijn verbazende spiei kracht enzynathlo-
tische bouw en, zooals hij het zelf herhaal
delijk uitdrukte, „zijn ongelooflijke kracht, die
hijzelf niet kende." Geen beweging, geen
geste die niet den overwinnaar aanduidde.
Als hij een stuk papier uit de kast moest
nemen, liep hjj mot zwaren tred op het meu
bel toe, greep mot forsche hand het blad
papier zonder gewicht en na met daverendo
stappen de kamer te hebben doorwandeld,
deponeerde bi) 't op tafel, na eerst zijo arm,
met een beweging Milo' van Crotone waardig,
in de juiste houding gebracht te hebben. De
kleinste voorwerpen hanteerde hjj met een
vertoon van krachtsinspanning, alfsof het gra-
nietblokken geweest waren. Anders was hij
een heel gewoon, doodgoed mensch, die geen
mug kwaad zou doen.
Ik moet bekennen dat dit robuste wezen
mQ met diepe vereoring vervulde; ik was
van mijn jeugd af zwak en ziekelijk geweest,
daarom trok mij die uiling van pbyaieko kracht
ongetwijfeld des te meer aan.
En de gesprekken, met mijn vriend den
athleet gehouden, waren er ook niet op be
rekend die bewondering te doen verminderen,
Vooral des zomers, wanneer 5ye meer tijd
hadden, waren zijn verhalen eindelo »s. Des
Maandags vergastte hij mij geregeld op een
levendig relaas van de heldenfeiten, die hij op
zijn vrijen dag bedreven had. Als hij zich
eerst ontdaan had van hoed, jas en stok en
daarna zijn kantoorjasje bad aangetrokken,
stak hij de hand in z\jn wijde pantalon om
er ©en roodzijden zakdoek uit te halen, waar
mee hij dan op een verschrikkelijke manier
zfln voorhoofd begon af te vegen, wat een
bewijs moest zijn voor zijn sanguinisch,
congo8tief temperament.
En dan begon hij een dergelijke alleenspraak
als nu volgt:
„Wat een Zondag 1 En toch kan ik mij
nooit eens recht vermoeid voelen zooals
anderen. Gisteren was het reeiwedstrijd te
Jolnvïlle le Point. De beele bemanning van
de „Marsouin" zou zich te Bercy verzamelen.
De zon brandde reeds als vuurwe namen
wat witten wyn, trokken oDze roeipakjes aan
en éón twee, één twee, gelijkmatig roeiden
we naar Joinvillo. Daar gekomen viel er nog
heel wat te doen eer we konden gaan ont
bijten; ik moest zelfs nog even over boord
springen. Maar onfin, als ik maar eenmaal
zie dat iets noodig is, dan bedenk ik me niet,
en van de kleinste kleinigheid trek ik dadelijk
part#. Met één hand spring ik weer in de
boot en ik vraag dadelijk om m^fn ontbijt, want
ik heb een honger als een wolf. In drie
happon heb ik een ham vorslonden en in i
twee slokken een flesch brandewijn leegge
dronken. Nu nog een flinke slok voor de
degestie en dan aan den arbeid."
En met dezelfde belachelijke overdrijving
ging hij voort:
„De zon verschroeide onze huid, maar we
moesten verder, waot de wedstrijd zou weldra
beginnen. Op de flikkerende rivier lagen de
lichte booten vlak over de gepavoiseerd©
tribune. Duidelijk kon men den burgemeester
onderscheiden aan het teeken zijnor waardig
heid, de sjerp. Agenten liepen hoen en weer,
overal trachtend de orde te bewaren. Dames
in lichte, elegante zomertoilutjes en veelkleu
rige parasols, namen de eerste rijen iu. Bom
daar knalt 't eerste schot voor de afvaart.
De „Marsouin" scheerde «als een meeuw ovor
het water, kwam natuurlek hot eerst aan en
won het uitgeloofde kunstvoorwerp. En ver
moeidheid keDden we niet.
Zoo ging htt voort, wel een half uur
lang en zijn avonden schenen minstens al
even gevuld als zijn Zondagen.
Yreeselijke worst*-lpartyen, waarin Meur
trier steeds de uitdagende parti) was -
ratteüjachten met terriers, bloeddorstig als
tijgers wonderlijke nachtelijke ontmoetin
gen, die steeds eindigden met een formeele
kloppartij - dit alios was nog het minst
vreemde wat hij te vertellen had.
Ik moet, helaas, bekennen dat mijns vriends
heldenfeiten mfl met bitterheid en afgunst
vervulden; nooit echter is het toentertijd in
my opgekomen ook maar aan oen enkel eétail
van zijn wonderlijke verhalen te twijfelen,
en ik hoorde hem aan met een vereering, die
men een held of een halfgod zou toedragen
II.
Ik was destijds nog een groot liefhebber
van lange, eenzame wandelingon. Heele zomer
avonden kon ik zoo door da omstreken van
Parijs dwalen, den meesten bewoners der
S9inestad even onbekend als het land det
Caraïben.
Op een warmen, stoffigen Juli-avond kwam
ik terug van zulk een tocht. Langzaam wan
delde ik door den Faubourg Yaugirard, een
van die lange, rechte str.rten met nieuwer-
wetsche, gelijkvormige huizen. Het. was het
schemeruurtje wanneer do gaslantaarns ont
stoken worden en do concierges aan de deur
een praatje maken, terwijl ze zich verbeeldden
zoodoende meteen wat frissche lucht te
scheppen. Er waren bijna geen voetgangers,
nu en dan een enkele werkman, een «agent,
oen kind dat een brood gehaald had, bijna
zoo groot als dat kind zelf, en iedor kwaitier ilo
half leege omnibus, die langz ïam voorlhotste
over de hobbelige keien en getrokken werd door
twee oude, vermoeide paarden. Telkens stil
staand om van de prachtige lucht te gemeten of
van een aardig intórieurtje, vorderde ik slechts
weinig in de lange straat, dio hior en daar
aan den eenen kant werd afgewisseld met
weiland, dat te koop werd aangeboden.
Op een eerste verdieping zag ik oen strijk
stertje het ijzer vlak bij de wang houden om
zoodoende de warmte er van to bepalen; in
een herberg zaten eenige werklui om een
tafel, de lage zaal was gehuld in dikke
blauwe rookwolken; een oud man met Jauge,
zilveren lokkon zong een lied bij een guil.ur.
Slechts het woord „Libertdat by ieder
vers terugkwam, kon ik verstaan
"Weer liep ik verder, om eensklaps stil to
staan voor een intiem tafereeltje, dat my aan
trok door de rustige huiselijkheid.
Een oude, in 't zwart gekloede dame zat
in oen leunstoel, de handen in den schoot,
do oogen in kalme vergenoegdheid voor zich
uitblikkend. Alles om haar heen sprak van
langvervlogon jaren, de schilderijen aan den
wand, zoowel als de ouderwetsche meubels.
Aan den scboorstoen, aan iederen kant van
den spiegel waren drie kaarsen ontstoken,
zoodat ieder hoekje goed verlicht was: de
pendule met den marmeren perzik als ver
siering-, de piano, waarop de oude dame
vroeger de airs van Romagnesi moest gespeeld
hebben.
Wie anders dan een zorgzame dochter kon
de laatste jaren der oude vrouw met zooveel
aandoenlijke teederheid omringen? Zy had
natuuriyk haar moeder zoo gemakkeiyk in
dien ouderwetschen leunstoel geviyd, het
tafeltje aangeschoven en er de twee kopjes
op geplaatst. En zeker was het gewerkte
voetkussen van baar hand. Ik bleef wachten
om haar te zien binnenkomen, met het boek
in de hand, dat zy dien avond zoudon lezen.
Onbeweeglyk stond ik, byna vlak voor het
geopende raam, overtuigd dat men my in
de nu geheel donker geworden straat onmo
gelyk zien kon.
Plotseling werd de deur geopend en er
verscheen iemand, die 'op 't oogenblik geheel
uit myn "gedachten verbannen was: myn
vriend Meurtrier, de held van bloedige go
vechten en van gevaarvolle aanrandingen.
Zyn geweldige, behaarde band, die by mot
zooveel welgevallen kon beschouwen, droog
een kleine zilveren koffiekan en een hond van
lilliputtersche afmetingen, netjes geschoron
als een miniatuurleeuwtje, liep al kwispelend
met zyn pluimstaartje, naast hem.
„Mama, bier is uw koffie", zeide de reus
met zachte stem. „Ik geloof dat dio vanavond
byzonder lekker is, het water kookte heerlyk
en ik heb heel langzaam opgeschonken."
„Dank je wel, myn Achillosje", antwoordde
de oude dame; „uw vader zeide altyd dat
niemand mij kon overtreffen in het zetten
van koffie.... wat was by goed de arme man,
en toegevend I Ik geloof, dat gij die kunst al
even goed verstaat als ik."
Meurtrier schonk met de voorzichtigheid
van een jongejuffrouw de koffie in en de hond,
begeorig kykor.d naar de klontjes suiker,
legde zyn beide pootjes op de knie van zyn
meesteres.
„Foei, Médorl Hoe kun je zoo ongemanierd
zijr riop zy met goreinsde verontwaardiging;
„Je weet wel, dat de baas nooit vergeet Je
't onderste uit zyn kopje te geven. Heb dan
toch geduld."
„Ik heb uw melk voor morgenochtend
reeds gehaald, mama", zeide Meurtrier en ky
zag haar met een teederen blik aan. Zwygend
gebruikten moeder en zoon verder hun koffie,
met kleine teugjes genietend van het geurig
vocht.
Nooit had ik kunnen vermoeden welk een
geregeld, zelfopofferend leven, myn vriond
Achille verborg onder zyn gefingeerde helden
feiten en ongehoorde ontmoetingen. Ik bleef
nog steeds staan byken, als aan den grond
g-n-geld en ik begreep langzamerhand de
goheelo waarheid.
Deze onvermoeide roeier had nooit grooter
vermoeienis gekend dan de Zondagsche wan
deling met zyn oude moeder; deze onver-
winbare athleet. die, volgens zyn zeggen,
eenige malen per week een paar maünen
doodsloeg of doodeiyk verwondde, vervulde
de plichten van een liefdezuster zonder een
enkele klacht; deze groote biljartspeler kende
geen ander spel dan het oezique, de fameuze
temmer van buldoggen was de gehoorzame
dienaar van een dwerghoodje.
III.
Den volgenden morgen vroeg ik myn vriend,
hoe hy den avond had doorgebracht en zonder
eenige aarzeling verzon by oogenblikkelyk
de zotste vordichtsols Op den Boulevard
d'Enter had hy met één vuistslag een man
gedood, een bekenden straatdief.
G-imlachend hoorde ik hem aan, eerst
wilde ik hem beechaamd maken, door hem
voor een leugenaar uit te maken, doch
bedenkend hoe hoog men de deugd moet
schatten, die zich schuil houdt, aJ is het dan
ook achter iets belachelijks, klopte ik hem
vriendschappelyk op den schouder en hem de
hand toestekend zeide ik met overtuiging'
„Meurtrier, ge zyt een held."
KOLONIËN.
BATAVIA, 1—6 October
(Nedcrlandsche mail.)
UP Batavia wordt aan de „Soer. Ct." ge
schreven, dat de buitengewone verdiensten
van overste Van Heutsz ten vollo worden
erkend, men is ook overtuigd, dat deze be
loond moet worden. Mocht hy dus weinig
neigi g toonan om als commandant naar de
Oostkust van Sumatra terug te keeren of als
souschef van den staf op te treden, waartus-
schen hom de kous .^al worden g-laten, dan
zal hem een andere functie worden opgedra
gen, waaruit duidelijk blykt hoezeer men zyn
verdiensten op prys stelt.
- De verdere behandeling der zaak Maligan
is eergisteren wegens ziekte van den beklaagde
voorloopig uitgesteld. Maligan, dio Donderdag
morgen nog geheel gezond het paleis van
justitie verliet, klaagde dien avond in de ge
vangenis over koorts
Do directeur liet den eersten stadsgenees
heer waarschuwen, die spoedig verscheen en
constateerde, dat de koorts een zeer ernstig
karakt.r droeg; de zieke yide reeds, zoodat
zyne opneming in het hospitaal nootzakelyk
werd. Donderdag-avond werd by daarheen
gebracht.
Later wordt gemeld, dat Maligan good voor
uit gaat, zoodat de kans bestaat, dat hy
Dinsdag de plechtige beéediging zal bunnen
bywonen. By die golegenheid zal de raad in
de vestibule plaats nemen en van daar uit
de geheele plechtigheid volgen Voor den
priester zal een verhoogde zetel op het terrein
worden opgericht.
Lombok.
Van Regeeringswege wordt bet volgende
medegedeeld
„Den 29sten September zijn de kampongs
Gandor en Apitai naby Sisi (Oost Lombok)
oproerig geworden Een bende oproerlingen
verbrandde de woning van den agent der
P.iketvaart-Maatschappy en sleepte diens
goeJeren naar Gandor De controleur Engelen
berg heeft met cavalerie Gandor overvallen,
waarby de vyand vele verliezen leed. Aan
onze zyde is gesneuveld één en gewond één
cavalerist. In den vroegen morgen van 30
September is de assistent-resident Roos per
„Atjeh" naar Laboean Hadjie vertrokkeD en
zyn twee militaire patrouilles van Prajanaar
de Oostkust gezonden
Het „Bat Nieuwsblad' voegt hieraaD toe,
dat de controleur van Sisi, de heer A I N.
Engelenberg, reeds voor een paar maanden
bekend was met het feit, dat er lets broedde
in de kampongs Gandor en Apitai Hy had
den agent der Kon Paketvaart-Maatschappy
aldaar reeds te k«nnon gegeven, dat deze
des nachts niet in zijne woning moest biyven,
maar naar het hui6 van den controleur komen
en daar overnachten. Dit gebourde dan ook
en daardoor is den agent geen persoonlek
loed overkomen Maar het opstootje is tot
uitbarsting gekomen.
Uit Singaradja wordt aan de „Java-Bods"
geseind
„Acht kampong! in Oost-Lombok zyn tegen
ons in opstand gekomen. De „Atjeh" zette
een divieie van 100 man aan wal; 3 kampongs,
waaronder Gandor en Kimbang-Koening,
werden verbrand; 40 opstandelingen zyn ge
sneuveld en 25 gevangengenomen, waaronder
4 kamponghoofdenVan Praja uit zyn 60
man onder kapitein Van der Nagel en den
lsten luitenant Van Straaten uitgerukt; de
vyand vluchtte. De controleur Engelenberg
is uu te Praja, de matrozen zyn weer aan
ooord gegaan. Wy hebben geen verdere ver
liezen meer geleden. Voorloopig is het rustig."
Pasir,
Naar aanleiding van de quaestie, over de
opvolging In het Pasirsche gerezen, is een
kleine expeditio vertiokken om de uitleve
ring van een onruststokend hoofd te elschen.
De onlusten in het leenryk Pasir zyn reeds
van langen duur. De radja moeda en diens
aanhangers betwisten den sultan op allerlei
wijzen het gez ig en worden daarin bygestaan
door den ryksbestuurder pangeran M.mgkoe
en zekeren p.mgeran Sj«irif, die zich van het
gezag m de bovenlanden meester heeft ge
maakt.
Verleden jaar scheen de resident er in ge
slaagd te zyn eene verzoening te bewerken
tusschen den sultan en aen rijksbestuurder,
die veel invloed heeft op den pangeran Sjariff,
maar de daarvan gekoesterie verwachting is
niet vervuld. Men wil nu trachten de onrust
stokers met gsw ld het zwygen op te leggen.
Daartoe is resident Boers met 75 man van
de compagnie inlanterie van kapitein Van der
Goot en Hr Ms. „Soembing," benevens de
„Glatik" en de „Barito" van degouvernements-
marino, naar Pasir vertrokken. Overste Scbeuer
zou aen tocht medemaken.
Solo.
Uit Solo wordt geseind, dat Pangeran Adi-
pati Ario Many koe N-goro V in den avond
van 1 ac-zer aan eene kronkeling in de dar
rncn is overlec^n Hy was sedert 1S81 aan
hot bewind en is 41 jaar oud geword-.n Hy
was ricUtr der orde v<m den Ne.erlandschen
Lemw, comm naeur der orde van Cambo ja
en koio»el-com«randant van het Mangkoe
Negorosche legioen.
De overledene was weduwnaar en Lat geen
kinderen na, die hem kunnen opvolgen. Als
opvolger komt daarom een zyner jongere
brojders in aanmerking, een der zoons van
de thans nog levende weduwe van Mangkoe
Negoro IV, moeder van den overled^n^.
Meest waarsctiijniyk zal de keuze vallen op
Pangeran Ano Dajaningrat, majoor-intendant
van het Legioen, van wien steeds veel goeds
is gez*gd en die in veel opzichten zeker
hooger staat dan zyn oudere broeder, nu over
leden, wiens ontwikkeling, naar mon wil,
door zyn moeder niet werd aangemoedigd.
De begrafenis v«m Mangkoe Negoro V had
3 dezer plaats onder een grooten toeloop van
belangstellenden en nieuwsgierigen.
Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indiö
zija de volgende beschikkingen genomen:
CIVIEL DEPARTEMENT Ontslagen; Wegens
volbrachten diensttijd eervol uit 's laüds dienst,
de letterzetter 1ste kl by de 's lands drukkerij
te Batavia A H Gregorio. mot bepaling dat dit
ontslag wordt gerekend den 13den September lö96
te zijn ingegaan;
eervol uil 's lands dienst, de geschorste tijde
lijke depóthouder bij de opiumregie in de residentie
Madoera. W Tb Antrag.
Benoemd- Tot secretaris der res Bezoekt,
de controleur 1ste kl. bij het Binnenl Bestuur
op Java en Madoera, J D R. H. Pillard
Tijdelyk benoemd. Tot depothouder bij
de opiumregie in de residentie Madoera. de tijde
lijke depothouder in do res. Probolinggo M E.
SJootinan
T ij d e 1 ij k belast. Met de waarneming der
betrekking vsd depothouder bij de opiumregie
iü de residentie Probolmggo, de ambtenaar op
non-activiteit F S. Van de Graaff, laatst civiel
gezaghebber van de afdeeling Kotta en Savoe
(Timor)
Benoemd; Tot «adspirant-controleur bij hel
binnenl bestuur op de bezittingen buiten Java en
Madoera, de burgerlijke ambtenaar N. H Veenstra,
tbans ter beschikking van deD directeur vun
binnenl bestuur, om werkzaam te worden gesteld
bij bet binnenl. bestuur.
Ontslagen Op verzoek, eervol uit 'slaDds
dienst, de klerk op liet assistent-residentiekantoor
te Tandjoer (Preanger Regentschappen) L
Camoenie
Bij de Rechtbank van omgang te Saropang (Ma
doera) voor den tijd van ario maanden of
zooveel korter als zal blijken voldoende te zijn
Belast Met de function van buitengewoon
voorzitter van genoemde rechtbank en omgaanden
rechter Le Pamekasan en Sampaug de ambtenaar
op non-activiteit rnr. M. G- Smalt, laatst voorzitter
van de landraden te Balangnipa, Kadjan<? Bikeroe,
Boelekomba eD Saleyer (Celebes en Onuerboorig-
heden.)
Gesteld. Ter beschikking van voomoemdeo
buitengewonen voorzitter, ten einde met griffiers
werkzaamheden to worden belast, de ambtenaar
ter besebikkiDg van den Voorzitter van den land
raad der stad en voorsteden van B.atavia, B J J
A. Descbaux. laatstelijk griffier van den landraad
te Kediri
Bij het Bosch wezen op Java eD Madoera
Bonoemd Tot tijdelijk opziener 3de kl P Bax,
thans leerling-opziener, met bepaling, dat bij
wordt gesteld onder de bevelen van den houtvester,
belast met het beheer over het boschdistrict Zuid-
Soerabaia—Pasoei oean
Ontslagen Eervol uit 's l.ands dienst, de
ambtenaar op wacblgeld F D. Van Genderen,
laatst commie9 op bet residentiekantoor te Pati
(Japara).
Benoemd: Tot secretaris der residentie boe-
rakarta, de ambtenaar op non-activiteit J E Bylo.
laatst controleur der 2de klasse by het binnen
landscb bestuur op Java en Madoera.
By den post- en telegraafdienst.
Overgeplaatst Van Padang Sidompoean
naar Kotta-Radja, de commies 3d® klasse C J F
Bruins; van Socrakarta naar het hoofdbureau te
Batavia do commies 3de kl. P F. Jansen; vaD
bet hoofdhui eau te Batavia n.aar Soerakarta de
commies 2do kl W. A. De Ceuninck van Capelle.
DEPARTEMENT VAN OORLOG Vergund
AaD den voor den tijd van hoogstens vijf jaren
bij bet leger hier te lande gedetacheerden lsten
luitenant der infanterie van het Nederlandsche
]©g«r, ingedeeld bij de koloniale reserve L. W.
J. K. Tboaison, om wegens ziekte naar Nederland
terug te keeren.
Benoemd: Tot 3don commies bij bet corps
ambtenaren. res9orfeer«ndc onder bet departement
van oorlog, degepasporteerde adjudant-onderofficier
der cavalerie W J. Hofdijk (algemeen stamboek
No bÜÖÜ), thans belast met de waarneming van
gemelde betrekking.
Verleend: Twee maanden verlof naar Soe-
knbosmi, wegens ziekte, aan den l9ten luit inf.
ge5v. van Atjeh naar Batavia. G. Van Greuningen
Geplaatst: Op het hoofdbureau der art
lilde afd van het D. v. O. de luit -kol. comd. der
veld- en bergbatterijen op Java te Banjoe Biroe,
W. Boetje
Overgeplaatst Naar de Hide fafd. van
het D. v. O., om als voorzitter der oommissie tot
herziening van den instrn«tio-inveut»ris op te
treden, de kapt. bri de 18de «omu. artillerie (lste
bergbat.) te Kotta-Radja P. J. Dibbotz;
naar de 18de comp, art late bergbat te Kotta-
Radja, de kapt. bij ael3eo«p (4de comp. vesting-
art.) to Batavia, J. C. W Siuits;
by het eubs -kader to Batavia, ten einde to
worden te werk gesteld b. d II afd v. b D. v.
Oorlog de majoor b h gam. bat. van Sumatra's
Oostkust N. Ten Broek,
bij het 2d# reserve-bataljon bij de comp. kolo
niale reserve de kapt. H S De Viseer, do 2de
luits. H. C. C. Clockener Brous9on, H. Dijkstra
en E A. Ebbinki
bij het 2de reserve-bataljon bij het 10de bat.
infanterie de kap% G W. L. Hollenbacb, J. H.
Kroet en H. G Yao Dierme»;
bij liet 2de reserve bataljon, de 2de luits by hot
10de b.it. W Aars, VV. 11 O, Bloembard, A. Hart-
vélt, H. J Van Zjjll de Jong, en, by aankomst uit
Nederland, de majoor A Picard, van verlof terug
verwacht.
Verleend: Een tweejarig verlof naar Europa,
wegeiis 'ziekte. aaD den kapt der inf. J. A M.
M. Von Schauroth
Ontslagen: Op verzoek, wogens volbrachten
diensttijd, eervol en met behoud van recht op
ensioeu uit Hr. Ms militairen dienst, de luit.-
olonel der artillerie J C. Bouman, onder toe
kenning van den titulairca raug van kolonel;
met ingang van 3 Nov 18V6, op verzoek, wegens
volbrachten diensttijd, eervol en met behoud v.sn
recht op peneioen uit Hr. Me. militairen dienst,
de kapt der inf T. J Van Dam
Verleend: Een maand verlol naar Tandjong
Oost (Batavia), wegens ziekte, aan den kapt. dor
inf geëv van Atjeh naai Batavia, P. A. IJ. Van
der Haas, een inaand verlot naar Djokjakarta
wegens particuliere belangen, aan den kapt. der
int. te Soerab ia, P Gout.
Overgeplaatst Ale kwartierm vaD het
lste recruten bat., dc 2de luit -kwartierm. op het
bureau van deD kwartierm van het 3de depót-
bat H C. E Karaten bij den gcw. en plaats,
geniedienst ter Sumatra's Oostkust, te Medan, de
kapt dei genie te Meester-Coraelie, Th. C. A.
Vernet
Verlengd Met eene maand, het tot herstel
van gezondheid verleend verloi naar Soekaboemi,
aan den -deD luit der inf te Mr.-Cornelis. H. B.
Townsend en met een maand bet verlof naar
Mugclang, van den kapt der lur tt Soerabaia,
H A Engenngh.
Gepl.iatet; By deD gew en pl. geniedienst
in de lste mil. afd op-Java. te Batavia, de
magazijmn 2de kl (lste luit.) dei geuie te Batavia,
G. De Bruin
DEPARTEMENT VAN MARINE O verge-
plaatst: Van Hr. Ms „Prins Hendrik" naai
lli Ms. „Sumbawa' als oudste officier, do luit.
ter zee 2de kl. H. G Leembruggen;
van Hr Ms „Sumbawa" naar Hr. Ms. „Gedeh,'.
fedetaclieord als commaudaut van de „Satelliet,"
e luit ter zee 2de kl. J Souteadam,
naar Hr Ms. „Gedeh" en eervol ontheven van
het bevel over de .Satelliet" de luit. t. zee lste
kl J A. M. A. Ridder Van der Does de Bijo.
Vervolg der Advertentiën.
De Deurwaar er 8*. H. VAX THIELzal
op Donderdag 12 November 1S9G, des
morgens te 11 uren, op do zooge-iaamde
Si. Jacobslioeve, bewoond door den Heer J. H. B.
SANDERS, te NoordwykerLout (10 minuten
afstand vaD station Èültgommcrbeek), oty-
contant geld, VEPiKOOPEN.
als: 7 beste Kalf kooien, 1 Varekoe, 3 Kalf-
vaarzen, 4 Graskalveren, i bruin Merriepaard
(aftands), 10 Kippen en 1 Haan.
Voorts: Speelwagen, Tent wagon (voor 6
personen), Boerenwagen, Rolwagen, Krui
wagens, Gierbakken, Varkenshok, 2 Kaas-
kisten, 100 Kaaszetters en verdere Melk en
Bouwgereedschappen/
Verder: 45000 Kilo's best gewonnen
Hooi, Bargheeft, Bargspillon, 1200 droge
Takkenbossen, party Ryaenhout, party Palen,
party goede Aardappelen.
Eindelyk Huisraad en Inboedel.
Daags te voren genummerd te zien van
10 tot 4 uren. 7980 29
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Lelden zullen op Maandag 16 November
18964 des middags te 12 uren, ten Raad-
nuize aldaar, tn bet openbaar Aanbesteden s
delevering vanSchoolbehoeffen
gedurende de jaren 1897 en 1898;
de levering van Bureaubehoef
ten voor de Gemeente-Secretarie,
gedurende de jaren 1897 en
1898, en
de levering van Brandstoffen
voor de Gemeente-gebouwen,
gedurende het jaar 1897.
De voorwaarden liggen ter leElng ten
Raadhuize, Financiëele afdeeling, eiken werk
dag, de besteding voorafgaande, van 9-4uren.
8086 17
Westlandsclie Hypotheekbank,
gevestigd te 's-GRAVENHAGE.
De Banfe verstrekt op voordeelige voor-
waarden gelden op Iets Hypotheek en
geeft Pandbrieven uit in stukken van
ƒ1000.-, fb00.-, ƒ100.- en ƒ50.-.
Inlichtingen te bekomen ten Kantore der Bank,
Hofspui 48, en btj de Leidsche Bankver-
eeniging H. F. C. GEULIXGS, alhier.
1763 18 De Directie:
J. HOOFT GRAAFLAND
J. A. VAN ER PERS ROOLFAARDS.
De Deurwaarder J. F. TEC5IIS aal ver-
koopen op Donderdag 1 'i November,
des voormiddags te ÏO uren, aan de Kal-
vermarkt, nabg de Haren, t6 Leldeni
eene aanzienlijke party
waarby Ramen, fioiyaen, Binten,
Zolderdelen, een flinke party Hln-
dcrbinten,9chotwcrk, Latten, Schroten,
Brandhout, enz., enz. 8100 18